M A G A Z Y N

VAM

T U I N-S I E R A A D E N.

GEKOLEURD.

N°. 8.

TB AMSTERDAM, bij JOHANNES AtLART.'

Digitized by the Internet Archive

in 2009 with funding from

Research Library, The Getty Research Institute

http://www.archive.org/details/magazijnvantuins08laar

V E R K L A A R I N G der P L A A T E N. 5.3

PLAAT LVII.

In het ilil en eenzaam gedeelte, van een niette klein Buitengoed, begint ccn fmal en flaaiiw
gebogen Pad, dat rrapswijze fomberer word. Aan het einde van dit Pad des grats, leest men , op
eene oude Poort, een kort, op den dood zinfpeelcnd, Opfchrift, welk de ziel verder op dien toon
fteint,als nodig is, om, met gevoel en moeilijk te befchrijven genoegen, eenigen tijd, bij het- ge-
denkteeken van een afgeftorven geliefden, naastbefhaanden vriend, of vriendin , door te brengen.
IXoor die Poort gaande, ziet men, in eens, dit fchoon Grafmonument, onder een ouden teeken-
achtige boom. Alle voorwerpen, die mede dit plc]<je vullen, roepen verganglijkheid en af-

wisfeling toe. — Een ander Pad, dat langzaam zijne fomberheid verliest,, brengt den wandelaar
in vrolijker dreeven cerug»

Daar de mensch niet altoos, en fommige menfchen nooit, voor dit foort van genoegens ge-
ftemt zijn , zo dient men bij den aanleg re zorgen, dat deze wandeling met geene andere in ver-
band (laat, maar gevoeglijk geheel kan overgeflagen worden; wanc dikwijls grafmonumenten te
moeten zien, beneemt alle kracht van werking.

PLAAT. Lvirr.

Eene teekenachtigc Ruine over een groot fiuk Water, of over eene gebogen plaats, rondonï
door verfchillcnd plantfoen ingefloten. Op een flaauwe hoogte , zal dezelve wel voldoen , indien
dezelve met fmaak tegen het plantfoen geplaatst wordt. Een plat fchot, door een in dit werk kun-
dige hand gefchilderd , is voldoende , om dit idéé uittevoeren. In de nabijheid , maakt men kleine hoog-
ten, die de ingedone gedeelten fchijnen re bevatten , en waarop eenige oude brokken zicht-
baar zijn. — De vi^ending, in do nabijheid, moet niet gekundcld, maar hobbelig en natuurlijk zijn,-

FLAA T Lm.

54 VLR KLAAR ING DER PLAATEN.

PLAAT LIX.

Een Landhuisje, in den Rusfifchen fmaak.

De Brug, die toe hetzelve leidt, zo wel als het Gebouw zelve is van ruwe Boomflammen en
Kneppels gemaakt. Vier Zuilen draagen een Balkon , waarop men uit het bovengcdeelte van het
Gebouw koomt. Met dak is van riet of liever ftroo.

De daaronder ftaande platte Grond verklaart de verdere inrichting, waaraan men egter niet ver-
bonden is , maar de verdecling kan inrichten , naar het gebruik , dat men er van wil maakeB ; bij voor-
beeld tot een Stalling, Schapenhok, Tuinmans- woning, ofwel in de daad tot een Zomer -ver-
blijf. In eene natuurlijke Landftreek , zal heteene bijzondere, en niet onbevallige werking doen,ea
zeer weinig kosten , vooral , indien de materiaalen in de nabijheid uit de bosfchen te haaien zijn.

P A A T LX.

Een open Paviljoen , in een Groepje booraen en onderfcheiden foorten van bloeijende heesters
en bloemen.

In een klein, net aangelegd, partijqe, zal het wel bevallen.

Onder hetzelve bevindt zig een Stoel en Tafel van Kneppels, èn eene Zitting van dergelijk
hout, om een boom gemaakt.

PLAAT LXL

VERKLAARINGderPLAATEN. §g

PLAAT LXI.

N**. I. Een fchijnbaar oud vervallen Tuinhuis, doch van binnen een welgeordonnecrd
Vertrek , met een Kelder daaronder,

N°. 2. Dikwijls gebeurt het, dat men op een Buitengoed, of rondom hetzelve, onaangenaame
gezichten heeft, hetzij van oude Schuuren of iets anders, die echter niet kunnen wegge-
nomen, of met plantfoenen gedekt worden; in zodanige gevallen is niets beter, dan een
fchot van hout te zetten, en met een bevallig idee te fchilderen. Tot dat einde dient de
hier voorgemelde Ruïne, die op eenen goeden afftand eene grootfche werking doet.

PLAAT LXIL

N'*. 1. Een Tempel van Diana , op plat fchot gefchilderd. Hetzelve dient voor een
bevallig gezichtpunt , en te gelijk tot dekking van de zig daaragter bevindende Kippen-
hokken.

N''. 2. Een Kapel, mede op doek gefchilderd. Deze behoort in een Bosch, op eene open
plaats, tegen het plantfoen gezet te worden.

N°. 3. Een foort van Hermitage, op een Eiland, aan den kant van 't Water geplaatst.

Dit levert eene bevallige partij van de vaste wal. Na het geheel uit het gezicht verlo-
ren te hebben, koomt men van zelve bij een Brug, die tot dat Eiland leidt. In het Gebouwt-
je kan men die inrichtingen maaken, die men verkiest. Goede boeken vooral kunnen hier
eenigen tijd aangenaam en nuttig doen doorbrengen.

Menfchen, die voor ftille Landgenoegens bereekend zijn , vinden in foortgclijke gebouwtjes
geneugten, die alleen gevoeld, doch niet befchreven kunnen worden.

G» PLAAT LXin.

5<S VERKLAARINGderPLAATEN.

Plaat LXIII.

Gedeelte des platten Gronds van een Buitengoed , dat doos den gemeenen Weg in tweeêtï
gedeeld, en aan de eene zijde door den Rhijn bepaald wordt.

A. Het Hoofdgebouw. Van deszelfs Rhijn-zijden, hcefc men een fchoon gezicht op die drok
bevaren Rivier en op een nabijgelegen Dorp, 't vvell<,aan de andere zijde , aangenaam afgevvisfeld.
wordt door de pasfage over den gemeenen weg, en door hec gezicht op den over den weg aan<-
gclegde partij.

B. Stalling, Koetshuis, en Tuinmans- Wooning»

C. Tempel, op eene kleine hoogte aan de Rivier.

D. IJzer Hek.

E. Eene Stalling, voor Koeijen en Schaapen, met een daarbij Haande Hooiberg, verbeei»
dendc eene Boerderij.

F. G. Twee fcukjes Moesland..
H. Pleintje met Zitbanken.

I. Open Tempeltje, van waar men over de Partij en over het Weiland zier.

Plaat LXIV.

Een kleine nette Aanleg, voornaamlijk gefchikt voor bijzondere foortcn van Gewasfen en
Bloemen.

De met Letters gcteekende Klompjens dienen voor de klelnblijvende foorten van Heesters
en vaste Planten: — da ongcteekende voor hooggroeijend Piantfoen, en op de gras-partijen
groen-blijvende Heesters.

Voor een kleine Tuin bij de Stad, of een afgezonderd hoekje van liefhebberij op ec«
groot Landgoed, is deze Aanleg gefchikt.

PLAAT LXV^

p1. LVIl.

Pi. LTm.

pi. LIX.

in,; :', ' ^1 b |t?i «

^=r

^

!><■ ...-■■•N

m

pi. LX.

%

1 ;-

Pi LXI.

'■i^iife^'W'C'

•■ ^/7zf:^//7^?c/ycAi' Qec^^.

j.2 -t z \ 4 s ^ r ^ ^ -^ ^ ^^

rl. j.xn.

Uz;;/.

K : U

J 4 S "^ ~ ^ J> ^C2jijj

v

■■•■•• 1 \{m %■, Ka) ^'

il

^

'S'

-B s. ,

\^ 4^' 4ïJ i»'^

Ji?

;<!)« '

^

.^;é ^ ^ ^'*^ i

4% *«:■ 'er5'/

ï^

B"«5?3/

3ik;V?ï

- -v-at J'S«-'TP'2^''0-t55r>_^

p1. i.xï\\

1" A é

'-'''"<'iliè!'fi'A;;v;i|

i^ëjsJp'^

fe-Ss'iï'

^

^^/,

/fu6ct/lcX.UC/l<.

A^eaxcn

3

A

5