M A G A Z Y N VAN TUIN-SIERAADEN. OKKOtBUK.». N\ as. T* AMSTERDAM, bij JOKANNBS AJ.LAB.TV Digitized by the Internet Archive in 2009 with funding from Research Library, The Getty Research Institute http://www.archive.org/details/magazijnvantuins23laar VERKLAARING der PLAATEN- 113 PLAAT CLXXVII. Is er wel iets aangenamer en verkwikkender in eene wel aangelegde Buitenplaats, dan dat men onder alle gerieffrlijkheden die aldaar gevonden worden, het Badhuis niet vergeten heeft? Zeker in een brandend heete zomer vindt het zijne liefhebbers om zich te verfrisfchen ; de Na- tuur eischt als dan Verkoeling en Rust. De plaats om hetzelve te flichten , moet vooral wel uitgekozen worden, dat het Water een frisfche doorloop heeft, en gefhdig van de hitte der Zon gematigd door het Roostcrwerkvan het Bad in en uit kan doorloopen : de Iaate achtermiddagen zijn om zich te baden het best gefchikt en het gezondst, om dat het Water dan zoo koel niet is dat het ons fchaden ken. De Plaat wijst deszelfs Timmeragie aan. Men komt na eenige vermoeijende wandelingen in eene (ierlijke Partij van wel opgefchote Dcnne- en Pijnboomen, en verfchillende foorten van Heesters, opeen Plein. Men wordt verrascht op het zien van een niet onbevallig Tempeltje. Bij het binnen treden , vindt men een ruim vertrek om te rusten, aan beide zijden verlicht; inwaarts vindt men een gecoepeld Bad- huis met colommen onderftut, ter eener zijde een vertrekje om zijne kleederen te berden, en aan de andere zijde de trap naar het Bad. PLAAT CLXXVÏIT. Eene Landelijke Woning voorzien van een Rieten dak. Dit foort van Gebouwtjes vol- doet zeer wel., hetzij men dezelve in de wandeling ten einde eener Laan aantreft; of aan een Plein met hoog Geboomte, waar voor eene Sloot legt met eene Brug; of in een Bosch, naar de verkiezing of de welftand zulks vercischt. Dit Gebouw kan dienen of om te rusten, of tot berging voor Bloempotten, Bollen en diffe- rente Zaaden, of andere Noodwendigheden. De Platte Grond wijst den opftal duidelijk genoeg aan. Y PLAAT CLXXÏX. II4 VERKLAARING der P L A A T E N, PLAAT CLXX1X. Eene Hermitagie in eene Rusfifche gedaante; zij is is zeer bevallig met Riet gedekt, met INlosch en Huislook hier en daar aangevuld ; dit moet met fmaak verrigt worden. Voor het Gebouw fteekt het dak over zoo ter befcherming voor Regen of Zonnefchijn, als om het ge- zigt te behagen. Men kan hetzelve op een verheven Eiland plaatfen. Men zij verdacht de Natuur in alles afzigtig en woest te doen werken , om er eene eenzame gedaante aan te geven. Is de Eigenaar een man van fmaak, dan zal bij om zijne gasten te verlustigen, in dit afzig- tig Gebouw eene fierlijke en wel geproportioneerde Binnenzaal laten maken , met een Bocke- kas of andere aangenaamheden , zoo als zijn genie zulks verkiest. PLAAT CLXXX- i. Een vierkant opgaand Gebouw Coepels gewijs twee treeden opwaarts; het is in zijne muren beflooten met vier doorzigten ieder met twee Colommen , naar de Corinthifche fmaak van de eerfte herkomst , zonder voetftukken. Men vindt vier differente Opfchriften boven deszelfs ingang geplaatst. Dit kan naar verkieting op eene hoogte geplaatst worden, maar voor al dat het vier fier- lijke gezigten oplevert. 2. Eene bevallige Rustplaats in een half Gothifche fmaak aangelegt. Men kiest het fchoonlte gedeelte van eene Partij uit, om het zoo te plaatfen dat men alles met gemak en verlustiging kan befchouwen. De beide Platte Gronden zijn duidelijk aangewezen. PLAAT CLXXXI. V E R K l A A H I N G der. PLAATEN. u5 PLAAT CLXXXL Een verheven Eiland met agt Trappen opgaande, waar op ecne eenvoudige en niet zeer kostbaare Hermitagie geplaatst is, geheel vierkant, van Teen werk gevlochten en met leem en koemist bepleisterd, meteen Rieten dak en Stroo gedekt, en een Schoorfreen; de Voor- zijde pronkt met ecne oudcrwetfc'.ie Deur en een Hukkend Ventrcr, zonder bijzetting van meerder licht. Dit Gebouw legt beflootcn aan beide zijden en van achteren, met hoog opgaande Boo- men en Kreupel -bosch; zoo nogtans dat men op een hobbelige weg rondom hetzelve kan wandelen, en de fchoonfte gezigten kan befchouwen die over het Water gelegen zi'n. Men vaart af en aan van dit Eiland, door middel van een wel en net daartoe in^eriTt Vlotje, of Pont, voorzien van een Zitbank, door middel van een gefpannen touw dat over de leuning loopt van het Vlotje, en aan twee paaien van het Eiland en de plaats vast is, zoo dac men het touw naar zich haalt. Het lust ons om binnen te treeden en den Eremiet te bezoeken, op de volgende PLAAT CLXXXIL Bij het openen van de Deur ziet men hem zitten in zijn volle Costum, met zijn Brevier en Paternoster, in befpiegeling des fterfelijken levens, naar uitwijzing van zijne Huisfieraden , Memento More, Outaar , en Doodkist; deze laatfte is zijne Bedftede. De Eremiet een Ledeman zijnde, kan men doen zitten, leggen, of knielen , zoo als men begeert. Men kan hem bij mooi weder ook laten rusten , op een' afgezaagde Ham van een' Boom , naar uitwijzing der Plaat. De Twee volgende verklaringen der beide Tuin gronden behooren tot ééne Partij , naar uit- wijzing der letters op ieder Plaat. W en X in elkander pasfende behelzen eene uitlegging. PLAAT CLXXXIIÏ. n«j VERKLAARING der PLAATEN. PLAAT CLXXXIII EN CLXXXIV. A. Het grootc Huis. B. Water Partij. C. Stuk Korenland. D. Groep met Sparren. E. Ber"- waar op een Tempel, zigtbaar van het groote Gebouw, over Water en Korenland. F. Groep met Populierboomen. G. Groep Larife Sparren. II. Affchutfel van Draadvverk voor de Menagerie. I. Gemeene Latten affchutfel om de Menagerie, onzigtbaar m de wandeling, door dien zij in het Plant foen ftaan. K. Watertje voor de Watervogels, L. Prieeltje. M. Plein met Boomen om kleine Hokken te zetten. N. Gebouwtje in drie vertrekken verdeelt, het middelde voor een Cijlon, de twee overige Hokken voor het Vee, Dit Gebouwtje is zigtbaar uit het groote Gebouw, over het Water door het Draadwerk H. en door de Menagerie; ook van het Plein met Boomen, waar onder zitplaatfen , geteekend, O. O. Plein met Boomen, waar bij een Partijtje voor Bloemen, geteekend i. 2. 3. 4. 5. 6. P. Berg met Boomen, van waar een vrij Landgezigt. Q. Sparren en Larix. R. Larix en Sparren. S. Prieel bij de Goudviscb~vijver. U. Laan met Sparrenboomen. PLAAT CLXXXV. Pi.CJLXXYIl. ' ASaahiUii ^J>^i ! -. .-<ü-n . pi. clxwiii. • • 'ZsTTTT 5 ... - Pi. c r.xxix. 1J1. CL.WX. Ml Pi. CLXXXI: pj Cl. X XXII ïrg&C^^33^ ! Pi.rLXXxni. tf ^&? * ^ •>?,*-£ * -**-- ^ j^ * ^-'oV<5-' ï? / 3>-' *v jr ,* «w ■&, \«i <& *» «a* * * j r v**.** ; - ■ t. ' * ~ A >\ i f. PiCLXXXTV. ! & it. L \ 3 U' •- . *■ «■ . \ ' 1 V * «. ° » «• » A \ «. * » « • » " 4* i.» - »> • % ,i^*'vW-*^ :^1 '\ f 3Si iV4 ^ Y \ i £% - ir ?£**« ^^,-v7 ■^■-•./ I — 1 T~ ' ' ■ ^C / 2 j> t -f é '"/ B k folio 3W/ HL littlt CLitl