Skip to main content

Full text of "wegenbouw"

See other formats


De Arbeidsinspectie maakt deel uit van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 



Arbeidsmspectie 



Postbus 9080 1 

2509 LV Den Haag 

www.arbeidsinspectie.nl 



Bestelnummer 634 
versie augustus 2008 



Arbeidsmspectie 



Arbeidsrisico's in de wegenbouw 



j.v.m. 

reconstruct ie 
doorgaand 
verkeer 
gestremd 
van 5-5 




Gerichte inspecties in uw branche 




De belangrijkste arbeidsrisico's in de wegenbouw 



Deze brochure vertelt u meer over de belangrijkste arbeidsrisico's in de wegenbouw, de branche van uw bedrijf 
of van bedrijven waaraan uw organisatie opdrachten verstrekt. U kunt in deze brochure lezen wat u daarvoor 
moet regelen en waar de Arbeidsinspectie bij inspecties op zal letten. Investeren in goede arbeids- 
omstandigheden draagt bij aan het gezond houden van uw werknemers en de werknemers van bedrijven 
waaraan u opdrachten verstrekt. 

In de wegenbouw hebben de belangrijkste arbeidsrisico's te maken met: 



aanrijdgevaar pagina 14 

agressief gedrag van weggebruikers pagina 1 7 

kwartsstof en PAK pagina 1 9 

dieselmotoremissie pagina 21 

werk- en rusttijden pagina 24 



De Arbeidsinspectie controleert tijdens een inspectie specifiek op genoemde arbeidsrisico's. 
Met deze brochure kunt u zich hier goed op voorbereiden. Op andere onderwerpen inspecteert de 
Arbeidsinspectie alleen als daar een concrete aanleiding voor is. 

In het eerste deel van deze brochure kunt u lezen: 
welke verplichtingen u als werkgever heeft; 
hoe een bedrijfsinspectie verloopt. 

In het tweede deel vindt u: 

de belangrijkste arbeidsrisico's in uw branche uitgewerkt; 
de inspectienormen per arbeidsrisico; 

verwijzingen naar bestaande instrumenten en hulpmiddelen om aan de regels te voldoen. 

Aparte brochures over arbeidsrisico's in bestratingsbranche en op bouwplaatsen 

Over bestratingswerk heeft de Arbeidsinspectie een aparte brochure uitgebracht. Daarin vindt u informatie 
over enkele andere risico's bij straatwerk, zoals fysieke belasting, geluid en trillingen. U kunt de brochure 
'Arbeidsrisico's in de bestratingsbranche' downloaden van www.arbeidsinspectie.nl. 

Verder heeft de Arbeidsinspectie een brochure uitgebracht over hoe de zorg voor arbeidsomstandigheden op 
bouwplaatsen en/of projecten in de wegenbouw georganiseerd moet worden. Die brochure gaat meer 
uitgebreid in op de beleidsmatige aanpak van arbeidsomstandigheden door de werkgever en op de 
verantwoordelijkheden en rol van de opdrachtgever. Ook deze brochure, 'De zorg voor veilig en gezond 
werken op de bouwplaats', kunt u downloaden van www.arbeidsinspectie.nl. 



ARBEIDSRISICO'S IN DE WEGENBOUW 



3 



Deel I 

Veiligheid en gezondheid, uw zorg 



Als werkgever moet u een zo goed mogelijk arbeidsomstandighedenbeleid voeren. Daarvoor organiseert u 
het werk op zo'n manier dat dit geen nadelige invloed heeft op de veiligheid of de gezondheid van uw 
werknemers. Kennis van de risico's is hiervoor een belangrijke basis. Zo kunt u gericht zoeken naar 
oplossingen om de arbeidsomstandigheden te verbeteren. Dit doet u aan de hand van een risico-inventarisatie 
en -evaluatie (RI&E). 



RI&E en plan van aanpak 

Een RI&E is voor ieder bedrijf verplicht, behalve voor bedrijven met maximaal 40 arbeidsuren per week. Met 
de resultaten van de RI&E stelt u een plan van aanpak op. Dit kunt u zelf doen of uitbesteden aan een derde 
partij. U bent verplicht uw RI&E, inclusief het plan van aanpak, te laten toetsen. Een gecertificeerde 
deskundige die aan uw bedrijf verbonden is of een gecertificeerde arbodienst kan dit doen. Voor bedrijven 
met maximaal 25 werknemers geldt een uitzondering. De deskundige toets hoeft dan namelijk niet te worden 
uitgevoerd. Voorwaarde is wel dat er gebruik wordt gemaakt van een branchespecifiek RI&E-instrument dat 
in de cao is opgenomen. De cao voor de Bouw verwijst naar een branchespecifiek RI&E-instrument. 

In het plan van aanpak beschrijft u: 

welke verbeteringen u wilt doorvoeren; 
welke verbeteringen prioriteit hebben; 
wanneer de verbeteringen uitgevoerd moeten zijn; 
wie voor de uitvoering verantwoordelijk is. 

Voor het aanpakken van verbeteringen gelden de volgende uitgangspunten: 

Risico's moeten zoveel mogelijk aan de bron worden weggenomen (bijvoorbeeld door een wegafsluiting). 
Kunt u de risico's niet aan de bron wegnemen (vanwege technische, organisatorische en/of economische 
redenen), dan neemt u maatregelen die voor alle werknemers gunstig zijn (bijvoorbeeld door een afzetting van 
het wegvak met barriers). 

In sommige gevallen kunt u risico's mogelijk niet aan de bron wegnemen of een algemeen beschermende 
aanpak kiezen. In die gevallen stelt u persoonlijke beschermingsmiddelen ter beschikking aan de werknemers 
(bijvoorbeeld gelaatsmaskers, handschoenen of gehoorbescherming), waarbij u er ook op toeziet dat deze 
gebruikt worden. Deze aanpak staat bekend als de arbeidshygienische strategie. 

Uitzendkracht inhuren 

Als u een uitzendkracht wilt inhuren, dan bent u verplicht het deel van uw RI&E over de werkzaamheden van 
die uitzendkracht op tijd naar het uitzendbureau te sturen. Zo kunt u tijdelijke medewerkers informeren over 
de risico's van het werk dat ze gaan doen en de zorg die uw bedrijf daaraan besteedt. 



4 



ARBEIDSRISICO'S IN DEWEGENBOUW 



Aanvullende verplichting voor bouwprojecten 
en/of projecten in de wegenbouw 



Bij bouwprojecten zijn vele partijen tegelijkertijd of na elkaar in wisselende samenstelling betrokken. 
Bijvoorbeeld opdrachtgevers, ontwerpers, adviseurs en werkgevers (hoofdaannemers en gespecialiseerde 
aannemers). 

De Arbeidsomstandighedenwet verlangt van alle partijen dat ze samenwerken om op bouwprojecten veilig en 
gezond te kunnen werken. Elke werkgever moet een beleid voeren om ongevallen en beroepsziekten van zijn 
werknemers te voorkomen. Voor bouwplaatsen is de samenwerking en coordinate in de praktijk 
gecompliceerd door het karakter van de bouw, omdat: 

er tijdelijke werkplekken zijn waar de arbeidsomstandigheden in verschillende fasen van het werk kunnen 

wisselen; 

er steeds met andere partijen moet worden samengewerkt; 
partijen vaak afhankelijk zijn van elkaar; 

de opdrachtgever een rol speelt bij het vormgeven van de arbeidsomstandigheden. 

Bij het organiseren van veilig en gezond werken op een bouwplaats zijn de belangrijkste aandachtpunten: 
De RI&E moet voortdurend worden aangevuld met RI&E's die zijn toegespitst op de bouwwerken. Dus u 
moet als werkgever zowel een RI&E voor uw bedrijf als een locatiespecifieke RI&E hebben. 
Wanneer wordt samengewerkt met andere werkgevers en/of zelfstandigen, moet de veiligheid en 
gezondheid ook goed geregeld zijn. Dit betekent dat u met andere werkgevers en/of zelfstandigen moet 
afstemmen. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij de opdrachtgever of uitvoerende partij en moet door 
een coordinator worden gecoordineerd. 




ARBEIDSRISICO'S IN DEWEGENBOUW 



5 



Rol van de opdrachtgever 



De zogenoemde bouwprocesbepalingen van het Arbobesluit verlangen dat de opdrachtgever bij het ontwerpen 
van een bouwwerk al rekening houdt met het veilig en gezond bouwen en onderhouden van bouwwerken. 
Door juiste keuzes in de ontwerpfase kunnen latere risico's voor de veiligheid en gezondheid van de 
werknemers in de uitvoeringsfase en gebruiksfase worden voorkomen. Deze algemene verplichting van de 
opdrachtgever geldt voor alle bouwprojecten. Voor grotere projecten en voor projecten met bijzondere 
risico's geldt verder de aanvullende verplichting om een Veiligheids- en Gezondheidsplan (V&G-plan) op te 
stellen. Voor projecten met meerdere werkgevers geldt een coordinatieverplichting. 




V&G-plan 

Bij bouwprojecten is het wettelijk verplicht een V&G-plan te maken. Een V&G-plan is verplicht voor 
bouwwerken: 

waar meer dan 500 mensdagen mee zijn gemoeid; of 

die meer dan 30 werkdagen duren en waaraan op een moment meer dan 20 werknemers tegelijkertijd 
werken; of 

waaraan bijzondere risico's zijn verbonden. 

Bijzondere risico's zijn bijvoorbeeld: vallen, verdrinken, blootstelling aan chemische of biologische stoffen, 
werken dichtbij hoogspanningskabels, werken in (ondergrondse) tunnels en onder water werken 
(met duikuitrusting). 

Coordinate 

Verder schrijft de Arbowet voor dat bij bouwwerken waar twee of meer werkgevers samenwerken 
-tegelijkertijd of na elkaar- een coordinator moet worden aangesteld. 

In ontwerpfase en in uitvoeringsfase 

De verplichtingen van een V&G-plan en een coordinator gelden al in de ontwerpfase en dus niet alleen in de 
uitvoeringsfase. 

Arbeidsrisico's in de voorbereiding beheersen 

In de voorbereidingsfase moet de opdrachtgever al rekening houden met de arbeidsomstandigheden in de 
uitvoering. Zo moet hij in de voorbereiding al kiezen hoe het aanrijdgevaar tijdens de werkzaamheden wordt 
beheerst. Hierbij past ook de opdrachtgever de arbeidshygienische strategie toe. Is een aanpak aan de bron 
mogelijk (zoals een wegafsluiting) of worden anderszins maatregelen getroffen om het aanrijdgevaar te 
minimaliseren. Welke communicatieactiviteiten worden ingezet om weggebruikers op vertragingen voor te 
bereiden (onder andere belangrijk om agressief gedrag van weggebruikers te beperken). Worden afspraken 
gemaakt met de politie over controle op de ingezette verkeersmaatregelen. Wordt het werk op tijd aanbesteed 
en krijgen de aannemers voldoende tijd om het werk uit te voeren (tijdige voorbereiding door de aannemers 
zorgt voor minder gejaagdheid in het werk en voor meer veiligheid, zie 'RRBouwrapport' 132 van Bouwend 
Nederland). 

Opdrachtgevers kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan het beheersen van arbeidsrisico's in de wegenbouw 
en in het algemeen aan een veilige uitvoering van het werk. 



ARBEIDSRISICO'S IN DE WEGENBOUW 



7 



De Arbeidsinspectie bij u op bezoek 



Hoe verloopt een bedrijfsinspectie? 

De Arbeidsinspectie inspecteert uw arbeidsomstandighedenbeleid op basis van de bepalingen in de Arbowet 
en -regelgeving. Bij het begin van de inspectie in uw bedrijf zal de inspecteur meestal vragen of een lid van de 
ondernemingsraad of de personeelsvertegenwoordiging bij de inspectie aanwezig wil zijn. Dit zogenaamde 
vergezelrecht is wettelijk vastgelegd. Bovendien heeft de ondernemingsraad het recht om een gesprek met de 
inspecteur te vragen zonder dat u als werkgever daarbij aanwezig bent. 

De inspectie verloopt als volgt: 

De inspecteur beoordeelt op de werkplek hoe u de regels van de belangrijkste arbeidsrisico's naleeft. 
De inspecteur beoordeelt dit op basis van een visuele inspectie, aangevuld met informatie van uw 
werknemers en leidinggevenden. 

De inspecteur bespreekt zijn bevindingen met u of degene die u mag vertegenwoordigen. Het kan zijn dat u 
aan alle verplichtingen voldoet. Is dat niet of onvoldoende het geval, dan maakt u met de inspecteur verdere 
afspraken over naleving. 

De inspecteur legt geconstateerde overtredingen schriftelijk vast. Dit kan in de vorm van een waarschuwing 
of een eis. Bij sommige overtredingen kan de inspecteur direct een boeterapport opmaken. 

Deze brochure gaat over de belangrijkste risico's in uw branche. Mogelijk gelden er voor uw bedrijf ook nog 
andere, specifieke regels of risico's. Deze risico's moet u ook in de RI&E en het plan van aanpak opnemen. 
Ook moet u maatregelen treffen om deze risico's weg te nemen of te verminderen. 



U voldoet niet of onvoldoende aan de verplichtingen 

De Arbeidsinspectie hanteert een werkwijze die uitgaat van 'hard waar het moet, zacht waar het kan'. In de 
praktijk werkt dat als volgt uit. Een inspecteur kijkt bij een overtreding naar het gevaar en naar de totale situatie 
in een bedrijf. Levert de overtreding groot gevaar op voor werknemers, dan zal de inspecteur altijd formeel 
handhaven, ongeacht de situatie in het bedrijf. Gaat het om een overtreding zonder direct gevaar, dan kijkt de 
inspecteur of de arbeidsomstandigheden en het arbobeleid in het algemeen goed zijn geregeld. Zo ja, dan krijgt 
u als werkgever de gelegenheid de overtreding(en) zelf op te lossen. Zo nee, dan geeft de inspecteur een 
waarschuwing of stelt een eis. U krijgt een waarschuwing als direct duidelijk is wat u moet doen om een 
overtreding op te heffen. U krijgt een eis als dat niet direct duidelijk is. De Arbeidsinspectie geeft in deze eis 
aan wat u moet doen om aan de wettelijke verplichting te voldoen. Na een waarschuwing of een eis krijgt u 
enige tijd om de overtreding op te heffen. Hoeveel tijd u krijgt, is afhankelijk van de aard van de overtreding. 
Draagt een werknemer geen persoonlijke beschermingsmiddel, dan moet u dit direct verhelpen. Bijna altijd 
controleert de inspecteur of de overtreding is opgeheven. Is dat niet zo, dan krijgt u alsnog een boete. 
Bij een eis of een boete krijgt u altijd de mogelijkheid daarop te reageren en/of uw bezwaar te maken. 

Bij een ernstige overtreding legt de Arbeidsinspectie een boete op en kan de Arbeidsinspectie het werk 
(gedeeltelijk) stilleggen totdat de overtreding is opgeheven. Hoeveel boete u krijgt, is onder andere afhankelijk 
van de ernst van de overtreding, de omvang van uw bedrijf en het aantal werknemers dat aan gevaar is 
blootgesteld. Kleine bedrijven betalen minder dan grote. Boetes voor een ongeval zijn hoger dan voor 'gewone' 
overtredingen. Werkzaamheden of machines worden stilgelegd als de Arbeidsinspectie vindt dat er ernstig 
gevaar is voor personen. De Arbeidsinspectie heft een stillegging op als het gevaar is weggenomen. Voor 
strafbare feiten wordt een proces-verbaal opgemaakt. 

Ook werknemers kunnen een boete krijgen als zij zich bewust niet houden aan de veiligheidsmaatregelen of ze 
negeren. Voorbeelden hiervan zijn: 

geen persoonlijke beschermingsmiddelen dragen; 

beveiligingen van machines of installaties verwijderen, uitschakelen of op een andere manier buiten gebruik 
stellen. 



ARBEIDSRISICO'S IN DEWEGENBOUW 



9 



Wat u nog meer moet weten 



Voorlichting, instructie en toezicht 

Als werkgever bent u verplicht uw werknemers voor te lichten over de risico's van hun werk. Ook moet u 
instructies geven over de maatregelen die deze risico's beperken of wegnemen. Voorlichting en instructies zijn 
belangrijke maatregelen om ongevallen, verzuim en stagnatie in het werk te voorkomen of te beperken. 
Als werkgever moet u er bovendien op toezien dat werknemers zich houden aan de instructies en 
voorschriften. 

Uw werknemers hebben daarin een eigen verantwoordelijkheid. Ze moeten met de nodige voorzichtigheid en 
zorgvuldigheid handelen en instructies opvolgen. Begaat uw werknemer een ernstige overtreding en had hij 
kunnen weten (door voorlichting en opleiding) dat het om een overtreding gaat, dan kan de inspecteur uw 
werknemer een boete geven. 

Preventiemedewerker 

leder bedrijf moet een preventiemedewerker aanstellen of iemand binnen het bedrijf de preventietaken laten 
uitvoeren. Deze medewerker speelt een belangrijke rol bij het maken van de RI&E en het plan van aanpak. 
Ook kan deze medewerker een rol spelen bij het geven van voorlichting over arbeidsomstandigheden aan 
collega's en het onderzoeken van eventuele ongevallen in het bedrijf. Heeft uw bedrijf maximaal 25 
medewerkers, dan kunt u als werkgever zelf de taak van preventiemedewerker vervullen. 

Bedrijfshulpverlening 

De Arbeidsinspectie kan ook de organisatie van de Bedrijfshulpverlening (BHV) inspecteren. De BHV-organisatie 
is onderdeel van uw RI&E en het plan van aanpak. Een aantal zaken moet u in ieder geval op orde hebben. 
Zo moeten -afhankelijk van de omvang van en de risico's in uw bedrijf- een of meer werknemers zijn opgeleid 
als bedrijfshulpverlener. ledere BHV'er moet voor een of meer van de hulpverleningstaken (eerste hulp bij 
ongevallen, branden blussen en ontruimen) zijn opgeleid. De BHV-organisatie als totaal moet in staat zijn alle 
drie de hulpverleningstaken uit voeren. 

De BHV moet voor iedere werkplek geregeld zijn. Als de werkplekken ver van elkaar verwijderd zijn, moet er 
per werkplek een BHV'er zijn. 

Op bouwprojecten met meerdere werkgevers hoeft niet elke werkgever een eigen BHV-organisatie op te 
zetten. Wei moeten hierover afspraken gemaakt worden. Werknemers van andere aannemers vallen dan onder 
de 'BHV-paraplu' van de coordinerende aannemer. Dit moet schriftelijk worden vastgelegd in het V&G-plan 
Uitvoeringsfase, inclusief de benodigde instructies. 

ledere werkgever is echter verantwoordelijk voor de veiligheid en gezondheid van zijn eigen werknemers en 
blijft uiteindelijk zelf verantwoordelijk voor de goede uitvoering van de bedrijfshulpverlening. Hij zal dus moeten 
controleren of de BHV-taken daadwerkelijk in goede handen zijn. 



10 



ARBEIDSRISICO'S IN DEWEGENBOUW 



Systeeminspectie 

Het kan zijn dat de manier waarop u uw zorg voor arbeidsomstandigheden heeft georganiseerd, niet voldoende 
is. Als de Arbeidsinspectie dit vermoedt, doet de inspecteur in veel gevallen een systeeminspectie. Hij houdt 
daarvoor interviews met u, enkele van uw werknemers en eventuele leidinggevenden in uw bedrijf. 
De resultaten bespreekt de inspecteur na afloop met u. Ze kunnen leiden tot een waarschuwing of een eis. 
Daarna krijgt u de mogelijkheid om uw aanpak aan te passen. 

Klachten 

Soms krijgt de Arbeidsinspectie klachten over arbeidsomstandigheden in een bedrijf. De Arbeidsinspectie neemt 
een klacht alleen in behandeling als deze komt van een werknemer (of een relatie of rechtshulpverlener van die 
werknemer) of een vakbond. Klachten of tips van anderen onderzoekt de Arbeidsinspectie in principe niet, 
tenzij er sprake is van ernstig gevaar voor personen. 

Ongevallen 

Ernstige ongevallen moet u melden bij de Arbeidsinspectie. Het gaat dan om arbeidsongevallen met dodelijke 
afloop en ongevallen waarbij iemand in het ziekenhuis terechtkomt of blijvend letsel oploopt. De Arbeids- 
inspectie voert dan een onderzoek uit. Op www.arbeidsinspectie.nl vindt u het telefoonnummer dat u kunt 
bellen. 

Beroepsziekten 

Zijn er beroepsziekten in uw bedrijf, dan moet uw bedrijfsarts deze melden aan het Nederlands Centrum voor 
Beroepsziekten. 



Uw branche, de wegenbouw 

In de wegenbouw zijn meer dan 1200 bedrijven actief met in totaal ongeveer 35.000 werknemers. 
Behalve de bedrijven die zich direct met de aanleg en het onderhoud van de weg bezig houden, gaat 
het ook om bedrijven die zogenaamde specialistische wegenbouwactiviteiten uitvoeren. Het gaat dan 
om activiteiten zoals frezen, voegovergangen maken, geleiderail en geluidsschermen bouwen en 
plaatsen, wegmarkeringen aanbrengen en verkeersmaatregelen verzorgen. Daarnaast zijn er bedrijven 
die verkeerssystemen plaatsen en onderhouden en bedrijven die veeg- en reinigingswerkzaamheden 
doen. Voor bijna alle werkzaamheden is een overheidsorganisatie opdrachtgever: Rijkswaterstaat, 
Defensie, provincies, waterschappen en gemeenten. 



ARBEIDSRISICO'S IN DEWEGENBOUW 




Deel 2 

Vijf belangrijke arbeidsrisico's nader belicht 



Dit deel van de brochure gaat dieper in op de belangrijkste arbeidsrisico's in de wegenbouw: 
aanrijdgevaar 

agressief gedrag van weggebruikers 
kwartsstof en PAK 
dieselmotoremissie 
werk- en rusttijden 

U kunt lezen wat het arbeidsrisico is, wat de gevolgen kunnen zijn voor de gezondheid en veiligheid van uw 
werknemers en wat u moet regelen om dit te voorkomen. Hierop zal de Arbeidsinspectie bij inspecties letten. 
Aan het eind vindt u verwijzingen naar bestaande instrumenten en hulpmiddelen die u helpen om aan de regels 
in de Arbowet te voldoen. 

Hoe zijn de belangrijkste risico's bepaald? 

De Arbeidsinspectie heeft de belangrijkste arbeidsrisico's in uw branche bepaald aan de hand van: 
de ongevallencijfers in uw branche; 

cijfers van beroepsziekten (aandoeningen veroorzaakt door het werk); 

instroomcijfers van de WAO en de WIA (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, opvolger van de 
WAO); 

inschattingscijfers van risico's door de Arbeidsinspectie; 
ervaringen vanuit eerdere inspecties. 

Ook heeft de Arbeidsinspectie overlegd met de werkgevers- en werknemersorganisaties in uw branche. 



ARBEIDSRISICO'S IN DE WEGENBOUW 



13 



Aanrijdgevaar 



In de wegenbouw kan het werken op en aan de openbare weg gevaren en risico's opleveren. Soms met 
(ernstig) letsel of zelfs de dood tot gevolg. 

Wat zijn de risico's? 

Bij wegwerkzaamheden bestaat het gevaar dat werknemers worden aangereden. Hoge snelheden van het 
verkeer, onoplettendheid van de chauffeurs, maar ook onvoldoende of onjuiste afzettingen verhogen dit risico. 
Daarnaast wordt de oplettendheid van de wegwerker op de proef gesteld in risicoverhogende situaties zoals bij 
nachtelijke werkzaamheden. 

Bij wegwerkzaamheden kan er ook aanrijdgevaar zijn door het werkverkeer binnen het werkvak, vooral door 
achteruitrijdende vrachtwagens. 

De werkgevers zijn verantwoordelijk om deze risico's weg te nemen of zo laag mogelijk te houden. De 
opdrachtgever, meestal ook wegbeheerder, is mede verantwoordelijk voor het nemen van de juiste (verkeers-) 
maatregelen. Een mogelijkheid voor de opdrachtgever om aanrijdgevaar te voorkomen, is een planning te maken 
van meerdere werkzaamheden in dezelfde periode in hetzelfde werkvak met volledige afsluiting voor het 
wegverkeer. Denk daarbij ook aan andere werkzaamheden langs de weg, zoals het plaatsen van geluidschermen 
of het bouwen van een tankstation, in combinatie met wegwerkzaamheden. 



Wat moet u doen als werkgever? 

Behalve de aandachtspunten hierboven, de RI&E, het plan van aanpak en voorlichting geven, geldt voor u als 
werknemer het volgende: 

geef doeltreffende instructies over de gevaren bij werken op of aan de weg; 

houd er goed toezicht op dat uw werknemers zich houden aan instructies en voorlichting; 

houd er goed toezicht op dat uw werknemers persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken, zoals 

zichtbaarheidskleding; 

houd er goed toezicht op dat wegafzettingen in stand worden gehouden. 
Wat moet u doen als opdrachtgever? 

Voor u als opdrachtgever gelden de algemene verplichtingen (zie ook bladzijde 6), zoals: 
op tijd voorbereiden, aanbesteden en communiceren aan weggebruikers; 

houd bij ontwerp en voorbereiding al rekening met de arbeidsomstandigheden in de uitvoering; 
neem de juiste verkeersmaatregelen om aanrijdgevaar (ook binnen het werkvak) te voorkomen. 
Waar mogelijk bronaanpak (wegafsluiting). 



Gevaar en/of risico | 




Aanrijdgevaar door wegverkeer van 
buiten de wegafzettingen 


Plaats de juiste afzettingen bij het juiste verkeersbeeld 
Controleer deze afzettingen regelmatig 

Plaats keten en toiletten aan de veilige kant van het werkvak. 

Dit geldt ook voor het parkeren van auto's 

Gebruik ook voor kleinschalig werk de juiste afzettingen 

Overleg met de wegbeheerder over de verkeersmaatregelen 

Zorg voor goede verlichting 's nachts 

Draag schone zichtkleding 


Aanrijdgevaar door werkverkeer 
binnen de wegafzettingen 


Zorg voor orde en netheid in het werkvak 

Zorg voor voldoende loopruimte naast de rijroute 

Vermijd obstakels in de looproute 

Zorg voor een camera op achteruitrijdende vrachtwagens 
Zorg voor goede verlichting 's nachts 
Draag schone zichtkleding 







• • 





Hoe inspecteert de Arbeidsinspectie? 

De Arbeidsinspectie beoordeelt bij een inspectie of de werkzaamheden op een veilige manier gebeuren. 
De inspecteur controleert de wegafzettingen. Hij beoordeelt of er voldoende waarborg voor een veilige 
werkplek voor de wegwerkers is ten opzichte van het langsrijdende verkeer. De betreffende richtlijnen zijn 
leidend. 

De inspecteur controleert of binnen de afzettingen voldoende maatregelen zijn genomen tegen aanrijdgevaar 
door het werkverkeer. 

De inspecteur controleert het gebruik van signaleringskleding en of deze kleding in orde is. De werkgever is 
verantwoordelijk voor het toezicht op het juiste gebruik van de verstrekte middelen. 

Afhankelijk van de geconstateerde feiten controleert de inspecteur ook documenten zoals de RI&E en het plan 
van aanpak. 

De inspecteur kan werkzaamheden die ernstig gevaar opleveren direct stilleggen en een boete aanzeggen. Het 
werk mag pas weer hervat worden als het gevaar is weggenomen door doeltreffende beheersmaatregelen. 

Meer informatie 

► www.arbeidsinspectie.nl 

► CROW 96, 96a en 96b; www.crow.nl 

Verwijzingen naar wet- en regelgeving over aanrijdgevaar 

► www.wetten.overheid.nl 

► Arbeidsomstandighedenwet, -besluit (in het bijzonder hoofdstuk 3 en 8) en -regeling 

► Warenwet, Warenwetbesluit machines 



16 



ARBEIDSRISICO'S IN DEWEGENBOUW 



Agressief gedrag van weggebruikers 



Werknemers in de wegenbouw hebben regelmatig te maken met agressief gedrag van weggebruikers en 
omwonenden. Ze overtreden niet alleen snelheidsmaatregelen of negeren wegafzettingen, ze verplaatsen ook 
wegafzettingen, maken allerlei boze gebaren en schelden tegen medewerkers. Soms wordt zelfs met 
voorwerpen gegooid of worden materialen vernield. Agressief gedrag komt overal voor: bij werkzaamheden aan 
snelwegen en provinciale wegen, maar ook bij wegwerkzaamheden binnen de bebouwde kom. 

Wat zijn de risico's? 

Agressief gedrag van publiek kan gevaarlijke situaties opleveren die tot letsel kunnen leiden. Denk aan het 
negeren van snelheidsbeperkingen of wegafzettingen. Ook kan agressief en intimiderend gedrag voor de 
medewerkers zo schokkend zijn, dat ze gestrest of zelfs getraumatiseerd raken. Op deze manier kan agressie 
dus uitmonden in langdurig ziekteverzuim van werknemers in de wegenbouw. Het is dus belangrijk agressie- 
incidenten zoveel mogelijk te voorkomen. En als agressie desondanks toch nog voorkomt, moeten dergelijke 
incidenten zo goed mogelijk worden beheerst. 

De beste manier om agressie te voorkomen, zijn volledige wegafsluitingen en omleidingen, waardoor het 
publiek niet in de buurt komt van de wegwerkzaamheden. Ook goed communiceren hierover naar de 
weggebruikers is essentieel, zowel voor als tijdens de omleiding. 

Het zal duidelijk zijn dat opdrachtgevers, zoals Rijkswaterstaat, de provincies en de gemeenten hierin een 
belangrijke rol hebben. Zij kunnen al bij de voorbereidingen bepalen of wegen volledig of gedeeltelijk worden 
afgesloten. 



Giessenplein 
afgesloten 

van 04-07/21. OOh 
t/m 07-07/05. OOh 





Blootstelling aan kwartsstof en PAK 



Producten waarmee wordt gewerkt of stoffen die tijdens de werkzaamheden vrijkomen, 
kunnen risico's opleveren voor de gezondheid. De risico's zijn afhankelijk van verschillende 
actoren, zoals: 

de eigenschappen van de stof; 
de concentraties waaraan men wordt blootgesteld; 
de duur van de blootstelling; en 
bij bepaalde stoffen: individuele factoren. 




In de wegenbouw is het voornaamste risico de blootstelling aan kankerverwekkende stoffen zoals respirabel 
kristallijn kwarts (inadembare kwartsstof), polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK) en dieselmotor- 
emissie (DME, zie verderop in deze brochure). 

Kwartsstof komt onder andere vrij bij mechanische bewerkingen van kwartshoudende materialen zoals asfalt 
(frezen, hakken, breken, boren, slijpen) en het zagen van bestratingsmateriaal. 

PAK kan vrijkomen bij het frezen van asfalt en dan vooral bij het frezen van oude teerhoudende asfaltlagen. 
Teerhoudend asfalt (> 75 mg/kg teer) wordt sinds 1995 niet meer gebruikt, maar bij renovatie van een 
wegdeel kunnen werknemers er nog mee worden geconfronteerd. 

Daarnaast kunnen de werknemers blootgesteld worden aan andere gevaarlijke stoffen die in meer of mindere 
mate een risico vormen. In de wegenbouw zijn dat bijvoorbeeld vluchtige organische oplosmiddelen in 
markeringsverf, stof dat vrijkomt bij het stralen van het wegdek en blootstelling aan gasolie bij het reinigen 
van de machines. 

Wat zijn de risico's? 

Kwartsstof en PAK zijn kankerverwekkend. Asfalt en ander bestratingsmateriaal zoals klinkers en trottoir- 
banden bevatten tientallen procenten kwarts. Bij de bewerking zal een deel van deze materialen in 
inadembare vorm in de omgevingslucht komen. Bij het frezen van asfalt komt naast kwarts ook PAK vrij, 
hoewel dat sterk is verminderd (teerhoudend asfalt wordt niet meer gebruikt). 

Blootstelling aan kwarts bij de bewerking van andere kwartshoudende bestratingmaterialen zal voornamelijk 
plaatsvinden bij het zagen van deze materialen. 



Wat moet u doen? 

U moet zoveel mogelijk voorkomen of beperken dat werknemers worden blootgesteld aan 
kankerverwekkende stoffen. Is er geen vervangend middel en is het gebruik noodzakelijk voor de 
bedrijfsvoering, dan kunt u de volgende maatregelen nemen: 



Wat moet u doen? 

U heeft volgens de Arbowet de zorgplicht om te voorkomen dat uw werknemers het slachtoffer worden van 
agressief gedrag van derden, zoals weggebruikers en omwonenden. U kunt onder andere de volgende 
maatregelen nemen: 

In samenwerking met de opdrachtgever -waar mogelijk- volledige wegafsluitingen en omleidingen van het 
verkeer realiseren. 

Bij gedeeltelijke wegafzettingen: praktische maatregelen ter plaatse nemen om de overlast voor het 
publiek zoveel mogelijk te beperken. Hierbij speelt ook de houding van uw medewerkers naar de 
weggebruikers en omwonenden een belangrijke rol. 

In nauwe samenwerking met de opdrachtgever voor en tijdens de werkzaamheden zo goed mogelijk 
communiceren naar/met het publiek over wegafsluitingen, omleidingen, gedeeltelijke afzettingen en de 
praktische maatregelen om de overlast zoveel mogelijk te beperken. 

Informeren en instrueren van uw leidinggevenden en medewerkers over de risico's van en de 
maatregelen tegen agressie. Het gaat niet alleen om de maatregelen die u als werkgever heeft genomen, 
maar ook om de maatregelen die uw leidinggevenden en medewerkers ter plaatse moeten nemen en 
waar ze zich aan moeten houden. 

Een procedure invoeren om agressie-incidenten te melden, registreren en analyseren. Het doel van de 
procedure is de aanpak van de agressieproblematiek te verbeteren. 

Organiseren van de opvang en ondersteuning van medewerkers die een ernstig agressie-incident hebben 
meegemaakt. 

Hoe inspecteert de Arbeidsinspectie? 

De Arbeidsinspectie kan bij een inspectie het risico van agressie en uw aanpak hiervan nader onderzoeken. 
De inspecteur zal gesprekken voeren met u, met een vertegenwoordiging van uw ondernemingsraad (als die 
er is) en met enkele medewerkers die wegwerkzaamheden uitvoeren. In deze gesprekken gaat de inspecteur 
na hoe vaak medewerkers met agressie te maken krijgen en om wat voor vormen van agressie het gaat. 
Als blijkt dat de confrontatie met agressief gedrag een reeel risico vormt, bekijkt de inspecteur welke 
maatregelen u hebt genomen om dit risico te beheersen en of deze maatregelen in de praktijk toereikend 
zijn. Als uw aanpak van de problematiek ontoereikend blijkt te zijn, maakt de inspecteur afspraken met u 
over aanvullende maatregelen. 



Verwijzing naar Arbowet- en regelgeving 

► Arbowet: artikel I , lid e en f, artikel 3, lid 2, artikel 5 en artikel 8 
Arbobesluit: artikel 2. 1 5 



18 



ARBEIDSRISICO'S IN DE WEGENBOUW 



ARBEIDSRISICO'S IN DE WEGENBOUW 



19 




maatregelen om de blootstelling aan kwartsstof en PAK zoveel mogelijk te beperken. Bij het frezen van 
asfalt kunt u dit bijvoorbeeld doen door de freesmachine uit te rusten met een beheersvoorziening zoals 
een afgeschermde freeskast met afzuiging en/of door de machine uit te rusten met een vernevelings- 
installatie. De blootstelling aan kwartsstof bij het zagen van asfalt en van bestratingsmaterialen (klinkers, 
trottoirbanden) kan worden beheerst door tijdens het zagen water te vernevelen; 

blootstelling aan kwartsstof en PAK beoordelen om te toetsen of de maatregelen voldoende effectief zijn 
en werknemers niet worden blootgesteld aan concentraties van stoffen die gevolgen voor de gezondheid 
kunnen hebben. Als u bij het frezen van asfalt of het zagen van andere bestratingsmaterialen een van de 
bovengenoemde beheersvoorzieningen heeft genomen, dan wordt de blootstelling aan kwartsstof en PAK 
overigens doeltreffend beheerst; 

voorlichting en instructie geven om medewerkers bewust te maken van de risico's, voorzieningen 
gebruiken en werkwijzen hanteren om deze risico's zoveel mogelijk te beperken; 
toezicht houden op het juiste gebruik van voorzieningen en werkwijzen. 

Hoe inspecteert de Arbeidsinspectie? 

De Arbeidsinspectie gaat bij een inspectie na of: 

u voldoende maatregelen hebt genomen om de blootstelling te beperken volgens de arbeidshygienische 
strategie (zie R/&E en plan van aanpak op bladzijde 4); 

in het kader van de RI&E de blootstelling is beoordeeld en of hieruit blijkt dat de blootstelling beperkt is 
tot een niveau waarbij geen gezondheidschade zal ontstaan; 

de werknemers zijn voorgelicht over de risico's van het werken met gevaarlijke stoffen en hoe deze 
risico's zoveel mogelijk beperkt worden; 

de leiding voldoende toezicht houdt op het gebruik van voorzieningen en werkwijzen. 

Meer informatie 

► www.arbeidsinspectie.nl 

► www.arbouw.nl 

► Brochure van de Arbeidsinspectie Arbeidsrisico's in de bestratingsbranche 

► Publicatie 223 Kwarts in de GWW (zie www.crow.nl ) 

Verwijzingen naar Arbowet- en regelgeving 

- Arbobesluit, art. 4. 1 a, 4. 1 b, 4. 1 c, 4.2, 4.4, 4. 1 Od, 4. 1 6 en 4. 1 7, 4. 1 8, 4. 1 9 en 4.20 

► Beleidsregels 4. 1 c- 1 , 4. 1 c-4 en 4. 1 8- 1 



Dieselmotoremissie 



De apparatuur die in de wegenbouw wordt gebruikt (transportmiddelen en machines) worden veelal 
aangedreven door dieselmotoren. In omsloten ruimten zoals tunnels zullen werknemers zeker worden 
blootgesteld aan dieselrook. 

Wat zijn de risico's? 

Dieselmotoremissies (DME) zijn kankerverwekkend. Met name bij gebruik van dieselmotoraangedreven 
arbeidsmiddelen in omsloten ruimten zoals tunnels, is snel sprake van verhoogde DME- concentraties. 
Maar ook in de buitenlucht kan hiervan sprake zijn. Bijvoorbeeld als er gewerkt wordt in de buurt van een 
dieselmotoraangedreven aggregaat of andere door een dieselmotor aangedreven arbeidsmiddelen. 
Blootstelling aan DME moet worden voorkomen of teruggebracht worden tot een zo laag mogelijk niveau. 

Wat moet u doen? 

ledere blootstelling aan een kankerverwekkende stof of kankerverwekkend proces kan leiden tot vormen van 
kanker. Daarom staat vervanging van zo'n stof of proces door een niet-kankerverwekkende stof/proces 
voorop. Het kan zijn dat vervanging is onderzocht, maar technisch niet mogelijk blijkt. Dan mag met kanker- 
verwekkende stoffen of processen worden gewerkt. Wei moet u dan beheersmaatregelen nemen om de 
blootstelling tot een zo laag mogelijk niveau te brengen. 



20 



ARBEIDSRISICO'S IN DE WEGENBOUW 




In omsloten ruimten 

Voorkom dieselmotoremissies in omsloten ruimten. Een omsloten ruimte is bijvoorbeeld een tunnel of 
overdekte ruimte zoals een parkeergarage. U kunt blootstelling voorkomen door dieselmotoraangedreven 
arbeidsmiddelen niet te gebruiken in omsloten ruimten. De meest voor de hand liggende oplossing is 
vervanging door een elektrisch aangedreven arbeidsmiddel. 

Als u arbeidsmiddelen of voertuigen om technische redenen niet kunt (laten) vervangen, moet de uitstoot 
van DME met minimaal 70% worden teruggebracht. Dat kan door het plaatsen van een gesloten roetfilter. 
Ook voor voertuigen van derden die in de omsloten ruimte komen, geldt die 70%-reductie. Bij voertuigen die 
maar kort aanwezig zijn, kan dat door tijdelijke opsteek/insteekfilters te gebruiken. Soms kan geen tijdelijk 
filter geplaatst worden door de constructie van de uitlaat. Dan moet u aanvullende voorzieningen treffen op 
technisch gebied (bronafzuiging en algemene ventilatie) of organisatorische maatregelen nemen (afhandelen 
buiten de omsloten ruimte). Na deze maatregelen moet de blootstelling aan DME worden beoordeeld. 

Naast DME stoot een dieselmotor ook nog andere gevaarlijke stoffen uit, zoals koolmonoxide en 
stikstofdioxide. Ook van deze stoffen moet u beoordelen of de grenswaarde niet wordt overschreden. 
Omdat er geen wettelijke grenswaarde voor DME is, moet u (in overleg met de vertegenwoordiging van 
werknemers) zelf een grenswaarde vaststellen op een zo laag mogelijk niveau. Daarbij kunt u de hulp 
inroepen van externe deskundigen, bijvoorbeeld van een arbodienst. U hoeft verder geen maatregelen te 
nemen als de blootstelling is teruggebracht tot het achtergrondniveau ter plaatse. 



Bij gebruik buiten 

Als dieselmotoraangedreven arbeidsmiddelen/voertuigen buiten worden gebruikt, kunnen werknemers ook 
worden blootgesteld aan DME. U moet beoordelen of de werknemers blootstaan aan een verhoogde 
concentratie DME (ten opzichte van het achtergrondniveau ter plaatse) door de uitstoot van 
dieseluitlaatgassen van gebruikte arbeidsmiddelen/voertuigen. 

Als de concentratie DME hoger is dan de achtergrondconcentratie, moet u maatregelen nemen. Omdat het 
gaat om een kankerverwekkende stof maakt de duur van de blootstelling niet uit. Ook moet u voorzieningen 
treffen om de blootstelling te voorkomen of terug te brengen tot een zo laag mogelijk niveau. Dat kan door 
vervanging (bijvoorbeeld elektrisch of Ipg/aardgas), door voorzieningen op de arbeidsmiddelen/voertuigen 
(een gesloten roetfilter) of door het werk te verplaatsen buiten de directe omgeving van de 
dieselmotoremissies. 

Hoe inspecteert de Arbeidsinspectie? 

De Arbeidsinspectie zal bij controle nagaan of: 

dieselmotoraangedreven arbeidsmiddelen/voertuigen worden gebruikt in omsloten ruimten; 
maatregelen zijn genomen om dieselmotoraangedreven arbeidsmiddelen/voertuigen buiten omsloten 
ruimten te houden; 

de uitstoot van DME van dieselmotoraangedreven arbeidsmiddelen/voertuigen die in omsloten ruimten 
moeten worden gebruikt met minimaal 70% is verminderd; 

werknemers in de buitenlucht worden blootgesteld aan verhoogde concentraties DME door 
arbeidsgerelateerde dieselmotoremissies van arbeidsmiddelen/voertuigen in de directe omgeving; 
de werkgever de mogelijkheden voor vervanging door elektrisch of Ipg/aardgas heeft onderzocht; 
de uitstoot van DME tot een zo laag mogelijk niveau is teruggebracht, als het technisch niet mogelijk is 
die arbeidsmiddelen/voertuigen te vervangen. 

De Arbeidsinspectie kan een waarschuwing geven of een eis stellen als er onvoldoende maatregelen zijn 
genomen. 

Meer informatie 

► www.arbeidsinspectie.nl 

► www.arbouw.nl 

Verwijzingen naar Arbowet- en regelgeving 

»- Arbobesluit, art. 4. 1 c, 4.2, 4.4, 4. 1 6, 4. 1 7, 4. 1 8 en 4. 1 9 



ARBEIDSRISICO'S IN DE WEGENBOUW 



23 



Werk- en rusttijden 



Regelmatig overwerken, werken in nachtdienst of niet op vakantie kunnen gaan, snipperdagen en pauze 
opnemen als men dat wil, hebben allemaal effect op de gezondheid van uw werknemers. Deze zaken, die te 
maken hebben met de werk- en rusttijden, hebben vaak, naast een direct effect op de gezondheid, ook een 
negatief effect op de veiligheid en het welzijn van uw werknemers. 

Wat is het risico? 

Als de vermoeidheid van werknemers toeneemt, is er een grotere kans op uitval door ongevallen of ziekte. 
Het blijkt zelfs dat de relatieve kans op een ongeval fiks stijgt na het negende werkuur. Na 12 uur werken is 
deze kans tweemaal zo hoog als bij een normale werkdag van acht uur. Na 14 uur is dit zelfs het drievoudige. 
Deze risico's gelden overigens voor elke sector. Voor werknemers in de wegenbouw komt daar vaak nog bij 
dat er 's nachts gewerkt moet worden en de concentratie in de late nachturen (rond 04.00 uur) duidelijk 
vermindert. Dit in combinatie met lange arbeidstijden verhoogt onder andere de kans op aanrijdingen. 



Wat moet u doen? 

U moet zich als werkgever aan de regels voor werk- en rusttijden houden. Zo zorgt u voor een gezond en 
veilig werkklimaat en raken uw werknemers niet oververmoeid of overbelast. 



Werktijd 




Norm voor werknemers van 18 jaar 
of ouder 




Boete 


bij dagdienst 


1 2 uur per dienst 
60 uur per week 

768 uur in 16 weken (gem. 48 uur/ 
week) 


werknemers werken meer dan: 
14 uur per (nacht)dienst 
72 uur per week 
768 uur in 1 6 weken 


bij nachtdienst 




10 uur per nachtdienst 

Sx in 14 etmalen en 22x in 52 weken, 

12 uur per nachtdienst 

60 uur per week 

640 uur in 16 weken (gem. 40 uur/ 
week) 





24 



ARBEIDSRISICO'S IN DE WEGENBOUW 




Rusttijd 




Norm voor werknemers van 18 jaar 
of ouder 




Boete 


dagelijks 


1 1 uur onafgebroken in 24 uur 

Ix in 7 etmalen in te korten tot 8 uur 


werknemers hebben minder 
rusttijd dan 6 uur onafgebroken 
in 24 uur 


wekelijks 




36 uur onafgebroken in 7 etmalen 
of 

72 uur in 14 etmalen, te splitsen in 
onafgebroken perioden van 32 uur 




werknemers hebben minder 
rusttijd dan 32 uur onafgebroken 
in 14 etmalen 


pauze 




Yi uur of 2x !4 uur 







Reistijd 

In de wegenbouw hebben werknemers vaak lange reistijden. Sociale partners kunnen afspreken welk deel van 
het woon- werkverkeer dan bij werktijd hoort. Is zo'n afspraak niet gemaakt, dan hanteert de 
Arbeidsinspectie een forfaitaire reistijd. De eerste 45 minuten van de heenreis en de laatste 45 minuten van 
de thuisreis zijn woon- werkverkeer en de rest is werktijd. 

Reizen onder gezag van de werkgever is altijd werktijd. Er is sprake van een gezagsrelatie als de werkgever 
zeggenschap heeft over een of meerdere aspecten van het reizen, zoals welke personen er meegenomen 
moeten worden of welke materialen en machines. 

Wachttijd 

Wachttijden, bijvoorbeeld door slecht weer en stagnatie in de aanvoer van materiaal, vallen, voor zover ze 
niet samenvallen met de pauze(s), onder werktijd. Werknemers blijven immers op de werkplek ter 
beschikking van de werkgever, terwijl er bij pauzes sprake is van een onderbreking van de dienst en de 
werknemers geen enkele verplichting hebben als het gaat om werk. 

Hoe inspecteert de Arbeidsinspectie? 

De Arbeidsinspectie let bij de handhaving van de Arbeidstijdenwet op ernstige overtredingen van de 
bepalingen waarvoor u een boete kunt krijgen. De grenzen, vastgesteld door sociale partners in de cao of 
andere privaatrechtelijke overeenkomsten, spelen daarbij meestal geen rol. Deze controle voert de 
inspecteur uit aan de hand van de registratie van de feitelijk gewerkte werktijden. Dit vindt meestal achteraf 
plaats. 



ARBEIDSRISICO'S IN DE WEGENBOUW 



25 



Voor bestuurders van vrachtauto's zal de inspecteur ook kijken of zij zich houden aan het Arbeidstijden- 
besluit Vervoer. Dit geldt niet voor vrachtauto's die specifiek zijn ingericht voor het onderhoud van wegen 
(zoals een veegwagen). Deze hoeven geen tachograaf te gebruiken en hiervoor gelden deels andere regels 
over werk- en rusttijden. 

Meestal controleert de inspecteur een periode van vier weken. Wanneer daaruit blijkt dat wellicht de norm 
van 768 uur arbeid in 16 weken wordt overschreden, zal de inspecteur de periode uitbreiden. 
Als hij kleinere overtredingen constateert, geeft hij eerst een waarschuwing. Als de norm voor volwassen 
werknemers zeer ernstig wordt overtreden, maakt hij direct een boeterapport op. 

Als ook andere regels uit de Arbeidstijdenwet worden overtreden, dan zal de inspecteur een waarschuwing 
geven. Een soortgelijk handhavingsbeleid geldt voor het Arbeidstijdenbesluit vervoer. 

Meer informatie 

► Brochure: 'De nieuwe Arbeidstijdenwet, Informatie voor werkgevers en werknemers' (bestelcode 160) 

► Arbeids- en rusttijden van werknemers op www.arbeidsinspectie.nl 



Colofon 

Deze brochure is ontwikkeld in opdracht van de Arbeidsinspectie, 2008. 
Disclaimer 

In deze brochure staan de belangrijkste arbeidsrisico's in de wegenbouw, de branche waartoe uw bedrijf 
behoort. U kunt lezen hoe de Arbeidsinspectie op deze risico's inspecteert. Mogelijk zijn niet al deze risico's 
in uw bedrijf aan de orde, dan is dat deel van de tekst niet op u van toepassing. Is er in uw bedrijf sprake van 
risico's die niet in deze brochure zijn genoemd, dan moet u deze risico's ook opnemen in de RI&E en het 
plan van aanpak. Ook moet u maatregelen nemen om deze risico's weg te nemen of te verminderen. De 
regels waar het in deze brochure over gaat zijn bestaande regels. Meer informatie vindt u op www. 
arbeidsinspectie.nl en www.arbonieuwestijl.nl. Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is niet 
verantwoordelijk voor informatie op websites van derden waarnaar in deze brochure wordt verwezen. 
Aan de tekst van deze brochure kunnen geen rechten worden ontleend. 

Nadere informatie 

U kunt deze brochure in digitale vorm vinden op www.arbeidsinspectie.nl. Daar vindt u ook meer informatie 
over de verwijzingen naar bestaande instrumenten en hulpmiddelen in deze brochure. Alle Arbowet- en 
regelgeving vindt u op www.overheid.nl. 

Extra exemplaren van deze brochure zijn aan te vragen via Postbus 5 I tel. 0800-805 1 of www.postbus5 1 .nl. 
Met dank aan alle meewerkende bedrijven en organisaties uit de branche. 



ARBEIDSRISICO'S IN DE WEGENBOUW 



27