NATUURKUNDIG TIJDSCHRIFT EDERLANDSC SONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING NATUURKUNDIG TIJDSCHRIFT VOOR NEDERLANDSCH-INDIË. NATUURKUNDIG TIJDSCHRIFT VOOR _NEDERLANDSCH-INDIË, UITGEGEVEN DOOR DE KONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING NEDERLANDSCH-INDIË. ONDER REDACTIE VAN Dr. H. ON NEN. DEEL XLVL. ACHTSTE SERIE. DEEL VII. Mo. Eot. Garden, 1898. BATAVIA ex NOORDWIJK, 's GRAVENHAGE, ERNST & Co. MARTINUS NYHOFF. 1887. ede vk INHOUD VAN DEEL XLVL. Naamlijst der leden van de Somnklijke Natuurkundige Vereeniging in Nederlandsch-Indië op 1 Januari 1886. Vulkanische verschijnselen en aardbevingen in den 0. L Heel waar- genomen gedurende de maanden Januari—Juni van het jaar 1885 , door de Commissie tot het organiseeren en verzamelen van aard- bevingswaarnemingen. A. Vulkanische vrbensden. B. Aardbevingen Voordracht, gehouden op 21 ee, 1886. in ge RAR A der Kon. Nat. Vereeniging, door Dr. C. Pu. Suurrer: Over het “ wederzijdsch verband tusschen dood en voortplanting. Verslag van de werkzaamheden en den toestand der Koaekliike Ee Vereeniging in Nederlandsch-Indië over het jaar 1885, door Dr. C. L. van per Bure … Bijdrage tot de oen van de Avifauna der Peene eat ee langs de Wijnkoopersbaai (West-Java) door A. G. Vonpenmas. Uitkomsten van Regenwaarnemingen in 1884 en 1885, gedaan in Bowerno en Padangan (Res. Rembang) en in Gambang Waloh (Res. Kedoe), medegedeeld door Dr. S. Frorr, Onder-Directeur van het Magnetisch en Meteorologisch Observatorium . en. waarnemingen in Nederlandsch-Indië, met eene en ing van Dr. J. P. var per Srok Mat MB Vulkanische verschijnselen en Aardbevingen in den Ol. Archipel waargenomen gedurende de maanden Juli— December van het jaar 1885, verzameld door Dr. S. Freee en Da. H. Onnen, leden der Aardbevings-commissie Ea er A. Vulkanische verschijnselen . B. Aardbevingen. Brapz. vi INHOUD. Brapz. Verslag over de Gouvernements-kina-onderneming in de Preanger- egentschappen over het jaar 1885, door R. van Romunme, Directeur der Gouvernements-kina-onderneming. 1. Weersgesteldhei 152 EER ee HI. Ontginning en Oaudehold. PE IV. Oogst van Kina. . EE V. Personeel. Geldmiddelen Me VL Verspreiding van Kina. k B - . 166. VIL Kennis der op Java mis lo: Be. 167. VIIL Scheikundige ee PR B ee Ur Bijlage A. koe NP, Bijlage B. 1 Bijlage B'. 110 Bijlage C. 186. | Gevoeligheid van werwdhillenie personen voor dattie dbr Dr. | H. Onxen 188. De Giftklieren bi het oaalaant Adeworhië (Per) diie de je B. re | te Dresden (Uit »Sitzungsberichte der kön. Pr. Akademie der | Wissenschaften zu Berlin, Gesammtsitzung von 15 Jule 160. Meteorologische waarnemingen in Nederlandsch-Indië, ia Te Juni 1886 . É 195. Liste der oiseaux ie Boelo par N G. Vonda” 217. Einfache Ascidien aus der Bai von Batavia, von Dr. C. Ph. Blo | korrespondierendem Mitgliede der idd Akademie der | | | Wissenschaften zu Amsterdam 5 $ £ - 288 Eugyra bilabiata (n. sp.) S Ì d ; De Ek Ascidia diplozoon (n. sp.) À 5 k é 4 Ascidia liberata (n. sp.) Ee ARADEE MORE ON DI Ten LT Ascidia capillata (n. sp.) Á k î ë 405. Ascidia limosa (n. sp.) . , 6 À E : 0 Ascidia kuneides (n.sp.) —. . . … o. 950. Styela bicolor (n. sp.) . ; 3 $ ; 6 Cynthia rosea (n. sp.) . ARRIER, … 264. Erklärung „der Abbildungen, Tafel 1 IL, IL. Vulkanische Verschijnselen en aardbevingen in den 0, IL. Archipel waar- genomen gedurende de maanden Janwari— Juni van het i jaar 1886, verzameld door Dn. S. Frare en Dr. HL. Osse, Leden der aardbevings- commissie. A. Vulkanische enn EE B. Aardbevingen. . ER Kee eend 8 BEND TT LT EEN AE INHOUD. Meteorologische waaren ngen in Nederlandsch-Indië Juli é/m. Sep- t 886. _ Notulen van de Broderie der Koninklijke orkanen Dae: eeniging in Nederlandsch-Indië, gedurende het jaar 1886. Vergadering der Directie, gehouden op 21 Januari 1886 Bijzonnen, waargenomen door den Heer vAN ACKER Voordracht van Dr. Suumrer over: »het verband tus- schen den Dood en de knn (Opgenomen in het tijdschrift, blz. 46 . 5 Vergadering der Directie, gehouden op 18 iran 1886 Voordracht van Dr. Treuw over »de Rol der Bladen”. Vergadering der Directie, gehouden op 18 Maart 1886 . Voordracht van den Heer B. G. J. Volck, luitenant ter zee 1° kl. over: »de Nederlandsche Noordpool- expeditie in 1882/83”. Warme bron op het Idjen. pat, wairbemwat dur den Heer F. OTTOLANDER . : Vergadering der Directie, gehouden op 22 Abel 1886 oordracht van DR v. p. Stok over: » Maansinvloed op meteorologische verschijnselen”. 8 NM ndoriee der Directie, gehouden op 13 Mei 1886. Vergadering der Directie, gehouden op 10 Juni 1886 Voordracht van Dr. Cremer over: »Drinkwater” Vergadering der Directie, gehouden op 8 Juli 1886 . Voordracht van Dr. Fiore over: sDanpringeekerr citeit” … Vergadering der Directie, ehionden op 2 Tivantas 1886. Mededeeling van Dr. v. p. Srok omtrent eis strepen , waargenomen bij roode zonsondergang 2 Mededeeling van Dr. Onnan hehe het verand tusschen de pr ijzen van s 8 Ï vlekken . Vergadering der Directie, 8 heete op ‚9 Bepember 1886 Mededeeling van Mr. PrepErs omtrent het voorkomen van vlinders op het eiland Edam à Vergadering der Directie, gehouden op 14 October 1886 Brief van de HH. F.A. Jentink en SERRURIER, Directeuren van het Museum van Natuurlijke Historie en van het Ethnographisch Museum te Leiden, aan den Gouv, Gen. omtrent de bestemming, te geven dan den post op de En begrooting ad / 10.000 ek in den Ind. Archipel. voor wetenschappelij VII 317. 338, vin INHOUD. __Brap Vergadering der Directie, gehouden op 11 November 1886. 344 Vergadering der Directie, gehouden op 9 December 1886 . 34 Advies, door de Directie der Koninklijke Natuurkundige Vereeniging uitgebracht, in zake de bestemming, te geven aan den post van f/ 10.000 voor weten- schappelijk onderzoek in den Ind. Archipel. JA, Mededeling van Dr. v. pn. SroK omtrent de Aeaden E van de waarneming der magnetische elementen te 4 Batavia gedurende de jaren 1882-1885 . 359. Verslag van de Werkzaamheden en den toestand der Koninklijke j Natuurkundige Vereeniging in Nederlandsch-Indië over het jaar 1886, keren in de bestuursvergadering van den 17 Februari f r HL. L. Janssen van Raar, Voorzitter der Vereeniging. 360. oek ter tafel gebracht in de Vergaderingen. der Natuurkundige Vereeniging gedurende het det 1886. 5 LXXII £ 3 pr Be | Ke € AE PL Fe NATUURKUNDIG TIJDSCHRIFT VOOR NEDERLANDSCH-INDIË, UITGEGEVEN DOOR DE KONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING IN NEDERLANDSCH-INDIË. ONDER REDACTIE VAN Dr. KM. ONNEN. DEEL XLVE Eerste Aflevering. 2e ACHTSTE SERIE. DEEL VIT AFLEVERING 1 Kd en B gn 4 OBATAVIA, vs GRAVENHAGE, ERNST & Co. MARTINUS NYHOFF. pr NAAMLIJST DER LEDEN VAN DE KONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING NEDERLANDSCH-INDIË, op 1 Januari 1886. Dagteekening van oprichting 19 Juli 1850. OPRICHTERS. Dr. P. Bleeker, f 1878; J. H. Groockewit Hz, + 1880; C. de Groot: P. J. Maier, + 1878; P. Baron Melvil van Carnbee, + 1856; GC. M. Schwaner, + 1851; Dr. H. D. A. Smits, + 1855; Dr. B. Swaving, t 1881. BESCHERMHEER. Zijne Majesteit de Koning der Nederlanden. Honorair BESCHERMHEER, Mr. A. J. Duijmaer van Twist. 2 BestURENDE LEDEN. EDEL W.G de Koo, 2 Dr. C. L. van der Burg, 5 J.J. W. E. van Riemsdijk, 4 Dr. GC. Gutteling, 5 Dr. H. Cretier, 6 A. G. Vorderman, 7 Dr. H. Onnen, 8 Dr. C. P. Sluiter, 9 Mr. M. CG. Piepers, 10 G. W. ten Brummeler, 11 H. J. Hardeman, 12 Dr. S. Figee, 15 Dr. R. D. M. Verbeek, 14 Dr. M. Treub, 15 H. L. Janssen van Raaij, 16 A. J. Schuurman, Honroraire LEDEN. 1 Jhr. F. V. A. Ridder de Stuers, 2 J. B. Ritter von Wullerstorff Urbair , 5 A. W.P. Weitzel, 4 J. Groil, 5 M. Th. Reiche, 6 C. de Groot, 7 Mr. L. A. J. W. Baron Sloet v. d. Beele 5 8 W. F. Versteeg, 9 A. J.G. Edeling, 10 Mr. J. Loudon, 11 F. ’s Jacob, 12 H. L. Janssen van Raaij, Datum van benoeming. — 27 December 19 October 50 December 17 Januari 16 September 20 April 19 September 15 Mei 16 September 20 December 17 Juli 20 November 18 December 18 » 19 Maar 19 » 7 Augustus 21 Mei 24 Februari 19 Juli 28 Maart 8 Juli 14 April 18 Mei 29 Januari 18 Mei 29 Juli 20 April 1862. 1867. _— 1874. 1876. 1878. „ 1879. 1880. 1885 1884. _ » / 1885. — » 1857. — © O9 Td OD OT OW OT DO 28 29 3 CORRESPONDEERENDE LEDEN IN NEDERLAND. (Maximum aantal 50). Dr. CG. H. D. Buijs Ballot, Utrecht, Dr. H. Schlegel, Leiden, Dr. F. CG. Donders, Utrecht, Dr. L. Ali Cohen, Groningen, Dr. A. W. M. van Hasselt, Utrecht, Dr. C. A. J. Oudemans, Amsterdam, Dr. E. H. von Baumhauer, Haarlem, Dr. A. CG. Oudemans, Dr. M. Salverda, ’s Hage, Dr. F. W. R. Suringar, Leiden, Dr. J. Bosscha Jr., Delft, Dr. N. W. P. Rauwenhoff, Utrecht, Dr. H. G. v. d. Sande Bakhuijsen, Leiden, Dr. P. J. Veth, Leiden, Dr. P. de Boer, Groningen, Dr. L. W. Gunning, Amsterdam, Dr. J. A. C. Oudemans, Utrecht, Dr. C. Ritsema, Leiden, Dr. D. Bierens de Haan, Leiden, P. van der Burg, Nijmegen , Dr. H. CG Dibbits, Utrecht, Dr. Th. W. Engelman, Utrecht, Dr. Th. Mac Gillavry, Leiden, Dr. A. Heijnsins, Leiden, Dr. Th. Place, Amsterdam, Dr. E. van Rijckevorsel, Rotterdam, G. Westerman, Amsterdam , P. C. T. Snellen, Rotterdam, F. M: van der Wulp, ’s Gravenhage Datum van benoeming. 17 Februari 1855. 1 7: » » RE 1854. B 1855 AN 1856 15 Juni 1858. 24 September 1864. 6 November 1867. 20 Januari 1868. 21 December 1872. 21 » » 21 » » 21 » » pe | » » 20 December 1875. 21 Maart 1874. 17 September 1875. 17 » » 20 Mei 1880. 20 « » 20 » » 20» » re » 20 >» » 20 » » 20 » » 0 » » 17 » 1885. 17 » „ ú | CORRESPONDEERENDE LEDED IN HET BuitENLAND. (Maximum aantal 30). Datum van benoeming. 1 P. J. van Beneden, Leuven, 28 Februari 1856. 2 A. A. Duméril, Parijs, Bh 3 » 5 R. A. Göppert, Breslau, 28 >» » 4 1. Hvrtl, Weenen, AS » 5 A. Mousson, Zürich, Ze» » 6 J. Steenstrup, Kopenhagen, 28 » » 1 J. K. Hasskarl, Kleef, Be 1857. 8 W. von Haidinger, Weenen, 10 November 1859. 9 J. Moleschott, Turijn, - 24 September 1864. 10 F. Hochstetter, Weenen, Bk » 11 0. Strüve, Pulkowa, 28 Januari 1865. 12 0. Bececari, Turijn, 15 Juni 1872. 15 D. J. Whitney, San Francisco, 21 December _ » 14 F. von Müller, Melbourne, ae » 15 N, de Miclucho-Maclay, 16 Augustus 1875. 16 A. Russel Wallace, Londen, 20 December » 17 A. le Jolis, Cherbourg, 18 3 1867. 18 A. B. Meijer, Dresden, 18 Mei 1878. 19 G. J. Allman, Londen, 20 1880. 20 G. Daubrée, Parijs, ë NO » 21 H. Helmholtz, Berlijn, 20 » » 22 J. C, Houzeau, Brussel, et » 25 Th. H. Huxley, Londen, 20 » » 24 L. Pasteur, Parijs, 20 » 25 Spencer Fulterton Baird, Washington, 17 Febr uari 1881. 26 Tommaso Salvadori, Turijn, 28 Mei 1882. 27 Dr. Otto Finsch, Bremen, 19 Juli 1885. — _— Ó DO al TD OO en Ol Le Gewone Leden in Nederl. Indië. Dr. C. F. A. Schneider, S. Binnendijk, G. J. Filet, J. F. den Dekker, G. A. van Delden, K. F. Holle, J. C. Bernelot Moens, J. J. W. E. van Riemsdijk, J. G. F. Riedel, Radh. Adipati Proto Noto Amiprodjo, Dr. C. L. van der Burg, Dr. L. W. G. de Roo; W. H. van Waesberge , Mr. M. C. Piepers, J. Heringa, A. H. Hisgen, E. Polak , Dr. C. Gutteling, Dr. J. P. Kloos, H. G. J. G. Vriesman, H. J. Wigman, W. Pontier, Mr. A. M. Oudemans, Datum van Benoeming. 17 April 1851. 9 October. » 19 Juli 1854. 11 Juni 1857. 25 December 1858. 50 Maart 1859. 9 Juni » 28 Juli » 6 December 1860. 16 Januari 1861. 28 December » 22 Februari 1862. 14 October 1865. 28 April 1866. 15 December _ » 16 Maart 1867. 21 November 1868. 19 September 1870. 19 » » 16 » 1871. 25 December _» 18 Mei 1873. 18 _» » Datum van Benoeming. 24 J. C. Kummer, 18 Mei 1872, 25 Th. L. K. von Kotsch, 15 Juni » 26 Dr. H. Neubronner van der Tuuk, 19 April 1875. 27 J. G. L. Ducker, 19. > 28 W. van Voorthuijzen, 19 » 29 Mr. N. P. van den Berg, 19 Juli » 50 G. W. ten Brummeler, 16 Augustus _ » 51 A. G. Vorderman, ; 16» » 52 CG. F, Michielsen . 20 September _» 55 P. van Dijk, 20 » » 54 J. Sturmer, 17 Januari 1874. 55 S. J. Wolff, 21 Maart » 56 A. Mijer Pz., 18 April » 57 R. Fennema, 19 Juni » 58 1. A. Hooze, 19 » » 59 Dr. F. H. Bauer, iet % » 40 L. A. Hamburg, 10 Juli ë 41 H. J. GC. Bonemeijer, 27 Februari 1875. 42 W. F. Vogelsang, 21 Mei » 45 A. J. Spaan, 15 Oetober » 44 TL. L. L. van Leeuwen, 17 December _ » 45 P. van Baak. 21 Januari 1876, 46 W. de Boer, 18 Februari » 47 G. M. W. Zuur, 17 Maart 6 48 J. N, Zelisse, hr » 49 W. Veer, br A. » 50 K. L. van Schouwenburg, Een » 51 L. Schalij, En » 52 Mr. L. J. Selleger, urg » « 535 A. Seubert, tr. : | 54 R. F. de Seijff, 17 in ” 55 P. J. Siedenburg, Erens : 56 P. W. van Spall, Ens 57 W.J. M. Linden, 17 58 H. Ludewig, 59 Dr. J. G. E. Machik , 60 M. P. A. Mathes, 61 J. Milder, 62 P. Landberg Jr., 65 P. Houtzager Jz., 64 B. Epple, 65 E. Douwes Dekker , 66 0. Dürler, 67 1. de Clercq Zubli, 68 Jhr. CG. G. 1. Barnaart, 69 Dr. J. L'Ange Huet, 70 S. Bloem, 71 J. M. van Berckel, 72 J. M. Bloemhard, 75 A. de Bruijn, Mz., 74 H. 1. G. van der Burch, 75 1. A. Coster, 76 W.S. Cramer, vi D. J. Crol; 78 W. Daumiller , 79 E. Th. van Delden, 80 Mr. J. J. CG. Enschedé, 85 S. L. H. Hartog, 84 W. H, Heijtman, 85 GC. A. L. G. Jeekel, 86 E. J. Kerkhoven, 87 Mr. R. A, Kerkhoven, 88 Mr. H. Klein, 89 D. C. J. Kool, 90 F. J. Knoops, 91 GC, P. Lohr. Datum van benoeming. 17 Maart 1876. ie „ EE ” Ads „ REE Dn 17 » » Je RER » KA » EA » KAn » il » 18 » 21 April » 4 >» » 21 » » 1» » 21 > » 1» » 41 > » » A» » mi A » SE ed ak » A » si » 21» » ai ’ RE » 21 > » 21 > » Ris » ni, » Ri » 92 Mr. C. Manuel, 95 W. J. M. Michielsen, 94 E. G. R. Mosson, 9% P. A. Palm; 9% Th. S, Reiijjneke, 97 J. H. D. L. Sänger, 98 John S. Sarkies, 99 J. R. P. Saijers, 100 J. W: Th. van Schaick. 101 F. R. Scherius, 102 Dr. J. H. Th. Sollewijn Gelpke, 105 A. P. C. Steinau, 104 P. T. Laging Tobias, 105 H. R. A. Vechtman, 106 T. baj. 107 J. J. de Weijer, 112 A. Schneider, 115 G. P. A. Renaud, 114 W. G. Leembruggen, 115 A. Graaf van Limburg Stirum, 116 Mr. T. H. der Kinderen, 117 A. Holle, 118 J. C. d'Engelbronner, 119 C. H. de Braconnier, 120 J. W. C. Rüpert. 121 L. W.D. A. Renesse van Duijvenbode, 122 J, H. Polman, 1235 C. W. Bla 124 CG. A, Niessen, 125 Dr. H. Cretier, Datum van benoeming. 21 April 1876, 21 » » 21 ’ ’ 21 ” » ML ‚ 21 » 21 ’ WEE | 21 > ’ BE " 21 21 > 21 » ’ 21 » Mien ’ ME in » Se » din ; 4 BE » 19 Mei ” 19 » » 19 » » 19 >» » 19 19 » » 19» ” 19 » » 9 » > 7 Juli ” Es ’ Tin » gen > Ee » ds » 152 155 P. P. du Cloux, A. A. Bruijn, A. Bommel, J. A. Kluijt, A. M. J. Bolsius, Dr. Leo Moscovicz, G. H. Blanken, J. M. van der Valk, J. B. Westenberg, J. W. Dersjant. F. N. Knoch, H. T. P. Obertop, E. Heijning Jr., A. K. J. Kaffer, Dr. J. P. van der Stok, J. C. Ribbers, Dr. M. Albricht. H. P. Julsing, P. van Muijen, F. J. Visser, H. C. Soeters, J. J. H. Smeenk, N. A. Ruiijl, G. A. Hoogenstraaten, H. van Meerten, A. H. G. Fokker, H. R. Rijkens A. Massink, 154 J. FE. W. Wessels, 155 156 157 158 159 L. J. Santman, L. H. Kramer, G. CG. Twijsel, Dr. L. K. Mertens, J. de Booij, Datum van benoeming. 7 Juli ies (EE 28 October 16 December 20 Januari 17 Februari 17 » 17 » 17 Maart 17 » 37 » 21 April 16 Juni 28 Juli 28 u 19 Januarij 19» te 197» 19 19 » 19 » 16 Februari 0. 16 » 16 » 16 » 16 » 20 April 30 18 Mei 20 Juni 1876. 1877. » 1878. 160 Dr. H. Onnen, 161 Dr. C. P. Sluiter, 162 J. Stormer, 165 H. der Kinderen, 164 F. G. CG. Degent, 165 Dr. W. Dominicus, 166 A. P. Cameron, 167 C. Deijkerhoff, 168 J. A. Schröder, 169 Dr. L. B. F. Ledeboer, 170 P. A. Daum, 171 J. Dinger, 172 A. Walter, 175 L. Klaas, 174 A. van Schermbeek 175 J. Visser, 176 Dr. S. Baczes, 177 L. de Scheemaker 178 J. B. Mack, 179 Dr. W. J. Krch, 180 J. H. D. van der Palm 181 W. Godefrov , 182 J. L. Moquette, 185 H. van den Broek, 184 J. C. von Herting, 185 G. A. Schouten, 186 J. M. Baak, _ 187 H. Demmenie, bd 188 D. Lucassen. voor de Vereeniging der Tegalsche Suikerfabriekanten 5 189 P. Tak, 190 Dr. A. Prins, 191 J. W. Zuur, 192 C. J. van Motman, Datum van Benoeming. 1878. 20 Juli 17 April 17 » 17 Juli 18 Maart 18 » 18 18 » 18 » 18 » iks 18: ABe 18» 18 » 18e 18: 18 » 18 » 18% 18 15 April 15 » 15 » 20 Mei BO ze 17 Juni 17 » 17 » 15 Juli AD rs 15 » 19 Augustus 1879. »” 1880. el il en nd ie he 11 Datum van benoeming. 195 W. Thieme, 19 Augustus 1880. 194 W. J. J. Docters van Leeuwen, 19» » 195 W. E. M. S. Aernout. 19 » » 196 W. J. Geertsema, 19. » » 197 G. A. Bergmans, Ee POR, an 198 F. Raat, AOi,-n " 199 J. van der Laan, 19 in » 200 J. D. Kruseman, 10, ” 201 P. J. van Houten, 19 » 202 A. E. van Riel, 19 _» » 205 A. D. F. F. Boutmy, EP, » 204 A. H. Hilling, 16 September » 205 J. D. Romswinckel, 16 » 206 J. M. Verheij, 16 _» » 207 Dr. P. A. Platteeuw, 21 October » 208 R. D. M. Verbeek, 16 December » 209 J. C. Tamson, 10 ” 210 G. E. V. L. van Zuylen, 16 _» » 211 Dr. M. Treub, 16 » 212 J. E. Gribling, 16 » » 215 H. E. van Berckel, 16,7» » 214 F. D. Wernecke, 17 Februari 1881. 215 J. S. Glaser, 1 ” 216 R. W. F. Koopmans, 1 ” 217 E. Bosch, CAE. » 218 F. Foringer. . 1d » 219 W. H. van der Zoo de Jong, Kr » 220 L. L. Maijer, Rn, » B 221: W. FE. Eels, Wi ” $ 222 M. ten Kate, Ee, » 8 225 A. Bochart, va » {224 J.J. H. Woesthoff, Üi , 225 J. Th. Hofland, 17 Maart » 226 J. C. A. Scharff, A, » É 227 G. Mullemeister, 17 Maart 1881. 228 W.G. F. Vermasen, ERS de 229 G. C. Valker, Eis S 250 M. A. F. Goossens, Ke S 251 H. W. Pistorius, LE, „ 252 C. Schreutelkamp, Kn, . 255 F. Twiss, ee, » 254 G. Oostergetel, Kiten » 255 J. W. van Loon, tres » 256 V, Wellenstein, 21 April > 257 D. Pluim Mentz, » 258 L. L. Goldenhoff, Sin » 259 A. Mulder, MEt » 240 W. Georges, 19 Mei » 241 M. T. H. Perelaer, 1D on » 242 C. Baumgarten, 16 Juni „4 245 P. H. W. du Pon. 16» Ee 244 J. W. Hofman, 10 » 245 J. K. E. Triebart 21 Juli » 246 C, J. de Waal Malefijt, aken » 247 W. H. Neijs, Je : 248 H. C. T. van de Wall, 15 September _ » 249 J. Luijten, 15 ee ë 250 H. K, Mijer, 15 » » 351 P.C. E, Meijer, 20 October » 252 P. A. Engelbert von Bevervoorde, 20 _ » 5 255 C. H. C. Bijvanck, 20» > 254 H. C. de Vletter, 15 December > 255 Mr. A. A. LC. Kleijn, 16 Februari _ 1882. 256 H. J. M. Baumann, Tr ë 257 A. P. Melchior, 16 » 258 T. Ottolander, 16» » 259 H. E. Prins, 16: » 260 H.J. 6. Ferzenaar , 16 261 Dr. W. Burck, 262 J. Groothoff, 265 A. J. C. Hazenberg, 264 D. J. Guijkens, 265 Ant. C. Marcks, 266 J. Kreemer, 267 Mr. N. B. H. Arriëns, 268 J. Julius, 269 W. Eekhout, 270 A. Douw van der Krab, 271 A. Schmitz, 213 H.-F.-J. -Klatt, 275 M. Caesar Voûte, IJssel der Schepper, von daken ijdma 279 Mr. CG. S. ais Ballot, 280 P. Herbing, 281 J. van Zwieten, 282 P, van Leersum, 285 P. Leendertz, 284 Dr. A. J. Verweij, 285 A. Mellink, 286 J. D. Donker Duijvis, 287 Dr. H. Breitenstein, 288 S. Jacobs. 289 Dr. W. Pauw, 290 J. Haak, 291 W.J. L. van Dissel, 292 H. W. Backhaus, 295 J. S. Redeker, 294 C. F. Julius, aA. S. F. Boer 276 H. J. B. van keet H. A. G. F. H. E Datum van benoeming, 16 16 16 16 25 25 25 Februari Maart »„ September | October Horb Februari April » » 1882. 295 W. P. Groeneveldt, 296 J. W. H. Cordes, 297 E. H. Heijning, 298 H. J. Hardeman, 299 D. A. Hooijer, 500 H. Faber, 301 J. A. Schuurman, Th. Zn., 502 Mr. W. de Gelder, 505 J. A. de Gelder, 504 Jhr. Mr. H. L. Wichers, 505 P. J. A. Spaan, 506 A. van der Gon Netscher, 307 CG. F. E. Pretorius, 508 Dr. S. Figee, 509 Dr. B. CG. Stort, 510 P. C. Motman, 511 B. J. Stofberg, 512 D. F. van Braam Morris, 515 G. V. de Graaf, 514 L. van der Ploeg Jhzn., 515 H. G. Bartelds, 516 CG. 1. van Schelle, 317 S. H. Koorders, 518 A. L. van Hasselt, 3519 Dr. Th. van Buuren, 520 A. P. Kuipers, 521 J. J. du Cloux, 522 L. E. van Teijn, 525 Max Wiedeman, 524 M. M. Simons, 525 P. von Strachwitz, 526 W. J. Hubers van Ässenraad, 527 A. C. van Ruijven, Datum van benoeming. — 15 Mei 1884. — 18 September _» 18 » » 18e.» > 16 October _ > 16 >» » 18 December _» 5 15 Januari 1885. — 1e is » 19 Maart 5 19 » Dj 19 » » 16 April » 16 » » 21 Mei » Mon A 18 Juni » | 18 » » | 20 Augustus » 20 » » 17 September _ » 17 December _ » 17 » » _328 A. de Jager, 3529 H. J. Wolff, 5350 G. H. Haasken, Datum van benoeming. 17 December 1885. 17 17 » » » VULKANISCHE VERSCHIJNSELEN AARDBEVINGEN IN DEN 0. [ì ARCHIPEL WAARGENOMEN GEDURENDE DE MAANDEN Januari — Juni VAN HET JAAR 1885. DOOR DE COMMISSIE TOT HET ORGANISEEREN EN VERZAMELEN VAN AARBEVINGS- E WAARNEMINGEN. 5 Omtrent de hier volgende verzameling van waargenomen vulkanische verschijnselen en aardbevingen valt alleen op te merken, dat alle tijdsopgaven herleid zijn tot Bataviaschen tijd, De berichten, dat geene aardbevingen werden waargenomen, zijn maandelijks opgegeven, door de nummers der berichtgevers in de lijst van Medewerkers achter elkander te plaatsen. Indien de plaats, van waar het bericht afkomstig was, niet overeenkwam met de in de lijst opgegeven woonplaats van den berichtgever . is die plaats tusschen haakjes achter het nummer geplaatst. A. VULKANISCHE VERSCHIJNSELEN. (ACHTER ELKEN BERICHTGEVER {S HET NUMMER GEPLAATST , WAARONDER HIJ VOORKMOMT IN DE Lust per Meprwerkens.) In Januari en Februari lieten de bergen in de Preangerregent- schappen meermalen onrustbarende geluiden hooren. De berichten hieromtrent luiden als volgt. De Heer P. PF. Srsrnorr Jan. (N°. 40) meldt, dat hij zich 18 Januari op 2!/s paal benoorden de onderneming (Tjilaki) bevond en aldaar tegen 6!/, uur v. m. een rollend geluid vernam, als van donder. De lucht stond echter niet naar onweer en hem werd dan ook verzekerd, dat het geluid van den Gg. Goentoer kwam en dien dag duidelijker gehoord werd dan anders. Met tusschenpoozen van 5-8 min. werd hetzelfde geluid tot 5 maal toe gehoord. De heer J. Wirvem van Looy (N°. 51) hoorde dienzelfden dag, 18 Januari, te 14% 41m en te 15! 8m telkenmale twee hevige slagen van den Goentoer. Dezelfde berichtgever meldt, dat hij op 26 Januari in de richting van Zyikorai doffe dreuningen hoorde, die elk 1 à 2 seconden aanhielden. Het geluid begon des morgens tegen 5 uur en hield aan tot omstreeks 12%, uur. Te 8! 15m, ge 15m, gu 17m, 10° 21P en 10° 25" waren de dreuningen het sterkst en duurden 5 à 4 seconden. Zuike geluiden kwamen volgens dien berichtgever in 1885 en 1884 nog al dikwijls voor , vooral na hevige regens. Ook door den Heer A. E. Krerknoven te Ardja Sari (N°. 43) werd op 26 Januari van 6 tot omstreeks 10 uur v. m. bij tusschenpoozen een zwaar dreunend geluid waargenomen, 2 18 gelijkende op ver verwijderden donder. Richting oost, wind west. Weder normaal, helder. De Heer H, van Son (N°. 65) schrijft dd. 17 Februari, dat hij sedert geruimen tijd bijna dagelijks een dof gerommel waarneemt in de richting van den Gedeh. De Heer P. F. Syrnoer Jzn. (N°. 40) meldt dd. 1 April, dat hij geregeld ’s avonds rommelingen hoort, die hij niet aan onweer maar aan den Gg. Goenloer toeschrijft. Door den Heer H. G. IL. Ferzenaar (N°. 5) wordt bericht, dat de militaire opnemers Werepr in de Dessa Tjibodak en Fricke in de Dessa Tjiboeloe beiden op den 5 April te 20° 50" een schot hebben waargenomen. Uit Djokjakarta en Soerakarta worden de volgende bijzonder- heden medegedeeld, De Heer F. Roorpa van Eusinca (N°. 514) meldt dd. 28 Februari dat, niettegenstaande zware regens, de bronnen op zijne ondernemingen Genengsari en Kepoeroen veel minder water bevatten, dan in vroeger jaren; voorts, dat het water in het ravijn de Bagor veel lager staat dan in den gepasseerden oostmoesson; en eindelijk, dat eene bron in hetzelfde ravijn, die in de droge jaren 1875 en 1876 altijd water heeft gegeven, thans geheel is opgedroogd. De Heer A. ENKLAAR vAN Goericke meldt, dat de waterrijk- dom der bronnen in de laatste dagen van Februari vets is toegenomen, dat de hoeveelheid water echter nog belangrijk minder is, dan gewoonlijk. Voorts deelt hij mede, dat hij den 22°" Februari sedert lang voor het eerst weer eene be- duidende dampontlasting uit den Merapi waarnam, die zich sedert dien dag meer of minder sterk dagelijks heeft herhaald. Op 22 Februari te 94 45m hoorde hij tevens eenige slagen als verwijderde kanonschoten. Weinige minuten later was de top van den Merapi in wolken gehuld. Volgens een bericht van den Resident van Soerakarta (G.B. 4598/85) zijn sedert 20 Februari in het gebergte ten ZW. van Wonogri verschillende aardscheuren ontstaan. _Sawahs ten \ | | | | | | | 19 ZW. van Selopoekang zijn naar Z. en naar W. over eene lengte van circa 80 M. gescheurd; de breedte der scheuren is slechts 5 cM. de diepte 1 M. Aan de Z-en ZO.- kant dier dessa had eene aardstorting plaats over eene lengte van 60 M., waardoor de daarop aanwezige padi-aanplant vernield werd. Op 25 Februari werd deze aardstorting door eene tweede gevolgd ten N. daarvan op een afstand van 90 M. over eene lengte van 16 M. met eene breedte van 9 M. en eene diepte van 5 M., welke plek met bamboe beplant was. De berg is aldaar op 28 plaatsen gescheurd; de grootste scheur is 225 M. lang en 15 eM. breed, terwijl de diepte niet te peilen was: deze scheur bevindt zich op een afstand van 40 M. van de genoemde dessa. De Slamat vertoonde, volgens eene missive van den Resident van Tegal, dd. 50 Maart (G. B. 6155/85), en volgens eene mededeeling van den Heer J.J. Meier (N°. 208) sedert 21 Maart elken morgen omstreeks 5 uur eene vurige kolom, die uit den krater opsteeg. In de maanden Maart—Juni zijn voornamelijk de vulkanen in Oost-Java, met name de Lamongan , de Semeroe en de Raven aan het werken geweest. De bekende uitbarsting van den Semeroe op 17 en 18 April, waarbij de onderneming Kalibening door gloeiende lavastroomen verwoest werd (G. R. 7206/85 en 1515/85) werd voorafgegaan door de volgende verschijnselen. Van 11—50 Maart werden vooral’s nachts met tusschen- poozen vuurvlammen op den Lamongan waargenomen. De Heer K G.W. Liner (N°. 585), van wien deze mededeling afkomstig is, meldt tevens, dat hij den 28°" Maart, te 6 à 7 uur eene vormverandering aan den westelijken kruin (eruptie- kegel) van dien berg heeft waargenomen, daar die kruin vroeger kegelvormig, maar thans gespleten was, en dat de rook en Vuurmassa’s uil die spleet kwamen. Volgens hem werden noch onderaardsche geluiden, noch aardbevingen waargenomen. Vol- gens missiven van den Resident van Probolinggo (G. R. 4729/85 en 5924/85) openbaarde zich de verhoogde werking van den 20 Lamongan op 12 en 24 Maart ook, door dat er geluiden gehoord en zand en steenen uitgeworpen werden. Op den 11 April werd een aschregen waargenomen in de nabijheid van den Semeroe, die zich op den 14° in zoo hevige mate herhaalde, dat de aschlaag op dien dag 4 à 5 m. M. 1 dik was; terwijl op den 16°" de Semeroe niet meer zichtbaar was. Deze mededeelingen zijn afkomstig van den Heer G._ Kaurgacu (N°, 591), die er bij voegt, dat van schokken of tril- lingen niets te bespeuren was. Den 17° April werden sporen ä van asch waargenomen door den Heer J. A. Nour te Sengoeroe — (N% 589); terwijl aldaar den 18° de lucht van ’s morgens tot _ ‘smiddags verduisterd was door den aschregen, die ’s namid-_ dags ophield. In den nacht van den 17e" op den 18° en op den 18° April viel er, volgens bericht van den Heer A. T. A. VAN SCHERPENBERG (N°. 594) te Boemie-ajoe een vrij zware aschregen en hoorde men bijna voortdurend het brommen van den Semeroe; de asch lag op die plaats 1 m. M. dik op de gepleisterde droogbakken. Op den 18 strekte zich de aschregen uit tot over de afdeeling Blitar (Res. Kediri) waar hij _ van den morgen tot 6 uur n. m. in lichten graad aanhield (G. R. 7617/85) Op den 26e April in den namiddag is door den Heer J. A. Nour (N° 589) weder een gerommel, als donder, in de richting — W. t. N. waargenomen. In de nachten van 8 op 9 Mei en van 12 op 15 Mei wer- den volgens bericht van den Heer K. A. C. W. Liever op Zwaantjes- droogte weder vuurvlammen door den krater van den Lamongan uitgestort. In Juni schijnt de Raven gewerkt te hebben. Den 14° viel te Karanganjer (Res. Kediri) een lichte aschregen bij oostelijke, noordoostelijke en zuidoostelijke winden (bericht van den Heer H. Vrenpenene, N°. 534 district Toeren afd. Malang, Res. Pasoeroean (G. R. 11956/85). Op den 21er Juni werd door den Heer FP. Orrovanper (N°. 652) ten zware damp- en aschkolom op den Ravenkrater waargenomen ) den 15de hevige aschregen in het RM binen aen elek nnet ada aid ” 21 van ‘smorgens tot 10° 10® v. m.; terwijl de Resident van Besoeki het volgende mededeelt (G. R. 12591485): »21 Juni om en bij de dessa Pakissan, distr. Wonosari, Afd. Bondowoso, zoomede in enkele dessa’s van het distr. Soekokerto, Afd. Djember, aschregen gevallen, vermoedelijk afkomstig van den Raven, die een dof gerommel doet hooren en verhoogde werking laat zien. Te Pakisan aschregen gevallen van 6 uur ’s morgens tot 2 uur n. m; in de andere dessa’s gedurende den nacht van 20 op 21 Juni en in den morgen van 21 Juni. Aschlaag op de koffiebladeren zeer dun. In de Afd. Banjoewangie de aschre- gen niet bespeurd.” Door den Heer J. F. Wunxverpr (N°. 843) wordt bericht, dat te Makassar in den avond van 8 Mei van 22" 55m tot 23" 10% zware dreuningen als van kanonschoten werden gehoord, welke zich den daarop volgenden nacht omstreeks 2“ herhaal- den. Op den 9°2 Mei te 21" 10’ werden aldaar met korte tusschenpoozen drie zware knallen gehoord. Als bijzonderheid wordt eindelijk door den Heer E. Zeur (N°. 844) opgemerkt, dat van 10 tot 18 Januari veel puimsteen in de haven van Makassar aanspoelde bij zware W. en N. W. winden, terwijl de stroom in de haven NZ. was. 22 IE AARDBEVINGEN. 8 E Er A 5 Ss Residentie n S AE 4 Tijdsbepaling. E 6 gsplaats. Du î E Berichtgever. Waarnemingsplaats Eire nt GBatoetnscha Wa EE G. R. 703/85 Geheele Residentie. [Kediri en LE 521 |W. C.M. Ingenluijff Ponorogo. Madioen. Ds 0-56": |Circa ö B. Hamer Sibog apanoelie. 10e 154 FN G. R. 5382/85 pe Lapiau, Loe-/Sumatra’s Westkust. [Il » 13" 40”. | 3 secon moet en ng taro (afd. Sibo, Goenoeng Sitoli (eil.[Sumatra’s Westkust. [ll » in den na-[Vrij lang: Nias middag 590 4 de earns Jr. Bonnes Telogo. asoeroean. 12 Jan. To 2". [62 839 ee elis schroef. | Talissch. lenado. » Cr.7", 45". [Circa 3 224 Pogilaran. kalongan 13 Jan. 14" 18°, 591 IG Kaul: Loemberagoeng asoeroean » "53. Jt 50 S 40 |P. F. Sijthoff Jz". | Tjilaki. eanger 16 » ven 51 |J. Willem van Loon.| Daradjat. reanger Me OD ib. 1-2 sen 83 |Willem Kessler. Tjikorai. reanger. B EW Gr 3 4 40. Eenige en 86 [E. Ketjen. Era (afd. Soe-fPreanger. In den nacht van). poera) Mangoenre 16 op 17 Jan. dj en Soekapoera 229 |H. H. G. Franssen. milan. Banjoemas. LE DAR tn 234 |J. B. L. Muller. Kustlicht We Noesa | Banjoemas. 10 cok DE Posen poermorine (Tjilatjap) NE G. R. 7644/85. Poe Bagelen. ra ; ORE ed he Bagelen. ee CE Fon À Wonosobo. Bagelen. 16 1" 45", | 6 seca pese Bagelen. Ln EK a ranganjar. Bagelen. 16 »C4* 49e, Ln 239 |J. W. Th, E. Sikkes.| Kedongkebo. 8 16 EE a 5 ï 18" Zeh 241 [H. J. Tijdeman. Koetoardjo. Bagelen. 16 1° 18°. lenkele 218 | 3" 48e, 243 |J. de Crane Keb Bagel en rde laad à Be eboemen. elen. 1 1" 44=, [Circa 246 |A. HL. F.J. Zeijdel. Gombong. hk Ne Ee 5e | 23 | C p Intensiteit Bijkomende verschijnselen y Richting. en en aard der beweging. opmerkingen. Drie schokken g—0. of Horizontaal. Door sommigen werd nog een tweede zeer lichte WZ0. schok gevoeld. de Lange horizontale schok. m-L. Drie vertikale schokken. 2 50° W —W. 0 56 N—N0. | Heviger dan de beid hokk Eene. eviger dan de beideeerste schokken. Ener. 8 Te Manondjaja, te inn of te Tjiamis niet gebleken gevoeld te z Raats Twee schokken 1met 3 min. tusschen- Bh devige schok. À WZW Horizontaal: vijf schokken. J—WZW. [Horizontale schok. OE tertsen. Lichte scho ere. Lichte schokken Eeden. Died schokken EON Lichte schokken it 0. okken Nn ien lichte schok. DE. en lichte schok. EN Ben verticale zware schok gevolgd door aanhoudende trillingen gedu- 4 rende twee Ee geene trillingen See ie achte trillingen. . Lichte schokken. Onderaardsch gerommel. 24 EN A B EE Residentie 8 E Î à Tijdsbepaling. E E Berichtgever. Waarnemingsplaats. dl, (Bataviasche tijd.) Du 247 |P. L. A. Collard. { Gombong. Bagelen. 16 Jan. È A8 Circa 6 _248 |E. Marcella. Gombong. |Bagelen. 16 »Ct 1"49r, |Circa ‚ 44 irca 276 |L. J. Resner. Willem 1. Semarang. 16 12 EN 531 |P. Schipper Toeloeng Agoeng. {Kediri 16 » du EE E 4 he Wois Gehele Weida: Kediri. Orr UIP d 589 andoerata. asoeroean. 16 » EE 5s rd K 184885. Districten Pakis, Toe-| Pasoeroean. 16 1"36". | 6 ren en Senggoro (afd. Malang). 607 \Mr. J. B. Burger. { Probolingo. Probolingo. 16 »C.1° 35e an 244 |Dr. JM. E. Kunert. Gombong. Bagelen. 17 » e 49e, | AG 248 |E. Marc G Bagelen. 17 »C* 3° 50", (Circa 584 IJ. W.O Diena Pangonan Djero. Pasoeroean. 1 Ge 3 Ae oek a LG 4e dte. _ 589 |J. A. Nohr. Bandoerata. Pasoeroean. VE al Ee es, zac 632 |F. Ottolander. Pantjoer. Besoeki. 7 eG » C* 2* 30" 5 G. Rh. 3471/85. Gorontalo. Menado. 17 > 10555. Foa 14° 10”. Ì G. R. 3472/85. Bolang. Menado. Mestre Bean 4 244 En J. M. E. Kunert., Gombong. Bagelen. EE A d KR 5902/85. Sangir en med Menado. AS re A Ik la ig aki Ik dr Sl |J. Willem van Loon. Darad Pre zun 2 AE 590 |A. de Stoppelaar Jr. teen or Telago. Pasoeroean. 25 » 11" 38". Circa } _ 224 J. Ebeling. Pagilaran. eeen ke "0 IJF, 4 Berichten, ek geene aardbevingsverschijnselen Sir Soos de maand Januari werden + enoengkentjana), nn ir 2 293, 281, 317, 503, 547, 552,554 , 560 (W. Voûre, € (GPA P. A. Rexaun, jr Res. Banka), 815 ,861,862 (Eil. Rott ti) en 864 k 236 |W. P. D. de Wolder (nabij Dieng.)|Banjoemas. 6 Febr. Ek van Westerod k 4 Ë 25 C Intensiteit Bijkomende verschijnselen rp Richting. en en aard der beweging. opmerkingen. be. 5. EO. 4-5. De berichtgever werd beide keeren wakker geschud, JE ONW Horizontaal. Electrische seismometer: het ZO. staafje was 1 mM. verplaatst. 0e Uurwerk-Seismograaf geene aanwijzing. Ee. Vier langdurige schokken. ee. Drie schokken pO, Verscheidene schokken. nn Drie elkaar snel opvolgende schokken. Onderaardsch geluid. mW. 0, 4 (wakkergeschud). NE lede erges ud) been Sterke schok. Zwakke schok. ed dt Dd à Hoogstens 3. Te Sitoebondo niet gevoeld, de schok schijnt zich EENES Ee ……… {Horizon dus in het gebergte voortgeplant te hebben. Eene lichte schok. Herhaalde hori- zontale zware schokken Een schok. Vertikaal pen 2 tot 3. De berg heeft van 13 April '84 af gj zwaar gewerkt, met somtijds 24 u rijpen, Hij was echter beng gen vile a) 5 Ln S Boen van H.H. Medewerkers, die onder de volgende nummers in de lijst voorkomen: 583 (Zwaantjesdroogte en Pasoeroean), 630 ,703,708,711.723,745 ‚764, 794 * VENEN ER Se so Vrij hevig. 26 5 É Berichtgever Waarnemingsplaats AE ent 5 5 ad den Gouvernement. (Batavlasche tjd.) 727 |J. W. rg eed Padang Pandjang. {Sumatra's Westkust.| 7 >» 10° 31". 500 |H. C. J. Th. van| Rembang. embang. nn Hardenbersh. 236 |W. P. D. de Wolff | Batoer (nabij Dieng )|Banjoemas. eng van tege 86 |E. Ketjen Tj ere berigt en\Preanger _ Regent-12 » C*, 9 uur. Kiiker boelan schappen. 229 |H. H. G. Franssen. zj dap njoemas. Ar 0 ID. 236 |W. P. D. de Wolff | Afd Bandjarnegara. Banjoemas. 15 GG 4e. van Westerode. 238 |C. J. Sch Bandjarnegara. anjoemas. tb | 276 |L. J. Resne atjap. anjoemas 13e MIR 243 |J. de Crane boemen agelen Ee ne 246 |A. H. F.J. Zeijdel.| Karanganjar agelen 12e 0 Te. 247 |P. L. A. Collard. ombong. agelen 12 10° 19" r. R. 3324) Afdeeling Ledok. agelen. 12 > in den voor- mi G. R. 3221/85. Afd. Koetoardjo. agelen. 12 Febre 10°. Afd. Keboemen. agelen 12 10° ge eest jagelen 12 > t10 17 _ 254 |W. L. Landman ang. emarang 12 » +10 13", „271 |H. D Mac. Gillavry. bjatie Roenggo. emarang 12 ge 45°. : emarang, 12 »10°13" 44°. 276 |L. J. Resner. aides emarang 0 Mr Willem L. emarang. Re 2-10. 12 > 29° 8, _ 278 \S. E‚ Haa sma, Demak. Semarang. ir in GR. 3445/65. Alle reg be-| Semarang. 12 10°. Teak halve bege esner. Magela Kedoe. 12» 10 9 307. 296 |J. Frenkel. Wislaor. Kedoe. A 108 G. R. 2816/85. Magelang. doe. MEM 276 |L. J. Resner. tegen Soerakarta. 12 > okjakarta. Djokjakarta. 12 307 (H. B. Cayaux. Rae: Solo. Soerakarta. Rs 103 à | een, AANDOEN Ed ov € dreke he Es Ei eee Lichte aardschudding. veren C B E Intensiteit Bijkomende verschijnselen _Richting. en aard der beweging. opmerkingen. W. Lichte schok. —L. Lichte schok. 0. Horizontaal Vrij hevig, teens ornnnen, Bericht van inl. hoofden, tijdsbepalingen onzeker. W. 3—4. Deuren en vensters rammelden. D—NW. Golvend. | —L. Torizontaal. | RN, an: schok. W. EW, 3 0 d—W. lenige zware schokken. Een reeds vroeger herstelde scheur in een der zijmuren van het koffiepakhuis te Sapoeran is daardoor w | opengeraakt. Aan andere gebouwen geen schud AW. Lichte schokken. 3 Lichte schokken „0. Horizontale Weitoging. En (2) Twee lichte schokken. En 34. R60—Z 38°, W. Horizontale schok. seg seismometer: alle staafjes van Z NO. 1 à2m.M ie eid Uurwerk sismograa de potloodstift beschreef e nb: waarvan de koorde evenwijdig was taak N | SW. | Ollandsche seismometer: de slinger met de beneden- afgeweken van het middelpunt der kompasroos naar NNO. É s E "| Verticale schok. Het staafje van den electrischen seismometer 1 m.M WW. uitgeweken. 3d, sn Lichte Schok. ). 45° 0 3 à 3 Kompasnaald en wien zoowel op het bree als op het t aafkantoor omnpidderlijk na na de enen paden geven geene zichtbare k stoornis Bij navraag bleek, dat en personen eene ed schudding hadden gevoel EN A L sé | EE pe ie he enn ai Tijdsbepaling. 3 3 erichtgever. aarnemingsplaats. 5 7 El z tg esp Gouvernement. (Bataviasche tijd.) EE H. N. Kuijpers lo, Soerakarta. 12 Febr. 10° 14°. 312 |Jhr. L. v. d. Wijck. Wedie Klatten. Soerakarta. 12 Febr. 10° 4”. 316 ‚H. ir vaten Á angan. Soerakarta Men 10 06%. 317 |J. v. d. Bor.| Seloh. Soerakarta 12 + _voormidd. ojolali. Soerakarta. 83 10-10". 327 {Ch. Ed. Ploem. Solo. Soerakarta. Ee 0 HE G. R. 2817/85. Solo. Soerakarta. Te str be. Bojolali Soe N Ee MR G. R. 3323/85. Klaten en Wonogiri. Soerakarta. KA 10 167. 305 (G.van Beuningen| Solo Djebbres. Soerakarta. 12 » van een 334 (B. J. Eekhou Djokjakarta. Djokjakarta. EE 337 |G. C. Djokjakarta. Djokjakarta. 13 010 12° 338 |C. Delft. Djokjakarta, Djokjakarta. 12 >» ge, 339 \H. E. Dorrepaal. | Sora Gedoo Djokjakarta RR mio WASP. G. R. 2921/85. Djokjakarta. Djokjakarta KD ckd0 Ib. _276 |L. J. Resner. Patjitan. dioe EE on ra. 514 |A. Seubert. Madioen. Madioen. ei G. R. 4012/85. Madioen Madioen. Ka EME ME: 531 [P. Schippers. Toeloeng Agoeng. _|Kediri. AA all, 532 \L. Wichers emd Kediri. kan Deb 533 |A. Ph. W. Segond{ Blitar Kediri. ve n van Blanchet. 549 rien Nolthenius) Ngandjoek. Kediri. EA GR. 3222/85. Kediri. Kediri. 12 10° 107, G. R. 3889/85. Afd. Ngantang. Pasoeroean. DD » tig -ä 9 P. ne van Oven. Rangkas Betoeng antam Ee _ 63 |H. van Son. Oebroeg(tussen Soeka-|Preanger . A 16 boemie en Plaboean _ 41 \P. Zeper Jzn. Aardenburg. ‘|Preanger. 6e Pian _ 83 |Anton J. Kessler. | Tjikorai Preanger. EO | 40 \P. F. Sijthoff Jzn. | Tjilaki. Preanger Reg. 17 > 21 4. 224 'J. Ebeling. Pagilaran. Pekalongan. 119,20 Febr. | En ve SE G. R. 3806/85. | Distr. Bawang. Pekalongan. a „ 4° 48e, 14° 48°, C D Intensiteit. Bijkomende verschijnselen Richting. en aard der beweging. opmerkingen. —_W. —W. en 4. rie schokken V— NO. en Lao zwak, zieke door enkele zit- erug. ende personen gevoeld. Lichte verticale dreuningen. V—N0. in ee lichte. schokken. des ged dagen het assistent-residentie-kantoor nige Aaen Braber waargenomen. MONT EE AE LE en AC RE CE te AE a Pd NW. =N. of N.…— Z. 3. 4 5, golvend, rm eri Vri ijs hok. ar pe ner red an deuren rammelden, in verdiepingen hooge pee 5 liepen. Als rie met slingervlak 0.W. stonden stil. II 1dal waren in den laatsten tijd kleine hk 9. 12. 9. „……|Eenige verticale schokken _… Horizontaal en aardschuddingen scl met een tusschenpoos van enkele wiek Lichte schokken. Drie snel elkander opvolgende schok-; ken. 3d. Zeer lichte horizontale schok even voelbaar d En gevoeld. s’ Nachts verscheidene schokken. 45. Lichte schokken. 50 EN A B | E e Residentie. Tijdsbepaling. Daud : z Berichtgever. Waarnemingsplaats. Go wdn coen id / 2 G. R 3806/85. Karang Mego. Pekalongan. 20 Febr. Dn 48”, eea 218 |J. C, A. Scharff. | Karang Mego. Pekalongan. 21 1* 53r.l+ 5 secc 236 |W. P. D. de Wolff | Karangkobar. Banjoemas. 21e 108" Kn din 8 e age 253 Pol Semarang. emarang. : die Ë à Kot 30. G. R. 5382/85. Kota Nopan Sumatra's Westkust (22 105 Oe cel G. R. 6961/85. Taboekan ‚(Sangie en Menado. 23 14" 30”./10 secon Talauer eil). 782 |H. Dem Groot-Atjeh. Atjeh. 24 » 2" 10".} 2 seconde A IRE. Sitel” Jzn. Lila za Preanger. 25 EE …253 |E. Polak. ang. Semarang. 25 »C* 0" 20e, 806 |A. Bergmann. Kasdichteallisse glee: 23 » tot 1 Maart. |... ment Ondiep-Wa eilan 4,5,8 (Goe Kustlicht Baike 8 Berichten, dat eas enen A Be oe on de maand Februari werden waard 215, 221,2 oeng kentjana), 43, 15 „836, 844,861. 862 VEL. ‘Rotti) en 864. 285 ,307,518,534,547,552, 571, Demmeui, 782 H. G. R., 5901/85. heei _ G. R. 5903/85. Willem Kessler. J. A. P. Geill. W. van Geer. J. Willem van Loon. es Pad Groot-Atjeh. gren Kema en, rang. bolang Mongondo. Tjampacca Warna. Padang Pandjang. Kota Bal je bj Pain Port de Kock en Pa- rs ee: Port de Kock en Pa- dang end Dara djat Atjeh. Menado. Menado. Preanger Pandangse he boven- l | Atjeh. Atje Sumatra’ S Sumatra's umatra’s Sumatra's Westkust. Westkust. Sumatra's Sumatra's Westkust. Westkust. Preanger Reg. Ee OCE Kore hetheohehe DENS je Maart 7" 25". 4 secon » RE Za DO »C* 10° ’ ROPE sa » Au 36°. Circa 10 id u 5 & 16. 10".15 à 168 » 16 56”.Circa 88 ’ à 5”. 8 à 10 s ie Ol ä eed À » 10° 21”./Circa 3 © chting. Pp Intensiteit en aard der beweging E Bikomende verschijnselen opmerkingen. everres nare eneen Lichte schokken. de 23. Lichte schok. aelsssarerne vanvennnnreneer …ern Eenige dagen te voren Ber ine beg gedreun n de richting van 0. n et scheen kts den en hbe: Niade eerd Dezelfde schok te Batoer, afd. Karang Kobar , gev voeld en daar beschre \ at ongeveer een kwartier aan- eld. — Door en ‘berichtgever Eer, niet waarge- _ nomen A inmelend gelui d. Af. en toenemende, en daarna verminderende. Korte ti hevige schok. Horizontaal. \Geene aardbevingen waargenomen. zijn ingekomen van HH. Medewerkers, die onder de tjesdroogte en Pasoeroean), 589 (Bandoerata), 622 , 630, 708, 711, 723,735,7 volgende nummers in de lijst voorkomen: 45, 805 190, Vrij hevige schok. Twee rare. de eerste zacht, de tweede ster Lichte horizontale schok. geringe beweging van hanglampen. Lichte doch. duidelijke aardsehudding Vertikaal. Tw ce hevige schuddingen Vertikaal; D hichte schokken. „Ben zware schok. JLichte vertikale schok. 8; twee korte stooten. Berichtgever is de radja van Bolang Mongondo. | | | | Amboina. | | | | | EN A s EE Residentie 5 E EE je î Tijdsbepaling. z i Berichtgever. Waarnemingsplaats. ann Be ge Duu 51 IJ. me ha, Loon. ene Preanger Reg. 4 Maart 14°" 51". 2 s jan Ee Dem Groot Atjeh. tjeh. » 6: 35”, Zg s ek Geil Padang Pandjang. ze on bovenlan-| 4 » 22° 20”.|....…. 532 L. Wichers. Soekaradja. Kediri. re 6" 57".|Circa | 83 Anton J. Kessler. | Tjikorai. Preanger Reg. rde Circa 1 ij | ä 67 ne W. Eekhou ‚ Pasir telagawarna. {Preanger Reg. 16 10" 10"./Circa A. E. Kreek rdja Sari. reanger Reg. ‚16 Circa 22°, Circa 82 J.J. K. Enthoven. Desa Tjikoija (distr. Preanger Reg. 16 22" 14".{Circa Karang). G. R. 5961/85 Manondjaja Preanger Reg. Ee M, Zeer ke G. R. 8663/85 Vlakke hoe Benkoelen. 17 » 11" 26".|Eenige G. R. 8084/85. Ajer Bangies. Sumatra's Westkust. 17 » 13° 0"). 708 |W. J. Rahder. Ajer Bangies. Sumatra's Westkust. (18 0" 59} Circ: G. R. 8084/35. Padang Pandjang. {Sumatra's Westkust. (21 » st Priaman. umatra's Westkust. (21 » Le ‚ Painan. Sumatra's Westkust. [21 » Ot, 10 sec 591 |G. Kaulbach. ‚ Soember Agoeng. soeroean. 22 » 18" 26".|Circa Ì _ 82 IJ. J. K. Enthoven.| Desa moent jang (distr. Preanger Reg. 25 » 5" 18"./Circa 1 ja). 51 |J. Willem van Loon.| Daradjat. Preanger Reg. 25 + 5" 24",/Circa 71 ‚ Zeper Jzn. pe hed reanger Reg. 25 » — B" 37*} 2 sed 43 |A. E. Kerkhoven. | Ardja anger Reg 25 » 5" 37".|Circe 83 |Anton J. Kessler, kor eanger Reg 25 » 5° 41"|Circa | 63 |H. van Son. Bi oer. reanger Re 25 » 5" 44*,|Circa 84 [C. B. Hooijer. Jikadjang. reanger Reg 25 5" 52", (Circa 67 |G. W. Eekhout. Pasir telagawarna. reanger Reg. 25 5" 54r{Circa G. R. 8084/85 ‚ Moeara Sipongi. Sumatra's Westkust. '25 » 29" 24m |+ 3 26 56".| 2 | zen | al ed 851 |J. C. H. Fischer. Amboina. 30 dE an 4.8 (Gon De mel ve aardbevingsverschijnselen in de maand van Res. Bantam) 100, 215, 252, 285. 2 Eiland BL, 815 861 Maart werden waar: ao 97 ,305,518,547, ot CC Á Richting. DD Intensiteit en aard der beweging. Bijkomende verschijnselen n opmerkingen. -W. 2; lichte golving. ZEE Lichte schok. Geene lampen in Het geheele huis schudde maar de lampen slingerden Bea Serie van niet zeer hevige schokken. Volgens sommigen gepaard met onderaardsch gerom- mel, door berichtgever echter niet waargenomen. ……… Vrij hevige schok. | ren 3—4; golvend 9. EA Ook te Parigi en Tjidjoelang (Zuidkust) waargenomen. ZA Lichte schokken. B Lichte schok. Onderaardsch gedruisch. es 2. Vergezeld van een geluid als dat van hevige bran- I welk geluid even vóór den schok aanving, gedurende pe schok heviger was en eren ON Es schok ophie Gan Drie lichte schokken. Bij vaan te van 3 seconden. BERNE noe SCNOK. NW. @ Hevige schudding. ofZ.45° W.4. ’s Nachts te voren wat aschreg Acht achtereenvolgende kleine pe | 56. Klok hangende met slingerbeweging in 25° bleef stil- , staan. Re 00. À en L hd 8 Plotselinge schok met naschommeling. $ dl BD: Re vertikaal. 5 10. en aardschok ; intensiteit zoo- En nig dat een kastdeur rammelde. 5 1, 8 rr Geluid gehoord van zware ontploffingen, gelijk aan die vernomen tijdens de Krakatau-eruptie. Komen Vo Medewerkers, die onder de volgende nummers in de lijst voorkomen: Ee 23735 745 ‚749. 764 (Lahat), 790, 803, 806 (kustlicht-etablissement Detsen. Ee 3 54 EE jan B E f Residentie Tijdsbepaling. £ je Berichtgever. Waarnemingsplaats. Ge tn (Bataniasche tjd.) AS | 702 N Appel. Padan Pad. Benedenlanden.{ 1 April heerd cardoen 5 HJ. ë. Ferzenaar. Kalspa. ‘Doewa. Bantam. te SD | be PERES rinseneiland, Bantam. ET EO 8 (P.J. F. van Heutsz.) Gg. Kentjana. Bantam. LA 276 [L. J. Resner. Willem 1. Semarang. ek a 851 |J. C. H. Fischer. { Amboina. Amboina. ir A0 5 (H. . Ferzenaar.| Dessa Tjibadak. Bantam. ME ADO Dessa innen Bantam. Gs A0 0e 83 [Anton J. Kessler. | Tjikora Preanger Reg. 10 » zt 4" 45= G. R. ke Tapanoelie. Tapanoeli. 14 DJO 747 |J. J. F. Schreuel. { Bintoehan. Benkoelen, En G. R. 8663/85. Bintoehan, Benkoelen. 20 » 5" 3"fEenige sec 467 |G. A, Schouten. Banding Agoeng. Palembang. 20 » 5° 6e 10". _ 5 |H. J. G. Ferzenaar.| Katoembiri. Bantam. ee Gb. R. 8083/55. Benkoelen en Laïs. |Benkoelen. Pe yr, 233/85. Moeara Doea. 'alembang. EEEN a GR. 7930/85. Gondang Legie. asoeroean. 20 EE 531 [P. Schippers. Toeloeng Agoeng. ediri. 25 » 11° 55*|Vrijl _ 532 |L. Wichers. Sockaraa. ediri. 25 » 11" 57”.|Circa 218 |J. C. A, Scharfl. | Karang Mego. ekalongan. We HI je 18° 30”.{Circa 10 s j «71 |P. Zeper Jzn. Tjibadak. Preanger Reg. 30 »5°30Ten 10°.}…… … â _858 [M. Steensma. Ternate. Ternate en Onderhoo-{30 » 12" 58".l+ 15 sec righeden. E G. R. 11690/85. Banda. Amboina. 30 > 1250 G. R. 9656/85. _ | Amboina. Amboina. SO » 12" 54". Ruim 20 8 G. R. 11438/85. Wahaai. Amboina. 80 » 12° 57/20 seconde _857gjF. P. A. Mollinger.| Wahaai. Amboina. 30 » 12° 57,19 ie G. R. 10713/85. En koe, Amboina. 30 » ». 13° 0e B Afd. Saparoea, Amboina. dE à G. R, 11705/85. Kajelie. Amboina. 30 » 13".ft 50 D Intensiteit en aard der beweging. Bijkomende verschijnselen opmerkingen. „Een schok. Hr. schok van wanten —4. Twee vrij hevige schokken. Twee vrij hevige schokken. Verticaal. 2. Een schok. Sterk genoeg om lichte sla ers wak- ker te mak zeer t korte schokken, bijna trillingen. db horizontaal. Hevige schok. Waargenomen door den militairen opnemer Sar Waargenomen door de mil. opnemers Lorz en Kovilik ’ weer seismometer den aw gen Waargenomen door den mil. opnemer WREDE. Waargenomen door den mil. opnemer Frick. Gedurende den schok, welke end was, werd oe rammelen van een Zere be d-Oostzijde n het gebouw waargeno Ter hoots Benkoelen erenidie in vrij hevige mate gev be gerin wee vrij eline end OEE vige s evi Twee ergen schokken. 4; horizontaal, rafgegaan door eenige verticale kkn. Een schok, derd door de mil. opnemers WRepe en Fri In ve hive ed bep roode gloed aan de westerkim nige dagen te aes gnd jk onderaardse goon van W. zoo ’t scheen de 5 à 10 m Om ten geregeld g geulen ait WZW. … richting: Ea —12 he _ Hevige schokken Vrij Eee horizontale aardschudd. Schokken Vrij hevige aardschudding. Schokken van aardbeving. 1 lampen was belangrijk. Het geheele huis kraak: Taaie, die re gn ens waren in sommige huizen ge opend. ntlastte veel wa- terdamp. Het had in den md tijd veel geregend. Te Aide ke steeg de zee + 3 d. M., zoodat de prau- n het strand lagen, naar de zee gedrev die wake. bakel dit stijgen en dalen tot 17" aan. Drie schokken waren zoo hevig, dat ce erge ze andere voorwerpen omvervielen n half u a de aardbeving werd de eos Dijke EN A B 2 5 R id ti Ee E BE } £ eIdenuG Tijdsbepaling. Du : 3 Berichtgever. Waarnemingsplaats. denn (Bataviasche tijd.) ES 851 J.C. H. Fischer. | Amboina. Amboina. 30 April. 13° 0". [10 à 1 G. R. 10712/85 Amahei. Amboina. 51) ES Ef rec airatoe. Amboina. Oo AEN 857 F. P. A. Mollinger, Wahaai. Amboina. 30: > A3 2 Berichten, dat geene a ennen elen gedurende de maand April werden waarg dak 215 , 229 Mage ang”, Res. Kedoe), 252 ,285,305,518, 534, 547, 552, _720,723,735 „745 „805 (Kustlicht anghoeas, Res. Billiton), 806 (Ondiepwater-eiland. Res. G. R. 9695/85 rm mine Menado. EM Ke s R. 10713185 Saparo Amboina. 1 PRN d 851 |J. C. H. Fischer. Kiboida: Amboina. 1». 9*46* [tan R. 9656/85. Amboina. Amboina. 1 » 9" 54", [Eenig 8 R. 1270985. ajeli. Amboina. OE G. R. 11690/85. Kairatoe. Amboina. kon of 10° 30" Á 851 |J. C. H. Fischer. | Amboina. Amboina. 1 16° 5 ä 1, 25", varens) G. R. 8591/85. Telok-Betong. Lampongsche Distrik-/ 3 » 22° 45e, |+ 5 ten. À G. R. 10830/85. ar Pad. Benedenlanden. | 3 » 23" 36* 10: Ass. Resid. Lebak. angkas Betoeng. _ |Bantam. 4 » 6° 26". | 40 5 [H. J. G. Ferzenaar. Sont Manak, pred Bantam. 4 30°. Jen biri, Kalapa- Doewa Tjiboeri Ene 8 D E RE Intensiteit Bijkomende verschijnselen Richting. î en aard der beweging. opmerkingen. Í moerasa, ser op 15 ride afstand a: westen van Kajelie n 0,75 M. boven de o akte der zee, tot dd hae toe oi de zee overdaad dE e zee liep nam. bij regelmatige tusschenpoozen | van circa 20 min B alen toe tot een afstand van ongeveer 300 M. van haar laagsten | stand bij ebbe terug Ee overstroomde daarop rie malen toe ter hoogte van 1, de | M. lange en 50 M. breede bied waarop gemelde negorij ligt, ze be de daaraan grenzende bergen Drie van de 46 huizen dier negorij zijn ingestort en ver- | , scheidene oden, die aan die kust ten anker lagen, werden tot aan den voet van het gebergte weggeslagen. De inwoners hebben zich echter pe tijds kunnen red- en, doch materieele schade drage van + J 1200 is te betr Opmerkelijk is het, dat in het overige gedeelte van de baai van Kajeli le zee haar gewone peil heeft behouden; het verschijnsel moet zich dan ook niet verder dan eenige hee, he geme negorij Djikoemoerasa hebben voorgedaan. —270°, 6. Ook zei Randa Neira, dans Sapara, Noesalaoet. aroekoe waargenomen E En Hevige schokken. 20. Eene aardschudding. | N. Ond gedruisch. De zee steeg 3 d. M. pit had i 20 eee laats. gekomen van HH. Medewerkers, die onder de volgende nummers in de lijst voorkomen: Ë Bir ermgle, de Pasoeroean), 589 (Bandoerata, Distr. Sendoeroe, Res. Pasoeroean), 630, E 1, Een lichte schok. | des hennen Een enkele lichte schok. 20, Aâs5. ae op Banda Neira, Ceram, Saparoea, Noesloet aroekoe waargenomen , ee Minder hevige schok. ENO Eenige lichte en " Hevige schokken Be. 2. NNW. [Drie schokken met tusschenruimte ZW van Sec KNO Twee schokken. 5 à 6. 58 EN A 5 EE Residentie Tijdsbepali ij 25 ijdsbepaling. Daud E El Berichtgever. Waarnemingsplaats. bare Eeden 0.) u É 28 Ü 5 (H. J. G. Ferzenaar., Pandeglang. Bantam. 4 Mei 6° 33", + 10secon G. R. 9097/85. ava’s le punt. Bantam. 4 6 30P e J. A. Schuurman. Batavia Batavia. 4 » 6: es fen. G. R. 8436/85. B 5 Batavia. er 27 |R. D. M. Verbeek. | Parang Koeda. Batavia. 4 le Ee Observatorium. Batavia. Batavia 4 » EE G. R. (85. Tangerang. atavia. 4 > 6" 44m, | Eenige 27 |R. D. M. Verbeek Buitenzorg. atavia. 4 >. 6* 45.45 <08 G. R. 8777/85. Tjitjoeroeg reanger Reg 4» 6" 37e. 2 secon 66 |G. C. E‚ W. Mundt! Parakan Salak reanger Reg en, 6° 46e, | 43 |A. E. Kerkhoven. | Ardja Sari. anger Reg 4 » _ 6" 41*./+40secof 71 |P. Zeper. Aardenburg. reanger Reg 4 > 7" 35",| 9 secont _83 [Anton J. Kessler. | Tjikorai. reanger Reg 4 » 6" 33”.|+20 secd G. R. 8591/85 Telok Betong en Tan-|Lampongsche district. 4 .» _ 6" 45"./5 secon djong Karan 5 G. R. 11260/85. Lightetablissement Benkoelen. Kn 6" 53"./10 secon hoe 45 |C. J. Almerood. Indragiri. Preanger Reg. 6 » 30 seco J. J. Meijer. Boemiajoe. Tegal. B. PD EERE G. R. 9056/85. Tegal. A ra be OO G. R. 9057/85. Districten Djomboe en |Banjoemas. 8e A0 BObeossd ji Baran 237 |L. van Hen ze Adjt Bring Banjoemas. 8 » 17" 50".{Kort, 235 [Mr.'C. W. Adji Barang Banjoemas. 8 »+18 uur.[Zeer k ee GR. en tal. Tapanoeli. ER je G. R. 905 Bantarkawoeng. Tegal. Ek et Ee 208 (J.J. zer. nd Bantarkawoeng. Tegal. 9 12° 47r, G. R. Celebes en Onderh. | 9 » + tusschen15* sd en 16°. j Maros, Celebes en Onderh. {9 » 16° AE 589 |J. A. Nohr. Sengoeroe Bandarata.| Pasoeroean. 0 20° 12", 1 secomf _ 843 |J. F. Wijnveldt, Makasser. Celebes en Onderh. (10 » 21" 10"l……….. „4 G. R. 10830/85. Natal. Tapanoeli. 10 » s’avonds.l 1 secomf 9 {H. J. G. Ferzenaar. Tjiboeral. Bantam. EE 5 be Ot 208 |J. J. Meijer. Salem. Tegal. NE — [Van Leeuwen. Teerams ee halte Soerabaja. as 0" 3=,| 2 min E 4 joeram 276 L. J. Resner. Willem Semarang. 18 « ‘snachts 59 C D 2 Intensiteit. Bijkomende verschijnselen Richting. | en aard der beweging. opmerkingen. P. 6. Schade aan lichttoren en omringende gebouwen. Rotatietoestel stond stil. —-W. „8 - N —W. Vrij sterk, horizontaal. Waargenomen door den stationschef. | ZW. Tijd nag uit de gestoorde photographische mag- EJ nelis e | -N. Licht. Horizontaal. A Klokken stonden stil, Be saoorereseen, 4: verticaal. : ennn veen Zachte gelijkmatige schommeling. Oe 0. 4: haszo 8 IJ | ed NW. Heralde ken in kracht toe-\Zeer veel onweer en onderaardsch gerommel. rs NNW. Drie schokken atd hen len niet gevoeld, merkb li an lam-_ 0àl2s pen en jalousiën. | ingen op Ì EE -W. Zwaar. Huizen en boomen slingerden. É Omstreeks 9 uur wipe zware knallen gehoord uit _W ee den Goenoeng En w Duidelijk voelbaar. 0, 3— 4. 7 san 34. Oe teremnnnennns Een geluid gehoord in het ZW. evenals tijdens Kraka- _ ‚w î tau-eruptie. w. Lichte schok. he en schok. Sedert 4 dagen gedurig schokken waargenomen. Prseoenteanvense Lichte schokken. ä A Trillend. dais id ALE Drie zware kpallen; sommige ingezetenen hebben te 7 5 à 6 uur een lichten schok van aardbeving gevoed. a ze Zeer zwak golvende, barones 5 beweging, gevolgd door een hevi- gen horizontalen behik En REE ee ed 6 achtereenvolgende be 16, ge weit 13 paal benoorden Boemiajoe , isvan ‚N 15, Drs hokken rdbeving niets gemerkt. S ae Zware schokken. Alle kolap stonden. stil. Horizontaal en verticaal. Het NO—staafje van den electrischen Seismometer : 40 Sl A B 7 Residentie HER : EO ZE î $ Tijdsbepaling. 5 3 Berichtgever. Waarnemingsplaats. à & Du , En 5 en Gouvernement. _} (Bdtaviasche _ tijd) EE 851 |J. C. H. Fischer. | Amboina. mboin 17 Mei Bek 20° Ja 708 (W.J. Rahder. Ajerbangis. Pad. heling. 18 » + 10 uur. an 83 |Anton J. Kessler. | Tjikorai. Preanger Reg. 18 > bs le G. R 11261/85 Sipirok. Tapanoeli. ate if. 10 seco 851 IJ. C.H. Pisbher. Amboina. Amboina. de Sl 851 J.C. H. Fischer. | Amboina. Amboina. Ne ek G. R. 12709/85. Waai. —__{Amboina. 20 5E 2030 G. R. 13761/85. Taboekan- en Sangir- Menado. a ilanden. G. R. 12709/85. }_Waai. Amboina. 1531 Mei. |l ee dd Berichten, dat geene aardbevingsverschijnselen gedurende de maand Mei werden de 4,43, 81, 215 , 229 ( Magelang, Res. s. Kedoe), 252,285,305 , 518, 534 ,547,552,5 ben ka Ee 51 |J. Willem van Loon. de Preanger Reg. 1 Juni 23° 5e) + 13 5 H.J Ferzenaar. ae Bantam. Dr - Tjiboerial. Bantam. 3 »t12 33 G. R. 13761/85. Taboekan. Menado. é : g 8, eene ER 589 |J. A. Nohr. Bandoerata. Pasoeroean. er G. R. 11221/85. District P Poerworedjo,| Pasoeroean. 6 » Eke Al af L H. J. G. Ferzenaar Peshelag Bantam. A . G. R. 107 Pandiglang Bantam. Bn He len E G. R. 1119285 Buitenzorg Batavia. ve 83 |Anton J. Kessler. Tjikorai. Preanger Reg. Gon 2 65. 1 51 |J. Willem van Loon. Daradjat. Preanger Reg. 6 » "0.11 seco 1 |P. Zeper. Aardenburg. Preanger Reg. 6 se 43 |A. E. Kerkhoven. Ardja-Sari. Preanger Reg. 6 » 23° 19". + 16 A. H. Berkhout Tjibeuti Preanger Reg. Vr B ‚ 851 |J. C, H. Fischer. Amboina, Amboina. Ee G. R. 12709,85. Toelehoe. Amboina. Ils d20 30" G. R. 11761/85. District Poerworedjo.| Pasoeroean. 12/13 ‘snachts |Circa (afd. Bangil.) à G. R. 13133/85. Baros. Sumatra's Westkust.|12 » 1" 19-| See & R. 11689)85. _ | Loemadiang. Probolingo. 18 Cp oel at : C DB E Intensiteit ij ij IE richtine. Bijkomende benen oi en aard der beweging. opmerkingen. g geen mM. verplaatst, het verticale idem, Oarwect daniel geene aan wijzi Ollandsche seismometer: het staafje gevallen in NO. | richting. NE--.…d. d OA eren Twee schokken. NW. Korte schok. ‚In den laatsten tijd onophoudelijk gebrom. Û Es 8 Licht, horizontaal. | B 25°, 3. ‘Deze schudding ging vergezeld van een onderaardsch gerommel, dat gehoord werd voor dat de beweging wer je d ld. ad 2. afer ervereerren Hevige schok. Ter hoofdplaats Amboina ele van dezen schok zoo 1 goerl als niets waargenomen ingekomen van HI. Dagelijks lichte schokken ee Mgelijks lichte schokken. \Gepaard met onderaar dsche geluiden. rde ge onder de volgende nummers op de lijst voorkomen: 864. Waargenomen door opnemer Fricke. Waargenomen door opnemer Wensata. Ook te Pan- deglang gevoe Geluid als schot uit zwaar kanon, richting Semeroe; Met onderaardsch geluid. Regelmatig afnemende trillende beweging. 7 „108, 71 720 0455772 NO. + Schuddende beweging. zig, -L, —_L. —W, Lichte aardbeving. 14; verticaal LE Geringe verticale schok. RE EN en paar lichte schokken. ZZW. |5. “ bande. } hik, hevige schok, verticaal. À Behe Twee schokken. Bende. Hevige verticale schok. ve Hevige schok van aardbeving. det Vrij hevige aardbeving. (Twee vrij sterke aardschuddingen. Drie schokken met tusschenruimte van 3 à 4 se+ Ook te Mangon-redja waargenomen. Ter hoofdplaats Amboina werd van dezen schok zoo goed als niets waargenomen. Voorafgegaan door een geluid als van le he Deuren en vensters dreunden b de 150 EE A B CR: ei A sE Residentie Tijdsbepaling. d Ek: Beri 5 W. ingsplaats. 5 Duur E 3 erichtgever aarnemingsplaa : Goovelmint (Bataviasche tijd.) ì zj 584 |J. W. Ottolander. | Pangonan Djero. Pasoeroean. 13 Juni. 1° 51". G. R. 11955/85. Distr. Toeren (afd Mal.) Pasoeroean. te ts 0% 547 |H. Stap. Soember Wader. Kediri. 0 G. R. 11003/85. Blitar ediri. 13 2 Gl 632 |F. Ottolander. Pantjoer. Besoekie. 13 en ef G. R. 12709/85. Toelehoe. Amboina. 4. 13° 30. 14/15 » ‘snachts. | G. R. 12182/85. Boeleleng. Bali en Een 16 » 9" 58, ccaa G. R. 11600/85. Residentie Kediri. {Kediri 0 0 534 |H. Vrendenberg. Karanganjer. Kediri. Bee 1, 591 |G. een Soember Peting. Pasoeroean. 16 «1031. 589 |J. A..N ndoerata. asoeroean. 16 2 MAIL _ 518 |Mr.P. in E Me. Lean Patjitan Madioen. 16» 2 20° PSE |Off. belast met genie- | Patjitan. Madioen. ORDE as le dienst. 864 |H. F.E. Jacquet. |Boeleleng. Bali en Lombok. Merak DE G. R. 13133/85. Painan. Pad. Benedenlanden. [18 » 12° 53e, G. R. 13761/85. Taboekan. Menado, 10 s SOME aäng. Menado. 18 Id JE 19 » 7 Ke Menado. CR ne vid G. R. 12712/85. Menado. Menado 19e WAE G. R. 13761/85, Taboekan. Menado Ra AE en 16" 46”. 633 [W. J. Geertsema. |Adjäng. Besoeki. hf ‚589 |J. A. Nohr. Bandoerata. Pasoeroean. Ms BNL | 45 = 8 Co r | à Intensiteit Bijkomende verschijnselen ue Richting. : De en aard der beweging. opmerkingen. e NW. Middelbaar. 1 Juni werkte de Bromo hevig; rookkolom «den ganschen morgen donker, als die van den Semeroe; in den regel slechts een lichte ; gedurende de laatste vijf jaren, dat berichtgever daar gevestigil is, nim een zoo gesta rookkolom gezien als op dien dag. Op 2 Juni niets meer zichtbaar. Alleen bijna dagelijks te zien de gewone rookkolon: 8 op den Semeroe en de geluiden als kanonschoten. D. ll aans Kort Bie rf AE er verticale Geen schade. i _N0 ges en van aardbeving. ‚0. Heide horizontale schok. Ter hoofdplaats Amboina werd van dezen schok zou Lo 2 oed als niets waargenomen. Mt Minder hevige schok. Ter Be Amboina werd van dezen schok zoo j ì als niets waargenomen ofer eerveeneee (Lichte schok; verticaal. lik "……{Licht. Bijna dagelijks in de afd. Blitar hier en daar zeer lichte aschregens waargenomen, vermoedelijk var: Ê z î meroe afkomstig. ‚B Sneltrillend. Lampen slingerden niet, bamboe-woning kraakte ] vrij sterk. EN 54, golvend tegelijk schokkend. EN 9. Schudden, geen geluid. On Drie kort op elkaar volgende schok- Hevig gedruisch en gekraak van het houtwerk. Lampe * à ken 2; de derde schok het hevigst. slingerden niet in ’s berichtgevers woning, volgens 9 erklaring van inlanders, wel in bamboezen huizen. Me 2 ie kort op e en beachen stooten, met hevi » E B p gedruisch; lampen s 5 {Vrij hevige schok. sirappen he bedekking van ’s berichtgevers woning B. |__bewoog en maakte gedruisch als bij zwaren regen. ge …… Lichte schok. Verticaal. Vermoedelijk van de Batoer, grens onafhankelijk rijk j E Een schok. Bangli. Vrij harde schokken. benthad dd ANV EOD De Rahoen, die in de laatste dagen erg rookt, rook! > die dagen niet; men gist, dat de aardbeving van van den Semeroe afkomsti tig was Schudden, geen geluid. EN N B 3 È Ee 4 Residentie 5 sf: : e Tijdsbepaling. 5 Berichtgever. Waarnemingsplaats. 0 d $ 8 je e en Gouvernement. | Beteviasche tijd) 23 | 538 |F L. vander Vinne.) Karangnonko. Kediri. 26 Juni. t1* 20”. 589 |J. A. Nohr. Bandoerata. Pasoeroean. Be 1 12 G. R. 12230/85. Goenoeng Kentjana. |Bantam. Er 30 85 |J. J. Meijer. Goenoeng Kentjana. (Bantam.  : 8 En 16 se 733 |V. J. Stadlmair. Padang Sidempoean. |Tapanoeli. 29 » 16° 25”. an G. R. 15101/85. Singkel. Tapanoeli. 2e Or 16 G. R. 14555/85. ee apanoeli. 29 » 16" 52". 1 Natal. Tapanoeli. OE LP ros. en 29 » +16° 14".(30 secd Padang Sidempoean. gee 29 …» 16° 16". 5 4m jer-Bangis. Pad. Benedenlanden. |29 » 16° 14*./10 seo Rau. Pad. Benedenlanden. {29 >» 16° 5". 707 |F. W. Uhle. Rau. nedenlanden. vo DE _ 708 |W. Jac. Rahder. | Ajer-Bangis. Pad. Beneden se LE ee, dat geene aardbevingsverschijnselen gedurende de maand Juni werden waargé 4,82,100, 558, 571 „583 (Zwaantjes droogte, Res. Pasoeroean), 622,711,720,723, 735, 7 e correctie N.B. Ond is gebleken, dat in de berichten van den Heer H. J. ER en Fricke, abusievelijk in plaats van schok gelezen is schot, zoodat de regels 9 — 12 op blz. 1 G.F 45 C D Intensiteit iij iij n Richting. Bijkomende big can en aard der beweging. opmerkingen. ee eene sien Lichte aardschudding met gedruisch. Op dien zelf- om 12" een zware slag gehoor met natrilling. Geluid kwam van NO. dus vermoe- ANW delijk van den je eters eet Schok als uit zwaar kanon, evenals ten tijde Kraka- 5 î tau werd gehoord. “: Lichte verticale schok. Licht, verticaal. Eh „|Een lichte verticale schok. AISAS EN Verticaal. jOnderaardsch geluid uit het oosten; het huis Kine …{Lichte schok. a „Sterk, verticaal. . Zeer snel trillende beweging eindigende met sterken UE _N RE stoot, 6B-_vw Vrij hevig, horizontaal. "4 : Vrij hevige schokken, horizontaal. Ee. Vrij hevi Voorafgegaan en vergezeld door een in hevigheid de toenemend geluid, komende uit W. richting. 7 Twee achtereenvolgende schokken. 40. En Twee scho | Geluid komende uit zee als van een in hevigheid toe- nemende branding, ophoudende met het ein der beving. Lah EU van HH. Medewerkers, die onder de volgende nummers, in de lijst voorkomen: at, Res. Palembang), 770 „772, 805 (Eiland Langhoeas, Res. Billiton), 815 , 844, 851 en 861. ellende valle ze de verschijnselen, die op den 3" April zijn waargenomen door de Militaire opnemers Wree ; Onder de aarbevingen zijn deze waarnemingen nog als schokken opgenomen kunnen wo VOORDRAGHT, GEHOUDEN op 21 JAnvArr 1886, IN DE Bestuursvergadering der Kon. Nat. Vereeniging, DOOR Dr. C. Ph. SLUITER, OVER HET WEDERZIJDSCH VERBAND TUSSCHEN DOOD EN VOORTPLANTING. Mijne Heeren ! Naar aanleiding van eenige merkwaardige levensverschijn- selen, die ik in de laatste maanden bij de Polycladen of zoo- genaamde Platwormen in mijne aquariumbakken waarnam, kwam ik er toe. van avond over het wederzijdsch verband tusschen dood en voortplanting der organismen eenige opmer- kingen te maken. In ’talgemeen toch heerschen er, zelfs bij vele natuur- wetenschappelijke menschen, vrij verwarde begrippen, wat men onder den dood als biologisch verschijnsel te verstaan heeft, en in hoeverre hij de noodzakelijke begeleider van het leven is. Deze laatste vraag wordt zelfs door velen ont- kennend beantwoord, namelijk door hen, die aan de ééncellige levende wezens, zooals de bekende Infusorien en ééncellige wieren en zwammen, het treurige lot van een oneindig leven toeschrijven; op welk punt ik zoo straks nader terug zal komen. In het dagelijksch leven vindt niemand het bijzonder raadsel- 47 achtig, wat dood gaan is, zooals men gewoonlijk die dingen, waar men weinig van weet en weinig over gedacht heeft, ten minsten met weinig feitenkennis over gedacht heeft, ge- woonlijk zeer eenvoudig vindt. De oorzaak hiervan is wel, dat in het dagelijksch leven gewoonlijk alleen de dood van hooger georganiseerde wezens opvalt, terwijl van het leven der kleinere laag georganiseerde dieren en planten niets direkt wordt waargenomen. Een plant of dier noemt men in ’t al- gemeen dood, wanneer de verschillende levensfunctiën er van ophouden te werken, en bij {hooger ontwikkelde dieren zal gewoonlijk het ophouden van een der meer belangrijke levens- fanctiën noodzakelijk het sterven van alle andere, dus van het geheele dier ten gevolge hebben. Zoo kan men bij gewer- velde dieren: als direkte oorzaak van den dood wel altijd het gedurende eenigen tijd stilstaan van het hart, of liever het ophouden van den bloedsomloop, beschouwen. Hoewel nu hiermede het dier als zoodanig wel dood is, zijn toch nog, 1ooals ieder weet, volstrekt niet alle deelen van het lichaam lot volkomen levenloosheid gekomen, en zelfs nog uren lang daarna komen bewegingen aan verschillende lichaamsdeelen voor. Er zijn dus werkelijk hierbij, zooals men ook algemeen in de Physiologie gewoon is te doen, twee verschillende dooden te onderscheiden , ° namelijk de dood van het bewuste individu, en de zoogenaamde celdood, waaronder men dan den dood Van alle cellen verstaat, waaruit, het dier eenmaal was op- gebouwd. In de eerste plaats rijst hierbij de vraag, wat wij onder het begrip individu te verstaan hebben, en ook hierin heerscht Onder de biologen een zeer onbehoorlijke verwarring. Aan velen mag het vrij nutteloos schijnen om over het begrip individu le kibbelen, daar dergelijke strijdvragen in den regel niet Anders dan een woordenstrijd worden. Toch is het in dit geval noodig, zooals gij, naar ik hoop, straks met mij zult erkennen, om eerst elkander over deze vraag te verstaan. A priori kan ik zeggen, dat het mij het wenschelijkst 48 schijnt, het geheele woord individu als term in de biologie niet te gebruiken, tenzij als aanhangsel bij een ander woord. Zoo zou men, wat mij aangaat, kunnen spreken van cel-indi. vidu, klapperboom-individu , mensch-individu, ete, maar dan is het wel zoo praktisch eenvoudig het woord individu weg te laten. Het bezwaar tegen het gebruik van het woord individu is namelijk, dat de individuen, die men gewoonlijk als zoodanig beschouwt in de biologie, volstrekt niet met elkaar gelijk- waardig of, zooals men het gewoonlijk noemt , homoloog zijn. — Het was de beroemde Engelsche Zoöloog Huxuer, die er het eerst op gewezen heeft, hoe men gewoon was, dingen, die volstrekt niet met elkaar overeenkomen , toch als gelijkwaardige individuen te beschouwen. Overal doet het leven der planten en dieren zich voor als een bepaalde kringloop of cyclus van cellen. Bij de hooger ontwikkelde wezens is deze kringloop aan ieder bekend. Laat ik, om duidelijk te maken, wat ik hiermede bedoel, een voorbeeld uit het dierenrijk en uit het plantenrijk nemen. Uit het ei, dat wil zeggen één cel, van een kapel ontstaat door deeling van die ééne cel in twee, vier, enz. cellen, een embryo, waaruit zooals ieder weet, de larve, de rups ont- staat; deze rups popt zich in, en eenigen tijd daarna komt uit de pop de vlinder te voorschijn, die , evenals alle voor- gaande stadiën, geheel uit cellen bestaat. Zeer korten tijd daarna is de kapel geslachtsrijp, dat is, zij stoot eenige van de cellen, waaruit zij bestaat, als eieren uit haar lichaam, en — sterft niet lang daarna, terwijl de eieren weer denzelfden cel- eyelus gaan doorloopen. Ieder zal hier den geheelen cyclus van ei tot vlinder, die weer eieren voortbrengt als één indi- vidu beschouwen, evengoed als men zich zelf als kind, als man en als grijsaard toch altijd hetzelfde individu noemt. Evenzoo zal men in het plantenrijk als één individu be- schouwen den eyclus van cellen, die liggen tusschen de kiemcel in het vrouwelijk geslachtsorgaan van het prothallium der varens, de daaruit ontstaande varenplant met de sporen, die 49 zich op de bladen ontwikkelen, en het prothallium, dat zich weer uit die sporen ontwikkelt, en waarin nu weer de kiemcel ont- slaat. Dezen geheelen cyclus zal men met hetzelfde recht als één individu te beschouwen hebben, als de klappernoot, het jonge klapperboompje en den ouden klapperboom, die weer klappers draagt. — Bij de hooger ontwikkelde organismen klopt nu deze cyclus van cellen vrij wel met het gewone begrip, dat men aan individu hecht. — Wanneer er in dezen kringloop een tijdelijke stagnatie van leven intreedt, zoo belet dit niet, dat hij toeh één en hetzelfde individu genoemd zal worden. Vox HArrMANN, die onder de levende Philosophen zeker wel de eerste plaats inneemt, doet hierin bepaald ontogisch, wanneer hij in zijne definitie van Individu de eigenschap opneemt van continuiteit van leven of werken, of eenheid in tijd. Hij wil namelijk in het bekende geval, dat visschen, die jaren lang in ijs ingevroren waren, en dus een jaren lange stagnatie van hun leven hadden, en die, daarna ontdooid, weer op nieuw begonnen te leven, niet van één, maar van twee individuen spreken. Dan evenwel zou ook de Fakir, die, zooals door de mede- deelingen van Freiherr Dr. Carr pu Prer waarschijnlijk gemaakt is, eenige maanden geheel levenloos begraven , daarna door zijn broeders weer opgewekt wordt, en weer onmid- dellijk net afgebroken gesprek van voor twee maanden opvat, niet identisch, niet één individu zijn met den Fakir VÓór zijn begraving. Daar evenwel ieder, en ook von HarTMANN, het met de uitspraak van Loeke eens is, dat de identiteit van een individu uitsluitend berust op de identiteit van bewust- zijn, is het duidelijk, dat in het laatste geval niel van twee individuen kan gesproken worden. Dan evenwel ook evenmin bij den bevroren en ontdooiden visch of bij het uitgedroogde _€n daarna weer opgeweekte en levendgewordene raderdiertje. — Een stagnatie van leven in dezen eyclus van cellen kan dus Zeer goed voorkomen, en het gewone begrip, dat men aan individu hecht ‚en dat van één periode uit onzen celcyclus dekken elkaar dus bij de hooger ontwikkelde organismen vrij wel, h Mo. Bot. Garden, 1398. 50 De vraag is nu, hoe is het bij de lager ontwikkelde ééncel- lige dieren. Ik zal daartoe met een enkel woord u eerst moeten herinneren aan de levensgeschiedenis der Infusoren, de oude beroemde »Afgietseldiertjes”” van LeeuwennoekK, dier- tjes, die ieder, die ooit door een microscoop gekeken heeft, zonder twijfel kent. Het is de groote verdienste van Bürscurr, zooals de meesten van u wel bekend zal zijn, dat hij het eerst een helder licht geworpen heeft op de eigenaardige verschijnselen, die zich in het leven dier diertjes voordoen. Ik zal natuurlijk in bijzonderheden hiervan niet treden, maar alleen in ’t kort den levensloop van een der meest gewone Infusoren mededeelen. -—Ik heb hier, zeer sterk vergroot, een groot en levenslustig exemplaar van Stylonichia Mytilus geleekend. Het geheele dier is slechts één cel, die alleen in vergelijking van andere cellen sterk gedifferentieerd is. Dit diertje vermeerdert zich tamelijk snel door dwarsdeeling, en deze deelstukken vermeerderen zich weer op dezelfde wijze zoodat binnen korten tijd een groot aantal Stvlonichia’s ontstaan. Houdt men nu evenwel het oog op de dieren, die van onzen oorspronkelijken Stylonichia afstammen, dan merkt men twee dingen op, ten eerste dat de tijd, die telkens tusschen twee deelingen verloopt, al grooter en grooter wordt, en ten tweede, dat de dieren, die uit de latere deelingen ontstaan , niet meer de grootte van de vroegere bereiken maar al kleiner en kleiner blijven. Nadat zij een bepaalde minimum-grootte bereikt hebben, deelen zij zich in het geheel niet meer; maar twee van deze kleine diertjes kruipen tegen elkaar aan en vereenigen zich gedeeltelijk met elkaar, zoodat de inhoud van beiden onderling in verband komt. Deze verrichting is algemeen bekend onder den naam van conjugatie of copulatie. Soms komt het bij an- dere Infusoren voor, dat de beide diertjes geheel met elkaar versmelten en te zamen één nieuw dier leveren, meestal evenwel gaat het niet zoo ver, maar blijft het bij eene tijdelijke vereeniging. — Gedurende deze vereeniging en den eersten tijd na de scheiding hebben er merkwaardige veranderingen in 51 beide dieren plaats, die bij verschillende Infusoren tamelijk verschillend kunnen zijn. — Bij het door ons gekozen voorbeeld zien wij de beide nuclei van ieder dier zich in tweeën deelen, en de vier stukken, hierdoor in ieder der diertjes ontstaan, lang- zamerhand in ronde donkere structuurlooze klompjes overgaan , die ten laatste uit het lichaam verwijderd worden. De twee nucleoli daarentegen deelen zich in tweeën op de gewone wijze van celkernen. In ieder diertje ziet men één van deze vier nucleolus-deelstukken tot cen groot licht lichaampje aangroeien , le andere daarentegen kleiner worden. Na de scheiding der dieren wordt het groote lichte lichaampje tot een nieuwen nucleus en één of twee der overige stukjes nucleoli tot nu- cleoli van het nieuwe dier. Niet alleen dat in het inwendige deze nieuwe vormen optreden, ook de uitwendige deelen ondergaan gedeeltelijk eene verjonging, doordat groote stukken van een nieuwen lichaamswand met nieuwe trilharen gevormd worden. Deze nieuwe verjongde dieren nu, die uit de conjugatie ont- slaan zijn, groeien weer tot de oorspronkelijke grootte aan en gaan zich weer op de gewone wijze door dwarsdeeling vermeerderen. Het ligt nu, dunkt mij, voor de hand, wat hier als celcy- clus te beschouwen is: wij vinden toch van den grooten Infusoor, die zich door deeling vermeerdert, tot het kleine dier, dat zich niet meer deelt, maar tot conjugatie overgaat, ten regelmatig terugkeerenden evelus. Vergelijken wij nu de bei- de celeyclen, namelijk die der hooger ontwikkelde planten en die- Fen met die der Infusoren, als type van den eelevelus bij de laag ont- wikkelde ééncellige wezens, zoo vinden wij het volgende schema : Merazoër Kiemecel — Uit deeling ont- — Het jongeor- — _ Geslachtsrijp (Meercellige dieren) stane embryvo,eerst __ganisme,niet _ organisme waar- uit gelijksoortige geslachtsrijp. in weer kiemecel- cellen _ bestaande, len ontstaan en dan gedifferentieerd, daarna Dood. si Geld Door deeling tal- — De kleinste dieren gaan in (Eeneellige dieren) (Stvlonichia) rijke gelijke dieren, conjugatie, verjongen tot dieren, die kleiner en klei- die zich weer kunnen deelen; ner worden. uitstooting van oude stukken of Dood. 52 Deze beide eyelen komen dus, zooals wij zien, in hoofdzaak met elkaar overeen, zijn met andere woorden homoloog. Zeer intressant zijn in dit opzicht de vroegere onderzoekingen van Harrie en Lanpors over den groei van verschillende weefsels bij hooger ontwikkelde dieren. Hieruit blijkt, dat ge- woonlijk in de jeugd de cellen wel grooter worden, totdat een maximum bereikt is, dat evenwel het toenemen van het aantal cellen achteruitgaat. Door Srenewiek Minor is onlangs op nieuw de aandacht gevestigd op dit achteruitgaan van het dee- lingsvermogen der cellen van weefsels van hooger ontwikkelde dieren, en zeer sterk valt dit feit op, wanneer men den groei van het embryo met dien van oudere dieren vergelijkt. Bij Metazoën noemt men dit verschijnsel van achteruitgang in deelingsvermogen verouderen, dat dus met den gelijken achter- uitgang bij de Infusoren overeenkomt. Het verschil tusschen de beide celevelen van Protozoën en Metazoën is dus, dat in het eene geval de cellen, die uit de deeling van het eene celdier ontstonden , niet met elkander blijven samenhangen, maar ieder een zelfstandig lever leiden. terwijl! in het andere geval de uit de kiemeel ontstane cellen wel blijven samenhangen en niet in staat zijn gedurende langeren tijd een zelfstandig bestaan te voeren. Dat het een tijd lang mogelijk is, blijkt uit het in het begin genoemde verschil tusschen dood van het bewuste dier en den celdood. — Tusschen deze twee uitersten van celeyelen zijn evenwel, zooals de meesten uwer bekend zal zijn, een legio van over- gangen bekend. Er zijn ééncellige organismen, die zich in regelmatige figuren naast elkander groepeeren, welke colo- niën van diertjes of plantjes langzamerhand een hoogere mate van zelfstandigheid kunnen krijgen. Vooreerst blijven evenwel nog al deze ééncellige wezentjes aan elkaar gelijk, en alle in staat zich voort te planten. Bij anderen daar- entegen is bij de wezentjes van één calonie een verdee- ling van arbeid ontstaan, sommige hebben de functie van het vangen van voedsel. andere die van verdediging, Tre 4 if Er 5 5 md AED er trident en dd el le Ed a A epen) aient nn mnd nld id nn ee 53 weer andere die van de voortplanting op zich genomen. Ik zal niet alle verschillende trappen van ontwikkeling op- sommen, maar gij zult u toch eenigszins een voorstelling kun- nen maken, hoe, door een toenemende verdeeling van den arbeid uit een dergelijke ecolonie van oorspronkelijk gelijkvormige cellen, langzamerhand een colonie ontstaan kan, waarvan de afzonderlijke wezentjes niet meer zonder elkaar kunnen leven. Een dergelijke colonie zijn ook werkelijk alle hoogere dieren en planten, waarbij evenwel het individueele bewustzijn der afzonderlijke cellen al meer en meer op den achtergrond is getreden ten koste van dat der geheele colonie. Bij planten blijft altijd de individualiteit der cellen van veel meer belang dan bij dieren, hoewel door de hoogst intressante onder- zoekingen der laatste jaren, vooral door die van STRASSBURGER en van Russow over den samenhang van het plasma in alle cellen van de plant, men er van terug moet komen, een te groote individualiteit aan de plantencel toe te schrijven, en ook de plant meer als één geheel op te vatten; zoodat ook hierin het verschil tusschen planten en dieren niet zoo groot is als men het nog toe wel heeft willen aannemen. — Bij iederen celeyelus, hetzij bij ééncellige hetzij bij hooger ontwikkelde organismen, is dus het begin één cel. Deze ver- meerdert zich door deeling, langzamerhand neemt dit deelings- vermogen af, en houdt eindelijk op; dan worden evenwel eenige cellen door copulatie tot het vormen van een nieuwen cyclus in staat gesteld (conjugatie der ééncellige wezens, en bevruchting der “vrouwelijke eicel door de mannelijk cel, Sperma, pollen), terwijl de vorige cyclus daarmee afsterft. Het dood gaan van een hooger ontwikkelde plant of dier staat dus gelijk met het dood gaan van een geheele reeks van In- fusoren, en in beide gevallen gaat die dood noodzakelijk gepaard met ee voortbrengen van nieuwe kiemcellen voor een vol- genden cyclus. Dood en geslachtelijke voortplanting, in den ruimsten zin Spsevat, zijn dus onafscheidelijk met elkaar verbonden. Bij de hooger ontwikkelde planten en dieren behoudt evenwel het organisme dikwijls nog langen tijd, na de voortbrenging der kiemcellen voor den nieuwen cyclus, zijn zelfstandig bestaan. Ook daar zijn evenwel talrijke gevallen bekend, hoe de dood de noodzakelijke begeleider is der voortplanting. Ik herinner aan de bekende gevallen van tallooze insekten en zoovele één- maal-bloeiende planten. Veel typischer is dit onverbiddelijk samengaan bij lager ont- wikkelde dieren. Het merkwaardigst zijn in dit opzicht eenige kleine diertjes, die leven op de kieuwen van inktvisschen, en ‘teerst door var Bexepen beschreven zijn, de Dicyema's. Deze diertjes bestaan uitsluitend uit een laag van epitheliumcellen en één enkele groote cel, die het geheele binnenste van het dier vormt. In deze laatste cel ontstaan door deeling nieuwe kernen, waaromheen zich plasma verzamelt, waaruit kiem- cellen ontstaan. Deze ontwikkelen zich tot embryo's, die door den wand van het moederdier heen breken en hun zelfstandig leven beginnen. Het moederdier gaat hierbij natuurlijk nood- zakelijk te gronde. — Andere diertjes op een iets hoogeren trap van ontwikkeling, de zoogenaamde Orthonectiden, die als parasieten in wormen leven, bestaan uit een laag van opper- huideellen, en het geheele inwendige is nu niet één cel, maar bestaat uit een dergelijke laag van cellen als de opperhuid. Ook hier gaan nu alle cellen van deze tweede binnenste laag geheel in kiemcellen over, waaruit weer embryo's ontstaan , die het mòöederdier doorbreken, waardoor dit weer per se te gronde gaat. — Bij nog hooger ontwikkelde dieren, namelijk bij vele wormen en sommige insekten gaat met de ontwik- keling der kiemcellen een degeneratie van verschillende inwen- dige weefsels gepaard, zoodat ook deze aan de gevolgen der baring noodzakelijk sterven. Bij de meeste andere insekten heeft wel is waar geen weefsel-degeneratie en een daardoor veroor- zaakte dood plaats, maar de meeste sterven toch aan volkomen uitputting na de baring. — Bij al deze gevallen en nog tal van andere is even- EE en NRE wel altijd de dood het gevolg van het voortbrengen der jonge embryo's of kiemeellen. Gedurende eenige maanden heb ik evenwel ín mijne aquariën een merkwaardig nieuw geval waargenomen, waarbij de voortplanting noodzakelijk den dood ten gevolge heeft, namelijk bij de Zeeplatwormen. Vele dezer dieren hebben namelijk het voorrecht niet één penis, maar soms zelfs, zooals ik er gevonden heb, tot 16 toe te bezitten. Deze penissen zijn aan hun einde met een hard chitinachtig stilet gewapend. Bij de paring kruipen nu de tweeslachtige dieren over elkaar en steken de penissen met dit stilet dwars door elkanders lichaam. Hieruit ontstaan belangrijke verwondingen; evenwel worden tegelijk klomp- jes sperma in het lichaam van den collega gebracht. De eileiders liggen met zeer talrijke vertakkingen in het ge- heele lichaam verspreid , zoodat, al wordt het sperma ook naar willekeur in het lichaam gebracht, de eieren toch bevrucht Worden. Kort na de verwonding legt het dier de eieren, en schijnt daarna zoo verzwakt, dat het niet meer in staat isde wonden te doen genezen. De wonden worden al grooter en srooter, en, hoewel het dier nog eenigen tijd in leven blijft gingen zij toch in alle gevallen, die ik heb waargenomen, na eenige dagen dood. Eenige van deze ongelukkige slachtoffers van een zoo grooten geslachtelijken hartstocht, die voor een paar dagen in mijn AUarium paarden, laat ik hierbij rondgaan. In andere gevallen kunnen deze Polycladen belangrijke ver- minkingen verdragen niet alleen, maar die zelfs binnen Weinig tijd herstellen. Aan de verwondingen door de paring Veroorzaakt en het eierleggen daarna gaan zij dus onverbid- delijk dood. Dat het werkelijk de verwonding is en niet het eierleggen alleen, blijkt nog daaruit, dat bij die Polycladen, welke behoorlijk den penis in de vrouwelijke geslachtsmonding Inbrengen, en niet maar zoo wild, zonder overleg, rondsteken, Volstrekt niet de dood zoo snel na het eierleggen volgt. — Bij de eerstgenoemde is dus werkelijk de actie van paring het 56 vermoorden van het andere dier. Voor zoover mij bekend is, is dit nog bij geen ander dier bekend, wel , zoo als bij inkt- visschen, dat de paring voor het wijfje eene hoogst onaan- gename bezigheid is. Wanneer dus ook al het zoo even medegedeelde geval wel een uiterste is, meen ik toch, dat het u duidelijk zal zijn, dat het ten slotte niets anders is dan een bijzonder geval van de algemeene wet in de natuur, namelijk : dat de dood de onverbiddelijke begeleider is van de voort- planting, en dat alleen bij de hooger georganiseerde wezens de plaats, waar de kiemeellen worden voortgebracht, al meer en meer gelocaliseerd wordt, zoodat na de voortbrenging der kiem- cellen nog een organisme overblijft, dat nog langen tijd een zelf- standig bestaan kan voeren, hetgeen bij de laag georganiseerde wezens niet of zeer weinig het geval is, totdat door het ver- ouderen der cellen het organisme als zoodanig dood gaat, waardoor dan de dood van alle cellen, waaruit het bestond, na korter of langer tijd noodzakelijk veroorzaakt wordt en hiermede het leven van den celcyclus tot zijn einde komt. — eh det nd en ee ne in, VERSLAG VAN DE WERKZAAMHEDEN EN DEN TOESTAND DER KONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING IN NEDERLANDSCH-INDIEË OVER HET JAAR 1885. DOOR Dr. C. L. VAN DER BURG. Op den 4de Januari 1885 bedroeg het aantal Leden 566. In den loop van dat jaar werden 50 leden van de lijst afgevoerd en traden er 19 toe, zoodat het aantal thans 555 bedraagt. In de laatste jaren is voordurend een achteruitgang in het ledental te bespeuren, waarin, naar wij hopen, door het Hemen van een paar besluiten, die op de handelingen der ver- eeniging betrekking hebben, wel verbetering zal komen. Van de Dirigeerende Leden traden de Heeren P. van Disk en 5. J. Poortman wegens vertrek naar Europa af. Daarentegen keerde het eerelid H. L. Janssen van Raay te Batavia terug” Nam op nieuw in het bestuur plaats en verving den Heer vAN Dusk als vice-president. De Heer J. A. Scuuurman werd tot dirigeer Fend lid benoemd en de Heer Dr. S. Frcrr verving den Heer PoorTMAx 58 als secretaris. Aan den Heer P. var Dik werd het eerelid- maatschap aangeboden. Wij hadden het verlies door den dood te betreuren van ons correspondeerend lid in Nederland, Pror. E.H. Baumuaurr te Haarlem. De Bibliotheek nam belangrijk in omvang toe , zoowel door ge- sehenken , door ruiling, als door aankoop van boekwerken. Onder de geschenken merken wij op: een exemplaar van den nieuwen cata- logus onzer bibliotheek in een rijken prachtband, door den Heer EF. H. Kroos. Verder schonken de Heeren Korrr ex Co. één Encyelopodie van Wiskrer Prixs, één Jacons, Eenigen tijd onder de Baliërs, en één Atlas van Nederlandsch-Indië door Havenea. Die geschenken werden met dankbaarheid aanvaard. Onder de nieuw tot stand gebrachte ruilingen vinden wij er eene met ons correspondeerend lid, Pror. Rossr te Rome, over aard- bevingsberichten. Op verzoek van de Vereeniging tot bevordering der geneeskun- dige Wetenschappen in Nederlandsch-Indië werden aan de bibliotheek dier Vereeniging in bruikleen afgestaan de zuiver medische werken, in onze bibliotheek aanwezig. De rubriek H in den catalogus is daardoor voor het grootste gedeelte ver- dwenen , maar de Directie had de overtuiging, door die overdracht een nuttig werk te verrichten. Het mag als een gunstig teeken beschouwd worden, dat van de bibliotheek een veel ruimer gebruik wordt gemaakt dan in vorige jaren gewoonlijk het geval was. De verspreiding van den nieuwen catalogus heeft, zonder twijfel, daartoe veel bijgedragen. De verzending van ons Tijdschrift aan de zuster-vereenigingen buiten Ned. Indië geschiedde regelmatig, even als de ontvangst der publicatiën dezer laatsten, door tusschenkomst van het Nederlandsch wetenschappelijk centraalbureau, waarvan de directie, na het overlijden van Pror. Baumnaver, is overgeno- men door Dr. P. P. C. Hoek. Het Museum werd verrijkt met een groot getal Evertebraten der zeefauna van de baai van Batavia. Aan den voortdurenden ijver en de buitengewone werkzaamheid van den Directeur van het museum, Dr. C. P. Squrrer, is het te danken , dat daardoor niet alleen het belangrijkste der Fauna van de koraaleilanden, maar ook van die van den zeebodem der genoemde baai vrij voldoende is vertegenwoordigd. Het determineeren der verza- melde vormen kan slechts langzaam vorderen, omdat de genoem- de natuuronderzoeker daartoe helaas! maar weinig tijd kan afzonderen. Geschenken werden voor het museum in het afge- loopen jaar bijna niet ontvangen. Het doel, dat thans vooral in het oog wordt gehouden. is het museum zoo volledig mogelijk ten overzicht te doen geven van de Fauna te en om Batavia. Een srootere uitbreiding is voor alsnog niet te verwachten en zou ook gaan boven de krachten onzer Vereeniging , zooals die thans is. Het genoemd doel zal zeker langzamerhand bereikt wor- den, vooral door de hulp van het zoölogisch laboratorium, dat aan het museum is toegevoegd en waarover wij thans het een en ander zullen mededeelen. De regeering hesliste afwijzend op het verzoek der Vereeniging, in het vorige jaarverslag genoemd, om maandelijks / 75,— subsidie te verleenen, ten einde een zoölogisch laboratorium en ten aquarium in het gebouw onzer Vereeniging te vestigen. De Vereeniging besloot toen, om zelf die toelage te verleenen, Al zou dat aan hare overige uitgaven eenige bekrimping moeten Veroorzaken, De Hollandsche Maatschappij van Wetenschappen le Haarlem verleende daartoe een geldelijken steun van f 500,— en de vroegere pendoppo van het hoofdgebouw werd aan den Heer Srurren tot inrichting van een zoölogisch laboratorium afgestaan. Die geheel afgesloten pendoppo is een ruim en luchtig lokaal, gelegen tusschen het hoofdgebouw en de lokaliteit, aan den heer Beck als schoollokaal verhuurd. Het laboratorium is door een tenvoudige, maar voldoende afsluiting van de beide andere gedeelten geïsoleerd. Aan de beide zijden bevinden zich drie breede ramen. Voor elk raam aan de westzijde zijn groote werktafels geplaatst , die 60 uitstekend licht ontvangen voor mieroskopische onderzoekingen. Aan de oostzijde en in het midden van het lokaal, zijn de eenvoudige aquariën geplaatst, die gedeeltelijk op stroomend zeewater, gedeeltelijk op zeewater met luchtverversching zijn ingericht. Hoe eenvoudig die inrichtingen ook mogen wezen,” toch voldoen zij zeer goed aan de verwachting. Reeds eenige maanden achtereen leven daar vele zeedieren, die zich in vol- komen gezonden toestand bevinden en waarvan er eenigen voortplanten. Eenige buitenlandsche geleerden hebben hun wensch doen kennen hier te komen werken en, op voorstel van den Heer Srumter, heeft de Koninklijke Akademie van Wetenschappen te Amsterdam zich tot de Nederlandsche Regeering gewend met het verzoek om geld beschikbaar te stellen, ten einde ook Nederlandsche zoölogen de gelegenheid te verschaffen om de Fauna der tropen hier te komen bestudeeren. Op dit verzoek is evenwel nog geen antwoord gekomen. Verder zond de Heer Sr.urrer aan verschillende buitenlandsche geleerden, op hun verzoek, speciaal onderzoekings-materiaal , terwijl daartoe voortdurend nieuwe aanvragen komen. Al is dus de kleine inrichting nog in haar prilste jeugd, toch kan met vertrouwen op goed succes de toekomst worden te gemoet gegaan. Aan den Heer Srurrer wordt de dank der Vereeniging gebracht, dat zijne onvermoeide pogingen haren naam in het buitenland een nog beteren klank hebben doen krijgen. De finantiëele bezittingen der vereeniging ondergingen, door het aftreden van vele leden en door de betrekkelijk groote uit- gaven voor het beschreven laboratorium en het museum, een belangrijken achteruitgang. Het batig saldo op ult. December 1885 bedroeg meer dan f 5000 minder, dan dat op 1 Januari. Het is thans gedaald tot # 5792,92!,. De bij dit verslag gevoegde staat geeft een overzicht van het finantiëel beheer, voor de zorg waarvan aan den Heer tex Brummerer de dank der Vereeniging wordt gebracht. Het gebouw, in gemeenschappelijk eigendom bezeten, met de RE Aelen der rh et AA na ane ed de A A en dd ee AT edn dE nn tt de - 61 Ned. Indische Maatschappij van Landbouw en Nijverheid, ver- keert in een goeden staat. In overleg met die Maatschappij werd aan het woonhuis bij de Vereeniging. dat aan den Heer Brek is verhuurd, eene kamer bijgebouwd. Daartoe moest onze Vereeniging een bijdrage leveren vanf 1700,50 : waar te- genover staat, dat de huurder thans / 50,— ’s maands meer huur betaald, met een contract voor een verhuur van vijf jaren. In het vorige jaarverslag is melding gemaakt van de voorloo- pige maatregelen door de Heeren P. van Dik en J. J. PoorTMAN gevomen, ten einde de waarnemingen omtrent aardbevingen in- Ned. Indië meer volledig te maken. Die beide Heeren vertrokken naar Nederland en hunne werkzaamheden werden overgenomen door de Heeren Dr. Frar. Dr. Onnen en Semvurmas. Het zal uit de mededeelingen in het Tijdschrift onzer Vereeniging blijken, dat hunne pogingen met goede gevolgen zijn hekroond. Het monument {er herinnering aan den verdienstelijken TrusmanN werd uit Europa ontvangen en in den rozentuin van 's Lands Plantentuin te Buitenzorg opgericht. Op den 4 September van het jaar 1885 werd dat gedenkteeken plechtig onthuld, waarbij Z. Excellentie de Gouverneur Generaal wel- willend aanwezig was, terwijl onze Vereeniging en de AL Maatschappij van Landbouw en Nijverheid door eenige bestuurs- leden waren vertegenwoordigd en vele van Buitenzorg’s in- sezelenen en TrusmanN’s vrienden tegenwoordig waren. Uw voor- Ziller schetste toen Trissmann’s verdiensten voor ’s Lands Planten- tuin in het bijzonder, voor de plantenkunde in het algemeen En voor den landbouw, en droeg daarna, namens de Koninklijke Natuurkundige Vereeniging het gedenkteeken over aan de zorgen van den Directeur van genoemden tuin. Deze overdracht werd door Dr. Teun gaarne aanvaard. Aan allen, die tot de oprichting een bedrage leverden, in welken vorm ook , werd eene photogra- phische afbeelding van het monument gezonden , terwijl er tene in onze bibliotheek en in die van het Bataviaasch genoot- schap van Kunsten en Wetenschappen werd gedeponeerd. Van het Natuurkundig Tijdschrift voor Nederlandsch-Indië 62 verschenen Deel XLIV. afl. 4 en Deel XLV. afl. 1, 2 en 5. Daarin vindt men o. a. de voorloopige instructie omtrent de waarneming van aardbevings-verschijnselen door P. van Duk: eene levensschets van ons verdienstelijk lid Dr. P. A. Beresma door Pror. J. A. C. Oupemars: twee opstellen over eb en vloed door Dr. Frar en den Heer Merenror, enz. In de regelmatig gehouden bestuursvergaderingen (alleen in Februari had er geen plaats), werden herhaalde malen belangrijke mededeelingen gedaan door den Heer Mr. Piepers over vlinders, rupsen en andere zoölogische onderwerpen: door den Heer va Dik over seismologische waarnemingen; door den Heer VoRDERMAN over Fungi in de artesische waterleidingen te Batavia en over eene door hem gedane reis naar de Wijnkoops- haai: door den Heer Dr. Crrrier over het voorkomen van chloorcaleium in bronwater; door de Heeren VoRrDERMAN, Verrek en _Muxpr over een warme bron bij Parakan Salak, en vele anderen. In de algemeene vergadering op den 19 November hield de Heer Dr. Onnen eene, met proeven opgehelderde , voordracht over de buizen van Crookes. De Directie hoopte, door het, zooveel mogelijk , in elke harer vergaderingen doen plaats hebben van eene wetenschappelijke voordracht, aan de bijeenkomsten eenige grootere levendigheid te geven. Eene reeks dergelijke voordrachten werd in December aangevangen, toen uw verslaggever sprak over bacteriologie. De Vereeniging verleende haren steun voor de verdere uitgave van het groote werk » Midden Sumatra” door daarvoor 250, beschikbaar te stellen. Aan het einde van mijn verslag gekomen , neem ik de vrijheid de geschiedenis der Vereeniging, die hier met 51 Dec. 1885 moest worden afgebroken, eenigszins vooruit te loopen en haar een afscheid toe te roepen bij mijn aanstaand vertrek. Dankbaar gestemd voor het zoo dikwijls mij door hare Directie getoond vertrouwen in de verschillende betrekkingen , die ik bekleedde, is die dankbaarheid gestegen door uwe welwillende benoeming 65 tot Eerelid onzer Vereeniging. Gaarne, M. H.. stel ik mij beschik- haar, zoo ik de Vereeniging in Nederland op de een of andere wijze diensten zal kunnen bewijzen. U allen, en zoovelen , die vooru met mij hier zitting hielden, en van wie er reeds zoovelen helaas! ten grave daalden, ben ik verplicht door al wat ik hier hoorde en leerde. Moge de Koninklijke Natuurkundige Veree- niging voortdurend meer en meer haar doel bereiken door vermeerdering der kennis van de natuur in het schoone land, waarin zij werkzaam is en waarin nog zooveel, ook ten alge- meenen nutte kan worden gearbeid. Dat uwe vergaderingen en verdere werkzaamheden ten allen tijde het kenmerk mogen dragen van de pogingen om dat doel te bereiken. De Vereeni-_ ging wensch ik daartoe alle kracht en voortdurenden bloei. Baravra, 1 Maart 1886. 56 TLE 88°06T Erp Poe —08L 080021 — 087 087901 SE TLI IT'S Z6'6EG ee Ts ZT LIGE Z8'BCTE a a a « “E3RT toque owunrg do opres A RYE Vlacht à £ 00» Vleugellengte . … 0.058 » Lengte der mondopening „ 0.010 » Culmen rostri . 3 : 0.009 » Hoogte van den bek aan de basis . … 0.004 » Mond wijdte 0.006 » Tarsus : Ì : 7 : Ì 0.015 » Middeltoon met nagel é 5 000 Achtertoon met nagel ì | … 0.007 » 33. ARACHNOTHERA AFFINIS, HORSF. (Tji artja). Soexp: Klatjès. 32. ARACHNOTHERA LONGIROSTRA, LATH. (Balé kambang). Sorexn: Klatjès. 31. DICAEUM FLAMMEUM, SPARRM. (Pelaboean). Soexp: Manoek sèpa. (De vogel, die als met sirih bespogen is, naar de roode kleur Van het Mannetje). 78 31. PRIONOCHILUS PERCUSSUS, TEMM. (Tj solok). Sorxp: Manoek beurrum gado. of het roodkeeltje, een naam die minder juist is doordien de borsf rood gekleurd is en niet de keel. 39. PHYLLORNIS COCHINCHINENSIS, GM. (Salak datar, Tj solok). Sorxp: Manoek daon. 40. PITTA CYANURA, VIEILL. (Pelaboean). Sorxp: Manoek paok. 41. TIMALIA PILEATA, HORSF. (Balé kambang). Soexp: Manoek kaso. 42. AEGITHINA SCAPULARIS, HORSF. (Tji solok). Soexp: Fjipo. naar het stemgeluid van den vogel. De Batavianen noëmen hem om dezelfde reden Tito. 43. ORTHOTOMUS SEPIUM, HORsF (Tji madja). 44. PRINIA FAMILIARIS, HORSF. (Pelaboean, Balé kambang). Soexp: Petjikrak. 45. HENICURUS LESCHENAULTI, VIEILL. (Tji solok). Soexp: Maninting. Een jeugdig individu werd mij aangebracht, dat gedeeltelijk in heteerste kleed was. De lange achterhoofdsharen waren zeer ontwikkeld. De vederen van kop en borst waren nog rosachtig- zwart en het wit van de voorhoofdskuif ontbrak, maar werd door zwart ingenomen. 79 46. HENICURUS VELATUS, TEMM. (Tjì solok, Tji madja). Soep: Maninting. 41. COPSYCHUS MINDANENSIS, cm. (Pelaboean). Soep: Manoek haoer. 48. KITTACINCLA MACROURA , GM. (Balé kambang). 49. TRACHYCOMUS OCHROCEPHALUS, GM. (Balé kambany, Tj solok, Pelaboean). Soep: Tjangkeurawak. De tjitja-rawah der Batavianen. De krachtige volle stem van lezen grooten zangvogel verwelkomde ons, toen wij ’s morgens Woes le Balé kambang aankwamen en door de 7ji letoe-rivier haar binnen voeren. 50. RUBIGULA DISPAR, HorsF. Ö (Tji solok, Balé kambang). Soexp: Petjampéor. De Koetilan-maas der Indo-Europeanen. Mannelijk individu, geschoten te 7jî solok den 25 Juni 1885. Alle _bovendeelen van den romp en de buitenvlakte der loegevouwen vleugels olijfgroen, waarin naar achteren meer e sroengele tint voorheerscht. Overig gedeelte der vleugels ouker-bistre bij het zwart af. De kop is Pikzwart met een zweem van blauwachtigen __Melaalgloed. De voorhoofdsvederen zijn verlengd. De nek is bij Alle indiviau's kaar, in en keel vurig-helderrood , dat op den krop in oranje en 5 Verder Op de horst in goudgeel overgaat, welke laatste kleur E te overige onderste bekleedselen benevens de flanken bezitten. Binnenste vleugeldekvederen wit met gele harige randjes. Slaartpennen donkerbistrekleurig met geelgroene buiten- O0mpjes. 80 Bek en pooten: zwart. De eerste van binnen geel. Iris napelschgeel. Maaginhoud : zwarte groote besvruchten van de Ki lampéni Totale lengte . « à … 0.185 M; Staart . à ; : à O0 Afstand tusschen het uiteinde der samengevoegde vleugelpunten en dat van den staart … en OGEN Vlucht î . 4 S … 0.260 » Vleugellengte . 0077 Lengte der mondopening … … O0 Culmen rostri. \ ‚ 0.014 » Hoogte der bek aan de basis . 3 „0.005 …» Mondwijdte : ì : 0,00 >» Tarsus 6 7  0.014 » Middeltoon met nagel A Achtertoon met nagel … 0.012 » De Koetilan-maas schijnt hier in het bosch algemeen te zijn; men bracht mij o. a. op één middag 8 stuks te gelijk aan. Het mannetje en wijfje zijn gelijk gekleurd. 51. IXOS ANALIS, HoRsr. (Pelaboean , Balé kambang). 52. 1X0S CROCORRHOUS, STRICKL. (Overal langs de kust algemeen). Soexp: Fjangkeurilang. 53. BRACHTPODIUS MELANOCEPHALUS, om. Ò (Dijù solok). Vrouwelijk individu. Kop, borst, mantel, buitenste kleine vleugeldekvederen en de groote der 2° en 5° orde benevens de flanken donker-olijfgroen de onderdeelen eveneens doch lichter dan de bovendeelen. Kruin en wangen hier en daar zwartachtig ‚ met blauwen metaalgloed, aangeloopen. Op den buik ga at de grondkleur geleidelijk in 81 geel over, welke kleur ook de onderste staartdekvederen bezit- ten, die bovendien buitengewoon verlengd zijn. De vederen van den rug zijn pikzwart en bezitten breede gele harige zoomen, terwijl de bovenste staartdekvederen groenachtig-geel zijn. Slagpennen donker-bistrekleurig _ met flauw-olijfgroenen buitenrand. Enkele nieuwe slagpennen groeien uit, die pikzwart tijn. Binnenste vleugeldekvederen flauwgeel. De staart, die ten waar sieraad voor den vogel is, bestaat uit vederen die aan de basis groenachtig-geel zijn, welk geel naar het uiteinde toe geleidelijk in pikzwart overgaat en waaraan een goud- gele breede eindzoom grenst. Bek en pooten zwart. Íris helderblauw. Maaginhoud: kleine pitjes. Totale lengte . 0.162 M. EE am en 0.060» _Afstand tusschen het uiteinde der samengevoegde vleugelpunten en dat van den staart = ê „0.041 » ehk: Ë É 7 d À  5 0.230 » En Lengte der mondopening —_ oro ded meh gert ee 0.015 » Hoogte van den bek aan de basis i à „ 0.005 » en 0.010 >» ed Middeltoon met ARORA EN Achtertoon met nagel en 53. IXIDIA SOUAMATA, TENM. Ó Rog (Tji-solok). Mannelijk individu. } | Voorhoofdsvederen min of meer verlengd. EO enkop, Wangen, nek en borst zwart. De vederen van dit laatste deel met witte harige boorden omzoomd, hetgeen Er een grofgeschubt uiterlijk aan geeft. Kin en keel zuiver 6 82 wit. Alle bovenste bekleedselen olijfgroen met gele tint, die naar achteren meer en meer uitkomt. Het in toegevouwen toestand niet aan het licht blootgesteld gedeelte der slagpennen en der buitenste groote vleugeldek vederen is vaalzwart. Buik en flanken grijs met witte harige zoompjes aan de vederen. Stuit guttegomgeel. Middelste staartpennen zwart. Overigen vaalzwart met een witte vlek aan het uiteinde die, allengs grooter wordt naar mate de staartpen meer buitenwaarts ingeplant is; bovendien bezitten zij een flauw-olijfgroen buitenzoompje. Bek en pooten zwart. Iris okergeel. Maaginhoud: kleine boschvruchten en pitjes. Totale lengte . … 0.158 M. Staart : … 0.062 » Afstand tusschen het uiteinde der samengevoegde vleugelpunten en dat van den staart _ 0,055» Vlucht : ; … 0.255 » Vleugellengte . É À î „ 0.068 » Lengte der mondopening … „… 0.018 » Culmen rostri . 8 „ 0.010 » Hoogte van den hek aan de basis k „… 0.004 » Mondwijdte é i „ 0.009 » Tarsus OMR Middeltoon met nagel „ 0.014 » Achtertoon met nagel ee OO 54. ORINIGER GULARIS, Horse. (Tji-solok). Soenp: Manoek djok-djok. 55. LEUCOCERCA JAVANICA, SPARRM. (Pelaboean, Tji-madja). 56. PHILENTOMA VELATUM, TEmm. S (Dji-solok) Mannelijk individu. De geheele vogel is blauwgrijs. Bij de vederen van den rug en de flanken beperkt zich het blauwgrijs tot een breeden harigen zoom, terwijl de laatste overigens wit zijn. De slag- en staartpennen (voor zooverre zij niet in toegevouwen toestand aan het daglicht blootgesteld zijn), het voorste gedeelte der voorhoofdsvederen, de teugels, kin en wangen zijn zwart. Hals, krop en voorste gedeelte der borst donker-kastanje- bruin. Bek en pooten zwart. Iris karmijn. Maaginhoud: _Coleopteren. Totale lengte 0.202 M. Staart è R â k 4 .… 0.088 » Afstand tusschen het uiteinde der samengevoegde vleugelpunten en dat van den staart „… 0.046 » Vlucht < ä 8 s í 0.500: » Vleugellengte . | oid OE » Lengte der mondopening . É „ 0.025 » Culmen rostri . î : À ; 5 Ts Hoogte van den bek aan de basis À … 0.005 « Mondwijdte Ô À ; den SD BER OD. en __Middeltoon met nagel : ; S ‚ 0.016 » ON14 » Achtertoon met nagel 57. PERICOCROTUS FLAMMEUS, HORST. (Tji-solok , Salak-datar). 58. VOLVOCIVORA FIMBRIATA, TEMM. (Balé kambang). 59. DICRURUS LONGUS, TEMM. (Tji madja). Soenp: Saëran bodok. 84 60, DISSEMURUS RETIFER, TEMM. Q j (Ti solok). Vrouwelijk individu. De geheele vogel is pikzwart terwijl, de vederen vooral van de bovenste bekleedselen een staalblauwen metaalgloed bezitten. De binnenste vleugeldekvederen hebben een wit vlekje aan hun uiteinde. Het buitenste paar staartpennen maakt het sieraad van den vogel uit; zij zijn ongeveer twee maal zoo lang als de overigen, terwijl hun vlag in het midden versmald is en het achterste gedeelte eenigszins schroefvormig gedraaid is. Bek en pooten zwart. Iris donker-vanDijekbruin. Maaginhoud: restanten van insecten. Totale lengte met inbegrip der buitenste staartpennen. 0.463 M. Idem zonder deze. 3 … 0.395 » Grootste breedte van het basaalgedeelte der hui- , tenstestaartpennen ‘ Ot = Smalst gedeelte À 0.002 » Grootste breedte van het vlagvormend uiteinde der uiterste staartpennen. Middelste-staartpennen A Afstand tusschen het uiteinde der samengevoegde vleugelpünten en dat van de middelste staartpennen. 0.065 » Vlucht. 0.450 » Vleugellengte. ì „ 0.144 » Lengte der. inondopening. „0.050 » Culmen rostri. € : À î ; . 0.022 » Hoogte van den bek aan de basis … . 001. Mondwijdte | 0.016 » Tarsus. k à 0.028 » Middeltoon met nagel 0.021 » Achtertoon met idem 0.020 » % 4 Ee 5 3 , er 85 61. ARTAMUS LEUCOGASTER, VALENC. (Tji solok, Balé ambang). Soro: Manoek boeah. 62. TEPHRODORNIS GULARIS, RAFFL. © (Tji solok). Soenp: Petoelak. Vrouwelijk individu geschoten te Tji solok 24 Juni 1885. De hovendeelen van kop en romp benevens de kleine buitenste vleugeldek vederen zijn aschgrijs. Voorste bovenste staartdek- vederen wit; achterste zwart. Teugels zwartachtig; wangen donkergrijs; kin, keel, buik en onderste slaartdekvederen wit. Krop , borst en flanken flauw- grijs. Slagpennen zwartachtig met aschgrijze buitenboorden. Slaartpennen zwart, hel uiterste paar met een klein wit tipje aan de punt. Iris donker-vanDijckbruin. Bek zwart, pooten donkergrijs. Maaginboud: Zibellulen. Totale lengte 5 & f î 0165 M. Mt î ì ì d 8 ORR # Afstand tusschen het uiteinde van de samenge- voegde vleugelpunten en dat van den staart. „ 0.020 » Vlucht. 5 : „ 0.375 » Me Lengte der mondopening . 7 d : ‚ 0.024 » Culmen vostri : : à À „ 0.019 » d0gte van den bek aan de basis. 5 „ 0.006 » Mondwijdte. Bd 0.011 » Arsus. à 3 5 À : „ 0.019 » Middeltoon met nagel. : ee ‚ 0.015 » Achtertoon met idem. ' $ . : ‚ 0012 » 86 63. LANIUS BENTET, HORSF. (Balé kambang, Pelaboean). Soenp: Toweèt. 64. PARUS CINEREUS, VIEILL. (Pelaboean). 65. CORVUS MACRORHYNCHUS, TEMM. (Pelaboean). Sorxp: Gaok. 66. CORVUS ENCA, Konst. (Salak datar). Soup: Gagak, | naar het stemgeluid. 67: KITTA THALASSINA, TEMM. (Balé kambang) Soexp: Ekkek gêëloeng. 68. GARRULUS GALERICULATUS, SCHLEG. (Tji | solok), Soexp: Manoek émbè. of geitvogel. Dezelfde vogel heet te Lahat in het centrum van zuidelijk Sumatra Boeroeng kambing. De inlanders zien dus onafhankelijk van elkander dezelfde eigenschap in dezen boschvogel en ver- moedelijk is hij genoemd naar de twee verlengde schuins naar boven en achteren uitstekende kruinvederen, waarin zij overeenkomst met geïlenhoorns zien. 69. ORIOLUS INDICUS, BRiss. (Pelaboean). Soenp: Bientjarong. 10. ORIOLUS KANTHONOTUS, Hogsr. (Salak datar). EO Ee 87 11. ACRIDOTHERES JAVANICUS, CAB. (Ti solok , Balé kambang) 12. CALORNIS CHALYBEA, HORSF. (Tji_soloke). Soep: Manoek geuri. Leeft gezellig. lederen avond zetten zich geheele troepen dezer vogels even als te Batavia de Sturnopastor jalla al zingen- de in de boomen neder. Laatstgenoemde vogel, die zoo menig- vuldig is langs de noordkust van Java, trof ik hier nergens aan. 13. MUNIA MAJA, L- (Tji solok). 714. PADDA ORYZIVORA, L. ls overal door mij waargenomen. Te Pelaboean en _ verder langs de zuidkust hebben de musschen , Passer montanus, zich nog niet vertoond en nestelen de Fijstvogeltjes o. a. op het erf van den Pasangrahan van terstgenoemde plaats. | 15. PTILOPUS MELANOGEPHHALUS, GM. Q (Pelaboean) À Het Mannetje werd reeds vroeger als Bataviasche vogel beschreven. Te Salak Datar bracht men ons een wijfje, waarop de 5 beschrijving van he 8 _tilzondering. L mannetje toepasselijk is met de volgende e Kop en hals zijn niet lichtgrijs, doch even groen als het En Overige deel van den vogel. Geen zwarte vlek op het hoofd __Hoeh gele keel. Kk de fraaic kleuren van den achterbuik zijn door geel achtig-groen vervangen, doch de achterste onderste staart- kvederen hebhen een purperrood waas. 88 76. TRERON GRISEICAUDA, G. R. GRAIJ. ®, (Pelaboean). Het wijfje is van boven donkergroen, dat naar den staart een geelgroene tint aanneemt. De onderdeelen en flanken zijn lichter geelgroen ; terwijl enkele der vederen van de laatste streek wit zijn. De onderste slaartdekvederen zijn wit met lichtgroene dwarsbanden. De langste reiken tot nabij het uiteinde van den staart. De kop is aschgrijs. Teugels en voorste deel der wangen eveneens doch de kin heldergrijs. Slagpennen zwart: die der tweede orde en de groote bui- tenste vleugeldekvederen hebben lichtgele randzoomen aan den huitenvlag, die breeder worden naarmate zij meer den romp naderen. De drie buitenste slagpennen der eerste orde bezitten enkel een fijn wit biesje langs den buitenrand. Binnenvlakte van de vleugels donkergrijs, De middelste staartpennen hebben dezelfde groene kleur als de rug. De overigen zijn donkergrijs, terwijl hun uiteinde lichtgrijs is. ie laatste kleur strekt zich ongeveer over een derde gedeelte der lengte uit. Het donkergrijs van de staartpennen wordt aan den onderkant door zwart vervangen. Iris oranjegeel. = Naakte huid van het oog licht-smaragdgroen , voorste gedeelte van den bek flauwgeel, achterdeel blauw. Pooten karmijnrood; nagels lichthoornkleurig. Maag inhoud: kleine pitjes van de vruchten eenen ficus-soort. Het mannetje verschilt in de volgende punten van het wijfje. De mantel en het voorste gedeelte der vleugels is bruinwijn- kleurig. Het geel van-de randen der slagpennen en vleugel- dekvederen is breeder en helderder. De kleinere onderste staart- dekvederen zijn sroen met wilte of rosbruine randen. De achterste groote kaneelbruin. Totale lengte Staart. Er bestaat geen gele kropvlek. 0.295 M. 0.090 » Ê 8 89 _ Afstand tusschen het uiteinde der samengevoegde vleugelpunten en dat van den staart … 6 … 0.058 » Tueht ; 3 N ; „ 0.445 » Vleugellengte … 0,142 » Lengte der mondopening … „ 0.025 » Culmen rostri ° Ù î À é „ 0.018 » Hoogte van den bek aan de basis „ 0.010 » Mondwijdte. : : E : À ‚… 0.015 » Tarsus ; ; é ; 5 ; . 0.024 » Middeltoon met nagel. À 2 Î ; „ 0.026 » Achtertoon tet nagel. , 4 4 ‚ 0:018 » 77. CARPOPHAGA AENEA, BP. (Balé-kambang). 18. MACROPYGIA TENUIROSTRIS, G. R. GRAIJ- 19. MACROPYGIA RUFICEPS, G. B. GRAIJ. beide kaneelduiven in het Soendaneesch manoek oentjal, dat is hertvogel, genoemd, werden overal langs de zuidkust waar- genomen. 80. TURTUR TIGRINUS, SCHLEG- overal aanwezig. Soexp: Tikoekoer. naar het stemgeluid. 81. GEOPELIA STRIATA, G- R, GRAIJ. Soesp: Perkoetoet. haar het stemgeluid. 82. PAVO MUTICUS, L- (Balé-kambang). Soexp: Merak. Het stemgeluid een zwaar au-ah! au-ah! ’s Avonds hoort men het in de Tjiletoe-vlakte. Pauwen komen hier veel Voor. Als het mannetje met opgerichten staart al zijn bekoor- 30 lijkheden al trippelend ten toon spreidt noemen de Soendaneezen dit ngibing, hetzelfde als mannelijk tandakken. 83. GALLUS BANKIVA, TEMM. wordt overal waargenomen. De G. varius heb ik hier niet gehoord, hoewel het klimaat warm genoeg en er wildernis in overvloed is. 84. HERODIAS INTERMEDIA, V. HASSELT. Een troep dier reigers trok over zee van Pelaboean naar de Bantamsche kust. Het waren de eenige steltlopers, die wij op onze reis ont-_ moet hebben. 85. QUEROUEDULA GIBBERIFRONS, MUL. Soendaneesch Belibis: wordt langs de reven van Poeloe Manoek, en Poeloe Mandra in de Tyjiletoe-baai aangetroffen. Een menigte Sternen houden zich daar eveneens op. 86. FREGATA MINOR, L- Twee fregatvogels met witte kropzakken volgden ons op onze zeereis van Balé-kambang naar Pelaboean. Zij zweefden voortdurend in groote kringen langs de kust. Batavia 18 Mei 1886. je Ei, d Ô INHOUD VAN DE Eerste Aflevering van Deel XLVI Brapz. Naamlijst der leden van de Koninklijke He Venn in Nederlandsch-Indië op 1 Juni 1886. 5 Vulkanische verschijnselen en aardbevingen in in 0. L ‘Ardlipel waar- genomen gedurende de maarden Januari-—Juni van het jaar 1885, _ door de Comruissie tot het organiseeren en verzamelen van aard- bevingswaarnemingen. . . bn A. Vulkanische_ verihijtoales nme een Aardbevingen . . 22. oe ha: gehouden op 21 dan 1886. in kde Beiaütsvernddnii der Kon. Nat. Vereeniging, door De. C. Pa. Storten. Over het ze wederzijdsch verband tusschen dood en voortplanting. … 46. _ Verslag van de werkzaamheden en den toestand der Koninklijke le sns Vereenigiug in oa over het j jaar oor Dr. C. L. var per Bor Bijdrage ot de Kennis y van de Avifauna he Demi disse en En de Wi Wijnkoopersbaai (West-Java) door A. G. Vorpermasx et ban | UITGEGEVEN DOOR DE KONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING — NEDERLANDSCH-INDIË. ONDER REDACTIE VAN Dr. H ONNEN. ene ne ee _ACHTSTE SERIE. DEEL VII ‘S3eerduoom RK « __Jopuoz « « en eenn wah Isfiueeu 19u YVNVWTV-SONNMAEI AH ; De Pak  ALO ene prejda8do c e : « : DO | osoe« perdofdouo HVNVWIV-HOOLNVH ANITA « Go lk, hae VENO VERAN VE ‘ nd Hp LAT Á JE ULA) HAANHTVMHAEHDS « ORT « « _zyerdo8do 4 « « « Ld 1 £ 8 Nedaâdouo HavaNgunaTY ui MVNVWIV-HOOLNVM uaserdmoxg Suipuazoor :0y WP LSNu EUIJ oP _IYBOZAA opuoyoorasropuo ad 488T LAfTIE-NANTAELNI 4887 U. A EL KN dd EE he ee ed | UITKOMSTEN VAN REGENWAARNEMINGEN IN 1884 EN 1885 BOWERNO EN PADANGAN (RES. REMBANG) GAMBANG WALOH (RES. KEDOE). Dr. 5 FIGEE., ONDER-DrnEctEuR vAN HET MAaNEriscH EN METROROLOGISCH OBSERVATORIUM. 92 ISS 4. Datum. BO WERNO. ; |l 8 “le ej - SLS et an 3 2 Els ne e 5 5 A 8 E SI8[S|lalslsIZl?2|el38 EIS sla {s isis isiIslsiëlë ls lä | eran ace ikan mi m.m. m.m man. |en.m m.m en ] Ne Le ed 6 nd Geen Binet an ee 28 ú en 0 19 d aal en ene ee pere 18 ) en SE AO a 32 Kn el 4 a zi 17 9 — Dhn 7 } mi fe r 5 ied ) B BaN Lean 0 KAF AAL vee hae 8 13 4 14 ol í 13 0 dieen Nm) le) Sa OE Gd eN ie el Ee) Toraar. oe eel hbe EEE he ho IEEE 112 ba LEI KENEER Ek: | KET EEELKECGDERERECOEDEERG Gael FE © 5 EETKEEERDEREEE RCA Ei | | | Í teer LEE CEP EDR | EELCBDSERECER EEE Lt el Gattabedekrn AN | 7 — 24 — | dl aan d — 13 17 RA Í ad en de! Co De SONNID EE 5 De co oo mat Ene ed ed „eld ee EE az DE RON ETT LE Tr ke AE 7 8 VEE en En, zon En RER 5 haas MEERN AANDEE Opee Neen je: ones SNr LDD Ei rat | SL Mt LR te ee | Zj de ten B es mel AUCH ORTE ERBE Bl u | [Sa Re | mat nne Sn nT Nd Dm 5 2 me) GO BENEN DRL BEREL Td HA | Pi ù ame) en Ak ne en en | dende : eID OA NS ae =| ” el wal BAN me ak PORT Ke AREND re ee en me al EL ae ee 8 en PET DS Dhembe Ot 2 oe Renee be en en dn Ban ne el ERR ENNKA EE: EROTO r TE Ee Ek NE ETT DO OMO mt OS NA GS ET Ni Ne de Ne A RAR LT == . UD ef ne CUD ft ke, Sn TD pj une 2 | B) 94 ISS 5. PADANG AN. rz jef * E 8 OER EE EEE = als iS e= 5 © BIES |E | = [5 EIEIRIË Ies ië mm m.n. nr. mm. mm. mam. mm. mm. Mm m.m m.m.m.m ] 151 — EE Ten Ee EE 8 En pen EE ee EE ef ijf 4 10 rd EE eg 1 vi Ane 2 — j 40 35, 25 20, 80 me | j 10f 35) 20 — | — ete AE EG — 4 liae rd he Beed et OE eli 3 Uijl S= Ei ) Nid ee ne ee ) er 81-30 =d tk A en Gehe me AOR TR Fn mf mn Hd EAD ee LB ele — 10 On en ee EE eee er el Zhai } el 001 8 — ge ) Ee Pd a Feen | et 20 re OR EL OO 15| 7 — ee B ee, ee 5 66: 719; "=- ee a he 17, ee be tented ber 50 ee — | — En 20 10 en BOE ar ee a EE zo 3 ) matte eg EN A TEE } 6 ee AA en OE el ON BEDE) + EOS ) al Id A Et 50 | ind ES nnee eenn ad Toraar.if 354 u 216/ 127/ 85 — 4 6 35/ 225 EN EOS ENEN en EE ISS 5. GOMBONG WALOH. es i [ | de E et Í | : 5 Í En | - 5 s E 3 Ls k | ‚2 E 5 E 8 EE UE LEIEENEIS IE 8 SIS I ZZW | o | No wW_jz4w| z | ono { No | 50 17 N N N NW Nw | xw N NNO | 0 ee NO | ONO | No Zw z 2 NNOj N ONo 181 zw | zw | NNW | Nw | Nw iN NW { Nw | Nw No | ON B res ME, 0 1 EE kn ed 19} zo NIN W | NW | NW 0 0 z40 | NO (SBE aw | N ne rand N N 1 zo | ZZW | ON Zw 20 II NNW \ Nw NNW 0 0 0z0 ' ö za zo No | aw | so N NNW | NNW N VNAU zo zo | NNO | _N W 21 wNwij ON | NNW | zo 1 7 vw nw | nw ww OE | | WNW ON jzzoj zo 20 Wijz L 221 zw | Nw INNw | zo 7 7 ew wl no î voi, 5 RWE LW NEW TNM w 23 [NNW | ON N |Z2w | z a [Nw Nw | Nw zw ME « | Re ER WON RE 24 NW NNW | NNW | zw | zw | w w A vw sw IC Age N w N NW| ZW | Z2W| Z | N NO_|_NNO 25 | N |_NW N N N N Nw Nw | Nw 20 B í bew FEW NO ER | zw | zw, zo; 2 Zw 26 z EWL NNW z z z 0 NW | _NW NNW Gn WENEN JN z | ZEW| Z | ONO ON Zw Se EN NW nw zo | 20 iew iew ls zw | s N W | _No |_No z. |zzw | zzw | No ‘ WNW| ZW pe N | | 28| zzo | N N NO ‚Nw N NW NW | NW _24W WZW sw 8 en NW 1 Ep BENN NW | NO 291 w | NNw N Zw ZW | ZW Nw NW | Nw WNW NEW waw NW w Nd ZW {NV W_{ NNW, NNW | NO 50 || zzo ; len z2w | w ur sr ge IE w| ie ns | ZW | NW | z ZW UWZW| W | 0 WZW | NW 31, jen Ln w w ee waw | so ZW | w w 0 20 dd | | | | E 8 NO Zw | ZW | NW-{ zo | 20 1 EWM ee Ei Í | | Î | Î | ESS Ken | | | | 102 d 105 JANUARI 1886. WINDRICHTING. JANUARI 1886. REGENVAL FEBRUARI 1886. WINDRICHTING. E dd |T EN | IJ | 13 | 13 Bonthain. ij z | E 8 jb Poeloe Bras. Olehleh. | Padang. ‚_ Poeloe Pandjang. 2 ren 85 Sd | ke, vjm njm. njm n E z z | Se ha vim, f n/m. | n/m. { v/m. | njm. | n/m. \ v/m. | nm. | n/m. v/m. | n/ njm. en EE: ge Od Dol LOE Lr el ol oe el ol rd Poi el rd @ | | | | | En 1 w w Drs W 1 14 ibo Aen [30 { NO NO 0 NOvú ZZW | — J ZW-| ZW SSS s ie 2 Was We w 2 7 — | 21 HO | NO | NOs| Zoef NNWj 020 | — |W) 88 BEE S ee REN N w Be 99 34 Gn NO | NO { NOv:| 220} NNO NO — z USR RSS * Wars W W + 5 2 vel 13. Ies No-{ No NO o NO si _NNO7 |_NO 7 {| ZZW Z EES ES 0 Weng id 5 5 6 RE 3 NO | No {| No 0 NO} NNO7 | Z 2 | ozo 6 w | w w 6 l —l | | NO { NO- | No} ONO 0 NNO | 20 7 NO zoef 2 z ij z z ä 7 dk bon ee | 4 {NO | No | No 0 NNO “7 NO | 020 z NO ae a 8 Bn 7 z 8 10 lul 7 NO | No NO | ONO oet 0 ej NWE] Wrapt …N hid 7 ek en 9 16 [oe OE no nor ol mor onl — 7 7 osje W w 10 Z | Z z 10 Ron | 4 an NOS! Noe nod o ie En den 7 2 wesjs w w l et | he inf 11 56 ed ged dj NO NO NO | 0 NO NO en // en ONO | W L Re TE OW her W 12 22 ea sn MONO | nor o NO 0 ost awel zosf Neerse Wers ZO ed | Tof Be foe A ee ore) voor wel or) ar) erp me me 15 | de | kn id je en ee ae | | NO NO 0 NO NO| WZW) 2 ù 4 5 Í Û | AL 15 16 es 55 | de No NO NO 0 NO NO z ZW // NW W ie ze | aen 16 50 Re 30 AMBER Noo ol ovl Nov/ Nov| Nor 2 overh oase Woz) ND Ee | SOON A jon 20 17 Een Ea l | NO No NO 0 NO | NO 210 1 v N w 0 em 5 on 18 6 60 Fok 20 No no Ot _NO 077 | NO 1 0 gu 2 n HEE nen 19 4 25 hl VOOREN Noo ro-| wol ozork Nol z zw| 0 zo 1 L ze Tj Ge Jonne weg 20 os — | 54 IBR NOA) nor no o 0 A 31 | Ee 20 | ET 2 | 16 50 | 8 NO NO NO 0 0 0 | 7 0 0 N NW ww En | REE zand EN 22 5 | 25, | 72 8 No NO NO o 0 NOi:|- © Zw 0 0 1 ie as | En mW 35: — | 5 MEE N00: NO oi Naek Novl Norl zo) zw EWS We 0 5 2 EE, 24 is dan B ed aol zoek wor oo Sel en Nod mem EWoj EN en ls kpas 25 || 20 — | 18 EN Gn a Ov. Norsk Noo == 2 Be MW Wal 36 ne z Ka herst dei Bú en BR Ol or| orl wol noul on mel end werpen) k A an few 27 | 2 =| 5 Sd o 0 0 NO-_| NO 1 EWE an: dla js _ . Stug A8 250 6 MEE Nee] No 0 NO--|_NO o 7 oosd zerk Wel W 29 Zw Wes Wond SAI 80 25 42 | wed s AN IW nt Be he BÛ 45 | sin zo 8 fan NO onl M 16 Ed BE OS | | | I= | Totaal. 489 377 | GO 104 105 FEBRUARI 1886. _W ( $ INDRICHTING. FEBRUARI 1886. WINDRICHTING. 14 | ee | , 16 17 | 7 5 18 B al: { H , m enkoelen. | Benkalis. | Loe | Tandjong : Vlakke hoek Java’s Eiland Eiland Edam 5 : ae it Bill Sumatra, 1e Punt. Noordwachter. î Zy Vm. f n/m. | n/m. | v/m. |n Î gj ï ke m. nm. vm. n 3 NN & ge ge 6 9. ge [ 8 je Wi | n/m. | v/m. | ie k vim. 12° n/m. | v/m. 12 | n/m. { v/m. 12 njm. | vjm. | jg n/m. | | 6 6: Ï ge 4r ge | 4° ge 4e ge 4e | | | t E À Ne en | 0058 _— Nw | N N | | Hi | Zij o | w | Nw en Ee Bel n hf N NW | NW 0 o o w NW NW w NW | NW ke | MEL We N w behe; bed sE Ë KW SW W | NO NO NO Nw | ZW | w NW EWE EREN EO Nek oe seh heli Debs | RE Www win ow inwinwj sw j NW jNW | NW 4 | | zel 1 s EE 5 of NO | ZW — |_N N we se le ene 5 SMW w WI WNW| ON N Nw | Nw | NW | NW | NW | NW MEBO Wa Ln N w wi riad Boke S S Ii NW | NW | NW | w w w w wi Nw | w w ZW B Ot wa waden le whe heee Ow ww wl Nw | Nw oi NW | NW | NW | NW 8 [_NNO | waw ono N N N pe ana rab 5 | MEW Wel w w ww WNW | WNW WL WNW [WNW | W 9 | ono {wzwlwzw| N | x og ee | WOW Sf SOBW ww wi ow | WSW | WNW | WNW [WNW [WSW | WNW 10 || ono | waw) Nyw | N N w | Nw hk Ee Sis TW wl wl ww [wrswl nw {nw [wsw | Nw | NW L1 | ono [waw] — En brie NW NNW 3 SEREN wl w Pe dwi awe neewel swt w an 12 | oro WNW | ZZ0 | N N ii as NW N | E NW W WEN N NW NW NW | _N NW NW N Ed Í 4 En Í ú 15 || NNo | zw ZW| N N w aes leng gen | NWOENW | w | w | wrwlwrsw) Nw | NW | NW | NW | NW | NW NL \ \ 14 | zzo | 020 | NNW | N N W_|_NNw weken Ee NOINWI wi nw) Nwl Nw Nw |NW jNWJNW| NW | NW 15} NNo | sw zw N ef Rae 4 4 bel AW | wi Nw | NNw | Nw | WNW | WNW | WNW | WNW | WNW | WNW 16} ozo | wzw| naw | n el ha ON Nw | NWE EE EWI zw | Nol no so | nw inw iN Nw | sw l Nn 17 || ozo | wzw| zw | N ä ne NNW ON NWN NW | nw zw z zo | Nw [WNW NW [NW [WNW | NW 18 ozo | zw | wawl x N Ee en Nj WNW SS IW | Zw | zw | wNw | NNw | Nw | WNW NW | NW [WNW | NW | NW 19 ono | zw | ozo | x N Rot ie LAW) NW EE wel no | no | ew jaw jaw NW NW NW 20 o {Nw | nx N N w aaah S 6 en | } w No | No {NW | NW | NW j NW | NW jj NW aa DEL MEW WENEN El ew dn mn ph Ë N he ede bed ad ed 37 0 NW NEN N WEN 5 en zhe B p S S 3 zo zo zo | WNW | NW. NW | WNW | NW Kw 23 | NO | Wzwi nxol x K | Oe oa NNW NEN Is Rs S | nw | Nw | sw | Nw | Nw | NW | NW | NW | NW 24 0 [wew) no! x N | sw hk Kohl 8 Si SI nwl nw| sof nwj nw | NW | NW | NW j NW 25E ol awel NNo | ON ne En [NNW ON | Nw NW | Ri 8 5 | nw l sol sol sw inw | nw | nw | NW | NW ' Rn ei OM {ND v vW ì 5 de OF WNW| ozo | N Nel | id mi ale: jk: Li 8 8 S NO NO No | WNW| NW | NW |WNWj NW | NW gel el en wen re NR ge to ome nej NS | [Z2Wj oz) x N a ew A opbail e nn EE no awe NEN WN gh’ | | | ba | hl a NWE 5 Zw | Zw ZW NW AN [AM NW NW NW | ee | Ë | | | | | | | | SE | | | | A | | | | ba e | | 106 Rn 107 al À FEBRUARI 1886. WINDRICHTING. Ë FEBRUARI 1886. WINDRICHTING. 4 | 19 0 5 7 8 Di Okan | Tjilatjap. | Soerabaia en Soemenep. Bandjermasin. Bonthain. z H ei E v/m. , zage | Bm. | v/m. | jg | lm. | v/m. | n/m. | n/m. | v/m | nim, v/m. nim. | n/m. v/m n/m. n/m. v/m. n/m. n/m. ban ge 4e 8: | 4 ge gu 6: ge ANN Me ge DN | 6 ge gu 6 ge gu 6 B el | ai : & | Lj WZW | Nw | N ZW_| zw zw | zw ge | wzw | zw. | Zwik 1 È | Zw VA NNW W NW 20 NO w 2 NW | NW N{ ZWj ZW zw lwzwl w | rw zwl wii 3 ZW | ZW Zw 0 020 0 NW NO w 5 Wf WNW NW | WZw| zw ZW | WNW NW | ZW zw zw | 8 Ww | W W NNO NO W NO W W AL WNW NW | NNW WNW| _w w Wol NWj ZW Wms wl WNW NW 0 w Lw 0 w w Dj NW NW |_NW ‚WNW | WNW | zw | W W W wl AW 5 _nnw NW NW N NW NO NO zo w 6 wzw, NW |_NW WZW [ WZw| zw | w Wil NW Wij Welke 6 nw NW Nw o NW Zw Nw w w 7 WNW | Nw | NNO|_W_LWNW | w w w Wj Wol SWE 1 Nw | nw w N ZW NO NW w ks 8 NNW| Wol, W‚WZW | zw w NW| NW Wok AN Jk) w w Zw NO NNO w Zw W NW 9 WNW he No W Ar w W NW Wj NWE 9 f-nnw NW: NW NO ZW NO NW NW NW LOf Nw} Nw | Nn | WNW ZW| Nwl w w wf WSMIMEEIO anw | nw ve KNO peen ze zw NW NW 11 NNW | NN W_lwWzwl zw l w | Nw | xw | wl SWE nwo naw NW N w Zw NO NW | WNW el WNW NW N | wzw Wi Wzwl w NW | zw | wl WANEER nw NW w w NW ZW | WNW NW W LS NW_| NW_| NNW | wl wxwl wzwl zw NW w‚l wol SOES Eennwe! nw Nw NO N Zw NO NW w 14E Nw Nw | Nw |L wxwl w WZW w NW Wil w 1 | _nw NNW NW N NNW z NO NNO W 15 | Nw | Nxo N_{WNW| Nw w W.| NW | wl wl WERELD Pb rw w pl so wzw Zw Nw NW w 16 N NNW { W W WZW w | NNw wl wol WA 16 | nw NW w o VAN NNO NW W w hi NW [NNW | WNW | WZW |, ZW | NW w w | wt Wam w w w w No w — ee nd 18 L N9w | waw | sNw | waw WZw | zw W NW wi zwl SWE nw Rw | wa DS ND Kö ZZW NW NW 19 [NW| ON w WjWzwj wl sw ww | EO wnw | nw had eg b ak Be zó zó 20 | NNw | NNOf Noo WNW} WNWL WNW | wl nw wi wl sw NE 0 | nw w w Zw A Zw zo zo NW. 21 NW sw nw | wl w | Wal NW wel wij WORD NW | Nw w N Nw Zw z0 NW — 22 Nw NWA Nod Waat Wal Wol wl wl wl sin Be NWE nw | wrw | w w 1 20 werd 25 LAW) NNW Wj WZW wzwl wi onwil wl zwlie 2 HE WNW w w ’ zw 1 NO 2 w mjs Wil Nef NNW w w waw == NW =| 1 z Zw NNO | wzw o Zw hd pps Se NS Wo wamlwew| — | nw w KERN 2 aw aw 6 Zw o 1 N No ng NO, Noi WNW | w ow | 2 mol law nn : ô zhe 9 : 8 : kb ze fs leds Ô % Te w WZW Wet NN ek wl NNW 5 z Nw er w het ze E z mr | v | W | WZW — | NNO nad ZW N 4 W w Zw o w w NO ZW | | | | | 5 4 EE bid k | | | | Á | k | | Ea mn, FEBRUARI 1886. REGENVAL. 108 109 MAART 1886. WINDRICHTING. 3 ee 10 | 12 13 14 = k g à : n 3 OR |__Poeloe Bodi é | )» | 5 ES Ne à el | | 8 Poeloe Bras. | Olehleh. | Westkust B | Padang. palin | Benkoelen. SS En Sf es = | 5 3 ES 5 5 | 5 | E E vjm. fn/m. | n/m. | v/m. | njm. k vm. | njm. | n/m. | v/m. | n/m. | n/m. | v/m. { n/m. | nym. \ v/m. | _n/m. eK: cie Be Seg | 2 | 6 RE Ce | | bi 94 a — 59 1} zo Zo NO 0 1} 0 ò Lwzw\ o Z ú N w e 8 d 2 men _ 1 6 2i| zo ZO | 20 0 AW | w | wzw| — z A zo zw | zo o ZW A Dees Ld ed ene 15 5 zo | 0 | No | © Ee w | rol z Zj NO | zw | zw | o | waw 4 1 bl 39 Bi Bl 13 Al NO | NO | 0 0 RD ZE ele zw. | 0 k ë e ME hf i 5 ál. 13| — | 25}. 58-25 5I| NO NO | _NO 10 SE NW {_NNo | Nw 0 zw | zo | Nw | Nw | Nw | no | Nw | 6 #1 1 — | 40f- 56 — bf -zo | 2zo | 0 st HEEE Nn Lwaw) w o NEE IW N NW {_NW {NO [| WNW [ WNW dk ee Mafe | wo | op ® Imo wl ow wl wel wel n | sw | wl ns | zao 8 8 22 38) — | 10 22 8| No ik 28 0 EE ew no woikskkhodnwek twel nett ew 9 15f 7 42 — | 65 il 9_No | No | No 0 IEMW| w | zw | zw 7 w wi zwl z No | w 10 56 55) — | — 1 — |/L0| No NO | No o 020 | 9 ata 1 0 5 worde dd. CN A N w lijf 15) 46 — | — 6 411 No o | 0 10 BR zoe zw | — ë bù ö ä À E à ik 18-110 1} SII2I| NNW | No | NO | ZZW 20 | Nw { zw | No 1 Wot 2074 20 1 20°|. NO 1 ko EP 15 — 58/15 NO N | NW zo 10 zo vr 0 Zo Z o ZW ZW NO 7 14 — | 37 — | — 10, 46/14 | No NO _|_NO N 40 {-220-{- zw | no z dn o Zw | zo | No 2 EN ee pen | 8 28/15} NO | Na | NO N Ob NWE iz zo| zo| Nw | NW | NW | 0 1 16 1 8 — | — | — | 4816 | No EE 0 1 EE NW OK 1 NO _|_NO ZNW NW | NO | ZW 17 25 13 24 6 3 15/17 NO NO | NO 0 î 020 | wzw WNW 5 Z 7] NW NW Z 020 w 18 49/ 43) — | 14/- 2} 1518 No | No | No | 20 Se bwrw\ o z zo| zw | ‘wl Nw | Nol w 19} 2 26 50/ 20 2 1819 so | o | o | o Br Dl 0 zo l zel nwl zwl zw sol 2 3e 3 Wi MO 4| 5120 zo [ No { No 0 Rt w w 0 7 er aw td 3 o | oN0 | N 21 31 20} 19} 2} 7| 2021 zo | ono! o N SL 2 bwzwl noe| zo| o| zo | zw | o | vol z 22 bl 20 — 4 1| 50/22 NNo | NNo | N 20 Sd Ed w it VÀ No zo ZW | 20 NO z 25 55 — | — | — 40/23 || NNo | xxo |} 220 | NNO ERO Bb - 20 z zo 0 N Nw | 0 N_ | wNw 24 | 21 1} 40/ 20 21/ 8124 N NNO | NO NO AWL WZwowsw | —| zw zo | nw il Nw | wl oz0 | wxw 25 2 58/ 10f 20/ 5áf 2025 Nxo | ono | NNo | NO % SEW |< NW el: w 1 zw | z N w {| z0 0 w 26 | 20 5 20/ 18/ 35| 25/26 || NNo | oNO | NNO | o of Ed NW | w NO Zw P] w w 2 ‚NO NW 27 B B Iran 1/27 || xxo | onô | oxo | 0 | NO ono © o z o w w w | No | Nw 28 33 Sn Ad mn: 59/28 | o ozo | 0 | zo 9 W_|_oNo | vo — w 20 A Zw 0 o w An | | 29 | ono Kr | o 30 is 20 | ZW o z VÀ 20 2 z 20 w f ME Dru ee en 350 || _NNo bn | ONo | _N 1 ed 110 | zw w z z w 1 1 0 1 Het} hAl SAB 503 aad zo| aaa ij MO | oe | ono} en | | see a a In de regenwaarnemingen over Januari staat abusievelijk Gombong Waloh. ze ' ' ’ : : Wedono. 110 MAART: 1886. WINDRICHTING. 111 MAART 1886. WINDRICHTING, Ie) Ì 16 mre 2 4 De WEE à h ú Ee ; 4 7 Ì 5 avig 3 KE Bengkalis, Eiland Banka. SE Dinion Ez| Jas tut teacher: E Oserratoriti EN Soerabaja, uitkijk. s v/m.) n/m.{ n EE ‘ z 5 E kj jnfm.} v/m. | n/m. { n/m. | v/m. | 12: | n/m. Zat VM. Fen vim. 12: Be 5 v/m. {_njm. | _njm. en in: n/m mjm. 4 ge | 6 g: gu E 6 6 5 gr si 6 4e ge 2 6" 654 | | | _R 8 IN N | Wij ZW NNW.| _N N | NNW| NW f „NO | NO [MP Lj Aw} Nw | nw ZW N N kai N wi IEN ONJ WON NNW) ON N ‚| NNO | _NNO 4 NO_|_NO BE NW NW | Nw WNW IN [WNW o ow SIEN ‚NN | WiWNW| w | NW | NW | NW | NW | zw | zw | ME SIWNW[ vw {Nw WZ WN ZW 0 O | NNO_ GN | N | w| Nw WN N NW | Nw | zw | ZW 4 Nn N N ZZW |_N ZEW ONO o wi BIJ N | N |W N N N NNW N N: il NO No ESE Nwl Nw NW 020 VAU 20 W NNO | _NW _ GEN IN | WA NNW NI NNW | ON | NNW IN N NI BEG wl nw | nw ono |_N | z2w wjNw| ww ZEN {N [_N [NNW | NNW | NNw | Nw nNwl Nn N N PBE NI Nw | nw 120 | WZW |_NW Wree SIN IN | wl NI Nw ON 1 NNwl N N N N PEBE sw nw | nw ono 1: nNo |/:NNo winw iew IN | N | W{ NNO N NNO | NNW | NW | NNW w wl Wij NW NW NNO {_NNW | _NNO Ww NW | _NW LONEN ON [NE NNW | NNW INL NNW il wl nw wi Won NW NW | ON WNW |_NNW | W We | NW [CRWo KAN EE NW RW Nt el wel n zw | zwijt NW | Nw | N nege N w | Nw | Nw 12N [N | wi zo w NW {| _NO N — Nt |! RWE ONW Nw NNW |__NW N WC NW AN ISN IN zl z w N of WNWJ Wol NWl s | zw de ZW EW zw. zw 5 NNW |-_NNO | _N ES Ro No jean HN [N | Z | 220} w N an 0 bd s | zwf zw! NW Nw | Nw 3 N 0 0z0 8 w NO | NW 15EN (Nn | wl NNol NNW Nl wNwl NNw N. S o | NO _NO_{ No N S 0zo |_No |_NNO 8 EW | NW ijt En 16E N IN | wl wl wzwl nw waw waw) wl àl n Nd Nol wl w 8 N innwlen > — |_NNW IS IN IN wl Nn N Nel Nw.l N N Sl wolewj ew zw | zw S NE NNW zw 5 ZW | _NNO | _NNO_ 18 N (Nn | wl n W | WNW | NNW|N sal Berkd 0 EW | NW | Nw 3 ZZW |_NNO |__N 2 ONO | NW [NNO_ 19 N IN Nr Wl NNW | _N N N S 0 o Nol Nw N = 0z0 N NNW 3 NW | NNW | _NNO_ 20 N IN [wi vw N No) NNW WNW| Nw | 8 | 0 o AWL Nw) Nw „% WNW |_N {NW " NW | NNW | NNO_ ZIN IN | wi N N N N | NNW | Nw 0 o EN N Nw | _NN0 | w emo Mm BENN OWA EW Wel nl unwl owel naw of ó NWN N WZW |_N w se ek ene SN wlwi N N N | NNW| N N No js NO {5 Mist 0 N 0Z0 |_NNO | ZW 0 0 Br 26 || N N w W | WNW he ae jn ds d I ZW . eg etl j o NNO NO 27 N (N | wi zzw : i à had ibis Hen 7 Nw en ze ad mige o No | _NNO WEN. gt Î N NW | _ NW | NNW No ‚f_NO | Ja WNW | WNw ZZW | WNW | WZW 5 no He Bnn el, N N Len No | ono zw | 2Wj Won NW | _NNW WNW |_NNO | ZW ela an En ne ke edi |_NNO N NNO Zw En kee N N zw | _NN0 | WZW À no han Ev nlet Wil ZW NW-f Nw o No | ZW Al NW| NO wl NNW | N ain ce w NW | ja ww Les zo ZW EM N N o NO NO 8 | | . nn mg 112 MAART 1886. WINDRICHTING. / ART 1886. WINDRICHTING. MAART 1886. REGENVAL. 6 7 8 | CRE k 21 dan WE EE . ER - | red | Soemenep. Bandjermasin. Bonthain, e Bima. Saparoea. 8 5 a E el 5 5 8 | vm. | _n{m. { _n/m | v BE 8 E ES ES El E 3 ; ‚v/m. | _n/m. | n/m. | vjm. | _n/m. | n/m. { v/m. _n/m. ‚4 al 12: | n/m. | v/m. 12e | mjm. 3 eel Els 2 E s| 8 Be ror beer viel slr 6 6 | e ej | | | 1 Nw | _NNo N w Wi w |_NO | NNO { ZZW | Zw | zwi MI -— | Nw N N N w 1 11 68| —| 5| — Ais | on ONO z A | ZW | 0 ZZW | 20 — | SEN | — NW N N w 2 5 115889 5 Z | ono | NNo | z z BWIN | NW | Weoj ZO nwn 0 N Ss —{ 46| 5/20 2 bi z | 0 NO z z ZW _|_No | ono | ono | — w ä — |_N N N N N EIND Sr OL BI 22w | _NNw | wrw | z z ZW Ino | zw | z An N N N 518 4&l —{ —f 1 6 w [waw w | z zw | w | no [WNW [_N z Zw ee | NW | _Nw N N N 6 10F Tja ZE EW j NNW w |Z dezwel ew [_NNO | Zw | zw zw w B ONW N o N EN 8 — | NNW NNW | LW | ZW WEE Neel ZW o zo zo oen — Dae N 0 o 8 31 —| — 5 2 9 ow | Nw lwnwl z | ZW w | NW | Ww 0 KE 1 ier Oene — N N N GE bra Amb emt de W | “NW ET | ZW | ZW | WZW Nw 0 ONO Zw w | NW Nw N N N 10 den of nt Ben MENEM B awe KNO | NNO | 20 an en N N N 1 5 76) 21) 2} 24 TENEN |_NO | W ZW |__NO ZZW | Zw À v/ A | NW N N N 12 2 LEE k 00e Wijn N_| ZW | ZW | zw | No |_ ZO NO Z w EI NW | Nw N N N 15 | —{_ 6 mn, WZw | NW N | ZW |_w W | No | N w == EEN B ENWI Nw N N N 14 | —{ Af =| —| 17 dn NW.| ZWobs Wlezweeem | zw z Zw | NO Re N ‚N hen iof ti oS 6 Ì ZNW wi wl zw | W | zw \wrwl z zo | 288 | N N N w 16 | 18 | 6{ 52 Haf 7 n | N IWNW[ 0 conosl-w N w ZW | ZW | ZW NNW | N N 17 9| 18 45 | 4\ 11 el LNE 0 KONOcordeaw | ew wid BNS | — N N Uh Ee oel er 5 | 58 ZW EN NW ! © Zo | zo 0 NW | zo zo WEE | Nw NW Zg N N 19 || — A 5160 9 DL | NWE 6 stede | SO NNO | EW} WA ee he ede 301-801 sl lb 4 ZW | Nw N | w | Zw | z NW W | ZZW | _NNO ze | LW N NO aan 21 ál | Re rd Zw N N 040 | 0zo / NO ww ZW Z0 VE ONW za N N 931 | | —! 7 6 keda EKE | 20 | 0ozo z N | ZW | No 4 ee EN N zl ser Bj peer 6 Ra | in nd | en | e | NW aid ZW | ZZW ie Ë 5) S EE es | NO W 25 1 B 50 se fe el | | | __NO NNW WIEN WZW ng B Nw N NO w 26 25 | 15 | 3 3 EN NW BO ul ME Te w jj 27} 66) —| 47 40| 27 SN NW ONW RW 2 [_W | ono | nw | wl zw |_2W Ë B 6 Wp Red. wee 28 | 45| 81 —| 2 2 SO NO |_W | WNW Nw rw nolo el | a ie 291 7| —| 151 34| 41 | NO NNO z z 020 z NW | zw zo dr | Mam 1 A He, Pi z 50 2 11 | — 1 | 0 Pel WO Ferz0 Jodo not mo |» z Zo AW NW | z z sij =| 2f 50 ar | ann nnn | | pn gen en 295 1258 269 VULKANISCHE VERSCHIJNSELEN EN AARDBEVINGEN IN DEN O. |. ARCHIPEL WAARGENOMEN GEDURENDE DE rn Juli — December vAN uret sAAR 1885, verzameld — DOOR Dr. S. FIGEE en Dr. H. ONNEN, LEDEN DER _AARDBEVINGSCOMMISSIE. nr Alle tijdsopgaven zijn uitgedrukt in Bataviaschen tijd. Dn De getallen, die in de berichten omtrent vulkanische ver- ‚ schijnselen achter de namen der berichtgevers staan, zijn en nummers, waaronder deze voorkomen in de Lijst van Medewer ES kers (Nat. Tijdschr. Deel XLv Blz. 255) De berichten, die van Re den aangeduid door G geeringswege zijn ingekomen , wol- | B. (Gouvernements Renvooi) met bijvoê- 2 Sing van het nummer en het jaartal van het Renvooi. 2 De berichten, dat geene aardbevingen werden waargenomen, Ê zijn maandelijks opsegeven, door voor elke Residentie afzonder: lijk de nummers der berichtgevers in de Lijst van Medewerkers achter elkander te plaatsen. bericht afkomstig is, niet ove Segeven woonplaats van haakjes achter het num Indien de plaats, van waar ie reenkomt met de in de Lijstopr 5 den Berichtgever, is die plaats tusschen mer geplaatst. nin Dae GT EEEN AT A ON EN AE One veer eee en ® 8 Te à A. VULKANISCHE VERSCHIJNSELEN. Belangrijke vulkanische verschijnselen zijn in dit half jaar niet waargenomen. _ Behalve eene mededeeling van den Heer G. A. Scnouren (767) te Banding Agoeng (Ranaudistricten, Res. Palembang) zijn alle berichten afkomstig uit Java ’s oosthoek. De. mededeeling van den Heer Scrouren is van 17 October en luidt aldus: _»Reeds sedert eenige dagen is het luchtruim sterk hezwan- »gerd met rook; eerst verondertelde ik, dat het een gevolg »van ladangbranden was, doch dat werk is zoo goed als geheel rafgeloopen en bovendien wordt bij ladangbranden de rook eerst »legen den middag waargenomen, terwijl in de laatste dagen »zoowel des nachts als over dag het luchtruim voortdurend met »rook bezwangerd was. Tot heden viel geen aschregen. De "overzijde van het Ranaumeer is slechts nu en dan, als de wind »goed doorwaait, zichtbaar: de bovenlucht is helder, doch de »ton geeft een rood schijnsel. Van welken kant de rook komt »is niet na te gaan, daar de wind voortdurend verandert. „Van een der hoofden alhier, den pasirah van Pematang Riboe, ‘vernam ik gisteren dat te Djapara (zijne woonplaats) de rook „nog dichter is dan hier en tevens deelde hij mij mede, verno- „men te hebben, dat een berg in het Lampongsche in werking »is; hij wist evenwel niet welke. Daar hij mij ook mededeelde, »dat de warme bronnen, die zich in het Ranaumeer, aan den >voet van den berg Semienoeng bevinden, in de laatste dagen „grooter in omvang zijn geworden en meer damp afgeven , dan “séwoonlijk, heb ik mij heden morgen daarheen begeven , doch * »kon ten gevolge van den hevigen wind, met het mij ten dien- »ste staande gebrekkig vaartuig, de door genoemden pasirah 116 „bedoelde plaats (Way Panas genaamd) niet bereiken , zoodat ik »mij tevreden heb moeten stellen met eene plaats aan de westzijde »van dien berg, niet ver van de doesoen Lombok, te bezoeken, waar »de thermometer in het Ranaumeer, dicht aan den voet van den »berg 140° F. (60° CG.) en eenige ellen er van verwijderd nog 90° »tot 120° (52°—49° C.) aangaf. Daar ik deze plaats vroeger nooit „bezocht heb, kan ik niet opgeven of de oppervlakte van het warme »water grooter en de temperatuur er van hooger is, dan vroeger.” Uit de Residentie Madioen zijn twee berichten ingekomen. Het eerste bevat de mededeeling van den Heer A, Srugerr (514), dat hij den 7" September te + 0“ 45" te Woengoe, op de Z.W. helling van den Gg. Wils, 15 palen beoosten Madioen in het district Kanigoro, eenige kort op elkander volgende knallen hoorde uit het W. of ZW., evenals Krakatau-knallen , maar iets zwakker. Het tweede is van den Resident (G. R. 22751/85) en houdt in, dat te Ngrambee in den nacht van 27 op 28 November, tusschen 1 en 4 uur, drie doffe slagen, gepaard met gebrom van den vulkaan Lawoe gehoord werden en dat in de van dien vulkaan ontspringende rivieren vulkanisch zand en slijk opge- merkt werd. Op 28 November viel te 16 uur op genoemde plaats _ een lichte aschregen. De Lamongan vertoonde, volgens bericht van den Heer K. A. €. W. Lreper (585 Zwaantjesdroogte). in den nacht van 21 op 22 Juli verhoogde werking, veel vuurvlammen, gepaard met onderaardsch gerommel, terwijl in de geheele maand Juli bijna dagelijks met felle 1.0. winden een weinig aschregen viel, afkomstig van dien berg. Volgens bericht van den Resident van Probolinggo (G. Kk. 25114/85) viel op 12,15 en 14 December een aschregen val den vulkaan Lamongan in den Gouvernements-koffietuin Peka- longan, waardoor een gedeelte van den aanplant der desa’s Toeloepari en Pedagangan nog al geleden heeft, zoodat buiten- __ gewone inboetingen moeten plaats hebben; een op 14 December ‘savonds gevallen slagregen heeft het plantsoen weder val asch gezuiverd en voor verdere schade behoed. Van den Bromo wordt eene uitbarsting op 31 October bericht 117 door den Resident van Pasoeroean (G. R. 20899/85), voorafge- gaan door zwaar gebrom en gevolgd door een rookkolom van + 2600 voet (?) hoogte, die met kracht werd uitgestooten, daar de vrij sterke Z.0. wind niet bij machte was de rookko- lom te verplaatsen ; asch, met zand vermengd , werd uitgestooten. Op 14 November bleek de vuuropening van den Bromo zich aanmerkelijk verbreed te hebben. De scheur in den kraterbo- dem besloeg toen naar gissing een oppervlak van 4 Rijnl. roeden in het vierkant. De rookzuil was sedert de uitbarsting zwaar- der gebleven (G. R. 21161/85). Voorts bericht de Resident van Probolinggo, dat de Bromo in de week van 24—50 December. maar vooral op den 28" en 29°" veel asch en rook uitwierp, vergezeld van sterk riekenden zwavel- damp. Te Ngadisarie en Soekapoera Viel de asch als een fijne regen. Te Soekapoera viel veel asch. De eruptie ging met detonaties (min of meer hevige stootende geluiden) gepaard. Het voor- komen van den vulkaan was niet veranderd (G. R. 49/86 en 150/86). Het meest heeft echter wederom de Semeroe van zich doen spreken. De Heer J. Krremen (600) hoorde te Malang detonaties van lien berg als kanonschoten op 1 Juli te 22° 7 en te 25" 52, de" tweede krachtiger dan de eerste: deuren en vensters bewo- sen; op den berg was een vuurgloed te zien. Op 8 Juli te 224 7m werd te Malang weder een gebrom uit den krater van den Semeroe gehoord en een vlam in de richting van het Noorden waargenomen (G. R. 15006/85). Deze laatste bijvoeging maakt het zeer twijfelachtig of het verschijnsel wel Van den Semeroe afkomstig was. De Heer Á. pe STOPPELAAR 590) maakt echter ook melding van sterke detonaties van den eroe op 8 Juli te 22u 6e en op 9 Juli te 0“ 21" en + 2" 507, Vul welke de tweede, waarbij alles dreunde, de hevigste was, en hij voegt er bij, dat de Semeroe in dien nacht veel vuur Bee: de uitwerpselen liepen langs de reeds gevormde seu 118 De volgende eruptie begon op den 24°" Juli. De Heer C.6. _ LaceRwen (595) rapporteert van dien dag: »hevige aschregen „en te circa 12" 50® een hevige slag als een kanonschot, ver- p»moedelijk van den Semeroe”. De Heer A. nr SToPPELAAR (590) schrijft: »te 12% 6m zeer zware knal van den Semeroe, ge- „volgd door een geratel van + 10 sec. Te ruim 15%, gedurende _ „een half uur vrij hevige aschregen. Op 25 en 26 Juli 2à5 E „keer daags aschregen. Op 50 Juli, te 12°, hevige detonaties”. In den nacht van 50 op 31 Juli viel een lichte aschregen met stof _ vermengd in de zuidelijke desa’s van het district Tenger , blijk- baar afkomstig van den Semeroe. Geene schade (G, R. 14525/85) Van 5—7 Augustus lichte aschregen in het district Tenger, — Afd, Winongan, Res. Pasoeroean, die geene schade aanrichtte. In het Toerensche hoorde mên op 7 Aug. den Semeroe brommen (GR. 1511985). Op laatstgenoemden datum hoorde de Heer A. nr — SroePgLAAR (590) hevige detonaties van den Semeroe te 6' 24". In den namiddag van 16 Augustus werd aschregen waarge- nomen in het district Poerworedjo, Afd. Bangil, Res. Pasoeroean, _ vermoedelijk afkomstig van den Semeroe (G. R. 15981/85). Op 6 September, + 14 50m, werd gebrom van den Semeroe À gehoord te Toeren (G. R. 17182/85). Eindelijk meldt de Heer Mr. J. B. Buren (607) dat hijden — 17% November te 9® vijf doffe slagen in Z.W. richting hoorde, — die aan Krakatau deden denken en vermoedelijk van den Semeroe afkomstig waren (zie het aardbevingsbericht dd. 17 Nov.) De Heer Buncen voegt bij dit bericht nog eene mededeeling, die ï wij woordelijk overnemen. „Gisteren avond” (17 Nov.) »te 9 uur liep ik op den weg i, „alhier en zag in de lucht drie strepen, voor het oog breed ie »d.M., die zich uit het zuiden uit een punt waaiervormig Vel „naar het Noorden uitstrekten. „De kleur was wit en deed mij en anderen aan het noorder: »licht in Noord-Europa denken. >De kleur nam dan toe, dan af. »Tusschen die strepen was af en toe een flauw wit electrisch 3 119 slicht zichtbaar, dat soms den vorm van bogen aannam. »De bovenlucht was helder ; maar de sterren schenen prachtig. »Naar buiten gaande zag ik, dat de Lamongan werkte. - „De strepen liepen te zamen in een punt, dat in de richting »van den Semerve viel. Deze was echter, door de lager han- »gende nevelen, niet zichtbaar. »Ik ging te 12 uur weder naar buiten, doch bespeurde toen niets. „Mijn gestel toont aan, dat er zeer. veel electriciteit in de »lucht zit. De hitte hier is ondragelijk, terwijl er van regen »geen sprake is”. 2 120 | 121 EE AARDBEVINGEN. Aanvulling van de aardbevingsberichten over Juni 1885 (Zie blz. 41—45). BE | A | RC LI E sË | | sitei ijk le “verschijnselen sE | | Residentie [Tij dsbepaling. | ze Intensiteit an va IJ 8 3 Berichtgever. | Waarnemingsplaats. | 0 | |De ‘ad a nd 8 | Gouvernement. | eteviasche tijd.) | | en aard der beweging. ES | | Ln | En | | EE | G. R. 1159985. tele, Bawang (Afd. Poen 12 Juni €», 6”, | Bis ae schokken. | ‚_ Batang). | Ï R. 11688/85. Resoek. en Djember. Besoeki. 13 » 42. 15 sh Hr Lichte schok. En ge Nr. Buurman. ‚ Andongtjemoro. ‚Semarang. 15 91" 45e ln He pe schoe ende horizontale be | | wi vj zo. rij ardarins doch zachte hori- Electrische seismometer: het NW. staafje was zeer A Same ls Er TN ij Maaher. weinig uitgestooten: het wagentje was geheel | | ij | afgeloo | | ‚Uur werkie geene aanwijzing. Ollandsche | 4 IE | amet het staafje gevallen in N.W. richting. - E | Ef . | Berichten, dat n aardbevingsverschijnselen gedurende de maand Juni werden w Res. Tegal: 211; Res. Pekalongan: 214; Res. Kedoe: 229: Res. Bagelen : 241; Res. Semarang: EE ES. Kedog: 229; Bes. Bage: Aardbevingsberichten over Juli 1885. hog ingekomen van IL. Medew erkers. Te onder sle volgende nummers in de lijst voorkomen: _ D: Hes. Sterakarta: 327; Res. Kediri IW. u hte aard GR 13760/85. ang. Menado, 3 Juli + 13°, REE Lichte nk: 8 K 1820380 Mare eil. Boeroe.| Amboina. 9. CG 5 Tapanoeli 0 3 à 4: 589 |J. A. Nohr. Bandoerata. tom 13 4 MN Os or gen G. Kaulbach. Soember Peting. Pasoeroean. 13 1608 NE Stat 4 Á. 5 8 ed Boemie Ajoe. Pasoeroean. Ek 19" 2.[E£ Scherpenberg. Dr ie kken! ER. 15101 85. Moeara Laboe. Oa Biventnuden. 13 » Ce [Cra tld 4 end volgende schokken! Ínamboewsnden ‘kesaktcn dewreit Klapperden. IJ Vrendenberg. Karanganjer. Kediri. 4 » B Horizontaal, minder hevig. icht "5e, \, E ki 3 schade aangericht. G. R. 1351385. | Blitar. Kediri. VE is ee schok, 8 golvend. vari i J. A. Nohr. Bandoerata. Pasoeroean. 14 5 Od Gepaard met vrij eh onderaardsch geluid, dagen Ch. F. Th. M. M.| Soember Aroem. Pasoeroean. 14 CEE een. wiee ‘vagen e 3 à 4 seconden golvende beweging , toen Graaf de Geloes i hevoe verten schok, gevo Elsloo. anc ek zeer lichte, stan weder golvende beweging. 5 Golv aria verticale kken.G len Semer 593 IC. G. Lagerweij. Soember Soeka. Pasoeroean. Piep 6:43". olvend, daarna verticale schokken.!Gebrom van « 590 (A. de ba Leen Jr. reg Telogo. Pasoeroean. ik 6" 36"). Gld. Vergezeld van een geluid als van 5e branding der zee 708 |W. Ja her. Taloe, Pad. Benedenlanden. |16 » 16° 0"). f Ook te Ajerbangis waargenome ( Vrij Ì A ice se E 6. R. 15101/85. Taloe. Pad. Benedenlanden. [16 > C* 15°. schok, ta 728 |F. G. A. Huber. | Siboga. Tapanoeli. 16 » 14429 G. R. 15101/85. Padang Sidempoean. Tapanoeli 5 Baros. apanoel. : pe Lacht trillend, eindigende met hori-/Onderaardsch gedruisch. Natal. Tapanoeli. Ee zontalen schok. Ì É n 15° 30”. 4 43 |A. E. Kerkhoven. Ardja Sari, afd. Ban- Preanger Reg. 18 Juli + 722". en doeng Be 5 4. 50 |E. Kwirie. Wine ‘den voel v/d. Preanger Reg. 18 … 7"36" 301 en 122 125 | zi E A Bn € D | E ä€ Residentie 5 JH Intensiteit Bij verschijnsel Ke 3 Berichtgever. Waarnemingsplaats. role: Tijdsbepaling. or Richting. tee | ite bide nnei 8 s Gouvernement. (Bataviasche tijd.) $ en aard der beweging. | opmerkingen. f er  E ALE | net 51 Jan. Willem v. Loon. Daradjat. Preanger Reg. 18 Juli 7“ 35" 12.118 AW, 6. er trillende aoeeing: kalk viel van de mure, if ers die ju ist se die 9 ng hing, ble É st staan; loopende voelde men de bewe 4 5 ads Goenoeng Melatti. _ |Preanger Reg. 18 > 7 Hee Twee schokken. | k sing. | os Get: ge Meloer 1020 Preanger Reg. 18 (a 1e 10 see W. (2). Ken. op elkander volgende Geen regen in de laatste 8 weken. Hooge temperatuur. cr ele e. scho Hi d, ij rid nd tree Preanger Reg. 18 7e 351 9 0. mn 8 e OCRATOC Preanger Reg 18 7e JO Ô ering; go vend. en EA en Kesler Tasik-Malaja. Preanger Reg. 18 7" 3120515000 ved on esster. f Tjikorai. Preanger Reg. 18 … 74 10 se hal Hevige sars Beginnende met/Sterker dan in 4 jaren omde ; liggende boom- f rilling, waaro ammen schudden. Vergezeld van gerammel uit_ z fishes ee hevige schok- À 8 Ee de E ken vo minre Manondjaja. Preanger Reg. 18 7 24e} J se " ER elakkal, zeer voelbaar, verti-\Het huis kraakte. doch geene slingering van lampen. : 6 G. R. 13759/85. Garoet. “Preanger Reg. 18 » 719 Iwane ab en hichte horizontale ee schokken. 8 de isde ek Ae Cheribon. 18 Es Verticaal Geene schade. 6. W. Eekhout 8 ava’s 1°. Punt. ntam 22 19": WJ 70 Lichte schok. EJ ln eben Preanger Reg. 23 » 18° Mene Gering: verticaal (7). wee schokken erk a Menado. 93 s morgens. |. | eh ERD Hevige knallen gehoord le te 6" 19" uit het oosten, het ware kanonschot 46 6, En ne daad Amoerang. Menado. DE eden. Te 6° 19" werden twee hevige knallen gehoord. Ì is R 1 1219785: enk A Samboeng. Preanger Reg. 25 VN 10 . En chte on 85 IJ. 5. Meiier. adjalengka. heribon. 5 » ge 407} NG Vrij herige hok. Gepaard met onderaardsch geromme mel. Bn ij oenoeng Kendeng. |{Bantam. Oddi We | E, Lichte ige horizontaal. Goenoeng Kenden ‚ gehucht van de desa Tjiplaboeh_ zi _[B. P. Ras. j : an district Tjilang- ahan. afd. Lebak RH. Ebbink Java's 1e. Punt. Bantam. 28 1 ef pvere schok. 3 ; ; jatirogo. Rembang. 98 „Cr, 21jeen À Lichte horisohiale schok. 5 21 |B. P. Ras. Java’s 1°. P EN E s 1°. Punt. Bantam. p ; a Bl n 00-Zware schok. R 708 ie R, 14409,85, District Tijilangkahan. Haha. a f B GA as Horizontale Ek oe Ee r_} Ajerbangis Pad. Benedenlanden. [29 23° 34" 15 TP Niorigegnk dee , mies N oM |__dat uit zee edel en, even voor den eersten en schok, | f | _den indruk maakte als of de ergg we de kust en @ \_voor aen) oogenblik heviger werd. Golven sloegen G. R. 15976185. Ai ie 0, met meer geweld. Beving 10 seconden toendra “731 |P. A. Ph. Vermeulen. Wei; " Sitoe Ee an riten n. [29 25° et . he RO. rg. aders gedruisch. GR. ) apanoe 29 11 38°.Jt £ gE f 5 1510185, Padang Sidempoean. Leer 99 1135 OE Leer hevige elkaar snel opvolgende |Te Loeboeg Gedang is kort voor deze aardbeving ge AB |F. J. A. Waszak. | Spor Ra schokken. rommel van den piek van a Tadrapoers waargenomen. : iboga. Tapanoeli. 99 23° 300 RE vir per één horizontaal en G. R. 15976/85. — | Sibog: er 10. erlicaa Be H 6/85 Siboga. Tapanoeli. 9 PE tzgatale wears. gesloten door{ N. J. St aid Ë en verticalen Ee B adlmair. Padang Sidempoean. |Tapanoeli. 29 23" 59E É Twee lichte schokken , horizontaal./Regen vóór 20 uur; ’s nachts koel en helder. ene wee ME beatie Td mmm 9 124 125 5 A B NC D Fi 8 he | Si: gi 5 R Ees Residentie. Tiidsbepaling a Intensiteit Bijkomende verschijnselen re S 5 : ijdsbepaling 8 ze Berichtgever. Waarnemingsplaats. 5 5 e, Richting. | E 3 s 5 Gouvernement, erdee RE en aard der beweging: opmerkingen. £$ s MIE FLJ. de Si Pirok. Tapanoeli. 29 Juli 23° 35E oek 5. Eelders, í EE 40 en ens 6. +0 RED. G. R. 15976/85. Sipirok en aen Tapanoeëli. 29 »C*,23" 30% É 8 gan E En G. R. 15976/85. | Baros. Tapanoeli. 29 23" 20".,30 aa. Voorafgegaan door een onderaardsch geluid als an 5 een naderende bui 5 Taloe Tapanoel:. [29 23°. 30°. en. ot schok. 5 Natal. Tapanoeli. [29 23" 51”.[30 seo Golve Singkel. Tapanoeli. 29 23° 36",/ 2 mi ke) sterke horizontale golvende be- 5 BE weging. Licht Vlakke Hoek. |Benkoelen 29 » 17" 19%,jeeniges Telok eet Lamp. Dre. 29 16" 5% Een paar lichte schokken. Sindan Preanger Reg. 30 > +10" 307} enn « …{Lichte schok. 13" 37",jE 6% Biene hieztaiile aardbeving. Painan. Pad. ee nt 30 23" 37",3 sechd Natal. 1 Tapano 30 »*19r enkele he kN EEE. EE RE Weep 5 en e aardbevingsverschijnselen gedurende de maand Ju/i werden w ge n van HH, Medewerkers, die onder de volgende hum. in de lijst voorkomen: ntam: 4,5 R arang: 252,285. scho ‚lei 1. 702. Res. killito si) A8 Beg: il. » Soerakarta: 321 8 L. 711 air Pe A Deed 723. » Wester afd, v. Borneo: 815. »_ Cher 100. » Soerabaja: 558. a in: 73 35.3 74). 744,745.747,7 Gouv. Celebes en Onderh: 844. ‚ Te Boel ’i 1. ee 4 wers GE zee 764 ( ahat at). Res. en 861. Eg jemen: 234 EE rt Ont 1 _____Fernale: 867 (Batjan)______ 5 5 838 À nergdrien over Augustus 1885. h. W. Segond Dier Kediri. zit Blanchet. P. von Strachwitz. | Boijong atas. Menado. B, J. Jellesma. | Amoerang. Menado. G, R. 15977185 Í Í | | l | | Montoling en _Amoe-!Menado. rang. | P. von Strachwitz, ‚ Boijong atas. (Menado. t | Î | *| Í Teter rteees Licht golvend. vertenans Zie de Aanteckening, aan het einde van de wrd evig. inder hevig. vingen over Augustus De tijdsopgaven zijn 653 aardbevingen iets later waargenomen. _ ES ef DN Kirn TE EE en EERE bd AD EE elden voor Montoling; te Amoerang 8 Ken Bd 126 127 pm - 28 A | RMC | p Ss 5 Cie Et | Ae en 8 È | Residentie Ti ME Intensiteit. | Bijkomende verschijnselen 3 E Berichtgever. Waarnemingsplaats. | Î aetie Dur, Hiehting. | Eed ‚Gouvernement. (Bätaviagshe 28 Et en aard der beweging. | opmerkingen. Bilk | Zs een | | | 838 |P. von Strachwitz. | Boijong atas. Menado. [5 Aug. 9 Pm afge Vrij zwaar. | | Ge TE ee wee. Vrij zwaar. | 9 185 wensen ereen | Licht. | ge DAR : icht | é | a 20e icht | | 0 42} oe icht | 0 11" 13%) ven Waar | 11 20e „icht | 16° 25°,/£ 10% sicht | 17° Dl dicht | 18" 30", |. icht 856 |S. van Rosmalen. | Amahei. Amboina. 5 » 10" 33,5",/10 sec zak Gepaard met onderaardsch geluid. „838 |P. von Strachwitz. | Boijong atas. Menado. 6 > t 20 arj waar | a Pe waar pe ADT en icht. 10° 50%. erik: eer zwaar. 15" 12Pf er Zeer zwaar: | 19e 30e1E Def Licht | G. R. 14506/85. Kediri. Kediri. 6 +938 Rn | AR gk vaten SEM tweede schok a Er orizonta | 105 |F. Hamwijk. ___{ Poeloe Pandan. Pâd. Benedenlanden. | 7 > u gpejt beeld. 23. Schok b peen 50 hoog g 838 |P. von Strachwitz, | Boijong atas. Menado. dn : | Í | | 21 |B. P. Ros. Java's 1°, Punt. Bantam. 8 | 50 |E“ Kwirie. _ - | Tanah Goa, Prean | E nger Reg. 8 8 ‘ ‚Deuren rammelen. en , ede van Loon.| Daradja Preanger Reg. 8 (4; verticaal. … ‚Een serie schokken ee zin en ein Bas. koor. Preanger Reg. 8 23. Zachte schudding eindigende met hevigen schok. 234 |3. B. EL. Muller ine Preanger Reg. 8 caja | hevig. Horizontaal. haten ee rd Banjoemas. 8 he zware eb schokken. nie-Officier. zp Matjep. Banjoemas 8 rij hevige schok. 243 |A. C. Uljee Keboemen. Bagelen. EE Drie schokken. kort op elkander volgende, ver minderende in hevig= lei ‚ ha + 30 seconden gevolgd r ee 5 244 Dr KE Kaiecel make an a een zeer lichten schok. „R. 15064,85. P, erworedjo. Bagelen ba Schokken van aardbeving. Karanganjer. Bagelen gs : hokken van aardbeving. _Keboemen. _____ [Bagelen. Bà __Schokken vau aardbeving. 5 Db ee oee 128 129 _ SE A Jl D E EF, | zl 8 | EN Fee be Ei E Berichtgever. Waarnemingsplaats | ie Tijdsbepaling. | me Bijkomende verschijnselen E = d 4 5 ; E 5 Gouvernement. atanhst ne SN en aard der beweging. opmerkingen. Se 276 |L. J. Resner. Willem 1. Semarang. 8 Aug. 4 San Horizontaal. sedan enger” het NO. staafje was sal 4 het 0. staafje 1/3 m.M. uitgestoo Ee } Oarwirk eeindgiaat en Ollandsche seismograaf: geen in, e aanwijzin 518 et A. L. Me. Patjitan. Madioen. Bn 4 30°, er voeren. [Twee si vrij kort op elkan- hesant eg vrij hevig onderaardsch geluid. BE 590 |A. de Stop laar Jr.{ Soember Telo en UN. RG e 705 |F. wilk. Poeloe Pa uden Pad. Beneenlande n. 6 5 ie 5 ot Zo. heh in ee s 3 742 (H. is pik Niitoe € » [OM on " Twee schokken. 744 |F. A. Bol. Mokko-Mokko. Benkoelen. 8. sram 8, 5 G. R. 1695785. “ | Licht Vlakke Hoek. [Benkoelen ges en . 5 8 * 4e et Eenigt 838 P. von Strachwitz. Boijong atas. Me 8 mc rie lichte schokken. Be 10e eeen. icht. 8: DE ennen de Et. gr 30e waar 10" 5e © icht 10: 45e k eer zwaar. 10% 50. ae eer zwaar. ge Defoe waar. q » 4e 20e, raed icht. 4e Bef. en eer zwaar. 4e DALE tn er zwaar. 6 WE cht. 10 » 7650 cht. ge 16E cht. 20° 10°,[- EE cht. ik 3 bede LE eene cht. 10" 65 B EN cht. k 708 |W. Jac. Rahder RE Ng waar ac. Rader. f Ajerbangis. Pad. Benedenlanden. (12 » 5" 34| 5 OP eenn wee flauwe EEn vergezeld van een onder _ 532 |L. Wichers. Soekaradi eN aardsch geluic BE W.van loen radja. Kediri. 14 … AM Bld. | 83 [Anton J. Kets. reg Preanger Reg. 15 > « 48", 18 SM NW 4, aarnemer werd wakker geschud. | Preanger Reg. 15 or 4e Flinke schokken, zacht beginnende a | 8 eindigende in een paar krach- E. Ketjen. : | 4 ige stooten E G. R. 1583/85. ME mn, se Reg 6 Oek, onl | sikmalaja en Soekaj © © 15 » snachts B ‚Vrij hevige schokken | E 589 |J. A. Nohr. Eart B | 590 |A. de St a | enerala, |Pásoeroean. 15 p) Ii ro 4; trillend. GR. 156: Be dr. emerson Pasoeroean. 15 » E Re Eee ende \ jin den morgen van 17 Aug. vrij hevige chr | tk: district dens Pasoeroean 15 » Ee "…… ISchokken van aardbeving. | B p: von Beach Bi raf schr 15 nt ze jlerticale schok. | B Wz} Boijong atas. hee 15 Te sak B on {Licht | a | 150 151 eN | | | ee | A B Be D | B : EB B | |____ Residentie dsidabondned | Se | jj | E je Berichtgever. ___Waarnemingsplaats, | | SYCSNPng PE | ntensiteit Bijkomende verschijnselen Re ‚_ Gouvernement. | (Beteviasche tja) | BE enaar d R | ES | | | | | t aard der beweging. opmerkingen. ber al |J. W. van Loon. Daradjat. Preaneer Rec | 92u 92m in é | | es J eanger Reg. ke Aug. 23" 23",135 seconde NW —Z0. 6; horizontaal en verticaal. hen werpen op étagères staande vielen om. Ong _ 82 (J.J. K. Enthoven. | Tjiseureuh _ (Afd. Preanger Reg. 16 … 23° 16" Horizontaal veer 10 schokken E, ndjoer | : Me , _ 83 |Anton J. Kessler. | Tiik } 4 2 Sau En j 5 E Jikorat. Preanger Reg. 16 ‚29 Sri 6 se. PU-NW, lets sterker den 15 ir eindi- 5 E. Ketjen, Manond; Bk ende in flinke schokke 8 jaja. Preanger Reg. 16 » 23" 14"/ 6 seconkij…… …, 6. R. 15588, 185. Tia 8 | ué ……| Vrij ster ke aardbevi ng ree sr ‘ke » ine IS 1 7, Jia Cheribon. [16 ‚23° 27E Ben on. [Lichte triene: scho dE onmitelik Twee schokken met kleine tusschenpoozen. | STasike ee en Preanger Reg. 17 >» _’s nachts. î gevolgd door een zwaardere L. J. Resner. Willem 1 Se | ) , Semarang. 120» snachts... ed e e be Ename Et Lengte der schoklijnen van den uur-\Uurwerk van ze Derk wegens BE | Ee werkseismograaf 1 à 1 m. x. tijdelijk buiten v Se | mna Hola aal balm eene werking. G. KR. 17700/85. Taroena, Groot Sangir.; Menado. 20 » van veren Bensaroons [Vrij hevig ae on T hee rende d | vj FJ hevige aardschok. Niet gevoeld te Sawan ee dee anderen kant van _ | en vulkaan op Groot Sangir. ä | 6 R 1695785 ten. Indrapoer Pad. Benedenlanden. (14120 : et benen Noll of seh Ter RE: dE d |8 gern Vlakke Hoek. {Benkoelen [99 Ren rennen oondweerndeemmndeonns Geene aardbevingsverschijnselen waargenomen. | Ep B 199095. | Kro nkoelen. 2 oe are oeh" Den verticale schok. | id Leny ae ad see IES ae 5 rp elkander snel opvolgende | 8 IJ C. A. Scharf icht Vlakke Hoek. {Benkoelen. 22 sr Paren Ben, on 838 |P. de ankie Bors rr dert 24 … 12° 33,5r,| 3 secomiis NW, 8 ai hans À D on on Se er Geen geluid Ô * 6 he à ls 34 | 6 ed TE vibe oi te Mane Willem 1. (Semaraug. ARR pi ijn anerdgIW. dl Saar, Geen geluid. Ge . | ie | ’ Orizontaal en verticaal. Het hefboompje van den electrischen seismometer — Ee | was door den wr erge hok 1/4 m.M. opgelicht. — Ee | Het wagentje een- en weergan Ä Zi Atli Ë Den ie han A sid Pangonan Djerou. en gn bd zee, 2 wold Aw. 8 ld. Het noord-oosterstaafje was zeer weinig _ 632 |F. Ottolande he Panjer asoergean. (27 , 16° 53e. j secontt f Pee ek Gedurende. den machien | is aschregen opgemerkt” (6. R. 15978/85. | Soekapoe |Besoe 17 163 4. Heen-en weerschuddende beweging. 5 | | (Probolinggo. 27 rn 40 Den Twee schokke ô det Vk 3 838 ‘P. von S EL | COKKEn , eerste schok licht [Vergezeld van onderaardsch gebrom. Ee ie von Strachwitz.' Boijong atas. end | 12 eede hevig. älvend 8 8 5 Î . ), jn u we cn travoass! erge Ld 5 | | | | Ee 36 107} nnn, Zwake tiing ef or geluid. | | | 9e AOP NEN waar Geen geluie | | [B » + 9 Of ee, | | 4 | 4 Ge Te re, mori eN geluid. Zn | oi a ee de Leer zwaa ‘Onderaardsch geluid. B | | NT AE spek (Onderandsch geluid. gn | 17 15". e nt Zwaar, Geen gelu Ë == A laraardoch geluid de den eN 8 152 155 3 A BEC ” | & Clr 5 Eeen 15 RE dé En E | Residentie Tijdsbepaling. dn Intensiteit Bijkomende verschijnselen È HT Mel Berichtgever. Waarnemingsplaats. | Er Duur. Hichting | en | 3 = |__ Gouvernement, | (Beteviasche tijd.) B. en aard der beweging. | opmerkingen. AS | = | 838 |P. von Strachwitz. Boijong atas. Menado. 29 Aug. 45e Licht. E Ae DO fanno enn Ond dsch geluid. vm ge Pf oreeenemn aemanenntenssnernn Zeer zwaar. Ze ge Fin, fancanserrremen emeente Licht. Te 17" AP feae B veter Licht. (Onderaardsch geluid. zi G. R. 17704,85. Langowan en Kakas!Menado. 9 4 Aj sE Vrij sterke schok. EE afd. Tondano. i IN À en E. J. Jellesma. Amoerang. Menado. 30 sn Aen Eenige vrij hevige schokken. An P. von Strachwitz. Boijong atas. Menado. Ms ge At feeen wam Licht. Onderaardsch geluid. ne gr Broers mensenn Bijzonder zwaar. à en 8 Hp wemmel Trilling. Onderaardsch geluid. an gr 10 peen aa ‚| Trilling. Onderaardsch geluid. 12° 4e 5 e Mennsmennsanvanene, rij zwaar 19 25":fe rd ic za G. R. 17702/85. Am Menado. 205 gr Arjon —NW, Een nige vrij hevige schokken. be G. R. 17703/85. Biton Eri Belang.| Menado. 30 10: 17°. 5 —l0. Lichte horizontale schokken. dschokken niet k G. R. 1770185. Afdeeling Amoerang|Menado. maand Augustus. eene î vennen Herhaaldelijk aardschokken. Opmerking verdient, dat die aar 2 e ge voor zoover gelege en voeld zijn beaosten van de rivier noiapo. ten a ak der ri- ib vier Ranoiapo. otk Erigchtpenel Bo-|Menado. 5 7 EE Been ven 83 a er gevoeld, waarvan | 5 : ong. É vielen tusschen 3 en 11 Augustus. | H. E. van Swieten. hes ra. „je td AO Geene aardbevingsverschijnselen wiede van | | poe Pad. Benedenlanden. 30/31 | 21--29 Angustus afwezig gewees Berichten, dat geene EA eten er gedurende de we Bard werden 4. 34. ig gekomen van HH. Medewerkers, die onder de volgende Het in de lijst voorkomen: Res p Rea: 7 ia ta A Mean end lan Ee es 3 Preanger Reg: 71, 2 ja: 598. IE: ‚404, on » Cheribon: : 100. » Sterhaja: 583. Bereden: 13 ì 145 é afd. van Ror wet 0 815. 0 8 Tega L: 211, ) Probolingo: 622. d mr, 64. rs en Onderh: Za "Semarang: 252,267, 285. » Pad. Benedenlanden: bra’s Oostkust : st: 770, 772. ee rimor: ni) Aanteekening van de e o gt _ Weers gte 8 Iken datum de laatste regen viel. oijong glas te Beg hi pi ks rd P. vox Srracuwrrz (N°. 838). behoorende bij «aan dg gesteldheid. 1 Ren Ke Arrr sd adr Ei Josie klei niet hun on E stats van waarneming. Huts van den administra E vachtsland Borjong in de BE he atas, gelegen in de afdeelin g Amoer rang van bet andietan in Minahassa der sten er | Ligging. Aan de noordwestelijke helling van den boschrijken berg Lolemboelang, : weeen rd engte beoo egg Greenwich: 124° 24 29° À q Jed Ees ze berg is ae ens uiterlijk vaitoan vroeger een vulkaan gew veest, die voor on eug' Breedte: 1° ( 387 N, / berekend naar het + 6 paal ver wijderd tri gesprongen ak, behal Ee Ln Kormelemboeai. d karen verschijnselen in de naaste omgevin? (een kring van + Big ens 8 ri on The gle boven zee: 467,25 meter ens aner, vide-barometer. En CR warme bron ‘in eeg beekje vlak bij zijne monding in zee in de vlij er. ermometer. stand A ee de waarnemingen van den 3" on de Augustus: Pal van Bowjong atas tap gedekt morgens enn 6 en 68° Fahre al za Bouw der han. Alle op palen hier den grond opgetrokken van hout en mel pd Laren suidlgs ern — 83° 5 on Jeondere verschijnselen waargenomen bij evingen van den 3° tot en m el lin Wind 9 =695 … he Bijna en schokken met een doikepandsch geluid gepaard, klinkende ze een ie nnen ended Zuidoost ( % muidoost-passaat hier in t land genoemd »angu Wakke stooten gelijkende op trillingen van den grond. Twee kompasse _ wel een ten en neergaande (verticale) beweging, wezen echter niet de richting {horizontaal} der _ weging aa 8 In de dus uit het westen kw schee olgens hates mededeelingen merk de omtrek bezuiden Amoe rang, minder s sterk e e Menado en op het vo Cc. werd niets waargenomen. bltar. te a ng. komen Meran iten der Minahassa bij Tondano, Kakas, La 154 negorij Sidate en het js kwam het a menschen zich e en en voor, als of het geluid ita — ep | E ier als hier gevoeld in al de negorijen wijn df westelijk hben. og verdient verm er van Deen ene van Tondan 155 der Minahassa) + 30 palen van hier, kwamen. beweerden. geen aardbeving Sn te ad tzeestrand werd pen waargenomen van eene onregelmatige werking van e Na den 11° wer b en vloed. 1 Augustus geene aardbevingen meer gevoeld dan, 2 lichte schokken _ p= a) = ke een ma en =d 2 eld te worden ‚ dat men in dit gedeelte der Minahassa over ‘Lalgemeen veel Golve be De op het boven vermelde plateau der Minahassa rondom het _etc. et Inlan die van Bolaang (hoofdplaats van het ri rijkje B. Mon RR je | __Aardbevingsberichten over September E- ERE A B D 5 F | Residentie Tijdsbepaling. Intensiteit Bijkomende verschijnselen 3 Berichtgever. Waarnemingsplaats. soviasohe” We Gouvernement. genere en aard der. beweging. opmerkingen. Ee ee | EE _838 (P. von Strachwitz.! Boijong atas. Menado. 1 Sept: 19" 53%. [reen Beas Lichte trilling. ae 2 17: 12e. dese ni Zwaar. 'Onderaardsch geluid. d, 3 ln vans Trilling. jOnderaardsch geluid. d u 50 nn, Licht. 17* 16E ME Esen, Jtg trilling. 8 a ern cht. de geluid. G. R. 18560/85. Natal. Tapanoeli. Rhee 838 |P. von Strachwitz. Boijong atas. Menado. 4 2 Peene Licht. 2 pr BE nnen Licht. 5 4e AOT oaren EE U maand waar Onderaardsch geluid. j Be 2e ae Vrij k | E 8" JO. joren Brna, ink aanhoudend. | Ya 25% oere mensenn, Baar rste schok tot heden waarge- S no ë pe ZO, | aanarreer | Al | en | Ee | | | 5 TS a | ‘Onderaardsch geluid. 5 | | | ie 20°. à ls schuddende bewegingen. B | | NV nt Been 4 | u ere orog se OTE one Peen nae vez Vn cht. | à Rise | SRE OC es rij zwaar. Onderaardsch geluid. k Í 144 10”. ooren Trilline 0 1 1 ] eeluid: 5 7 | | | se or Licht. )nderaardsch 2 8 | | Br =|Licht. Onderaardsch geluid. 7 | a 10e, veel Vrij zwaar | | 16" 15% td Licht. | et | | 16" 34”, vee (Zware (rilling. | | DR ge vin | oen | | | 18" 42 oaeen …lLicht. je 818 |J. J. Clerks, | Segerie. (Getebes en onderh. ‚5 » 16" 24", 5 Twee vrij hevige schokken. Vrij hevig Bet der vennen houtstukken van î | | de red hanglampen sterk aan het slingeren; ge- de | | | "| | voeld. over de geheele onderaideeling te je p | E. Wi | | | a sconkelkot. meuschengelzen de eerste aardbeving aldaar. — Ee td B gean es Makassar. |Gelebes en onderh. |5 » 16° 10° 3 MEIN. Hevige aardbeving. nd. E 5 156 137 Ô El E k B € D ge DE Residentie ij | B Intensiteit Bijkomende verschijnsel B: E Berichtgever. Waarnemingsplaats. bi. Duur. f Richting. J CE ln Gouvernement. Bataviasche tid). ES en aard der beweging. opmerkingen. LES Ak 848 J. van Nieuwkuijk. Balangnipa. Celebes en onderh. 5 Sept. 16° 11".jt 10 23. 865 G. Bax. Maros. Celebes en onderh. {5 » 4 Ief 5 à6 se Vrij hevige schokken. Meubels waren verschoven en in beweging De 3 ee teg aardbeving die men zich ter hoofdplaats E ‚_ herinnert G. R. 17327/85. Maros selebes en onderh 5 » 16" 19} 2 seconië Lware schokken. 5 akassar. selebes en onderh. 5 » 16° 15". 2 second are schokken | G. R. 17561/85. Balangnipa. Jelebes en onderh. | 5 >» 16" 11" eenige see Bill. Lichte schokken. | nthain. selebes en onderh. ‚| 5 » 16" 8P, eenige st {0 Lichte schokken, | ce nd epe ien - Pad. Benedenlanden. | 5 » 5" ree enig ha bm Ee vend. LW, uijs a ene Soerakarta. pies 1°- ASN " ware dreuning q ú P. von Strachwitz.' Boij ln 7 > + 0°50r| veen … Licht. ed rens ee a el de aa ibevladen es peen ll demi sluiten de deuren ú Paik der hrs niet goed meer end en : wel De zwakke helling naar het Z e be- Dj ‚speuren; overigens geene schade. seen. a id |_kwamen, zoo als men langzamerhand boi kon eN ‚bespeuren, van N s niet va hoog- EE sten berg in deze streek, den Goenoeng Lolem- ê : af s | ng. 6. R. 1856085. _ | Ajerbangis. Pad. Benedenlanden. | 8 » 11". _ jenkeles® f/ …… … [Twee lichte horizontale schokken. Vorige en vergezeld van een onderaards Ì TE À hd Ì ud. | Natal, Tapanoeli 8 $ 1 seconde. 20. Golvend. 5e 8 857 F. P. A. Mollinger. Wahaai. i 9 » 20° 55e Fen 5: verticaal. (wee eere op elkander volgende schok | Ik en k de laatste gepaard met een EE ____83 Anton J. Kessler. | Ti tas reanger Re 10 » 45548 sce Lichte schokken; i dag __518 Mr.P.A.L. Mc. Lean Patiita pi 8. 10: rs Bot lokken ; horizontaal. Geen pas sinds 20 Mei gevallen. 53 Toes Agoeng. ediri. 0: B dr 8. 2045 | gg, | Bremeeah. dri. 0 SN EEn : onogiri. oerakart 10 » " 447. ong en oud 74 L.J, vanl Si Piek sel. U » 8 0r}16 seems ge end, dreunen. EE Je +R. 18560/85. | Si ‚ Tapanoeli, IL » 20° 2e fl Lichte schok. ie doe |P. von Strachwitz., Boijong atas. Menado. be ME 5 DE Ze Seres [Lichte schokken, Geene gerommel. A. Wortman. Eiland Edam. Batavia. 13 s’ avonds en En Een voetzerk, waarop de lichttoren rust, geheel 8 5 * doorgescheurd. een hweede gedeeltelijk; vele voeg- " Desa Tjitoreh. antam ERE „es Horizontaal. keien k k Hoouss ss Tjitoreh. antam 20 >» 4. re jj see E izontaal. dte MO lenado VVE on enige li : Spe Stach Bolnes lenado 1 Hi 8 8 lichte schokken. von Strac dar! oijon alas enado. 24 » 10° 3e ee Lichte sch een 159 Berichtgever. Nummer in de lijst| ij der Medewerkers. Waarnemingsplaats. Residentie. ) Gouvernement. Tijdsbepaling. Duur. ‘ (Bataviasche tijd). 1 Í E Bijkomende verschijnselen opmerkingen. Anton J. Kessler. E. Ketjen. G. R. 18181/85. E. J. Jellesma P. von Strachwitz. Anton J. Kessler, 5888 ze 88 Jdellesm, on, Stach itz. 7185. Lorie Page Tjikorai. Manondjaja. Tjiamis. rk ad atas. Tjikora Willem E Amoerang. rd atas. Men Te ger Reg. Preang ger Rec. Cheribon. ne Reg. Semara Menado. eran enado. binnenlanden der Mi- anas Save add 5) , 8 mi À En 723 OV en 5 e es 9981/85. rare : z07008. | njkepee Kga rd Ternate. Preanger Reg. Tapanoeli. Menado. [25 | Sept. 6" 10” lesal RE 2 AE Berichten . Semarang. 252 ‚285. Pasoeroean. 583 (Zwaantjesdroogte). dat geene aardbevingsverschijnselen gedurende de maand September Bantam. 4. Res. Probolinggo. 622. 7 ’ Padangsche Beneden oven _Benkoelen. 735, 5 her werden » Dh heringsherihten oven 838 [P. von it mnd de IP. Zeper J rd Ee Tw ide Ee r. R. 1998185. 720 [O. Hoffman. 725 |J. A. P. Geil r October 1885. | Boijong atas. | ardenburg. Ee | Painan | Padang en Priaman. | Madjoe 25 Ep van zee, en 338 m ter boven de zee. Padang Pandjang. Menado Preanger Reg. Pad. daken Bovenlanden. Pad. Bovenlanden. nedenlanden. Pad. Benedenlanden. Pad. Benedenlanden. nnee 3 Oet. 17° 34e é 2 Ien 5 908 5 sec De 5 Me gr 26”, 20 5 o.|3 5 Q en 55 D Intensiteit. lichting en aard der beweging. | EW. Vrij ijs vd, Korte Tiehte schok. en goe lichte schokken; verticaal. ds Tre, ie, hevige schokken 01w. 0, En Zeer hevige schokken. Lichte schok. 8. Verscheidene schokken Een li ns e schok; verticaal. Horizontaal. benige lichte schokken: horizontaal. Horizontale schok. Niet gene doch trillend. bleven rustig. Electrische eens mre weinig uit ten; het wagentje heelt emaa. # Uurwerk-Seismograaf tijdelijk buiten werking aich Ollandsche Seismograaf: het staafje gevallen in No ok richtin Hangende voorwerpen het NO. staafje was zeer {t 4 omgan- ek a hat. 7 0,772 3 arts 790 (blah: “leh). ’ ee estera ol van Bor gp vore Timor. 861. ie lenge ekomen ln HH. Medewerkers, ee gn de volgende na” in de lijst voorkomen: N it: fp en Be : 0. 808. tt ke Lichte schok. verticaal. 4; heien dk Vrij hevige schudding. Drie zeer lichte schokken. 49, | Gevolgd door een zacht onderaardsch gerommel. ess EERE be ne RR nwe ern nere Voorafge blj ge en vergezeld van een zwaar onder- isch, rdse aardsch gedruisc aan en vergezeld van een zwaar onder- — h. 5 140 141 : j ES 8 A | B C / D | E ER | | | dn 5 5 8 Berichtgever Waarnemingsplaats. | neee: Been | Duwf Bichting. Ee Bijkomende verschijnselen E E gever. EE Rantensmnt: | (atagosche ME en aard der beweging. opmerkingen. & Z | Í Í , | | u u Js. ; 1 726 ‚Dr P. A. Platteeuw., Padang Pandjang. _\Pad. Bovenlanden. 5 Oct. 9" 15°, den # „Horizontaal. ej sterk onderaardsch gedruisch uit de Merapi | ‚_ komende. ‚G. R. 19981/85. Singkarah. Pad. Bovenlanden. 5 »C*, 9e 25e, Circadmijdd. ed adang en en Pad. Bovenlanden. bes | | | oeara L | 5 (H.J. G. ree Pandeglang. Bantam. 7 15 2 Je. 4, verticaal. | 56 D. ved rger sa ze Preanger Reg. dE sensveref ternsmensvenene Trillende beweging. (Gepaard met dof geluid. 75 IK. ekaboe reanger Reg 7 EE 5 RE. Vrij berg, yerlical. | - | G. R. “1de 85. Palembaj 8 Pad. Bovenlanden. „Cr woeeneef Peevee Benige scho | | 838 (P. von Sa Boijong an Menado. 9 » ij nd tt | Eden schokken. | gu rd H | 23° 19°. 288 Ni R. gt sr Menado. en ’ 5 er zó ee in. rek SC ee rok. T van Geer. Kota Radja. Atjeh en onderh. 3e 30% rn verticale trillingen. is vudden van ijzeren ledikant en waschgerei en ramen. A. ‚7e 45 30| Led Den. ize 8 af Ee A bev | eh Agoeng. is Beans. dE ei nn id ar 2 Sedert eenige dagen veel rook in de lucht. G. K 20585/85. Negara-Batin. Benkoelen. 15 » 19 2Wjer (Twee honden Eeninge, snel pe GR 2074885. | Ranau-distrieten. _ {Palembang 15 7 ie „4 | 1 (J. W. van Loon. Daradjat. Preanger Reg. 19 » 28°. ke en 6. edred 15 seconden zacht golvende’ iki | ‚daarna sb nd ben hevige schudding van Í2 | | Seconden duur; iedereen werd gesc 82 |J. J. K. Enthoven. Garoet en Tasik-Me-{Preanger Reg. 19 nn de if: 96. EE zee, waschkammen aja. . u u gecon \ Í 83 |Anton J. Kessler. Tjikorai. Preanger Reg. 19 … 2516 en eene Klokje stil ged staan. De schok was Á verdenled | = À os ran gescheiden door een oogenblik, ' j ‚bijv. één seconde van rust. 0 E. Dd Manondjaja. Preanger Reg. 19 on ent plichte doch langdurige trilling , é | loop. Tjilatjap. Banjoemas. 19 … 2 If Zl ‚Zoowel nije Ù die van N—Z. gericht was, als end e van 0.—W. was bericht honet el G. R. 19596/85. ie en Tasik-\Preanger Reg. 19 »+ 3. Vri hevige schokken : horizontaal. G. R. 19597/85. Tiiamis. Cheribon. du 2 35 fors „Een Paar schokken: verticaal. ‚Gepaard met voorafgaand toenemend, en “volgend st. a En nemend geluid, re de gelijk aan het loopen van — G. R. 21472/85. Siboga. Tapanoeli. 1075 10" drol La k ‚Eenige schokken. | rotten op den zo, older Naal. . red 4 ER E48 ESTO. | | a ang aro. apanoe i 1 BR bt z weet Í 4 734 zl 5. H. vanf Si Pirok. Tapanoeli. 22 » 2358. 8 : Gepaa en Oeseraardsch gedruisch, als van ver — 234 |E E Len. den Tapanoeli. 2 35 5 |Zwak; horizontaal. et ried Ld An « vanf Si Pirok, Tapanoeli. ed e 10 3 EN De eerste schok gepaard met onderaardsch dedruichn é | Ee als van ver verwijderden donder. | 145 142 5 Es A | D 5 ë | En | Intensiteit. Bijkomende verschijnselen Ei: | Kesidentie ‚_ Tijdsbepaling. en : E er, eten amie | oe: |_ (Bataviasche tijd.) en aard der beweging. opmerkingen, 25 | | a] id Pels ' | à el, Hevig; horizontaal. De eerste schudding ging vergezeld van een di 6. R. 2147285. | Si Pirok, Tapanoeli. 28 Oet. 1 O0 zet (Zwak; horizontaal. ‚__rend geluid en deed gesloten ramen en deuren open- | | TO | ‚_ springen. — De aardbeving wordt in kn | ge- | | | ‚bracht met den vulkaan Dsaoet in Si Lan | | U. Licht; horizontaal | G. R. 20698185. | Ratahan. Menado. 27 + 838 eht aal. GR. 21471/85. | Bolang Menado. kee ON LC RL 1, zijn ingek N 7 l leende nummers in de lijst voorkomen: Berichten, dat en aardbevingsverschijnselen sie de on dla werden Toe ngkan omen van H.H. Medewerkers, rard, ouder de volzoue } Res. Ban 4. ladi 51 Res. Bil Lton 8. tton : 805. … Benkoel Ô l. van Borneo: 808, 815. brea Tg. 71 (behalve 1 Oet) Kedir Patensbans 785, ded eeen eggs ‚ Cheribon. 100. Padanigsche Phsar Zn hed Phoilk- Ternate: 867 (Batjan). ; Senaratd. 252, 285. ’ 1. ( 770. 772. we, GES Oet. ‘Aljeh en Onderh. 786 „790 (Olehleh). Aardbevingsberichten over November 1885. | AIN ‚a e Ni ‚d À G. R. 2147085. | Bima, Eiland Sum- Celebes en Onder- 1 Nov, 17“ 12".| 2 sem Een lichte schok. Ì bawa. hoorigheden. | AR 3 | 5 (H. J. G. Ferzenaar. Pandeglang. [5 » 13° 110 RE) ge Kichté. schok 7 |J. hs rargernof Rangkasbetoeng. Bantam. 5 sn É rna v. d. Bergh. | -L, 85 |J. Meijer. Mph Kentjana. Bantam. [5 » 12° 372 is GR; 20383,85. Sera J antam. | en 7e 13 É LW Een lichte schok. | G. R. 20586/85. Paillielng; Rangkas-{Bantam. SBL Ì ern Goenoeng 3 ent jana | derd. À 6. n. enn Ralavia en Buitenzorg. |Batavia. bs 0 EE 10 sr Zeer hevige schok. .R. 20633/85. angerang en Mauk. |Batavia. b „0195 ore —ZW. (9 ZO.—-NW. bleef stilstaan. 45 |A. E. Korkhoven: Fu pda: Sir mij | 5 93e ge/65 evol ld W de pmen met slinger ZO—NW. b 46 ÀÁ. H. { Bandoeng en Tjian- Preanger Reg. 5 5 23 14°. den dh IC te schok. 3 | kn ing in golvende 48 |P. C, Philipsen. fiinkmbisië. Preanger Reg. 5 93e 5" Vrij hevig. Be nd ed een schudding, en ging in g& hok. 51 (J. W. van Loon. Daradjat. Preanger Reg. 5 > ps 4 et, Klok Deer staa bij de eerste scho 5 | pe n. | H 5 …i re Peret der el Reg. Bs 2 ze bai pii er rand | a k ardenburg. reanger Res. 5 dn 2 staa Jeeraafkantoor bleef stilstaan ; el 35 IK. Broer: rend Preanger Reg. 5 23 5 Hevig ; Horizontaal. Reg a ong he Airola Win Wierde 76 e eli ms emedeng. Preanger Reg. 5 Ee 5 gate ee ‘Een staand uurwerk met slinger 0.—W. bleef stilstaan. 3 Anton J. Kessler. | T ori. pe Re 1316 Zoo orde dat de deur ren schudden. J. W. Gunsch. Tjaudjoer Preanger Rez 5 13 Je te hevige.schokke n het landhuis te G. R. 20711/85. Ald. Bendoeng. De Pröânger Res. 5 » +13 10° Hi goed achter eenvolgende vrij hevige Ben, Ne iaeesten raten ad dioer, „Kimbangan en izontale schokken Jrpan al oekapoe: ee 144 145 - À | SE | A | B Aa u | ä ü lj | | Residentie Tiidsbenaline. | 4 | Intensiteit | Bijkomende verschijnselen nk | 4 | de jesbepaling. | Ak Mehting. | : 3 | Berichtgever. ‚_ Waarnemingsplaats. | An | (Broess ur. F. | en aard der beweging. opmerkingen. ES | | | | 46 A. H. Berkhout. | Poerwakarta. Krawang. 5 Nov. 13° 20... ie à G. R 20441/85. Erden dan Krawang. 9 1 Ben re en Waargenomen met den elektrischen seismometer. Nie- 276 L.J. Resner. Semarang. * be OA en hef mand heeft iets gevoeld. | : ee | G. R. 2342985. | Siboga en Baros. 8 » 230". 2malike 5 : donder. 849 |A. Bax. | Tanah Djampea. Celes kan onderhoo-/ 8 … _ 3° 59e 2mntf NM. {Sterke aardbeving rie dsten | rig Hi 0. E . G. R. 21469/85. | Afdeeling Saleier. celshes” an onderhoo-[ 8 … 6 3 amen lend geluid | ri À : n d een rommetend getuid, G n B | siela EA ek ge ansi: | Aen ze 55 Re he et, Een lichte schok. Voorafgegaan door 5. R. 2: | Kem Menado, REK ke nf lit Ajer waarzenom 114 (J. G. Schot. Sin deka rah. Pad. Bovenlanden. 12 8 45° icaal Ne Arte pen tégen elkander; Mers rookende, 727 \J. W. Alting Siberg. Padang Pandjang. _ {Pad. Bovenlanden. \12 . 9 27e, : 3 ll en waterdamp greg er h 5 ] er van nee fl door een lic ten ver te std Dr. P.A. Platteeuw. Padang Pandjang. _{Pad. Bovenlanden. PE vjSterk, verticaal. bear, Hen gepaard met ondera ruisch, terwijl Merapi hooge dikke args nsan G. R. 2342985. Fort de Kock en Pa-!Pad, Bovenlanden. _!12 | ‚_dang Pandjang. | serd vermoed te zijn veroor- | Si B een De schudding te Boea wer ‚ Singkarah. Pad. Bovenlanden. [12 Be akt door den vulkaan Merapi. | Boea. Pad. Bovenlanden. | À en Ee ng l n ZW. richting vermoedelijk 7 30° sate! Z fmaal Vit, doffe zware slagen i 607 (mr. 5. 5. Burger. | Probolinggo. Probolinggo. EE, 8 30 Í erhaalf rabe eN ‚5 n den Semeroe af komstig. G. R. 23430/85. _ | Kemna. eerd 17 … 455", 1 sed ER en lichte schok. 700 |P. Twiss Indrapoera, d. Benedenlanden. [19 » 21" 50", 2 mien 0. gend. 735 GR. 2342985. Painan en Indrapoera. ea Benedenlanden. |19 > 21° 40°. des 3 Er H. van Dorp. nkoelen senkoelen 19 » 21° 27,10 ip 44 [p_ A. Bol. Mok ko-Moli enkoelen. 10 NIN ANW G. R, 21473/85 Benkoe enkoelen. 19 … 400 NNW ke oa Aten hemden te bewegingen waren het hevigste, allengs af- | 1 Laïs, Tandjong A-\Benkoelen. 19 „+ 20 19 EEESP [Vrij hevig, horizont gft | foeng, Djago Bajo. | | | ek, Doesoen Radja! wrood (G-K. 2327485. | Ketann, Scblat. I ‚| Benkoelen. 19 …C*,41° 45,10 0) | é ‚_Bantal, Mokko-Mokko, ee Li 86 |E. Ketjen ‚ Manondjaja en de ge-|Preanger Rez. lj „21° 36,10 nr” el 'ehte schok; horizontaal. hee kapoera! ni | EN | | een eme zuider- | | ú Horizont; aar schokken. G. R. 21843/85. | | Tasik Malaia. Pr ‘Horizontaal. Een paar sc 235 Mr. C. W. ist. 1 Eanger Reg. 3 jl 297 IC. 5. Hassel Eerd A , Banjoemas. G | Dre IC. sselman. Ban [1 … , zoo Ie: jn 21935/85. poen ‘(td Ledok).| Bach 21 OO Geene aardbevingen waargenomen. mm }E» 1 WISS. | In Pad. Benda a . en a Nare di nde elende mame in de von ee werden w À En e 5 gd. Medewerkers, die onder de ar jen afd. v. Bornco: 808, 815. Res. Ban 4. Nudliaess BIE À n f ras Oos et: Gouv. Celes en Önderh: "gd, :_Geribon: 100. Kediri: 545. h 3 Timor: Semarang: 252, 285. Tapanseli: 731. le en. Ee zo (Olehleh). Aen: e= _ * Benkoelen: 735,145. nen an schok 6, de vorige schok-| 146 147 Aardbevingsberichten over December 1885. sg Ek: d | re D | Ei 5 Berichtgever. W i nie |_ Tijdsbepaling. Il itei | 5 En 3 g aarnemingsplaats. 0 | _jdshepaling Du} Riehting ntensiteit. | Bijkomende verschijnselen El k |__Gouvernement. | Betariasche E ed E | en DS | | | en aard der beweging. | opmerkingen. : | 518 [Mr. P. A. L. Mac-! Patji Í Lean. Re ha Madioen. 4 Dec. 9" 39°} 2 secmnlafs …|Verticale schok, 4 tot 5 4 n° 260. Mn SUG. . 4 22° 20".|Ben oogeWN. (2) {Ren flinke schok. 851 |J. C. H. Fischer pn Bee | ed. ee Kh deb korte en ergs op elkander 518 |Mr. P. A. L. Mac- Patiitan- Amboina. 9 > 50e. eha zj pk ac Patjitan. Madioen. Ho 8 14" 50”.12 à 3 second. E ad IL. Demmeni. Poeloe Bras | S. Atjeh e lerh. 5 d ; ie G. R. 251/86 Älioel 5 wer ze weeer [Herkaaldelijke schokken. Waargenomen door den militairen commandant te eeling Kroë. Benkoelen. 13 11t 467, ane JW —_NO Poel 782 |H. Demmeni. SI fees | Een horizontale schok. Voorafgegaan door onderaardsch gerommel van onge- sE ern On en 5 en SPO s Zware regens en zeer hooge stand van de Atjeh u 55e, did z stand van de „rivier, 99e 4512 0 | $ waardoor hier en daar het land onder aud staat. 5e | Poeloe Bras. Ati 25 BO : eh en 0 } » oe en 783 |W, van Geer. Kota Radi zeg  e [Herhaaldelijk schokken. Nan door den militairen commandant te_ Jä. Atjeh en Onderh. _|14 » 20" 55” Sad Poeloe B | pn 91e 35°. ì ° Aanhoudend regen, zeer hooge waterstand in de H. J. Martijn Jr, $ 22° 20°. vier. jn Jr Poeloe Bras. Atjeh en Onderh. Ha BP EE Aen veen de | sd n geheelen nacht schokken, duur eenige seconden, 820 [A. H. Ro d minuut. Loeien van den wind en golven E mbouts, | Kota Radja. Atjeh en Onderh. | 4 » 3-5 tot en met ge Ae iederen dag en nacht hetzelfde. | jg Hooge waterstand in de rivier. _ 782 |H. Demmeni E | We : : Kota Radja. Ati tjeh en Onderh. {15 pe Zware regens en zeer hooge stand van de Atjeh-rivier | waardoor hier en daar het land onder water staat. De laatste schok werd voorafgegaan door een zwaar | gerommel uit het NW | | 783 W, van Geer d ô | | , Kota Radja. (Atjeh en Onderh. _|15 Ed | P En À Aanhoudend regen, zeer hooge waterstand in de rivier. tjeh en Onderh. 115 n [16 4 [Nog op verschillende tusschentijden lichte verticale ze | 3 | en golvende trillingen gevoeld. A. H. Rombouts. | Kota Radja 5. | Ja, Atjeh en Onderh. 15 De Hooge waterstand in de rivier. re 148 149 É tl d B iid D SE | Residentie. ri: tat ke 3 Berichtgever. Wiarnedtiigsplaais. | esidentie Tijdsbepaling Due | ebting Intensiteit Bijkomende verschijnselen N (Bataviasche tijd.) | } ij 5 E 5 Gouvernement. | en aard der beweging. opmerkingen. | H | & 820 [A. H. Rombouts. | Kota Radja. ‘Atjeh en Onderh. (15 Dec. 21" ik ij | | | 22° EE GR. 1 À i 4 î 4 066/86 Amahei. ‚Amboina. 15 KR nn wens ververre Hevige schokken. (Van 1 16-—19 Beoember nu en. da lichte sekekn H. Demmeni. Kota Radja. Ati | 8 B vergezeld van onderaardsch geilrui ota Radja ‚Atjeh en Onderh. Ee 9 7 5 suk "ij 110. 13. wara Ha Atjetmeisde hg dn | | | 10° 2 Amp. am Ô | ater NZ, . 183 |W. van Geer. | Kota Radja. ‘Atjeh en Onderh. ‘16 he ier plees : len N. 13 | $ | u m » | H. Demmeni. | Kota Radi É Lats | au =| seconden. En ! 8 En Onder Se sn Je id U. 4. ze ergen werden herhaaldelijk zeer zachte schud- | | magen gev, ie De waterstand. in de Atjeh-rivier lager dan op 14 en ‚ van Geer. Ì H Nd N u 47e € ú | Kou Radja. ee en Onderh. [17 ak ze 34, verticale trillingen. een door een rommelend geluid. 22° 55”. A. H. Rombouts. | Kota Faile Ati u 45e Ci D jeh en Onderh. {17 >» 3" 45”. À hhm |Kate (monden He: BE Ì TE 0e vole zen ln | | » Twee zware en eenige lichtelBerichtgever meldt nog, dat te Groot Atjeh door hem | schokken en vele anderen opgemerkt is, dat bij bandjir of | na zware regens, als het land overstroomd wordt , | telkens aard dr aa zich voordoen. ‚ Poeloe Bras. i ï Be in tijden zijn zij ze de eene Oee Atjeh en Onderh. {18 Seer Herhaaldelijk schokken. jen de dege den militairen commandant te_ ‚ van Geer. ‚ Kota Radja. ht u |_4 secondeldt ten _y ‚_ Poeloe Bras. | a ne Rs Ra 6 ij 34. Voorsgegan door een rommelend geluid. De el 4 | Í ju A. H. Rombouts. ‘ Kota Radi: FA ts . 6 DN la Ee Atjeh zeen hd on Ee Le ij si 4. Vaterstand in de rivier zeer hoog. | Agee dat, volgens verklaring van een op GR. 2 E n Edi gekomen officier , aldaar niets 29431085 Di st DN SN ‚_van vardhesie bespeurd is. 2345 | E ee, at Po Chers 19 » + 8 23 ver [Pwee lichte schokken. verticaal. | Aes jk ‚afd. Madjalengka.! ik 183 |W. van Geer. annae 5 se SE | 820 |A. Rombouts Kota ek med df eN. (6: horizontaal ‚Atjeh en Onderh. 21 > 67; horizontale en verticale schat Vooragegan door een ene als van haben 27 IR. D. M. Verl | ind, die snel add kw "ade Verbeek. ‚ Bu uitenzorg. : je vr AW. frans water in de rivie 51 |J. Wille | ä. vR. EN Zwak. __ 31 \J. Willem van Loon. _ Daradjat. (Preanger Reg. 24 »20°27" id P""*—0Z0, hin 1 En 83 \Anton J. Kessler. _ T sec | il h chu jikora Pp ‚ Ree : ken 512 CO IT: ed | u; pg een Moet on kre vulcanisch gebu 734 elder se JH. van St Pirok, Tepanoeli nt rd if Gr 45°.175 2 OE vn horizontale schokken. | ee En | Aen EN 5 == © A B we od rf E | Residenti | " rd 5 B peer w ed ier ‚_ Tijdsbepaling. Hat dt den gever. aarnemingsplaats. | of | TT Intensiteit Bijkomende verschijnselen 5 jn Gouvernement, | (Betaviasche tijd.) Richting. Z 8 | en aard der beweging: | opmerkingen. G. R. 1066/86. __ | Amahei. Ks di | | | 634 |W. S. Cramer. Bondowoso. Benoekt. TGE 5 13e. en de Olne schokken. | | | W. Verticale trilling. ‘Te 8* 58" van denzelfden dag vier achtereenvol- | | | gende : gehoord in richti | | | | WNW. Dergelijke detonaties ook waargenomen te | | | | Soember Djeroek en te Maësan; ter laatst- En | | | genoemde slate gelijktijdig een onderaardsch | gerommel waargenomen, dat ongeveer 11/5 minuut [31 3" DTP ark aanhiel G. h. 1612/86. et Bima, Eil, Sum- Celebes en Onderh. | | | Berichten, dat geene aardbevi ipgererschij nsele l le d b pien var Reg: jn edn ee i: 731. Ee, 5 zijn ingekomen van H.L. Medewerkers, die onder de volgende nummers in de lijst voorkomen : : pp rang: 252, 285. ì ers, ne Dl eg , Oos ik dpd Res. Menado: 838. , angsche Bened R 7 lerrton: OOS » Timor: 861. q enedenl: 711 (Indrapoera). Pld B be Wester afd. v. Borneo: 808.815. imo ® SS EE Te Ed S VERSLAG OVER DE GOUVERNEMENTS-KINA-ONDERNEMING IN DE PREANGER-REGENTSCHAPPEN OVER HET JAAR 1885. . DOOR OMUNDE e Directeur der Gouwvernements Kina-Onderneming. 1 Weersgesteldheid. Het jaar 1885 kenmerkte zich weder door de afwisseling van een zeer regenachtigen west- met een zeer drogen oost- moesson. De regens hielden aan lot omstreeks het midden der maand Mei, toen Plotseling een zeer strenge oostmoesson inviel, ge- durende welken slechts enkele regendagen werden opgeteekend, en die tot het begin van November duurde. De maand Novernber en ook de eerste dagen van December waren zeer tegenachtig , terwijl in de tweede helft van December de regens weder sterk verminderden, ’ Te Nagrak, aan het Tangkoebanprahoe-gebergte, viel in het midden der maand Augustus in weinige uren eene hoeveelheid Van ruim 100 milimeter regen, die, vergezeld van hagelslag. 155 op enkele plaatsen aan de plantsoenen eenig nadeel be- rokkende. Nachtvorsten werden waargenomen gedurende de maanden Juni, Juli en September, doch berokkenden aan de plantsoenen weinig of geen schade, daar ze zich deden gevoelen op die vlakke en komvormige terreingedeelten, welke ook ten vorige jare waren aangetast, en die voor herplanting niet meer in aanmerking komen. Stormen deden zich gevoelen gedurende de maanden Maart en December en brachten aan de plantsoenen , vooral aan het etablissement Nagrak, eenig nadeel toe. MI Vermenigvuldiging. Het aantal in den vollen grond staande planten bedroeg op het einde des jaars 1.567.000. Moet ook nu weder een lager cijfer worden opgegeven dan in het afgeloopen jaar, zoo is dit uitsluitend te wijten aan eene meer nauwkeurige opgave van het aantal aanwezige Planten, niet aan eene feitelijke vermindering. In de kweekerijen bevinden zich naar schatting 1.590.000 planten, waarvan 1.165.000 Ledgeriana’s en 225.000 Succi- rubra’s, waarvan nog een groot gedeelte in het 1° kwartaal van 1886 in den vollen grond kan worden gebracht. Onder de Ledgeriana’s zijn begrepen + 55.000 enten , waar- mede de aanplant der uitsluitend uit stekken en enten be- Staande plantsoenen te Tirtasari in het 1° en 4 kwartaal van 1886 nog zullen worden uitgebreid. Met het kweeken van Ledgeriana- en Succirubra-zaad- Planten werd allerwegen zoo krachtig mogelijk voortgegaan. De langdurige droge moesson was echter voor de ontwikkeling der planten op speen- en kweekbedden niet gunstig, en stelde ons te leur in de verwachting, dat bij het invallen der regens in het laatste kwartaal van 1885 een overgroote Menigte zaadplanten beschikbaar zouden zijn, zoowel voor inboetingen als voor het herplanten der gerooide terreinen. 154 Eerst in het eerste kwartaal van 1886 zouden de gerooide terreinen weder geheel met Ledgeriana’s en Succirubra’s zijn beplant. De betrekkelijk geringe vermeerdering der in den vollen grond gebrachte uit zaad gekweekte planten vindt almede hare verklaring in het feit, dat slechts zeer krachtige, goed ont- wikkelde individuën voor overplanting werden gebruikt. Is bij groote en krachtige planten het herkennen der soort gemakkelijk, zoodat alle niet gewilde hybriden gemakkelijk kunnen worden verwijderd, het onderhoud der uit krachtige planten bestaande jonge tuinen vereischt een minder zorgzuldig en nauwlettend toezicht, en het inboeten wordt almede veel geringer. Doch het groote voordeel van het gebruik van goed ontwikkelde planten is stellig gelegen in den korteren duur, welke voor het geregeld onderhoud der jeugdige plant- soenen wordt vereischt, waardoor eene belangrijke besparing van kosten wordt verkregen. Van de uit Ledgerzaad gekweekte hybriden werden weder uitsluitend de door kruising met C. Succirubra verkregen bas- taarden voor het herplanten van eenige gerooide tuineu gebruikt. Vooral op het etablissement Tjibitoeng onderging de aanplant dier hybriden eene vrij belangrijke uitbreiding, en daarvan kan al spoedig een vrij beduidende oogst worden verwacht. Het kweeken van op C. Succirubra geënte Ledgeriana’s werd in het afgeloopen jaar krachtiger dan ooit voortgezet. Te Tjinjiroean kwamen twee nieuwe kweekhuizen gereed, welke uitstekend voldoen, terwijl nog een tiental gebouwtjes van lichte materialen tot het opkweeken der reeds geslaagde enten werden opgericht. ebalve de bij het einde van 1885 voor uitplanting in den vollen grond. nog geschikte 35.000 enten, bevatten de kweeke- Hjen nog omstreeks een gelijk aantal reeds vergroeide ent- planten, welke in het laatst van 1886 voor overplanting in aanmerking komen. Voor entrijs werden gebruikt twijgjes van de in het vorig 155 jaarverslag besproken rijkste bekende moederboomen Nos. 25, 34, 58, 75, 94 en 120, wier bast meer dan 10 pCt. chinine hevat. De plantsoenen van enten dezer boomen werden echter niet verder uitgebreid dan voor eene behoorlijke afronding der tuinen noodig was. Met meer kracht werd voortgegaan met het enten van de aan chinine rijkste afstammelingen der moederboomen Nos. 25 en 58, die minstens 11 pCt. in den bast der 6-à 7-jarige planten aantoonden. Van de uit deze enten reeds aangelegde en nog aan te leggen plantsoenen worden groote verwachtingen gekoesterd met betrekking tot den zaadoogst. Het kweeken van aan chinine rijke Ledgeriana-zaad-planten treedt dan ook weder sterk op den voorgrond, nadat eenige analysen van enten van bekende moederboomen den invloed van den Succirubra-stam op de samenstelling van den bast van de Ledgeriana-ent schijnen aan te toonen. De vermenigvuldiging van den in vorige jaarverslagen. he- sproken hybride van C. Ledgeriana met C. Succirubra vorderde vok in het afgeloopen jaar, door gebrek aan het noodige entrijs, niel zoo sterk als wel gewenscht en verwacht werd, en de danplant daarvan werd dan ook slechts weinig uitgebreid. De oorspronkelijke Ledgeriana’s leverden in den loop van 1885 niet alleen voldoende zaden voor de Gouvernements-onderneming OP, maar op gezette tijden konden ook belangrijke openbare Veilingen van Succirubra- en Ledgeriana-zaden worden gehouden. Leer gewild bleven steeds de zaden afkomstig van het enten- en stekken-plantsoen Tirtasari, welke goede prijzen bedongen. Door de belangrijke hoeveelheden zaad van oorspronkelijke boomen, welke telkens ten verkoop werden aangeboden, werd de vraag naar zaden van typische Ledgeriana-afstammelingen 100 gering, dat de verzameling en verkoop dezer zaden ten slotte werd gestaakt. In de maand December werden 1000 enten op publieke Veiling verkocht. ee 156 De opbrengst der veilingen van zaden gedu- bode 1988 bedroeg sort ee oe en CATS MEEUON OMR BIEN Are vl per vooeigee AAR AOTAAL. ft Van elke partij verkochte zaden werd op de Gouvernements- onderneming telkens een gedeelte te kiemen gelegd, ten einde de al of niet gegrondheid van eventueele klachten over niet kiem- krachtigheid van het verkochte zaad te kunnen beoordeelen. Al de proeven gaven gunstige resultaten, en gegronde klachten omtrent het ter veiling gebrachte zaad werden dan ook niet vernomen. Aan de aanvragen om Saccirubra-zaden voor Houtvesters werd steeds ruim voldaan, doch de cultuur van kina als middel van bewouding schijnt aan de verwachtingen niet te voldoen. De vraag naar Ledgeriana- en Succirubra-zaden door kruid- kundigen of door vertegenwoordigers van wetenschappelijke instellingen of buitenlandsche Gouvernementen was in het afgeloopen jaar van weinig beteekenis. In het laatst van December 1885 begonnen de twee- en drie-jarige enten van het plantsoen te Tirtasari vrij sterk te bloeien. Vooral is zulks het geval met de enten van den moederboom No. 25, waaruit voor een groot gedeelte de aanplant te Tirtasari bestaat. Beloven deze chinine-rijke boomen in den loop van 1886 een _ groote hoeveelheid kostbaar zaad te zullen leveren, op de ontwikkeling der planten zal ongetwijfeld het sterke bloeien en vruchtdragen eenen ongunstigen invloed uitoefenen. Bij eene groote menigte dier enten is de bloei zoo sterk, dat de vrees niet ongewettigd is, dat ze aan de gevolgen daarvan zullen sterven. Daarom worden dan ook alle middelen te baat genomen! om door bemesting en degelijke grondbewerking de boomen tot bladvorming en, ten gevolge daarvan, tot eenen krachtigen groei te dwingen. 157 Het gevaar van doodbloeien zoude stellig nog veel grooter geweest zijn, zoo niet, tijdens den langdurigen drogen moesson, door eene flinke grondbewerking een ongestoorde groei der planten zoo veel mogelijk ware bevorderd. Met uitzondering der ent-plantsoenen van No. 25, welke moederboom zelf een zeer rijk bloeiende is, is het bloeien der typische Ledgeriana’s, zelfs ook van de moederboomen, veel geringer, dan na zulk een krachtigen oostmoesson mocht worden verwacht, welk feit ontegenzeggelijk aan de herhaal- delijk toegepaste diepe grondbewerking moet worden toege- schreven. Niet alleen voor de behoefte der Gouvernements-onderneming . maar ook voor het houden van vele en groote veilingen, zal de oogst van Ledgeriana- en Succirubra-zaden in 1886 ruim voldoende zijn. UL Ontginning en Onderhoud. De ontginning van nieuwe terreinen bepaalde zich tot enkele baoes boschgrond te Tirtasari, bestemd voor den aanleg van enl-plantsoenen. Op de oude etablissementen bieden de gerooide en te rooien plantsoenen in de eerste jaren nog voldoende gelegenheid voor 0 herplanting met C, „Ledgeganp en Succirubra, waartoe de ats-kina ing zich, met uitzondering van sia proeftuintjes van andere kinasoorten, voor de toekomst zal bepalen. Aan het onderhoud der plantsoenen werd, meer nog dan in de vorige jaren, de grootst mogelijk zorg besteed. De jonge tuinen werden voortdurend van onkruid zuiver gehouden , terwijl ze bovendien door een diep omwerken van het geheele bodemoppervlak tot krachtigen groei werden gedwongen. In de oudere tuinen werd algemeen het stelsel van diepe Steppels toegepast, hetwelk almede zeer gunstige resultaten oplevert en op den reeds verkregen oogst een goeden invloed 158 heeft uitgeoefend, die zich bij volgende oogsten nog meer zal doen gevoelen. Ondanks den strengen en langdurigen oostmoesson bleven de plantsoenen zich dan ook allerwegen goed ontwikkelen, terwijl kort na het invallen der regens in November een bijzonder sterke groei zoowel in jonge als in oudere tuinen viel “waar te nemen. Bij het zorgvuldig onderhoud der jonge tuinen konden de zijtakken der jeugdige planten zich al aanstonds ongestoord ontwikkelen, waardoor bij het gebruik van krachtige planten en bij eene geringe plantwijdte — 4 X 4 Rijnl. voet — het bodemoppervlak al spoedig beschaduwd wordt, en de ont- wikkeling van onkruid wordt voorkomen. Zoo veel mogelijk werd naar het behoud van gesloten plant- soenen gestreefd, niet alleen om eene krachtige humusvorming uit de afvallende bladeren te bevorderen en daardoor den grond chemisch zoowel als physisch te verbeteren, maar ook om door beperking van het onderhoud tegen de minste kosten tot het maximum van productie te geraken. De gunstige invloed van gesloten aanplantingen op de ont- wikkeling der Cinchonen is vooral merkbaar in de herbeplante terreinen, waar aanvankelijk de groei der planten gering is, die zich krachtig ontwikkelen zoodra het bodemoppervlak door de takken- en bladerenmassa wordt beschaduwd. Verbonden aan het stelsel van gesloten aanplantingen werd in deze tuinen met de uiterste zorg geoogst, zoodat én bij opkapping én bij uitdunning alles gespaard bleef wat 108 gelegenheid heeft tot verdere ontwikkeling. f Met het in den vollen grond brengen der planten werd bij den langdurigen: westmoesson, welke tot ruim medio Mei duurde, nog voortgegaan tot het invallen der regens. Voor den in de maanden Maart, April en Mei bewerkstel- ligden aanplant werden vooraf groote en diepe plantgaten gegraven om bij fellen oostmoesson uitdroging van den grond te voorkomen. 159 Deze voorzorg bleek in alle opzichten gewettigd niet alleen, maar de werkwijze beantwoordde ook volkomen aan het doel. Een slechts twee dagen voor het plotseling invallen der droogte te Tirtasari tot stand gebrachte enten-aanplant bleef zich ondanks de felle droogte goed ontwikkelen, en inboetingen in dien tuin waren van weinig of geen beteekenis. De metingen van Ledgeriana’s, in 1879 begonnen, werden voortgezet. De gemiddelde hoogte der achtjarige planten te Tjibeureum bedroeg nu 4.53 meter bij een stamomtrek van 0.29 me- ter. De maximum-hoogte was 5.65, de maximum-stamomtrek 0,58% meter. Te Tirtasari gaven de metingen van zesjarige enten en stekken respectievelijk eene gemiddelde hoogte van 5.79 en 505 meter, een gemiddelden stamomtrek van 0.55® en 0.28 meter, terwijl de maxima van hoogte en stamomtrek respectie- velijk 485 en 4 meter en 0.35 en 0.55% meter bedroegen, Vermelding verdient het feit, dat de voor meting bestemde plantsoenen, vooral het zaailingen-plantsoen te Tyibeureum en de enten-aanplant te Tirtasari, een niet onbeduidenden oogst aan takbast leverden. De Helopeltis Antonii bleef zich ook gedurende het verslag- jaar op alle etablissementen, met uitzondering van Kawah Tjiwidei, vertoonen, doch dank zij eene strenge vervolging van t insect en niet minder door het afnemen en verbranden der aangetaste plantendeelen, was de aangerichte schade van Weinig of geen beteekenis. Te Nagrak werd in den aanvang van 1885 door rupsen en Sprinkhanen eenig nadeel aan de plantsoenen toegebracht , Waartegen het vangen en dooden der insecten het eenige middel bleek te zijn. Te Rioeng-goenoenyy hadden de westelijke aanplantingen , doch Vooral de kweekerijen , weder sterk te lijden van de larven van eenige kevers, onder den naam van koe-oek (oeret) bekend. De aanhoudende aanvallen, welke de kweekerijen aldaar van 160 die larven hebben te doorstaan, en die oorzaak zijn van zoo menige deceptie met betrekking tot den voorgenomen aanplant, gaven aanleiding tot het overbrengen der Ledgeriana-kweekerijen naar het naburige etablissement Kawah Tjiwidei. De schade, door schimmel en ‘de larven van een kever (oeter-oeter) aangericht was in het afgeloopen jaar van weinig of geen beteekenis. Het toppen der Ledgeriana- en Officinalis-plantsoenen , waar- van in het vorig jaarverslag sprake was, werd niet verder voortgezet, nadat de uitkomsten met het afschaven van den bast, ter verkrijging van het zoo rijke produkt aan schilfers, aan de verwachtingen niet bleken te beantwoorden. | IV. Oogst van Kina. De oogst van 1885 bedraagt 216.559 kilogrammen bast, welke in hun geheel bestemd zijn voor verkoop in Nederland. Door den Militairen Geneeskundigen Dienst werden geene basten aangevraagd. De oogst werd verkregen door het ontgraven van achterlijke en ziekelijke C. Josephiana, het rooien van een viertal dezer tuinen, het ontgraven van een plantsoen van C. Calisaja, door uitdunning en opkapping van dicht aaneen gesloten Ledge- riana- en Succirubra-plantsoenen en het verwijderen van hybriden uit jonge Ledger-tuinen, terwijl nog een vrij belang: rijk product werd verkregen van Ledgeriana’s, die ten gevolge der in 1884 in het groot toegepaste schraap-methode een ziekelijk aanzien kregen en dreigden af te sterven. 161 Het product bestaat uit: Netto in- Netto in- non: Aantal houd in 4 Aantal houd ins kisten. gercbiad balen. pick De nuccirúbra. ...... 170/ 21.094 525/ 50.705 > gn ern 770| 88.118 587, 94.594 Id. Javanica) . 59 4,527 15/ 2.524 EM Angilica) 29/- 3.309 4 _ 6.401 8 Kedgeriana ...... 1.009, 155.287 »… Officinalis .. .….... 75 Bonanelolia ....... | 2 298 | Toraar. ... |__1008/ 117.038 _ 20.26 315.680 | Eene laatste proef met het toepassen der schraapmethode werd nog genomen op oude Officinalis-boomen te Kawah- Tjiwidei, maar de resultaten der proeven zijn, nadat ze in 1884 in het groot genomen zijn, zoo ongunstig gebleken, dat van deze oogstwijze voor goed is afgezien. Bleven ook al de geschaafde boomen voor een groot deel hun frisch en gezond voorkomen behouden, bij die boomen, welke slechts een enkelen oogst door afschaving van de helft van den omtrek hadden geleverd, bleek het onaangeroerd gebleven deel des booms een jaar na de operatie belangrijk meer in ontwikkeling te zijn toegenomen dan het afgeschaafde gedeelte. Eenige zorgvuldige proeven zijn nog genomen om het verschil in ontwikkeling duidelijk en met cijfers aan te toonen , zoowel met bedekking van het afgeschaafde gedeelte als zonder die voorzorg. De slechte gevolgen van de in 1884 toegepaste schraap- methode, waarbij na verloop van enkele maanden telkens slechts de helft van den omtrek van den boom aan de operatie 162 werd onderworpen, deden zich eerst gevoelen in het begin van het 2° kwartaal van 1885, toen vooral te Tjibitoeng en te Hioeng-goenoeng, en in mindere mate ook te Tjibeureum, een vrij belangrijk aantal boomen, dat aanvankelijk op + 5000 werd geschat, doch later bleek wel het dubbele te bedragen, zoodanig begon te kwijnen, dat het noodig werd geacht de ziekelijke individuen te ontgraven. Het geleidelijk afschaven van den geheelen omtrek des booms werd bijna uitsluitend toegepast op Ledgeriana’s van inferieure kwaliteit, en daarom is de schade door een daarop gevolgd ontijdig oogsten van den boom dan ook van minder beteekenis. Doch ook in gesloten plantsoenen te Rioeng-goenoeng, die slechts eenen enkelen oogst aan Ledgeriana-schilfers leverden, gaf de schraap-methode minder gunstige resultaten. Wel werden daarin seen stervende boomen aangetroffen, doch de planten bleven gedurende geruimen tijd kwijnen, en bij de langdurige regens begonnen de ontbloote bastgedeelten bij zeer enkele individuen zelfs te rotten. Mocht het blijken, dat de boomen in gesloten aanplantingen de operatie zonder gevaar niet kunnen doorstaan, dan zal bij het groote voordeel, dat zulke gesloten plantsoenen door de vorming van een maximum-product bij een minimum-onderhoud en eene groote mate van humusvorming en daarmede gepaard gaande physische en chemische verbetering van den bodem aanbieden, de toepassing der schraap-methode al spoedig geheel mbeten worden verlaten. Heeft de toepassing van het Mac-Ivorn-systeem , waarbij geleidelijk reepen bast van den boom werden genomen, Op den duur aan de verwachtingen niet beantwoord, zijn de resultaten met het afschaven van den bast zoo slecht, dat het voortzetten dezer Oogstwijze niet te verdedigen zoude zijn, zoo blijft ons niets over dan een stelselmatig uitdunnen der plantsoenen, met zoo veel mogelijk beperkt opkappen der boomen, en een eindelijk rooien van den geheelen aanplant. 165 Het systeem van schrapen kan nog slechts dienst doen zoo een plotseling rijzen der kina-markt een tijdelijk groot product bij het behoud der plantsoenen gewenscht doet zijn, dan wel zoo een behoefte aan fondsen den ondernemer dwingt de toe- komst aan het heden op te offeren. Het product uit den oogst van 1884 werd bij twee veilingen, den 4 Maart en den 22 September 1885 te Amsterdam ge- houden, publiek verkocht. De prijzen, bij de eerste veiling besteed, waren belangrijk minder dan die, welke bij den verkoop van 22 September werden bedongen. _ De bruto-opbrengst der beide veilingen bedroeg / 372.571,86. Per half kilogram werden de navolgende prijzen verkregen. 1e veiling. 2e veiling. C. Succirubra 18 tot 125 cents 25 tot 501 cents. 6. Calisaja Javanica.. 22 » 72 » 30 » 196 » 6. ‚id. Schuhkraft 15 » 86 >» 10»! WTaimar 6. id. Angilica... 24 » 50» 55 » 170 » C. Hasskarliana.……… … S5loleii Abri C. hedeeriana.. 105 198 87 » 49 a 6. Offieinalis 80: 55 190:otm nn MLA on C. Lancifolia zee 42 » C. Pahudiana.. ens AT: tok -AAL 6. Caloptera..… kan 46 » 165 » De gemiddelde prijs bij beide veilingen bedongen bedroeg £ 0.94 per half kilogram. De bestaande droogovens te Nagrak en te Tjingiroean bleven Vooral bij vochtig weder groote diensten bewijzen, doch bleken bij langdurige regens en bij een groot product niet te voldoen. De behoefte aan drooginrichtingen deed zich ook op andere etablissementen meer en meer gevoelen. Alvorens tot het bouwen van drooginrichtingen allerwegen Der te gaan werd de Directeur der Gouvernements-kina- Onderneming gemachtigd om eenige landelijke ondernemingen in de Preanger-Regentschappen te bezoeken, ten einde zich op 164 de hoogte te stellen van de meest passende wijze van droging van kina-bast. Zijn bezoek aan eenige thee-ondernemingen in Soekaboemi en Soemedang had tot resultaat dat de »Davidsen’s T Sirocco” in alle opzichten aanbeveling verdient. V. Personeel. Geldmiddelen. Bij Gouvernementsbesluit van 50 December 1885, No 20, werd het personeel der G ts-kina-ond ing uit- gebreid met twee élève-opzieners, elk op eene bezoldiging van J 50— ’s maands, en één boomkweeker op f 150 's maands, laatstgenoemde tevens onder genot van eene premie van één cent voor iedere plantbare ent of stek van C. Ledge- riana, door hem of onder zijn toezicht gemaakt, tot een maximum door den Directeur der Gouvernements-kina-onder- neming te bepalen, : Tot boomkweeker werd benoemd G. Torkamp Lammens, die gedurende bijna vier jaren tijdelijk met die betrekking was belast. De waarnemend opziener 35° klasse A. vor Esronrr werd eervol van de verdere waarneming dier betrekking ontheven, en in zijne plaats tot tijdelijk opziener aangesteld W. Buncs. Het vaste inlandsche personeel bestond op ultimo December uit 1 timmerman, 1 _pakhuismandoor. tevens postbode, 20 mandoors en 235 boedjangs. Aan vrouwen en kinderen der boedjangs werd tegen éel gering loon zoo veel mogelijk gelegenheid tot werken gegeven in de kweekerijen, bij het onderhoud der jonge plantsoenen, het oogsten en het opvangen van schadelijke insecten. Gedurende bijna het geheele jaar was de opkomst val werkvolk zeer ruim, zoo zelfs, dat in overleg met beheerders van particuliere ondernemingen in de afdeelingen Bandoeng € Tjitjalengka de toonen met 20 pCt. werden verminderd. De loonsvermindering werd alleen toegepast op koelies €» 165 nieuw aangenomen vaste boedjangs en had geen de minste stoornis in den gang van zaken ten gevolge. Zelfs ondanks deze loonsvermindering en ondanks de menig- vuldige aanvragen naar handenarbeid op naburige particuliere ondernemingen kon van de aangeboden werkkrachten niet immer gebruik worden gemaakt. Voor traktementen van het inlandsch personeel, aanbouw en herstelling van kweekhuizen, aankoop en onderhoud van gereedschappen en verdere uitgaven was bij de begrooting van 1885 eene som van f 46.000.— toegestaan. Dat bedrag bleek al aanstonds ontoereikend te zijn ter be- strijding van de kosten van eenen ruimen oogst en de toe- passing eener intensieve cultuur, en zoo werd dan ook boven dat bedrag nog eene som van f 54.000 gesteld ter beschikking van den beheerder der cultuur. De uitgaven ten dienste der onderneming bedroegen aan: traktementen van den Directeur, den Adjunct- Directeur en het verder Europeesch personeel . / 29.675 — det dede gd ene. 560,— reiskosten. . . » __5,205,59 traktementen en eielden\ van boe iaiiden personeel, aanbouw en herstelling van kweek- huizen, aankoop en onderhoud van gereedschappen EENS Aitwaven TOTAAL. …« …f 115.412,59 tijnde f 55,402,59 meer dan bij de begrooting voor 1885 Was geraamd. Blijkens het jaarverslag over 1884 bedroegen de gezamenlijke uitgaven tot en met het vervoer van het product naar Batavia gedurende dat IE en …_n £ 107.801,54 De gezamenlijke rara van het vervoer van het product naar Nederland benevens die van verkoop enz. Hehemon MOel ns een Per ToraaL . . . … f 148.584,09 80.175,80 40.585,55 166 Het bruto-provenu der veilingen in 1885 te Amsterdam ge- houden bedroeg f 572,571,86 zoodat uit den oogst van 1884 eene zuivere winst is behaald van f 224.187,77, ongerekend nog eene som van f 17.102 welke de verkoop van kina- enten en zaden opbracht. Gemiddeld bedroegen de gezamenlijke uitgaven berekend per half kilogram bast tot en met het vervoer naar Batavia over het product Yan 1884 f 0,26%, id. van 1885 » 0.264, zijnde over 1885 eene besparing vanf 0.007 per half kilogram bast, welke werd verkregen ondanks de zooveel hoogere kosten, verbonden aan den inhoop en het vervoer van een driemaal grooter aantal kisten dan in 1884, De kosten van vervoer naar Europa, van verkoop, enz. van het product van 1884 bedroegen per half kilogram f 0,10% zoodat de netto-winst per half kilogram bast bedroeg: J 094 — (f 0,26% + f 0108 dL f 087, Bij Gouvernementsbesluit dd. 21 October 1885 No. 2 werd het beheer der Gor ents-kina-ond ing gebracht onder het toezicht van den Resident der Preanger-Regentschappen, terwijl de inspectie der kina-tuinen en der kweekerijen aan den Hoofd-Inspecteur der koffie-cultuur werd opgedragen. VL Verspreiding van kina. De aanvragen van woeste gronden in erfpacht ter bestem: ming voor de kinateelt verminderen aanhoudend, en van nieuwe ontginningen wordt weinig of niets meer vernomen. Wel worden op bestaande ondernemingen de aanplantingen van kina nog steeds uitgebreid, maar het vertrouwen in de cultuur van kina is ten gevolge van den steeds dalenden Prijs van het product geschokt, zoodat voor nieuwe ont- ginningen geen noemenswaardig kapitaal te vinden is. Het blijft aan de toekomst overgelaten te beslissen of het wantrouwen gegrond is; uit de onder hoofdstuk [V en’ V van dit „verslag opgenomen cijfers blijkt voldoende, dat althans de 167 prijzen, welke nu nog voor kina-bast worden besteed, geen redelijken grond geven tot het meer en meer toenemend wan- trouwen in deze cultuur. Uit die cijfers blijkt tevens, dat er nog geen behoorlijke verhouding bestaat tusschen productiekosten en de prijzen, welke de kinabasten op de Europeesche markt bedingen en met absolute zekerheid kan dan ook eene geleidelijke daling der kinaprijzen worden voorspeld, — eene omstandigheid, wâarbij met de oprichting van nieuwe ondernemingen wel rekening mag worden gehouden. VIEL. Kennis der op Java gekweekte kina-soorten. De uitkomsten, verkregen met planten, gekweekt met zaden in 1880 van den Heer Senunknarr ontvangen, zijn, zoo als in het vorig jaarverslag werd vermeld, beneden de verwachting gebleven. Nu de planten meer algemeen bloeien „vertoonen 16 eene verwantschap met zeer uiteen loopende soorten, — Naderen’ enkele individuen het type van C. Josephiana, zoo komen andere de C. Ledgeriana meer nabij. | Onder de, onder de namen van fijne en fijnste Calisaja van Mapivi gekweekte, planten bestaan: almede sterke afwijkingen, Waarvan de beste tot de C. Ledgeriana, var. Chinidinifera, en de C. Ledgeriana, var. Cinchonidinifera, schijnen te moeten worden gerekend. dt Nog meer tot het type C. Ledgeriana naderen de-planten, senomen uit zaden in 1885 door tusschenkomst van het Ministerie van Koloniën ontvangen onder den naam van C. Verde (C. Calisaja Oblongifolia). legd op verschillende hoogten be van 4000—6000 voet, geplante C. Trianae (C. Petoyensis) blijven zich allerwegen goed Ontwikkelen. — Een enkel exemplaar begint reeds: bloem- Knoppen te vertoonen. VIEL Scheikundige onderzoekingen. Even als ten vorigen jare werden de analysen uit den oogst Van 1884 in Europa door den Heer J. C. BenneLor Moens 168 verricht. — De verkregen uitkomsten zijn te vinden in Bijlagen B en B! De analysen in het belang der cultuur bleven aan den Adjunct-Directeur der G ts-kina-ond ing opge- dragen. Die analysen, waarvan de uitkomsten in Bijl. C zijn bekend gesteld, hadden in de eerste plaats tot doel het verkrijgen van rijke afstammelingen uit het zaad der rijkste moederhoomen gekweekt, ten einde deze afstammelingen voor kunstmatige vermenigvuldiging te bestemmen en daaruit zaadplantsoenen te creëeren. Niet alleen uit de afstammelingen der rijke moederboomen No. 25 en 58 werden deze planten gezocht, ook uit een zeer typisch Ledger-plantsoen, uit zaad van den moederboom No. 54 verkregen, werden eenige fraaie exemplaren voor chemisch onderzoek bestemd. Opmerkelijk is het verschijnsel, dat de bast van al deze afstammelingen, ofschoon enkele zich door een zeer. hoog ge- halte aan chinine onderscheiden, in meerdere of mindere mate einchonidine aantoonen, een alcaloid waarvan ook sporen in den bast van den moederboom werden aangetroffen. Voor den aanleg van ent-plantsoenen voor zaadwinning werden deze afstammelingen daarom niet bestemd. Eene vrij belangrijke serie van analysen van uit Ledger-zaad gekweekte Succirubra-hybriden gaven verrassende resultaten, in zoo verre de hetzij in habitus, hetzij in bloem en bladvorm met de Ledgeriana overeenkomende hybriden zich over het geheel door een zeer hoog gezamenlijk gehalte van alcaloiden kenmerken. Bij sommige dezer hybriden werd niet alleen een gehalte van chinine aangetroffen, dat gemiddeld ook in typische Led- geriana’s wordt gevonden, maar bovendien een gehalte aal! cinchonidine, dat zelfs die van Succirubra-basten overtreft. Ten einde meer zekerheid te verkrijgen omtrent den invloed 8 ef van den Succirubra-stam op de samenstelling van den has! - 169 van den daarop gegriffelden Ledgeriana-ent, werd het product, door afschaving en gedeeltelijk schillen verkregen, aan chemisch onderzoek onderworpen. Loowel in het schaafsel als in de bast-reepen van de enten van No. 75 en 89 werd een belangrijk percentage van cin- chonidine aangetroffen. Terwijl van den bast der beide moederboomen twee analysen de volgende resultaten opleverden : MOEDERBOOM No. 75. chinine chincho- chinidine cinchonine amorph _ Totaal nidine alcaloïd in 1876 10,59°/, — — 0;51%%5: 220,45 071 1 ERR in1881 9,79 , — _ 0,05% 0,55 » 0,56 »- 10,95 » MOEDERBOOM No. 89. in 1877 10,79°/, len ze OM bt TL in 1881 11,20 » Lie an ts toonen de analysen van reepen bast, uit vijfjarige ent-planten dier __moederboomen genomen, 5.50°%, en 1,40%, cincho- nidine aan, Ís op grond dezer resultaten de invloed van den Succirubra- stam op de samenstelling van den bast van de daarop gegrif- felde Ledgeriana niet te ontkennen, ten overvloede werd nog de bast geanalyseerd van een ent van den bekenden moeder- om No. 25, die nu ook 1,11°/, cinchonidine bleek te be- Vatten, terwijl de bast van den moederboom bij twee analysen Aangaf: chinine cincho- chinidine cinchonine amorph Totaal idine 5 alcaloïd n 1874 9,97°/, ade hat sporen 1,909, ELT) in 1881 11,01 » OU OEE 11,75 » Bijzondere aandacht verdient analyse No. 55, waaruit blijkt, aat vijf jaren na toepassing van het Mac-Ivor-systeem, A nadat reeds sedert drie jaren de bedekking van den ont- blooten stam was weggenomen, de bast niet alleen nog geen terugkeer tot zijne oorspronkelijke samenstelling van Succirubra- 170. bast aanwees, maar dat zelfs eene hoeveelheid chinine in den vernieuwden bast wordt aangetroffen, grooter zelfs dan nadat die op den bepaalden leeftijd van drie jaren ware geoogst. Naar aanleiding van een door particuliere kina-planters aan 4, B. den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indië gericht verzoek, werden in het scheikundig Laboratorium te Bandoeng proeven genomen met eene ruwe uittrekking der kina-alcaloiden, uitsluidend met het doel om verpakkings- en transportkosten der waardelooze houtvezel-massa te besparen Voor de proef werden 10 kilogrammen bast bestemd, in- houdende ruim 6°/, alcaloïd, waaruit quinium (een harsachtige massa) door uitkoking met kalk en spiritus werd bereid, die bij analyse ongeveer 60°/, alcaloïden bleek te bevatten, terwijl het bij de bereiding geconstateerd verlies van weinig of geen beteekenis bleek te zijn. Voor de beantwoording der vraag of deze quinium een ge- schikt materiaal oplevert voor de bereiding van chinine-en andere sulphaten, werd voorgesteld, het ter beoordeeling naar Nederland op te zenden, aan welk voorstel gevolg is gegeven. Banporxe, den 25 Maart 1886. BIJLAGEN. 172 113 Brace A. AANTOONING van den toestand der Gouvernemath: „plantsoenen op Java over het jaar 1885. | ee TIN " LIGGING EN GEMIDDELDE __E [PLANTEN INDE KWEEKE PLANTEN IN DEN VOLLEN GROND. | HOOGTE BOVEN ZER en ze 2 nn in een de e E = Z 5 En 5 5 5 Z En ater Toelichtingen. PLANTSOENEN. 8 Sl ies lee 8 5 der De Ì Senna he Re Sane s-4|8S Ee. planten (De hoogte uitgedrukt in Meters). 3 | | Dn © 8 | 5 ete | 5 | _= 1883 | |__40,000 | | [ mbang 1251 peet 40,000 | 93,500 | _— — | 179400 Geb. bertend Praoe, 1 4 5 en 20,000 | 85,000 | — Ee 158,900 1885 | __ — | _30, }_8,000 | 100,000 | — _{__— || 143,000 en os. | 18 (19000 — 00 | 20000 35000 5500 — | 472000 Geb. Tangkoeban Praoe. 1884 180.000 | a 000 {_65,000 | 30,000 | 50,000: — 485,000), 1885 B 40,000 | 24,000 | 40000 — ‚000; mmm | nnen | | | £ 80,000 er | | | Tiibitoeng… …… 1527. 1883 | 100000 | 50 FE 16.000 | 148,000 | 27,000 |_— 421.900 Cek Ws pee ie | dool on 12000 (140000, 23000 | — „000 1885 Ber =| — 14000 20000 — || 450000 125000 25001 — | Send | | | Tjibeureum.… 1560, LR Tann n — ELO | 60000 re En 455,00, Ee Malever: e en 500: ed Be z ere | 45.000 | 0,000 |__— — 500000 5 | mm | À | nie, | 18,000 | _ EEN 368, | Ee 3 |_27,000{ _— 165000 | | | Tjinjiroean … 1566. et = (500 | s0000 | zooo 4000 | 9,000 | 855000 Geb. rn 1884 500’ oop | Hef de 0000 65,000 65.000 «_ 4,000 9,000 85500) et Been ak 000 | 35.000 | 55.000 «4000 | 8,000 || 862000 1883 | 120000 18,000 |_— {10000 | rset Rioeng Goenoeng. … ’ 4 — opnon 20000 | 96,000 © 2,500 — 6, Geb, Tilo. etend 1884 || 100,000 | ger 000 | 18000 | 95000 2000 | — || 385.000 1885 150.000 | , il E 000 | 12,000 94000 | 2000 er 268,000 1883 B 00 BT nd | Kawah Tjiwidei. . 1950. op B poe | 96000 325,000 l, Geb. Kendeng-Patocha, f 1884 nerd ae „00 — __{ 22,000 '250,000 |__— || 314,000 1885 |} 20,00 ef — | 30000 210000 | — || 266000 1883 || 25,000 SIR woo | | Tirtasari.… 5 6 en _— A eet ai 109.000 Geb. 1 ir 1884 32, 00 ne EE in %,000 Nee | zl ri eb. Malawar. | 1885 35.000 ee Nl 0,000 GOE > | ee 100 1883 000 | 194,300 0d aon zoge _—_ al Totaal der afzonderlijk 1,059. 000 BWK: ‚000 | 499,500 «416,500 9,000 (3,299, he „ 1884 |1,140,500 ge 500 225,000 | 457000 | 329,000 ‚_ 9,000 |/3,270,400 1885 (1,065,000 | 325, | ran 95.000 | 461000 | 276.000 |_ 8000 |2966, ET | Totaal ae | 1883 1,333; | 1885 | 1,390,000 ä 1576,000 (a) Hieronder zijn begrepen n 55000 e (6) Hieronder zijn begrepen 430.000 em en enten (buiten de + 4300 oorspronkelijk? 174 175 Bur. B. BESCHRIJVING van 1112 balen Java-Kina-bast, uit deOhgst van het jaar 1884, verkocht in de veiling van 5 Maart 1885. (aal bis | jd Een Nünimers en Ì SAMENSTELLING. Zwa- antal. = KINA-SOORT. GROEIPLAATS. merken der Ri El EEn fe velzure TOELICHTINGEN. balen. 8 = EE: colis. EI 8 18<8| S (chinine BIS En) 5 S © C. Succirubra stambast 1e soort. ahd 3 balen |M. _— =| 2,27 | 6.34 | 2,10 be » kn Tan gkoch De: 4 » ‚Nd — [24116,75| 2,41 : » 2e Malaw 14e É: pen et 1,49: 5,05} 1,54 ’ gebr. pijpen. 10 L ee En Fo6. 6,221 2,10 , ek 5 SK — 1285 9.08| 2,07 : : » 5 ‚ Tangkoch. Prahoe. { 17 » „N= eb — {266 6,49| 2,05 > » gruis. 4 > Narken pee) — {247,5,52| 1,84 ’ » » 4 Reg AT | ge — {194 4,01| 1,17 8 » : tadeng, 13 > JK es | 220 4,79 3 32 > Mt == {209 5,53| 1,22 wortelbast. 12 > |K 12 — [470 916| 14 : eds es) Tangkoeb. Prahoe. | 18 … ‚PN. 1-10 = [238 7,16} 491 ambast vernieu endeng. ei E [299 706| 4,02 Cc. Caliaya Schuhk. stamb. le soort. Tangkoeb.Prahoe. | 16 > |P.N, 110 EN — | — (260 380| 1,61 in eN Moo de 2E 2% 145 À ’ »___» gebr. pijp. : : » | Ne oei 01610,23| 216 3,65 1, > SSR An „|P. N.33-48 EAM 0261049 188 387| 1,67 5 VP de wak » |. li mi 016) — 190 263| 0,66 8 » gruis. 8 90 LL 1-30 4407 023/0,08 1,73 | 0,49 ’ : Kendeng. 32 > |K 1 032) — |065|157| 0,30 > » » » 55 » ks JJ Á Ö $ 0,13 0.14 s 14 0,59 5 ' . Tangkoeb. Prahoe. | 67 _» …N, 0 | ii 027 | — {1,60 |261| 0,99 : à fi \ VV ‚N68, SU 017 |0,38 | 148577 | 0,99 d ’ dee » 15 es Er 04110,58/ 210 '5.75| 3,58 : 5 IVER ‚N16 0,40 /0,80 | 1: 43 { 3,82 d ’ Ke endeng. 18 > eek 046/0,53/188|481| 2. » savanica vn, gebr. pijp. an 1 baal | 0,48 | 1,36 | 2,70 | 0.86 ' A balen |M. 1 spor.| 1,52/2,24 | 0,96 de _ wortelbast. baal |M. 112 3,15/7.00| 2,86 CG. Calisaya Anglen’ hik le soort. Tangkoeb. Prahoe. 2 balen ‚Ni 047 | 1,74 | 4,84 ) » *_gruis. 8% ‚N18 — | 1,89 | 3.70 dee Kendeng. BAK —|159[2.91| 1.13 lalaw ns [Me LA — | 120/243| 0.97 G, Hasskarliane stamb. gebr rijp. Tangkoel, Prahoe. Ade ‚Ns — {1.,28/244{ 0,97 gruis. rn PN — | 050/1.68| 0, C. Ofieinalis stamb. schaafsel. 5 me ‚NI, — 0,83|5,64| 5.44 ‚ haren pijp. | » ps ‚N. oe 8 O4 840 ’ KES ‚N10 =— | 1,07/449| 4,10 “» gruis. | cle N en — {0.79 |413| 3.83 ’ : 4 Rr …N. Ge — [0.69 /3.82| 3,29 : | 13 » |P. N.2-% spor. 0.92/4,02| 3.70 | jo JPN — | 071 575 93 | 7 ete JPN ie 132| 2,48|8,29| 5,85 C. Se. Pae ve nne. | » 16» [P.N. 1 — | 1,68 | 6,001 5,49 TOELICHTINGEN. ded | Sn 5 > ' 2 == F and z nt En Eni} Keman SP OO De D CO EO SH 1 ed ee s 5 E | SREEESERSRENASSRERKSENASESEERSEEEISIEEETE 5 z S s DS TDA OS AT LD DIS DD A mi TD OD OD DT HAD HOU ELD HSP ID 1 ee EE > ee) = nn De ar or Bonke Breken) z | BESSEEESNEEERRESSRSSBSRSNNNSEESCEIR SEREEN 5 |T SDS EESTE Ie SNS A AT et AD A of IE AE ef De De De 5 ke BEREDEN CATE n OUD OUD A ND Kn pioreore | SLEALSEELENLERSNRIESHEERRERARSSSBILRRE RAS 7 U roue uo hei la ear dn nt Dr Et ml Eje jd Renko kant TiS mime nl el JR JOUE HOI Tan A nd get af heeg wed maatais Re = 5 De ee - ; = 2 ourdoyour deken Rn Eje z 3 CALLE nRa VEST ELISA 5 = (euri) zi SS an me 7 Ee bed . d Kj * > ‚ ef te 5 Een Oo DD em DO en Em DAD ID Ee per BEC) pe es SRE - a “ourpru ARES rbe er SN | tn Aen || |A ou | SSSSESS ISS I3S83AEl A! 8 SSS! se SSSfsss EN A 7 Oe An de she nn se 8 REL ee je Een 18 8 DI) <> en an > A z kn en 8 5 KC be an bn RSeERSEEer LER AUD A en $ : Es ZI dage RER RE. REE EE TD ee en a ee 8 je 5 ed mt Äl ler ACR HS De AUB mf dd IC Ban sal he MN nen S Ee Oe en À == DAE) . TE . . . . ee Ob WON ON Tie Ee | AG Ee Ee LNE TET le VRON TEE . De en an ontenten oetonkenlenbanbie knee hek Hf MM TTT RENE ze GESSR83 5 1E — nr ae Al ar lie vat 5 a pe E 5 z DEN TE en PE RER RR ak MR WRR 5 en E ad 45 De OUD OD OD ATD UD AO ae sen on | ne mn =d 5 een Bed Dn e= ed pf ed Ee = en 5 ER AE NE DDO re 3 E 3 E brie R SRI R ed 2) ae) mm) en & en z Wk sl ms @ 4 id E: El = En 3 an Au pn ed ee ee ed = 3 RR a A # Mt = nj Ps Ee ) wd pW = 5 E AR RR 5 El En OE EPEN is zp ES jk a zl 5 es Fn 5 Eb 5 . ke R & 2 a = 8 RNR RR B 2 Rik EE 5 e= = =| [=| es kh) id en z Z 5 #, hd PE ik ë 2 B ee AE EE ir! Rn en se; Ei Jt fee 5 5 — EN 5 . = . es Esa! == 5 Rn & E88 ee df en © 2 A en A a 2 pe | 5 PE . €83 En 5 3 ed. goe PE) z ua a er A an 3 E zi EN E . . . 3 BE. 5 3 wer [73] À © AR A 73 BS S8 z es ad el ERN Rn RR RR RR OR a a = 5 Een ad Gn E en 2 MEN a . 5 ED RAR AR A A OR OR AR RM Ak AR B RAR UR & hed n 8 3 ed hal a - RAR RNR a « Ed dj 178 179 Bu. B. _ BESCHRIJVING van 281 kisten en 1294 halen Gouvernements-' kina-bast, uit den oogst van het jaar 1884, verkocht in de veiling van 22 Sep-/ tember 1885, | | E |_Aantal Nummers en | Ney SAMENSTELLING. Lwa- | ke KINA-SOORT. Groeipzaars. | kisten en _|- merken der iel [ze] … |velzure TOELICHTINGEN. | gels [ESS 5 [halen | colle IEEE [883 Z |chinine | | Ie Soa | | S rf enen if GC. Succirubra st. le soort. | Malawar. 27 kisten 1 1-7 235 |7,41 | 2,20{ No. 1—17 bevat lange pijpen. » sp » nz. 12 À É 1—12 jen 2,42 8,37 1,56 deikh » » » » ne Tangk. Prahoe. B NER ={256/7,80| 1,66| > 15 2 î » > 2e » Mala war. Ten LL aci ‚—{ 2.28 6,06| 1,70 ’ he endeng. | Kn —/220/5,79| 1,86 7 Jor Ks Tangk. Prahoe. balen. ‚…N. 1—3 —{1,40|4,76| 1,57 ; A : : heden —|1,63| 3,21 | 0,85 : »_gebroken pijpen. | Malawar. 2 : ak In — | 2,46 | 6,56 | 2,00 : ’ : : Kendeng. ï Gn —[2,65|7,92| 1,72 9 ks Tangk. Prahoe. : ‚N. 18-23 —| 259 /6,61{ 1,65 8 gruis. Malawar. 2 » . 48—76 2,25 5,63| 1,63 y 5 . ; a {2,45 5,94| 1,08 : Tangk, Prahoe. : ‚N. 15 —|2,47 (5,17 | 1,45 2 ie ’ è ‚LL 19 —:1,68/3,24| 0,97 , wortelbast. Malawar. 2 È E: —_26 | he 4421 7,78 „39 - Kendeng. at HES EE {3,71 110,25/ 1,96 : > Tangk. Prahoe. 1 » ‚NR 0,—| 4,48 | 6,63 „45 ee a Es ie 1 Lj ae 351 6,18 83 zake Uwd gebr. pijp. | Malawar. 4 ’ ‚=/2,01|6,49| 3,1 C. Calisaya Schuhk. stamb. 1e soort. Tangk. Prahoe den ‚N14 0! 2,20 | 5,44 | "3,79 Bn , ’ . . Malawar. 49 kisten. À 1-49 163/1,57|4,43| 1,30! No. 1-—28, 46/48 lange pijpen. é î ’ ’ : 1: 115 010,36 1,47/1,63| 1,01) «+ 10-15 ’ À ’ ‚ Kendeng. ie kien 1-14 ,010/151|2,35| 0,92) > 110 : 7 Ô k k à ’ balen. |K: 146 010/1,51|2,35| 092| - 1-3 À ° En Tangk. Prahoe. | 69 kisten. |P. N. 1-69 1037/1,81|281| 0,86 E En »__2e soort. ’ balen. ‚L. 12 0,30 1,49/2,31 | 0.70 2 : ' ’ : Malawar. kisten. | M. —8 0,10, 1,04/ 2,05 | 1,06 > É endeng. 4 » — 0, 1,36{1,92| 0,40 ë ’ Tangk. Prahoe, 4; » ‚N. 1-43 0,34 | 1,37 2,20 { 0,66 r » » B. » | d baal. en 0,21 „29 2,02 0,71 : *_gebr. pijpen. | Malawar. 29 halen. |M. 1846 "_{041/1,46/299\ 1,51 : de endeng. [15 leise 0,34 1,39! 233' 0:81 : : ’ : Tangk. Prahoe. 13 ‚N.49—60 0,40/1,34 231! 0,70 d , : 3 [44 | P.N. 6110 10,34 146|281! 1,36 À : kn | PE En 0,37/1,40/286' 1,20 > grúis, Malawar. E: [. 3110, 0,21 1,07 190 | 0,67 8 : : Kendeng. mn er Ke {0,16 0,86/ 1:39 0,50 2 » Tangk. Prahoe. | 66 ‚N12 0.20 1,03 1,72! 0,40 f 5 ’ 18 P.L. 1-8 Tl 015/0,82| 1,45, 0,67 *___wortelbast. | Malawar- LR 058 166/445| 236 5 À - endeng. | ; K. 192% 048 1,83 | 411 2,04, f 4 Tangk. Pranoe. | 2 » _|P.N.28-9 107 182/542| 288 : ’ Ed PK ES | 0,80) 1,78 474 4e | 181 180 mm ns | | Aantal | Nummers en | Je SAMENSTELLING. ‚ Zwa- | | | F | ME gaat TOELICHTINGEN. KINA-SOORT. ‚__GroEIPLAATS, kisten en {merken der E E RE: E EE S | J ES IAS el. S ini | balen. collis. | D 5 E El E aks 2 _jchinine | | |E S_ IS © EE | à | 1 Saal 1,63 No. 1-2 lange pijpen. C. Calisaja Javanica stamb. 1e soort.| Malawar. 4 kisten. |M. en Ee (27 Dn ï 3201 144 inr PEN eiste. : "_j_ _* | Kendeng. Ed BE 022| 048| 138| 290| 113 2 » » Ze in » 1 kist. Ke fs 3 026 031 429 2.62 N » gebr.pijpen.. 4 balen. |K. PE spor. 0101 1 2,34 | 0,97 de, | Malawa: pe EEE spor} 015| 1091 214| 121 » » Î endeng. 1 » ke 94 | À 043 135 : 64 5,80 1,86 , : wortelbast. | Malawar. Ks L, 15 SA 010 0581 196 460 | 2,65 ie 5 5 : “_! Kendeng et, ee ed RE 0:49 010 p 3,331 1.72 No. 1-9 lange pijpen. C. Calisaja Anglica stamb. 1e soort. Malawar. 1 kisten. [. Ef id 040 0— 1 | 404| 3,00 u ES ’ de || Kendeng En 1 | GMM 020/ o—| 138| 238| 107 , » 2e » | Malawar. kist. L. 2 ll o4l 0 40| 274l 148 5 : » vs Kendeng. kisten. 5 on | E 040 hij 5 1 l 34ol 221 "gebr. pijpen. ante De Ei 046| spor! 218| 304 Lie 5 5 Es » endeng. Ee a d $ 4,62| 2,05 ; ze »_{ Tangkoeb. Prahoe. dek ‚N En on Bae hat K 5,562| 3,26 » » wortelbast. Malawar. S » [ mr Pl Ë 061 0,69 : 5,70 255 » » » d zô % 0 e € 5:  5,77 31 , » » Tangkoeb. Prahoe. ; 2 : LE 5 : en 05} 8611 9.70 6. Ledgeriana stambast schaafsel. | Malawar. 15 » 16-28 | 0121 023{ 1,551 8,86| 9,37 » » „ » 1 : hl 29-40 0,14 0,49 5 > 6,94 6,54 r > : PE, 11-60 0151 0,61 „Á 7,25| 6,52 » “ : > 20 » 61-80 | 0,1 9 De 1,10 8,78 | 10,20 Met 81-86 021| 0—l 087 848l 9,95 À » . s » 87101 0,20| 013 121 ‚41 | 10,60 EE 102-117 | Of 061) 161| 6,49| 5,60 » » » » Ì » 118-144 ij d 0,24 0,45 14 7,18 6,76 sa 145-167 | 019! 033| 131| 895! 9,50 » » » » 4 > » 148 nd 0,10 0,39 0,94 8,77 9,87 » » » Kendeng. ) » ' 6-10 : 0,10 0,34 161 8,74 9,00 » » » » ) » ke 11-15 ge sl 0, On 0,66 8,17 10,10 ’ : 8 : » 16-23 | BiSL 096 0,27| 139| 746| 7,45 7 À À j d M-6 | BEP 015) 0,50 179| 7,09| 6,25 : ’ . , ’ 7-8 039 0—f 156| 793| 8,05 » » » » 5 2932 0,35 — . 1 „00 8,64 9,80 » : ; : en EE 0,05 { spor.| 0.82| 704! 8,30 x 7 $ 40-53 | 019 0— | 1,56 743{ 7,64 kt Mn 017\ O1al 143| 697| 7,03 | Dn 60 035\ 0—{ 159| 7,86| 796 d 5 : 7011 013| 0— 0,67 | 8,20! 9,95 Ll » » » dm » k N 69-82 Ee 0, 0,31 1,63 7,44 6,99 d ’ » Tangkoeb. Prahoe. | 14 > Pl À. spor.l 179| 7,17| 7,02 En 118 0—| 176) 716| 705 7 IK 0—f 233| 7,79| 7,06 » . * 1e » Pas 1,53 6.27 6,25 » > » é O—| 1,74| 8,18| 8,42 EN O—f 1911 7,97} 8,02! = [Sal do) 2 kml En 5 EE 2 Gs om a) En an Ep oe EE] aar | mt Ee 5 et 5 z, ES han! © =À De OU md Ee CA OS RI DA De et CD Ee CU OD mt & 5 5 | SS8SBALENSNDOOLTENSHERSSENERHLENEBNS EN ARR RDR a A NS S Es DD OI Sf UD ID UD OD OD LCD OP AD CP De VD CPT ALD AD OT OT A RLD CD ACD AES DID OND DSO De De De OO fl SO OT 8 & LD CU De De 9 9 DD ED DO De st De Le 3 D kl DID ol ek DT CD CD SRSISNERILEIEEBINB EER AIEE ANREN DENN SNK NBIEN ALS Teeior, Sensas third dns HSH ond E des e5 es 5 De 1D OD rt ID vl 9D CE 1D LD ERO MNNME De DPNEDO O0 en Pojo | SESEEAREELLSILERSINEEESLIKNSANORESESOERLEENNI SH j jdcour Uo) SSS SiS Nr ii Nm en De ENA NNTSTST TITONS z feuruoyonm) _ EVENEENS . . . . kel bel eN CD El Eed Lenn | EL ILISSSIISSIISS IL LIELI NI EIBESSSS III IE Ll S8S5 2 aurprury;) essssresssesossesesssesssrnsessnsossocsosssessT nrs Zimm ma = ignis De Z | oupu | SSSERSENRSSEISAISISIEEES | INSSESIEISANHASESORNNETE -ouour) SossSsSsSssSSrSTSTTSSresssessTssessssosrssssessesSer En ERE EERS ZES st EERE! PID FD eme -GLEEEEE: 555 EEE Sens SISSSSSASSSN …_ nn rr - n Heien en lente a dà A 5 NET ze ( Ere re B k-E) 5 Lis-] Bes nl en en A el bam | Ô Eos |Een EN a Ss s Z BIS HEN edn rh Ae kk hehehe \ \ ile Be SAT DEAF EAN > 5 ZRSRANS Es Bi kf zi ka En REE z el hm te bd mj el et ei ER Bn En est ne he en …_ 8 d es nf Á = | z El E = hand ersten td NE TE ON HE OEE nt Wet ee OAT RR RR TRT nd „ a WR ER „28 3 _ 5 4 me) CO Dre SP el De OI De DU WD MD le en ee en, mt nr MN Ke en ne jn, aide pn, sl in, hann, Ken | md prees en dS & 5 indd il 3 8 3 End == | Es 3 E £ E E asl ä 8 = u z B BDE en en 5 A : Ek SN zen De S 5 ss = ® ee gd ® IN - La] | ao ® na an 2 bf fu bt E ESE Z..5E E ann EE 3 SEE E55 5 Ran = rn RR xe 2 a nr es AO An an a ed s 88 RORE 8 SS 8 SRE ESE'SES 5 eo) iN | zes El en S DU ie En 8 5 ed E® 2 Ee Es 4 ent ann Rn 38 WEEER RN Be 5 Ee Dn : z ER 8 dl Ez Ss @ e=; 5. > © =P nd EN 5 Raf 5 - En ie Kann) o ‚© > AR ABR A We « “® = 2) 4 97) =| : = = 5 5 @ ed e=] 3 Ie HE rg NN olet Á 5 8, 5 „5 KAn men a B. DS 5 > z 8 R Bk B = 5 7 8 EE 8 lms DE u - Rn E 5 MR MRM NEE EAN MEIN EEEN Mie in a. „ „5 re GR bd 5 5 N MTM MEN RT MN Be _ = 5 dâ 3 dn 5 Ed 185 184 — en mm SAMENSTELLING. Zwa- | Aantal | Nummers en | Nene Nn rn | mols Js | Bs — |velzure TOELICHTINGEN. KINA-SOORT. GROEIPLAATS. kisten en | merken der bn 3 8 = 8 23 E e | balen | eollis = E EE Bl © eik | : 7 ze 5 [58 | | Den | 1,38 { 2,34| 1,00 C. Caloptera stambast 2e soort. Malawar. Pk kist MO 0,—{ 1,81| 423| 2,56 ‚ »_gebroken pijpen. 5 | 5 balen. (\M. _ 15 bs 102| 242\ 135 gruis. | [3 MA 0—| 252! 541| 294 : wortelbast. | od | M. 15 | 0,10 | 2,10 419| 2,17 €. Pahudiana stambast 1e soort. | |_1 kist, | MEER es 1171-:212| 0,92 ; is. ‚_9 balen. |M. 1-8 661 0 | 1.95 437 | 238 » wortelbast. » j baal. [MI | Bla 396 | 161 C. Lancifolia stamb. gebroken pijpen.} Tangkoeb. Prahoe. { 1 > PNR | | | | | RECAPITULATIE. MADE BIJ kisten 138 balen » Calisaja Schuhkraft . . 185 4 > ER a 26 : ic 17 47 » _Ledgeriana — Offieinalis . 1 kist 177 *_Caloptera 11 kisten 23 »_Pahudiana. 1 kist EE, EMED 1 baal inh. 13837 kilogr. 397 » 2525 — : 4594 37600 > » _ 13229 : 2228 386 > vb MES. ToraaL . . 281 kisten 1294 balen inh, 114262 kilogr. Het alealoïd is berekend op luchtdrogen bast. 186 187 Brsrace C. Overzicht der gedurende 1885 verri alcaloid-bepalingen van Java-kina-bast. | Ef zi Eil 5 ENE 8 KINA-SOORT. Gaomraars. | 8 | 8 |Z Saal TOELICHTINGEN. z [5 SS ann 5 | | es) B 4 5 ren | Î C. Ledgeriana. |_ Tjibeureum. | 3.18 047) 055) 443 UP 1 Letter A. Moederboom onbekend. 2. » ‚__Rioeng goenoeng. | 8.74 ae Aere AIG 2 … V. Afs ammeling van moederboom No. 23. 3| | , Lit. ie df 040/U 3 w. , 8 ' | 11.82 li OE Ox. 2 ks 698| 297, — MON: OY. OO. dn : 8 Kd 168 —{ 055/M 6 » z, , » k Tjinjiroean. 4, 475| — 193 1P 7 Letter A. : Succirubra-hybride-uiterlijk. Li » | ( ij 6.83 | Eea | 102 ul ii 8 ad B. » » » » . » » Î de î 5.66 ln 137 ôt 9 » É: » » » » 1 » : Í » 4. 04 en 3.61 E IE 10 5 D. » » 1 » | » derd sa 1 9 215 Il Pf U » De » » » » jb nd i » Í 5. 4,78 za 112 14 12 f F. » » » 3 » » » SEE 3 6.27 | | 2.02 k ol 13 5 G. » » » 14) » ’ | : ‚ 6.78/[ 101! spor. | 187 16 4 HE > _H. Moederboom onbekend. 15 » . Í » | { B > 3 51 | _ | 115 4 i d rd Le À » » 16/ » : | | 602/ 496) — | 1. Kk laf » : | | 697) 622) —| 1 OL 18 » » | k | 78 3.75 1.30 En 18 ‚__M. 19 Ee (744) 132) 038) 14 ry 20| » | 5 bbl 41 lt ON RD, e 21f » é | ; ‘1067! 081 —-| 0% ot 21 Gok. » é A > de A2) 553 — A 0 O- rn) » » | » Hf N 3.69 er 180 u 5) 5 k nd ig 24f |__Rioeng goenoeng. ‘11.90 _ | —| 08 14 E "__D. Afstammeling No. 23. 25) » | (1160) — OE BO, ‚38. rr | [150| —| EN Dn hi 27} ’ ‚_ Tjibeureum. | 12. 1.14 _ Ei 17 E A ea Suceirubra-hy bride-uiterlijk. er » : è | 13. 050 ee î ld 2 Letter e Afstammeling van moederboom No. 34. » : | | 8, „36 | — e Ai bed 5 „ » ë „ a De ’ | | 865| 12 NC OO. edi 31f » : 056| —| 00 af Ee B. ’ é é bn Ki » » Î 2 é ‚ En | S or. L5l 0 ge 5 ii r ee Î Ù 33| » Succirubra. _{__Lembang. 4.3 105, 0.33 ee 0 4 jernieuwde bast vijf boomen gemengd 4 jaar oud. en » Ledgeriana. | Rioeng goenoeng. 42 te ze 8 30 2 3 eller À Succirubra-hybride-uiterlijk. 36). : | ) rd Ee 5 Hi Ö | ET nt —| 105 Bk 37) en ë î 38/ | | ; 07! 630 —| 18 zl nd BR 30) > 15045-02042 E. 0d 40 Ent A » » ee » : |__Tirtasari. 8 1.62 ie 055 wi ht van No. 89 1e boom omwonden schilfers 5 jaar oud. 42)! | : | bd ABEL A niet omwonden » 5 » » 43 5 8 | ‚ 10{ 1.40 mma 0.86 ER OO 3e. reepbast a aal | 20| 356 — | posi ul © * * 73 1e » omwonden dn 451; f | , itt SOA 051 8 4 __*_» 2e » niet omwonden » 5 » 46 Ë r “ bd 30 117 46 CR. reepbast B 47 : 5 ‚_ Soekawana. ‚84 1.11 ET A Fl Mk reepbast. 2 |_ Lembang. | 401} 213) — | Se Mccirubra-hybride-uiterlijk. nnn ror „a mmm ide terlijk. De analysen zijn berekend op absoluut drogen bast. GEVOELIGHEID VAN VERSCHILLENDE PERSONEN VOOR AARDBEVINGEN, DOOR De volgende bijzonderheid bij de waarneming der aardbeving van 22 September jl. werd mij medegedeeld door den Heer v. H. te Batavia. De Heer v. H. was in de benedenstad in gesprek met den Heer H. Beide personen waren tegenover elkander op stoelen gezelen en hadden dus ten opzichte van de richting der golf- beweging dezelfde positie. Plotseling zeide de Heer H.; »daar komt eene aardbeving !”. Op dat oogenblik bespeurde de Heer v. H. echter niets; eerst cen oogenblik later, toen de beweging sterker was geworden. voelde deze. dat hij met zijn stoel heen en weer werd geschud. Hieruit blijkt, dat sommige personen aanmerkelijk gevoeliger zijn voor aardschuddingen dan andere, en dat derhalve de duur van eene zelfde aardheving, bij gelijke nauwkeurigheid van waarneming, door onderscheidene personen zeer ver- schillend kan worden opgegeven. Meesrer-Corneris, 12 October 1886. en De 5e zen TEE OP AE EE en re: Pe INHOUD VAN DE Tweede Aflevering van Deel XLVI, Uitkomsten van Regenwaarnemingen in 1884 en 1885, gedaan in Bowerno en Padangan (Res. zn en in Gambang Waloh (Res, Kedoe), medegedeeld door Dr. S. Ficer, Onder-Directeur van het Magnetisch en Meteorologisch Dison. ische waarnemingen in Nederlandsch-Indië, met eene id ding van Dr. J. P. vax per Stok … . … Januari 1886 rt Ì Ô Vulkanische verschijnselen en antie in den 0. jd Leap ___ waargenomen gedurende de maanden Juli— December van het ie jaar 1885, verzameld door Dr. S. Fiere en Dr. H. Oxsen, leden en A. Vaas verchijee dn B. Aardbevin Verslag over de Gouvernement kina sendernening. in on Preanger: ese Eu happen over het jaar 1885, door R. vax Roxusne _ Directeur der Gouvernements-kina-onderneming. _Kennis der op Java bekraste kiboaden: RE _ Scheikundige onderzoekingen . Bijlage A. | - e . . » - * . , E . . … 7 . . . - - - . . E Webrgpeweldeedk en __M. Vermenigvuldiging é : HIL Ontginning en Onderhoud B : _ IV. Oogst van Kina. __V. Personeel. Geldmiddelen De On __VL Verspreiding van Kina. KR aardbevingen door Dr. BrApz. NATUURKUNDIG TIJDSCHRIFT VOOR _NEDERLANDSCH-INDIË, UITGEGEVEN DOOR DE KONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING IN oe NEDERLANDSCH-INDIË. za ONDER REDACTIE VAN 5 Dr. H. ONNEN. $ DEEL XLVL Derde Aflevering. ACHTSTE SERIE. DEEL VIL AFLEVERING 3. BATAVIA, 's GRAVENHAGE, 5 ERNST & Co. | MARTINUS NYHOFF. DE GIFTKLIEREN BIJ HET GESLACHT ADENIOPHIS (PET.) DOOR Dr. A. B MME EE TE DRESDEN. (Uit »Sitzungsberichte der Kön. Pr. Akademie der Wissenschaften zu Berlin, Gesammtsitzung vom 15 Juli). In den jaargang 1869 der »Monatsberichte”” van de Aka- demie (pag. 204) heb ik de in de visceraalholte gelegene gifklieren van twee soorten uit het slangengeslacht Callophs (Grar) beschreven ‚ namelijk van C. infestinalis (Laum.) en C. bivirgatus (Seuree. Bore). Daarna heb ik in het »Archiv für Naturgeschichte”” (+) voor- gesteld deze beide soorten, juist wegens dezen zoozeer van den normalen toestand afwijkenden vorm der giftklieren, niet meer tot het geslacht Callophis te rekenen. Mijne mededeelingen werden het eerst bevestigd door J. Reinarpr (2) die er een en ander aan toevoegde , terwijl hij aan- loonde, dat Callophis Macclellandii (Reisu.) en C. gracilis (Gray) de gifklieren niet bezitten, hetgeen ik zelf reeds voor C. maculiceps (Grun.) (5) vastgesteld had. In de »Proceedings of (1) 35 Jaarg. pag. 244. @) 1 Anledning af det af Dr. A. B. Meiser opdagete soeregne Forhold af Giftkjertlen hos visse Arter af Sloegten Callophis; Vidensk. Medd. fra den “Alurhist. For. i Kbhvn. 1869. p. 117. (3) _Monatsber. d. Akad. 1869 pag. 214. ie 190 the Zoological Society of London” (*) kon ik daarna mededeelen, dat ook bij C. trimaculatus (Daup.), C. annularis (Grur.) en C. nigrescens (Grur.) deze klieren niet voorkomen, dat zij evenwel bij de zoogenaamde variëteiten van C. intestinalis en bivirgatus (malayana, philippina, melanotaenin, tetrataenia) evengoed als bij de beide oorspronkelijke soorten konden aangetoond wor- den. In het jaar 1871 (2?) bracht Wairu. Perers alle met deze visceraalgiftklier voorziene slangen tot het nieuwe geslacht Adeniophis samen, zoodat nog slechts die soorten van het vroegere geslacht Callophis, die deze giftklieren niet bezitten, dezen geslachtsnaam behouden. Vroeger heb ik (3) C. calligaster (Wieem.) tot deze laatsten gerekend, welke slang evenwel reeds in het jaar 1862 als het subgenus Memibungarus door Perens (*) van Callophis afgescheiden was, daar zij 15 rijen van schubben heeft, terwijl Callophis er slechts 15 bezit, en er bovendien zeer belangrijke verschillen in den schedelbouw voorkomen. Onlangs ontving het Museum te Dresden eene verzameling van Reptilen van Zuid-Mindanao (®), onder welke twee slangen (Nr. 1275 en 1274 Mus. Dr.) voorkwamen, die buitengemeen veel op elkander geleken. Bij nader onderzoek bleken het de Adeniophis philippinus (Grur.) en de Hemibungarus calligaster (Wirex.) te zijn; evenwel is hare gelijkenis zoo groot, dat zelfs geoefende onderzoekers ze op het eerste gezicht licht als identiek konden aanzien. De eerste heeft de visceraalgift- klier, de laatste niet. Hier doet zich dus een dergelijk geval voor als bij Adeniophis bivirgatus (Scr. Bore) en Megaerophis flaviceps (Rein) van Achterindië, Sumatra, Java en Borneo, ook twee elkaar buitengewoon gelijkende slangen, van welke de eerste de visceraalklier bezit, de laatste niet. Reeds in (1) 1870. pag. 368. (2) Monatsber. der Akad. pag. 578. (3) Proc. Zool. Soc. 1870. pag. 368. (4) Monatsber. der Akad. 1362, pag. 637. (5) J.G. Fiscnen. Jahrb. d. wiss, Anst. zu Hamburg. IL. p. 80. 1885. s Dl 4 à be sr 3 d ze ok El ed LA Ek ae À 191 1870 sprak ik het vermoeden uit (!), dat wij hier misschien met een voorbeeld van mimiery te doen hebben, en het ana- loge geval van Adeniophis philippinus en Hemibungarus calli- gaster versterkt mij in deze opvatting. Voorts kon ik nog het voorkomen der groote giftklieren bij Adeniophis nigrotaeniatus (Per) van het eiland Nias (N°. 1556 Mus. Dresd.) aantoonen: Wan. Perers had deze slang eerst als variëteit van zntestinalis van Sumatra beschreven (@ en reeds bij een exemplaar van Borneo de giftklier vermeld (): door dit exemplaar uit het museum te Dresden staat ook het voorkomen van deze slang op Nias vast (#. Eindelijk kan ik, wat tot nu toe nog niet geschied is, het voorkomen der klier bij A. flaviceps (Canr.) mededeelen , en wel na het onderzoek van exemplaren, eveneens van het eiland Nias Afkomstig, van waar namelijk de exemplaren N°. 1567 tot 1569 uit het Museum te Dresden van deze reeds van Achterindië en het eiland Pinang bekende soort verkregen zijn (®). Het zou niet te verwonderen zijn, wanneer ook voor deze laatstgenoemde slangen, nog »naäpende” (mimicking) soorten gevonden werden. Men kan zich mischien voorstellen, dat de Adeniophis-soorten bijv. door de vogels, van wege de giltklieren, niet gegeten worden, en dat nu geliijksoor- Úg uitziende maar tot een ander geslacht behoorende soorten ook daardoor verschoond bleven. _F. Sroutczka (°) tegl van A. intestinalis: »I was told that this little snake is more dreaded by the natives of Burma and of Java on account of its bite, than the comparatively gigantie Ophiophagus elaps (Senree.)”- Wat Java aangaat heb ik dit niet bevestigd gevonden ER (1) Proc. Zool. Soc. 1870. pag. 368. (2) Monatsber. der Akad. 1863. pag. 404. (8) Idem. 1871. pag. 579. 4) J.G. Frscuen. Abh. Naturw. Ver. Hamburg. IX Heft. p. 1. 1885. Le (6) hu. As, Soc, Bengal. Vol 39, pt. Il p. 213. 1870. 192 en ik kan bovendien een veelvuldig voorkomen der soort daar niet aannemen. Toen ik in het jaar 1870 in Buitenzorg was, beval de toen- malige Assistent-Resident aldaar, de voor de kennis van den Oostindischen Archipel zoo verdienstelijke S. C. J. W. vax Musscrexsroek, aan zijne talrijke onderhoorigen, de slang, waarvan ik afbeeldingen ronddeelde, te zoeken, en hetzelfde deed ook de toenmalige, sedert dien tijd gestorven Directeur van den beroemden botanischen tuin , Dr. Semerrer , die dagelijks honderden arbeiders aan het werk had: bovendien beloofde ik eene belooning voor een levende Callophis, met de bedoeling daarmede proeven te nemen. Verscheidene weken lang werd echter zonder eenig resultaat gezocht. Dit zeldzaam voor- komen dezer vergiftige slangen — want naar mijne onder- vinding kan men dit zeer wel ten minste ook voor Celebes, de Philippijnen en Nieuw Guinea aannemen — steekt zeer sterk af bij het veelvuldig voorkomen der adders, bijv. in de omstreken van Berlijn, waar ik in het jaar 1869, bezig met een chemisch onderzoek van het vergift, in één maand ongeveer 100 levende exemplaren kreeg, die allen door één enkelen man gevangen waren. Tr. Cantor (t) zegt van intestinalis var. en bivirgatus var. ( flaviceps Caxton), dat zij, al is het ook niet veelvuldig, toch ook niet zelden voorkomen. Hij onderzocht een aantal exemplaren, zonder de visceraalgiftklier te ontdekken, (zooals andere voor en na hem gedaan hadden (?) ) en beweert, dat niel veel meer dan één droppel vergift telkens uit den tand uittreedt (3), wat ik evenwel betwijfel, wat de beide genoemde soorten aangaat, daar de giftklier in ieder geval veel vergift bevat. Na den beet van deze slangen volgde de dood bij kippen in den tijd van 1 uur 20 minuten tot drie uur, alzoo (1) Catalogue of Reptiles inhab. the Mal. Penins. and islands. Cacutlà 1847. p. 110, uit Journ. of the As. Soc. Vol. 16. (2) A. B. Meven. Monatsber. der Akad. 1869. pag. 221. GB) Caxror Le. pag. 111. 195 niet spoedig. Cantor nam ook nog proeven met nigromaculatus (= gracilis Gray), welke soort de visceraalgiftklieren niet bezit, wier gift evenwel een kip reeds in een uur doodde. Callophis japonicus (Grur.) van Nagasaki (*) kwam nog niet in mijne handen, niettegenstaande herhaalde pogingen, om de slang uit Japan te krijgen: men zond mij verscheidene malen de naar de afbeelding te oordeelen uiterlijk iets op haar gelijkende niet vergiftige Ophites orientalis (Hic). De heer Bourencer van het Britsch Museum was evenwel zoo vriendelijk, op mijn verzoek het eenige tot nu toe bekende typische exem- plaar van deze soort in het Britsch Museum te onderzoeken en deelde mij per brief van 25 Juni van dit jaar mede, dat deze slang de groote giftklier niet bezit. Naar onze tegenwoordige kennis bezitten de volgende soorten de groote in de visceraalholte gelegene giftklieren: 1. _Adeniophis intestinalis (Laur.) van Java. 2 » malayanus (Grur.) van Centraal-Indië (Malwah), Achterindië, Pinang, Singapore. 5 » philippinus (Grun.) van de Philippijnen. 4 » nigrotaeniatus (Prer.) van Sumatra, Banka, Nias, Borneo. 5. » ___bivirgatus (Scur. Bore) van Java. 6. »___tetrataenia (Burex.) van Borneo. 7, »__ flaviceps (Cantor) van Nias, Sumatra, Achter- indië. De volgende bezitten de giftklier niet: 1. Callophis japonicus (Grur.) van Japan. 2 » maculiceps (Grur.) van Achterindië. 3. » Macclellandii (Rerxn.) van Centraalindië. á, » trimaculatus (Daun.) van Voor- en Achterindië. 5. »____annularis (Grum.) van Indië (zonder vindplaats). 6, » nigrescens (Grur.) van Voorindië. 7. » gracilis (Gray) van Pinang, Singapore en Su- dennen (1) Ann. Mag. Nat. Hist. 1868. 4 Ser. vol. L. pag. 428, Pl. 17. fig. c. 194 matra (b), die op Adeniophis nigrotaeniatus (Per) en malayanus (Grur.) gelijkt. 8. _Hemibungarus calligaster (Wrirem.) van Luzon en Min- danao, die op Adeniophis philippinus gelijkt. Megaerophis flaviceps (Rein) van Borneo , Java , Sumatra. Pinang die op Adeniophis bivirgatus (Secur. Bore), tetrataenia Breek) en flaviceps (CAnron) gelijkt. Callophis cerasinus (Brpnoxe) van Malabar (2) is nog niet hierop onderzocht. à De nauwkeurige kennis der geographische verspreiding van al deze soorten laat nog zeer veel te wenschen over, en daar- door wordt ook de beantwoording der vraag bemoeilijkt, of er nog meer overeenkomende gevallen van het voorkomen van soorten der geslachten Adeniophis en Callophis voorkomen: in ieder geval is hier een zeker probleem verborgen, dat eerst dan kan opgelost worden, als wij een veel nauwkeuriger kennis der soorten bezitten, dan nu het geval is. se Iik Ik kreeg onlangs door de vriendelijkheid van den heer Boerreer in Frankfurt a/M. een exemplaar van deze soort met de tot nu toe onbekende vindplaats-Sumat | (2) Proc. id Soe. of London: 1864. pag. 179. $ el e il METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN. NEDERLANDSCH-INDIË. APRIL t/m. JUNI 1886. REGENVAL 1886. 196 APRIL 1886. WINDRICHTING. p EL En in ENE EO NP En ENE BERN | 10 | 11 Widodaren, Besoeki. ni Poeloe Bras. Olehleh. 8 E Ben 8 | 5 5 5 las = v/m. | _n/m. ‚ n/m. | v/m | n/m. & - E | en a ge u 6: gr ge 1 24 52 — 1 o N o zo N 2 40 15 55 2 0 NNO | ONO N NW 5 23 36 o o NNW z 0 w 4 4 à 10 4 0 NNO |_NNO 20 NO 5 2 50 12 5 ONO | _NNO | NNO | NNO | NO 6 ER en 18 6 NNo | NO { ONO | 20 | NO 7 ae 54 — 7 no | ozo | zzo | o | NO 8 — WO: 4 8 No | ozo | zz0 | 20 0 9 60 10 | — 9 ONo |__NO o z 0 10 25 ee | 5 10 ONO |_NO o zo | NNO 11 52 ae 17 11 NNO | ONO o zo NO 12 50 — 25 12 ON0 | _NNO | _NNO N NO 15 15 25 — 15 NEENNwJ w j zo | N 14 4 5 60 14 w w | zzw| Nn | ZW 15 4 50 — 15 w w w w | 2W 16 — 24 18 16 w w w N | NNW 17 Ee 26 20 17 wl w | NNW | NNO | NNW 18 — 45 25 18 w w wl NNwW| N 1 mp 15 25 19 II NNwi N NW | 2 N 20 10 18 55 20 zw | zw |wzw| o | NNW 21 45 59 4 21 zw | w w zi 22 57 2 5 22 Zw w w w N 25 55 22 17 25 Il wzwl w wiwjs on 40 24 50 24 Iwzwl wij w{iNjw 25 50 54 47 25 ZEW | 2 z zo | W 26 20 — 25 26 z w | wzw| 0 8 27 10 15 18 27 Kwzwl w w 0 N 28 5 12 ï 28 wi w w N | NNW 29 15 nw — 29 o |wNw | w SL 50 | 18 | nw 32 130 lo |l o |lozol sun ò1 55 nw 48 Totaaljf 560 w.o. 587 | EE 197 APRIL 1886. WINDRICHTING. Sf BENNENENONSNNEEERBERREREREREES À e 5 EE E& ERERENENEEENNNKRBERERRENEBEREBRREREEREERRZ EE | En kuren EER Ere=nBEREEs» 5 Ez BESS zeer z z BER Se 8 = © ahENERSeEeEe REE RnEEREnKERSSS s I— kee) 8 ha BB zz 2 Rn a |EAl zekkrakkensserrrenkerrrREERnSS S = sE BB 2 a EI sz e=} © © © = © 2 8 & ceceoZogeRnBBrfebsnERPeREereerE eo || ‘Suefpued ze uowouafi pan Jay aop 7 EK NNNNVEEBERSEN IPRA IegeoRrRmegne zb é > zz I 5 Ea SNNNEEDEENNSNSNSNSENNENERSEERENENN En à 5 a A & =) SooeksBelsesRanleheg)isl|=ge ez eareums S|| rsnsom uawouab amp Jon) olpog oojod À 198 APRIL 1886. WINDRICHTING. 1 16 | 17 Ke er er Tandjong Pandan. {___ Vlakke hoek. he E v/m. fm. { n/m. { vm. | 99. { nm. | vm 12 njm. | v/m. | 49e ä qe Je 6° 6: . u | 6: 4° 6" 1E WNW | NNW { WNW | N NNO | _NNO N | WZW | NW | ‚NO | ZW 2 zo w o {WNW| — o 020 o NO N0 3 Zw Wil NWek NWeieNwW 4 NW | NW | — w NO | NW Al zw {| Zw | wNW | Nol Nw 0 NNW | __W w No | ZW bl zw | zw | zw 20 w N w w W Zw | W 6 zw | zw N —— o 0 NO AA ZW | NW | NW All Wi wNwl N — WNW | 0 N 0Z0 | 0Z0 | NW | NO Sl wzw! zw | zo ONO sj — — ONO | ONO o o 0 9 w | Nw Z LWNWI WNW| Ww N 210 20 zw | ZW 10I| Zw | NNW N _— w 0 NO ONO o Zw | NW 1 wxw | zw N — o 0 N z 0 20 | ZW 12 w lwzwl N WNW | WZW | No | 0Z0 | 0z0 No | 0 15 zw | zw | zw 0 0 | WZW | NO N gn z zo 14 zw | zw | Nw ij z0 == en w z w zw ij 2 KON BW el EWal NWE Ze 2 di RW w w z [NW i64f z ZZW N — w w |L wNw | WNW | zw | NW | NW 17 NW|_NW { WNWI w w w w w w | zw 18 wlwrwi Nn — | WZwlwzwl w | Wwzw| wzw | zw {| NW 19: 2 ZW | WNW | WZW | wzw wzw | wzw | wzw| w {NW INW 204 zzw | Nx Weld wil Nw li wliwzwl wi ewjaw 21 | zw | won N N N NW | NW [ WNW[ _W w jw 22 NW_| WNW | ww | w w w | rw | wzw| wzw | wiw 25| zw-l zw zzol o w w | Nw w | zw | zw | ZW 24il zzo | z N —k zw | — z 5 25 zw | Nw N 020 | 20 o Z e 26 | Nw Wel Nw o o 0 zw da NNW | WNW NW | 0zo | 0zo | 0z0 Ë E ww 8} zwe nwt waw Wk WLS E 2 wijem 29} zw { zw N ö wek mw S 2 S wi SO zo | wrwl w | ozo | o o ed 5 win Î 3 | 18 4 19 ter, | Batavia. Tjilatjap. v/m 12° | njm Ë Eiland Edam. v/m. |_n/m. } njm.f vim. | 49e n/m. 6 4 | bt bd rd B 6 No N NW 0zo | ONO | ONO | WZW { ZW Ki EE N N | ONO | ONO | NNO | WNW/ 020 | 0Z0 5 NNW |_NW | NW | ONO NO NNO W_/- 020 | 020 4 wij. o NO NNO | _NNO | WZW W | 020 | 020 Plv w w WZW | WNW | NW W‚| 20 | 40 DEN NW NW Nw | NNO IL WNW| W-_| 020 | 20 WNW | NO ON0 oNo | ONO No | wNw/ 0zo | 020 BO NW-| NW o NNO | _NNO w_| 020 | 020 E06 NO N 020 | ONO { NNO w | 0zo | 20 N of NO o WNW |_NNO NO W_{ 020 Z NO 0 NO Zo NO zo w | ozo | zo 0 0 NO 0zo | No | ONO w | ozo | 020 NO ‚{_NO NO! Et zo 0 220 w | ozo | 20 ZWo| ZW zw | 8 zZz | NNO 4 ZW w_{ 020 | 20 RN w 5 020 | NO N W o | 020 IW pe ZW | Zw > NI NNwlwyw) Wej-020 | 020 IWj wl zw 5. waw | wNw. WNW _W e|-020 | 020 WZWI w | w s waw. wAw | WNW WNW. 020 | 020 EW_| zw | w © waw Nw |-wNw | wNw/ 0zo | 020 SWW w 5 wzw | WNW | WNW | WN 0zo | 020. Wal ON N wxwl Nw | NW WNW 020 | 020 2104 © 0 wl nw |wsw) wel © | 020 WL WZw{j zw wNw il: Wjwzwi W-/| 020 | 0Z0 EW | zzw | zzw zzwl- N -}WNW| Wef 020 f 020 EW ZW. | zw w | Nw | wNwj Wej 020 | 020 EW [wzw{ zw wzwl Nw | wzw| wj 0zo | 020. EW zw w WNW. NW | NW w | 0Z0 | 020 hid ZW zo wl NNW w w | 0z0o | 020 ri 0 NO w | NO NO w | 020 | 020 n NO NO ONO | _NNO N w | 0z0 | 020 | | en ars maden 199 APRIL 1886. WINDRICHTING. lest 200 APRIL 1886. W TING. Re, Di 6 7 | 8 | Soerabaja ere zi Soemenep. Bandjermasin. =| r El v/m. | n/m. { n/m. | vm. | nm. { njm. { v/m. | n/m. | n/m. | vjm. | n/m. " So | ele l el ele lg | 2 | e | er 1 zo 0 NO zo | ZZW 0 0zo | zo zo | ozo | NO; W 2 zo NO NNO 20 N 0 0zo | Zw | 0z0o | ZW | ZW { 5 o [anwf — | 0 N o | ozo | ozo | zo | No | N jon 4 — | NNo | — zo N No | 0ozo | zo | 0zo | Nw |.W { ® B — | NNo | — VÀ NW N 0zo | 0zo o nNo | zw | mi 6 o NN0 | _No | zw N 0 0zo | zo Z Nw | aw | 7 zo o _— À N NO 0Z0 | 0Z0 o Nw | ZW wm 8 o 20 —- 20 NO o 0Z0 o 0 N zw | u | zo o — {| ZO o 0 0z0 o z0 | ono | Z4W on 10{f zo 0 — | ZW 0 ONO o 020 NO | ZW m 11 zo o — o ONO 0 o 0 ozo | NNO | W aa 12 zo o — | 0zo | No No | 0zo | 0z0 o ono |_NO m0 13 || zo ouk Eek di o o 0 o | ono { no Wim 1&if zo| NNoj — zo 0 Í NNW 0 ONO | _NO { NNO | NO ” 15 || zo zo — o o 0 o 0Z0 | ONO NO nj 1611 zo | nw | — z N N o | ono | 0 o | WZW ad 17 zo [ow | — 1 zw {nw | Nw | no | ono | o wil EER 18 nw {nw | — Z | Nw N N NO | ONO Nn SWR 19 | vw N — | ZW | Nw | NW | ono | No o z20 | 2W |W | 20 wi sw ll w N w_{ ono | _N N No | MO 21E wl No | Nw | zw | anw zw | Nn | Nw N NO wo © 22 WO RWel NE Be N Zw o ONO 0 N ed 25 w {nw | — Z Nw | wNw | ono o NO no | zaw |! Sl wel rwl Zl wl tw N 0 NO NNo | ZW 25 || Zw | nNo | No | zzwl o w N NW N NNO | _N SO zwe Rw aw wl nw | nw | w w | No | ZW 27 ONW — tf ze rw | N o [ono s| Wjwm á ons id RN EWE NWEL 0 N | NO nej NWT SN ne ’ Re Z N N 020 z Zo vo | W d 30 zo | o| zw { zo { xr | no | ozo | ozo | o | sof _ 201 svenn ennestenetntenen enn nds APRIL 1886. W TING 21 9 23 24 Bima. Bonthain. Tontoli. Koepang. vm. | ge | nfm. | vm. | n/m. | nfm.f vm. | zg | nim. | v/m. n/m. | n/m. 6 prat ei sir rdnr ki — | Nw 0 Zeit 10 z zo ONO | NNWI Z 1 — | Nw 0 an z — zo 0 w 2 de Nw | Nw | — | z mt z0 o {nwt 0 Á 0 o NO || —= 20 o | NNW | _ON0 | — | — 0 o zo ono | NO zo i NW 0 0 Z0 Z0 zaet Zo 0 W WZW IE — | Nw z z 2 zo — | nw | wzw en 0 Ed z z — zo 0 NW N Bt NW NW 0 o — zo 0 w N ep NW o o 0 Zo 0 NW | ZW ES srt ZW 0 0 0 zo ONO N NO ad 0 o o LER BOE zo ONO 0 NW Fest NW En 0 o ne zo NO NW NW RE ROE NWS ZW | NNOj 3 zo : NO) Wij RW Wij — | — [wzwl zw | — | E zo| E SOA WE AN EEN N o lzw ili zwl 2 zo 8 ‚JONOf NOL W —= [NW | NW | zw Nn | mol 2 zo| 2 mj NW of NNW Nol N slee wekl ew 0 | No N w w w zo ONO | NW _|_NNO ng _ ro W W is zo NO NW gen EN N EN B De zo ONO | NW | NW SI NW | — | NO zw zo _— N_| NNW == | _NW o z z ils 20 ONO IE NW 1 NW o z Zw es Zo 0 NO N 1 z 2 pie w wh 20 0 0 Ee 0 N Re de kaas: a 20 0 0 NW re NW NW hb NO NO zo 0z0 020 N NW NW 20 Zw zo zo 020 0z0 en N N ERE NO NO Zo 0Z0 VAN Z20 Be 0 zo 0 o 0 zo zo 10 zo nnn 202 APRIL 1886. APRIL 1886. REGENVAL. WINDRICHTING. b 22 7 Bt 2 6 Ed wl 5 A Saparoea. Sa Br Meek = ER 85 E ENH a 3 vim. | jo | njm. SEE zE 2 = 2 te El 6 6: 5 0 Md 2 Es SI 842 1 _— z — 1 25 — 44 — 8 bl — U — VÀ w 2 17 50 — ais 5% Bi wel iz w 5 da Bf seed Hi —| bil - o w 0 A ee 8 De 5 ae 12 á bil 0 N o 5 19 98 — — il 24 Gr: —f 0 — 6 ne BA sd a | 81 NEEN N 7 14 12 1 _— we 19 Bd 0 0 8 5 Bi seer 140 4 ff te | OE ee 15 | 1 (22 8 ot Ord zak 1f0 108 Sa ie 18 30 ain Hf w w W 8! Gd st 16:1 ::20 2 5 AE wel ze — | 12 Ketel) ef 5018 IS =| 2 eijk 15 5 1 ed Me ed ll wi z — 14 je 61 65 zit 700 s 26| 15 — VA _— 15 65 4 1 RE) nn ES 59 | OR tion well (16 5 | 16 3) 40) == SE MTR eis lol EE el dell es 38 enof of of 48e: 642 16 zl Sn 10E zak ie 0 19 || 50 7 tl: DOE weed ech n 20 ll aedited 5t aj St en 21 N o — 21 En 17 9 40 — 46 | 22: N N 0 29 14 Shi 1 25 46 1 B 23| N N N BS 34 | 1| 54 | 62 8 2áll z N w 24 de en. 45 Dn 5 À 25 N N N 25 ue 10 95 Ie 49 | | o | o o EE RE fi 27 0 0 _— 27 IE 5 51 Hr DN, 4 29 — | 0 o 29 15 1 Te EEEN 10 15 Ë Off zapte (130 ren S= Totaal. 289 | 420 | 553 | 349 | 224 462 | 205 MEI 1886. WINDRICHTING. ; 10 11 20 | TD (Rusten) Oleh-leh. Poeloe Bodjo. Padang. vm. | n/m. | n/m. | v/m. | nm. | n/m. | v/m. | n/m. | n/m. | v‚m. | n/m. ; n/m 9 4 6: gr be 6 gr 2 6: ge Fe 6" ZZW | _NNO NW z w ww NW o z NO N NNO | NNW | ZZW | 20 NO Z { NO z o N NO N ZZW | 220 z z twel ZW NW. w_{ zo z zw | z {zw | zw | NO z N VAN 0 NNO z 0 0 N “{- NO z 0 L N VA ZZW z Ww NW 0 / nw. VAN zo ZW W NW | W w | n.wWij ZW 0 ZW { ZZW W Zw | NNW z VAN NO z o Zw Zw ZW | ZZW 0 Ar w |nw.l ZW o ZW { NNW | NW | ZW 1 z zo o zw | nw. z VAU W VAI zo zo ZW NO z NO ZZW z zzw | zw | 220 | NNO | ONO NO A 0 W W Z4W z o o N NO. Á z N ZW Zw | ZZW N NW N o z NO ZZW | _z0 Nw il wl w w N o zw | ZW W o W NW {| ZW z z NO z o Ld N Ww ZW Á À z 0 Zw Zw W o w Zw N VÀ VÀ NO 8 Zw W ZZW | ZW z zo 0 ZW A NO o W ZZW | ZW zo NW | ZW NW VA Zw | NW WZW | 220 N N N N nw. VÀ VAA Z20 N NNO | ZW o w w 0 N Z ZW | NW ZW wi w {WNW o NO À WZW Zw w | ZZW N NW NV o No NO W w zzw | ZW | NW NO | N.W: z ZW WZW ‚_NNO N NNW |_NO NNO | _NNO o 2 nw. WZW | zzw | ZW w | 020 zo w NO Z L L zo Zw | ZZW 0 zo N nw. Zw | ZW VA NO ww Zw zo zo zo NO VA ZW z z0 N ZZW | NW N NO NO VA 0 ZW ZZW W ZW 0 N NO nw VA ZW 204 MEI 1885. WINDRICHTING. 135 14 | 15 1 Poeloe Pandang. Benkoelen. Bengkalis. EN E: v/m. | n/m. | n/m. | v/m. { n/m. | n/m. | v/m. / n/m. | n/m. | v/m. | n/m. | na E Ge Ze 6 ge Ju 6" ge ge 6: Ge he 1 N ZW | ZW | NO z 0z0 VÀ W w z zw jw 2 o z z NO | WzZw[ 0zo | 2 w w | 220 { 240) MW 5 N Zw | z NO | wzw| zo N w w | zw} awj® All o Zo z o z Z0 z z wl zo 2 {8 sl o zl zwl o 2 zo z Wi Walk 2m 6 o | zw | zw | o Et orote w w z | zo| f 7 o ZW | _N NO w | 020 N w w | z20j 2Wj & 8|| No W N NO 2 zo z z w VNAD 1 Ll QU N zw | zw NO | WZW) 0 VA w w Zw 1 hd 10 || zo z z NNO | 020 z w W Z0 zoë lijf o Á z o 220 0 VA z w | 20 Li 12 w o z NO 220 | NO z % w zo zo {e 15 || N w. w 0 | WZW! 0z0 d z w z 4 u 1á|| N w w 0 {WZW{ NNW z z w zw | zwj 15 || Nw W 0 o w | NNW VA z We VJ 1 Do 16 || zo z z NO z zo z z 0 zo | 20 | 1 17 0 W z 0 z 020 z- 5 W zo zo id 18 | w 2 1 0 z | ozo |l z z z zo | 0 19} No w w o |wzwi zo 2 VA w zo 20 |E 20 o w w o w N 2 VA w zo sk 21 w w w NO | WNW| N z 2 w 20 20} 8 22 o EAR No |wzwl Nn 7 2 w | zzo | zo |! 25 o w w | ozo | z 020 z z w Z 40 24 Nw |l Nw l nw | o W_|_NNO 2 z w z Nd 25 || No w wl Nol Nw n V7 z N z | zwjt 26 o 0 zo o z 020 z z N zw | ZW 4 27 o w z 0 z zo z N N z zw |? 28I| zo zw | z 0 | ZZw | 0zo z N N z zp 29 || zo z z NO 2 020 z N N zo| wi 501 N N 0 0 Zw N z N Z L zo|} 51 0 NW | ZW | 0z0 z 0Z0 z N N zo zw? _ senden atntenaennes _ pna 205 MEI 1886. TING 16 17 D 3 Zandjons vl; ‚ ë Eiland Pandan. akke hoek. Java’s 1° punt. Nostäwachter: vm | 99e | n/m. { v/m. 19r n/m. | vm. | zg. | mjm. vm. | zoe | nim. _é 6-9 4e | ge 4 | gr 4 ‚0 n.w.l nw. ZW VA 4 N NO z z z zo _W W | WzZw zo zo z 0 NO z NO o o n.w. | ONO 0 o 0 0 o o 0 NO NO NO 0 0 o o o 0 0 zo 0 ONO o 0 n.w.{ ONO.| 0 w w | NO 0 o o 0 0 0 0 0 0 ONO o 0 NO o o o 0 0 0} 0Z0.{ zo o o 0 o o 0 0 BL 0} 0z0 | wzw 0 o z 0 0 o o o |:0 "wf 0 0 NNO o [wzwi o o o 0 o 0 220 | 220 NO zo | 0 0 o o zo 0 10 20 _o o o o 0 0 0 20 … © o w NW o z | 020 0 0 o Bk o 20 o o o o z0 zo| zo | ZW W | ZW 20 0 0 o zo 0 o 20 0 | o o ZW À Zwi w o zo zo | Zo 20 | 20 o Zo 0 N 0 20 20 o | zo Lo} z z ZW | Z 20 zo | 20 o o zo o o o 020 zo o 0 0 0 0 0 0 0 0 % AU 0 0 0 o no | no | nwe) NW. N.W. Of WZW o o NO z0 zo N 0 | 0 0 210 | ZO o zo | zo 0 No | zo o o o nw. n.w. 0 0 0 0 20 z 0 | 0 o nw, N 0 o 0z0 0 o o 0 | 0 o NNO N 0 o 0 o o o 0 o 0 nw. | ONO 0 o o 020 | ozo | ozo | ZW | ZW [ZW L ZZW o o 0 E z z w | w ww ZZW | ZZW z Z z z Ald ME À sn o 1 ZZW 0 o o z 5 VA VA | z z nw.l ZW NO | 020 o z z vÀ z z 20 Zo Z NO 0 o zo 20 | 20 NO NO NO zo | 0z0 z0 o o zo 20 | 20 NO NO | °NO 206 MEI 1886. W TING 15 4 19 Eiland | Batavia. Tjilatjap. El Í b 2 Edam. t vjm. | njm. { nm | v/m. | j2e | n/m. | vjm. | njm. nim. 2 | ge ge 6: 5: 6: ge ge | 1 WNW | NNo | ZZW | w | 020 | 020 | 2 oja 2 zzo | NNo | zw | w | 0ozo | 020 | # ond. 35 zzo | No | ono | zo { ozo | 0z0 0 ols + 020 0 0 w ozo | ozo | 020 | 0 | ® 5 ONO N NNW | WNW | 020 0 020 | 0 | nE. 6 ZW | NO N o 020 o 0zo | 020 | ® 7 ZZW | NO | ONO 0 ozo | ozo | 0zo | 20 | Ù 8 Zo N NO o | ozo.| ozo | ozo { 20 | ® 9 ozo | No | nxo | ozo | ozo | ozo | ozo | 20 | ® 10 NNo | ozo | oxo | ozo | ozo | ozo | ozo | 20 | ® 11 oz | _N | ono | ono | 0zo o |ozo{ 208 12 ozo |_N | nNo | ozo | ozo | ozo | ozo | 20 | ® 15 Ei ZZw | NNO | 0 no | ozo | ozo |zzw | oz | ® 14 S ozo | NNo | zw | Nn | ozo | ozo ; ozol 0 | ® 15 3 o [oro { o | ozo | ozo | ozo | zw { oe |® 16 Ee Nw | NNo | _N o | ozo | zo |zzw | zwj°® 17 S zzw| No | N o |ozol 2 |zawt on 18 hl NNo | ono | ono | ozo | ozo | ozo |zzw| © | 19 2 zo | ono | o | ozo | ozo | ozo | zo | © |\ 8 20 N Zo | NO o w_| 020 7 zo| 0 21 0zo | 20 o w | ozo | ozo | 20 ots 22 ozo | ono | No | wNw | 0z0o z zoj 0 23 no | No | nxo | ozo | ozo | zo | zw | ® | 24 0zo | nNo | x | ozo | ozo | ozo | zw | %0|% 25 WZW | _N N o | ozo{ zo | zw || 26 N N NNW | Ww 0 0z0 | ZW ot ee | Zo N | 22w{ No | ozo | zo | zw | ® | pi | ZZW | NO | NNO | w | 020 | 0z0 | ZW N f pis | 0 {| oN0 0 0zo | 0zo | ozo | 20 0 ei st | 0zo | oNo | No w 0z0 | 0z0 | ZW 10 oi hd 0zo | No NO w_| 0zo | 020 o OE 30% MEI 1886. WINDRICHTING. E 6 | 7 8 DI 8 Een | | te) | Soemenep. Bandjermasin. Bima. E n/m. | n/m. | v/m. | _n/m. | n/m. v/m. | n/m. | njm. | v/m. 12 n/m. Pl rel oel el gele 6 | 6 lj zw | N 0 gel st No |: 20: JN Wik (en Z NO N 20 220 10 N N 0zo | n.w.l Z | z 3 o 0 o 20 20 20 N 1 0 0 Zw | z0 8E 0 | ozo | o | zzo | zzo |.zo | No | zzw| No | z Re Ez | o 0 zo | zo | ozo | NNo | zzwl ozo | z | zw | zw 10 | zo N 020 | 040 0 NW | NO VÀ zw w 20 L 0 N 020 Z0 20 z zw | Zw w NW N ZW| o N Z0 20 o Zzw | ZZW | NO NO N NW 0 0 N o 0 020 0 020 | _NNO | NO z zo PjZZW| 0 No | ozo | ozo | © NO z | ono | No |: w | zw ZW | zo NO o 020 o o ZZW | NW z nw. nw. 3 0 NO 0 zo | zo o | zzwl nNo | zw { w | Nw 2 | NO [ No o | ozo | ozo | ono | No | zo o zo | nw. id N o ozo | 0zo o | ono | ozo | z0 zo z z Peo o ! ozo | ozo | o No | ZZw| N zwl wl w , 0 w 020 0 0 NNW | zzw | Z20 | n.w.| n.W.| ZW 8Wj 20 | zo | ozo | o zo | no | onof 0 zw | w | w had 0 0 020 | 020 o o NO NO z Zw | w EWI ON N zo | ozo | o | ono | zzw| o | nw.| nw} W - 0 NO 0 o o o | wzw{ 0zo | W N | nw. 0 | W | no o | ozol o | ozo | noxa | nwfew.j w{ 0 en 0 No | 0zo | 0zo o w | zzw | 220 z z zo : 0 NO | 0zo | zo zo | 020 o N A00 OE z Z | ozo | No | zo zo | 0 o | zzwl| zzo | n.w.| NW | n.w. ZW | no o Z0 20 o zw | zzw[ O0 nw} NW. N.W. 8 N NO | 0zo | 0zo 0 0zo | wzw| ZZW | n.W.| O n.w. 20 | o | NNw| ozo | zo 0 no | zzwl o N N N u N N N 020 o N ZZW | Z 0 vÀ VAN 5 0 NO { 0z0 20 20 zo | ZZW| N Zw | ZW z SNE 50 | no -|-zzo | 20 zo o N | zz0 z 0 o EW | Nw [ Nn | ozo | zo | zo | ozo | wzw|wawf nw. Z o nn | 208 MEI 1886. WINDRICHTING. 9 [ 23 24 25 Bonthain. Koepang. Amboina. 5 || Tontoli. Z|l vjm- | nm. | n/m. v/m. | n/m. | jm. f v/m. | z9s Sl ge | ae | 6 ge 2 | 6 | 8 | | | F0 50 NO ‚_ 420 20 420 2| NNO | NO 0 | 020 | 020 _n.w. Si 0 NO NO Ee 20 _ 020 bl o o o | “20 w $ bil 0 0 o ‚n.w.l zz0 ‚20 6 0 0 nw. 020 | zo ‘ 20 7 o 0 o ONO | NW | NO 8 o o NO o 6. PR 10 9 o o o o 0 020 101 No |’ zo NO 020 0 {020 1 n.w. 2 nw. 020 o 0 123|f No 1 nw. 4 0zo | ozo | 0 15|| No | No | o 5 0zo | o | ozo 14|| n.w.| 0 o S o o | 0 15| o o NO À 10 o { zzo 16 || n.w. | zo z0 & ‚020 | 0z0 | z 17|| No | No | nw. 5 | zo |wzw\| 220 18 |, No NO NO En __ 020 w nw. 19f/ NNO | NO NO = Eed o 020 20 | No 0 0 o 020 0 211 No NO NO 020 o 220 22| No o 0 0 020 | n‚w 25|| No NO N zo 0zo | 020 24 {| No NO NO o 020 | 020 25 || NO z NO 020 20 zo 26 No NO NO o NO 10 27 No NO NO 0 o o 28|| n.w.| zo Zw ONO o 020 29|i o 0 NO Gr 0 mr | 50| 0 0 o EN 020 51{/ No NO | nw. 020 « 0Z0 | z0 ! 209 MEI 1886. REGENVAL. MEI 1886 WINDRICHTING. leem | riiregatersiintesse geral IJs NEN NETTEN IEA R RA ERES CENRRRE RDD > uedefteg “wawoualampan JAN B el ale | SESSIE FRIS ERSERENR EFI SS |I IS Blu TER see, KEECCNEEETNKE CEN EEEN ENE E “twooqeroos E “wawouabanpm JAN U Ee: umg) vaesnermogsdetteEeeRARARRERRSn LE mn | Tiel zeideriidnrineaneitiieieankijk: ARIE GERNE AT ATEEIN É dé En rrd se E z 8 2 me gis ES “wawouobtpva Jor Z Ì jn ne wel. cheseas i de 210 JUNI 1886. WINDRICHTING. 10 1 20 12 ver Oleh-leh. Poeloe Bodjo. Padang. E E 8 vjm. {n/m. | nm. | v/m. { n/m. { n/m. { vm. { njm. | njm. | v/m. | nm nim, ele erret en ill w w | Zw | 020 | Nw N z Zw | w VÀ A 2 zw w W | NNW | zw z zo 0 ZZ0 | NO 2 | 3 W | w w | zo | NNo | zw z zzo | zzwjnwj DR eh B ee o Nw | _w z o | ozo | No zi bi W | w w z ZZW | Zw | zo o 0zo | nw. ZW | AW 6 W zw | w | Nw ii zw l zw l ro |! zw | w o | Zw |W 7 Nw | wrwl w z Zw | zzw | zzw| o | ono {| nw} z | ® 8 w | Nw | wl zw | zzwl zw | zo zo | zzo | No 2 | aw IE WNW | NW |W [NNW| w | w [no | z [wrwl nw.| Zwi d 101 wxw | _w W | NNO { Nw | zw | zo | ZZw| w zw 2 {0 11 w iwNwl w | Nw W ZW | ZZW | Zw w n.w.l Z id 12 wi swj wl wlzwizwl n lwzwl wl sol 2 l® 1351 w ‘ wzw z ZZW | Zz Zw z Zw | ZW o zzw| 0 14 N NW VA W { zZw| zw | zo zo 0 o Te 15 | zw | ZZW| w W | Zw | zw | zzo | zo | wzw| NO zj 16 w | w | zw N [NNW| w | zzo | zo | zo | no | 24W| t# KEES MEN ww aw ew ln Ianwl on o | zwls 18 z VÀ ZW | NW | Zw | zzw| No 0 No | ».w zj 19 z Z4W | zw w ZW | ZZW | _N N N no | ZZW 4 20} zzw| zw | w | zzwl zw | zw | zw | no | no lnwlzië SEN 7 220 w | Nw W | zzwl No NO NO not am d 22 ZZW | z Ww | 22w| w | zw | ro NO w 0 zi 25 Z Z W ZW | ZZW | zzw | zw z NO n.w.| ZW rd / ie z z ZW | Zw | zzw | 20 o ono | ono | n.w.| Z4W 5 | p{ Z ZZW Zw Ww Zw ZZW ww /À N NO Z ë it Lied rele z ZW | Zw | zw | Nw NW | Nw zws ë Z | 2ZW| zw | zw | no o | ono | No | 24W Rt 28 z w | zzw| N wl # box ld 0 0 ET 29 zzw\ zw | w | sw | zzw ZW | N | ozo | Nw ons ú 50 zzw | zw | w | zzw| zw | zw | zo w | Nw wie 4 E | E | | 4 | | __ 211 JUNI 1886. WINDRICHTING. ij e hel eee es So NRESSRNRENRERRENARSRARERSESSES =£ a A Ss | 8 & neeeeessesekeeseesenkeEEeRREeR =| rd NN NN NNNSNNNSNZNNNNN NS Nn Rn = bne s © I= eee dal Ee8SRERIEERERERERESRREERESES £& omonmosoRooocoocookesesoerNoonneesssesss ‚ S lez EIS E A EE Rae, 8 = EE & sesoeoconoooeoksococormosesokesosceensaR > del eeeReeeREEReLEeeeeesrRERREeERSS Si ee Keke k We Me Mete ik s sl koe) F7 ke 2 B JB z 2 E 8 A Banaat nebe ss 2 Rr 5 ‘BB “RB 5 2 £& voogookgesoeressvoogpsssopesssoges : z 2 TS dal sggnnnnnbnnnnEeErEEeEERBEESKES Za: ENE Ez EE BoB BEER [| NN NN N NO Ean ban | NS GZ ke) 25 es NS KP Rae NN EEn EERE SnEn En jet Ee ei PRE Mn a é z Âl 8 & anongnBkonoeBenBommgBooggoeEgSens hen REN un BU RD eek Dn OP EGO pens pre ia oe dd 212 JUNI 1886. W. TING PT ea 16 17 | 2 | / Tandjong Pandan Java’s Eiland chiniton). 1° Punt. Noordwachter. enennnnes | === E da he nim Vlakke hoek. vin. | ke njm vim. re ef 6 6: ge 4° gr 1 z ZZO. | 220 0 o 0 NO NO ot: 2 n.w.| zo | ozo zo | 20 Z0 o od 3 0 0 020 Kon z o 0 0 4lf ozo |} zo zo zo | zo zo 0 ow 5 0 o 020 0Z0 | 020 | 0z0 0 0 0 6 n.w.l n.…w.l O0 020 | 0zo | 0z0 o 0 0 7 ozo | o | ono 0zo. | 0zo | ozo | z zi 8 n.w.l 0 0zo 0z0 | 0zZ0 | 0z0 0 om 9 ozo t o o 0zo | 20 zo 0 og 10|| n.w. | zo | zo zoe, zo | zzwj Wd wite 1 z 4 zawl z zo … zo zo o og 12} zo 0 0 zo | Zo Zo NO N0 MN 15 ot ozo | o ES 20 | 20 zo o od 14|| 0 0 o 3 zo | zo zo o og 15 0 0 __f oNO 2 EO 4 20 Zo os On 16 || No o | 0zo En zo | zo Zo 0 od 17 o 0 0 3 zo zo Zo 0 0 0 18 ONO NO 0 2 zo Z0 z 0 0 Ald 19 o { ozo | ozo 3 0zo | 0z0 | zov) Ot OON 20|f oxo | o 0 = b : od ouk 21 o ONO | _oNo z Ne B ZW wijs ZW 22} nw. | n.w.} w zo zo 20 zo vjs 2 5 25 || nw. | ozo | n.w. zo zo zo zo z 24|| nw. | zz0o | zo zzo- | zzo | zzo | zo} 20 25 nw. o | ozo zo zo zo zo 0 26 | zzo | zzwl z dod 20 zouk zouk 8 27|| zzo 0 0z0 o ho o 0 28 || ozo ‚ zo o ode ks 0 0 29|f zo 20 zo zo zo | zo | NO Ë 30} ozo | o | nw. 0 N | N_|ozoe}. © | sk 215 JUNI 1886. WINDRICHTING. Ee _ | 4 | 19 5 6 Eiland Batavia Tjilatjap. Soerabaja. Sembilangan Edam. _ {Observatorium | v/m. | jg. | n/m. | v/m f mjm. n/m Madoera. 5 6" ge 2 6: wzw | ozo | ozo | o | 0zo { 0 ozo | ozo | ozo | zo | 0z0 , 0 0zo | ozo | 0z0 | 20 o 0 ozo | ozo | 0zo | n.W.| ZO 0 | 0zo | ozo | 0z0 | W o Ors | ozo | ozo | 020 | n.w.| ZO Ö: df ozo | ozo {| zZz | nW.| ZO 0 | w_{ 0zo | ZO Zo 0 0 ol No | ozo | 0z0 | 20 0 bd 0Z0- | 0Z0 | 0Z0 w NW Dn ozo-| ozo-| ozo-| zon} 0 | 0 À ozo- | ozo { 0Z0 | NW | 0Z0 | 0 8 ES ozo | ozo | ozo-} zo | 0 | 0 ES S 3 wij 0zo{ Z NW| ZO 0 E 8 S w | ozo! 0zo | 20 { 020 | 0 ES ri A 8 S S 0zo-| ozo | 0zo | NW | 0 0 ES z S 0zo | 20 z w 0 0 5 kj 5 0zo | ozo | 20 w 0 o 5 = NL 0zo | 0Zo { 0Z0 W o 0 ‚3 iS ozo-| zoe} Zoef W o o = ozo | ozo | 020 | W 0 0 ozo-| ozo | 020! Ww| NW | NNO ozo | ozo | ozo | n.w.| 0Z0 | O ozo | 0z0 | Z w o 0 ozo | 0zo | 020 | W | © o 0zo | ozo-} 0zo | Wij © o 0zo | 0zo | 0Z0 | W 0 o 0z0 zo zo Wp 0 NW. 0zo | ozo- | 020} W{ © Öl 0zo | ozo | 0zo | WS 0 od | a 214 JUNI 1886. W TING Bn 8 | WR ARIE 9 a veermr vereren weken de Ede | Soemenep. ‚Bandjermasin. Binia | Bonthain. Í Í — 5 Ee | Zj v/m. | n/m. { nfm. ‚ v/m. | njm. |_ním. | v{m. | zg: | o/m | v/m. | njm. & ge Ju 6 | ge Ju | 6: | u 6: | 9 Je gal | | | Ee | ijf zzo | zo | ozo | oxo | ozo | ozo | nw. z o | sof 2|| zzo | zo 0 | zZw{ zw | zzo | 0 zo Z No | NO | BE 5 | 420 0 00 NW | 220 5 EE NO | NO { % || zo | ozo ! o ! o| zw | zo A 0 z [mt 5 0 {| ozo | o | 0zo | zo ; Nw A nn Z Ee: 6|| zzo | o | ozo | o KOR SO) Beb 21% No j om Zj 220 | zo | ozo{ o-fzawl zo| z | zo | zo | No | ow 8| zzo | zo 0 NO | NO o zo| zo | zo | 20 oi 9 || zzo 0 0 | NNW | Z 420 vÀ ZW | 20 No | NO ® 10! zzo | 0 o [zzw | zzo | z z En No | Z0 ed 11} ozo | zo 0 20 VÀ zo Z Be n.w.| No {Mm TAN 020 | BO oop Lt zoe zó z z {zo | NO { KN 15 | ozo | 0zo 0 o 220 z 20 zo z 0 ol 1á|| zzo | ozo | 0 zo { zo | zo | zo Z zo {| sj 15|/ ozo | zo 0 20 20 zo z z z NO No, & 16 |, o ozo | 0 zo zo o z VA VÀ no | 20 { © 17! ozo zo 20 0 0 zo 220 20 20 | NWA rde 18 zo zo 0 0 | ZZW | NO z z zo 0 D pa 19 | ozo | zo RE 20 20 zo Zo zo zo NO No 18 20} ozo | zo | © ZO | ZZW | 0z0 z z o zo | 0 21|| ozo | zo ‘ o NO NO 20 zo o z n.w. | 20 22|| ozo | zo ORE NW w NO z zo zo | n.w.j 20 35|| 220 | zo | OL Ni zw o o 0 0 No | NO 24 220 | zo | 0 N '| zo| no o zo z no { 20 25|| zzo | zo | 020 | ONO | zo | zzw z z zo NO N 26 || ozo 0 0 ON0 | 0 0z0 Zo 2 V) NO N 37} 0zo | zo | o.| N NO | _N z z z o No fa 28 ozo | zo | zo | ono zo! zw| z°{ zo| zo| sol on 29 N NW | N NW | NO | Nw Ke z o 0 ó 30 N Ro NO | 020 | n.w.| ZW | Zw L so tg | | | En | | | _ …. 8 215 JUNI 1886. TING 2 24 | 25 | 2 Tontoli. | | | v/m. | n/m. | n/m. | vjm. | 9u n/m. | vjm. | 9e n/m. we SR AE 6: | 6 6: | en | | zo | 0 0 | 20 o 0 Zw z VÀ ‚ 0Z0 B | nw. zo en 8 A ZW | 0Z0 | 020 lo inw.lnw.lnwinw.| Z z L_® | zo | z0 zo o o ‚nw. z Zw | 0Z0 | 20 | zz0 {n.w.| 0 o ZW À Zw | 20 { 020 AU nw. | nW.| N.W. | ZW L zw | ozo | zzo | nw. O oi zw/ zZz | nw. 0Z0 | ZO ZZ0 | N.W. | ZO Mn /À Zw Öt0 zo | n.w.l n.w.l nw. ZW z Zw o | o |ozof 0 6 | zojswj rj Oet 20 zo zo | o 1 zw | zw |W. 0zo « 0 zo | n.w.l nw. | nw. ZW | ZW | ZW 3 0zo | ozo | ozo | n.w.|nw.|juw.| ZWJ Z z ES o | ozo; zo |nw.jnw.|lanw.| Z sw S 0 o zo { zo {0 odnw.l z N 2 o | o | 220 ‚nw. zo | uw. | ZW | ZW ES o {| 0z0 | 20 en |_20 zo Zw o | nw. ae Et, ozo | Sew KO MN: 0 Zw 2 0 ot ozor Bike pe ews) AP o o zot GR | n.w.l nw. | NW.| 2 Zw oto oi roep o zo | 20! | z0 oi nw.l £ Z ozo | zo | zo | ZW | zw | 20 zw | ZZ z zo zo | zzo { 20 | ZO 20 Z | z | VA RNR zo | n.w.| ZO o zw { 2 | Zw o o zo zo 20 zo | n.w. | Sick 0 020 | zo naw. nw.l nw. |NW.: Z En 0 o | zo zo VAD 0 EO Ed o 0zo | 0zo | n.w.| N.W. | ZO Ke 0 o o {nw.|n.w.} ZO zw | ZW : ZW n Bee | nnen Í í | 216 En er > Z. [Sa Kele) » latifrons, Sharpe. Onychaëtus malayensis, Reinw. Cuncuma leucogaster, Gm. Polioaëtus ichthyaëtus, Horsf. » humilis, M. & S. Pandion haliaëtus, L. Spilornis bacha, Daud. Poliornis liventer, Temm. » indica, Gm. Pernis ptilorhyncha, Temm. Machaëramphus aleinus, Westerm. Milvus affinis, Gould. Baza jerdoni, Blyth. Haliastur indus, Bodd. Elanus hypoleucus, Gould. Spizaëtus caligatus, Rafíl. » alboniger, Blyth. » limnaëtus, Horsf, » kienerii, Gerv. Astur trivirgatus, Temm. Accipiter virgatus, Reinw. Circus spilonotus, Kaup. Micronisus soloënsis, Horstf. 4 lt ot or 1 pa keen _ PP ne, ) ot OT OI 1 haf > dei enn go . 224 FAM: STRIGIDAE. Ninox borneënsis, Bp. » Japonica, T. & S. Scops lempiji. Horsf. » _ rufescens, Horsf. Bubo sumatranus, Ral. Ketupa javanensis, Less. „_Giccaba leptogramimica, Temm. » __seloputo, Horsf. Phodilus badius, Horsf. Slrix javanica, Gm. ORD: PSITTACI. FAM: PSITTACIDAE. Palaëornis longicauda, Bodd. > javanica, Osb. Psittinus incertus, Shaw. Loriculus galgulus, L. ORD: PICARIAE. FAM: TROGONIDAE. Pyrotrogon erythrocephalus, Gould. » diardi, Temm. » kasumba, Ral. » duvaucelli, Temm. Orescius gouldii, Sws. FAM: CAPITONIDAE. Chotorea corvina, Reinw. : chrysopsis, Goff. » versicolor Raffl. de » … borneënsis , BIJ. (subspecies) 7 mystacophanus, Temm. 225 Xantholaëma duvaucellit, Less. Caloramphus fuliginosus, Temm. FAM: PICIDAE. Dendrotypes analis, Horst. Den auritus, Evt. aurantiiventris, Salv. » ramsayi, Hargitt. » fusco-albidus, Salv. » picatus, Hargitt. Xylolepes validus, Reinw. Hemicercus sordidus, Eyt. Lepocestes porphyromelas, Boie. Chrysocolaptes strictus, Horsf. Callolophus puniceus, Horst. » mentalis, Temm. » malaccensis, Lath. Gecinus vittatus, Vieill. Alophonerpes pulverulentus, Tenun. » fischeri, Brügg. Thriponax javensis, Horsf. Tiga javanensis, Ljungh. Gauropicoïdes rafflesii, Vig. Meiglyptes grammithorax, Malh. » tukki, Less. Mieropternus badiosus, Temm. Sasia abnormis, Temm. FAM: INDICATORIDAE. Indicator archipelagicus, Temm. FAM: CUCULIDAE. Heterococcyx neglectus, Schleg. Chrysococcyx basalis, Horsf. » xanthorhvnchus, Horsf. Surniculus lugubris , Horsf. 106. 107, =_t 226 Penthoceryx pravatus, Horsf. Cacomantis merulinus, Scop. » sepulcralis, S. Mull. Hieracocoecyx strenuus, Gould. » fugax. Horsf. Cuculus himalayanus, Vig. » _…eoncretus, S. Mull. » canorinus, Cab. & Heine. Coceystes coromandus, L. Eudynamis malayana, Cab. & Heine. Rhynortha chlorophaea, Raf. Rhopodytes elongatus. Mull. » borneënsis. Bp. » sumatranus, Rafi. Rhamphococcyx erythrognathus, Hartl. Zanclostomus javanicus. Horsf. Carpococcyx radiatus, Temm. Centrococcyx javanensis, Dum. »__£ _eurycércus, Hay. FAM: BUCEROTIDAE. Anorhinus galeritus, Term. Hydroeissa convexa, Temm. he albirostris, Shaw. » malayana, Rafi. » nignirostris, Blyth. Rhytidoceros obscurus, Gm. Cranorhinus corrugatus, Temm. Buceros rhinoceroïdes, Temm. Rhinoplax seutatus, Bodd. FAM: UPUPIDAE. Upupa epops, L. FAM: MEROPIDAE. Merops philippinus, L. marsen 108. 109. hek ek nn pk to 1 19 LO be 1 DP or NE Merops bicolor, Bodd. Nyetiornis amiecta, Temm. FAM: ALCEDINIDAE. Alcedo bengalensis, Gm. » ___meninting, Horst. » ___euryzona, Temm. Pelargopsis leucocephala, Gm. Ceyx innominata, Salv. »_dillwyni, Sharpe. Callialeyon coromanda, Lath. Entomobia pileata, Bodd. Caridagrus concretus, Temm. Sauropatis chloris, Bodd. » sancta, Vig. & Horst. Lacedo melanops, Temm. FAM: CORACIIDAE. Eurystomus orientalis, L. FAM: EURYLAEMIDAE. Calyptomena viridis, Rafll. Eurylaëmus javanicus, Horsf. » ochromelas. Rafi. Cymborhynehus macrochynehus, Gm. Corydon sumatranus, Raff. FAM: PODARGIDAE. Batrachostomus cornutus, Temm. » auritus, Vig. stellatus, Gould. » adspersus, Brugg. FAM: CAPRIMULGIDAE. Lyneornis temminckii, Gould. Caprimulgus affinis, Horst. Ns on et en st End 146. 147. mas or hind ie 228 Caprimulgus salvadorii, Sharpe. » arundinaceus, Jacq & Puch. » macrurus, Horsf. » concretus, Bp. FAM: CYPSELIDAE. Cypselus subfarcatus, Blyth. » pacificus, Lath. » infumatus, Sclat. » lowi, Sharpe. Collocalia fuciphaga, Thunb. » linchii, Horsf & Moore. Dendrochelidon longipennis, Rafin. » comata, Temm. Hirundinapus giganteus, Hasselt. Chaetura coracina, S. Mull. ORD: PASSERES. FAM: HIRUNDINIDAE. Hirundo gutturalis, Scop. »___javanica, Sparrm. Delichon dasypus, Temm. FAM: MUSCICAPIDAE. Siphia erythaca, Blyth. » __obscura, Sharpe. Muscicapa mülleri, Temm. Alseonax latirostris, Raffl. Cyornis elegans, Temm. » banyumas, Horsf. » rufifrons, Wall. » beccariana, Salv. » cyanopolia , Boie. » turcosa , Brügce. Stoparola thalassinoides . Cab. ‚. ® 229 Xanthopyga cvanomelaena, Temm. » narcissina, Temm. Hypothymis azurea, Bodd. Schwaneria coerulata, Temm. Culicicapa ceylonensis, Sws. Leucocerca javanica, Sparrm. p perlata, S. Mull. » euryura, Mult. Terpsiphone affinis, Hav. Philentoma pyrrhopterum, Temm. » velatum, Temm. FAM: ARTAMIDAE. Artamus leucorhynchus, L. Anais clementiae. Less. FAM: CAMPEPHAGIDAE. Pericocrotus ardens, Boie. » igneus, Blyth. » peregrinus, L. cinereus, Lafr. Lilse terat, Bodd. » __ timorensis, S. Mull. » __ nyethemera, Temm. Volvoeivora schierbrandii, Pelz. » plumbea, S. Mull. …_ Graucalus sumatrensis, S. Mull. Irena criniger , Sharpe. FAM: DICROURIDAE. Chaptia malayensis, Hay. Chibia borneënsis , Sharpe. Dicrourus stigmatops, Sharpe. » __ annectens, Hodgs. Dissemurus brachyphorus, Temm, te beo Le Tr or or 1 oe te Le be bo te Le „ enal te 1 Le nd 9 a] meen: 250 Arachnothera eytonii, Salv. » modesta, Eyt. » robusta, M. & S. » longirostra, Lath. » erassirostris , Rchb. FAM: MELLIPHAGIDAE. Zosterops parvula, Jacq & Puch. » melanura, Temm. Iora typhia, L. » scapularis, Horsf. »__ chloroptera, Salv. (2) »__viridissima, Bp. Phyllornis sonneratii, Jard & Selb. » eyanopogon, Temm. » icterocephala, Less. » cochinchinensis, Gm. » viridinucha, Sharpe. FAM: BRACHYPODIDAE. Trachycomus ochrocephälus, Gm. Pyenonotus analis, Hors. » gourdini, G. R. Grav. » plumosus, Blyth. p pusillus, Salv. Rubigula montis, Sharpe. Ixidia squamata, Temm. »___paroticalis, Sharpe. Brachypodius melanocephalus, Gm. Microtarsus} melanoleucus, Eyt. Hemixus malaccensis, Blyth. Triehophoropsis tvpus, Bp. Tricholostes minutus, Hartl. Criniger gutturalis, Müll. » susanii, Müll. 251 FAM: LANIIDAE. Myiolestes obscurus » Horst. Tephrodornis gularis, Rafil. Hvloterpe griseola, Blyth. Lanius bentet, Horsf. » ____cephalomelas, Bp. > schwanerii, Bp. » magnirostris, Bp. Pityriasis gymnocephala, Temm. FAM: PARIDAE. Dendrophila frontalis, Horst. Parus sarawaccensis, Sclat. FAM: NECTARINIIDAE. Prionochilus percussus, Temm. » xanthopvgius, Salv. > thoracicus, Temm. » maculatus, Temm. » „everetti, Sharpe. Dicaeum nigrimentum, Salv. » trigonostigma, Scop. » chrysorrhaeum, Temm. flammeum , Sparrm. » pryeri, Sharpe. Cyrtostomus pectoralis , Horst. Hypogramma nuchalis, Blyth. Arachnophila simplex, Mull. Aethopyga siparaja, Rafll. » chalpogon, Rchb. Neetarophila hasseltii, Temm. Chalcostetha insignis, Jard. Anthreptes malaccensis, Scop. Chalcoparia singalensis, Gm. Arachnothera chrysogenys, Femm. 252 Criniger phaeocephalus, Hastl. ED diardi, Temm. p ruficrissus , Sharpe. » finschii, Salv. » tristis, Blyth. lole olivacea, Blyth. FAM: TIMELIIDAE. Pomatorhinus borneënsis, Cab. Timelia maculata, Temm. nigricollis, Temm. p poliocephala, Temm. Cyanoderma erythropterum, Blyth. » bicolor . Blyth. » melanothorax, Temm. Mixornis borneensis, Bp. » cagayanensis, Guillem. Herpornis brunnescens, Sharpe. Macronus ptilosus, Jard & Selb. Turdinus atrigularis, Bp. » leucogrammicus, Temm. Drymocataphus capistratoides, Temm. Brachypteryx umbratilis. Temm. » pyrrhogenys, Temm. » malaccensis, Hart]. Kenopia striata, Blyth. Trichixos pyrrhopygus, Less. Malacopteron majus, Blyth. » magnum, Eyt. p rufifrons, Cab. » ferruginosum, Blyth. | » rufiventris, Salv. 4 ” erythrote, Sharpe. ' Setaria affinis, Blyth. Á »___albogularis, Blyth. | »___ pectoralis, Salv. d Tl Ot or 1 1 Ken en se ot 1 ot Se Ee 255 Setaria cinereicapilla, Salv. Alcippe pyrrhoptera , Boie. Leiothrix treacheri, Sharpe. FAM: PITTIDAE. Pitta cyanoptera, Temm. » _ bertae, Salv. »___ mûlleri, Bp. » _ arcuata, Gould. » _ venusta, S. Mull. » __usheri, Sharpe. » granatina, Temm. » _ eoerula, Rafi. » _ baudii, M. & S. » __schwaneri, Temm. FAM: SYLVIIDAE. Phylloscopus xanthodryias, Swinh. » javanicus, Bp. » magnirostris, Blyth. Abrornis schwaneri, Blyth. Loeustella ochorensis, Middend. Gerygone flaveola, Cab. > sulphurea , Wall. Orthotomus No. ? Mott. & Dillw. à Labouan. » bornenensis, Salv. » cineraceus, Blyth. » ruficeps, Less. » atrigularis , Temm. Prinia superciliaris, Salv. Calamodyta doriae, Salv. Acrocephalus orientalis, T. & S. FAM: SAXICOLIDAE. Pratincola caprata, L. Kittacincla suavis, Sclat. eN pm = Pand or Ct Ct or Gr _ dd U ot bed jk des, _—_ es NG) se Sl Ol te _— Lo te er et to 1e NOT U ot et to to po NS OS © AD | A OT Tr Ol 1 A ad Lo TO et Ct O3 er CT Ot O1 mt O5 ° © kde) 1 254 Kittacincla strieklandii, Mott. & Dillw. Copsychus mindanensis: Gm. » amoenus , Horsf. » problematicus, Sharpe. FAM: TURDIDAE. Turdus pallens, Pall. » javanicus, Horsf, »_—__ hypopvyrrhus, Hartl. Monticola solitaria, S. Mull. Myiophoneus borneënsis, Sclat. FAM: MOTACILLIDAE. Henicurus rufidorsalis, Sharpe. » frontalis, Blyth. Calobates bistrigata, Rail. Budytes viridis, Gm. > cinereocapillus, Savi. Limonidromus indicus, Gm. Anthus hasseltii, Temm. » __gustavi, Swinh. FAM: ALAUDIDAE. Mirafra javanica, Horsf. » borneënsis, Swinh. FAM: FRINGILLIDAE. Padda oryzivora, L. » ___fuscata, Vieill. Munia maja, L. »_ atricapilla, Vieill.- » _ _malacca, L. »__leucogastra, Blyth. » __fuscans. Cass. Erythrura prasina, Sparrm. ot or or Cl TE SS A SE, eN id oi ne Mer Do St sl Sl St or OU or OU 1 Ss 5 st or Ct oe le} REN so eid Di St ze 255 FAM: STURNIDAE. Sturnia dominicana, Bodd. » daurica, Pall. Calornis chalybea, Hors. Gracula javanensis, Osb. FAM: ORIOLIDAE. Oriolus indicus, Briss. » consobrinus, Wardl. Rams. » xanthonotus, Horsf. Analcipus eruentus, Wagl. FAM: CORVIDAE. Platysmurus schlegeli. v. Pelzeln. » aterrimus, Temm. Cissa minor, Cab. Crypsirhina varians, Lath. Dendrocitta cinerascens, Sharpe. Platylophus coronatus, Rafi. > lemprieri, Nicholsen. Corvus validus, Temm. » tenuirostris, Moore. » __macrorhynchus, Temm. ORD: COLUMBAE. FAM: TRERONIDAE. Treron nasica, Schleg. » capellei, Tenim. » ___oxyura, Reinw. » vernans, L. » fulvicollis, Wagl. » olax, Temm. » pulverulenta, Wall. 256 565. Ptilonopus jambu, Gm. (2). > melanocephalus, Gm. (*) 564. Carpophaga aenea, L. (2). » badia, Rail. 565. » grisea, G. R. Gr. 566. » bicolor , Scop. FAM: COLUMBIDAE. 567. Spilopelia tigrina, Temm. 568. Streptopelia bitorquata, Term. 569. > dussumieri, Temm. 370. Macropygia tenuirostris, Gray. £). » ruficeps, Temm. 311. Geopelia striata, Linn. FAM: GOURIDAE. 572. Chalcophaps indica, L. 3515. Caloenas nicobarica, L. ORD: GALLINAE. FAM: MEGAPODIIDAE. 374. Megapodius cumingii, Dillw. FAM: PHASIANIDAE. 375. _Polyplectron emphanum, Temm. 576. » schleiermacheri, Brügg. 377. Argüsianus grayi, Elliot. 578. Euplocamus nobilis, Sclat. 579. » pyronotus, G. R. Gr. 380. Lobiophasis bulweri, Sharpe. FAM: ROLLULIDAE. 381. Rollulus rouloul, Scop. 582. Melanoperdix nigra, Vig. €). _Caloperdix oculea, Temm. 9 ee ouk à Pile de Palawan à Java et à Sumatra. 2357 Bambusicola hyperythra, Sharpe. Haematortyx sanguiniceps, Sharpe. FAM: PERDICIDAE. Rhizothera longirostris, Temm. Excalfactoria chinensis, Linn. ORD: GRALLAE. FAM: CHARADRIJDAE. Orthoramphus magnirostris, Geoff. Squatarola helvetica, L. Charadrius fulvus, Gm. Eudromias veredus, Gould. Aegialites peroniü, Temm. > dubius, Scop. » mongolicus, Pall. > geoffroyi, Wagl. Lobiovanellus tricolor, Horst. FAM: GLAREOLIDAE. Glareola orientalis, Leach. » isabella, Vieill. FAM: HAEMATOPODIDAE. Strepsilas interpres, L. Haematopus osculans, Swinb. FAM: SCOLOPACIDAE. Himantopus leucocephalus, Gould. Lobipes hyperboreus, L. Calidris arenaria, L. Limicola platyrhyncha, Temm. Pelidna subarquata, Gould. » alpina, L » __ acuminata, Horsf. 258 Actodromas albescens, Temm. » temminckii, Leisl. » salina, Pall. Machetes pugnax, L. Tringa crassirostris, T. & S. Tringoides hypoleucus, L. Totanus glareola, L. > calidris, Gm. » stagnatilis, Bechst. » glottis, L. > incanus, Gm. Terekia cinerea, Guldenst. Limosa melanuroides, Gould. » baueri. Naum. Pseudoscolopax semipalmatus, Jerd. Numenius arquata, L. major, T. & S » australis, Gould. » phaeopus, L. minutus, Gould. Gallinago megala, Sw. » scolopacina, Bp. > stenura, Kühl. Rhynchea bengalensis, L. FAM: RALLIDAE. Hypotaenidia striata, L. Rallina fasciata, Rafll. » fusca ,-L. » __rufigenys, Wall. Ortygometra cinerea, Vieill. Gallicrex cristata, Lath. Erythra phoenicura, Penn. Gallinula orientalis Horsf. 259 427. Gallinula frontata, Wallace. (°) 428. Porphyrio indicus, Horsf. 429. Fulica lugubris, Temm. FAM: PARRIDAE. 450. Parra indica, Lath. 451. Hydrophasianus chirurgus; Scop. FAM: ARDEIDAE. 452. Ardea sumatrana, Raff. (2). » _ cinerea, L. 455. » purpurea, L. 454. Demiegretta sacra, Gm. 455. Herodias torra, Buch, Hamilt. 456. » intermedia, Hasselt. 457. » nigripes, Temm. 458. Bubulcus coromandus, Bodd. 459. Ardeola speciosa, Horsf. 440. Butorides javanica, Horsf. 441, » macrorhyncha. Gould. 442. Ardeiralla flavicollis, Lath. 445. Ardetta sinensis, Gm. Ahr » einnamomea, Gm. (2). Botaurus limnophylax, Temm. (2). _Gorsachius melanolophus, Ratll. 445. Nycticorax griseus, L. FAM: CICONIIDAE. 446. Melanopelargus episcopus, Bodd. (©). Leptoptilos dubius, Gm. 447. » javanicus, Horsf. FAM: TANTALIDAE. (#). Tantalus lacteus, Temm. (2). Ibis melanocephala, Lath. mn 8 (°) Se trouve aussi aux îles de Florès et de Bourou. 448. 449, © Go 465. 240 [nocotis papillosa, Temm. Faleinellus igneus, Gm. ORD: NATATORES. FAM: ANATIDAE. Querquedula circia, L. > gibberifrons, Mull. Dendrocygua arcuata, Cuv. » vagans, Eyt. Nettapus coromandelicus, L. _ FAM: PELECANIDAE. Pelecanus roseus, Gm. » javanicus, Horsf. Fregata aquila, L. » minor, Gm. Graculus carbo, "L. . _Microcarbo salcirostris, Brand ygmaeus, Pall. Plotus melanogaster, Penn. Sula cyanops, Sund. Sula piscatrix, L. » fiber, L. Phaeton rubricauda, Bodd. FAM: PODICIDAE. Podiceps tricolor, G. R. Gray. FAM: LARIDAE. Puffinus leucomelas, T. & S. Gelochelidon anglica, Mont. wa nigra, L. hybrida. Pall. as faliginosus, Gm. 241 467. Onychoprion anaethetus, Scop. 468. » sumatranus, Rafi. (£). Gygis alba, Sparrm. 469. Sterna cristata, Steph. (5). » __ media, Horsf. (2). » __melanogastra, Temm. 470. Sternula minuta, L. 471. Anous stolidus, L. 472. » __melanogenys, G. R. Gray. Batavia, 1 Aoùt 1886. EINFACHE ASCIDIEN AUS DER BAI VON BATAVIA, VON Dr. C. Ph. SLUITER, KORRESPONDIERENDEM MITGLIRDE DER KÖNIGLICHEN AKADEMIE DER WISSENSCHAFTEN ZU AMSTERDAM. Obgleich die Bai von Batavia mit ihren Koralleninseln bei weitem nicht so reich an einfachen Ascidien ist, als zum Beispiel das Meer in der Nähe von Billiton, so habe ich doch im Lauf der letzten Jahre neun Arten von einfachen Ascidien erhalten, welche wohl alle neu für die Wissenschaft sind. Keine von diesen kommen aber häufig vor, andere, wie die Eugyra, nur an sehr bestimmten Lokalitäten, indem ich von mehreren, ungeachtet meiner zahlreichen Dredschungen in dieser Gegend, nur ein einziges Exemplar erhielt. Viel zahl- reicher hingegen sind auf den Korallenriffen die kompositen Ascidien, wenn auch die Artenzahl eine ziemlich geringe sein mag. Die geschwänzten Larven derselben schwimmen in zahlloser Menge in dem seichten Wasser der Korallenrife umher. Ich hoffe in einem folgenden Aufsatz diese kompositen Ascidien näher zu beschreiben. Im vorliegenden sind nur die neun einfachen Ascidien beschrieben. Eugyra bilabiata (n. sp.) Kak Ea OD} Aussere Kennzeichen. Körper etwa kugelrund. Die beiden Ôffnungen einander ziemlich nahe gerückt und mit den Siphonen in einer Hautduplikatur, welche sich willkürlich öffnen und schliessen kann, verborgen. Der Mund mit sehr kleinem Sipho ist sechslappig; die Lappen sind aber zu fingerförmigen Papil- len ausgezogen, und zwar so, dass zwei an der rechten Seite mehr als doppelt so lang sind, wie die vier übrigen. Im Leben können diese Papillen weit hervorgestreckt werden. Die Atrialöffnung mit langem Sipho, welcher schief nach dem Munde zu gebogen ist. Die Atrialöffnung kreisrund, ohne Lappen. Durch 4 etwas stärkere Muskelbündel im Sipho ist das ursprüngliche Vorkommen von 4 Lappen nur noch ange- deutet (Taf. III, Fig. 4). Die Körperwand ist fast glashell, so dass die Eingeweide deutlich durchschimmern. Nur die beiden Klappen sind an der Aussenseite mit zahlreichen Sandkörnchen besetzt, sonst ist der Körper glatt. Die Mittellinie des kugelförmigen Tieres wird bis 18 Mm. Die Testa ist dünn, gallertartig und glashell, nur an der Aussenseite der beiden Klappen mit Haftfäden versehen. Die Tunika ist sehr zart und nur mit schwacher Muskulatur versehen, welche nur im Atrialsipho etwas stärker ist, und zwar hauptsächlich die Längsmuskulatur, welche sich mehr oder weniger deutlich in vier Bündel gesondert hat. Der Kiemensack ist auch bei den grösseren Tieren zart, hat an jeder Seite 8 oder 9 Längsgefässe , zwischen welchen je eine Reihe von Infundibula vorkommt, so dass auch von letzteren 8 oder 9 Reihen in der Breite des Körpers vorkommen. 244 An der Bauchseite findet man von vorn nach hinten sieben, an der Rûückenseite nur fünf Infundibula. Die Doppelspirale hat etwa 10 bis 12 Windungen, also jede Spirale nur etwa 6. Die Quergefässe verlaufen ziemlich regelmässig zwischen den Infundibula, sind aber nur klein. Die radiären Gefässchen zwischen den Windungen der Infundibula sind sehr schwach, ungleich lang und nur spärlich verbreitet. An jeder Seite des Endostyls zuerst ein ziemlich breiter Streif ohne Infundibula, in welchem eigentùümliche, scharf von einander gesonderte, quer verlaufende Muskelbündelchen vorkommen, welche an den beiden Enden angeschwollen sind (Taf. III, Fig. 5—6). Die Dorsalfalte ist schmal und glattrandig. Die Hypophysealtuberkel ist sehr klein, mit abgerundeter oder mehr oder weniger rautförmiger Öffnung. Der Darm, an der linken Seite des Kiemensackes, macht eine ziemlich weite, fern nach vorn sich erstreckende ge- schlossene Schlinge, da der zurückkehrende Darm -den Magen berührt. Der After ohne Papillen. Die Tentakel sind zahlreich, von sehr verschiedener Grösse und vielfach verästelt. Es kommen 14 grössere vor, und dazwischen mehrere von verschiedener Grösse und Verästelung, bis zu ganz kleinen, einfachen. Die Abwechselung ist aber keine regelmässige, wie es hei E. kerguelenensis nach HerpMan mehr oder weniger der Fall ist. Die Portpflanzungsorgane, als eine einheitliche Masse an der linken Seite des Körpers, wo sie unter das letzte Ende des Darmes sich fortsetzend, sowohl in der geschlossenen als in der offenen Darmschlinge entwickelt und nur sehr lose an die Tunika verbunden ist. Das Centrum der ganzen Masse bildet das Ovarium, die Peripherie wird von den Hoden als verästelte Blindsäckchen eingenommen. Die Miere nur auf der Darmwand entwickelt, nicht als gesonderter Sack wie bei Molgula. 245 Diese merkwürdige Ascidie ist ohne Zweifel als eine Eugyra-Art anzusehen, wenn auch, so viel mir bekannt, noch nie eine Eugyra mit der obenerwâähnten Klappenvorrichtung beschrieben worden ist. Äusserlich ähnelt also diese Art einigermassen der Gattung Rhodosoma (Eur), indem bekanntlich auch dort die beiden Öffnungen von einer Duplikatur der Testa überdeekt werden. Während aber bei Rhodosoma der eigent- liche Körper cylindrisch ist und auf Steinen festgewachsen, und die Duplikatur wie ein Deckel geöffnet und geschlossen werden kann, liegt unsere Eugyra frei im Schlamm und sind die beiden Klappen beweglich, so dass sie sich recht gut mit einem Paar Lippen vergleichen lassen. Liegt das lebendige Tier ruhig auf dem Schlammboden meines für diese Schlamm- bewohner eingerichteten Aquariums, so öffnet es die beiden Klappen oder Lippen und streckt den Atrialsipho weit hervor, während der fast sitzende Mund nicht aus der Spalte hervor- gestreckt werden kann. Bei der leisesten Berührung zieht es aber den Atrialsipho zurück, und die beiden Lippen schliessen sich, so dass nichts mehr von den beiden Öffnungen zu entdecken und auch die Linie wo die Lippen einander berühren, nur schwer aufzufinden ist, da die Aussenseite letzterer mit- telst Haftfäden mit zahlreichen Schlamm- und Sandkörnchen besetzt ist. Es stimmt dies also in der Hauptsache wirklich mit dem Verhalten, wie es von Lacaze-Durnrens (!) be Rhodosoma callense beschrieben ist, überein, woraus sich ak ergiebt. dass der zweiklappige Mantel schwerlich als specifisch generisches Merkmal aufgestellt werden kann, wie es von dem berühmten französischen Forscher an der Sorbonne und nach ihm auch von Herven (2) gethan worden ist. Wenn also bei ganz verschiedenen Tieren diese zweiklappige Vorrichtung vor- kommen kann ‚ ist es wohl voreilig um, bloss auf dieses Merkmal gestützt, die ungenügend beschriebene Gattung Schizascus nnn (1) Lacaze Dornrens. Ann. d. Se. nat. 5° Série, T. IV, pag. 300. - (2) en armes der K. Ak. d. Wiss. zu Wien, Bd. 34, 1875, U Ab th. pag. 1 246 (Srimeson) und die Art Pera Huwleyt (MacponaLp) zu Rhodosoma zu stellen, wie es von Herrer gethan wird. Jedenfalls ist die von mir hier im Schlamm des Java Meeres gefundene Art eine Eugyra, und kann ich das Vorkommen der beiden Lippen nur als einen eigentümlichen Speciesunterschied anerkennen. Da bei Rhodosoma allerdings auch die innere Anatomie etwas von der von Ascidia abweicht, und ein Übergang zu Ciona zu sein scheint, kann die Gattung vorläufig stehen bleiben. Die KE. bilabiata ist aber in allen übrigen Hinsichten eine typische Eugyra. In den meisten Hinsichten stimmt sie mit E. kerguelenensis (Herpuan) (!) überein, äusserlich aber durch die beiden Lippen, und das Besetztsein derselben mit Schlamm und Sand leicht von ihr zu unterscheiden. Den Atrialsipho, welcher nach vorn gebogen ist, haben beide gemein, und die innere Anatomie ist in der Hauptsache dieselbe, nur der Kie- mensack stimmt mehr mit dem von E. arenosa (Hancock), wie derselbe von Lacaze Dururers (2) beschrieben ist überein. Hervorzuheben sind erstens die wenigen Windungen der Spirale jedes Infundibulums, und dann die eigentümliche Muskelbüudel an jeder Seite des Endostyls. Auch hei Z. arenosa kommen diese Bûndel nach der Abbildang und Tafelerklärung von Lacaze Dormiers vor, obgleich er derselben im Texte keine Erwähnung thut. Die Bündel bei E. arenosa sind aber in der Mitte angeschwollen, wodurch das Ganze spindelförmig aussieht, indem dieselben bei HE. bilabiata eben in der Mitte am dünnsten und an den beiden Enden angeschwollen sind. Dann sind sie bei E. arenosa mehr gruppenweise angeordnet, bei £. bilabiata mehr vereinzelt und zwar mehr oder weniger mit den Quer- gefässen korrespondierend. Zu dem Satz von Lacaze Durmrens ©): Jai constamment trouvé une série de petits cônes à droite el à gauche tout près du raphé antérieur. Dans ces deux séries (1) Herpuas. The voyage of H.M. S. Challenger, VL. Report ol in Tunicata (2) Lillie Durmens. Arch. de Zoologie esperimentale, T. VI, 1877, pag- 650. (3) Lacaze Doruiens 1, c. pag. 653. 247 le nombre des cônes est triple de celui des sèries voisines. Est-ce là un caractère de valeur spécifique ou de valeur générique? ist zu bemerken, dass bei unserer ZE. bilabiata jedenfalls diese dreifache Reihe nicht vorkommt, und die erste Reihe -an jeder Seite des Endostyls nur sieben Infundibula hat. Hernan hat leider von E. kerguelensis weder diese Eigentüm- lichkeit, noch das Vorkommen der Muskelbündel an jeder Seite des Endostyls mitgeteilt. Bei stärkerer Vergrösserung der Spiralen sieht man, dass der bewimperte Rand derselben deutlich wellenförmig gebogen ist, was davon herrührt, dass die Wimperzellen, welche besonders gross sind in der Mitte, wo immer der Kern liegt, stark aufgetrieben sind. Es ist dies nicht ein von den Reagentien hervorgerufenes Bild, da es auch bei Stücken des Kiemensackes aus dem lebendigen Tiere deutlich hervortritt. Ferner ist das Verhalten der beiden Offnungen zu beachten. Der Mund ist zwar sechslappig, aber diese Lappen sind zu 6 fingerförmigen Papillen ausgezogen, von welchen die zwei rechten beträchtlich länger sind als die 4 übrigen. Nach Lacaze Durmiens sind bei E. arenosa diese Lappen (festons) dreieckig und spitz. Herpman erwähnt dieselben gar nicht, und sie sind also bei Z. kerguelenensis wohl wenig entwickelt. Bei unserer E. bilabiata sind die Papillen sehr blutreich, und mit verhältpismässig starker Muskulatur versehen, so dass sie im Leben wohl willkürlich ziemlich weit vorgestreckt und wieder zurückgezogen werden können, was ich öfters am lebenden Tiere wahrgenommen habe. Die Atrialöffnung ist kreisrund, und Lappen oder Papillen sind äusserlich gar nicht ZU entdecken. Nur wenn man den Atrialsipho aufschneidet und die Innenseite unter dem Mikroskop betrachtet, sieht man vier etwas kräftigere Muskelstränge als einzige Andeutung der WSprünglichen vierzähligen Anordnung. Zuletzt bleibt noch von den Fortpflanzungsorganen zu erwähnen, dass sie sich in der Hauptsache verhalten wie bei E. arenosa. Die ganze Drüse bleibt aber immer klein, indem 248 das schmale, lang ausgezogene Ovarium von den zahlreichen, aber kurzen Hodenblindsäckchen umgeben wird. Zwar sind diese am Vorderende am meisten gehäuft, aber umgeben doch | das ganze Ovarium bis zum Ovidukt. Alle diese Blindsäckchen vereinigen sich zuletzt, wie gewöhnlich , zu einem Vas deferens. Es kommt diese E. bilabiata zwar nicht gerade selten, jedoch auch nicht eben häufig im Schlamm der Bai von Batavia _ in einer Tiefe von 6—10 Faden vor. Auch geographisch treten sie also als Vermittler zu ZE. kerguelenensis auf , welche bis jetzt so ganz vereinzelt im Süden bekannt war. Lange Zeit lassen sich die Tiere lebendig im Aquarium, das mit einem Schlamm- boden versehen ist, halten. Sie bewegen sich langsam im Schlamm umher, hauptsächlich des Nachts, indem sie am Tage ruhig mit weit geöffneten Öffnungen halb im Schlamm ver- borgen liegen. Diese langsame Bewegung im Schlamm habe ich auch an Molgula forbesi wahrgenommen. Ascidia diplozoôn (n. sp.) CTaf. I, Fig. I). Áussere Kennzeichen. Der Körper ist stark seitlich zusam- mengedrückt, mehr als doppelt so lang als breit. Die beiden Öffnungen nicht hervorspringend , wenn auch deutlich respektiv S- und 6-lappig. Die Oberfläche ist nur mit wenigen Fremd- körperchen, Sandkörnchen:, kleinen Korallen- und Muschel- stückchen besetzt, welche sich namentlich am Rande des Körpers etwas mehr häufen. Der grösste Teil aber ist glatt und glashell, so dass die Eingeweide deutlich durchschimmern. Die Tiere scheinen immer zu zwei in einem gemeinschaftlichen Mantel vorzukommen, und sind mit der ganzen linken Seite in leeren Muschelschalen oder sonst welchen hohlen Gegenstän- den, z. B. in der Innenseite zerbrochener Weinflaschen festge- wachsen. Die gleichnamigen Öffnungen der beiden Tiere sind àlso immer nach derselben Seite gerichtet. Länge des Körpers ungefähr 25 m. M. Die Testa ist mittelmässig dick, gallertartig und glashell. Die festgewachsene linke Seite ist nicht viel dünner als die rechte. Die Tunika lässt sehr leicht von der Testa los, ist mit ver- hältnismässig kräftiger Muskulatur versehen , welche hauptsäch- lich am Rande der linken Körperseite kräftige Muskelbündel bildet, welche sich in ungefähr gleicher Entfernung vom Rande plötzlich in mehrere Áste auflösen, wie es auch bei A. mentula und A. canaliculata vorkommt. Der Kiemensack is zart. Die Längsbalken sind dünn, so wie auch die Quergefässe, unter welchen aber, unregelmässig verbreitet, auch grössere vorkommen. Intermediäre kleine Quergefisse scheinen nie vorzukommen. Nur bei den Kreuz- punkten der Längs- und Quergefässe kommen kleine kolbige Papillen vor. Die länglichen Vierecke quellen ziemlich stark 250 nach aussen hervor, und in jedem kommen nur 2 Kiemen- spalten vor (Taf. II, Fig. 15). Die Dorsalfalte ist mit gezahntem Rande, aber nur sehr schwach gerippt (Taf. II, Tig. 15). Die Hypophysealtuberkel sehr einfach, ziemlich gross und mit hufeisenförmiger Öffnung (Taf. II, Fig, 13). Der Darm ganz in der hinteren Körperhälfte liegend, da die erste Darmschlinge nur wenig weit nach vorn ragt. Der zurückkehrende Darm legt sich dem aufsteigenden Teil fast unmittelbar an, so dass nur ein sehr kleiner , offener Raum von der Darmschlinge freigelassen wird. Ebenso bei dem Enddarme, welcher sich unten am Ende unter rechtem Winkel nach der Atrialöffnung umbiegt. After glattrandig. Die Fortpflanzungsorgane in der ersten Darmschlinge und auf der Darmwand entwickelt. Das Ovarium liegt hauptsäch- lich in dem vom Darme freigelassenen Raume und setzt sich in einen sehr geräumigen Ovidukt fort, welcher dem Enddarme sich anlegend, etwas vor dem After mündet. - Die Hoden- blindsäckchen sind ausschliesslich auf der Darmwand entwickelt. Die Tentakel etwa 50 an der Zahl, von zwei verschiedenen Grössen, die kleinen regelmässig mit den grösseren abwechselnd. Diese ziemlich kleine Ascidia-Art fand ich immer zu zweien zusammen an der konkaven Seite verschiedener Gegenstände, und zwar an untiefen Stellen der Korallenriffe, etwas unter der Ebbelinie. Beide Tiere liegen in der gemeinschaftlichen Testa, und sind durch eine dünne Scheidewand von einander getrennt. Die innere Anatomie bietet keine Besonderheiten, nur dass der Darm in den Hinterkörper zurückgedrungen ist, was in Verbindung mit dem Vorkommen von zwei Tieren in einem Mantel nicht ohne Interesse ist als Annäherung zu den lave- liniden. Obgleich die Tiere nicht gerade selten sind, so findet man sie doch auch nicht häufig auf den Korallenriffen in der Bai von Batavia. Ascidia liberata (n. sp.) (Taf. 1, Fig 2). Áussere Kennzeichen. Der seitlich zusammengedrückte Körper ist nur wenig länger als breit. Der Mund liegt am Ende eines undeutlichen breiten Siphos und ist achtlappig, die Atrialöffnung ziemlich weit und zwar mehr als die Hälfte der Körperlänge davon entfernt und sechslappig. Das Tier ist glashell, mit deutlich durchschimmernden Eingeweiden und fast ohne Fremdkörper, und liegt frei im Schlamm. Die Testa ist ziemlich dünu. gallertartig und glatt ohne Haftfäden und ohne Fremdkörper. Die Tunika ist zart, reisst überaus leicht und ist mit nur sehr schwacher Muskulatur versehen, welche nur bei den beiden Siphonen stärker ist. Der Kiemensach ist zart mit dünnen Längsgefässen. Die Quergefässe sind nicht von gleicher Grösse, aber die grösseren und kleineren sind unregelmässig verbreitet, ohne bestimmte Abwechselung. In jedem Viereck kommen vier oder fünt Kiemenspalten vor. Bei den Kreuzpunkten der Längs- und Quergefässe kommen ziemlich lange Papillen vor, welche an ihrem Ende kolbig angeschwollen sind (Taf. III, Fig. 2). Die Dorsalfalte ist glattrandig ohne zahnförmige Fortsätze, ziemlich breit und deutlich gerippt (Taf. III, Fig. 5). Die Hypophysealtuberkel in vier gesonderte Wülste geteilt, jeder mit gleichgeförmter Öffnung (Taf. III, Fig. 1). Der Darm greift nicht weit nach vorn. Die erste Darm- schlinge biegt unter rechtem Winkel nach der Dorsalseite über. Enddarm kurz. Von der ersten Darmschlinge wird fast kein Raum freigelassen, von der zweiten wohl (Taf. 1, Fig. 2). Die Fortpflanzungsorgane sind fast ganz auf der Darmwand 252 entwickelt, und zwar sind die Hodenblindsäckchen über den ganzen Darm verbreitet, das Ovarium hingegen ist nur klein und hauptsächlich nur an der Innenseite des Darmes entwickelt. Ovidukt und Vas deferens geräumig. Die Tentakel sind fadenförmig, sehr lang und dünn, alle ungefähr gleich lang und sehr zahlreich, etwa 60 oder 70: « an der Zahl. Es scheint diese Ascidie eine Ausnahme in ihrer Lebens- weise zu machen, da der Körper nicht festgewachsen zu sein scheint, sondern frei im Schlamm liegt. Wenigstens fand ich die Tiere, welche ich hier gedredscht habe, immer frei, nur mit einem Sehlammüberzug bedeckt, welcher aber nur sehr lose mit der Testa verbunden ist. Nie fand ich an der Testa eine Stelle, welche ein Festgewachsensein auf Steinen oder Mauschelschalen verriet. So viel mir bekannt; kommt dies nur noch bei A. involuta (Herven) und der nachher be- schriebenen Art A. limosa (Sr) vor, welche aber im Sande, nicht im Schlamm lebt. Ferner ist bei dieser Art der eigentümliche Verlauf des Darmes und die komplicierte Hypo- physealtuberkel hervorzuheben. Wir haben hier einen zweiten Fall von einer Ascidia vor uns, bei der die Òffnung des Hypophysealkanals in mehrere Schlitze aufgelöst ist. Die Tiere leben auf dem Schlammboden der Bai von Batavia in einer Tiefe von 6—10 Faden, sind aber ziemlich selten. In Aqua riumgläsern mit Schlammboden erhalten sie sich längere Zeit ganz gut, und sind eines langsamen Ortswechsels fähig. Ascidia nodosa (n, sp.) CTaf. 1, Fig. 3) Áussere Kennzeichen. Der Körper ist etwa dreimal so lang als breit. Der Mund liegt terminal und ist S-lappig, die Atrialöffnung 6-lappig und etwa 1/5 der Körperlänge davon entfernt. Das Tier ist mit dem grössten Teil der rechten Seite auf Steinen oder toten Korallenstücken festgewachsen. Die Oberfläche des Körpers ist stellenweise mit Sand und sonstigen Fremdkörperchen bedeckt, grösstenteils aber glatt. Die Eingeweide schimmern nur undeutlich durch. Die Farbe ist lichtgraulich. Länge des Körpers 5.5 c. M. Die Testa ist gallertartig, ziemlich diek, wenigstens an der rechten festgewachsenen Seite, wo sie auch fester, mehr knorpelig ist, als an der linken, nicht festgewachsenen Seite, Sie ist, obgleich mehr oder weniger durchscheinend, nicht glashell. Die Tunika lässt sehr leicht von der Testa los, ist an der rechten Seite mit verhältnismässig kräftiger Muskulatur ver- sehen, welche an den beiden Siphonen, von welchen nament- lich der Mundsipho sehr lang ist, noch kräftiger wird. Der Kiemensack ist sehr zart, da sowohl die Längsgefässe wie die Quergefässe sehr dünn, die Kiemenspalten aber sehr gross sind. In jedem Viereck kommen zwei, oder höchstens drei Kiemenspalten vor. Bei den Kreuzpunkten der Längs- und Quergefässe kommen keine eigentlichen Papillen vor, nur haben die Längsgefässe hier eine stumpfe Auftreibung, welche die gewöhnliche Papille vertritt (Taf. II, Fig. 8). Die Hypophysealtuberkel ist schleifförmig. Das linke Horn greift mehr nach vorn als das rechte, und heide biegen sich noch ziemlich weit nach hinten zurück (Taf, IL, Fig. 7). 17 254 Die Dorsalfalte ist glattrandig, schmal und nur undeutlich gerippt. Der Darm liegt im hinteren Körperteil. Die erste Darm- schlinge lässt gar keinen Raum frei, die zweite nur einen ganz kleinen. Der Enddarm kurz. Die Fortpflanzungsorgane nur auf der Darmwand entwickelt. Das Ovarium hauptsächlich an der Innenseite des Darmes, die Hodensäckchen über die ganze Oberfläche. Die Tentakel sind einfach, fadenförmig , ungefähr gleich lang und zahlreich. Diese Art bietet keine auffallenden Abweichungen, nur wat es eigentümlich, dass immer die festgewachsene Seite der Testa viel fester und dicker war als die freie, was bekanntlich sich gewöhnlich umgekehrt verhält. Es kommen diese Tiere, obgleich ziemlich selten, an den untiefen Stellen der Korallen- riffe in der Bai von Batavia vor. Ascidia capillata (n. sp.) CTaf. 1, Fig. 4) Áussere Kennzeichen. Der Körper ist ungefähr zweimal so lang als breit, mit gerunzelter Oberfläche, welche mit kräftigen Haftfäden versehen ist, wodurch das ganze Tier mehr oder weniger behaart aussieht und mit grösseren Steinchen und Korallenstückchen stellenweise bedeckt ist. Die beiden Öffnungen an der vordern Körperhälfte, nicht weit von einander entfernt, 8- und 6-lappig, beide sitzend. Farbe des Körpers graulich, die Eingeweide nur undeutlich durch- schimmernd. Die Testa ist ziemlich dick und fest, an der rechten Seite und vorn dicker und mehr knorpelig, an der linken Seite dünner und mehr faserig. Übereinstimmend hiermit auch die rechte Seite mehr durchscheinend als die linke, welche die Haftfäden trägt. Die Tunika ist zart und nur mit schwacher Muskulatur versehen, welche, wie gewöhnlich, nur bei den beiden kurzen Siphonen etwas kräftiger wird. Der Kiemensack (Taf. Il, Fig. 9) hat ziemlich kräftige Längsgefässe und ungefähr gleich breite Quergefässe. Die länglichen Vierecke sind nur wenig nach aussen aufgeschwollen, únd jedes hat regelmässig vier Kiemenspalten. Bei den Kreuzpunkten der Längs- und Quergefässe kommen dreieckige , kurze Papillen vor. Die Praebranchialzone ist mit zahlreichen kolbigen Papillen besetzt (Taf. Il, Fig. 10). Die Dorsalfalte (Taf. IL, Fig. 11) ist schmal, glattrandig, aber deutlich gerippt. Die Hypophysealtuberkel ist klein, einfach, hufeisenförmig (Taf. II, Fig. 10). 256 Der Darm ist lang , macht zwei grosse Schlingen, von welchen die erste ziemlich weit nach vorn reicht. Der Magen ist geräumig, der Enddarm “lang. Der After liegt noch etwas mehr nach vorn, als die erste Darmschlinge (Taf. 1, Fig. 4). Die Fortpflanzungsorgane in der ersten Darmschlinge und auf der Darmwand entwickelt, und zwar das Ovarium in dem von der Schlinge freigelassenen Raum, die Hodenblindsäckchen auf der Darmwand. Der Ovidukt und Vas deferens als ziemlich dicker, weisser Strang bis in die erste Darmschlinge zu ver- folgen. Die Tentakel sind einfach, fadenförmig, aber nicht sehr lang, alle von ungefähr gleicher Grösse und etwa 40 an der Zahl. Von dieser Ascidia erhielt ich auf meinen zahlreichen Exkur- sionen nach den Koralleninseln der Bai von Batavia nur einmal ein einziges Exemplar, welches auf einem Korallenstück in seichtem Wasser festgewachsen war. Auffallend ist die mehr oder weniger hehaarte Oberfläche, besonders wenn das Tier für einige Augenblicke aus dem Wasser genommen wird. Sonst hat das Tier wenig Auffallendes. Die Papillen auf der Praebranchialzone hat es mit mehreren Ascidien gemein (A. melanostoma, venosa, mentula , mamillata und involuta). a EEA Te: Ascidia limosa (n. sp.) CTaf. 1, Fig. €.) Áussere Kennzeichen. _ Der Körper nur wenig länger als _ breit, ziemlich stark seitlich zusammengedrückt. Die Ventral- seite konvex, die Dorsalseite konkav gebogen. Die 8-lappige Mundöffnung liegt terminal, die 6-lappige Atrialöffnung ungefähr in der Hälfte der konkaven Körperseite. Die Farbe ist licht- graulich, mehr oder weniger glashell, so dass die Eingeweide ziemlich deutlich durchschimmern. Der Körper ist nur sehr sparsam mit Fremdkörpern versehen, die rechte Seite ist fast ganz glatt, indem vorn und an der konkaven Dorsalseite die meisten Steinchen und Muscheldebris angeheftet sind. Das Tier liegt frei im Schlamm. Die Testa ist mehr oder weniger glashell, mit kleinen undurch- _ scheinenden Fleekchen , namentlich an der rechten Seite. Sie hat keine Haftfäden- und ist nur mit wenigen Fremdkörpern besetzt. An der rechten Seite des Körpers ist sie beträchtlich dieker als an der linken und auch fester. , Die Tunika lässt ziemlich leicht von der Testa los, ist aber zart und mit schwacher Muskulatur versehen, welche auch _bei dem Mund- und Atrialsipho nicht kräftiger wird. In der _ Umgebung des Mundes kommen kleine, rote Pigmentkörnchen in der Tunika vor. Der Kiemensack (Taf. Il, Fig. 1) ist ziemlich zart, mit schmalen, weit ins Innere desselben hervorragenden Längsge- fässen. Die primären Quergefässe sind zwar alle ungefähr gleich breit, aber nicht gleich weit von einander entfernt. Es entstehen hierdurch längere und kürzere Vierecke. In den kleineren Vierecken kommen 4—6 gleich grosse Kiemenspalten vor. Die grösseren Vierecke haben eine doppelte Reihe von kleinen 258 Kiemenspalten, und diese beiden Reihen sind durch ein schmales, sekundäres Quergefisschen von einander gesondert. Zwischen diesen kleinen Kiemeuspalten kommen aber immer einzelne, grössere Spalten vor, welche das grössere Viereck in seiner ganzen Länge durchsetzen, und wodurch auch die sekundäáren Quergefässchen in zwei Stücke geteilt werden. Bei den Kreuz- punkten der Längsgefässe und der primären Quergefässe kommen ziemlich lange, hakenförmig umgebogene Papillen vor. Bei den Kreuzpunkten der sekundären Quergefässchen sah ich solche nie. Die Dorsalfalte ist schmal, glattrandig, aber deutlich gerippt. Die Hypophysealtuberkel ist sehr klein und einfach gebaut, rundlich, vorn etwas abgeplattet. Dio Öffnung des Hypophy- sealkanals liegt an der vorderen, abgeplatteten Seite der Tuberkel, in der Form einer queren Spalte, mit sowohl vorn wie hinten eingebogenem Rande. Das Hypophysealkanal sehr deutlich bis an die Hypophyse zu verfolgen (Taf. IL, Fig. 2) Der Darm macht zwei geschlossene Schlingen, dadurch dass die erste Darmschlinge ziemlich weit dorsalwärts überbiegt, so dass der Enddarm dieselbe wieder berührt, indem der zurückkehrende Darm der ersten Schlinge den Magen ber DRE. Der Enddarm ist geráumig, der After glattrandig. Die Wortpflanzungsor gane in den beiden Darmschlingen uad auf der Darmwand entwiekelt. Das Ovarium an der Innenseite der Tunika, dort wo dieselbe von den beiden Darmschlingen freigelassen wird, und auch an der Innenseite des Darmes auf der Darmwand entwickelt. Die Hoden nur auf der äusseren _Darmrwand verbreitet. Der Ovidukt ist sehr weit. Die Tentakel sind sehr zahlreich, schr lang fadenfórmig und alle ungefäbr von gleicher Grösse. Es ist diese die zweite Ascidia, welche ich in der Bai von Batavia frei im Schlamm lebend auffand. Sie scheint aber, Wenigstens hier, sehr selten zu sein, da ich bis jetzt nur zwei Exemplare erhalten habe, und zwar aus einer Tiefe von — 8—10 Faden. Ascidia kuneides (n. sp.) CTaf. IL, Fig. Ss) Áussere Kennzeichen. Der Körper ist stark seitlich zusam- mengedrückt, nur etwa 1% mal so lang als breit. Die Mundöffnung erscheint Áusserlich vierlappig und liegt terminal. Die Atrialöffnung, etwa 5; der Körperlänge weiter nach hinten, ist nur undeutlich gelappt. Die Farbe des Körpers licht graulich weiss, die Eingeweide scheinen als eine dunkle Masse durch, ohne dass der Verlauf des Darmes zu sehen ist. Das Tier sitzt fast mit der ganzen linken Seite festgewachsen. Sonst ist der Körper ohne Fremdkörper. Länge 2 €. M. Die Testa ist ‘glatt, ganz ohne Fremdkörper, wo sie nicht festgewachsen ist, gallertartig und mehr oder weniger durch- scheinend. Der nicht festgewachsene Teil ist ziemlich dick , der linke festgewachsene aber verhältnismässig dünn. Es breitet sich die Testa am hintern Körperende noch ziemlich breit auf die Unterlage aus und bildet so eine Art Fuss. Die Tunika lässt leicht von der Testa los, ist zart und nur mit schwacher Muskulatur versehen, welche nur bei dem Mundsipho etwas kräftiger wird. Der Kiemensack ist ziemlich fest, da die Kiemenspalten klein und wenig zahlreich sind. Die Längsgefässe sind dünn, so wie auch die Quergefásse. Die primären sind alle ungefähr gleich breit, aber es kommt regelmässig in jedem Vierecke ein sekundäres Quergefässchen vor. In jedem Viereck kommt gewöhnlich eine grosse Kiemenspalte vor, welche also von dem sekundären Quergefässchen überbrückt wird, und dann kommen noch zwei kleinere hinter einander vor. Ofters kommen aber auch anstatt der grossen Spalte zwei kleine hinter einander vor, und alsdann finden sich also vier kleine 260 Spalten je zwei und zwei in einem Vierecke. Bei den Kreuz- __punkten der Längs- und Quergefässe kommen kleine, dreieckige Papillen vor (Taf. II, Fig. 5). Die Dorsalfalte ist schmal, am Rande mit zahnartigen Fort- sätzen versehen und gerippt. Die Hypophysealtuberkel (Taf. IL, Fig. 4) ist sehr einfach, rundlich, breiter als lang. Die Öffnung des Hypophysealkanals etwa halbmondförmig mit abgerundeten Hörnern. Die Prae- branchialzone ist mit ziemlich grossen unregelmässig geformten Tuberkeln versehen, welche dunkel pigmentiert sind. Der Darm ist ziemlich eng. Die erste geschlossene Schlinge greift nicht sehr weit nach vorn. Die zweite ist nach vorn offen. Der Enddarm ist sehr geräumig (Taf. II, Fig. 5). Die Fortpflanzungsorgane, wie gewöhnlich , auf der Darmwand und in der ersten Darmschlinge entwickelt. Die Tentakel sind lang, fadenförmig, aber nicht zahlreich, nur etwa 40 an der Zahl. Diese kleine Ascidie scheint auch nur selten vorzukommen, da iech nur ein einziges Exemplar erhalten habe. Eigentümlich ist das Verhalten der Mundlappen, da man äusserlich nur 4 Lappen _unterscheiden kann, obgleich allerdings in dem Mundsipho die Zahl 8 hervortritt, dadurch, dass deutlich 8 gesonderte Muskelbündel vorkommen. _Gewissermassen hat man hier also ein Gegenstück zu dem Verhalten, wie ich (*) es bei S/. captiosa (St) beschrieben habe. Da das Tier fast mit der ganzen linken Seite festgewachsen ist, kann man dusserlich von dem Verlauf des Darmes nichts sehen, und scheint nur die Tunika mit den Eingeweiden als eine einheit- liche, dunkele, etwas bläuliche Masse durch. Ferner sind die Tuberkeln anf der Praebranchialzone hervorzuheben. Es sind dies nämlich weniger Papillen, wie diese sonst öfters hier vorkommen, sondern ‘mehr domförmige Erhebungen, welche Ì) Sturen. Nat. Tijdschr. van Ned. Indië DI, 45, pag. 202, 261 mit zahlreichen, dunklen Pigmentkörnchen versehen sind. Auch in der Tunika und in den Gefässwänden des Kiemensackes kommen diese Pigmentkörnchen massenhaft vor, wenn auch nicht so gehäuft, als in den Tuberkeln der Praebranchialzone. Hierdurch wird selbstverständlich die dunkel bläuliche Farbe der durchschimmernden Eingeweide hervorgerufen. Der ganze Kiemensack bildet einen verhältnismässig festen Sack, da die Kiemenspalten klein und wenig zahtreich sind. Die Zellen, welche die Spalten umgeben, sind aussergewöhnlich gross, so dass eine der kleinen Spalten gewöhnlich nur 6 Zellen an jeder Seite hat (Taf. II, Fig. 6). _Das einzige Exemplar erhielt ich auf dem kleinen Korallenriff „Vader Smit” in der Nähe des neuen Hafens von Batavia, Tandjong Priok. Styela bicolor (n. sp.) (Taf 1, Fig. 5.) Äussere Kennzeichen. Das Tier ist etwa 112 mal so lang als, breit, nur wenig seitlich zusammengedrückt. Der Mund und die Atrialöffnung beide deutlich vierlappig und mit kurzen ziemlich breiten Siphonen, von welehen der Mundsipho etwas nach der ventralen, der Atrialsipho stärker nach der dorsalen Seite gekehrt ist. Der hintere Teil des Körpers ist bräunlich grau gefärbt und mit einer dünnen Schicht Sandkörnchen bedeckt, Die vordere Hälfte aber mit den beiden Siphonen ist milchweiss und glatt, ganz ohne Fremdkörper. Mit der hinteren, rechten Seite war das Tier auf einem Stúckchen eines Korallenastes festgewachsen. Die Testa ist mehr oder weniger lederartig, gberall ungefäbr gleich dick, am Hinterteil mit kurzen Haftfäden versehen , von ganz glatt. Die Tunika lässt leicht von der Testa los, ist aber dünn und nur mit schwacher Muskulatur versehen, welche auch bei den beiden Siphonen nur wenig kräftiger wird. Der Kiemensachk mit vier Kiemenfalten an jeder Seite. Zwi- schen der Dorsalfalte und der ersten Kiemenfalte kommen fünf Längsgefässe vor, sonst aber 7 oder 8 zwischen ZWE Falten. Die primären Quergefisse alle ungefähr gleich breit. In den Vierecken kommen nur 2 oder 5 Kiemenspalten vor, nur in dem ersten neben der Dorsalfalte gewöhnlich 4 oder 5. Fast regelmässig wird jedes Viereck von einem sekundäret Quergefässchen, welches die Kiemenspalten überbrückt, in zwelt Teile geteilt. ‚Die Dorsalfalte ist schmal und glattrandig. Die Hypophysealtuberkel ist etwa schildförmig, vorm etwas dane 265 zugespitzt. Die Offnung des Hypophysealkanals bildet einen fast geschlossenen Kreis, da das rechte Horn so weit umbiegt dass es das linke fast berührt (Taf. UI, Fig. 11). Der Darm (Taf. III, Fig. 9) macht eine erste Schlinge , welche nicht weit nach vorn greift und zurückgehend zum Teil auf dem Magen zu liegen kommt. Die zweite Schlinge ist nach vorn zu offen. Der Magen ist mit breiten Falten ver- sehen, welche ihn schon gusserlich ein deutlich gestreiftes Aus- sehen verleihen. Der Enddarm it im Verhältnisse des übrigen Darmes lang, und verláuft gerade nach vorn. Der After hat eimen_unregelmässig tief eingeschnittenen Rand (Taf. III, Fig. 10). Die Fortpflanzungsorgane an beiden Seiten der Innenseite der Tunika entwiekelt Die Ovarien an beiden Seiten als zwei lange Geschlechtssäckchen mit der Öffnung nach dem Atrialraum gekehrt. Die Hoden als zahlreiche verästelte Blindsäckchen um den hinteren Teil der Ovariensickchen gelagert, mit mehreren Offnungen versehen. Die Tentakel einfach, etwa 24 an der Zahl. Auch von dieser kleinen Styela habe ich bis jetzt nur ein einziges Exemplar in der Bai von Batavia gefunden. Cynthia rosea (n. sp.) CTaf. 1 Fig. 9). Áussere Kennzeichen. Der Körper ist unregelmässig tonnen- förmig, mit dem grössten Teil der Bauchseite auf Korallenstücken festgewachsen und den beiden Öffnungen nach oben ge- kehrt. Die Oberfläche ist ganz ohne Fremdkörper und unre- gelmässig gerunzelt. Die beiden Öffnungen deutlich vierlappig. Die Farbe des Körpers sehr lichtrosa mit dunkleren karminroten Pünktchen gesprenkelt. Auch bei den beiden Öffaungen sind die vier Lappen intensiver karminrot gefärbt. Die in Alkohol conser- vierten Tiere sind milchweiss. Die Eingeweide schimmern schwach durch. Länge bis zu 5 cM. Die Testa ist an der Rückenseite dick und lederartig, an der Bauchseite ziemlich dünn, gerunzelt und mit karminroten Pig- mentkügelchen versehen, welche zwar in der ganzen Testa überall vorkommen, aber sich doch auch zu zahlreichen Háuf- chen vereinigen, wodurch die Testa das pigmentierte Aussehen erhält. Die Tunika lässt leicht von der Testa los, ist mit der den Cynthien eigentümlichen Muskulatur versehen. * Auch hier sind die Pigmentkügelchen unregelmässig verbreitet, speciell in den beiden Siphonen zu vier Reihen angeordnet. Ferner kommen zahlreiche Kalkspicula in der Tunika vor von ungefähr derselben Gestalt, wie die bei C. pallida (Herven), nur ohne Verbindungs- schläuche. Der Kiemensack bildet einen ziemlich festen Sack. Es sind sieben, aber schmale Falten zu unterscheiden. Zwischen den Falten kommt entweder ein schmales, oder gar kein Längsgefäss vor. Die Kiemenspalten sind sehr klein, wenig zahlreich und nur in den mittleren Teilen des Kiemensackes mehr regelmässig 265 in Reihen geordnet, sonst findet sich nur hier and dort eine ganz kleine Spalte. Auch die Quergefässe sind sehr schwach (Taf. IL, Fig. 8). Die Dorsalfalte mit langen dünnen Fortsätzen versehen. Die Hypophysealtuberkel etwa eiförmig, nach hinten zuge- spitzt, an der Vorderseite mit mehr oder weniger regelmässig angeordnêten, breiten Wülsten. Die Öffaung des Hypophyseal- kanals an der hintern Seite der Tuberkel , als eine breite Spalte, deren Hinterrand dem Rande der Tuberkel folgt, indem der Vorderrand regelmässig eingeschnitten ist (Taf. III, Fig. 7). Der Darm macht die gewöhnliche, weite Schlinge; der Magen ist nur wenig weiter als der Übrige Darm. Die kortpflanzungsorgane an den beiden Seiten in der Form eines langen Schlauches entwickelt, welcher an der Tunika fest- gewachsen ist. Das Ovarium als ein nicht gelappter, breiter Schlauch in der Mitte, die Hoden als zahlreiche, gelappte Blindsäckchen um das Ovarium gelagert. Ovidukt und Vas deferens münden neben dem After. Die Tentakel sind vielfach verästelt und 20—25 an der Zahl. Von dieser merkwürdigen und schön gefärbten Cynthia habe ich auf dem Korallenriffe » Vader Smit” drei Exemplare von verschiedener Grösse erhalten. Das grösste war 5 c. M. lang. Längere Zeit hielt ich’ die Tiere lebendig im Aquarium, wo sie durch die schöne, zart karminrote Farbe ein recht anzie- hendes Schauspiel lieferten, da sie auch sehr lebhaft das Wasser durch die beiden Öffnungen aus- und einpumpten. Sind die Öffnungen geschlossen, so bildet sich ein geschlossener, kar- minroter Ring; sind sie hingegen weit offen, dann löst sich dieser in vier Bande ‚ welche mit den 4 Lappen übereinstimmen. Auch die Eingeweide schimmern am lebendigen Tiere deutlich durch, da sowohl die Darmwand, wie auch die beiden Seiten des Endostyls reichlich mit dem roten Pigment versehen sind. Das Pigment zeigt sich als regelmässige Kügelchen , an welchen 266 zwei koncentrische Kreise und ein dunkler Punkt im Centruni zu unterscheiden sind, und ist zahlreich in der Haut, auf der Darmwand und als eine doppelte Reihe an jeder Seite des Endostyls verbreitet. Im Kiemensack fehlt es. Die Kalkspicula sind denen von C. pallida sehr ähnlich, allein etwa doppelt so lang und ohne Verbindungsschläuche. Sie sind zahlreich im Gewebe des Mantels, in der Darmwand und in den Tentakeln verbreitet, fehlen aber merkwürdigerweise in den Gefässwänden des Kiemensackes. Der Kiemensack selbst ist auch abweichend von dem gewöhnlichen Verhalten der Cynthien gebaut. Es thut der Bau einigermassen an den von Sf. Herdmani (Sr) () denken, wenigstens was die Verbreitung und Grösse der Kiemenspalten anbelangt, nur ist die Anordnung derselben, wenigstens in der Mitte des Kiemensackes, etwas mehr regel- mässig. Auffallend ist es, dass zwischen zwei Falten gewöhn- lich gar kein, oder höchstens ein schwaches Längsgefäss vor- kommt. (1) Sturen. Nat. Tijdschr. Ned. Indië, Dl. 45, pag. 205. TAFEL [. Ascidia diplozoon (n. sp.) Ascidia liberata (n. sp). Ascidia nodosa (n. sp.). Ascidia capillata (n. sp). Styela bicolor (n. sp). Eugyra bivalvata (n. sp). Ascidia limosa (n. sp.). Ascidia kuneides (n. sp.) Cynthia rosea (n. sp.). TAFEL II. Kiemensack von A. limosa (n. sp.) Hypophysealtuberkel von A. limosa (n. sp.). Kiemensack von A. kuneides (n. sp.). Hypophysealtuberkel und Praebranchialzone von A. kuneides (n. sp.). Tier ohne Testa von A. kuneides (n. sp.) Kiemenspalte von A. kuneides (n. sp). Hypophysealtuberkel von A. nodosa (nm. sp.). Kiemensack von A. nodosa (n. sp.). Kiemensack von A. capillata (n. sp.). Hypophysealtuberkel und _Praebranchialzone von A. capillata (n. sp.) Dorsalfalte von A. capillata (n. sp.) Papille von der Praebranchialzone von A. capillata (n. sp.). Kiemensack und Hypophysealtuberkel von A. diplozoon (n. sp.). FNogelzang Lith. Pd en 1 Se Q Kk ) Ae UL Lat AST ú Aa 4 En î ì And Lef AAL De « st Reet etn ne nn 8 « oer B hm Ae sk $ 1e ge Fig. 1 Er. 9 Ee. 3 Fig. 4. Fig. 5 Fig. 6 Mg 7. Fig. 8. Fig. 9. Fig. 10. Fig. 11. Eme 19. TAFEL III. Hypophysealtuberkel van A. liberata (n. sp.). Kiemensack von A. liberata (n. sp.). Dorsalfalte von A. liberata (n. sp.). Mund- und Atrialsipho von Eugyra bivalvata be sp.) Endostyl und Kiemensack von Zugyra bivalvata (n. sp.). Kleines Stück vom Kiemensack von Eugyra bivalvata (n. sp.) stärker vergrössert. Hypophysealtuberkel von Cynthia rosea (n. sp). Kiemensack von Cynthia rosea (n. sp.) Darm von Styela bicolor (n. sp.). After von Styela bicolor (n. sp.). Hypophysealtuberkel von Styela bicolor (n. sp.). Tier ohne Testa von Styela bicolor (n. Jo WE ATR act eid ({ ME i ik / SE? 4 \ SEE | 4, per dees Ve sl wa nanmad kei 4 B Ph Sluiter del. INHOUD Derde Aflevering van Deel XLVI, klier bij het geslacht Adenir phis (Per.) door Dr. A. B. Mensen 4 Dresden (Uit rsdihg ge kön. Pr. kadeni der mrmenigen in Roderlanase- indie, April atis NEDERLANDSCHHINDIË, UITGEGEVEN DOOR HE KONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING — gn : s RE) VU ALGEMEEN ADVERTENTIEBLAD VAN Nederlandsch-Indië. Gratis Verspreiding DOOR É GEHEEL INDIE. TARIEF DER ADVERTENTIEN: Per vijf woorden ……….vnrerrerennrennnnn nn Ô Abonnementen voor één en dezelfde Advertentie — minstens worden aangenomen: E 2 x 's weeks geplaatst — Voor 5 maanden met Dj gj rabat bij voornitbetaling. î » 6 ) SEE Ë »__t jaar en langer 50 rden voor minder dan / 1 geplaatst. Seen Advertentien wo atsruimte. Groote letters Raar pla UITGAVEN VAN ERNST & C°. BATAVIA en NOORDWIJK. NATUURKUNDIG TIJDSCHRIFT. GENEESKUNDIG TIJDSCHRIFT. VEEARTSENIJKUNDIG TIJDSCHRIFT. HANDELINGEN DER N. 1. JURISTEN VEREENIGING. De. C. L. VAN DER BURG. De Geneesheer in N. 1. Deel len HI, 2e druk. A. G. VORDERMAN. Kritische beschouwingen over Dr. v. pn. BURGS »Materia Indica” tevens eene Bijdrage tot de kennis van eenige Inlandsche Geneesmiddelen. D. DRIESSEN. Bijdrage tot de Runderpest Geographie. 2 deelen. Dr. F. SCHNEIDER. Beri-Beri. H. MARS, kapitein paardenarts. De Voeding en de Voedsels van het paard in Nederlandsch Indie. d. C. BERNELOT MOENS. De Kina-Kultuur ia Azie. A. MIJER. De Agrarische verordeningen in Nederlandsch Indie, 5e druk. Mr. L. W.C. VAN DEN BERG. De beginselen van het Ma- hommedaansch Recht, 3e druk. DE REISBIBLIOTHEEK. en het Algemeen Advertentieblad van Nederlandsch Indie. Fe a ERNST & C-:. Batavia en Noordwijk. | Ee e Nn EE OE ee ged Pe RE NE NS Pd Z / / efb. « es De Ondergeteekende verzoekt plaatsing in het Algemeen Advertentieblad van Nederlandsch Indië, van achterstaande advertentie gedurende nd malen ADVERTENTIE. hk 3 é VULKANISCHE VERSCHIJNSELEN AARDBEVINGE N IN DEN 0. |. ARCHIPEL WAARGENOMEN GEDURENDE DE MAANDEN Januari — Juni VAN HET JAAR 1886, verzameld DOOR Dr. S. FIGEE en Dr. H. ONNEN, LEDEN DER AARDBEVINGSCOMMISSIE. me ge A. VULKANISCHE VERSCHIJNSELEN. Uit de Preanger Regentschappen zijn de volgende berichten van Vülkanische werkingen ingekomen. De Heer C. J. Armeroon (N°. 45) hoorde bijna de geheele Maand Januari onderaardsch geluid in de richting van den Gedeh, dat is oostelijk; terwijl hij in de vlakte van Tjitjoeroeg Was, werd dat geluid ook in westelijke richting vernomen, Waarschijnlijk van den Goenoeng Endoet, waar een paar jaa Sôleden een nieuwe krater werd gevormd. In Sebruari werden deze geluiden slechts op enkele dagen Waargenomen, te weten: op den 10°, gedurende den geheelen lag, op den 11e te 22e 59m, 92u 47m, 22" 49P zwaar in de 268 richting vau den Gaenoeng Endoet; op den 12er te 15" 54®, 16% en 16% 1e zwaar in dezelfde richting; op den 15° te 21° 15e en 29 45m in de richting van den Gedeh; op den 15e tusschen 5e en 6 zwaar; en op den 25°" den geheelen middag. De Heer P. Zeeer (N°. 71) te Aardenburg maakt melding van schoten of knallen, die door hem den 10°" Juni aanhoudend werden waargenomen van ’snachts 1“ tot ’s morgens 10" 507 met tusschenruimten van 20 à 50 minuten. De knallen waren echter niet. zoo zwaar als in Januari 1885. Op den 29eP Juni begon te omstreeks 17“ te Simagar een lichte aschregen te vallen, die een paar uren aanhield; den volgenden morgen zag alles er uit als of het geiijzeld had (be- richt van den Heer BE. J. Kerkmoven, N°. 68), terwijl de Gedeh eene verhoogde werking vertoonde door het uitstooten van zwaardere rookkolommen dan gewoonlijk (G. R. 12091/86). De vulkanen in Oost-Java, de Bromo, de Lamongan en de Semeroe hebben vooral in Januari en in April gewerkt. Volgens telegrammen van den Resident van Probolinggo (G. R. 451/86 en 92486) was de werking van den Bromo vooral op den 4e, ben en 6e Januari vrij hevig, zoodat zelfs ter hoofdplaats een lichte aschregen viel. In vele Tengersche desa’s oostelijk en noordoostelijk van den Bromo gelegen, veroorzaakte de aschregen belangrijke schade aan aanplantingen. Ook de Lamongan vertoonde in die dagen met tusschenpoozen verhoogde werking. Van 10 Januari af was de werking van den Bromo en de aschregen veel minder hevig. Overeenkomstige berichten werden ontvangen uit Pasoeroean (G. R. 994/86 en 995/86). De Heer A. Pa. W. Srconp van Bancuer (N°. 555) le Blitar maakt melding van eene eruptie (volgens gerucht van den Ken- 3 deng ten zuiden van den Semeroe) in den nacht van 25 Januari, waarvan het geluid te Blitar zeer hevig was vooral tusschen E 11° en 1% 50m, d Op 15 April begon de Bromo verhoogde werking te verto0: E nen, terwijl vuur uit den krater zichtbaar was (GR. 6708/86). q 269 Ld Op 21 April stortte een klein gedeelte van den kraterrand van den Lamongan in (G. R. 7079/86). Op 25 en 26 April moeten de Bromo en de Semeroe nagenoeg gelijktijdig vrij hevig gewerkt hebben. Door den Resident van Pasoeroean werd het volgende medegedeeld, dd. 50 April : » vol- „gens rapport van den Regent was de Bromo op 25 April in „werking. Onderaardsche geluiden als het rommelen van den „donder. uit de richting van dien berg komende, werden na „een poos gevolgd door kolossale rookkolommen. die met zand „gemengd uit den krater opwaarts stegen. Het zand, vermengd „met steenen, viel in den omtrek neder.” (G. R. 7956/86). De Heeren A. pr Srorprraan Jr. (N°. 590) en G. Kaurpacn (N°. 591) berichtten heiden verhoogde werking van den Semeroe, de eerste »van af 25 April”, de tweede vin den nacht van Maandag op Dinsdag”. d. i. van 26 op 27 April. Beide waar- nemers spreken van een zwaren knal, zooals er in het vorige jaar vele Ájn geweest, maar volgens den eersten berichtgever viel deze knal vop den 26 April om 6° 10”, volgens den twee- den »Dinsdag avond 6 uur”, dat is 27 April. De Heer pe Srorrrraan maakt nog melding van een onafge- broken gerommel, vergezeld van enorme vuurmassa’s, terwijl gloeiende steenen naar alle kanten weggeworpen werden. Na den knal werd het rommelen zeer veel minder en, hoewel de berg op den 29e" nog sterk werkte, zag men toch niet meer 200 veel vuur. Een telegram van den Resident van Probotinggo , dd. 28 April, bericht verhoogde werking van den Semeroe (G. B. 7460/86). Eindelijk rapporteerde de Regent van Pasoeroean, dat ie 9 11 Mei een krakend geluid uit den berg Bromo palen ver in den omtrek hoorbaar was (G. R. 8720/86). Van den Merapi op Sumatra's Westkust werd eene uitbar- sting waargenomen door den Heer P. A. Prarreeuw te Padang Pandjang (N°. 726) op 1 April te 11 uur, waarbij de krater verlicht was: vier minuten te voren begon een onderaardsch gerommel met intermitteerende geluiden. De uitbarsting zelve 270 was vergezeld door eene horizontale aardschudding van 4 à 6 sec., onderaardsch gerommel en aschregen. Tevens werd magne- tische storing waargenomen. De Heer A. Arpa (N°. 702) bevond zich op 51 Maart te Boekit Sidoeli, + 4 paal W. van Fort v. d. Capelle en + 2 paal Z. van den weg van Wort wv. d. Capelle naar Padang Pan- djang, aan den weg van Fort v. d. Capelle naar Singkarak en hoorde reeds op dien dag tusschen 10* 50* en 10% 55" vijfmaal sterk rommelen in den Merapi als donder, dat zich ongeveer 2 uren lang herhaalde met tusschenruimten van 9m, 5, 6%, 67, 4m, enz. De lucht was bij zachten wind eenigszins bewolkt en tamelijk warm. Op 18 April wierp, volgens bericht van denzelfden waarne- mer, de Merapi van 7® 5e tot 7* 55® enorme rookmassa’s uit, en volgens geruchten ook asch; hiervan was achter door den berichtgever niets gemerkt. Officieel werd van deze eruptiën alleen gerapporteerd dat in het hegin der maand April verhoogde werking bij den berg Merapi was bespeurd; enkele kleine uitbarstingen, gepaard met een weinig aschregen, hadden plaats, o. a. in den nacht van 1 op 2 April; hierbij viel vrij wat asch, na een horizontalen schok, die ongeveer 2 seconden duurde en waarvan de richting was: ‚NZ. (G. R. 8270/86). Op den 27" April had een vrij sterke aschregen uit den Merapi plaats, gepaard met onderaardsch gedruisch en vooraf- gegaan door eene lichte trilling. De asch viel vooral in de larassen Soempoer en Simawang (Batipoe en 10 Kota's). Den 2gen April kwamen weder twee lichte eruptiën voor. Te In drapoera werden in de eerste drie dagen van Mei onderaardsche geluiden waargenomen van ongelijke sterkte, waarvan echter een in den morgen van 5 Mei, ongeveer tusschen 5" en 5” 50" de hevigste was. Denkelijk stonden deze geluiden in verband met de werking van den Merapi. De piek van Indrapoert althans hield zich rustig (G. R. 10114/86). Ook de Heer W.J. Ranprr (N°, 708) te Penjaboengan (Res. 271 Tapanoelt) maakt melding van een dof onderaardsch gebrom, waargenomen op 5 en 4 Mei, en vooral in den tusschenliggen- den nacht, en hij voegt er bij: » vermoedelijk van den als uitge- branden vulkaan bekenden Goenoeng Moelia, — misschien ook wel van den Merapt”. Een bericht van den Heer F. Twiss (N°. 709) omtrent het- zelfde verschijnsel luidt aldus: »sedert 1 Mei voortdurend on- »deraardsch gerommel, niet van de piek van Korintji” (Indrapoera), „die geene meerdere werkzaamheid vertoont dan gewoonlijk »(rookwolken). Denkelijk komen. de geluiden van den Merapi. Re den nacht van 2 op 5 Mei + 5" à 5" 507 zware romme-_ "lingen, die een lampenkap doen trillen, denkelijk Zuchttril- slingen”. Het verschil in opgaaf van den datum berust ver- moedelijk op eene vergissing: Volgens bericht van den Assistent-Resident te Tebing Tinggi, dd. 14 Juni, was sedert 8 Juni eene lichte aschregen uit de __Kaba merkbaar te Warong Djelatan en Pelalo (Sindangstreken), de asch was zwart en zanderig; in den nacht en morgen van 12 Juni nam men vuur en Zware rookkolommen waar, terwijl men van tijd tot tijd de lava duidelijk uit den krater zag ‚vloeien (G, R. 10274/86). De Resident van Menado rapporteerde bij missive dd. 19 Juni, dat sedert 25 April de Goenoeng api te Siauw aanhoudend rook en vuur uitwierp, terwijl onderaardsche geluiden waargeno- men werden (G. R. 12044/86). Op denzelfden datum, 25 van den posthouder te Laral April, werden, volgens bericht (Res. Amboina), aldaar omstreeks 74 50e twee achtereenvolgende onderaardsche geluiden waarge- nomen, welke 1 sec. duurden en de richtiug hadden van ZN Op 26 April herhaalde zich dit geluid nagenoes Op hetzelfde aal van den dag; de duur werd toen op }, SEC. geschat (G. R. 1405/86). EK AanppEvinNGen. | Aardbevingsberichten over Januari 1886. 272 275 en E ER ae EE a s Wik se | - brl ie OREL | Residentie is Ee ES 18 | Ë El Berichtgever. Waarnemingsplaats. | | Jamie Dua hae Intensiteit Bijkomende pre a En ‚_ Gouvernement. | (Bataviasche tijd). B 5 28 | en aard der beweging. peehidgdn, ie 1613/86. Amoerang. Menado. | 3 Jan 23e zis É 838 Ip ni st | "33 sa ……Eenige korte doch hevige schokken. | 38 |P. von Strachwitz.! Boijong di atas. Menado. EET (A! : Ei 518 |Mr.p.. E 11e 8e deon 5 501 6. ba 86. | Woro ogin Soerak 7 6 ie rl …[2 sterke verticale schokken, 4. Berichtgever werd er door gewekt uit den slaap. len ‚ Soember Peting. Pasoeroean: 8 13" 53e dte Korte hens vrij hevige schok. | 9357/86. ‚ Wonogiri. erakarta: 9 50: 8 4 gs Vertic Gedruisch als van een windvlaag. en: Ei achtereenvolgend lichte schok-'De schokken waren niet voelbaar, maar werden alleen _ Ee n î en EL Ee ne A. L. Mac-, Patjitan. Maio be | ws gij aan seg klepperen der jalousiën van deu 8 EBER IL Wichers: he E „8. Deuren en vers rammelden. 6 on En. Soekaradja. Kediri. 9 2e 33=.130 Ô be ‘ 8. zn en vestigt er de aandacht op, dat gedurende _ E e droo n aardbeving ete isendat Í \ t estmoes- en A dedager. | Branggah. Kediri Re wanden ee 3 | | on 4 Vrij sterk. Berichtgever werd er door uit den slaap gewekt, en _— _ |G. R. 961/86. | Blita meldt dat wegen inlanders de vem en 5 ii au Kie ing edonder E $ hai Er Bons. di ain rd | 8 8 ee N. ee benee. ging van een onderaardsch g (GR 56486 | nanda gee 9e Begeer | ge He) 16 4E rij hevig, verticaal. sars van een sterk onderaardsch gerommel. De ij ok be g was van uit de richting van den hen e | EE 0 a ir oo |G. R. 5524/86 B | î De schudding is ook waargenomen aan den on 7 beds amda. es El GR „Banda. Ee HL. Demmeni. Kota Radja. Atie a: Onderh Le en an 6 seconl Ei …|Zeer lichte schudding. wrdt 4 î | „13° 307.) il. 8 s 29 Jan. vrij zware regen in het gebergt À dE 30 Jan. begint het water helle ger. blif echter nog — 4 483 |W. van Geer. - | ai binnen de bovenoevers der ri 3 4 on H ter Poo ten Oi: Atjeh en Onderh. (30 13° Bren W. 3. 3, ver k (dee liep Lambaroe onder. Demme Kota Radj: Atjeh en Onderh. _ (30 13° 30e! Ls 8 lcaa andjir. jan. Atjeh en Onderh. 31 19" 45e, 4 see Biehok verticaal, twee stooten. / i | 195 54e Ldeoreni 3 zesde schok 4, de overige 3. |De geheele vlakte is overstroomd. 1 7 157 à Tr 16° 50”. E Jen | 17" 308 E is 17° ee 0 4 783 [w. van G | | Ae à eh : eer. K ie 18° 5.14 5 en | ota Radja. Atjeh en Onderh. 131 12" 55r.l 6 jad 3 Bandjir 490 |U. ter Poorten Die | | 17" 47",|20 sec Beld, (Weinig merkbare, doch lang Oe inie aardtril- — ee _J Cleh-leh. _ (Atjeh en Onderh. _|31 12" 50.14 2 A Kiel 4 | lingen tusschen deze en de VON TUT ET 274 275 EE | E 8 of ge A EO 5 je ER | Berichtgever. Waarnemingsplaats ee ‚_Tijdsbepaling. ing. we baten tkn oer: = dE NN | siasche tijd.) | Ee E 5 Gouvernement. ere KE | en aard der beweging. opmerkingen. 790 |{H. ter Poorten. Oleh-leh. |Atjeh en Onderh. 5 Jan. a 2 1 L 4. | el 1 40e 4 El J | Berichten, det geene me gaderingen, gedurende de maand Januari werden waar, i Rr van H.H, Medewerkers, die onder. de bonne nummers in de lijst voorkomen :_ d ‘Res 805. Bean: We "Pe adangsche Berends 10 rdrap Hollen: 7 735, 744747. er afd. v. Borneo: 815. : 4 Palembang : (Lahat) P: | | Soerabaja: 552, 566. é Jj md Oostkust: 770, 772. — __Aardbevingsberichten over Februari 1886 É EE H. Demmeni. Kota Radja. Atjeh en Onderh. | 1 Febr. 3" 50r. zer 118. Vrij hevige schok, die rapporteur uit den slaap wekte. Haas | ope 25r 4 00ge w waterstand. 905 (H- Xe Martijn Jr. | Poeloe Bras aen en Onderh. {1 . 6 45e.) 5 sol Gokvend Npe holen maen _803 1. Martijn je edi Aben be Het Se 48 0 l 8 em A En. ri te schok. De waterstand in de rivier sterk. dalende. | e : Het lvend. H. De: Oleh-leh. Atjeh en Onderh. 15 21" 10"./18 5 en «4: Verticaal. Volgens opgaat van en militairen kommandant , inhet | ‘| Kota Radja | or els ee 5 centrum der plaa # Ï i 5 di 4 edad De RAE ie : en. Lambaroe Atjeh en Onderh. {13 » 21" 19". 3 4. Waargenomen door den militairen konmmandant on ä Atjeh en Onderh. Stra di An ng nanhetfij. ‚Atjeh en Onderh. _'13 » 21" 13°./Circa 4. ô Atjeh en Onderh. {13 >» 20" 55". 1 RoN, Ed E Ka Wel-| Batavia. 14 14 8e NN Ontleend aan EE photographisch EE __=— Dr. H. Onnen. Meest ln, 4e el magnelog + 45 |C. J. Almerood. drag. Cornelis, semlden ike ‚14 pl 1 B O5 Een korte horizontale schok. 88 E. J, Kerkhoven. | Sinagsr. Drenicer ed bi r mi De Verticale schok. Deuren en vensters rammelden. kt : Zeper. N ke a Eel y | » 3 A Fi 2 à k ie bad 7 | Á ardenburg Preanger Reg. Ms Hen El “… Twee schokken, met tusschenverloop En bd | Ak L van 5 En Ken rl . Meijer. | Goenoene Ke (Bant: ë 8 13 ij hard; akan nz] (G. R. 3046/86. __< Pande gag an Bentan. u en rd 23e 5 olEN, °°° Vrij hevige verale se 67 6: A. Schouten. | ‚ Banding Agoeng. (palen kaa | 16 5 3e 45°. Es Twee lichte schokken. Herisomtael e G. R. 5018/86. Banding Agoeng. ananedistricten. Pa-| 8 45",j 18 Licht pe | G, R. 4801/86. | kr eg | RE | 782 IH , oë en ie Batin. (Benkoe len 153 8° O1 eel Verticale schok Sh H. Demmeni. |_Oleh- Kar. Atjeh en Onderh: Ee ge 15", 3 8 ertoe schok. Lw aarden door den militairen kommandant binnen | | BE het | 18 12° 50°. 200 9. eric snnnassn door den militairen kommandant bin 264 IDr.W.st on nen het fort. ka 08 E 5. ged Saan ele) an 5 20 7 En 8, 46° ee Zoer licht. Slechts door tend enig ere À 482. | ger Me al PEI Ee t door den Demmeni. ach U (Atj eh en Onderh. [1 20 B gnd en door den militairen kommandant bne | ee jen ed 470 | 271 HE | a | KE » | EN | | Residentie. Dre } Ea | Intensiteit | Bijkomende verschijnselen Ed Berichtgever. _{ Waarnemingsplaats. ee | ede | Gouvernement, _ | Betamasche tijd). | en aard der beweging. opmerkingen. Es Be | | | | 735 [H. van Do Benkoelen. Benkoelen. 24 Febr. 4" 45" 30:/t 10e 8 5. | 445 IW. N. P. EN van| Manna. Benkoelen. A > At 45e) 8 seclil 34. | ea Beusichem. | Ed ___{G. R. 4801/86. Afd. Manna, Seloema!Benkoelen. [24 »t 4 38e. ta de beide laatstgenoemde afdeelingen deed deaard- … en Laïs. | dk beving zich op Sverschillende Daens in meerdere _ mate gevoelen, en was zij oa anger duur, | Nt à dan in eerstgenoemde afdeeling en gn hoofdplaats. _ ‚6. R. 3929/86. Benkoelen. Benkoelen. [24 » 4" 38°, 55 eeens wee verticale schokken oee IG: R. 5952/86. Tebing Tinggi. Palembang. |94 ö 3e 45e Twee vrij hevige schake Hori- | Ee zontaal. 533 En De tweede heviger dan de eerste. |A Pi, W. segond| Bli, Kediri. 6 «3 Paree Lichte verticale schokken. __„… | van Banchet : 6: 29". Ef 145 10° 23°. IW. N. Me R. van) Manna. Benkoelen. 7 MAER 45. Afd. Manna. Benkoelen. 27 » +23 45 TE Vrij hevige horizontale aardbeving. Tebing Tinggi. Palembang. 7 7 Manon: jaja. Preanger eg B » 23" 29e, fweinigt Pf Golvende schok. Talang Ampat. __ !Benkoelen 8 >» 82 wee kort op senweard volgende | Ok }_ horizontale schokke Berichten, dat geene so ebben gedurende de maand Februari werden wit ij ingekomen van H.H. Medewerkers, die onder de volgende nummers in de lijst voorkomen: d Res. Semarang: 252. Res. Probolinggo: 622. ARorenoelie: 731. Res. Wester afd. v. Borneo: 805, 815 SE kn Moeket 634. : Padangsc e Beneden; Mi (Indrariertoelen: 744, 747, ‚ Zien 0. afd. v. + --823 $ *» Soerabaja: 566. Bov Ee Ui As Oostkust: 772. » Timor: 861. à an _» Madoera: 574, AR “lon: 805. en B el G. R. 4169/86 Tjiami Ch et u zon k Ti 8 ie eribon. 1 Maart + 1" 30".|… eni Lichte aardbeving. _782 |H. Demmeni. Lamiong (Benteng). |Atjeh en Onderh. tend 0 GEN 7 3. Olen Beten 8) Atjeh en Onderh. Et g te Pe ei , 483 {W. van Geer. er nteng Atjeh en Onderh. A E, , . ln He er droog, buitengewoon lage dn Ee Kota Radja. Atjeh en Onderh. {1 » 20" 55",+ ' Ei 3. Verticaal. Gehele maand LO tenwind- hooge temperatuur. 82 (H. Demmeni. Ka ale, jälereronden. |1- WIA "ANO. 3 8 (benteng). Atjeh en Onderh. 13 2 BP en 5 pre Leroet Tondanio. _ \Menado. Ls 9033" Vrij hevige schok. Gi GR. /86. er elanden ‚_Ta-/Menado. 1 : + 9° 50"/EeO BE Tw, re cort op elkander volgende a auer eilanden ie N orizontale schokken. _860 w Ee Geheele Residentie. |Menado. 1 » + 9e 30-./VELS ; Horizontaa 4 il blijven sta ek 6. G. Wiggers. |Galela. Ternate en Onderh. | 1 10" 167,/bijn? err Vrij hevig, horizontaal. Klok was stil blijven staan. ebt J. Willem van Loon. Daradjat L Á a ALT Pp No E inder hey vig: Ledikant rammelde EP ja Prean Reg. eene GR ar à G.R. 5525/86. Amoerang. tl 57 Cd 20e Keet Horizontaal. Geene schade. 278 279 EN | A B » os E Ë | | Residentie Tijdsbepaling. Intensiteit Bijkomende verschijnselen 3 Berichtgever, Waarnemingsplaats. | 1 dl pe 5 a Gouvernement. | mteasche 0) en aard der beweging. opmerkingen. Jt | G. R. 7215/86. Poigar afd. Amoerang.{Menado. 4 Maart. EE [Lichte schokken. 835 |E. Goedbloed. eroet no. enado. 5 >» 19-1070 Lichte schok. G. R. 5525/86. met en Ratahan.|Menado. 5 » 24" 20P./Korn F ne 8 G. R. 7215/86. ‚ Poi Menado. 5 EE ús) ER oenen kichte schokken. 51 |J: W. van Loon. | Daraija L Preanger Reg. 13 » 19" 23"2*.[15 6. Verticaal- 782 mmeni. Fort te Segli. Atjeh en Onderh. 1 20" 55") 4 se ke 285 |W. van Heel. Sri ein 15, » n5OP en Golvende keweging. Gepaard met onderaardsch geluid. 735 |H. van Dorp. Benkoelen oelen. 18 » 8557 50°.f 3 sech 3. 782 \H. Demmeni. Fort Ketapan Atjeh en Onderh. (18 » 1°-53".| 8 se 4. 5 ; El 715 |M. M. Craandijk. ie am 5 Ko-|Sumatra’ s. Westkust. [24 - 2 55.2 E d: Schudding duidelijk voelbaar. ta’s afd. Priaman. | d G. R. 8270/86. Natal. B s Westkust. 26 8e 56r| Ie Lichte trilling. Berichten, dat geene saneren gedurende de maand Maart vn en van H.H. eeh nn Ee onder de vol vem nummers in de lijst voorkomen: „Pr Re be 45. Res. Halong sche engen 74 (Int membang: 764 (Lahat). Hes. esterafd. van Borneo: 808 , 815. » _ Soera Ee : Bov atra’s Dasckuct: 772. 7 oe 0. afd. 1 : 74. Benkialii. 735, Taz. liton: 805. in : Bedenngo: 622. Aardbevingsberichten over r April 1886. GR. 791486. Edas 1° pun 14 April 17" 21°} à Ji : GR. 186. |} Soeka 5 Marg. be Ras, akoes. 14 4 wee Een gb redde paer uit rte bespeurd op het kust-lichtetablissement Vlakke- Benkoe 3 rie, daarna uit 4 kort o Hoek en te Kroë, : | volgende horizontale 0 vinden.” G. R. 8975/86. | Bima. lslebss. 15 «4 1° 500% ne n. E laatsten | 4 veel minder hevig dan de eerste É we ij ig was. 85 5 Er pat bemi noeng named Bantam. 16 pf ie en | ken lichte horizontale schokken. ‚ Goenoeng Kent ‚B $ | HS e: ken : 6.R. 7914 86. lavu's 1e part hes Wantam 6 11” 217.130 rts rr Reid De schok werd voorafgegaan door geluiden als van À kanonscho G. R. 10114/86. Goenoeng Sitolie (rapanoelie 16 > 4 WEN levige aardbeving. 51 Baros. Tapamole 16 13° 347. lvige schok. J \ . Doorman. Dar adjat anger Reg. 17 ge a. +4 5; R. 7214/86. Garoet en asik weren Reg. 17 ge 407. vige schokken. za Ie: P-, 0486. jiamis. (Cheribon. Ar 2 je 387. ete schok. 1 |P, A. Ph. Vermeulen Goenoeng Sitolie. ITá anoelie. 17 As 35°.|35 8 (4-5. | pa Í 5 G. R. 8270/86. Padang Sidempoean. (Tapanoelie. A7 > Le 267.205 | Lage Bot Eem u: El Aardschuddin Í 1e. „5 u UV LA nn : 6. RK. 1011486. en k ir IEapanoslie ie j « 26”,jrut: Aanhndende rj sterke horizontale{Ook dz op Poeloe Lamoen, een der Banjakei- aardschudding landen. | Ì mn 281 k: Berichten, dat geene aardbevingsverschijnselen gbdutende de maand April ede wan erneer over Mei 1886. G. R. 10113/86. G. R. 14260/86 G. Kaulbach. G. R. 8854/86. G. R. 8720/86. |E FL. J.H. van _Eelders. __ Kust-licht _etablisse-| ment op den vlakken Hoek. Piroe. Soember Peting. Benk Dee. s ze het District! T, Si Peke Benkoelen Amboina. Pasoeroean. Benkoelen. Pasoeroean. Tapanoelie. A Mei 20° 54”. 8e 7, 161938 ge 30 10. 1961/28 Mr be 5 ek 25 0 5 280 E E Bericl Ke SE | Residentie Tijdsbepaling. he Intensiteit ; Bijkomen e ij ijnselen : 3 richtgever. aarnemingsplaats. Gouvernement; ‚| (@eteviascho a) GMN wentelt der benk opmerkingen &$ | de Lan deze | EE G. R. 10114/86. Baros. \Tapanoeli. LL April + 4° SOP | rrijeennn Úevige ne | Nae „Minder hev Bed 17 + 4" 30" REA Rene horimtle aardbeving. 110 |J. G. Kerlen. ‚ Med s Oostkust. |17 » 43e, [EM rij hevig scho nn de wan „474 Ps abd Rhijn van, | Laboean Deli. Sumatra s Oostkust. 17» 4" 48°. 15 A60 Vrij hevig. Horizontaal get cen bootje bij tamelijk 0 ansi W er Ì cn 17 u Ge U Gedurende den geheelen duur der beweging kraa rn Conveen. Rad) chien ee Dn Lo E Re é houten woning van den berichtgever. forte KE ole Pahdina: dÁ Roni Siroen, Lam baroe,Lamrêèng,Lam- at Ketapan a, Blang, rr | zr Oerend vand. rerti gehangen lantaarn maakte _ 783 |W. van Geer. ota Atjeh. kent tag”, rs e N „…I4—5. Korte verticale schokken. mit pint Pl) br jang’ 790 |H. ter Poorten. Oleh-leh Atjeh 17 gr Apr. Gij W, 45. wers slee A: ins à a Atm -bW, L lingerde, glazen ramen en heen en weder. — |A H. Rombouts. | Kota Radja. Atjeh. 17 nets ak nt. Klok hiet eten 3 57" (lokaaltija). 2 Dn ren mm d 10: 33r. Ef ik ns \ te Medan even als op andere deelen GR. 7607186: Laboean Deli. Sumatra's Oostkust. [18 > " 48°,5à 6 PT Vrij sterke aardbeving. pur et iún best Vo één m apr Richting ES ZO—_NW. 744 |F. A. Bol. Mokko-Mokko Benkoelen 21 1" 30% Nette: nj \ . . d À } NWtw. 5 } } SES Kema Kes 1 » ai ps AP Es Lichte eht Ook te Langowan waargenomen. 6. B. 7748/86. Padang-Oelak Tanding|Palembang. 24 22" 40—|BeniP Pee Drie schokken, waarvan twee vrij 25" 0: kj ni rh en ae zeer gering. . 7460/86. Loemadjan Probolinggo. 27 18e 5e Ee … …. [Lichte aardbevine el 007185. Loeboe hm Benko êen: Oi: CT 0E ze bichte schokken H.H. Mede weekers, die onder de volgende nummers in de lijst voorkomen: ) zh hg Benedenl. 711. (Indrapoera thd de … [Horizontale schok. 45. Golvend. „À Eeni e lichte schokken. ie Betue schokken. 3. 5—6. Berg brullende. Op de og er dagen deed de Bromo een kra- kend Twee sc 282 285 = d EÀ k: A B BR DD E ne : | Reudentie bi 5 Intensiteit Bijkomende hen apen 8 3 Berichtgever. Waarnemingsplaats. | of J ; en ed 3 id f 0 aren la Gouvernement. | Beterviasche tijd.) 6 en aard der beweging. | p: 8 _— 44 |E. F.L. J.H. van Si Pirok. Tapanoeli. 25 Mei 10" 50"./30 seconds 5. elders. B Om 7 EN G. R. 10830/86. | Kajelie (eiland Boe-|Amboina. 24 2 B Hevige schok. roe). | | | 8: 8e, « ile Î | | ú Berichten, dat geene neee mie gedurende de Res. ta, ide r Reg: 45. 574. Probelingg”: 622 (na 14 Mei). me Mei werden wa s. Padangsche Benedenl. Boven. À Ponshielen 135, U omen van HI. ir Agel Ee onder de horres H nummers in de lijst voorkomen: mban oe 764. Res. inb Ip v. W: 700. » de Ae 1 Aardberings Aardbevingsberichten over Juni 1886. ler: Lean 5 GR. 10738 sb. | Afd. Ommelanden. 74 Ts 4 1dabree | Poerworedjo ne H Sapoeran. 313 |P. W. Henning Klatten. é 315 |W. Berretty. Terban. _316 |A. Heijmering. Demangan. _== [Colland (?). Tampir en Bodek, aan den voet van den _344 |W. F. Salomonson. Merapi. Djewirinan afd, Klat- en. enado. scheren Soerakarta. Soerakarta. Soerakarta. Soerakarta. Soerakarta. Madioen. Kediri. Pasoeroean. dl G. R. 10631/86. Wonogiri. 340 |A. P. Dufour. dewerioe. zal? joeja. 518 ii P.A.L.Mac.Lean Patjitan. 931 (P. Schip in | Toeloeng Agoeng. 533 |A A Ph gond van, Blitar GR. 10569,86. | Afdeelingen Kediri en itar. 591 \G. Kaulbach. | Soember Peting. Toe rf Ee Boemie Ajoe. a R it j Districten Toeren, goroeNgantang,. 591 G. Kaulbach. | Soar _Petin, ME Pasoeroean. jokjakarta. Djokjakarta. Pasoeroean. Pasoeroean. 8 27”. 20 12 » 14-13 12 on ml Ei Lcc bee ‚Lie 12 1"50"*.l 2 12 » 13" 49", 2 sec 12 » +14 Abr ed 12 > 18° 58 en 12 » en en s a 12 13: 53°. ol 12 13" 56". sil 12 13" 55”./12 sec CE er 12 14° 59e. 5 A0 12 48 BEA 12 > 14 38"t 50 14 13°.130 7 Juni +5" 40r, 1 sccl A d liton: 805. Be Lichte aardbeving. Lichte schok. 4 Drie zware aardschuddingen hori- a zontaal. Steenen Lichte schok. ze Vrij sterke verticale stoot. Twee schokken, de eerste de hevigste. ò, 4, 5: horizontaal. …I6. Verticaal. veer lDe Verticaal. Een n vrij hevige schok. Eerst hori- ar daarna vertic aal. B Ev Bericht van den ingenieur v/d S. S. Colenbrander. Gepaard met onderaardsch geluid. Te Bojolali niet opgemerkt Door vele personen binnen en buiten waargenomen, Ook te Bojolali zwak waargenomen. t water in een Eene pendule bleef stilstaan; he std vierkan en bak maakte een lichte scho kort 0 Elinee volgende ech schokken. anglampen wilden doch slingerden n Vrij Anes schok draisch, alles kraakte. Te voren was wat 4 sc gevallen: Berg buitengewoon stil, B Ms, sn <14 tot 5—6. 284 285 i Es A En eri E TN | | 2 Residentie Tijdsbepaling. | | Intensiteit Bijkomende verschijnselen En OA Berichtgever. Waarnemfngsplaats. | of ( Herielens tijd) Ì E 2 : | Gouvernement (Bataviasche lijd, | en aard der beweging. opmerkingen. E 5 vi í d Í Í N |G. R. 11895/86. Benkoelen. Benkoelen. 14 Ars 17232 ON Lichte verticale schok. _ 702 |A. Appel. Padang. Pad. Benedenlanden. 15 2 4510 Ka | 16 22° 40".| 4 ‚Waargenomen op een stoel zittende. HL. van Dorp. Benkoelen. ‚Benkoelen. 18 » die 23 G. R. 11895/86. Benkoelen. Benkoelen. Î RD Drie vrij hevige schokken, met tus- ‘Ook e es hen Ommelanden en Selena waar Zen schenpoozen van 5 seconden gen 46. R. 14052/86. | Roemakai ‘Amboina. rn 45 |C. J. Almerood Les Singkoer. Preanger Reg. 28 18E haa a J. Kerkhoven. | Sin: reanger Reg. 28 » + 18° 307. nne eper Jzn. ee) aen Preanger Reg. 8 s Id Aln . R. 11688/86 Soekalveini reanger Reg. ‚28 17" Mb" er Vrij meid schok. r. R. 1152286 Buitenz rg. Batavia 28 7" 307 ’. E. van Oven. Ranghes Betoeng. Bantam 4 ‚10° 57” oz [59 se s J.de Kruijff. Kosala. Jantam 29 11" 167, | re [Zware schok. G. R. 11337,86. Dr. S. Figee. _IJhr. €. G.J. Barnaart _|G. R. 11522/86. et H: G G. R. 11596,86. …D. M. RN: tiea . K. Kievits. E van Amstel. EE Almerood. Rh. 11688/86. E. J. Kerkhoven. 4 Zepe r Jzn. | | ng. ‘Bantan Lebak , Pae antam, glang en Tjaringin. | s { dieteoro Ohservatd. Batavia. Havenkantoor ete in Batavia. Ui ke an e Bat atas Batavia. Bu Henze. Batavia. Buitenzorg. (Batavia. Tjitrap. Batavia. Tangerang. Batavia. Perbawati. Preanger Reg. |} Soekaboemi. Preanger Reg. Soekaboemi. - Preanger Reg. Sinagar.. Preanger Reg. Aardenburg. _ Preanger Reg. [29 +11 29E 2 ‚ 11" 6" 30. 129 , 11°6"54*. 99 3 1110" 9 ae Ir 50 al 99 sur 6 29 1 5 29 +11“ 30" 29 u -9r 1 10° 20 a 29 ie 9 a paaeert Ree: OTN Eer | Í | Licht. Lichte schokken. 4. horizontaal. 34. _{Morizontaal. Vrij hevig: horizontaal. 3-4. E Horizon taal. Vrij sterk ‘Zware aardbeving. oe [Zware aardbeving verticaal. Vrij sterke schok. Ser ke aardbeving. ; horizontale schok. De slingers zal wenn wga stonden stil. De Dien nacht in En „morgen k kon men de Gedeh hooren ‚brommen en ooken. Koffie en kina-bladen met aschlaag. { Î Î Gedurende de laatste 14 dagen was de werking in de Gedeh buitengewoon onregelmatig. Den 27 in a Sa geen werking boven den krater te bespeu Tegen 3 uur sen mn die bleek fijne licht- blauwe gee ee eh De Gedeh stoot nu meer dam Bj ke lus an mad ie e Tjjoeroek begon het om 5* 20 een half uur lang seks mod-_ regenen ; de Gedeh was geheel in n dikke der in elen wolken 2 pd ka Dilles danste. Aschregen tegen 6” waar- nom terde we sh ‚M. van cen van den imenrand. ae geluid was gaan gev 286 B FA a ek pe ee er | en P en ek 5 4 te í we Ee RE 3 Residentie Tijdsbepaling. | Intensiteit | Bijkomende verschijnselen RE Berichtgever. Waarnemingsplaats. o : js | en 85 Ben Canvas t (Bataviasche tijd.) | | k é 5 B ú „ouvernement. | en aard der beweging. opmerkingen. EE | | = à G. R. 12091/86 Tjitjoeroeg. Preanger Reg. G. R. 12569/86. Poeloe Pisang. Benkoelen. 29 29 Juni 11° 107.15 sec | Horizontale schok. 1u u 9 seo | twee seco 'Drie achtereenvolgende lichte schok- rend ha tusschenpoozen van hoog- nden In den namiddag hing tegen het or dec gebaki eene zeer donkere Tucht; die zich eerst naar het zuiden en toen naar het en noordwesten hiet ewoog, en waaruit sich ed 17 en 18 u een lichte aahreles ontlastte. je _— Berichten 5 an 1--3 Juni, Indrapoera). dat geene aardbevingsverschijnselen gedurende de maand Juxi werden waarg es. Padangsche Benedenl: 702,711 Res. Kovenl: 720. (van » Sumatra's Oostkust gekomen van HIL Medewerkers, die onder de volgende nummers in de lijst voorkomen: s. Menado: 838. El ET zate a EE ale KORE EN UNE ETT ae é El Ë En PEG Ls ven ri dk (hee an ne A) 2 % Ae Ber Z E ke eer Le eu dende ada ne EP ede Ri _METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN, NEDERLAND SCH-INDIË, JULI t/m. SEPTEMBER 1886. BESCHRIJVING VAN EENE WATERHOOS DOOR A. AMELING 2° GrzaenesBer vAN ner Licutscur Lueipara MH. - Woensdag 29 September j.l. des voormiddags ten 11° 15” lag het Lichtschip Lucipara II gezwaaid op den stroom om de O.N.0. — bij mooi weêr en kalme zee, terwijl het schip zeer stil lag: if de lucht was van het Zuiden tot 2.0. wel betrokken en het was a te voorzien dat er spoedig regen zoude komen. 0 Ten 11* 20m lag het schip nog in bovengenoemde richting, toen door mij werd waargenomen, dat in het 2.4.0. een water- hoos kwam opzetten gevolgd door een tweede hoos naar gissing 100 Meter van elkander verwijderd, heide natuurverschijnselen werden in de richting van Z.Z.0. tot_N.N.W. voortgedreven Op + 500 Meter van het Lichtschip, in rechte peiling van — ONO. tot W‚ZW. das in rechte linie van het achterschip, ontlastte zich eene der hoozen met zulk geweld, als of ect 1waar voorwerp plotseling te water werd geworpen, en stoof het water in alle richtingen weg, zoodat het het aanzien had, alsof een dikke stofwolk door den wind werd voortgejaagd. De tweede hoos ontlastte zich in peiling West, met meer geweld dan de eerste, en het was als zag men op die plaats zware branding, daarop volgde stortregen, en ten 11° 45" twee zware donderslagen, zooals door mij in de Lucipara-passage nog niet zijn gehoord. j 291 Het geheele natuurverschijnsel duurde 50 minuten, van 18 2e fot 12° 15m; ten 12° 50m lag het schip gezwaaid om de 2.0. en was het mooi weêr. | _De zich aan boord bevindende bemanning was verwonderd over dit natuurtooneel, daar zij verklaarden, wel meer een waterhoos gezien te hebben, doch niet op zulk een betrek- kelijk korten afstand van het schip zich ontlastende. i 4 / E S 3 „d ä Ô Ô 1E re Pr DRESS hein rk el AR oat SAP „292 295 JULI 1886. WINDRICHTING. À JULI 1886. WINDRICHTING. 10 | HH | 20 13 | 14 15 Det E 5 | | ij Poeloe Bras. | Oleh-leh. | Poeloe Bodjo. É hs idea: | Benkoelen. | Bengkalis. | Re 5 jn 5 7 | be) v/m. {_n/m. | n/m. | v/m. | n/m. | _n/m. | v/m. | _n/m. | nym. nm. njm. | v/m n/m. } njm | v/m ken | njm | v/m nm. | n/m. Sl g ne 6e ge | gr | 6: | ge ge 6 pie 6 9 2 6 jg Pla 2 6 ik 3 Zw | ZW | z4w | zw z | NNO ZO _|_NNO W NW {NO HWNW js N | zo 20 | 20 Ex 20 20 zo 2 Zw hd ZW W_| Zw | 0 L_NNW N | NW w ZW 0 4-22W | 020 | Zo 1004 Wb 620 20 20 Sl ZZW { ZW idd ZZW | ZZW | _w | N | ZO _|_NNW {_NO NO bh _N pb WZW | NN0 | zo w | zo | 20 zo zo Es ZW | ZZW | ZW LW ij ZZW | Zo | ZW | ZW we BEND b 20 bh Wb w EI 20 | 20 |- zo zo zo JI ZZW z ZW ‚20 ZZW | /À Ww W W _ ZW Fe ZW NW Lb WNW NO | zo Zo} 20 _20 20 zo 6 Z2w 2 ZW | o | zzw | DL NNO Wb Nw oi 0 tezzw |< 020 120 Zo | 20 |_z0 20 zo ns Et ZW | zw | zzw | zzw NL WNW | _NO SZW | w j No | wrwl z20 | Wi teB0 Le 10 pe 20 20 20 8 zzw | z | ZW | 22w | zw | zw | no | Z__| WNW NW | Op ELW. je 00 | 4 | 20-10-20 pO 1-20 4-20 9 | | | WNW w | Werd Pi 0zo | 204 30 | 40 {20 |-z0 W ZW 45 ZW OEE EW Fe NNO 10 2000520 ZO 0 20 ih: 20 zo | 220 NW | _NW OE dEW ie 20 1 BO IRO 1 26 oked0 | zo | zo | Z10 WOP ZW | 0 WNW NO | 20 | 20 | 20 p ZO | 20 }: 20 1 BEW 40 40 Z 040 440 020 |s-20 PZ ope20 pe. 20 WNW ì ZW | ZO o & 020 | 20 15 20 4520 Jet ZO ile Zo odd. w 20 | zo 0 340 heND |W OR dof es 20 obs 20 an z0; WNW Be W 0 NW RNNO 0 se | zo zo ZÖ 4 NW NW | zo 0 EWZWENNW je ZOE Zie 4 op 20 opg 20 Jed 210 EW w 0 W_|NNO |< 20} 20 [zo deawepszo | zó 0 EW Op ZW ie 020 | 40 «20 ‚zo | zo z0 Zo 10 Mete "W v w NO | 20 LZ 20 [20 40 AU 4 w 7 0 WZW 020 |, 20 |: 20 | 20 4 20 zo 20 NW 1 po z Ond je R eN Z0 20 +20 20 1 DD 7 020 | 20 | 20 Zo 20 |-Z0 |- ZO ZW ROR 0 z 20 Jew jw 0 ops 20 ops 20 | Zo w 1 ZW 0 pWZWj Z 0 w Ws 20 | 20 | 20 Zw oe N 4 0 -WZWií 240 V] u 0 of-20 ke 20 | 20 WZW 1 zwe 0 WZW 20 zo zo ZÓ p::ZO |+ ZO | ZO Zw w 04 0 LOF NO 180 EO | ZO oke 20 Je:20 | zÖ [ZW ú Eve «tot zo | 40 20 | ZO - z0 L_ZW EW of o 1 Zo 20 40 |. 20 -4- 20 20 | ZO Ll WZW Kd Z ’ 2 050 |: #01: 20 | 20 | zo | 20 |- 20 ; | & | ba 295 294 = oss es 6 2 ad [=} „Is® NEROBKONENRSrEOeseerereenenge 8 Ee 6: So © ols E A ConNanbee ‘ Slk SOSNKERnnRoORSRRERRREReRgEeEnE 8 8 pr oREEREEE zeE ki SROSEESRENnEEENenenEEEgERonEE 8 Ke) PO OE en EE oen Zg ea} a) OE en ee) PR ORN PSL Essess a je Led. be ed =s 7 s ee 5 eed nnn dd nd _— © = 2 7 5 & SERRA Oee ssoks see sf er ad [ala 1 EERS kle, , a ied 5 pe E iS DEES eren B 5 ESS 32E sesso eso en 5 5 © Oeds nnNANORNDRR TEER ERS Een mene | zel mdm |J emma ndi di mii ni De s 5 5 uauwoudlitppa zap % ea — md 2 SCD AA Ee AENEIS Ant ed jean) Ï ke Ri | 2 L > r ek E “wautousftoa za, . Ka ER en ED: 5 AES ent ee = ‚© Ee EN OEE rn al gs. see se Gi ei 2 8 ek of mid ee en ee de Ez Soos eese = Eu EE OORNREr eRerneerREReResocesgesoensg 2 Ils ‚aen ij 5 5 ZE AE Ne SRS pessaRkwe esse = Bo lam Ë ON En N en, ln _ ml ae - 8 2 Ie) En 5 ee HSScoResoogcoevssBERRZOOOSOoONNES Za ed 2 dn Be re 5 bie an 5 E B | a = fe z “vawoual ropa Jay z \ mame MK) p ss = _ 8 © © © © = se © = en) NO SoeNsN 2NS z e=) = SSS E ee 5 S SRE CN RONSANENS Ne Sen —— hete BE Dd a 5 ° = Ef En ee: En © oSoo88oeoosozaN SS =[EE 2 SSS eS OE OGER SENRSeRSeSogRge zel = e ne : En OR - 2© SRO EogeBRoRneseEs.ses. - OE Od ESR AKO SLR ANOERENEAS NIE AID HOR DROD IAIE KMO DAO = er I ec DI me ANA NARARAER 295 297 JULI 1886. WINDRICHTING. Ë JULI 1886. WINDRICHTING. 7 | 8 Ee FR 95 ak, 24 | 25 ER Ee 8 | Soemenep. Bandjermasin. | Bima. Bonthain. 4 — Koepang. Amboina. Saparoea 5 i ro Tontoli. mr =| Ì | | Ben ee en | E v/m. |_n/m. | n/m | v/m: | n/m. {_n/m. | v/m 12 | | v/m. {_n/m 5 v/m. | n/m. | _n/m. | vjm. | jm. ‚ njm. , v/m. | gg | n/m qe | ze Í 6 | Ge | Ze ! 6 | 6" Í ge | ge 6: | gr 1" 6: 6 6e ! | | ! Í | | | | | | | | | de 20 0 0 20 Zo 070 Bik OT ZOER NW NW BEW _ Sf 020, 0 0 0:55 ONO2{ 220 tt dw | | | | JD: Ei o 0 zo On 0 zo ZW Bt rd 35 | PR “rn : | | : | 9 020: 02075 O & NNO’{ ZZO 20 nw. ww 0 0 Zo. nWj- 0 0 1 EE lo4W : | Í Í | + 020 | 20 © 20 | zzo ‚ 020 zo nw. z o 0 20 [nw nw nw 2 Ees Be 2075: 20 ZO | 220°| zZzo-| zo nw.j 2 o 0 220 0 Zoi 20 ZW Bed 4 í | EE En | ' 5 | ie 6 zo | 020 | _20 | 10 20, 0 Ore o 0 0zo |_n.W. Pe RO LZ Bilt je 7 20 20 Lj 00 020 zo Zo | 0 00 0 0 zo zo zo | n.w. A | ZW N40 20 04 2200 020 N.W. ZI 20 o 0 0z0 0 0 zo| ZW 2 14W. Ren NO nw.) z0 0 bd 20 A 1 2 10 208} 20 | NO ej waw; LZW | 20 | 20 0 0 o | z Kk | 026 | 20 | oxo zo zl nw.l zo 0 0 z0 SW eb 020 | 20 | NO 0 Zo z 20 | 0 >| 020 ES Z En 40 zo | 020: 220“ ZO À | zo De 0 6 0 5 8 3 ZW REE ved {020 { 220 0 zZ0s nw. MW. 2 2 0 0 zo S S > z EN À S = 2 S | | ht 040 ONO 220 zo LOE S 0z0 0z0 070 5 2 5 VANG er | VAL í A OBO BWE HL 2 > 0 Ô zo Ee S sd ZW À ZW ed | S ‚h se | 020 05) 0400 5we 20 Zj 20 | S ono | sw | No S 3 ZW_| ZW z ed Enk | Á 80 N 20 | 2 ade ef ON0 | NW N z En Zw ee Jed dol | Ee Zo NW A E E ot hi N 20 AS ESE ie z z Zw „Pl ozoel zoe 0 | a gede | aken Hb eed 2 | zw i zw 23 ed 0 VAUD ‚40 btn ONO NW 0 NO NO 35 Ee 920: f 0 7 020 220 2 21 20 os Lkw ols ë omw 2 z ij ij ve | _z0 o | 020 | 7 220 En NO wl waw | Zw | w , w 5 25 En lee xe | a Z 120 EE ME 8 NNV NV N 5 0 VAN W Z W En oe Ee zo eee ZW: 20 zj k | ono | SNwi w S pawfnw.j nw. el B | 04 020 ZO Zet re si 5 Vv} 0 sr Een eeN” Á 27 zo zo zo | an 7 fs : 5 es and zo | nw. w | w 28 | zo he 5 » 0z0 w_ | wNw| 20 ; 20 RE hel an OPO 00 SO LEVRE w_| Nw No_| wxw | NO PON | he nd . 20 0 ZW | Zw 20 WlNW NNO | NW N 8: 20 zo n deë | me ze is 0 0 {20 zo wl Nw NO} Nw_l-0z0 |< | 20 Zo N at ee, sl 020 20 0 bt Zw w Kw 20 Nw w L_NW nw. | N.W NO | nw, B | | a | mn 12 Padang ‚m 2e ZW z Z ZW W ZW Z ZW Z W | zw [ZZW | V W Z W ZW W 0 ZW Z W 2 Z W z W W Z Z ZW 2 Poeloe Bodjo. WINDRICHTING. 299 11 Oleh-leh lm eee NW AN W W W W w WW N ZW w de W W W V N \ W W NV W W W ‚V NV ZW ZW W W en = & AE oe ad = > ed > P r k EZ ke et _ Ge Ee et eee een een Le ” ed PP > = = ved ee RS ZE A ud et a ze ne ze P 5 en 2 2 AUGUSTUS 1886. 10 Poeloe Bras n/m De W VA) WNW w Z W Z W W ZZW Z Z AW | WZW | Zw W W W ZW VZW N W W Z W WZW vÀ ' ZAW VA z W ej vem dell VA ee Lee © ueaeftegf “wawouol ppm Jay Zope al IIR tt => EE | RDE ADE EERE OER Wa es “OUJAAAO 5 fi En a JOMO wawoudb toon Ja1r) oo) mad EE ae Se a: RE Ra an Ee : « SN ach Ee Re fel Sato} III IJSS lezers iS jeg NRN Kee RETE GRE NRR EJ raed ERRANS El t i 501 AUGUSTUS 1886. WINDRICHTING. 15 ed J Poeloe Pandang. Vlakke hoek, Datum. Eiland Noordwachter. v/m 12 | njm. OO A TE ID pl | | zo _NW VAL W NW N NW NW NO NW 0 NW 0 NW eee bal = ; socogeisdgoeoosocoececesseHz ke Soes 4 ke oes es v/m. 12 | n/n 3 Ee 20 zo Zo Zo Zo zo 0 ! 0 zo| - 20 Zen 42020 ORNE: 0 | LE ZW | ZZW Og zó | _z0 zo zo ONO 20 lee ve RO 2 Bont 20 zoz 0Z0 ‚ 020 20 20 Zo zo zo 20 020 zo zo zo VAN 20 zo zo Zó n.w.j n.W. N.W. nw. | NW. NW Niet waargenomen. ge | 4 RE z zoo o 60 o zo zo o 0 | 0 0 ZW w N Zw | NW N GOTE # ae WZW | WZW ; WZW z | Zw | WNW zo o 0 z z z Z20 | 20 zo 0 0 0 0 o o 0 Zw 0 o o o vÀ N RE, 0 REN o di o o 0 zo 0 ONO N N N 8) 0 0 61e v Nw | 20 N Zw | 20 0 0 0 ZW 502 505 OD OH Og OUD ee 0zo 0£0 VAR) AUGUSTUS 1886. WINDRICHTING, AUGUSTUS 1886. WINDRICHTING. 18 Bn EER 6 | 7 | 8 | 2 | Eiland Batavia. Tjfatjap. Bndone î Soemenap. | Bandjarmasin. | Bima. = ' H Edam. v/m. { n/m. | njm. | vjm | 12° | mjm, n/m. v‚m. | njm. | nim. { v/m n/m. | mjm. | 12 n/m. EN 5 earder | | O | NNO | NNO | 0zo | 020-| 020 zò | cz totaan | 5 äl 020 | 0. ONO 0240 0Z0 0zZ0 20 L_ 20 20 zo ONO 020 A | Z VA ZZW NO NO | 0Z0 0Z0 ‚ 0Z0 zo Ei zo 20 ard ò 020 | 5 : ch nd NA der ne den, NO ozo | 020 0 20. | 20 : 22W 1 z ZW N N NO ONO 00 0 VAT 0z0 VAU 20 VA | en | VA VA À 020 Nx |-NO ONO _ 0Z 0 No 020 | 020 ‚ 010 , 020 Zò ie | 1 z sli De MO Ot: Oe 0 20 0 20-20 |,20 | 20 | ZW 1 2 a anne rn eon en 4 Zo zo 120 be0 lak LO | Ein Ees D ot 8 20 20 20 | hr | 1 A 1 ad e ne meden 5 Zo ozo- Lo \20 |20 | 20 zw ak 12 z ho ee See ms ze 40 AU Zo Dek : vÀ 15] E, di | ib ink ek wecha Ea ee ‚20 zo „020 [+020 ‚NO | NO | — | Ó 7 14 Sd ee aa Baan edes 8 Zo zo sZO rp je ze | ke 1 1 15 8 Bekers Deane ad nge Ben it 10 zo zo zo 0 | ZZW, ZW z z 16 5 ee ik ANO OMO 00 0 20 0 ‚020 020 |,ONO [WNW 2 wl 2 17 S zie in be an En ih ef 20 zo 020 | 020 | ko A NW | 2 18 8 ze as | è 6 9 rf bes | 0 20 zo o 0 o | WZzw data NW z 19 3 Zw | ER | N hed pine Wda, 8 20 zo VAU VA 0% z vÀ 20 = ont . nero nent Bn ee 20 20 Older ® zw 1 4 21 te ene net emd 8 20 zo | zo | 20 |-220 | ZZW, 220 1 2 22 nd ane e wt Srdmdil bena | 20 zo | ozo | oz0 2 | ZZW, 220 Ke za | ZTW if ts ne de se 20 0zo 020 020 | 2 1 ° 1 z 24 hu md sd KE ozo voi sp 140 1 20 ja 1 1 25 Po NO 0 | 020, OZO 4 LW ö tes 7 z 26 pe et bh Ba 5 2 Ciao) 0 0 jet 0 klik 97 ZEW |_NNO | NNO { NO | ONO. 020 zo| do d zó z z 28 pe NO NO ONO ONO 0z0 40 | 020 | 0 | zo 020 zo zo } z 29 N NNO | ZZW 020 | 020 020 20 oo | zo Sj 20 zo 1 z 50 ALW N z 0Z0 | 020 « 040 10 zo | 20 |__z0 NW | 20 20 z À en a O0 NO, zo | ozo | o20 |_NNW | 220 220 1 1 WNW 0 0 20 | zé | zi | zö KR zo Pi z | | | 505 504 REGENVAL. WINDRICHTING. AUGUSTUS 1886. AUGUSTUS 1886. | Ì ONE en II E Í al ac ende NN ee NEE: © || uerefieg “uawouab mna ary || uedueped EIEREN El LIE ISI al “ouoavog je “wawouofiapnan zor “yore 5 eN soe Telt ne ej vwoogeos tt kkk Eren Lee (B1ozuarmg), - ARE ee ae 5 GS) “uawouofiuva Jay En nn ee en A ei ed EN NNNNENNNoeolonmeesEs Genner Ies _— amal 3 Ë CE st ae mate Ge EL , . , gol JsAfeshonoB lee Le euRl egel > nd De MO El Euh he aj Rn BAR en 2 “uawouditmon Jo ef bed Ii En Ee dad Eel ZERRERRReRSSSERRSEERSRERERER IIS Be À 2 © > bd > a B == => mn) © aj Elsal EerfBooBeeBkanskkkinkieerstere? z RAe AE Re k Rene: Sal eEnProckdooondsns en ReokeoorEk ide mn © e © © Ss En et E “wawouoli ama Jair Ee Aol BElAEORRSRBORSEel ERE EESELER) el £ 8 A | Sn SoeoEQBERORLSEREBeRBoOELERLPooeec mager, “eN RR NNERREREEN 506 ES 507 SEPTEMBER 1886. WINDRICHTING. d SEPTEMBER 1886. WINDRICHTING. 10 11 | TE CRE | 3 15 | 14 | 15 See 8 ed pel. Poeloe | | Poeloe Bras. Oleh-leh. Poeloe Bodjo. Padang. (f|___ Pandjang. | Benkoelen. | Bengkalis. Gj mn Gemeen > Dn : Ì î kt 7 | | 8 n/m | nim. v/m. { n/m. | nm. v/m. | n/m. | njm. vnd. | njm. | na} Vm. | nm. | nm. v/m. | n/m. | n/m. ‚ v/m. | n/m. | n/m 5 gl 6 ge | sleleleriel ss NME | e ela le EC | | | | | E | | ZW | 2 NW Z zw | Zw KAAN NW o zw ORN 0 W | 0 | zaw | ozo | zo Zo 0 Ms | zw | z2w 70 w 7 NNW N NO NO 2 RN Ow 0 |-N0 | WNW NNO.| 20 | 20 0 di W.| ZW |-22W N ZW | ZO N w w NO | ZWE 0 Lew 0 | O0 | WZw| #20 | zo AU w RW | ZW NNW ZW | Zw {zw | NW |W N 0 en ld W W_| NO | WZwW| 220 | 20 | zo 0 Bl ZZW | ZW Pa awel ew ii zw ii zw IeNw | NW o w RO Nl 00 tekort Mp zo | zo 0 6 zw 2 1 ZW | ZZw | Zw N NW | NW |__NO / N N N o |wzw{ zzo | zo | zo w Zl w ZW w ZW | Zw | zw N NW | NW o | Z4W 0 N N NW | WNW | NNO w | W z 8 w z ZW | ZZW | ZW } ZW | zw w 0 No tn 0 N 0 N | Wzwi 220 | 20 20 w Si 2 ZW BNL EWW ez VAN w NO zi W W 0 ZZW | 020 zo | zo w 10 z ZW | wl zw lzw | zzw 0 0 0 0 ) NO w w o | zzw| ozo fj zo | w elk ZW | w ZW | ZW | ZW | ONO | NW 0 0 1 Ee W W o z 020 | zo z w 2 |-2W{ w | zw |zzwlazzwl zz | 220 | w NO EW | aw o | zzo | ‘No | zo w w WNW | w zw l zw | zzw kens 20 0 B W w o {| güo | No | Ho | za 0 NW EWE ZWO zw | Zw 22W EN N N 0 Be LW | Nw | o [wzwl| z20 | zo z zo ZW | WZW w NW ‘W Zw 0 7 zo 0 Û he ZW VA's o z 0z0 zo zo 0 W | WZW wzw, zw | zw | zw N Nw [NW | NO B 2W | zw | 0 z ozo | zo | zo 0 WZW| ZW | Ww | zw | ZZW | zw 0 NO 0 o 0 | zw | zw | o | wzw| nNo{ zo | zo | zo Zw WZw | Zw | zw | Zw | zw | no | ono Ö NO ej W | zo | Nw | waw| NNWj 2 z z LW WEE ZW VAN W AN NO ONO |_NNO 0 Aw | NW w 0 WZW | NNW | ZW Á 0 EWW zw | zw | zw | zw | zw | WZW | NO de | w w 0 |wzaw| 220 | 0 z z RWM Wi A w | w | No ER Wi ew | 0 z | ozo | zo | zo | 0 ZW ME ZW | ZW VA 0 020 NW 0 | EW W 0 | Wzwj 020 | 20 20 Z WW {zw | Nw w w {no | zzw | Nw | NO ON | w { w | ono | wzw| zzo ‚20 | EW w w | W JZW | zw | zw Zo |_NN N NO E |_Nw N No | W2w| NN0{ W { 0 w W | ZW| WZW W | w | NNo | Nw | wNW| NO 24 | zdf neo pw ne Zw Ww w Wl Zw ZW Nw N Ne pe N N ONO | WZW N z | 0 o WIW |W Wel MES EW N N N nw ON {nw _w | ono | zaw | ozo | zo | 20 0 NW |W zw | aw zw | zw | ono { o No | 0 ' N w W_| oxo |wzZwj| 220 20 | Z0 0 EWW NW ZW ZW zw | Nol ono wks Es ed W | oNo | WZ2wj 220 20 | 20 pd w ZW { Nw w ZW | Zw zo Nw | NNW |. 0 5 Ww w NO | WZW| 020 0 | 0 e | | | hl ad 509 508 SEPTEMBER 1886. W TING. SEPTEMBER 1886. WINDRCIHTING. le | 5 5 p We E 19 20 5 Tandjong Pandan ’ E. (Billiton). Vlakke 1e rid en Ae er: a Batavia. Tjilatjap. Semarang. Soerabaja. E 1 1 El je ht op B ed | vm. | 49e njm. | vim. | 49: njm En vm. njm. { njm. v/m. | 79u n/m. | vm. zoge | nm. v/m. | n/m. | n/m. 6 9 ON ak 4 f Rp 6 rf 10° ns AS Ee ki Ei en AN 40 ZO «| 20 20 210 | 020 FEW | NNO | ZZW | NO 0zo | 020 | ZZ0 0 N Zo 0 o | zzo | z zo z 20 zo | ozo | 020 0 gj | No | ono o 0zo | zo 1220 | 0Z0 | NNW | 20 0 0 Sl zzo | 420 | 0z0 VÀ VA 20 0 0 o 0 1 _NNo | ono in doe à Lef an E rad il el ee a 7 Z AU Z0 70 zo UW |_NO NO No | 020 z 220 0 NO zo o o et nn ZL Zo AU 0 0108 EW_|_NNO NO NO 0 z Z20 20 N zo 0 0 6| zo z 220 z Zo zo Z0 zo 20 OPLOO | No { NNo | No | ozo | Zo | 220 | NO N zo o 0 jn it Gend 1 (/ z zo | 020 | «0 mt N_{ NNw | nNo | 0zo | 2 | 220 | NO N zo o o 8 o | zo | nw. zo 2 z w | zw | ew AW ON : zw | wf 0zo| Z zo |-ozo | NNW |” 20 | 0 0 9 o zo | oz0 20 zo zo zo 0 0 RN NO No | 0Z0 Z | 220 Naw law. 0 o et on ne ve 50 0 0 0 OEL © [NNo | No No | 020 z | zzo | No [NW jnw.j 0 0 re gn rd ede 8 is 0 o ij 0 ERO | wo | nro | no | ozo | zzo |-220 | NNO | NW jnw.j 0 o is re od ae : ze 2e 20 0 0 o Re | 0 | NNo N Zw z Z 220 | NO NW zo 0 0 14 en ki st S a id 20 0 0 0 8 4 NNO | _NNo | no ozol: z | 220 | NW {NNW | 20 0 o 15 z 20 | zo 5 de oz is z: zo 8 8 Mvr od N ro deosod a eo pe RWI. 0 16} zo | ozo | 0z0 5 Ex ne Se 9 5 8 1w ee N 0z0 | 20 ZO | 220 0 0 zo 0 0 17|| zzo | zo | zo S id y o 4 pe 9 8 kr NNO | No | ozo | ozo | ozo | 22w| 20 | NNO | NNW, 0 o OR we tao t a S 20 | zo | 20 | 0 0 o ee pompe ozo |-zzo |:0z0 JN f:20 | 0 f=0 19 || zzo | zzo | 70 dl ze ei Zo ‚0 0 0 sh: NO | ONO NO 0Z0 VA zzo | 020 | NO 20 0 0 “ol ozo | zo | zo 5 zo | 20 | 20 | zo | 20 0 Siam NL nrol-no |: ozof 020 |°220 (1030 p_N zo | 0 8 21 zo | ozo | ozo hs il le nd id ij dij, 0 NO NO o | ozo | 220 [WNW N 20 o ; 22} zo | zo | oz0 en el al 9 “ eee ozp heks) ENGEN PD 25 |oml.(*) ö ee idee 0 0 0 . NNo | no | ozo | ozo | z |220 |- ® | is zo | 0 o 24 oml.(”) wxNw | ozo en oe Kh 0 0 B 3 kono mo oom pa MAW NN NNW |_ 0 0 2 0 o 020 Ee Ae hel 10 (AU 020 À NNO NO ONO ozo | 0zo | 220 | ZZ0 | N NNW 0 S 20 Zo 20 Ee se and o 20 20 Kl xo NO | _NNO | NW 0 ozo | 220 |-220 | N 20 o 27| zo | zo | z20 0 ef A en jawa pj 0 en pee o nn ee Zo Z z o NO N : NNO | NNW | _W Z z | 220 ee ata eed o o 29 | nw. o á Ì SE Z 4 /À 20 020 ta NNO NO NW w. W o zo gd 0 0 0 zo 20 Zo zo o o NNO | zzw | w _ | wzw | WZW | 220 0 JEeN [NW o o 020 Zo 20 é éE ZZW A d nf 8 Z 0 0 0 Nl NNO i:NNO {:ZW |Z zw {7220 | 020 : _N zo o o Î | | m È ()_Omloopend. 511 WINDRICHTING. SEPTEMBER 1886. SEPTEMBER 1886. WINDRICHTING. Sel © © © © © km) had [elan asles iks lelalelleasls | : en 5 EE Se he ES | PEBNAAQRERSnnRNRARSRRRERS SENS, 7 BEE et EE er mn = d sle I=) os re lees se © Ee ASSelaal gal laats lesl = 5: 8 “wawowof opa Jorr 2 < 8 » 3e Sg Son ® En RanaeSas 0 SASSAARS NAAR RE 8 S 2 B z z EE iz : 2 z ERE ERR z B. SRO eRGE ane RR EEZ En EEn SE Z RE © es zn RT, a A zE TN Ë En Er RER E ) ran © © m5 © ze z Z. z z z Ee p I=) e=) EE © e z © 2e, see A en) Te) © SS 0 Ss © eee ek TCE GER EEN SGENSGEN BAREERSENRD : E En oma JOIN | . = Ees | © Ez 9 © SSS Ssessess had seeellteeRasnseRePmERrReosepsoRs 5 = 2 Deen 3 Sa geeoegeSgeRRIEREReeSeORRORRERLER f © E&l oRggeogIVBORKEEELReoRgessSOESLERLERE es dk nt eren een : RE en dk || == À nn nn: ea ea ee ea ARE ee en an vaten en ome ween es * 8 a NN NN NNNNNNNNNNN RNN NRNNNNNNNN NNN Ed NN NNNNNNNNNNNNNNNNNNNNNNNNSNNN I= oo © 2E en) = © esse NN er hand SRS Sel || 8RARKRESSORSRRrEeEL z = SS N! band bal 2 7d | OER SE AB nd Als | ij > ze 2 me == — z Sz Seesar Je se Ss SO Oe © z Si NN 5 NS NN NZ Ns 5 5 NN SME NRN he ea 8 EN DCN ENDE, a Ser ll eenn cegoeke BSe-ee.E ke and ZN a NN ef © © Ee 5 Ede EN 5 Re hee NNS z © zi =| © ir Re ee © o 5 © Vn ONNA RRA enKoe es Nee © E Rr 5) I= S © © o 8 oe © ee) A ONSSNSPESS ONONSASORERBORnoo A oe a S & VeoeoedoSezBerss Sens eRSES E e, NS se > we © ® e Zee COCRARSEOSSESS EN: seSessessesesesessseseses ei 5 EREEEKERREERARRERRREE Sender bs l-——— EEN & Se h BE 2 == z (ome WO mo DA eo] ke) © © ze 2 3E ea, NIESSECREEERSGENSre38ESrnennrneE Se un . 8 8 BEERREREBEERR REEN zz Epe BMAN ARRA ARR LA 0 Bie han EEEEEREE une UID DON DHO mi AIO HDO D= 0 0 ml GU ID 7 q ze AAT RASEARARARRARERRS 1 Aer) 512 REGENVAL. SEPTEMBER 1586. REGENVAL. Nov. oh te) Den à I [8 eter en eN In ze NOD 5 Ee KU Cals. Oe EEE BRE re eze Sept. | Oct. Mei. | Juni. | Juli. | Aug. MADJA (Afdeeling Madjalengka. Residentie Cheribon) 1885. A OO Dad bn ae en B. BRS jee iele = jen 4 ps gps Ej CISSESrITIKERS ISES jetz oge [8 Sj CTRAPARlanetengongegsegsenge | II8 RE 5 hese IIR ANEREE IE en LE OE Oe En el GN B: LEASE D ge | vasvavaannesnenlg EN wen ANGER eel err : RDD Or OE Te Aff Ge eed dr Ee he el Penn bki it =| uee ueg We eere ot RR © “ueefieg uawouabopa Jar . ” Ì \ so || “uedueped EEE ele A auf ‘ouoaog latattaldradnnan eat e vore EE RE OR Ae a te || “Twooqeraog Filet den t ttlelE hef ad INL IISST SOI Ll iassl | Salssee lg Be gs) nautouabtppa Jay neg | f Nad Er GO - 1D sei E- GO Go a 4 - | weak s redt 4 vennnsaentenaansaansaeld, nld 514 1E 315 REGENVAL. JEE REGENVAL. 8 5 ZE 15 Windodaren , Besoeki. 1885. Soekaboemi, 1884. _ SOEKABOEMI 1885. od Kd sz jy Juli Aug. {_ Sept. Oet. f° Nov. f_ Dee. Oct. | Nov. ad | Jan. { Febr. | Maart.| April. | Mei. | Juni. | Juli. | Aug. | Sept. | Oct. | Nov. ee een =| =| | | 4 — — — |T ed 60 n Te an 7 za 14 an 20 11 acne Bcn en end DE Bn rees RD 10 pe 2 il 26 1 0) 26 ) Bon et et ee en en [12 | 45 CE aa asl Bl He Ee Ee es 18 11 15 65 EE wl mls Eel kens ae sr en nn 20 — ko 5u ER 1 15 EE ee en Ee een 15 25 — 5 40 f REE 26 be De arn len aps 15 15 5 EN: a 5 raa 54 1 66 da sd: ee a en KL GE Oee een 5 25 ain 25 a ER 40 | ae 1 En EE a eek 2 ORE | 45| ae) 26 —| =| |T zm oe re eran ne 5 20 zt 3 al el kel — 18 21 er Med an am — en nd ed —ee | 5 — 15 5 as edele eeste RE ee oe — 42 25 EE lt ee Dr == — en id ee 41 ATR ae zeke bk | Dn zede eh hen |I 4 | 8 ke a ME et Bi ze Se 10 55 15 en BS sl alat see ee 5 B en Ee ee 40 355 en 3 oe eee ee GR a a es — 50 1 66148 1D Earle —| Bj 100 ig en oe 20 0 \ — el 8 é ef — 45 be — Mela Et ee er Wb 4 math — 10 hele 1 BA 1 zi hi tt dk 8 oe 6 zet 5 20 5 49 EE al ole ek er 20) UB oe Ke ge 6 10 Re 1 B 60 27 Rn Hr el 6 OE nen en 5 — — 1 E Jô 15 26 in Zan rd — 1 26 47 Se en ber an 25 15 20 6 51 108 ette NR 05 ch os jn 20 20 KE en 2 en et kan et Ge en == bs gen Zl — ze ba ze eee 25 5 TnT er ae ee LR | $ A 1018 | 120 | 455 [734 | 194 173 | 5 u 586 | 285 | 15| 18| 11| 15) 170f 587 REGENVAL. ‘88E [8193 Joy JOOp UOpPIOA UISURAJDA "0 "a Jou pPuceu oip Joao feezor Jo UJ '@ u : yow p{maoBur 1aenagog TE UO OC 6% sunjep op yfiyoaorsnqge uliz (961 “zI4) 9881 “seem “enIgog “Wenuer uopueew op ur watppopiAg or ppauofioyy Uop ueA uoaesdo op ur En oes ersarorsn TEESE envel aa a CTM OI OO hann nn ige) OO KID OMD em CU ea had el {oo _ >= on 0 3 | epvegrgegzeeng ii IesBeigaivents È SS OEE ELKE HLIRS HI Tt ti Ree lg co Gt edel Ee eee RE c 5 _— Kd DER AEEA et re Ze dente hs BE je ep | el kt ENKA LNE Eller _— EEN eN z ik ed NR ER NE RNR za 3 t el = Stages gSEBB Lt Ë E AAS | [Sj egergroPonsgrrongror tE E umg) mew eorPrSH ALES RREARAAARRARR IE NOTULEN VAN DE VERGADERINGEN DER KONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING IN NEDERLANDSCH-INDIË GEDURENDE HET JAAR 1886. LCN Vergadering der Directie, gehouden op 21 Januari 1886. Tegenwoordig de Heeren Dr. v. D. BurG, JANSSEN vaN Raas, Dr. SLurrer, Tex BRUMMELER, Dr. ONSEN, HARDEMAN, SCHUURMAN , Vorperman, Mr. Prepers, Dr. Crerier, Dr. pe Roo, Dr. Treus, R. v. p. Stok en Dr. Fiore. — Geïntroduceerd werd de Heer Eykman uit Japan. Verder woonden verscheidene gewone Leden deze Vergadering bij. De notulen der vorige vergadering worden gelezen, goedge- keurd en geteekend. L De thesaurier doet verslag omtrent dep toestand van de kas. en legt zijne rekening en verantwoording over. De voorzitter benoemt de Heeren ScrHuurman en VoRDERMAN in commissie, ter verificatie. U. De president deelt mede dat de bemoeiingen van de Commissie voor het gedenkteeken TryssmanN zijn afgeloopen, en overhandigt de daarop betrekking hebbende stukken aan 518 den Secretaris ter depositie in het archief der Vereeniging, met verzoek om nog een lichtdruk-photographie te willen doen toekomen aan het Bataviaasch Genootschap alhier. HL De Heeren v. n. Srok en Frere adviseeren omtrent het schrijven dd. 8 Dec. 1885 van den Heer van Acker over waargenomen kringen en bijzonnen om de zon tot opname in de Notulen. Het verschijnsel wordt op de volgende wijze door den Heer VAN Acker beschreven. »Omstreeks half acht ’s morgens bij een lichtbewolkten hemel „waren er duidelijk twee cirkels aan den hemel te bespeuren, »één met de zon en één met het zenith tot middelpunt. Deze „cirkels raakten elkander en op die plaats was de eene cirkel, „of beter gezegd gedeelte van den boog , prachtig gekleurd met „de kleuren van den regenboog, terwijl de rest van den boog »slechts hier en daar flauw te zien was en ongekleurd. »Ongeveer een half uur later verscheen er een derde cirkel, „eveneens met het zenith tot middelpunt. De geheele cirkelboog „was helder wit verlicht en ging door de zonneschijf. Waar »deze cirkel den cirkel om de zon sneed ‚ waren heldere plekken , „als of de zon daar achter een lichte wolk verborgen was »terwijl aan de snijpunten van beide cirkels een gedeelte van »den boog weder helder gekleurd was. Aan de westelijke helft »les hemels stonden insgelijks twee helder verlichte punten in „den cirkelboog”. Bij deze beschrijving was een teekening gevoegd, waarop bovendien van enkele punten de azimuthen aangeteekend waren 200 als die genomen waren door den Heer van Acker mel een gewone boussole. De beide laatst beschreven helder verlichte punten bevonden zich volgens die opgaaf resp. op 104,° en 155/,° bewesten het magnetisch Noorden; de beide eerstgenoemde bijzonnen op 76° en 159° heoosten het magnetisch Noorden: terwijl het azimuth van de zon zelf 1071%°, bedroeg. Hierbij moet in aanmerking genomen worden dat de magne- bek ee * EN PE gt eed 519 tische meridiaan een paar graden van den geographischen afwijkt. IV. Omtrent het aangeboden stuk van den Heer Hrssik getiteld Telephonia, bestaat verschil van gevoelen tusschen de Heeren ren Brummerer en Onxen. Daarom besluit der Verga- dering dit stuk in handen te stellen van den Heer JANSSEN vaN Raay met verzoek om advies. V. Van de Ledenlijst worden gevoerd de Heeren C.P. Lour, J.A. pe Geuper, Kreun, Jugmus en EpPur, terwijl tot nieuwe Leden worden benoemd de Heeren J. A. H. Joosten, makelaar te Batavia, M. J. van Bossr, hoofdingenieur te Batavia, en Je W. Rereens, mijningenieur te Buitenzorg. VL Der. Suurrer deelt mede dat hij het verzoek heeft ont- vangen van het »Ornithologisch Verein” om personen te willen aanwijzen, die zich zouden willen interesseeren voor het waarnemen van het trekken der Vogels. De Heer Vorprrman deelt mede dat hij als Lid van het omité zich reeds met vele personen in verbinding heeft ge- steld; oproeping en resultaten van de waarnemingen zullen in het Tijdschrift worden gepubliceerd. VII. Ir, v. p. Srok stelt voor om in het Tijdschrift te publiceeren meteorologische en windwaarnemingen van ver- schillende personen in den Indischen Archipel. htingen omtrent de vermoedelijke onkosten, „Na gunstige inlic wordt dit voorstel aangenomen. VIJL. De, Soren vertoont als merkwaardig geval van an een Phasmoide, de zoogenaamde mimicry twee exemplaren v het eene exemplaar levend, wandelende _Tjempakha-bloem, geschonken door den Heer vaN rus; verder vertoont hij eert geschenk van den Heer v. p. CHYS, de zoogenaamde. klapper- dief, Birgus Latro, welk levend exemplaar ter tafel wordt gebracht. IX. De Heer Me. Prerens deelt mede dat hij na de laatste Vergadering omtrent het verschijnsel der trekken de vlin- ders belangrijke mededeelingen heeft ontvangen en wel van 520 de Heeren Dr. Onnen te Batavia, Zeper in de ass.-res. Soeka- boemi, Preanger-egentschappen, De Graar te Wonósobo, res. Bagelen, OrroLAsper te Sitoehondo res. Besoeki en Scuourex te Banding AÁgoeng res. Palembang. Het verschijnsel hield ditmaal twee maanden later op dan voor twee jaar. De trekkende vlinders behoorden tot dezelfde soort in de drie eerstgenoemde plaatsen, terwijl door den Heer OrroLanpeR een andere soort werd waargenomen. De Heer Scrouren echter nam beide soorten waar. X. Hierna hield Dr. Sruiren de aangekondigde voordracht over »het verband tusschen den Dood en de Voortplanting.” Deze voordracht is in het tijdschrift opgenomen. De president betuigt den Heer SLUITER den dank der Leden voor zijn belangrijke voordracht. XI. De Heer VorperMan stelt voor om in het vervolg, ten gerieve van de gewone Leden de voordracht te doen vooraf- gaan aan de eigenlijke Bestuurs-vergadering. Aldus wordt besloten. Hierna sluit de voorzitter de vergadering. Goedgekeurd in de vergadering van den 18 Februari 1886. v. D. Bure, Voorzitter. S. Frere, Secretaris. Vergadering der Directie, gehouden op 18 Februari 1886. Tegenwoordig de Heeren Dr. v. D. Bure, Dr. pe Roo , JANSSEN vAN Raay, Dr. v. p. Stok, Dn, Treun, Dr. SLurrer , VORDERMAN, SCHUURMAN, Dr. Oxsex en Ir. Fieer. Afwezig met kennisgeving de Heer tex BrRumMeLer. De Vergadering werd bijgewoond door een aantal Leden, door eenige dames en door den Heer Evkvann uit Japan. Nadat de Vergadering is geopend houdt Dr. Teun de aange- kondigde voordracht: over »de Rol der Bladen’. 521 Spreker begint met er op te wijzen hoe reeds uit een proef, door var Hermorr genomen, blijkt, dat de plant bij lange na niet al haar voedsel ontleent aan den bodem waarin zij groeit. Inerncmousz toonde later aan, dat de plant voedsel uit de lacht opneemt. namelijk koolzuur. en dat dit opnemen alleen onder invloed van licht geschiedt. Het zijn echter uitsluitend de groene planten deelen. en dus hoofdzakelijk de bladen, welke die functie vervullen. Als resultaat van dit voedingsproces valt, in den regel, een aanzienlijke ophooping van zetmeel in de bladen waar te nemen, zooals door Sacus het eerst werd aangetoond. Een vrij recente verhandeling van dezen plantenphysioloog gaf spreker aanleiding in bijzonderheden uit een te zetten: 1° hoe men de ophooping van zetmeel in de bladen gemak- kelijk aantoont: 2° onder welke omstandigheden die ophooping plaats heeft: 3° onder welke omstandigheden het opgehoopte zetmeel weder uit de bladen verdwijnt. Na er op gewezen te hebhen hoe belangrijk, derhalve, de rol is welke de bladen als voedselopnemende organen spelen, eindigde spreker met kortelijk eenige praktische gevolgtrek- kingen uit de behandelde onderzoekingen af te leiden. __De Voorzitter Dr. v. p. Bure zegt spreker. namens de aan- wezige Leden, dank voor zijn aangename en interessante voordracht. Hierna worden de notulen der vorige vergadering gelezen en na eenige wijziging goedgekeurd en geteekend. L Tot gewoon Lid wordt benoemd de Heer Paur. Rrcaren, ingenieur Ooster-spoorweg Batavia. IL. De rekening en verantwoording van den thesaurier . door de Heeren VORDERMAN en ScHuurMAN onderzocht, werden voor accoord geteekend aan den voorzitter ter hand gesteld. UI. De voorzitter deel mede dat hij de overgeschoten gelden van het gedenkteeken Trvssuaxn heeft gezonden de 522 „Commissie tot ondersteuning van behoeftige Christenen te Batavia” van welke commissie een schrijven van dankbetuiging ter tafel wordt gebracht. IV. Wordt gelezen een schrijven van dankbetuiging van het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen voor den toegezonden lichtafdruk van het gedenkteeken Tryssmann in ’s Lands Plantentuin. j V, De Heer Janssen van Raay brengt verslag uit over het hem ter onderzoek aangeboden stuk van den Heer Hrssisk getiteld: »Telephonia”. Omtrent de opname in het tijd- schrift adviseert de Heer Janssex van Raar ongunstig. Dr. ONNEN zegt dat hij zich bij het advies van de beide deskundigen neerlegt, en dus wordt besloten het stuk aan den schrijver terug te zenden. VI. Dr. Srurrer stelt voor om de oude kaart. welke zoa langen tijd den wand van het vergaderlokaal versierde, hetzij te laten herstellen hetzij te laten vervangen door een nieuwe. Dr. Sruirer neemt op zich te onderzoeken, hoe het best hierin zal kunnen worden voorzien. VIE. Dr. Fieer stelt voor om aan te schaffen Tromsox „Reprint of Papers on Electricity and Magnetism”. Wordt aangenomen. VIII. De Voorzitter Dr. v. pn. Bure deelt mede, dat hij mel het oog op zijn aanstaand vertrek naar Europa thans wenscht af te treden als voorzitter van de Vereeniging. Onder de vele „redenen, zegt hij, die hem het verlaten van Indië onaangenaam maken is zeker niet de minste dat hij daardoor den band met ‚onze Vereeniging en onze Directie moet verbreken , waarin hij zoo langen tijd zoo aangenaam is werkzaam geweest. Hij zegt den Leden dank voor het zoo dikwijls in hem gestelde vertrouwen, gebleken bij de herhaalde keuze tot het voorzitter schap en der Vereeniging een voortdurenden bloei toewen- schende, beveelt hij zich ten zeerste in de vriendschappelijke _ herinnering der Directie aan. De Heer Janssen van Raay zegt, namens de Vergadering den ANS DE ee ke AR en de ie 525 Heer v. pn. Bure dank voor het vele goede dat hij voor de Vereeniging heeft verricht, en wenscht hem bij zijn verblijf in Europa bij voortduring het beste toe. Krachtens een met Algemeene stemmen genomen besluit biedt hij aan Dr. v. n. Bune _ het eerelidmaatschap der Vereeniging aan, waarvoor deze in korte treffende woorden zijn hartelijken dank betuigt. IX. Door het aftreden van Dr. v. p. Bure moet thans worden overgegaan tot het kiezen van een voorzitter. De uitslag is dat de Heer Jansser vam Raay wordt gekozen , die zich deze keuze laat wel gevallen. ee NX. Daar hierdoor de fumetie van vice-president komt te vaceeren, moet hierin door een nieuwe stemming worden voorzien. De uitslag is dat gekozen wordt Dr. J.P. v. n. Stok, die eveneens deze benoeming aanneemt. XI. Daar er niets meer aan de orde is, sluit de voorzitter de Vergadering. Goedgekeurd in de Vergadering van den 18 Maart 1886. JANSSEN VAN Raay, President. Fire, Secretaris. Vergadering der Directie, gehouden op 18 Maart 1886. Tegenwoordig de Heeren JAnssex van Raar, Dr. v. D. STOK, Dr. Srurren, Dr. Crerien. Hanpeman. Mr. Piepers, Dr. Onnen, Vorpermax en Dr. Ficker. Afwezig met kennisgeving de Heeren Dr. v. p. Bure, Dr. Treun, Dr. VerBeeK, TEN BRUMMELER en SCHUURMAN. Na opening der vergadering houdt de Heer B. G. J. Vorck, luitenant ter zee 1- klasse, eene voordracht over de Nederlandsche Noordpool-expeditie in 1882/85, waarin spreker schetste hoe deze expeditie tot stand kwam, en hoe zij door >24 de groote ijsmassa gedwongen werd in de Kara-zee te over- winteren. Het leven der expeditie werd besproken, even als de terugtocht met sleden en booten, nadat het stoomschip der Expeditie de Varna in Juli 1885 was gezonken. Na afloop der voordracht vertoonde spreker een collectie photo- graphiën, door den Heer Dr. Ekama. lid der Expeditie, in de Kara-zee genomen. De president zegt den Heer Vorek dank voor zijn welwil- lendheid om deze expeditie die ook in Indië zoo zeer ieders belang- stelling heeft gewekt, in onze Vereeniging te willen bespreken. Hierna worden de notulen der vorige vergadering gelezen, goedgekeurd en geteekend. 1. Tot gewoon Lid wordt benoemd de Heer J. S. van Drooge. Inspecteur der bebakening en kustverlichting te Batavia. UL. Wordt gelezen een schrijven van het » Verein für Natur- kunde zu Cassel”, behelzende een uitnoodiging tot het bijwonen van een Fest-actus en souper op 18 April 1886 bij gelegenheid van het 50-jarig bestaan dier Vereeniging. Wordt besloten deze Vereeniging met haar feest geluk te wenschen. IL. Op voorstel van Dr. Suurrer, wordt besloten de oude wandkaart te doen herstellen, daar nieuwe kaarten of onvol-_— doende of te kostbaar zullen zijn. De Heer Vorpenman verzoekt toestemming om door — hem in het Tijdschrift gepubliceerde Lijsten van Vogels ete. in den handel te mogen brengen. Verder deelt hij mede dat — hij. het aantal afdrukken. van de „Oproeping aan alle vogel- kenners” etc. tot een 2000-tal heeft uitgebreid. | De Heer Piepers doet mededeeling van een bij hem ingekomen schrijven van den Heer F. Orroranper te Sitoehondo. waarin deze zijn diensten aan de Vereeniging aanbiedt. Wordt besloten den Heer Orrtoranper te antwoorden dat de Directie dergelijke medewerking zeer op prijs stelt. In den brief van den Heer Orrorsper komt nog de volgende beschrijving voor van een warme bron. ke ee 525 »Eenige weken geleden maakte ik een tochtje naar het »djen plateau, naar een pas ontdekte warme bron, een zeer »woest. gedeelte, waar nog nooit te voren inlander of Europeaan »den voet gezet had. Die bron, vrij groot, loopt uit of liever „vormt een grootere vijver van 59 M. lang, 20 M. breed en »ó'le M. diep, van zeer interessanten vorm, en eenige kleinere »vijvers. De bron is gelegen in. de diepe kloof, welke de „Banjoe Pait in den Kendeng-rug maakt en waardoor het „water van het Idjenplateau een uitweg heeft gebaand naar »de henedenlanden (Asem hagoes). De wand van den grooten »Vijver is zuiver waterpas, het water vloeit er aan alle kanten „overheen en bouwt den wand op, daar alle bladeren, takjes, „enz. tegen den wand aan drijven en met een korst, als van »kalksteen, worden overtogen. Die wand is 1’, voet breed „en 32 voet hoog aan den buitenkant. De kleine. vijvers zijn „ondiep, gevuld met slijk en te zamen ongeveer 60 M. lang. _»De terrassen en de opstaande kanten der vijvers zijn gevormd „door kleine schelpen, die, hoe dieper zij liggen, dus hoe vouder zij zijn, meer en meer met steen zijn overgroeid. Er _»wordt ook druipsteen gevormd. Ik heb eenige stukken meege- »bracht, o. a. den versteenden voetstap van een kidang. ‚De geheele streek wemelt van warme bronnen. Deze is >de interessantste. Er is er éèn, waar het water het kook- punt bereikt”. VL. Dr. v. p. Srok deelt mede dat de titel zijner voordracht in de eerst-volgende vergadering zal zijn. »De invloed der _Maan op meteorologische verschijnselen te Batavia”. VIL. Dr. Crerier geeft den wensch te kennen om in de Waand Mei eveneens een voordracht te houden. Daar er verder niets meer aan de orde is, sluit de president de vergadering. Goedgekeurd in de vergadering van den 22 April 1886. JANssEN VAN Raay, President. Frere, Secretaris. 326 Vergadering der Directie, gehouden op 22 April 1886. Tegenwoordig de Heeren Janssen van Raar, Ir. v. n. Stok, Dr. Srurrer, Harpman, Dr. Onnen. Dr. Crerien, Mr. Piepers, VORDERMAN, TEN BrummernerR en Dr. Frour, De Heeren Dr. Preug en Dr. VerseeK hadden kennisgeving gezonden dat zij verhinderd waren de Vergadering bij te wonen. Na opening der vergadering houdt Dr. v. ». Srok de aange- kondigde voordracht over »Maansinvloed op meteorologische verschijnselen”. Spreker zoekt de verklaring van de eeuwen heugende dwaling op dit gebied in de eerste plaats in de hezwaren die aan waarnemen verbonden zijn, maar ook in de hardnekkigheid waarmede eenmaal opgevatte ideëen worden vastgehouden en van vader op zoon overgebracht. Ook de aangeboren zucht om een verklaring te zoeken voor cen waargenomen ver- schijnsel waarbij meestal zonder logica of kritiek een ander daarmede samenvallend verschijnsel als oorzaak wordt aau- genomen, speelt hierbij een groote rol. Dat inderdaad de algemeen geldende meening als zou de maan de wolken ver- drijven op dwaling berust, is duidelijk uit de zesjarige reeks uurwaarnemingen door het Observatorium te Batavia verricht. Spreker toont door middel van kromme lijnen aan dat de maan integendeel wolken vormt en dus de bewolking grooter is als de maan boven den horizon staal dan wanneer zij is onder- gegaan; ook gedurende de dagen van volle maan is de bewol- king grooter dan wanneer de maan donker is. Op dezelfde wijze wordt de maansinvloed op den barometer- stand aanschouwelijk voorgesteld. evenals bij de getijden ondergaat deze een dubbele beweging. Beide werkingen door de maan uitgeoefend zijn echter voor de practische weersvoorspelling volstrekt zonder waarde, omdat zij, hoe duidelijk ook, hiervoor veel te klein zijn. De voorzitter dankt den Heer v. ». Srok namens de Ver- gadering voor zijn voordracht. Egt EI en A 8 EN j TE EO ET EE = Elkeen f 5 527 Daarna worden de notulen der vorige vergadering gelezen, goedgekeurd en geteekend. L. Van de ledenlijst worden afgevoerd de Heeren Mr. A. M. Oupemans, Dr. J. H. F. SorvewryN Gerere, J. S. Grasen, G.E. V. L. v. Zummen, J. Srünmer en S. J. Worrr. Tot Leden worden benoemd de Heeren G. L. HorLann, Batavia, Dr. J. C. Ta. Screrrer arts, Batavia, Dr. F. SoLTWEDpeL, directeur proefstation, Semarang. IL. Op voorstel van Dr. v. Dn. Srok wordt besloten voortaan de DNirectie-vergaderingen te houden op den 2% Donderdag van elke maand. Dr. Srurrer deelt mede dat hij ten geschenke ontvangen heeft van den Heer Douwes Dekker 180 schedels van vogels, en roept de hulp in van de Heer Vorperuar bij het Ha: mineeren, enz. IV. De Heer Piepers biedt aan een verzameling van over- drukken van door hem in vereeniging met den Heer SxeLLeN gepubliceerde studiën over vlinders van Celebes, voor welk geschenk hem door den voorzitter dank wordt betuigd. Verder deelt de Heer Piepers mede, dat hem bij de lezing der notulen over 1885 eenige misstellingen zijn opgevallen, voorkomende in zijn mededeelingen in eenige der gedurende dat jaar gehouden directie-vergaderingen, dat door deze soms de zin van het door hem gezegde minder duidelijk is geworden en hij daarvan dus gaarne de volgende verbeteringen in de notulen over dit jaar zou wenschen opgenomen te zien, ul: 1. Mededeeling in de vergadering van 15 Januari 1885, blz. 548 reg. 8. v. 0. »de sluipwesp, welke haar als voedsel gebruikt: lees: de sluipwesp, welke haar als voedsel voor haar larven gebruikt”. 2. Mededeeling in de vergadering van 19 Maart 1885 blz. 555 reg. 14. v. 0. » Phopalocera”’ lees »BRhopalocera””. 5. Mededeeling in de vergadering van 20 Augustus 1885 blz. 565 regel 16 v. hb. »Cylla” lees »Cyllo.” 528 Blz. 565 regel 8 v. o. 5 »Papilio”. Hierop behoort te volgen: »Onder deze vlinders bevonden »zich een Cathaemia Hyparete, die blijkbaar pas de pop had »verlaten, en een paar van Papilio Agamemnon in coîtu. »Voorts vlogen in de laatste dagen zijn woning in: »Acherontia Satanas, Chaerocampa, Phoenyx. en verscheidene andere „soorten van Heterocera, Noctuae, Bombyces, (Zeometrae en Mieroptera.” 4. _Mededeeling in de vergadering van 17 September 1885. Blz. 567 regel 10 v.o. voor »batjing” lees »badjing (sciurus)”. Ibid. regel 8 v. o. voor vin den schedel” lees »aan den schedel”. Verder voegt de Heer Prrerns bij de mededeeling voorkomende op blz. 568 omtrent de rupsen van Danais Plexippus op de Oesus Ajam, dat een voortdurende strijd tusschen hem en die rupsen in het voordeel der laatsten schijnt te eindigen. Sinds meer dan een jaar kweekt hij de bedoelde slingerplant ten einde de bloemen machtig te worden, en zoo tot de determi- nalie te kunnen komen; maar onophoudelijk leggen de wijfjes van den bedoelden vlinder op de bladeren haar eieren. Elken dag worden de jonge rupsen en eieren gezocht: in den drogen tijd met goed gevolg: sedert het invallen van den regentijd werden echter in de maanden December en Januari op dat eene plantje dagelijks een 40- à 50-tal en sedert dagelijks veel meer, dikwijls meer dan een honderdtal rupsen gedood; des- niettegenstaande zijn er nog maar weinige bladeren aan. Noch vogels, noch insecten schijnen die rupsen aan te tasten, en het is dan ook onbegrijpelijk hoe deze plant in de vrije natuur in het. leven blijft. Het door den Heer Piepers gekweekte exemplaar is niettegenstaande al zijn zorg zeer kwijnend. V. De Heer Fioer zegt dat bij het Observatorium meer-_ malen aanvragen _ tot verstrekking van regenmeters en andere meteorologische _ instrumenten inkomen, aan welke aanvragen soms om verschillende redenen niet kan worden voldaan. Hij meent dat het op den weg der K. N. V. ligt om aan diegenen, welke zulks verlangen, goed geverifieerde NAE Oe EE RE Nn EM Be 529 instrumenten, tegen den kostende prijs te verstrekken, en hij stelt zich hiertoe disponibel. De Heer rex BrummeLeR meent dat het niet aangaat voor de Natuurkundige Vereeniging om dergelijke instrumenten in voorraad te hebben, en meent ook dat daarmede te veel geld wordt vastgelegd. Wordt besloten den Heer Fiore te machtigen bij wijze van proef een regenmeter alhier te doen vervaardigen. Daar er niets meer aan de orde is, sluit de voorzitter de vergadering. Goedgekeurd in de Vergadering van den 15 Mei 1886. VAN DER Srok, Vice-President. Freee, Secretaris. Vergadering der Directie, gehouden op 15 Mei 1886. Tegenwoordig de Heeren Dr. v. n. Stok. Dr. Trem, Dr, Sturen, Mr. Piepers, Dr. Onnen en Dr. Froer. Afwezig met kennisgeving de Heeren Janssex van Raar en SCHUURMAN. De Notulen der vorige vergadering worden na lezing goed- gekeurd en geteekend. L. Gelezen wordt een missive van den Directeur van 0. E. en N, behelzende machtiging tot verpakking en verzending op ‘Slands kosten aan het museum van Natuurlijke historie te Leiden van een verzameling versteeningen. IL Gelezen wordt een schrijven van den Heer Manmws Rexvinre, secretaris van het comité, hetwelk zich ten doel Stelt een gouden medaille aan te bieden aan Professor P. J. VAN Bexepen te Leuven bij gelegenheid van zijn vijftigjarig professoraat. Genoemd comité verzoekt de Directie der K. N. V. hiertoe te willen bijdragen. 550 Wordt besloten den Heer Rexviarr een bijdrage van 25 francs — over te zenden. UI. Wordt gelezen een uitnoodiging van het »Verein für Erdkunde”” te Leipzig, tot het bijwonen van een feest ter gelegenheid van het vijfentwintigjarig bestaan dier Vereeniging. Wordt besloten een schrijven van gelukwensching aan deze vereeniging te zenden. IV. Wordt gelezen een circulaire van het »Verein für Geographie und Statistik” te Frankfort a/M. waarin wordt kennis gegeven van het overlijden van den eerevoorzitter Dr. Med. Grore VARRENTRAPP. Wordt besloten deze circulaire met een schrijven van rouw- beklag te beantwoorden. Daar er niets meer aan de orde is, sluit de vice-president de vergadering. Goedgekeurd in de vergadering van den 10 Juni 1886. VAN DER Stok, Vice-President. Ficee, Secretaris. Vergadering der Directie, gehouden op 10 Juni 1886. Aanwezig de Heeren In. v. n. Stok, Dr. pe Roo, HARDEMAN. Dr. Crevier, De. Sturen, Mr. Prerens. Dr. ONNEN, TEN Brummerer en Ficee. Afwezig met kennisgeving de Heer Janssen van Raay. Dr. Crerter houdt de aangekondigde voordracht over drink: water. Spreker zet uit elkander welke vereischten aan goed drinkwater te stellen zijn, welke stoffen er in mogen voor komen en welke niet. Hij toont aan dat het eigenlijk slechts stoffen van organischen oorsprong zijn, juister nog, georgani: seerde wezens. welke het water infecteerend kunnen maken. 551 Het onderzoek daarop behoort meer bij den physioloog of medicus te huis dan bij den chemicus. De vice-president Dr. v. p. Srok zegt den spreker dank voor de wijze waarop hij den tegenwoordigen stand van het vraagstuk heeft uit elkander gezet, onder de opmerking dat het vraagstuk van zuivering van drinkwater thans vrij wel opgelost schijnt te zijn door den filter van CramserLanp waarin water bij hoogen druk door een poreuzen tusschenwand wordt geperst, waardoor het water volkomen gesteriliseerd schijnt te worden. Van de door den voorzitter geopende gelegenheid tot discussie maakt gebruikt Dr. Kroos. Naar aanleiding van het door spreker beweerde, dat water hetwelk nitraten of nitriten bevat niet als bedorven of infecteerend beschouwd behoeft te worden merkt Dr. Kroos op dat de medicus verplicht is zulk water voor het gebruik af te keuren, daar dergelijke zouten wel degelijk bij organische processen worden gevormd. Ook bestrijdt hij de door spreker verdedigde theorie als zouden aan den bodem ontsnappende dampen en gassen infectie-ziekten kunnen veroorzaken. Dr. Cremer repliceert, zeggende dat hij niet beweerd heeft dat water hetwelk salpeterzure en salpeterig- zure zouten bevat niet infecteerend zou kunnen zijn , maar zeker niet door die zouten. Het zijn wel de sporen van den lijger maar het is de tijger zelf niet. Na een korte pauze opent de vice-president de huishoudelijke werkzaamheden. De notulen der vorige vergadering worden gelezen en na goedkeuring onderteekend. |. Van de Ledenlijst worden gevoerd de Heeren v. p. Loo pe Jore. Wirren Eekuour, v. D. Poore, EK. SieBuRGu, W. Daumiuren. H. G. J. G. Vriesman, H. Bommer, GC. Vorken, H. van Verzen. Tot nieuwe Leden worden benoemd: Mejuffrouw CHARLOTTE Jacons Batavia en de Heeren: G. L. Verver, leeraar H. B. S. Semarang, Dr. J. Haver Drorze, leeraar H. B. S. Semarang, Dr. J. J. van Reresse, leeraar H. B. S. Soerabaja, 552 M. A. Tekwer, leeraar aan het Gymnasium te Batavia, J. H. Reuten, Soerabaja. Ingekomen is een schrijven van den Heer M. CrarLouis, aanbiedende voor de bibliotheek der Vereeniging het door hem uitgegeven werk »Genees- Heel- en Verloskunde in tijd van nood door leeken in praktijk te brengen”, met verzoek om het oordeel der directie daarover te mogen vernemen. Wordt in handen gesteld van den Heer VorDemman (niet ter vergadering aanwezig). Daar er niets meer aan de orde is, sluit de voorzitter de vergadering. Goedgekeurd in de vergadering van den 8 Juli 1886. JANSSEN van Raay, Voorzitter. Fieer, Secretaris. Vergadering der Directie, gehouden op 8 Juli 1886. Tegenwoordig de Heeren Janssen var Raay, Dr. v. D. Stok, Dr. Onnen, Dr. Squmren ‚ Dr. Vonperman, Mr. Prepers, SCHUURMAN. TEN Brummeren en Dr, Froee. De Voorzitter opent de Vergadering met een woord van gelukwending aan Dr. v. », Stok, naar aanleiding van zijn benoeming tot correspondeerend Lid der Kon. Academie van Wetenschappen. Dr. Freek houdt daarna de aangekondigde voordracht voor »Dampkringselectriciteit” waarbij werd aangetoond op welke wijze de gang van dit meteorologisch element langs photogra- phisch zelfregistreerenden weg opgeteekend en aan de berekening onderworpen wordt. Eenige photographische krommen, aan het Observatorium verkregen, worden ter bezichtiging rondgedeeld. Na afloop der voordracht wordt overgegaan tot het lezen der Notulen van de vorige vergadering, welke daarna worden goedgekeurd en geteekend. dirid RES ES] Op voorstel van Dr. v. p. Srok benoemt de Vergadering met algemeene stemmen tot dirigeerend Lid den Heer Dr. J. P. Kroos. Daar er niets meer aan de orde is. sluit de president de vergadering. Goedgekeurd in de vergadering van den 12 Augustus 1886. JANSSEN van Raay, Voorzitter. S, Fiere, Secretaris. Vergadering der Directie, gehouden op 12 Augustus 1886. Tegenwoordig de Heeren JANssEN van Raar, Dr. v. p. Stok, Dr. Sturen. VoRDERMAN, Dr. Kroos, Dr. Onnen en Da. Ficee. De Notulen der vorige Vergadering worden. na lezing, goedgekeurd en geteekend. De Voorzitter heet den Heer Dr. Kroos, die heden avond voor het eerst zitting neemt als dirigeerend Lid der Vereeniging, welkom, onder aanbeveling van de belangen der Vereeniging. De Heer Kroos bedankt de Vergadering voor de hem betoonde onderscheiding; hij zegt, dat hij, als medicus, met zekeren schroom een benoeming als dirigeerend Lid eener natuur- Wetenschappelijke Vereeniging heeft aangenomen en dit alleen heeft gedaan, nadat hem de wenschelijkheid was betoogd dat ook eenige medici in het Bestuur der K.N. Vereeniging zitting hadden. Hij verontschuldigt zich dus reeds voor de toekomst indien hij mocht blijken te zijn eerder een zwijgend en luisterend, dan wel een sprekend Bestuurslid. ÜL Wordt gelezen een missive van den Directeur van 0. E. en _N. waarin, met het oog op de samenstelling van het ont- Werp der begrooting voor 1888 wordt gevraagd, of de gewone SOlvernements-subsidie voor dat jaar door de Natuurkundige Vereeniging al dan niet zal kunnen worden ontbeerd. De Voorzitter deelt mede dat reeds, namens de Directie der 554 K. N. V. geantwoord is. dat de financieele omstandigheden der Vereeniging niet van dien aard zijn, dat bedoelde subsidie kan worden ontheerd, en dat mitsdien heleefdelijk wordt verzocht om op het ontwerp der begrooting voor 1888 ook de gewone subsidie voor onze Vereeniging te brengen. Hiermede betuigt de Vergadering haar volkomen instemming, UI De Heer Vonperman deelt mede, dat hij voor het Tijdschrift gereed heeft een stuk »Over de Vogels van Sumatra”. Hierbij heeft hij echter een kaartje noodig, hetwelk voor den Prijs van / 5— voor de 100 exemplaren zou kunnen worden vervaardigd. Hij vraagt de toestemming der vergadering tot het doen van deze uitgaaf. Dit wordt toegestaan. IV. De Heer van per Stok zegl dat reeds gedurende eenigen tijd zijn aandacht en die van anderen werd getrokken door de roode zons-ondergangen, en wel meer in ’t bijzonder door de lange donkere strepen, die daarbij menigmaal werden opgemerkt, welke strepen of banden zich soms tot in het zenith uitstrekten, ja enkele malen tot ver in het Oosten werden waargenomen. Door den Heer Harpeman, die beter gelegenheid had deze verschijnselen nauwkeurig waar te nemen, werd het vermoeden geuit als zonden deze handen schaduwen zijn van ver gelegen bergtoppen. De Heer van per Stok deelt dit nu mede, omdat hij deze vooronderstelling ook had aangetroffen in de verhandeling van den Heer Ricco te Palermo. voorkomende in de Natur- wissenschaftliche Rundschau. Deze meent namelijk opgemerkt te hebben. dat de donkere strepen slechts dan bij de roode tons-ondergangen werden opgemerkt, wanneer bergen, bijv. die van Sardinie zich tusschen hem en de zon bevonden. terwijl zij juist ontbraken als de zon in de vrije zee tusschen Sardinie en Afrika onderging. V. De Heer Oxver brengt ter sprake een artikel van Fn, Cramsers in Nature (No. 866 vol. 54 pag. 100) getiteld „Sunspots and prices of food-grains” waarin aangetoond werd 555 dat in de prijsbeweging der Britsch-Indische granen een elf- jarige periode bestaat, overeenkomende met de elf-jarige periode der zonnevlekken. Spreker deelt nu mede dat hij op dezelfde wijze heeft bewerkt de prijzen van de rijst en van den suiker, zooals die voor- komen in het »Overzicht van den loop der prijzen van de voornaamste uitvoer-producten” door Mr. N. P. van pen Bere, loopende over 1848 tot 1885. Spreker toont in een paar diagrammen aan dat de maxima en minima der door hem verkregen lijnen in hoofdzaak overeenkomen met die van de lijnen welke in genoemd artikel worden aangetroffen. Bij de discussie over deze mededeeling wordt er voorname- lijk op gewezen dat men, om een werkelijk verband tusschen twee perioden te constateeren een grooter aantal perioden noodig heeft, dan 5 of 4. Eveneens wordt er op gewezen dat opbrengst van producten in dit geval misschien beter zou zijn tot het opsporen van een dergelijke periode, dan prijzen van producten, daar deze door de gemakkelijke middelen van vervoer meer geëgaliseerd worden. Daar er niets meer aan de orde is, sluit de voorzitter de vergadering. Goedgekeurd in de vergadering van den 9 September 1886. JANSSEN vAN Raay, President. S, Ficer, Secretaris. Vergadering der Directie, gehouden op 9 September 1886. Tegenwoordig de Heeren JANssEN vAN Raar, Dn. Srurren, Mn. Piepers, VorDERMAN, Dr. Onnen, Dr. Kroos en Dn. Froer: Afwezig met kennisgeving de Heer Scuuurman. De notulen der vorige vergadering worden na lezing goedge- keurd en geteekend. 556 L. Ingekomen is het »verslag over de gouvernements-kina- cultuur.” Dit zal in het Tijdschrift worden opgenomen. U. Van de ledenlijst wordt afgevoerd de Heer Varck te Soerabaja, met het einde van het jaar. Tot nieuwe Leden worden benoemd de Heeren W.J. G.- Groos, resident van Rembang. A. D. J. Grornenrier , Ingenieur te kl. B. 0. W. Batavia, J. A. BR. Erkerens, Dirigeerend apotheker 2° klasse Batavia, G. B. Lowe, Dirigeerend officier van gezondheid Batavia, W. H. fe Taassens, onderin- specteur over de bebakening, de kustverlichting en het loods- wezen in N. |. UI. Tot correspondeerende Leden worden benoemd de Heeren Prof. H. Weerens Berrk, te Utrecht, Dr. B. P. GC. Hork, te Leiden, F. W. van Erpen. te Haarlem, Dr. J. H. Kroos, privaatdocent a/h. Polytechnicum te Stuttgart, Dr. Wirnerm Brass, te Brunswijk. IV. Ingekomen is een voorstel van de maatschappij van Nijverheid en Landbouw tot verbouwing van de oostelijke bijgebouwen van het gebouw op het Koningsplein. Het door die maatschappij aangenomen plan van den Heer GROFNEMELER zou ongeveer f 4000— kosten. Met het oog op de afwezigheid van den Thesaurier, den Heer tex Brummerer, wordt besloten de beslissing hieromtrent tot de volgende Vergadering aan te houden. De Heer Prepens deelt mede dat hij in gezelschap van eenige Heeren een tochtje heeft gemaakt naar het eiland Edam op 24 Juli 1886. Dit eiland bleek zeer arm,‚te zijn aan vlinders. De Heer Piepers vond slechts: Danais Juventa Cr. 1 exemplaar. »___ _Melanippus Cr. var. Hei dn Lycaena Boeticus L. . ED » Cathaemia Hyparete L. 5 Terias Blanda Borsn. 5 1 en vermoedelijk Papilio Polytes L. a » alle behoorende tot de gemeenste soorten, die op de tegen | À 557 Over het eiland liggende kust van Java in grooten getale _ voorkomen. | Daar er niets meer aan de orde is, sluit de voorzitter de vergadering. Goedgekeurd in de vergadering van den 14 October 1886. JANSSEN vAN Raay, President. S. Ficer, Secretaris. Vergadering der Directie, gehouden op 14 October 1886. Aanwezig de Heeren JANSSEN vaN Raay, Dr. v. p. Srok. Dr. pe Roo, Dr. Onsen, Dr. Srurrer, Dr. Treve SCHUURMAN . TEN Brummerer en Dr. Ficer. Afwezig met kennisgeving de Heeren Mr. Prepers en Dr. Kroos. De notulen der vorige vergadering worden na lezing. goed- gekeurd en geteekend. L_ Van de Ledenlijst worden gevoerd: De Heeren E. Bosen, J. C. A. d'ENGELBRONNER , H.F. Rieper. 6. A. Hoocensrraaren, W. J. J. Docters VAN LEEUWEN, H. Lupewic. J. J. W. E. van RreMsDyk, A. W: H. PeRELAER. P.J. Lacing Topras. B. Baak, J. C. Bernevor Moens, R. F. pe Seyer, J. J. H. Smeenk, J. M. Baak, P. A. Marmes. P.W H. pv Pon, H.C. F. van pe Wart. IL. Ter tafel komt een schrijven van het eerelid Dr. v. pn. Bure le Leiden, waarin de aandacht wordt gevestigd op de Ver- handeling van Dr. A. B. Menen te Dresden » Die Giftdrüsen ber der Gattung Adeniophis Per.” voorkomende in de Sitzungsberichte K. Pr. Akademie der Wissenschaften zu Berlin 1886. 23 358 XXXVI, Dr. v. o. Bure betoogt de wenschelijkheid der opname in het Tijdschrift der Vereeniging. | ‚Hiertoe wordt besloten. II Komt ter tafel een missive van den Directeur van 0. E. en N. No. 8899 d° 14 September 1886. Hierin wordt _ de Directie der K. N. V. verzocht haar gevoelen mede te deelen omtrent het volgende schrijven van de Directeuren van ’sRijks museum van Natuurlijke historie, en van ’s Rijks Ethnographisch museum te Leiden (G. R. 15508—4/9—1886). Leimen, den 25ster Junij 1886. Excellentie! _De ondergeteekenden hebhen steeds met de meeste aandacht de wisseling van gelachten tusschen Regeering en Volksver- tegenwoordiging gevolgd, die in de laatste jaren heeft plaats gehad bij de behandeling van den post op de Indische begrooting ad f 10.000 voor wetenschappelijk onderzoek in ludischen Archipel. Hunne bijzondere belangstelling is gelegen in het groote voordeel dat wel bestuurde wetenschappelijke reizen kunnen alwerpen voor de uitbreiding der Nederlandsche Rijks Musea. _ Aan de reizen toch der voormalige Natuurkundige Commissie in Indië hebben de beide Musea waarvan de ondergeteekenden de eer hebben aan het hoofd te staan , grootendeels hun ontstaat en huene opkoust te danken. Ondergeteekenden hebben daarbij ervaren, dat de pogingen van het Nederland Aardrijkskundig Genootschap, om met de oor de beide kamers toegestane credieten, wetenschappelijke tochten te organiseeren, tot dusverre zonder gevolg zijn gebleven. Zij ve oorloven zich thans, met de meeste bescheidenheid, i belang der Nederlandsche Rijksverzamelingen en der wetenschap, Uwe Excellentie hunne gedachten daarouttrent É eenn 5, EADE EN Te INT EEn in Willen geven aan den exploratietocht door genootschap zal worden ondernomen, en ed 554 medetedeelen en der steun van Uwe Excellentie eerbiedig te verzoeken. Welke takken van wetenschap hebben het meeste belang bij van wetenschappelijke exploratietochten ? Ee Ondergeteekenden aarzelen niet als hunne meening uit te spreken, dat het zijn die, welke zich ten doel stellen het verzamelen van gegevens omtrent de hoogere dieren en omtrent den mensch in zijn onbeschaafden staat; deze toch verdwijnen gaande weg en met steeds toenemenden spoed. De lagere dieren daarentegen ullen na eeuwen grootendeels onveranderd aan- wezig zijn, terwijl voor het nautisch en geographisch onderzoek van wege het Departement van Marine steeds voldoende wordt zorg gedragen. Thans staat weder de post van / 10.000 ter beschikking me mislukte pogingen van dat genootschap wettigen de vrees, schap weder eene Nautisch-Geographische expeditie beoogt, derhalve met uitsluiting der Natuurlijke Historie en hare aan- verwante vakken. de Anthoropolgie en _de Ethnographie, en zal er aan dat genootschap geenerlei verplichting opgelegd worden len aanzien der eventueel gedurende de expeditie te maken dien, zijn wij wel ingelicht, dan wordt door g Ondergeteekenden zouden daarom gaarne in de gelegenheid eener wetenschappelijke expeditie in eenig deel van de Nederlandsch-Indische bezittingen in rdeel van Uwe Excellentie Pp rsoon te noemen, in issive genoemde vakken , onderzoekingen de Rijks-Musea aanleggen. Voor het geval echter dat Uwe Excellentie de voorkeur mocht het Nederlandsch organiseeren, zouden onder- tellen, te mogen vernemen, van het Nederlandsch of zij na afloop Ä rvan, onder nadere ontwikkeling hunner plannen, op Aardrijkskundig genootschap te geteekenden er hoogen prijs op S voor hoelangen tijd die exploratietocht „40 denzelfden voet als het Nederlandsch Geographisch Genootschap den geldelijken en zedelijken Es der Nederlandsch- Indische Regeering zullen mogen reker De ondergeteekenden nemen deze aanlal te baat om Uwe Excellentie van hunne bgzaal ne hoogachting te ver- zekeren. De Directeur van ’s Rijks Museum van Natuurlijke Historie, w. q) F. A. JENTINK. De Directeur van ’s Rijks Ethno- graphische Museum, (w. g.) SERRURIER. Aan Zijne Baeellentie den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch- Indië. Naar aanleiding dezer missive zijn twee prae-adviezen schriftelijk ingediend. Het eerste, van Mr. Piepers, stelt voor om de behandeling dezer zaak zoo mogelijk een maand uit te stellen, aangezien de behandeling van dit stuk geen haast heeft; wegens redenen van gezondheid toch is hij genoodzaakt voor eenige dagen naar het gebergte te vertrekken, en gaarna zou hij, afs een der weinige Zoölogen van de Directie, aan de discussie over dit onderwerp willen deel nemen. Het tweede is door Dr. v. p. Srok ingediend. Deze is van oordeel dat expeditiën van korten duur naar tropische gewesten zeer weinig wetenschappelijk voordeel zullen geven, omdat jongelieden van weinig ervaring onmogelijk binnen eenige weken verzamelingen kunnen aanleggen die meer bevatten GP EM ee LA EE, ME Te Pi NEET POE Pe 541 dan wat voor de handligt, Eerst langzamerhand , de expeditiën van de Novarre en de Cha!lenger bewijzen het, wordt zulk een moeilijk ambacht aangeleerd. Hij meent dat het veel beter zou zijn om de beschikbare som aan te wenden tot onder- steuning van ervaren onderzoekers, zooals Forges, op voor- waarde van verzamelen voor de Leidsche musea. Overigens meent hij dat de plannen van de Heeren Jaxtink en SERRURIER, directeuren der bovengenoemde musea, nog vrij wel in de lucht hangen, blijkbaar uit den vagen vorm hunner missive. Dr. v.p. Srok stelt voor om deze bezwaren aan den Directeur van 0, B. en N. mede te deelen. Dr. Treuw ontwikkelt zijn bezwaren tegen den inhoud dezer missive, Hij wijst er op hoe door Dr. Srumrer en door hemzelven er op is aangedrongen dat ook Nederlandsche Zoölogen en Botanici van regeeringswege in de gelegenheid zouden worden gesteld om de tropische fauna en flora te kunnen bestudeeren in de laboratoria die daartoe door hen zijn ingericht te Batavia en te Buitenzorg, van welke inrichtingen tot nog toe slechts door buitenlandsche geleerden is gebruik gemaakt. Hij aarzelt niet te verklaren dat de wetenschap zeker veel meer zou gebaat worden langs dezen voorgeslassen weg, dan dóor het ondernemen van onderzoekingsreizen naar een willekeurig punt in den N. L Archipel, ondernomen door niet behoorlijk geoefende personen. Hij stelt voor om in dezen zin aan de Regeering te adviseeren, en tevens van deze gelegenheid. gebruik te maken om te verzoeken , dat de Minister van Koloniën een gedeelte van de som van / 10.090 beschikbaar moge stellen om Nederlandsche geleerden , daartoe aan te wijzen door de Koninklijke Academie van Wetenschappen, in staat te stellen gedurende een zekeren tijd te werken in de Zoölogi- sche en Botanische Laboratoria te Batavia en te Buitenzorg. Dr. pe Roo wijst er op dat de som van f_10.000 geheel ter beschikking staat der Indische Regeering , dat. men dus Van hieruit personen zou kunnen aanwijzen, die voor een dergelijke ondersteuning in aanmerking zouden kunnen komen. 542 Hij meent dat de K. N. V. het aangewezen lichaam is om in dezen adviseerend op te treden. Hij zou dus wenschen dat de Directie der K. N, V. zich wendde tot de Regeering met het ver- zoek dat een gedeelte der genoemde som voor wetenschappelijk onderzoek in den N. FL. Archipel bestemd, te harer beschikking moge worden gesteld om daarmede in den door den Heer Trevs bedoelden zin te werken. Zeer zeker zal de Regeering hiertoe geneigd zijn, mits men met duidelijk omschreven voorstellen voor den dag kome. Wordt besloten aan de Heeren Treus en Suurren te ver- zoeken, om een concept-advies in dezen geest te willen ont- werpen, ’twelk alsdan in de volgende vergadering ter tafel zal worden gebracht. ’ IV. Wordt gelezen een schrijven van Professor MARTIN, Directeur v/h. Geologisch Museum te Leiden, waarin Z. H. Gel. de ontvangst erkent van 6 kisten met overblijfselen van voor- wereldlijke dieren, en daarvoor zijn dank betuigt. Verder vraagt hij nog eenige inlichtingen omtrent de herkomst der voorwerpen. | Dr. Srumrer zegt, dat hieromtrent niets anders bekend is dan hetgeen te vinden is in de papieren welke bij deze voor- werpen aan Prof. Marti zijn toegezonden. Den Secretaris wordt opgedragen dit aan Prof. Martin mede te deelen, onder bijvoeging dat nadere inlichtingen misschien nog bij den Heer Teeren of diens nabestaanden zullen te verkrijgen” zijn. V. De Heer Onsen brengt ter tafel een schrijven van de commissie voor het Proefstation voor Suikerriet in West-Javt in welk schrijven van de oprichting van dit station word! kennis gegeven, en verder verzocht wordt om een bijgevoegde circulaire geheel of gedeeltelijk in het Tijdschrift der Vereeniging op te nemen onder bijvoeging van een hartig woordje van aan beveling. Daar deze zaak niet op den weg ligt der K._N. V. maar We huis behoort bij de Maatschappij van Nijverheid en Landbouw: wordt besloten deze missive voor kennisgeving aan te nemen. 545 VI. Komen ter tafel de verbouwingsplannen van de Oostelijke bijgebouwen van het gebouw op het Koningsplein De Thesaurier geeft een kort overzicht van den financieelen toestand der Ver- eeniging, waaruit blijkt dat de uitgaven de inkomsten verre overtreffen. Versterking der inkomsten is dus zeer gewenscht, en daarom zou het productief maken van het terrein niet af te raden zijn. Men diene echter in het oog te houden dat dergelijke verbouwingen gewoonlijk meer kosten dan ge- raamd wordt, en dat een gedeelte van het kapitaal zal moeten worden losgemaakt, tenzij men een hypotheek op het gebouw zou willen nemen. Wanneer het nieuwe gebouw echter ledig staat, derft men de huur, terwijl men nog voor het geleende geld interest moet betalen. Bij verdere discussie blijkt dat eenige leden met het oog op den slechten toestand der financieen sterk gekant zijn tegen elke verbouwing. Andere leden meenen dat een verbouwing , waardoor een woonhuis van ‚f 100 maandelijksche huurwaarde zou worden verkregen, de voorkeur zou verdienen boven het __ plan van den Heer GROENEMEIJER, door het Bestuur van de Maatschappij van Nijverheid en Landbouw voorgeslagen. De Heer Sturen voegt er nog bij dat hij zich wil verbinden om een geschikt woonhuis op het erf der K. N. V. van f 100.— maandelijksche huurwaarde, voor een tijd van vijf jaar te huren. Wordt besloten den President te verzoeken om met den Heer Groexenersen in overleg te treden tot het ontwerpen van een woonhuis in dezen geest. Im een volgende vergadering zal dan hierover verder worden gediscussieerd. VIT. Wordt besproken de mogelijkheid om de uitgaven te “verminderen. De Heer Suuirer stelt voor om den schrijver, aan de bibliotheek verbonden, af te schaffen, waardoor een maandelijksche bezuiniging van f 25 — zou worden verkregen. De uitgaven voor inbinden zullen het volgende jaar ook wel veel minder bedragen. De Heer Ficee stelt voor om met ingang van het volgende jaar de maandelijksche toelage aan den 544 Secretaris voor bureaubehoeften tot op de helft te reduceeren. De Vergadering is echter niet genegen een dergelijke ver- mindering organisch vast te stellen. Aangenomen wordt het voorstel van den Heer Suurrer om den schrijver aan de Bibliotheek met den aanvang van het volgende jaar af te schaffen. Daar er niets meer aan de orde is. sluit de president de Vergadering. Goedgekeurd in de vergadering van den 11 November 1886. JANSSEN vAN Raay, President. S. Frerr, Secretaris, Vergadering der Directie, gehouden op 11 November 1886. Tegenwoordig de Heeren JAnssEx var Raay, Dn. v. p. Stok, Dr. ne Roo, Dr. Kroos, Dr: SLurren, Dr. VorDERMAN „Dr. Onnen. Mr. Piepers, ren BrumuerLerR en Dr. Ficer. Afwezig met kennisgeving de Heeren Dr. Treur en SCHUURMAN. De voorzitter opent de vergadering en wenscht de Heeren VORDERMAN en Sumter geluk met hun benoeming tot Leden van het Provinciaal Utrechtsch Genootschap. Daarna. worden de notulen der vorige vergadering gelezen. goedgekeurd en geteekend. L_Tot Leden worden benoemd. de Heeren: LW RE van Ercke , Officier van gezondheid te Buitenzorg. E. GiesBenGen, Koopman te Batavia. J. A. Umkens, Redacteur vih. Soerabajasch Handelsblad te Soerabaja. , 545 ALEXANDER E‚ Lipo, Ingenieur bij de staatsspoorwegen te Madioen. Wirven Kessren, Administrateur, te Tjampacca Warna. Gerorer Friscuen, Officier van gezondheid, te Meester- Cornelis. P. A. v. pv. Mape, Directeur der gasfabriek, te Batavia. A. Kroorr, gepens. Majoor van het Ind. Leger, te Tjikadjang. ÁrBert Mour, Koopman, te Batavia. À F. GransBere, Secretaris der Deli-maatschappij, te Deli. CG. J. Corveurs, Onderwijzer, te Batavia. G.J. P. J Borsanpr, Leeraar aan het Gymnasium, te Batavia. IL. Van de ledenlijst worden gevoerd de Heeren: Max WrepeManN, Semarang. G. J. van Morman, Buitenzorg, A. P. Merenion, Buitenzorg. A. Hiruince, Blitar. HI Wordt gelezen een briefkaart van het eerelid Dn. G L. v. p. Bure. te Leiden. met de mededeeling, dat hij bij de begrafenis van het gewezen Lid J. 6. BerseLot Moens, te Haarlem overleden. ook namens de Kon. Nat. Vereeniging, een woord van hulde had. gesproken. Den Secretaris wordt opgedragen hiervoor aan Dr. v. pn. Bure den dank der Directie te betuigen. IV. De Heer Sturen heeft van Dr. Treug een schrijven ontvangen dat hij. wegens ongesteldheid, de vergadering van heden avond piet kan bijwonen. Om dezelfde reden is hij verhinderd geweest een concept-antwoord op het schrijven van den Directeur van O. E. en N. No. 8899, 14 Sept. 1886 op te maken. Sinds de laatste vergadering echter, zegt de Heer Sruirer. is ous bekend geworden dat de Minister van Binnenlandsche Zaken aan de Akademie van Weteuschappen de toezegging heeft gedaan om gelden beschikbaar te stellen len einde Nederlandsche geleerden in staat te stellen zich in de 3546 Ned. Indische bezittingen op Zoologisch en Botanisch terrein te oefenen. Dr. Suurren stelt nu voor, om met de beantwoor- ding der missive bovengenoemd te wachten tot dat hiervan officieel bericht zal zijn ontvangen. De Heer pr Roo heeft hiertegen bezwaar. Hij zegt dat men zich integendeel zal moeten haasten, omdat, als het jaar ten einde is, de beschikbare som in ’s Lands Kas vervalt. Het is spreker gebleken dat er nog f 2500 disponibel zijn, en hij stelt voor die zoo spoedig mogelijk aan te vragen. De Heer Prepers wenscht er de aandacht op te vestigen dat _ de beantwoording der genoemde missive, wat het Ethno- graphisch gedeelte aangaat, bij het Bataviaasch Genootschap te huis behoort. Verder wijst hij er op, dat natuurhistorische exploratietochten niet geheel mogen worden verworpen, maar hij wenscht in het antwoord aan de Regeering er ten sterkste op gedrukt te zien, dat van expeditiën, van uit Nederland georganiseerd, geen heil te verwachten is. Wordt besloten den Heeren Trees en Srurren te verzoeken ten antwoord aan de Regeering te ontwerpen, in den geest zooals (hans in de Vergadering besproken is. Dit antwoord zal dan verder z00 spoedig mogelijk aan de Regeering worden verzonden. V. De Heer Piepers meent, dat de kosten van uitgaaf van het Tijdschrift bijzonder hoog zijn. Hij deelt eenige cijfers mede betrekking hebbende op de kosten van zijn werk „Macht tegen Recht”, in Holland gedrukt. Werd ook ons tijd- schrift in Holland gedrukt, dan zou dit zijns inziens een groote besparing kunnen geven. Hiertegen echter heeft de: vergadering groote bezwaren, vooral om de moeilijkheden die een goede correctie zal opleveren, en ook wegens de vertraging die hierdoor de verzending van het tijdschrift zou ondergaan. VL De Heer Stumrer vertoont de medaille, geslagen bij gelegenheid van het 50-jarig professoraat van Professor P.J.’ van Bexepen. Hij stelt voor om deze te deponeeren 541 bij de verzameling van het Bataviaasch Genootschap, waar meer dergelijke penningen, aan de K. N. V. behoorende, berusten. Dienovereenkomstig wordt besloten. VIL. Dr. Kroos deelt mede dat het nieuw benoemde bui- tenlandsch correspondeerend Lid Dr. J. Kroos thans benoemd is tot Hoogleeraar te Brunswyk. VIII. De Heer VorprrMan toont eenige werkwaardige vormen van mimiery, n. l. eenige orthoptera die volkomen den vorm van Begonia-bloemen hebben Voorts vertoont hij nog eenige exemplaren van de zooge- naamde mestbollen van den neushoorntor. IX. De Voorzitter zegt, dat volgens Artikel 28 van het Reglement een algemeene Vergadering had moeten gehouden worden in de maand Juni van dit jaar. Daar er echter niets te verhandelen viel, is deze niet gehouden: verder stelt hij voor om in dit jaar geen algemeene vergadering te houden. Dit wordt aangenomen. Daar er niets meer aan de orde is, sluit President de Ver- gadering. Goedgekeurd in de vergadering van den 9 December 1886. JANSSEN vAN Raar, President. S. Ficere, Secretaris. Vergadering der Directie, gehouden op 9 December 1886. Tegenwoordig de Heeren JANSSEN vAN Raay, Ir. v. D. STokK. Dr. Sturen. Dr. ONNEN, TEN Brummerer. Mr. Prepens en Dr. Fier. 548 Afwezig met kennisgeving de Heeren Dr. Trrun en Dr. Kroos. De vergadering werd bijgewoond door de Heeren Professor Pekernarine, Dr. Winkren, Dr. Senerrer en GeBer. 1. De notulen der vorige vergadering worden na lezing goedgekeurd en geteekend. U. Wordt overgegaan tot verkiezing van functionarissen voor het jaar 1887. Bij het openen der stembriefjes blijkt dat dezelfde personen met groote meerderheid herkozen zijn. UL Van de ledenlijst worden afgevoerd de Heeren Dr. v. Riemspisk, Mr. Anrtrs. G. L. Dücker. J. pe Crero Züeur. Dr. A. Prixs, J. S. Repeken, J. M. Verney, BLANKEN. IV. Tot nieuwe Leden worden benoemd de Heeren: G, D. Bix, Tabaksplanter, te Djember. Dr. J. F. Box, Civiel Geneesheer , te Pamekasan. A. G, Seugeren, Assistent-Resident, te Pandeglang. G. L. Mers Fiers Smenisc. 1e Stadsgeneesheer, te Soerabaja. E, van pe Roemer, Houtvester ‚te Probolinggo. G. A. Scueren, Resident, te Medan. J.J. pe Graar, Houtvester, te Kendal. N. L. Hovwerva, Officier v. Gez. 1e klasse, te Buitenzorg. M. Tu. J. A. Keus, Assistent-Resident, te Toeban. G. A. Marca, Administrateur. A.C, 0, Meine, Stadsapotheker, te Semarang. J.M. Trerman, Directeur van het postkantoor. te Probolinggo. Tu. €. van Huur, Uitgever, Batavia. V. Worden gelezen missiven van de Heeren Kroos en Brasius, beide te Brunswijk. waarin zij hun dank betuigen voor hun benoeming tot correspondeerend lid der Kon. Nat. Vereeniging. VI. De voorzitter leest voor het antwoord op de missive van den Directeur van 0. E. en N. No. 8899, 14 Sept. 1886 door. de Heeren Treur en SLUrreR opgesteld ‚en door Voorzitter en Secretaris geteekend, aan genoemden Directeur verzonden. Dit stuk is van den volgenden inhoud: ES en Eerd A ien dik 349 BATAVIA ralleherg T, 1886. Bij uw schrijven van 14 September zi PANGT “8899, werden wij door UHoogBd.G verzocht ons gevoelen te willen mededeelen hark den. aan de Regeering gerichten brief van de Directeuren van ’s Rijks Museum van dpd Historie en van ’s Rijks Ëulinograpuisch Museum, beide te Leiden 25 Juni te voren No. 45, nopens de aetbidin die, naar hunne meening aan de op de begrooting van Ned. Indië, te oeve van wetenschappelijk onderzoek in den Indischen Archipel, uitgetrokken som van f/ 10.000 zoude kunnen gegeven worden Wanneer wij eerst heden aan uw verlangen voldoen, dan komt dat omdat het Meta der Heeren JENTiyK en ERRURIER van zelf er aanleiding toe gaf, om de zaak vanhet - wetenschappelijk hdildsek in den Indischen Archipel van een meer Heren. standpunt ter sprake te brengen. Eene te mogen behandelen. De uitkomst diareaà hebben wij de eer UHoogEdG. hier ondervolgend kenbaar te ma ns voorlopig tot het hierboven vermeld aan Zijne Excel- lentie den Gouverneur-Generaal_ van Nederlandsch-Indië ge- r El at, Directeuren der Leidsche Musea , de Heeren JextiyK en SERRURIER , in twee opzichten zich op een minder juist standpunt stellen. Zeer zeker is het alleszins begrijpelijk en orjk nd de Heeren Jexrink en Serrurier, als Directeure richtingen, verklaren dat hunne bijzondere Bnbretliag is is beklagen hebben ian hetgeen dit onderz oek reeds voor hunne vti heeft afgeworpen, erkennen toliostde’ Heeren elve na de tweede plaats is het opwerpen der vraag: » welke wetenschap hebben het meeste belang bij weten- loer exploratietochten” als ook het antwoord door de 550 bij het beperkte standpunt door hen ingenomen, niet wel verklaarbaar voor. Door het huldigen dezer opvatting toch, wordt een aanzienlijk deel der natuurwetenschappen als niet bestaande beschouwd, om niet eens te gewagen van andere takken van wetenschap, als b. v. Archaeologie en Linguistiek. at ook de persoonlijke meening dier heeren, over het toekennen van den voorrang in het door hen zoo eng om, paalde gebied der in aanmerking komende takken van weten- schap, geenszins onze meening is, stippen wij slechts aan, zonder in, voor deze plaats te uitvoerig wordende uiteen zettingen te treden eerste plaats gevolgd dienen te worden en welke vraag: stukken het meest eene oplossing behoeven, en hier van weder hangt het af welke takken van wetenschap en zelfs welke hunner onderdelen, bij het instellen van nasporingen, ook in verre gewesten, het eerst in aanmerking moeten komen. dit beginsel niet zoo dikwijls uit het oog verloren, dan zouden kostbare onderzoekingstochten der wetenschap veel meer baat gebracht hebben dan thans het geval is geweest e Europeesche Musea en Verzamelingen zouden geene hon- derden onder het stof beeraven specimina bezitten, welke jaren achtereen, onbepaald en niet geclassificeerd, op belang- stellende wetenschappelijke bewerkers wachten niet buiten rekening mag worden gelaten. Wij doelen hier op het nationale standpunt hetwelk men moet innemen. Zonder daarom tot slaafs volgen gedwongen te zijn, moet men wel degelijk rekening houden met de richtingen waarin buitenlandsche natuuronderzoekers in tropische landen werk- et oogmerken waarmede zij zich lange } Pp Ï hijgde ond onderzoek beschikbaar, worden aangewend. * pr É E BE Jbl reizen getroosten om in verafgelegen gewesten onderzoekingen te gaan in het werk stellen. Íimmers die richtingen en die oogmerken wijzen beide op belangrijke ngen, voor welke de wetenschappelijke wereld in Europa van het onder- zoek der rijke tropennatuur de oplossingen wacht. Tot het verkrijgen dier oplossingen in de eerste plaats mede te werken, en zoo mogelijk daarbij voor te gaan, ligt op den weg van een volk dat aan zijn groot koloniaal bezit zijn rang ontleend. Al is dn er, zoo als hieronder nader zal worden uiteen- gezet. verre van, dat in den tegenwoordigen lijd het doen van Geena de eenige wijze zoude zijn waarop wetenschappelijk. onderzoek in onzen Archipel kan plaats hebhen, zoo erkennen wij toch volmondig het wetenschappelijk nut van dergelijke tochten, zij het ook hoofdzakelijk om andere „redenen dan de Heeren Jexrink en SerRURIER aanvoeren. aar ons gevoelen moet echter als eerste voorwaarde worden gesteld, dat plannen en voorbereidingen voor weten- schappelijke reizen, in meer afgelegen deelen onzer bezittingen, e Alleen bij het vervullen dier voorwaarde, zullen de weten- schappelijke ten het talrijkst Enne Et bij de meest mogelijke beperking der, toch reeds enlijke, kosten; dan alleen zal het personeel de Den waarborgen van geschiktheid opleveren, en zullen voorschriften en aanwijzingen bevorderend en niet, zoo als maar al te dikwijls is geschied. dad werken. Bij het nagaan der geschiedenis van de voormalige » Natuur- kundige Commissie”, ‘wordt men droevig getroffen door het _ groot “aantal menschenlevens. waaronder van veelbelovende en begaafde mannen, dat het ann de onderzoek van Neder landsch-Indië tusschen de jaren 1820 en 1845 heeft gekost. In toch, hoe gering zijn de wetenschappelijke wench: die ten koste van zooveel menschenlevens en in weerwil van de schatten, die jaren achtereen zijn besteed , door de »Natuur- kundige Commissie” zijn geleverd! Dat deze Commissie niet of slechts zeer gedeektelijk aan haar doel heeft beantwoord, is zelfs door haren geschiedschrijver niet ontkend, en wordt alleen daardoor reeds voldoende bevestigd, dat een harer op- richters, haar grootste voorstander en leider tevens, het voors ie tot hare bath heeft gedaan. n het antwoord naar wij vermeenen niet moeielijk zijn. Die geringe uitkomsten mogen voor een deel zijn veroorzaakt , 1352 omdat het den leiders in Nederland somtijds aan breede inzich- ten faalde. de hoofdoorzaak ligt evenwel daarin, dat de leiding der »Commissie” geheel in Nederland berustte, bij Nederlandsch-Indische toestanden, uit ervaring, bekend, of ekend gebleven. De plannen voor de reizen in den Indischen Archipel, in het moederland opgemaakt, de voorschriften aan de naar hier vertrekkende leden der »Commissie” mede- gegeven; vooral de geringe mate van wetenschappelijke vrij- heid hun bij hun werken in Indië elaten, maken het ver- klaarbaar dat de voormalige sNatuurkundige Commissie” niet aan haar doel heeft beantwoord. aar de ondervinding op zoo duidelijke wijze uitspraak heeft gedaan, schromen wij ni voorstellen, als die van de Heeren Jexrink en Serrurier, met nadruk te ontraden. ‚verd aan het verzoek dier heeren door de Indische Regee- ring gehoor gegeven, dan zoude men hetzelfde als vroeger onder de »Natuurkundige Commissie” zien gebeuren. Men zoude dezelfde aanzienlijke witgaven, dezelfde feilen bij schappelijke uitkomsten hebben. van hoeveel goeden wil en Era toewijding de leiders in Nederland ook zouden doen ijken. Plannen voor wetenschappelijke onderzoekingstochten be- hooren , zullen zij steun verdienen nog aan eene andere voor- aarde te voldoen, namelijk deze. dat de tochten met een bepaald en wel omschreven doel worden ondernomen. Er is te veel in onzen Archipel door natuuronderzoekers In overeenstemming met het tegenwoordig streven der natuur- Wetenschap, dan dat men ter aan rijzing van eenen kost- baren onderzoekingtocht, nog zoude kunnen volstaan met de mededeeling, dat de tocht aar eenig, nog niet of weinig bereisd deel der Nederlandsch-Indische bezittingen leiden zal. Steunt thans de Indisc het ingaan zelfs op voorloopige 555 bij de Indische begrooting zijn uitgetrokken, is gaan overwegen of een deel dier gelden niet ten bate der door hen beheerde wij maken ons sterk dit te doen, dat er aangewezen wegen voor het wetenschappelijk onderzoek in den Indischen Archipel openstaan; op die wegen, hetzij met een gevoel van bescha- ming erkend, zijn buitenlanders reeds voorgegaan, doch er is slechts geldelijken steun van noode om ze ook door geleerden van onze eigene natie te doen volgen. Het zij ons vergund nader in het kort aan te toonen , welke dan die aangewezen wegen zijn, waarop het- wetenschappelijk onderzoek in _Nederlandsch-Indië slechts op Nederlandsche natuuronderzoekers wacht. à Het is noodig daarbij terug te keeren op hetgeen reeds boven ter loops werd aangevoerd, namelijk, dat het doen van onder- zoekingstochten geenszins de eenige wijze meer is waarop men ten onzent in het belang der wetenschap kan werkzaam zijn. afgelegen landen, eerst in nieuwere tijden bekend of | In _ toegankelijk geworden, doorloopt het natuurwetenschappelijk onderzoek twee tijdperken. In het eerste is er alleen van onderzoekingstochten sprake. Het geldt dan, het land zooveel doenlijk doorkruisend, op een aantal plaatsen, zich onder verschillende omstandigheden bevindend, een zoo groot mogelijk getal specimina van planten en dieren te verzamelen (om ons hier slechts tot Zoölogie en Botanie te bepalen), ten einde een behoorlijk overzicht te verkrijgen van hetgeen Fauxa en Frora _ opleveren. Heeft men het eenmaal hiertoe gebracht, dan vangt het tweede tijdperk aan: dat, waarin men de vormen, in de ver- schillende onderdeelen van „het gebied voorkomende, alle, en met eene grootere mate van nauwkeurigheid, tracht te leeren ennen ; waarin men voorts, steunende op de groote hoeveelheid reeds verkregen kennis, de levens- en wordings- geschiedenis der organismen, alsmede hunne levensvoorwaarden, tot onderwerpen van studie gaat maken. is duidelijk dat daarbij onderzoekingstochten hunne et beteekenis hebben verloren. 554 spreken, dat het natuurwetenschappelijk onderzoek van een eel van den Indischen Archipel — met name van Java — over het geheel genomen, zich thans in de tweede der ge- noemde tijdperken bevindt. Door deze overtuiging geleid, steùnde onze Directie voor weinig jaren de plannen van ons medelid Dr. Sturen tot oprichting van een klein zoölogisch station nabij de zeekust, in bescheiden navolging der uitmuntende Europeesche instellingen, waar de studie der zeefauna tot zulke verrassende uitkomsten heeft gevoerd. De denkbeelden van Dr. SLurrer mochten evenwel toen niet tot verwezenlijking geraken. Weinig tijds daarna gelukte het een ander onzer medeleden, Dr. Treun, als Directeur van ’s lands plantentuin, van dezelfde gedachte uitgaande, met hulp der Regeering een botanisch laboratorium aan de Buitenzorgsche inrichting te verbinden. hoofdzakelijk met het doel om aan europeesche natuuronder- zoekers de gelegenheid tot het doen van nasporingen en studiën e geven Sedert slaagden wij er in om ook het plan van Dr. Srurren, uit Karopa, onder gunstige voorwaarden, in de onzer rijke boekerij, hunne onderzoekingen kunnen doen. e vraag of men bij het oprichten dier stations voor tee Stare ee id enk Ge EE 555 Ons eigen zoölogisch laboratorium is nog te kort geopend om reeds op buitenlandsche bezoekers te kunnen wijzen , doch wij mogen veilig aannemen, dat onze zoölogische instelling het- zelfde als aan de botanische, aan den tuin te Buitenzorg ver- bonden, zal te beurt vallen. Tot die verwachting bestaat te tingen zijn gekomen tot het doen van nauwkeurige onder- zoekingen op verschillend gebied, voornamelijk evenwel op dat der zee-fauna. Ware ons zoölogisch station toen reeds Uu U 1OUMOPT pelijk terrein, aan een nauwkeurig onderzoek in loco te onderwerpen en dat die laboratoria derhalve aan eene werke- lijke behoefte beantwoorden. f Buitenzorg bleef, was geen enkele dier geleerden, voor zoo- verre zij niet tot den Indischen staatsdienst behoorden, Ne- derlander. jong geleerde met het zelfde doel herwaarts. En toch ont- breekt het ook in ons vaderland waarlijk niet aan jongere dier- en kruidkundigen, wier reeds geleverde arbeid bewijst, dat zij met vrucht op wetenschappelijk gebied werkzaam kunnen ijn. Aan lust om ook hunne krachten aan het onderzoek der tropische natuur te wijden, ontbreekt het hun zeker niet. Bezwaren van geldelijken aard alleen weerhielden en tot nog toe, om deel te nemen aan de beweging naar ten tropisch arbeids-veld. welke zich in den vreemde bijna overal openbaart. Men vergete echter niet, dat aan de vreemde geleerden, hatuuronderzoekers, geheel vrijen overtocht tot Singapore 556 gemeten; hetzij dat zij, zooals de Duitsche geleerden van de Koninklijke Akademie van Wetenschappen te Berlijn of zooals de Engelsche van de »British Association for the advancement of Science” toelagen voor hunne reis ontvangen. Behoeven wij dan nog te zeggen op welke wijze gelden tot wetenschappelijk onderzoek der kolonie bestemd, het nuttigst kunnen worden aangewend, nu de richtingen waarin en de n waarop dat onderzoek in den Indischen Archipel zeker vruchtdragend is, zoo duidelijk aangewezen en reeds door menig geleerde van vreemde nationaliteit ingeslagen zijn? Bij geldelijken steun zullen ook Nederlanders deelnemen aan eene beweging op wetenschappelijk gebied. waarbij zij, juist omdat zij Nederlanders zijn, niet achteraan mochten komen, maar dienden voor te gaan. Die geldelijke steun, wij haasten ons dit hierbij te voegen, kan veel minder bedragen dan hetgeen voor groote reizen en _ exploratietochten wordt gevorderd. Volgens de berekening van de heeren Treus en Srumrer, door hen den kruid- en dierkundigen in Europa bekend gemaakt, is voor een verblijf van 4 maanden alhier, benevens voor de kosten van uit- en tehuisreis, — alles te zamen dus — eene som van f 2500 voldoende. De juistheid dier raming is trouwens voor bezoekers der Buitenzorgsche botanische instellingen reeds door de ondervinding bevestigd, z00 als wij op grond der gegevens van Dr. Tren kunnen verzekeren. Evenzeer heeft de te Buitenzorg opgedane ervaring bewezen, dat een verblijf van vier maanden in een der laboratoria alhier. hoewel niet lang, toch van voldoenden duur is om voor den werking te kunnen onderwerpen Indien de Regeering zich met het hiervoren gezegde , dat naar Wij ons vleien, ook bij UHEAG. ondersteuning zal vinden ‚ mocht kunnen vereenigen, dan zoude het doel, dat wij beoogen, het de Vereeniging die sommen ter beschikking kan stellen vat twee Nederlandsche natuuronderzoekers — een plant- en een et h dierkundige — die met het hier voren omschreven weten — it 557 schappelijk doel naar gan zouden willen komen en hier m jen. Wij zullen alsdan de vane beschikking der Regeering onverwijld en op de meest dienstige wijze in de Nedarlamidscte wetenschappelijke kringen bekend maken, en stellen er ons verantwoordelijk voor, ‘dat de toelage slechts aan natuuronder- zoekers zal worden uitgekeerd, die door hunne wetenschappe- lijke verdiensten de aan hen te verleenen ondersteuning ten volle waardig zijn. Ten slotte vermeenen wij er nog de aandacht op te moeten vestigen dat de pret natuuronder zoekers, in het moederland teruggekeerd, tot de weinige personen zullen ehooren , die voor mogelijke wetenschappelijk onderzoekingstochten kunnen worden aangewezen. Het vorenstaande gene hebben wij de eer UHEdG. beleefdelijk , doc andrang, te verzoeken aan de hegeering te willen de 1°. aan de ied JentinK en SERRURIER te kennen te geven, dat vooralsnog geene termen bestaan om aan hunne wen- schen te voldoen, doch dat, wanneer de gelegenheden zich daartoe aanbieden, op de belangen der aan hunne zorgen toevertrouwde wetenschappelijke instellingen zal worden gelet. den Directeur van Onderwijs, eredienst en Nijverheid in dit met die sommen twee Nöderéudsoie natuuronderzoekers te ondersteunen, die zich naar Nederlandseh-Indië zouden willen begeven, om daar gehen minstens vier maanden, hetzij aan het botanisch Laboratorium bij ’slands plantentuin te Buitenzorg, hetzij aan het zoölogisch station der Koninklijke atuurkundige Vereeniging te Batavia werkzaam te zijn, met opdracht aan genoemde Vereeniging om te zijner tijd van het gebruik dat van de ter harer Beehikkiuf gestelde sommen is gemaakt, door tusschenkomst van den Directeur aan de Re- seering te berichten. behoeven overigens wel niet te zeggen dat wij het van Baaöt: ng achten, dat door de Regeering c. q. nog voor het einde des jaars eene beschikking genomen worde, weshalve wij UHEJG. “beleefdelijk verzoeken daartoe door eene spoedige behandeling dezer aangelegenheid, wel te willen medewerken. Het Bestuur he Koninklijke va a Vereeniging in Ned. Indië zak g.) ie van Raar, RE yv. g.) S. Froger, Secretaris. 558 De Heer Prrpens maakt de opmerking dat in dit antwoord er niet op gewezen is, dat de behandeling, wat het Ethno- graphisch gedeelte aangaat, bij het Bataviaasch Genootschap te huis behoort. Ook komt hem het laatste gedeelte te exclusief voor. De voorzitter merkt op, dat het gebleken is dat het Bataviaasch Genootschap reeds in de gelegenheid is geweest om der Re- geering te adviseeren omtrent de wijze waarop Ethnographische onderzoekingen in den N. IL. Archipel volgens het oordeel van Directeuren van dat Genootschap behooren te geschieden. Verder bestrijdt hij de meening dat het laatst gedeelte van het antwoord te exclusief zoude zijn. In de laboratoria der heeren Treur en Sturen bestaat de gelegenheid, en wordt die aangeboden, voor wetenschappelijk natuurhistorisch onder- zoek in alle mogelijke richtingen. Overigens wijst de voor- zitter er op dat het antwoord bereids verzonden is, krachtens de machtiging daartoe in de vorige vergadering verleend. Dat er werkelijk noodzakelijkheid bestond het antwoord aan de Regeering te verzenden, blijkt uit een schrijven van den Directeur van 0. E. en N. No. 1109 d°. 22 November 1886. waarbij op dadelijke afdoening wordt aangedrongen, en ver- zocht wordt de stukken met of zonder het advies onzer Directie voor den 25 November te mogen terug ontvangen. De Heer Ficre stelt voor, de missive van de Heeren JENTINK en SeRRURIER, zoowel als het advies door onze Directie daar- over uitgebracht, in hun geheel in de Notulen op te nemen. Hiertoe wordt besloten. VII. Komt ter tafel het verbouwingsplan van de bijgebouwen van het gebouw der Vereeniging, zooals het thans door deu Heer GroeNemeijer is opgemaakt. Volgens dit plan zullen genoemde bijgebouwen worden verbouwd tot een geschik! woonhuis, waarvoor de huur f 80 à f 90 zal bedragen. De kosten voor deze verbouwing zullen ongeveer f 7000 bedragen. Dit plan wordt aangenomen met een stem tegen, echter onder voorwaarde dat de Maatschappij van Nijverheid en Landbouw er ‚genoegen! mede neemt. eren et rn sh hit a 559 VIII De Bibliothecaris deelt mede dat hij voor ‚f 80 nieuwe boekenrekken heeft laten maken. De Heer van per Stok geeft een overzicht van den inhoud van het onlangs voleindigde VIl® deel der »Maynetical and _Meteorological Observations”, bevattende de resultaten van de waarneming der magnetische elementen te Batavia gedurende de jaren 1882—1885. De voorzitter zegt den Heer van per Stok dank voor zijn mededeeling en sluit daarna de vergadering aangezien er wijders niets meer aan de orde is. Goedgekeurd in de vergadering van den 15 Januari 1887. JANSSEN vAN Raar, President. S. Ficee, Secretaris. VERSLAG VAN DE WERKZAAMHEDEN EN DEN TOESTAND DER KONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING IN NEDERLANDSCH-INDIË OVER HET JAAR 1886. UITGEBRACHT IN DE BESTUURSVERGADERING VAN DEN 17 FEBRUARI 1887 DOOR HL. JANSSEN VAN RAALJ. Voorzitter der Vereeniging. , M. H.! Door uw vereerend vertrouwen tot het Voorzitterschap onzer Vereeniging seroepen, waarvan ik thans het oudste lid in Nederlandsch- Indië ben, heb ik die opdracht gaarne aanvaard, al ontveinsde ik mij niet, dat ik wel de plaats van zoovele ver- dienstelijke voorgangers bekleeden , maar hen niet vervangen kan. Voor de eerste maal rust thans de taak op mij om nopens de werkzaamheden en den toestand onzer Vereeniging verslag uit te brengen, en daartoe overgaande vermeen ik indeeerste plaats te moeten gewagen van het verlies, dat de Vereeniging leed, door het vertrek van ons gewezen medelid Dr.C. L. VAN DER Bure, die zoovele jaren en op zoo verdienstelijke wijze 261 het Voorzitterschap der Vereeniging bekleedde en die wij voor- zeker alle met leedwezen uit ons midden zagen weggaan. In onze vergadering van den 18 Februari 1886 trad Dr. C. L. van per Bure als Voorzitter en bestuurslid af, en werd hem als bewijs van erkenning zijner verdiensten jegens de Vereeniging met algemeene stemmen het eerelidmaatschap aangeboden en, zooals het laatste door hem uitgebrachte ver- slag getuigt, door hem met ingenomenheid aanvaard. In diezelfde vergadering werd ik tot zijn opvolger gekozen. terwijl de Heer Dr. J. P. van per Srok mij als Onder-Voor- zitter verving. Van de Besturende leden traden in 1886 nog af de heer J. J. W. E. van Riemspuk, wegens vertrek naar Nederland. Daarentegen trad de heer Dr. F. H. Baver te Buitenzorg op nieuw als bestuurslid op en werd als zoodanig verkozen het gewoon lid de heer Dr. J. P. Kroos. Het bestuur bestond bij het einde des jaars uit 16 leden. Niet onvermeld vermeen ik te mogen laten, dat aan onze medebestuursleden de heeren Dr. J. P. van per Stok. Dr. C. P. Suren en A. G. VorperManN de onderscheiding te beurt viel, aan den eerste van tot correspondeerend lid der Konink- lijke Academie van Wetenschappen te Amsterdam en van het Genootschap van Proefondervindelijke wijsbegeerte te Rotterdam en aan de Faatste twee van tot leden van het Provinciaal Utrechtsch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen te wor- den benoemd. Van de correspondeerende leden onzer Vereeniging ontvielen ons door overlijden in Nederland de heeren Dr. M. Sarvenpa te ‘s-Gravenhage en Dr. A. Heunzivs te Leiden en in het Buitenland de heeren H. R. Görrenr te Breslau en F. von Hocnsterter te Weenen. SALvERDA, Hernzivs en von Hocu- STETTER werden in nog krachtigen leeftijd door den dood weggerukt, doch Göreerr mocht den hoogen ouderdom van 86 jaren bereiken. Zooals bekend is heeft deze verdienstelijke 562 plantenkenner en palaeontoloog, die sedert 1856 correspondee- rend lid was, zijne nasporingen omtrent de fossiele flora ook tot het eiland Java uitgestrekt en verscheen in 1858 van zijne hand »Die Tertiär-flora auf der Insel Java.” Het correspondeerend lid Prof. P. J. van Bexenen viel het voorrecht ten deel in het afgeloopen jaar zijn vijftigjarig hoogleeraarschap te mogen vieren. Door zijne vereerders werd hem bij die gelegenheid eene gouden medaille „aangeboden , waartoe de Vereeniging mede eene bijdrage heeft gegeven. Zij ontving een bronzen afslag dier medaille, die aan het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen ter be- waring is afgestaan. Tot nieuwe correspondeerende leden werden benoemd in Nederland; Professor H. Werens Brrrink te Utrecht, Dr. P. P. 6. Hork te Leiden en F. W. van Eepen te Haarlem, en in het Buitenland: Dr. J. H. Kroos, tijdens zijne benoeming Privaat-docent te Stuttgart, doch daarna hoogleeraar te Bruns- wijk en Dr. Wunerm Brasros, mede hoogleeraar te Brunswijk. Van al deze heeren werd het bericht ontvangen dat het cor- respondeerend lidmaatschap door hen gaarne aanvaard werd. Door die benoemingen bedroeg het aantal correspondeerende leden in Nederland 30 en in het buitenland 29. Niet minder dan 96 Gewone leden moesten wegens bedanken, vertrek of overlijden van de ledenlijst worden afgevoerd, terwijl daarentegen 49 nieuwe leden tot de vereeniging toetraden, zoodat op 51 December 1886 het aantal leden 288 bedroeg: Onder de leden, die moesten worden afgevoerd waren er echter verscheidene, die reeds vroeger waren vertrokken vof overleden, doch verzuimd waren af te voeren, zoodat eigenlijk niet het geheele verlies op rekening van het jaar 1886 mag gesteld worden. en De achteruitgang in het aantal leden gedurende de laatste _ jaren moet naar allen schijn hoofdzakelijk aan de ongunstige tijdsomstandigheden worden toegeschreven, en het feit dat in het jaar 4886, en voornamelijk in het laatste gedeelte van hd ereen ben icn EE A U de 565 dat jaar, zooveel meer nieuwe leden zijn toegetreden dan in-de voorafgaande jaren, welligt de vooronderstelling, dat thans het keerpunt is gekomen , en dat de Vereeniging ook voor den vervolge op de belangstelling en den steun der ingezetenen van deze gewesten mag blijven rekenen, die zij gedurende haar thans 57-jarig bestaan in zoo ruime mate heeft ondervonden, maar die zij ook behoeft om aan hare roeping, werkzaam te zijn ter bevordering der natuurwetenschappen in den uitges breidsten zin, te kunnen beantwoorden. Tot de leden, die der Vereeniging door den dood ontvielen behoorde ook «ons vroeger medelid in het bestuur J. C. Berseror Moens die der Vereeniging z00 menigmalen door zijne gewaar- deerde adviezen verplichtte en van wiens werkzaamheid zoo menige belangrijke bijdrage in ons tijdschrift getuigde. Jonan Caren BerreLor Moexs in 1857 te Kralingen geboren wijdde zich op jeugdigen leeftijd aan de studie der pharmacie , en genoot daarbij het onderricht van wijlen den hoogleeraar G. J. Morper. In 1858 vertrok hij als militair apotheker def derde klasse naar Nederlandsch=Indië en werd hier achtereen- volgens tot militair apotheker der 2° en der 1° klasse hevor- derd, welken laatsten rang hij reeds in 1866 verkreeg. In 1872 werd Morrs, die reeds vroeger den toenmaligen Directeur der Gouvernements-kina-cultuur K. W. vav Gorkum met zijn raad en zijne medewerking had ter zijde gestaan, waarschijnlijk op voordracht van dezen, tot scheikundige bij die cultuur benoemd, terwijl hij in 1875 van Gorkum als Di- recteur opvolgde. Hij bleef toen geheel alleen met de zorg _voor die cultuur belast tot in 1879 toen hem de tegenwoordige Directeur -R. van Romunpe als Adjunct-Directeur werd toe- gevoegd. E Wat Moers voor de kina-cultuur gedaan heeft is genoeg bekend. Door zijn ijver en zijne volharding werden drie belang- rijke toepassing tot ontwikkeling gebracht, namelijk het gedeeltelijk afschillen en het bekieeden der boomen door mos fo eene andere hederfwerende stof, het verkrijgen van kina- 564 bast door afschraping en de vermenigvuldiging der kinaboomer door enting; terwijl hij ook aantoonde dat de bekende ziekte in de kinaboomen door een insect werd. veroorzaakt en daardoor den weg wees, waarop men de ziekte zooveel mogelijk zoude hebben tegen te gaan. In het tijdschrift der vereeniging verschenen van hem, be- halve de verslagen nopens de Gouvernements-kina-cultuur. de volgende bijdragen: Topographische schets van het eiland Batjan. Scheikundig onderzoek van den bast van Nauclea Orientalis. Scheikundig onderzoek van eenige in de residentie Bagelen voorkomende minerale wateren. Onderzoek eener turfsoort voorkomende nabij de dessa Djoegelangin. Alcaloid-gehalte der zaden van Strychnos tiente. Onderzoek van mineraalwateren, verzameld in de hawg- ratoe en kawa oepas, Getah melaboei. Onderzoek van eenige kinabasten van Java. Onderzoek van basten van cinchona calisaya. Voorts in vereeniging met P. J. Maren: Scheikundig onder- zoek van de minerale wateren nabij Kalnao en Oiassa, en in vereeniging met A. Scnarrer: Scheikundig onderzoek van Zes monsters zout en scheikundig onderzoek van negen keu- kenzout bevattende minerale wateren in de residentie Soerabaja. In 1880 werd Morxs door de Regeering eene reis naar Cey- lon, Madras en Bengalen opgedragen, om daar van de kina- cultuur kennis te nemen, en in 1883 vertrok hij in het be- lang zijner gezondheid, met een tweejarig verlof naar Aeder- land, waar hij door de Regeering met het analytisch onderzoek der uit Indie aangevoerde kinabasten werd belast. Van deze taak kweet hij zich met ijver en zijne gewone nauwgezetheid tot aan zijn dood toe. Den 2 October 1886 ontviel hij, na eene kortstondige ziekte, geheel onverwacht aan zijn gezin, dat hem nog zoo noodig, WEER A NN DA OE EERE EEE Dr Et ve A Oee: 5 3565 aan de wetenschap, die nog zooveel van hem te verwachten had. Aan zijne groeve werden door onzen gewezen voorzitter Dr. C. L. van pen Bure, namens onze Vereeniging, eenige woor- den aan zijne nagedachtenis gewijd. In 1871 erkende de Regeering de verdiensten van Moens, door zijne benoeming tot Ridder in de Orde van den Neder- landschen Leeuw. Hij was bovendien Eerelid van de Vereeniging tot bevorde- ring der Geneeskundige wetenschappen in Ned. Indie en van de Nederlandsche Maatschappij van Nijverheid , correspondeerend lid van de Koninklijke Academie van wetenschappen en lid van verschillende binnen- en buitenlandsche geleerde genootschappen. De Bibliotheek verkeert in goeden staat en werd ook in het afgeloopen jaar belangrijk verrijkt door de werken, die van de genootschappen, waarmede de Vereeniging in betrekking staat. in ruil voor ons tijdschrift, werden ontvangen en door geschenken. Behalve de gewone tijdschriften, waarop de Vereeniging geabonneerd is, werden weinige werken ingekocht. Wel werd ingeteekend op het nieuwe tijdschrift: Archives de biologie, publiés par vAN BENEDEN ef vAN BAMBEKE. De verzending van het tijdschrift had geregeld plaats, terwijl evenzeer de werken der bevriende genootschappen geregeld, meestal door tusschenkomst van het wetenschappelijk centraal- bureau te Haarlem (Directeur Dr. P. P. €. Hork) werden ont- vangen. Met het inbinden der boeken werd voortgegaan, zoodat lang- zamerhand de geheele bibliotheek in een beteren toestand geraakt. Eene lijst der in 1886 ingekomen boeken, die als eene aan- vulling van den catalogus kan dienen, is in de laatste afleve- ring van Deel XLVI van het tijdschrift opgenomen. Het Museum ontving dit jaar slechts weinig geschenken. Onder deze behoorden een groot aantal schedels van vogels, die door den Heer Douwes Dekker worden aangeboden. 566 Daarentegen werden de in der tijd van Rapren Saren ten geschenke ontvangen beenderen van olifantachtige dieren, en nog — eenige andere, op verzoek van Prorrssor Marin, Directeur van het geologisch Museum te Leiden aan dit Museum afge- staan. De verzending naar Leiden geschiedde op kosten der Regeering en wij ontvingen bericht dat de beenderen daar goed zijn aangekomen. De Directeur Dr. C. P. Srurrer is met eene verbetering van het Museum bezig, door in de voorkamer aan de rechterzijde van het hoofdgebouw eene verzameling van de locaalfauna der Koraal- riffen en baaien van Java’s Westkust te maken. Daar dit echter door hem geheel alleen moet worden verricht en het determineren der dieren zeer tijdroovend is, kan het werk slechts langzaam vorderen. Intusschen hoopt hij reeds tegen het einde van dit jaar eene bruikbare verzameling gereed te hebben, die grooten- deels gedetermineerd en gecatalogiseerd, een geriefelijk over- zicht zal geven van hetgeen de natuuronderzoeker op de even genoemde plaatsen vinden kan. Daardoor zal het Museum zooveel mogelijk nut kunnen stichten. Meer te doen, groote uitbreiding aan het Museum te geven, zoude de krachten on- zer Vereeniging te boven gaan. Slechts aan de voortdurende toewijding en werkzaamheid van den Directeur Dr. C.P. SLuriter is het te danken. dat nog zoo veel gedaan is kunnen worden. Het door hem ingerichte Zoölogisch Station blijft in zijn be- scheiden vorm aan de verwachting beantwoorden. De aquariën bleven het geheele jaar in goeden staat, en waren voortdurend, nu eens door een grooter, dan eens door een kleiner aantal zeedieren bevolkt, terwijl de in richtingen tot waterverversching en luchtdoorvoer, hoe een voudig ook, uitstekend bleven voldoen. Eene uitbreiding dier inrichtingen. door het maken van gemetselde bakken. ware zeer gewenscht, maar de geldmiddelen der Vereeniging veroorlooven voor het tegenwoordige de daarvoor gevorderde uitgaven niet. ee Ae Een dek KD 567 Het gebouw, dat de Vereeniging en de Nederlandsch Indische Maatschappij van Nijverheid en Landbouw gezamenlijk toe- behoort, blijft in goeden staat verkeeren. In overleg met die Maatschappij werd besloten de Oostelijke bijgebouwen tot eene woning te verbouwen, hetgeen ongeveer ‚f 7000 zal kosten, terwijl die woning dan voor vijf jaren tegen / 90 ’s maands kan verhuurd worden. De bestuursvergaderingen werden geregeld gehouden en her- haaldelijk werden daarin meer of minder belangrijke mede- deelingen op natuurwetenschappelijk gebied gedaan en be- sproken. Onder anderen deed de heer Mr. M. C. Piepers mededee- lingen omtrent het verschijnsel der trekkende vlinders, dat in het afgeloopen jaar twee maanden vroeger dan gewoonlijk inviel, en omtrent een tochtje naar het eiland Edam, dat zeer arm aan vliegende insecten scheen te zijn , blijkens de weinige soorten, die werden aangetroffen; de heeren Dr. J. P. van DER Srok en H. J. Harpeman deelden bijzonderheden mede nopens de waar- genomen roode zonsondergangen en de lange donkere strepen of banden, die daarbij werden opgemerkt en vermoed worden schaduwen van ver afgelegen bergtoppen te zijn. De heer Dr. H. Onsen bracht een in het tijdschrift. _»Nature” voorkomend artikel van F. Crampenrs, getiteld: »Sunspots and prices of foodgrains”. ter sprake, volgens welk artikel er tus- schen de graanprijzen in Britsch-Indie en de elfjarige perioden der zonnenvlekken verband zoude bestaan: hetgeen Dr. Onnen aanleiding gegeven heeft om evenzeer prijzen van de rijst en de suiker in Nederlandsch Indie in verband met de zonnevlekken te beschouwen, waarbij overeenkomstige uitkomsten als die van den heer CHAMBERS werden verkre- gen. De heer A. G. VoRDERMAN wees op eene merk waar- dige mimicry bij eenige Orthoptera, die geheel den vorm van Begoniabloemen hebben. De heer Dr. J. P. vAn DER STOK vestigde de aandacht op den vorm en den inhoud van het 568 onlangs uitgegeven Deel VIL der »Magnetical and Meteorological Observations ’” enz. Overeenkomstig het daartoe vroeger opgevat voornemen wer- den in sommige bestuursvergaderingen wetenschappelijke voor- drachten gehouden en deze vooraf in de dagbladen aangekon- digd, met het gewenschte gevolg dat de vergaderingen dan door een, soms aanzienlijk, aantal gewone leden en niet zelden ook door belangstellende dames, werden bijgewoond : Voordrachten werden gehouden: in de maand Januari, voor den Heer Dr. C. P. SLUITER , over hel wederzijdsch verband tusschen den dood en de voortplanting : in de maand Februari, door den heer Dr. H. Treug. over de rol der bladeren: | in de maand Maart door den Heer R. G.J. Vorek , Luitenant ter zee 1e klasse, over de Nederlandsche Noordpooltocht in 1882/5 : in de maand April door den Heer Dr. J. P. van ner Stok, over maansinvloed op meteorologische verschijnselen ; ‘ in de maand Juni, door den Heer Dr. H. Crerier, over drink- water ; in de maand Juli, door den Heer Dr. S. Fier, over damp- kringselectriciteit. In het laatst van het jaar kwam in onze vergadering nog ten zeer belangrijk onderwerp ter sprake. Door den Directeur van ‘Onderwijs, Eeredienst en Nijverheid werd ons advies gevraagd omtrent een door den Directeur van het Rijks-Museum van Natuurlijke Historie eu door dien van 'sltijks Ethnographisch Museum, beide te Leiden aan de Regeering gericht schrijven, waarin zij hunne meening le kennen geven nopens de bestemming, die aan de op de be- grooting van Nederlandsch-Indië ‚ ten behoeve van wetenschap- pelijk onderzoek in den Indischen Archipel, uitgetrokken som van f 10,000, zoude kunnen gegeven worden. In ons advies, dat in zijn geheel in de notulen van onze vergadering van den 19 December 1886 is opgenomen , B SE: pe Ne BE ee 569 deden wij uitvoerig van onze zienswijze blijken en meen- den wij ten slotte genoemden Nepartementschef te moeten verzoeken, aan de Regeering voor te stellen, om in 1886 en 1887 telkens f 2500 aan de vereeniging te doen uit- keeren, ten einde deze in de gelegenheid te stellen met die sommen twee Nederlandsche natuuronderzoekers te ondersteu- nen, die zich naar Nederlandsch-Indie zouden willen begeven, om hier gedurende vier maanden, hetzij aan het Botanisch laboratorium bij 'slards Plantentuin te Buitenzorg, hetzij aan het door Dr. Suurrer ingerichte zoölogisch station onzer Ver- eeniging werkzaam te zijn. _ Tot ons leedwezen ontvingen wij echter in de maand Januari van dit jaar eene afwijzende beschikking op ons verzoek, doch de Regeering verklaarde zich wel genegen om, fondsen daartoe beschikbaar hebbende, in bijzondere gevallen aan reeds met aanvankelijk goede uitkomst ingestelde botanische of zoölogische onderzoekingen eenigen steun te verleenen. Zooals uit het verslag over het jaar 1885 kan blijken heeft de koninklijke Academie van wetenschappen zich reeds vroeger de door ons voorgestane zaak aangetrokken en aan de Nederlandsche Regeering het onder- steunen van natuurkundigen, die zich naar Nederlandsch-Indie willen begeven, verzocht. Dit heeft het gunstige gevolg gehad, dat de Minister van Binnenlandsche zaken zich tot het verlee- nen der gewenschte ondersteuning heeft bereid verklaard. Wij mogen dus in elk geval verwachten dat de bedoelde weten- schappelijke inrichtingen weldra, en naar wij ons vleien meer- malen, ook door Nederlandsche natuuronderzoekers zullen be- zocht worden. Van het Tijdschrift der Vereeniging verschenen sinds het jongste verslag, de 4° of laatste aflevering van Deel XLV en de afleveringen 1,2 en 5 van Deel XLVI. In die afleveringen zijn o. a. opgenomen, de in 1885 door Dr. C. L. van per Bure gehouden voordracht over Bacteriologie, de hiervoren genoemde voordracht van Dr. CG. P, Sturen, over 570 het wederzijdsch verband. tusschen dood en voortplanting, benevens bijdragen van denzelfden over de Gephyreën van den Indischen Archipel, en over Ascidiën uit de Baai van Batavia: die van A. G. Vorperman over de vogelfauna der Preanger Regentschap- pen langs de Wijnkoopsbaai en over de vogels van Borneo, enz.enz. — De bij dit verslag gevoegde staat geeft een overzicht van het geldelijk beheer, waaraan de heer &. W. ren Brumaever steeds zijne goede zorgen blijft wijden. Uit dien staat blijkt dat de geldmiddelen der Vereeniging ook in het afgeloopen jaar weder achteruitgingen. Als een gevolg van het zoo zeer verminderd aantal leden, waren de inkomsten niet voldoende om de uit- gaven te bestrijden, zoodat het kapitaal der Vereeniging moest worden aangesproken, en het saldo van J 5792,925 op 1 Janu- ari 1886 tot f 5157,14 daalde. Zooals ik evenwel reeds hier- voren zeide, bestaat de hoop dat wij thans tot een keerpunt B gekomen zijn. Moge het ingetreden jaar die hoop verwezenlijken en de aanwinst van vele nieuwe leden niet alleen het geldelijk even- — wicht herstellen, maar ook de Vereeniging in staat stellen om. getrouw aan hare roeping en aan haar verleden, meer nog dan — haar tot dus ver mogelijk was voor de bevordering der natuur- — wetenschappen werkzaam te zijn. Dat zij zoo! 5 & BE masten Ek dn nn Ee IE à RTR Heer EPE re fe EEE An EL TT EEN tee Ee De 8 OE teen ed NG ONTVANGSTEN. Saldo van 1885. Aandeel in de. huurpenningen der gebouwen. Contributiën. Subsidie van het cad nement . Gekweekte rente . Verkochte exemplaren v/h. tijdschrift. Toraar. id __. 12792 08% annetd de NS Ld REKENING EN VERANTWOORDING OVER HET JAAR ISSG UITGAVEN. 5792.921/2 ‚Onkosten voor de waarneming van aardbevingen. » voor de Bibliotheek . 5 1620 — » »_ het Tijdschrift der EN 5078 — p »____» Museum 2000.— »___» Secretariaat en Ee Ee: 281.16 ringen . 20.— » »___» Zoölogisch Station > » de gebouwen: Aandeel in de verponding: ‚ {168.350 » ‚> het onderhoud . . . » 88.56 » __» de Gasverlichting . . » 26,80 » ___» inlandsch personeel. . » 168— bezoldiging van den oppasser. Inningskosten . …. Saldo op Ultimo Beenbers 1886. ToraaL …— Baravra, 9 Januari 1887. f id hd 45. {611.12 5545.49 221.19 467.02 857.50 451.66 180— 279.96! 515714 …_f 12792.08% memmen tanend De thesaurier, TEN BruMmMELER. BOEK WERKEN TER TAFEL GEBRACHT IN DE VERGADERINGEN VAN DE DIRECTIE 15 S DN ler Go Gt kde) kde) DER KONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING GEDURENDE HET JAAR 1886. Januari—Juni. bete Et ASTRONOMIE (Aa.) United States Naval Observatory. Astronomical and Meteorological Observations during the year 1880. Wash- ington 1884 4. METEOROLOGIE (B.) Koninklijk Nederl. Meteorolog. Instituut te Utrecht. Jaar- boek 1885. Utrecht 1886 Lg. 4°. Observations made at the Magnetical and Meteorological Observatory at Batavia. Published by order of the Go- vernment of Netherlands India, Vol. VII. Batavia 1886 4°.- PHYSICA (C.) L'Electricien. Revue générale d'électricité. Tome IX No. 135-—141. Tome X No. 142—187. Paris 1886 8°. Electricité. Revue scientifique illustrée. Tome IX No. 47-—52. Tome X No. 1—46. Paris 1885 4°. Sim Wirvram Tromsom. Reprint of Papers on Electro- statics and Magnetism. London 1884 8°. GC he | Li CHEMIE (Da). Deutsche Chemische Gesellschaft. Berichte 18e Jahrgang N°. 15—19, 19er Jahrgang N°. 1—15. Berlin 1885,6, 8°. The chemical news, edited bij W. Crookers. Vol 55, 1886, Vol 54, Ne. 156C—1403. London 1886. Dr. H. W. Vocer. Photographische Mittheilungen 22e Jabrgang N°. 507—550. Berlin 1885 8°, WA Vr Dorr, A. P. N. FrANcuimoxrT, enz. Recueil der travauz chimiques der Pays-Bas. Tome IV N°. 6—8. Tome V N°. 14, LANDBOUW (Db). H. E. Levert. De aroniewme Brochure »Het proefstation te Samarang door S. R” Samarang 1826 g°. Dn. Hasskaru. Mislukte Poging tot invoering der Coca- Cultuur op Java. _Katavia 1886 8°, Verslag der werkzaamheden verricht in den proeftuin en het _proefsiaiion te Semarang gedurende de maand Juni, Juli, Augustus, Sepiember, Ociober 1886 s°. Ceylon en Java. Aanteeleningen van een tbeeplanter door G. Moxpr (uitgegeven door de maatschappij van Nijver- heid en Landbouw te Batavia). Batavia 1886, S°. Bulletin N°. 1 van het Proefstation voor Suikerriet in West Java. Cheribon 1886 8°. MINERALOCIE , GEOLOGIE, PALAEONTOLOGIE (E.) Sveriges Geologiska Undersökning. Serie Aa No. 88—91. Serie Ab No. 7,9, 10. Serie Ba No. 4. Sveriges Geologiska Undersökning. (Afhandlingar och Uppsatser). Serie C No. 65, 56, 5861, 65, 67—77. Stochholm 1834—1885 8°, Verein für Erdkunde zu Dresden. Jahresbericht XXI. Dresden 1855 8°. Bullettino decadico delt Osservatorio ed _archivio centrale geodinamico presso il _R. comitato geologico. Anno 1 1885 No. 28—56. Anno II No. 1231, Roma 1885/6 G. 4°. UI 261 Verein für Erdkunde zu Halle a/S. _Mittheilangen 1885. Halle 1885 8°. 219 J. W. Poweer. United States Geological Survey. Fourth Annual! Report 1852—85. Washington 1884 gr.S?. 267a R. D. M. Vergeer. Krakateu, seconde partie. Met atlas en koker mei kaart. Batavia 1886 gr. 8°. 125 Jaarboek van het Mijnwezen in Nederl. Indië 14e Jaargang IH gedeelie 1885. Amsterdam 1885 8°. 220a United States Geological Survey. Bulletin No. 2—6, 7—25. Washington 1835/4/5 8°. 142a Geological Survey of India. Memoires. Palaeontologia Indica. Serie IV vo'. 1 part 4, Serie X voi. III part. 5, 6, Serie XIII fasc. 5—4, Serie XIV vol. 1, 5. Calcutta 1884 4°. 145 Records of the geologicel survey of India. Vo'. XVII 24, vol. XIX 1, vol. XXI1—2. Calcutta 1885/6 gr. S°. 265 Verein für Erdhunde zu Metz 8°r Jahresbericht für 1885. Metz 1886 8°. 219e U. S. Geological Survey. Mineral Rerources of the United States. Washington 1885 8°. 277 Pesischrift zur Feier des 400-jährigen Jubiläums der Eberhard-Karl-Universität zu Tübingen am 9 Augustus 1877. Aësosaurus ferraius fr. Die gepanzerte Vogelechse beschrieben van Da. 0. Fraas. Stullgart 1877 4°. 278 Amano Hervan. Lakis kratere og lavastromme. Kristiania 1886 kl. 4°. 68 K. K. Geologische Reichsanstalt in Wien. Jahrbuch. Band XXXV (4) Band XXXVI (1) Wien 1885/6 68°. 274 Mémoires en comité geologigue. Vol. I N°. 1—4. Vol. KEN 103. vvo HEN. 1, -2. Sf. Petersbourg 1885 ke Comité géologique, Bulletin. 1882 Vol. 1 Ne. 1. 1885 Vol: II N°. 1—9. 1884 Vol II N°. 1—10. 1865 Vol. IV N°. 1—10. 1886 Vol. V N°. 1—4, 6—8. St, Petersbourg 188516 8°. 1e li hed Iv 275a Comté géologigue. _ Bibliothèque Géologique de la Russie, rédigé par S. Nikrrin (I 1885). Sf, Petersbourg 1885 8°. BOTANIE (F.) E. Baron von Murren. The plants of New South Wales. Sidney 1885 89°. : Sir C. Wrvvirrr Tronson. Report on the scientific results of the voyage of H. M. S. Challenger, during the years 1875—1876 under the command of Capt. Grorer Nares und Capt. Frank Ture Tronson. Botany vol. 1. London, Edingburgh, Dublin 1885 4°. Flora Batava, aangevangen door wijlen Jax Kors, voortgezet door T. W. vas Erpen. Aflevering 267—272. Leiden 4°. Irmischia. _Correspondenzblatt des Botanischen Vereins fr Thüringen »Irmischia”, redigirt von Prof Dr. LeimsacH V Jahrgang N°. 10, 11, 12, VI Jahrgang No. 1—4. Sonders- hausen 188516 8°. Dr. W. Bvrek Mededelingen uit ’s Lands Plantentuin. UI Minjak Tengkawang en andere weinig bekende plant- aardige vetten uit N. 1. Batavia 1886, gr. 8°. F. von Moeren. Descriptive notes on papuan plants 8°. Cranes Moone. A census of the plants of New South Wales. Sidney 1884 ge, Dr. F. C. Scrüsrren. Norges Vaextrige. Et Bidrag til Nord Europas Natur- og Culturhistorie. Band L Christiania 1885 4. Acta Horti Petropolitani. Tom IX fasc. 2. St, Petersbourg 1886 8°. Catalogus systematicus, curavit F. v. Henpen. St. Petersbourg 1886 s°. Nederlandsch hruidkundig archief. Verslagen en mededee- lingen der Nederlandsche Botanische Vereeniging onder redactie van Dr. Surincan, Oupemans en AnrLeven 2° Série 4e deel 4° stuk. Nijmegen 886, 8° ab 1 ler) ll Vv ZOOLOGIE (G.) TrspsCuriFTEN MET GEMENGD ZOOLOGISCHEN INHOUD (Gp). Bijdragen tot de Dierkunde. Uitgegeven door het genoot- schap Natura Artis Magistra te Amsterdam afl. 15. Am- sterdam 1886 4°. Nederl. Dierkundige Vereenigiug. Tijdschrift 11 Serie Deel 1 afl. 2. Leiden 1885 8°. Zeitschrift für wissenschaftliche Zoologie begründet von C. T. v. Stesorp und A. v. Körriker, herausgegeben von A. v. Körriker und E. Enters. Band 42 Heft 4. Band 45 Heft 1, 9, 5, 4. Band 44eHeft 1, 9. Zooligische Station zu Neapel. Jahresbericht für 1884, T-IV Abtheilung. Jahresbericht für 1885 III Abth. Berlin 1885/6 8°. „ Fauna und Flora des Golfes von Neapel. XIII Sphaerozoën. Berlin 1885, 42. Bulletin of the Museum of Comparative Zoology at Harvard College. Vol. VII 2—8. Vol. XI 11 Vol. XH 1, 2. Cambridge 1884/5 S°. Zoological Society of London. Proceedings 1885 I, II, 1884, IV. London 1885 8°. Annual Report of the Museum of comparative Zoology at Harvard College 1884—85. Cambridge 1885, 8°. Memoirs of the Museum of comparative Zoology at Harvard College Vol. VIII N°. 5. Vol. X N°. 2, 5. Vol. XI N°. 1. Vol. XA, XIII. Cambridge 1885/5 4°. Archives de Biologie publiées par E. v. Bexepen et Cu. v. Vol. v. BaagekKe. Tome VI fascic. 1, 2. Gand 1885 8°. H. pe Lacazee Durmiers, Archives de Zoologie expérimen- tale et générale Tome III, IV. Paris 1874/7 gr. 8°. A. G. VorperMan. Bijdrage tot de kennis van de avifauna der Preanger-regentschappen langs de wijnkoopsbaai. Bata- via 1886 8°. 91 VI Zooroeiscur REIzeN (Gd). Dr. C. Semper. Reisen im Archipel der Philippinen 2er Theil 5° Band Heft 7 Landmol'uslen: 2er Tpeil 2er Band Supplement Heft 5 Die Marseniaden. 2er Theil ser Band 1 Lieferung Die Tagfalter — Rhopalocera. Wiesbaden 1885/6 40, Sir C. Wrvvare Trouson. Report on the scientifie results of the voyage of H. M. S. Crauueneer, during the vears 1875—1876 under tbe command of Capi. Georer Names and Capt. Fraxk Ture Tronson. Zoology Vol. XII, XIII, XIV, XV, XVI. London, Edinburgh, Dublin 1885/6 4°. Aves (Gg). Ornithologischer Verein in Wien. Mittheilungen ger Jahr- gang N°. 20—52 10e Jahrgang N°. 1 Wien 1885/6 4. The Ibis. A quarierly Joarnal of Ornithology Vol IV N°. 15—16 London 1886 ge W. Brass. Vögel von Borneo, im Südosten der Insel Sesammelt von Herrn F. J. Gronowsky (Separatabdruck aus den Verhandlungen der k. k. zoologisch- botanischen Gesellschaft in Wien. Jahrgang 18835) Wien 8°. … Ueber die neuesten Ergebnisse von Herrn PF. J. Gronowsrrv’s Ornithologischen Forschungen in Süd- Ost Borneo (Separatabdruck aus Cabanis Journal für Orni- thologie. Jahrgang 1884). Naumburg a/S 1884 8°. W. Brasrus uno A. Neunkorn. Beiträge zur Kenntniss der Vogelfauna von Borneo (nach den Sammlungen des Herrn Dr. Praten) (Separatabdruck aus dem Jahresbericht des Vereins für Naturwissenschaft zu Braunschweig 18801). Braunschweig 1881 8°. . W. Brass. Neuer Beitrag zur Kenntniss der Vogelfauna von Borneo (nach den Sammlungen des Herrn Dr. Praten) (Separatabdruck aus Cab. Journal für Ornithologie 1882). Braunschweig SRA BP. 4 kj ll VII W. Brass. On a Collection of Birds from the Isle of Ceram made by Dr. Praten in November and December 1881, (from tbe Proceedings of the Zoological eee, of London 1882). Brunswick 1832 ge. W. Beastus uno A. Neurkoen. Dr. Prarens oenitholo- gische Sammlangen aus Amboina (Separatabdruck aus den Verhandlungen der k. k. Zoologisch-botanischen Ge- sellschaft in Wien). Wien 1852 8e. W. Brasms. Ueber neue und zweifelhafte Vögel von Celebes (Separatabdruck aus Cab. Journal für Ornithologie Jahrgang 1885). Braunschweig 1095 8°. — —_—_—… Beiträge zur Kenntniss der Voglfauna von Celebes 1, In, III, (Separatabdruck aus der Zeitschrift für die gesammte Ornithologie 1885 und 1886). Budapest 1885/6 8°. RePriLiA, AMPHIBIA (Gh). Dr. A. B. Menen. Die Giftdrüsen bei der Gattung Adento- phis Per. Separatabdruck Sitzungsberichte K. Pr. Akademie der Wissenschaften 1886 XXXVI. Insecta (MISCELLANEA) (Gm). Nederlandsche Entomologische Vereeniging. Tijdschrift onder redactie van van HasseLT, van DER Worp en Everts. Deel XXVIII 4° afl. Deel XXIX 1-—5° afl. ’s Hage 1885/6 8°. Société Entomologique de Belgique. Annales, Tome XXIX (2) Bruxelles 1885, 8°. Entomologiska Föreningen i Stockholm Tidskrift. Arg. 6 Heft 1—4. Stockholm 1885, 8°. LermmorterA (Gm II) M. C. Prerers. Opgave van en aanteekeningen over Lepi- doptera in Zuid-west Celebes verzameld met aanmerkingen en beschrijving der nieuwe soorten door P. Ee T. SNELLEN. Vil L. Disraxr, Underscribed. Rhopalocera from the Malay Peninsula. L. Disranr. Underscribed. Rhopalocera from the Malay Penynsula. Guixé, Histoire naturelle der Insectes. Noctuélites. Tome 1, II, III Paris 1882 8°. Guxée. Histoire naturelle des Insectes. Deltoïdes et Pyra- lites. Paris 1854 8°. Guinee. Histoire naturelle des Insectes. Uranides et Pha- lénites. Tome Iet II. Paris 1857 8°. BorspuvaL et Guwnér. Histoire naturelle des Insectes. Hétérogères. Paris 1874 8°. Borspuvar. Histoire naturelle des Insectes Lépidoptères. Paris 1874 8e, D. L. Dorrsenarr. Lepidoptera Amboinensa. * Dieren (@m VI). Van per Wure. Diptera uit den Oostindischen Archipel. Rotterdam. 8°. ARACHNOIDEA , Mymrrapopa (Gn). A. W. M. van Hasserr. Catalogus Aranearum hucusque in Hollandia inventarum. ’s Hage 1886 8°. Morruscomrea, Vermes (Gp). Dr. C. Pu. Srurren. Beiträge zu der Kenntnis der Gephy- reën aus dem Malayischen Archipel (Separatabdruck aus Natuurk. Tijdschrift voor N. I. Band XLV). Batavia 1886 8°. Dr. P. Sonsmo. La Filaria sanguinis hominis osservata in egitto osperimenti intorno al suo passagio nelle zangare e in altri insetti ematofagi. Torino 1884, 8°. ee Della emottisi da distoma endemica in Siappone e in Formosa in confronto colla ematuria da billiarzia endemica in egitto e in altre contrade affricane. Florence 1884, 8°. IX Dr. P. Soxsive. Sur les cellules à batonnets de certaines cercaires. Turin 8°. Rieerche sulle sviluppo della Bilbarzia Haematobia. Turino 1884 8. . Sugli Ematozoi come contribute alla fau- na entozoica Egiziana. Florence 8 ‚ Di una particolarita di struttura di certe cercarie, cellule a bastoncini, e della sua significazione funzionale 8°. Dr. A. A. W. Hurrecur. Proeve eener ontwikhelingsge- schiedenis van Lincus Obscurus barrois. Utrecht 1885, 4°. COELENTERATA (Gr). ALEXANDER Acassiz. Embryology of the Ctenophorae. _Cam- bridge 1874 4°. we MiscrLLANEA ZooLoGica (Gt). Dr. C. Pu. Srurrer. Over het wederzijdsch verband tusschen dood “en voortplanting. (Overgedrukt uit het Natuurkundig Tijdschrift voor Nederl. Indië Deel XLVI afl. 1). Batavia 1886 8°. W. Brass. Oeffentliche Anstalten für Naturgeschichte und Alterthumskunde in Holland und dem nordwestlichen Theil von Deutschland. (Reiseskizze vorgetragen im Verein für Naturwissenschaft zu Braunschweig in December 1879). Braunschweig 1880 8°. ANATOMIE (H). A G. Vorperman. Kritische Beschouwingen over Dn. C. L. vay per Buro’s » Materia Indica” tevens eene bij- drage tot de kennis van eenige inlandsche geneesmidde- len. Batavia 1886 8°. Vereeniging tot bevordering der geneeskundige wetenschappen in Nederl. Indië. Geneeskundig Tijdschrift Deel XXV afl. 4, Deel XXVI, 1. Batavia 1885 sr, Xx 309 B. Accademia Medica di Genova. Bolletino. Anno II N°. 1 Geneva 1886 S°. 510 H. Cnarrours. Genees- Heel- en Verloskunde in tijd van nood door leeken in praktijk te brengen. Samarang 1836, 8. S5h _ Mémoires couronnós el autres mémoires publiés par /Aca- démie Royale de médecine de belgique. Tome VIII fase 8°. Bruxelles 1886 8°. GESCHRIFTEN VAN AKADEMIËN EN GENOOTSCHAPPEN. TIJDSCHRIFTEN MET GEMENGDEN INHOUD (9). NeperLanpscn-InDi (Ja) St ad Koninklijk Instituut van Ingenieurs. Jaarboekje voor de leden 1885 kl. 8°. Men ee kn Tijdschrift; Afd. Ne- derlandsch-Indië 1884-1885. Batavia 1886 4e. Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen. Notulen van de algemeene en bestuursvergaderingen Deel XXIII 1885 afl. 6. Deel XXIV 1886 afl. 1-5. man == Catalogus der Numismatische Verzameling. Batavia 1886 8°. Koninklijke Natuurkundige Vereeniging in Nederlandsch-Indie Tijdschrift Deel 45. Batavia 1886, 8°. te Neperrann (Jb) Dee Go Album der Natuur. Jaargang 1886, 1887 (1). Haarlem 1886 8° Archives Neérlandaises des sciences exactes et naturelles publiées par la sociëté hollandaise- des sciences à Harlem. Tome XX Zwe — me Jivr. Tome XXI livr. 1. Harlem 1885, 8°. Koninklijk Instituut van Ingenieurs, Tijdschrift 1885-1886 1° Afl. t° gedeelte 2e afl. 1° en 2e gedeelte 5e Afl. 1° en” 2 gedeelte 4° afl. 1 en 2 gedeelte 5 afl. 1e en 2 gedeelie. RR Algemeen Verslag 1885/6 's Gravenhage 188516, 49 Indisch Genootschap. Verslagen der algemeene vergaderingen (1885) (5, 1, 86) (16, 2, 86) (25, 5, 86). ’s Gravenhage 8°. Jel eeN he Kd nd > ot bò aars el ha DN DN hand | hd Ì gem, er XI Koninklijke Akademie van Wetenschappen. Verslagen en mededeelingen, Afdeeling Natuurkunde 5e reeks 2deel 4e stuk, 2° stuk, 5° stuk. Amsterdam 1885 8e. Musée Teijler. Archives. Série II vol. II 5° partie. Catalogue de la bibliothèque, dressé par C. Ekama 1° livraison (Encyclopédies) 2° livraison (Anatomie, Physiologie, ete). Harlem 1885 gr. 8° | Koninklijk Instituut van Ingenieurs. Verhandelingen 1886 1887 1° afl. 2 gedeelte. s° Gravenhage 1686 4°. PÉcole Polytechnique de Delft. Annales 1885, 5° et 4° livraison, 1886 1° et 2° livraison. Leide 1885 40. Koninklijke Akademie van Wetenschappen. Register op den Catalogus van de boekerij. Amsterdam 1885 8°. 5 Verslagen en mededeelingen, afd. Letterkunde 5° reeks 1° 2° en 5° stuk. Amsterdam 1885 8°. | „ Verhandelingen afd. Natuurkunde Deel XXIV. Amsterdam 1886 4°. „ Verhandelingen afd. Letterkunde Deel XVI. Amsterdam 1856 4°. Jaarboek voor 1884. Amsterdam 8°. Provinciaal Utrechtsch Genootschap van Kunsten en Weten- schappen. Aanteekeningen van het verhandelde in de sectie- vergaderingen 1884—1885, 8. Verslag van het verhandelde in de algemeene vergaderin- gen 1885, 8°. Société hollandaise des sciences à Harlem. Liste alphabé- tique de la correspondance de Caristiaan Huicens. Har- lem, 4°. Berere (Je). Natuurwetenschappelijk genootschap van Gent. Natura. Maand- schrift 35° Jaargang aflevering 8, 9, 10. Gent. 1885,8°. Go > > Ed lt ot li van lt XII Musée Royal d'histoire naturelle de Belgique. Bulletin Tome IV Ne. 1, 2, 5. Bruvelles 8°. Société Royale des sciences de Liège, Mémoires 2° Série Tome XI. Bruxelles 1885 8°. Noorn DurrscnLanp (Jd). Archiv für Naturgeschichte. gegründet von A. F. A. WiecMann fortgesetzt von W. F. Ericuson und F. H. Froscner , herausgegeben von Da. Ep, von Martens. 50° Jahrgang Heft 6, 51e Jahrgang Heft 1, 2, 5, 52er Jahrgang Helt 1, 2. Berlin 1885/6 8°, Annalen der Physik und Chemie. Begründet und fortgeführt von G. GuseRTr und J, C. Poceexporr, herausgegeben von 6. Wieprmans. Neue Folge Band XXVI Heft 5 (1885) N°, 11, 12, Band XXVII (1886) Ne, 1—11. Leipzig 1885 8°. _— . __Beiblätter, begründet von J. €. Poccesporr, herausgegeben van G. und E. Wiepemann Band IX (11, 12), Band X (1—10) Leipzig 1885 8°. Naturwissentschaftlicher Verein des Regierungsbezirkes Frank- furt_a/0. Monatliche Mittheilungen 3°r Jahrgang N°. 7—12, 4" Jahrgang No. 1 Frankfurt 4,0, 1885/1886 8°. Medicinisch-naturwissenschaftliche Gesellschaft zu Jena. Jenaische Zeitschrift 19°: Band Heft 2 u. 5, Supplement, Heft 2—4 20" Band, Supplement Heft 1, 2. Jena 1885,6 8°. Wetterauische Gesellschaft für die gesammte Naturkunde zu Hanau, Bericht ùber den Zeitraum vom 1 Januar 1885 bis 51 März 1885, Hanau 1885 ge. Verein für Naturkunde zu Zwickau. Jahresbericht 1885. Zwickau 1886 ge. Senchenbergische Naturforschende Gesellschaft. Bericht 1885. Frankfurt aM. 1886, ge. Berichte über die Verhandlungen der Königl. Süchstschen Gesellschaft der Wissenschaften zu Leipzig. Mathematisch- Physische Classe 1885, 1884 1, IL, 1885 I, IL. Leipzig 8°. tlr genten ler) PEN Go ei eed _l eld XII Isis. Naturwissenschaftliche Gesellschaft in Dresden. Sit- zungsberichte und Abhandlungen. Jahrgang 1885. 1886, S°. Festschrift zur Feier ihres 50-jährigen Bestehens am 14 Mai 1885. 1885 8°. Königlich Sächsische Gesellschaft der Wissenschaften zu Leipzig. Abhandlungen Band XIIL N°. 1—4. Leipzig 1884/5, kl 4? Naturwissenschaftlicher Verein zu Bremen. Abhandlungen Band IX Heft 5. Bremen 1886 S°. Centralkommission für wissenschaftliche Landeskunde von Deutschland. Mitteilungen N°. 1. Münster 1886 S°. Senchenbergische naturforschende Gesellschaft. Abhandlungen Band XIV Heft 1. Frankfurt alM 1886 4°. Oberhessische Gesellschaft für Natur- und Heilkunde 24°" Bericht. Giessen 1886 8°. Naturforschende Gesellschaft zu Leipzig. Sitzungsberichte 12 Jahrgang 1885. Leipzig 1886 8°. Königl. Preuss. Akademie der Wissenschaften zu Berlin. Sitzungsberichte 1885 N°. 40—52, 1886 N°. 1—59. Berlin 1885/6 gr. 8°. Physikalisch-Oekenom. Gesellschaft der Wissenschaften zu Königsberg. Schriften. Jahrgang XXVI (1885). Königsberg 1885 4°. Königl. Gesellschaft der Wissenschaften zu Göttingen. Ab- handlungen Band XXII (1885). Göttingen 1885 4. Königl. Preuss. Akademie der Wissenschaften zu Berlin Physikalische Abhandlungen 1885. Berlin 1886 es Academia Caesaria Leopoldino Carolina. Nova Acta Vol 47, 48. Halle 188516 4°. „_Leopoldina. Amt- liches Organ der K. Leop. Carol. Deutschen Akademie der Naturforscher Heft XX, XXI. Halle 1884/5. 4°. Göttingsche gelehrte Anzeigen unter der Aufsicht der königl. Gesellschaft der Wissenschaften. Jahrgang 1885 Band I und IL. Göttingen 1885, gr. 8°, RN kk | 1 LE mame li : se XIV Geore-Avausrs Universität und Königl. Gesellschaft der Wis- senschaften zu Göttingen. Nachrichten aus dem Jahre 1885, N°. 1—15. Göliingen 1885 gr. 8°. Nassauischer Verein für Naturkunde. Jahrbücher, Jahrgang XXXIX. Wiesbaden 1586 8°. Zui Durrscurann (Je) Physikalisch medieinische Societät zu Erlangen. Sitzungsbe- richte 17 Heft (1 October 1834-—1 October 1855). Erlangen 1835 8°, ; Zoologisch-botanische Gesellschaft in Wien. Verhapdlungen Band XXXV 2° Halbjahr Band XXXVI 1° u. 2° Quartal. Wien 1066 &°. | K. K. Naturhistorische Hofmuseum in Wien. Annalen Band EN 1 8 Wien 1856 8°. Naturforschende Gesellschaft in Bern. Mittheilangen 1884 Heft 1—5. 18845 ge. Schweizerische Naturforsehende Gesellschaft. Verhandlungen. 67° Jahresversammlung. Luzern 1884 8°. Königl. Akademie der Wissenschaften zu München. Abhand- langen Band XV 2e Abih. 1865 4°. Oet Ae Sitaungs: berichie Heft A 5 1888 Be. Naturwissenschaftlicher Verein für Steiermark. Mittheilun- gen Jahrgang 1885. Graz 1556 s°. Sociêté de physique et d'histoire naturelle de Gentve. Mé- moires. Tome XXIX 1e partie. Genève 188415 4. Kaiserliche Akademie der Wissenschaften zu Wien. Sit- zungsberichte. Mathematisch-Naturwi haïtliche Classe 1 Abtheilung Band XC Heft 1, 2, 5, 4. Band XCI Heft: 1, 5, 4. Register zu den Bändén S6 bis 90, 82°, EAR dd aleen pine ee theilung. Band XC Heft 15. Band XCI Heft 1—5 8°. ge Re en e 20d 20/ Le te emee am De ed en = XV Abtheilung Band LXXXIX Heft 5-—5 Band XC Heft 1—5. Band XCI Heft 1, 2, 8°. S en, Ak manack 1885 kl. 8°. ie hink - schriften Band 48, 49. 4°. Königl. Böhm. Gesellschaft der Wissenschaften zu Prag. Jahresbericht 1881, 1882. 1885. 1884 8. Sktounbetekhe: 1, 1882, 1885, 1884 S°. etage 1885—1884 he Bericht über die Pablikatioven während ihres 100-jähri- gen Bestehens von Dr. S. J. Srupnicka Heft 1, 2. 1884/5 8°. Geschichte der Gesellschaft. Aus Anlass des 100-jährigen Jubelfestes der Gesellschaft von J. Karousek Heft 1. 2 1834/5 8 Verzeichniss der Mitglieder 1784-1884. 8°. Generalregister zu den Schriften der Gesellschaft. 1784— 1884 C°. Societa Adriatica di scienze naturali ” Trieste. Bolletino. Vol IX N° 1, 2. Trieste 1885/6 8 Verein zur Verbreitung anda Kenntnisse in Wien. Schriften Band XXV. Wien 1885 8°. Mitheilungen der K. K. Geographischen Gesellschaft in Wien. Band XXVIII Wien 1885 8° ZWEDEN, ENz. (Jf). Konigl. Vetenkaps Akademiens. _ Lefnadsteckningar Band 2 Stockholm 1885, 8°. © XVI Det Kongelige Danske videnskabernes selskabskriften. Natur- . videnskabelig og mathematisk afdeling 6° Série Vol III nd kad lez) a _l _ te EN el Kn mn 10 N°, 1, 5. Kjöbenhavn 1885 4°. Oversigt over det Kongelige Danske Videnskabernes Selskabs Forhandlingar og det Medlemmers Arbejder. Aaret 1885 N°. 2. Kjöbenhavn 1885 S°. Forhandlingar 1 Videnskabs-Selskabet i Christiania 1885. Christiana 1886 8° Det Kongelige Norske Frederiks Universitet. Aarsberetuing. for 1° halvaar 1885, for 1885—1884, for 1885. Chris- frania 1885/6 8°. gram 1884. Christiania 1884 8e. Nyt Magazin for Naturvidenskaberne. Bd. XXVIII (2, 5, 4). Band XXIX (1—4) Bd. XXX (1) Christiania 1883/6 8°. Den Norske Nordhavs-Expedition 1876—1878. XV. Zoo- logi. Crustacea II ved G. O. Sars. Christiania 1886 4°. … Universitetspro- ENGELAND (Jg). The Rogal Society of London. Proceedings Vol XXXVII N°. 252—254 Vol XXXVIII N°. 235—238 Vol XXXIX N°. 259— 240. 1884 8°. Fellows of the Society 1884, 1884 4°. Nene ens ad . Transactions Vol 175 L, II, 1884 4°, Linnean Society of London. The Journal. Zoology Vol. XVII N°, 105, XVIII N°. 104—107, List of the Linnean Society 1884/5 8°, sn ._ Transactions. Botany Vol. part 8 1885 4°. Literary and philosophical society of Manchester. Proceedings Vol 25, 24. 1884/5 8°, Memoirs Vol VIII. 1884 ge. IE A Dre B ren En rt ni Gd Wed he eha a iú 5 _ es} Me End kamen er) de) ea GE er RN XVII FRANKRIJK (Jh). Académie des Sciences. Comptes Rendus Tome CI N°. 19-26. Tome CIT N°. 1—26. Tome CIII N°. 1—19. Paris 1885/6 4°. CuevreuL, BoussiNGAULT, enz, Annales de chimie et de physique. 6®° Série Décembre 1885, 71° Série Janvier — Novembre 1886. Paris 1885 8°. Société Linnéenne du Nord de la France. Bulletin mensuel 11e année Tome VI (N°. 125-126) 12° année Tome VI (N°. 127-158). Amiens 18825 8°. Société der sciences de Nancy. Belletin Série II Tome VI fasc. XVI Série II Tome VII fasc. XVII. Paris 18845 8°. Société philomatique de Paris. Bulletin Tome IX N°. 1—4. Paris 1885 S°. Irauie (Jk). Cosmos „ comunicazioni sui progressi piu regenti e note- voli della geografia e delle scienze affini del Prof. Gumo Cora. Vol VIII fase. 8—9. Torino 1885 8°. Museo civico di storia naturale di Genova. Annali publi- cati per cura di G, Dorma @ R. Gestro. Vol XVIII, XIX, XX, 1882/1884 IL Serie Vol Ll, HL, (XXI, XXII) 1884 1885). Genova gr. 8- RusLAnD (JI). Naturforscher _ Gesellschaf! hei der Universität Dorpat. Sitzungsberichte 77 Band 1° Heft 1884. hee Schriften 1. Dorpat 1885 8°. Archiv für die Naturkunde Liv-, Ehst und Kurlands. 2° Serie, Biologische Naturkunde Band X Lieferung 1 Dorpa! 1884 8°. Sociéte impériale des naturialistes de Moscou, Mémoires Tome XV, 1, 2, 5- Moscou 188415, 4°. med et hid © EN Lit | ot XVII L'Académie Imperiale des sciencos de St. Pétersbourg, Bul- letin. Tome XXX (feuilles 11—20). 1885, 4°. SDE moires. Tome XXXII No 14-18. Tome XXXIII Ne 15. 1885 4° Noorp Amerika (Jm). Academy of Natural Sciences of Philadelphia. Proceedings Part IL April to July 1885, Part II-Augustus te Decem- ber 1885. Philadelphia S°. Boston Sciety of Natural History. Proceedings Vol XXII part 2, 5, 4. Vol. XXII part 1. Boston 1885/5 8°. Connecticut Academy of arts and sciences. Transaetions Vol. VEA B New: Binn 1884/5, 98°. Boston Society of Natural History. Memoirs. Vol. III Ne. 8—11. Boston 1884/5 4°. New- York Academy of Sciences. Annals. Vol. III Ne. 16 New-York 188514 8e. — =— Transactions. Vol. III 188584. Vol VN°. 1. New. York 1885/6 8°. The American Academy of Arts and Sciences. _ Memoirs Vol. XI part IH Ne, 2, 5. Cambridge 1885 4. ee. Proeeedings Vol XEEN 4 Hin 1885 8° Annual Report of the Board of Regents of the Smithsonian Institution for the year 1885. Washington 1885 8°. Academy of Sciences California. Bulletin N°. 4, January 1886. San Francisco 1886 8e. The American Association for the advancement of science. Proceedings. Meeting XXXIII Vol. Ten II. Salem 1885 8-. Science. Vol. VH (N° 159-197). Vol. VII (Ne, 178—. 197). Cambridge (Mass). Zum Amerika (Jm). Aeademia nacional de Ciencias en Cordoba. Actas. Tome - Pe! ekain eetl rh ike le) mnd S St hen | et sie _ ll 5 XIX V Entrega 2, Tome VII Pntrega 2, 5, 4. Buenos Aires 188415 4e. Azie, AustrALie (Jo). Linnean Society of New South Wales. Proceedings, I Serie Vol. X, HI Serie Vol. 1. Catalogue of the library of the society. Sidney 1885 8°. Asiatic Society of Bengal. Centenary review of the resear- ches of the society 1784—1885. Calcutta 1885 8e. Journal Vol. LIV Part II Ne. II 1885. Vol. LV Part II N°. 1, 2. Calcutta 1885/6 8°, Ei Proeeedings 1885, N°, 9, 10. 1886, N°. 1—7. Calcutta 1886 8°. New Zealand Institute. Transactions and Proceedings. Vol. XVII. Wellington 1885-8°. Deutsche Gesellschaft für Natur- und Völkerkunde Ostasiens. Mittheilangen. Heft 54 (Band IV). Heft 55 (Band IV). Yokohama 1886 4. Colonial Museum and (Geological Survey Department. Hand- book of New Zealand. Wellington 1886, 8°. Seismological Society of Japan. Transactions. Vol IX part 2. Yokohama 1886 8°. Royal Society of South Australia. Transactions and Procee- dings and Report. Vol. VIII ( for 1884—85). Adelaide 1886 8°. HISTORIE (K). De opkomst van het nederlandsch gezag in Oost-Inthë. Ver- zameling van onuitgegeven stukken uit het oud koloniaal archief 2e reeks 1° deel bewerkt door P. Á. Trere. 's Hage 1886 8°. De vestiging van het nederlandsche gezag over de Banda- Eilanden 1599—1621 door Mn. J. A. van per Curss. (Uit- gegeven door het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen). Batavia 1886 gr. 8°. ts kde ei heid ee XX BIOGRAFIE (L). Centénaire de M. Crrvreuw 51 Août 1886. Discours prononcés au museum d'histoire naturelle. Paris 1886, 4°. GEOGRAPHIE (M). Frankfurter Verein für Geographie und Statistik. Jahres- bericht 48°" und 49°" Jahrgang 188584 und 1884-—85. Frankfurt ajM 1885 8°. Nederlandsch Aardrijkskundig Genootschap. Tijdschrift on- der redactie van C. M. Kan en J. A. C. A. TrMMERMAN IL Serie. Deel II afd: Meer uitgebreide artikelen Ne. 2. 9 en 10; afd. Verslagen en aardrijkskundige mededee- lingen N°. 1—S8. Deel III afd: Meer uitgebreide artikelen N°, 1, 2. Utrecht, Amsterdam 1885 8°. Verein der Geographen. Bericht ùber das XI Vereinsjahr Wien 1886 S°. Uitkomsten van de in het 2de gedeelte van 1885 en in 1884 uitgevoerde nauwkeurigheidswaterpassing. _ ETHNOGRAPHIE EN REIZEN (N). H. 0. Forpes. A Naturalist’s Wanderings in the Eastern Archipelago. London 1885, 8e. Dn. 0. Fiseu. Ueber Bekleidung, Schmuek und Tato- wirung der Papuas der Südostküste van Neu Guinea (Separatabdruck aus Band XV (neue Folge Band V) der Mitth. der Anthrop. Gesellsch. in Wien 1885). Wien 1885 8. Koninklijk Intituut voor de taat- land- en volkenkunde in N. 1. Bijdragen 5e volgreeks 1° deel 1°-—4° afl. ’s Hage 1886 8°. BEE en Tijdschrift Deel XXXI afl. 1-—4. Batavia 1886 8°. Dr. W. Koper. Reiseerinnerungen aus Algerien und Tunis, herausgegeben von der Senckenbergischen naturforschen- den Gesellschaft in Frankfurt a. M. Frankfurt al{M 1885 8°. Third Annual Report of the Bueau of Ethnology. (Smith- sonian Institution) 188182. Washington 1884 4°. 21 hd 215 _l & Ss S XXI Fjerde Beretnieg om Bygde Kongsgaard met tillaeg, udgiven af Bestgreren forste afdeling. Christiania 1886 kl. 4. J. Jarerus Sm. Steenstrup. Agokken-Moddinger. Eine gedrängte Darstellung dieser Monumente sehr alter Kul- turstadien. Kopenhagen 1886 S°. Dr. 0. Frissen. Notice sur les vètements, les parures et les tatouages des papouas de côtes S. E. de la nouvelle Guinée (Revue d'Ethnographie). Paris 1886 85°, TECHNOLOGIE, ENZ. (0). Nederlandsche Maatschappij van Nijverheid en Landbouw. Tijdschrift. Deel XXXI afl. 6, met Billiton-opstellen door P. H. van per Keue III, IV. Deel XXXII afl. 1—4 met Billiton-opstellen door P. H. van per Keur V, VI, afl. 5. Deel XXXIII afl. 1—6. Batavia 1885/6 8. Nederlandsche Maatschappij van Nijverheid. Tijdschrift. ‚4° reeks deel IX November 1885 met alphabetisch Re- 40c Bad Ss een | gister, enz. over de jaren 1857—84 December 1885, 4° reeks a X Januari — October 1886. Haarlem 8°._ ae Koloniaal Mu- seum op het paviljoen te Haarlem. Beschrijvende Catalo- gus 3de deel. Haarlem 1886 8. : Havenga’s Atlas, nogmaals door van pen Ker. Overdruk uit het Batav. Handelsblad van 12. 6, 86, Ne. 155. Batavia 1886. Veritas. Het ontwerp eener landrente-ordonnantie van Dr. Soruewun Gezeke (afdruk uit het Batav. Handelsblad van 14 December 1885 N°. 295). kl. 8e. Koloniaal Verslag van 1885. (Zitting 1885-—86) N. 1,5, (Nederl. Oost Indië. Suriname. Curacao) N° 5. Zitting 1886—1887 N°. 1, 5 J. A. van pen Crus, Nederlandsch-Indisch Plakaatboek 1602—1811 2% en 3de deel. Batavia 1886 8. Barox F. vor Muerver. Address. Annual meeting Victorian 268 230 269 15 © 270 27 mn XXI Branch of the Geographical Society of Australia. Mel- bourne 1886 8. M. T. H. Pereraen. Andermaal cene mededeeling aan de leden der tweede kamer betreffende de opiumkit verrezen op gespolieerden grond te Boeloesan. Den Haag 1886 89°. Eneyelopaedia Britannica. Vol. XX Edinburgh 1886 4°. New Zealand Geological Survey Department. Indian and Colonial Exhibition, London 1886, Catalogue. Wellington 1886 98°. Annual Report ‘of the Comptrolter of the Ourreney of the United States 1885. Washington 1885 g° P. B. Reiter. Verzeichitiss von Forschern in wissenschaft- licher Landes- und Volkskunde Mittel-Europas. (herausgege- ben vom Verein für Erdkunde zu Dresden). Dresden 1886 90, Dr. H. _Rourgeck. Veber Thermostaten. Thesmoregula- toren und das Constanthalten von Temperaturen. Berlin 1886 8°. NATUURWETENSCHAPPELIJKE WERKEN MET GEMENGDEN INHOUD (R). 78 Unser Wissen von der Erde. Allgemeine Erdkunde und Länderknnde herausgegeben unter fachmännischer Mit wir- kung von A. Kircunorr. HI Band 1 Theil Lieferung 52— 65. Leipzig, Prag 1886 ge. wd rd 5 NRE EEN en ie - an DN NRN 9 vedetten VAN DE maa genomen ge urenc verzameld door Dr. be en Dr. H. Oss NEN, Leden der aar commissie. aas A. _Vulkanische Verschijnselen xe an > B. Aardbevingen. … … Ra 5 Kembo ee in ‚Nelerlandsch tudië pe u 1886. ; el hechte: hhaouêr op 8 Juli. 1886 . Het van Dr, Pian over: ne electri- ig der Die, ellen : op 12 en 1886 Aen ing va Dr. Ke een Stok omtrent donkere strepen. ij roode zonsondergangen 2 san D Dn. Osars dn het isen tin ga enn det Bea. ienie: in 9 Spend 1986 ; Mededeling van Mr. Prepens omtrent “Tet voorkomen van vlinders op het eiland Edam ergadering der Direetie, gehouden op 14 October 1686 Bri « ef van de HH. F.A. Jexrisk en SERRURIER, Directeuren _svaft het Museuni van Natuurlijke Historie en van _het Ethnographisch Museum te Leiden, aan den he omtrent de bestemming, te geven aan den post op de Indische begrooting ad / 10.000 Gouv. Gen. vor wetenschappelijk onderzoek in den Ind. Archipel. za8 ving der Directie, gehouden op 11 November a gadering der Directie gehouden op 9 Decemher 1886 - 47 on de daor de Directie der Koninklijke Bekke _ Vereeniging uitgebracht. in zake de bestemming, te geven aan den post van / 10.000 voor weten- scháipeljk onderzoek in den Ind. Archipel . ei van Dh. v. pn. Sror omtrent de rhaolfnien van ee waarneming der magnetische WR te Batavia gedurende de jaren 1882 an de wendde, en den toestand der Koninklijke Nalnurkundige Vereeniging in Nederlandsch-Indië gver het jaar titgebracht in de bestuursvergadering van den 17 Februari — 1887 “dao FHL. Janssen var Raar, Voorzitter der Vereeniging. werken ter tafel gebracht in de Vergadering der Kon'nklijke 5 Nat ek, nen hees het jear 1995. Ek