NATUURKUNDIG TIJDSCHRIFT VOOR NEDERLANDSCH-INDIË. NATUURKUNDIG TIJDSCHRIFT VOOR NEDERLANDSCH-INDIE, UITGEGEVEN DOOR DE KONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING NEDERLANDSCH-INDIE, ONDER REDACTIE VAN Dr. H. OIN NEN. DEEL XL VIII. ACHTSTE SERIE. DEEL IX. BATAVIA ex NOORDWIJK, "5 GRAVENHAGE, ERNST & Co. MARTINUS NYHOFF. 1889. INHOUD VAN DEEL XLVIII. Branz Naamlijst der leden van de Koninklijke Natuurkundige Vereeniging in Nederlandsch-Indië, op 1 Januari 1888 VVVö• Lateritvorkommen in West-Borneo, von Dr. Тнкоров Posewirz, Mitglied des geologischen Institutes in Budapest 16. Verslag van eene dienstreis naar de ia re © S. Н. Koorpens, Technisch ambtenaar bij het Boschwezen. Met eene kaart en twee n 5 зле Зай» e eee ee. І. Inleiding ЕЛГЕ а E, A. II. айын. о Қам Zie РИ Ш. Botanie. . . 80. $ 1. Асани б over “het nul van eenige ман à door de bewoners der Karimon-djawa-eilanden daaraan көреді; pud аа BO. § 2. Opmerkingen . . V Lijst der verzamelde planten 103 I d ms bankas p. . HE V. Geologie . . 125. § 1. ынаныш. over ES бейш. уап и Кевина. ONEENS . М. $ 2. Gesteenten . . ‚о бе. 13. Lijst der verzamelde Минь 7 “ТЭРГЭЭ мајени ТАВ. Naschrift. . . 132. Verslag van de Чилийн o еп in ER ёс Koninklijke Na- tuurkundige Vereeniging in Nederlandsch-Indië over het jaar 1887, uitgebracht in de algemeene vergadering van den 9% Februari 1888 door H. L. Janssen van Raay, Voorzitter der Vereeniging . . 133. Opmerking omtrent het smelten van vast koolzuur door Dr. Н. Оххех. 143. VL. Innoup. Brapz. Over eene kleine collectie vogels afkomstig van den Karimon-Djawa- Archipel door А. G. VonpEnwaN, Stadsgeneesheer te Batavia 145. Over de wenschelijkheid van een onderzoek naar de diluviale fauna van Nederlandsch-Indie, in het bijzonder van Sumatra, door Eve. Прво. 148. On the period of ger rotation of the sun as or by meteoro- logical data, by Dr. J. P. vas рев Ѕток. . . . 166. Vulkanische verschijnselen en aardbevingen in den 0. Е BE waargenomen gedurende de maanden Juli—December van het jaar 1887, verzameld door Dr. S. Bert en Dr. H. Өххех, Leden der aardbevingscommissie . 199. Vulkanische SEH 199. B. Aardbevingen . : 202. Mededeeling omtrent еепе 9 van pee { ос. 210. De duur van de omwenteling der zon om hare as. Voordracht ge- houden in de Directie-vergadering der Koninklijke Natuurkundige Vereeniging ор 12 Juli 1888 door Dr. J. P. van рек Srox . 211. Über zwei merkwürdige Gephyreen aus der Bai von Batavia von Dr. C. Pu. Soen. Korrespondierendem Mitgliede der König- lichen Akademie der Wissenschaften in Amsterdam. . . 233. Verslag omtrent de Gouvernements-kina-onderneming in de Preanger- Regentschappen over het jaar 1887 door В. van Вомомов, Directeur der Ил ee шең 249. І. Weersgesteldheid . . . $ к . 249. II. Vermenigvuldiging . : . 250. Ш. Ontginning en Onderhoud . 254. IV. Oogst van Kina. . 259. V. Personeel. Geldmiddelen ; 262. VI. Kennis der op Java gekweekte ао 264. УП. Scheikundige onderzoekingen. 265. УШ. Toestand en vooruitzichten . ОУ 266. Nie do он» oos эл. лу Node. 270. Te en AM. Bijlage D. 284. Die Evertebraten aus der балетінің des Königlichen Mätseihisenschall- lichen Vereins in Niederländisch Indien in Batavia, zugleich eine Skizze der Fauna des Java-Meeres, mit Beschreibung der neuen Arten, von Dr. C. Рн. Soen, Korrespondierendem Mitgliede der Königlichen Akademie der Wissenschaften in Amsterdam. 285. Notulen van de vergaderingen der Koninklijke Natuurkundige Ver- eeniging in Nederlandseh-Indié, gedurende het jaar 1888. [многр. Vit. Vergadering der Directie, gehouden op 12 Januari 1888. . 314. Algemeene vergadering van de Leden, gehouden op 8 Fe- bruari 1888 . 315. Wetten van PN Koninklijke йе Vereniging in Nederlandsch-Indié . . . 316. Vergadering der Directie, — op 9 Februari 1888. . 922. Vergadering der Directie, gehouden op 8 Maart. . . . 324. Vergadering der Directie, gehouden op 12 April 1888 . . 326. Vergadering der Directie, gehouden op 24 Mei 1888. . . 329. Vergadering der Directie, gehouden op 14 Juni 1888. . . 332. Vergadering der Directie, gehouden op 12 Juli 1888 . 333. Voordracht van Dr. van ver Зток over den duur der omwenteling van de zon om hare as 3 . 333. Vergadering der Directie, gehouden op 8 Augustus 1888 335. Vergadering der Directie, gehouden op 13 September 1888. 338. Voordracht van Dr. Theus over het nieuwe rete van Krakatau . : . 338. Vergadering der Directie, geni” op u October 1888. 343. Vergadering der Directie, gehouden ор 8 November 1888 . 344. Vergadering der Directie, gehouden op 13 December 1888 . 347. Boekwerken ter tafel gebracht in de Vergaderingen van de Directie der Koninklijke Natuurkundige Vereeniging in Nederlandsch-Indié, gedurende het jaar 1888. . 2. MII. Meteorologische waarnemingen in Nederlandsch Indië, November tot en mot December: 1887. ..... 22,2. . 125—174. Id. 18. ** I—M. Id. 14. Januari 1888 tot en met December ER > sun dd j уг. о Blz. 25 reg. 15 v. b. en Patjoean lees: » 12 v. o. arataojo » » 26 ». 18у. о.. » Traaesan » » 16v.o. » Klawak » » 15v.0. » Batae-paetih » „» 14у.0. > Batae-merah » » 15v.0. » Batae-lawangan » ^ 12у.0. > Kamaedja » » 9v.0. > Bengkaewang „ ^ 77.0. » Djeroekwang » ^ A0 » Wijendjangim » „„ ҰЛЫ» бе 89 » su supiy Uwe fals » » 58 » 11 v. b. » Lea » » 17 v. b. „ ` Kjeroekan » » 4b қ Фе » » 50 » Sy.o. » Paneratium » » 51 > 15v.b. moet vervallen: Riboet ( » 167. о. staat: Tjondony lees: Lev. п» aboesan » ^ 7v.0. » Rubiaceae » ^ 55 > 14v.0. > Convolvulus » ^ 54 » бу. » een kostbare 2 houtsoort 5 3 75 % ^o мох жылына ?) e „Oh vate » 82 » 12v.o. » P. Gentings » » 85 » 16v.b. » Verslag » » BE > IED. s 20 » ^ 89 » 18v.o. > Bibiscus » „ 90 » 4y.b. > bijzondere » 22 а гея spec.) » » 4 v. 0 » Kariw » » 115 » 15 4: E » idm » » 118 noot » 40 „йо, 62 еп 67), ERRATA. 48, maar: »Suae n 62 is opg afin niet rive! (blz. 47, da’ Pantjoeran. Baratdojo. Batoe-poetih. Batoe-merah. Batoe- etangan Kamoedja Ketapang. Paneratium. a) kostbare hout- soorten. (Schmiedelia). (Diospyros). Leea. P. Genting. Verslag). (zie. Hibiscus. bijzonder. rege spec.) rier? vegiftige vergiftige. De wetanschuppelijke naam el Besi-besi is niet »Intsia”, zooals op blz. »Pongamia", en die van Iwak- 48, 49, 50, 51, even, maar: L VOOR DERLANDSCH-INDIE, UITGEGEVEN DOOR DE али . KONINKLIJKE. NATUURKUNDIGE. VEREENIGING ` DEEL XLVIII. ^ ACHTSTE SERIE. “ВЕВЬ-ЇХ, | NAAMLUST DER LEDEN VAN DE KONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING NEDERLANDSCH-INDIE, op 1 Januari 1888. Dagteekening van oprichting 19 Juli 1850. OPRICHTERS. Dr P. Bleeker, + 1878: J. H. Croockewit Hz., + 1880; С. de Groot; P. J: Maier, | 1878, P. Baron Melvil van Carnbee, 1 1856; C. М. Schwaner, + 1851; H. D. A. Smits, + 1855: Dr. G. Swaving, + 1881. BESCHERMHEER. Zijne Majesteit de Koning der Nederlanden. Honorair BESCHERMHEER. Mr. A. J. Duijmaer van Twist. 2 BesturenDE LEDEN. 1 Н. L. Janssen van Ваау, 2 Dr. С. Gutteling, 5 Dr. Н. Cretier , 4 A. G. Vorderman, 5 Dr. Н, Onnen, 6 Dr. J. P. van der Stok, 7 Dr. С. Ph. Sluiter, 8 Mr. M. C. Piepers, 9 G. W. ten Brummeler . 10 Н. J. Hardeman, 11 Dr. S. Figee, 12 Dr. F. H. Bauer, 15 Dr. В. D. М. Verbeek, 14 Dr. J. P. Kloos, 15 G. J. P. J. Bolland, HONORAIRE LEDEN. 1 J. B. Ritter von Wullerstoff Urbair , 2 A. W. P. Weitzel, 5 M. Th. Reiche, 4 C. de Groot, 5 Mr. L. A. J. W. Baron Sloet v. d. Beele, 6 W. F. Versteeg, 7 A. J. С. Edeling, 8 Mr. J. Loudon, 9 F. ’s Jacob, ; 10 H. L. Janssen van Raay, 11 P. van Dijk, 12 Dr. C. L. v. d. Burg, Datum van benoeming. 25 December 1871 17 Januari 1874. 16 September 1876. 20 April 1878. 19 September » 19 » » 15 Mei 1879. 16 Septemler 1880. 20 December 1885. 17 Juli 20 November » 18 December > 18 » » 8 Juli 1886. 12 Mei 1887. 21 Mei 1858. 24 Februari 1859, 28 Maart 1865. 8 Juli 1865. 14 April 1866. 18 Mei » 26 Januari 1870. 18 Mei 1872. 29 Juli 1881. 20 April 1882. 16 April 1886. 18 Februari 1886. 1884. CORRESPONDEERENDE LEDEN IN NEDERLAND. (Maximum-aantal 30) Datum van benoeming. 1 Dr. CHED Buys Ballot, Utrecht, 17 Februari 1855. 2 Dr. F. C. Donders, 16 » 1854, 5 Dr. L. Ali Cohen, Groningen, 28 » 1855. 4 Dr. A. et M. van Hasselt, Utrecht, 28 » 1856. 5 Dr. С. А. J. A. Oudemans, Amsterdam, 15 Juni 1858. De. A. 0. N Delft, 16 November 1867. 7 Dr. F. W. R. Suringar, Leiden, 21 December 1872. 8 Dr. J. Bosscha Jr., Delft, 21 » » 9 Dr. N. W. P. Biuwenhoff, Utrecht, 91 » » 10 Dr. H. G. v. d. Sande Bakhuysen, Leiden, 21 » » 11 Dr. P. J. Veth, Leiden, 21 » » 12 Dr. P. de Boer, Groningen , 20 December 1875. 15 Dr. I. W. Gunning, Amsterdam, 21 Maart 1874, 14 Dr. J. A. С. Oudemans, Utrecht, 17 September 1875. 15 Dr. C. Ritsema, Leiden, 17 » 16 Dr. D. Bierens de Haan, Leiden, 20 Mei 1080 17 P. van der Burg, Nijmegen, 20 » 18 Dr. H. С. Dibbits, Utrecht, 20 » » 19 Dr. Th. W. Engelman, Utrecht, 20 > » 20 Dr. Th. Mac Gilavry . Leiden, 20 1 » 21 Dr. Th. Place, Amsterdam, 20 » » 22 Dr. Е. van Rijckevorsel, Rotterdam, 20 » » 25 G. Westerman, Amsterdam, 20 > » 24 Р. С. T. Snellen, Rotterdam, 17 Mei 1885. 25 F. M. van der Wulp, 's Gravenhage, 17 » 26 Dr. Hubrecht, Utrecht, 20 November 1884. 27 Dr. H. Wefers Bettink, Utrecht, 9 September 1886. 28 Dr. P. P. С. Hoek, Leiden, 9 » » 29 Е. W. van Eeden, Haarlem, 9 » 50 Dr. С. A. Pekelharing, Utrecht, 11 Augustus 1887. H 4 CORRESPONDEERENDE LEDEN IN HET BUITENLAND. (Maximum-aantal 50). 1 P. J. van Beneden, Leuven, 2 A. A, Dumeril, Parijs, 5 L Нуги, Weenen, 4 A. Mousson, Zürich, 5 J. Steenstrup, Kopenhagen , 6 J. К. Hasskarl, Kleef, 7 W. von Haidinger, Weenen, Moleschott, Rome, Strive, Pulkowa, Beccari, Turijn, J. Whitney, San Francisco, von Müller, Melbourne, de Mielucho-Maclay , Russel Wallace, Londen, le Jolis, Cherbourg . . В. Meijer, Dresden, " . J. Allman, Londen, . Daubrée, Parijs, von Helmholtz, Berlijn , J. C. Houzeau, Brussel, 21 Th. H. Huxley, Londen, 22 L. Pasteur, Parijs, 25 Tommaso Salvadori, Turijn, 24 Otto Finsch, Bremen, 25 John Milne, Tokio, Japan, 26 Michele Stefano Rossi, Rome. 27 J. H. Kloos, Brunswijk, 28 Wilhelm Blasius, Brunswijk , 5 P > > Z= = ° ° = 525 uoc 29 Alexander Woeikof, St. Petersburg. Datum van benoeming. 28 Februari 1856. 28 » » 28 » » 28 » » 28 » 28 Februari 1857. 10 November 1859. 24 September 1864. 28 Januari 1865. 15 Juni 1875. 21 December > 21 » » 16 Augustus 1875. 20 December 16 December 1875. x 18 Mei 1878. 20 Mei 1880. 90 > H 20 „ » 20 > » 20 » » 20 » n 28 Mei 1882. 19 Juli 1885. 20 November 1884. | 20 » | 9 September 1886. 9 » » L 11 Augustus 1887. Gewone Leden in Nederlandsch Indië, sl C: 5: OU RÉI = © Ф b із 19 19-15 de 19 ұз m sl © Gr Ff Ol = © о о 9 [5 J. F. den Dekker, G. A. van Delden, K. F. Holle, Radh. Adipati Proto Noto Amiprodjo , W. H. van Waesberge, Mr. M. C. Piepers, J. Heringa, A. H. Hisgen, Dr. С. Gutteling, Dr. J. P, Kiss, Th. L. L. von Kotsch, Dr. H. Neubronner van der Tuuk, W. van Voorthuyzen , Mr. N. P. van den Berg, G. W. ten Brummeler , A. G. Vorderman, G. Е. Michielsen, A. Mijer Pz., R. Fennema, I. A. Hooze, Dr. F. H. Bauer, Г. A. Hamburg, H. J. С. Bonemeijer , W. Е. Vogelsang, A. J. Spaan, J. L. L. Leeuwen, G. M. W. ши, 28 J. N. Zelisse, 29 W. Veer, Datum van benoeming. 11 Juni 25 December 50 Maart 16 Januari 14 October 28 April 15 December 16 Maart 19 September 19 » 15 Juni 19 April 19 Juli 16 Augustus 1 20 September 18 April 19 Juni 198 19 » 10 Juli 27 Februari 21 Mei 15 October 1857. 1858. 1859. 1861. 1865. 1866. 1867. 1870. 1872. 1875. 1875. 1874. Datum van benoeming. 30 K. L. van Schouwenburg, 17 Maart 1876. 51 1. Schalij, (NES » | 32 Mr. L. J. Selleger , n » | 35 A. Seubert, 17: » | 54 P. W. van Spall, f; x ‚№ 55 W. J. М. Linden, 17 » | 7 56 Dr. J. G. E. Маск, 87 14 » | 37 J. Milder, 17 > » | 58 Р. Landberg Jr., 11:13 » | 39 Р. Houtzager Jz., 17.» e 2 40 E. Douwes Dekker, 17 s » 41 0. Dürler, ізі» » | 42 Jhr. С. б. I. Barnaart, 17. » » - 45 J. M. van Berckel, 21 Apri! » | 44 J. M. Bloemhard, 91 >» » | 45 A. de Bruijn, Mz., St.» » | 46 Н. I. 6. van der Burch. 21 » | 41 D. J. Crol, 91.» » 48 Е. Th. van Delden, 81.5 » 49 Мг. J. J. С. Enschedé, 21 > » 50 J. P. Ermeling, 21 >» » 51 S. Everts, at. x » 52 5. L. A. Hartog, 21 » 55 W. H. Heijtman, 21 » » 54 E. J. Kerkhoven, 21 » » 55 Mr. В. A. Kerkhoven, MO » 56 D. С. J. Kool, 21 » 57 Mr. C. Manuel, atis » 58 Е. 6. В. Mossou , A » 59 P. A, Palm, 86:48 » 60 Th. S. Reijneke, 84:53 » 61 John L. Sarkies, Ma. „5 62 J. H. P. Saijers, 21 » > 65 J. W. Th. van Schaick, 21 » » 96 97 Е. В. Scherius , Н. R. A. Vechtman. T. Walter, J. J. de Weijer, D. de Wit, W. J. M. Michielsen , J. Н. D. L. Sänger, E. de Wolff, G. P. A. Renaud, A. Graaf van Limburg Stirum, C. H. de Braconnier, A. Feikema, J. W. С. Ripert, С. A. Niessen, Dr. H. Сгецег , P. P. du Cloux, A. A. Bruijn, J. A. Kluijt, 2 А. М. J. Bolsius, J. W. Dersjant, F. N. Knoch, H. F. P. Obertop, E. Heijning Jr., А. К. J. Kaffer, Dr. J. Р. van der Stok, J. G. Ribbers, R. Edwards van Muijen, F. J. Visser, U H. G. Soeters, N. A. Ruijl, H. van Meerten, A. H. G. Fokker, А. Massink, | J. F. W. Wessels. Datum van benoeming. 21 April Вітэ 21 » 21 а 21 » 21 > 21 » 21» 19 Mei 19 „ 19 19 > 7 Juli 4 2% 24.» 1:3 28 October 16 December 17 Maart 1714» VID. i.» 21 April 16 Juni 28 Juli 19 Januari 19 » 19 » 19 » 16 Februari 16 > 16 » 16 » 1876. 1877: 1878. 98 L. J. Santman, 99 L. H. Kramer, 100 G. С. Twijsel, 101 Dr. K. H. Mertens, 102 J. de Booij, 105 Dr. H. Onnen, 104 Dr. С. Ph. Sluiter, 105 J. Stormer, 106 H. der Kinderen, 107 Е. G. С. Degent, 108 Dr. W. Dominicus, 109 С. Deijkerhoff, 110 P, A. Daum, 111 J. Dinger, 1191, Klaas, 115 A. van Schermbeek , 114 A. Visser, 115 L. de Scheemaker , 116 J. B. Mack, 117 J. H. D. van der Palm, 118 W. Godefroy, 119 J. L. Moquette , 120 1. С. von Hertling , 121 G. A. Schouten, 122 D. Lucassen, voor de Vereeniging der Tegalsche Suikerfabriekanten , 195 P. Tak, 124 W. E. M. S. Aernout, 125 F. Raat, 126 J. van der Laan, 127 A. E. van Riel, 128 J. D. Romswinckel, 129 Dr. P. A. Platteeuw, 150 Dr. R. p. M. Verbeek, 16 Februari 20 April 80 „ 18 Mei 20 Juni 20 Juli 17 April 17 17 Juli 18 Maart 15 April 18 » 20 Mei 20 17 Juni 15 Juli 19 Augustus 181» 19. 5 19 5 16 September 21 October 16 December 1878. » » » » » 1880. A Datum van benoeming. - 1879. | Datum van benoeming. 151 J. G. Tamson, 16 December 1880. 152 Dr. M. Treub, 16 » » 155 A. E. van Swieten, 16 » » 154 F. D. Warnecke, 17 Februari 1881. 155 В. W. Е. Koopmans, 11-15 » 156 F. Foringer , 177» » 137 WE. Fels, 133 » 158 M. ten Cate, 17 » a! 159 A. Bochart, 197 4 » 140 J. J. H. Woesthoff, I1 * > 141 J. Th. Hofland, 17 Maart » 142 J. С. A. Scharff, zeg » 145 G. Mullemeister , 11 » 144 W. G. F. Vermaasen, 17 » » 145 M. A. F. Goossens, 11 » 146 H. W. Pistorius, ГЕН » 147 С. Schreutelkamp , ITA » 148 J. W. van Loon, 125 » 149 L. L. Coldenhoff, 21 April ; 150 A. Mulder, 1° 3 » 151 W, Georges, 19 Mei » 152 C. Baumgarten, 16 Juni » 155 J. УУ. Hofman, 16 » » 154 C. J. de Waal Malefijt, 21 Juli » 155 H. K. Mijer, 15 September » 156 F. C. E. Meijer, 20 October » 157 С. H. 6. Bijvanck, x 20 » » 158 H. С. de Vletter, 15 December » 159 Mr. A. L. C. Kleijn, 16 Februari 1882. 160 H. J. M. Baumann, 16 » » 161 T. Ottolander, 16 > » 162 H. E. Prins, 18 > » 165 Dr. W. Burek, lọ >- » 164 A. J. C. Hazenberg, 16 Maart » 165 D. J. Guijkens, 166 Ant. С. Marcks, 167 J. Julius, 168 A. Schmitz, 169 Mr. Caesar Voûte, 170 J. H. A. IJssel de Schepper, 171 S. F. Boers, | 172 Н. А. G. von Dentzsch, 175 Mr. C. S. Buys Ballot, 174 P. van Leersum, 175 P. Leendertz, 176 Dr. A. J. Verweij. 177 A. Mellink, 178 J. D. Donker Duyvis, 179 Dr. W. Pauw, 180 W. J. L. van Dissel, 181 H. W. Backhaus, 182 W. P. Groeneveldt, 185 E. H. Heijning, 184 H. J. Hardeman, 185 D. A. Hooijer, 186 H. Faber, 187 J. А. Schuurman, ThZn., 188 Mr. W. de Gelder, 189 Jhr. Mr. H. L. Wichers, 190 P. J. A. Spaan, 191 Dr. S. Figee, 192 Dr. B. C. Stort, 195 P. C. van Motman. 194 В. J. Stofberg, 195 D. Е. van Braam Morris, 196 G. V. de Graaf, 197 С. J. van Schelle, 198 S. Н. Koorders, Datum van benoeming. 16 Maart 1882. 16 » > 16 » » 16 » » 20 April » 20 » » 18 Мег » 20 Juli » 21 September » 19 October » 16 November > 19 April 1885. | 17 Ма » 21 Juni » 20 December 21 Februari 1884. 25 April E № 15 Ме » 19 Juni » 17 Juli » 17-9 » LL o » IL a » 11... » iL x » т > » 18 September > 16 October » 16 » » 18 December » 15 Januari 1885. 16 » » 19 Maart » 16 April 199 A. L. van Hasselt, 200 Dr. Th. van Buuren, 201 L. E. van Teijn, 202 M. M. Simons, 205 P. von Strachwitz , 204 W. J. Hubers van Assenraad , 205 H. С. van Ruijven, 206 A. de Jager, 207 H. J. Wolff, 208 G. H. Haasken, 209 J. A. H. Joosten, 210 Paul Richter, 211 1. 5. van Drooge, 212 G. L. Hofland, 215 J. C. Th: Scheffer , 214 Dr. F. Soltwedel, 215 Mej. Charlotte Jacobs, 216 G. L. Verver, 217 Dr. J. Haver Droeze, 218 Dr. J. J. van Renesse, 219 J. H. Reuter, 220 L. J. J. Michielsen , 991 Р. J. A. Renaud, 999 W. J. С. Groos, 225 А. D. J. Groenemeijer , 924 J. A. R. Erkelens, 225 G. B. Lowe, 226 W. H. Dittlof Tjassens, 227 J. L. Jarman, 228 W. J. A. Wernberger , 929 J. W. F. van Eecke, 250 E. Giesbergen, 251 J. A. Uilkens, 252 Willem Kessler , Datum van benoeming. 16 April 21 18 20 17 Mei Juni Augustus September 17 December 17 17 17 17 » » » » 21 Januari 18 Februari 18 Maart 22 22 22 April » 10 Juni 14 » = Si eplember October November 1885. 19 EA m George Fischer, P. A. van der Made, A. Knoote, Albert Mohr, F. Grausberg, C. J. Cornelis, 6. „ P. 4. Bolland, 240 G. D. Birnie, 241 Dr. J. F. Bon, 242 A. G. Schepper, 245 G. L. Mens Fiers Smeding, 244 E. van de Roemer, 245 G. A. Scherer, 246 J. J. de Graaf, 247 N. L. Holwerda, 248 G. A. Malga, 249 А. С. 0. Meine, 250 J. Н. Tielman, 251 Th. С. van Huut, 252 Dr. J. M. Е. Künert, 255 S. С. van Musschenbroeck , 254 H. G. Derx, 255 Ch. G. Cramer, 256 Г. Е. Deesen, 257 1. C. van Teijn, 258 Dr. Е. C. H. Brands, 259 Dr. J. J. Pigeaud, 260 F. J. Cornelissen , 261 J. Berman, 262 G. Th. de Bruijn, 265 Dr. Th. H. Eisinger, 264 Ko Mo An, 265 J. M. van Vleuten, 266 D. van, Aalst. H m Lë 19 ИМЕ St OE OI DAR to © Datum van benoeming. 11 November 1886 PT 9 T$ > 11 >» IU. 11 * 11 » 9 December 9 * 9 » 9 » Ч. 9 » 9.4 9 9 > 9 » 9.1» 9 » 15 Januari 15 - 15 » 17 Februari т 17775 14 5 17:74 17:18 1T: 5» 17 Us 17.8 9 Maart » Datum van benoeming. 267 J. A. van Delden, 9 Maart 1887. 268 J. Schülein, 9.» » 269 Dr. J. H. Gunning. 9 270 Maurits Charlouis , 9 271 Liem Liong Hien, ` 9.» » 272 С. J. Schuurman, 9 275 K. Engelberts, voor de Vereeniging van Djocjasche Landhuurders, 9 » » 274 A. Stenvers, 14 April » 275 J. A. Oudorp Kortebrant, 14 > » 276 Dr. 5. Monnikendam , 14 > » 277 Lie Tjoe Hong. 14 » » 278 W. F. Sterk, 14 » » . 279 Dr. J. Campbell Graham, 14 > » 280 С. J. Smith, 14 >» » 281 G. P. J. Theunissen , 14 » » 282 P. Engelmaijer. lí > > 285 J. van Velzen, 14 » » 284 Dr. Ludwig Martin, 14 > » 285 Dr. Schönian. 14 > » 286 D. P. Jentink, 14 > » 987 5. J. Numans, 14 „ > 288 A. van Moerkerken, 14 >» » 289 Е. S. de Jong, 14 >» » 290 Joh. Visser , 12 Mei » 291 В. М. Kruseman, 12 » » 292 L. van der Est, 12 > > 995 1. Е. van Win, 13 га » 294 H. J. J. Hepp, | 12 >» > 295 P. H. Bilgen, 12 » » 296 J. H. Damman, 12 >» » 297 Mr. С. W. Baron van Heeckeren, 12 > » 298 H. P. van Heukelom , 12 * » 299 W. Buurman, 19 » » 300 Victor Lehman, 501 J. E. de Meijier, 502 W. С. Bakker, 505 B. M. H. Heuveldop, 504 H. van Lokhorst, 505 W. J. Oosterhoff, 506 Dr. Maurits Greshoff, 507 R. Wijmans, 508 W. М. Ottow, 509 A. Stoop, 510 S. I. G. van Overveldt, 511 H. Rolff, 512 Mr. W. C. Veenstra, 515 W. С. С. Bleckmann, 514 Mr. G. J. Keiser, 515 M. A. van Hasselt, 516 Ј. C. Prakke, ЭҒЕЕ Jok... 518 Dr. J. H. F. Sollewijn Gelpke, 519 Dr. J. G. Kramers, 520 J. de Jong, 521 J. H. Hartmann, 522 D. Р. Е. Driessen, 525 H. W. van Dalfsen, 524 M. J. H. ter Linden, 525 G. M. Wigman, 326 G. Brinks, 527 G. Buijs Cz., 528 H. W. Praasterink , 529 УУ. Kooiman, 550 J. H. Buijten, 551.8: P. Наш, 25 Juni 1887. 95 „ > 25 > Зат» » 25 » » 29518 » 85 5 » 29578 » 23 » 25 » 81 » 995. 05 » 3$ х » 95 » » 14 Juli » 14 » » 14 7 » 14 > » 14 > 14 > » 14 » » 14 » » 14 » » 14 » » 14 » » 14 » » 14 » » 14 » » 14 » » 14 » » 11 Augustus » 14 тй » 11: » » 11 > Ж Datum van benoeming. | Шама ыы аз Datum van benoeming: 554 W. L. Megelink, 11 Augustus 1887. 555 W. P. Quartero, 11 » » 556 L. J. F. Timmermans, 1.» » 557 J. A. Wagner, 11 » » 558 Z. E. de Luit. Gen. A. Haga, 8 September » 559 Mr. J. H. Bergsma, 8 » » 540 B. Kersjes, 8 » » 541 H. Reuvers, 8 „ » 542 W. Р. $. Jansen, B^» » 545 G. Adams, 8 5 » 544 Herman van Bockel, ee » 545 J. W. H. Muller, 8 „ » 546 A. de Graaff, 7% » 547 J. Dermout, 8 » » 548 0. Dermout, 15 October » 549 A. S. J. van Kesteren, 13 » 550 H. D. A. De Wolff, 13 * » 551 A. Buijsman, Ру s » 552 УУ. Baron van Voorst tot Voorst, 15 » » 555 J. A. Rochussen, 15 » » 554 H. C. L. D. Commegrain, 15: » 555 К. Suringa, 15 » » 556 L. F. van den Upwich, 10 November » 557 H. C. A. Ruempol, 10 » » 558 W. Huisman, 10 » » 559 A. E. Moll 10 „ » 560 J. G. Schott, 10 » » 561 A. J. Snouck Hurgronje, 8 December » 562 J. А. H. Breijmann, 8 » » 565 J. G. Huijsman, 8 564 G. G. Ouwerling, 8 565 Н. Е. 0. van Cattenburch, 8 » » 566 N. Wing Easton, 8 567 Dr. C. Eijekman, 8 LATERITVORKOMMEN IN WEST-BORNEO, Dr. THEODOR POSEWITZ. MITGLIED DES GROLOGISCHEN Institutes IN BUDAPEST. — — Schon in Dr. PeTERMANN's Mittheilungen 1887, Heft I. p. 24 (#) habe ich die Erwähnung gethan, dass wahrscheinlich auch in den »Chinesischen Distrikten” in West-Borneo dieselbe Laterit- bildung zu finden sei, wie auf den Zinn-Inseln Bangka, Billiton und auf den Inseln der Riouw-Lingga-Gruppe. Die späteren Berichte über die geologisch-montanistischen Untersuchungen in diesem Teile Borneo’s bestärkten mich nur in dieser Ansicht. Vielorts werden dort verwitterte Gesteine beschrieben, deren Beschreibung genau auf die Laterite Bangka’s passt, die aber nicht als solche anerkannt sind. Bemerkenswert ist in erster Linie die Analogie zwischen den geologischen Verhältnissen Bangka's und diesem Teile West- ` Borneo’s. Als älteste Sedimentärgesteine tritt beiderorts die alte Schie-“ ferformation auf, aus Thonphylliten, Quarziten und Quarz- 1 sandsteinen bestehend, von Eruptivgesteinen, zumeist Graniten, | durchbrochen. An beide Gesteinsgruppen gebunden tritt eine reiche Erzführung auf — in Bangka Zinnerz, in Borneo Gold — ` deren Vorkommen im Muttergesteine als erzreicher Mantel und in den Seifen auch ein analoges ist. Ubereinstimmend ist ferner, dass jüngere Bildungen bis zum Diluvium beiderorts (1) Dr. Th. Posxwrrz, Lateritvorkommen in Bangka. “ 17 fehlen. In den »Chinesischen Distrikten” lagern sich Tertiär- gebilde bloss am südwestlichen Rande der grossen Schieferinsel an, zum Teil den nordöstlichen Saum des tertiären Kapuas- Beckens bildend. Die beiden Gebiete befanden sich nach der Devon-Zeit stets oberhalb des Wasserspiegels. Es bildeten sich deshalb bei- derorts dieselben subaöriten Verwitterungsprodukte und zwar Laterite. Die Lateritbildung ist den Beschreibungen nach in den » Chi- nesischen Distrikten” weit verbreitet, in den Gebirgen Skadan , bawang, Pandang, bei Mandor. am Palo-Flusse und im oberen Sambas-Stromgebiete. Der Laterit ist hier auch in den zwei Haupttypen entwickelt als Granit- und Schieferlaterit, und letzterer zeigt ebenfalls Eisenkonkretionen und zellige Lateritblöcke als Oberflächenbil- dung. | Granitlaterit kommt z. В. vor im Pandan-Gebirge. An den weniger steilen Abhängen besteht die 1,5--5,0 Meter mächtige Verwitterungskruste des Granites aus einem roten eisenreichen Thone, gemengt mit Quarzkörnchen, wozu sich etliche Stücke eines mehr oder weniger verwitterten Granites gesellen. Östlich von Mandor kommen hauptsächlich an vier Orten (Salothong , Nji-Tha-kong , Tjiung-Hiung-Sum und Liong-kong) Granitgesteine vor, stellenweise, bis fünf Meter Tiefe, umgewandelt in einen roten Thon, gemengt mit Quarzkórnchen und lichtgrünen Partikeln— da der Granit hier hornblendeführend ist. Diese Verwitterung des Granites entspricht genau dem Granit- laterite, wie ich selber mehrorts in Bangka zu beobachten Gelegenheit hatte, und der auch hier, wie in West-Borneo oft schwer vom Schieferlateritthone zu unterscheiden ist, sich bloss durch die Menge grösserer Quarzkórnchen als solcher zu erken- nen gebend. Es ist dies der quarzitische Lateritthon. Auch die mehrorts beschriebenen verwitterten Schiefer (Thon- phyllite) zeigen die Eigenheiten der Schieferlaterite in Bangka. So ist der Schieferthon im Skadan-Gebirge 1—2,5 Meter tief 2 18 in einen fetten eisenreichen Thon umgewandelt, und lässt Т” den unteren Partien noch die ursprüngliche Schichtung erkennen. Beim Orte Melassan reicht der Lateritthon sogar bis 5 Meter, und Bohrungen bis 4,5 Meter geschahen noch immer in dem- selben Thone. Nordöstlich vom Bawang-Gebirge ist der anste- hende Thonphyllit ebenfalls in Thon umgewandelt und hat bis 1—2,5 Meter Tiefe alle Struktur verloren. Interessant ist es, dass hier auch der Oberflachenbildung, der kleinen Lateritkon- kretionen und zelligen Lateritblöcke indirekte Erwähnung gethan wird. »Diese alte Schieferformation ist sehr reich an Thon und Roteisensteinen: oft findet man ziemlich harte Eisenoxyd- haltende Knollen in dieser verwitterten Masse und ebenso findet man grosse Blöcke Brauneisenerz, thon- und kieselhaltend , in der Verwitterungskruste.” In Skadan-Gebirge ist der in roten Thon umgewandelte Schiefer. | stellenweise kaolinartig umgewandelt, 4. h. in eine reine, a thonige, plastische Masse Ubergegüngen und diese findet sich | auch im Legenden der Goldseifen, gleich wie in Bangka. | Östlich vom Palo-Flusse steht eine bläulieh-grünlichgraue | Schieferformation an, stellenweise stark metamorphosiert, da und | ea E oa eat ы а ы eS лгу te en rr - ` em E 4 k; un a ehe n Р enee бэх | dort Thoneisensteine oder Brauneisensteine führend. Im oberen Sambas-Stromgebiete zwischen Siloeas und Sidin treten Thonphyllite mit Quarziten wechsellagernd auf. In der. Umgebung von Pangkalan Batu sind diese Thonphyllite in ein | poröses, eisen-, thon- und kieselhaltendes Gestein von roter, brau- ! ner und gelber Farbe mit vielen Hohlen umgewandelt; die ur- sprüngliche Schichtung ist noch zum Teil zu erkennen. Aus dieser | Beschreibung erkennt man sogleich die zelligen Lateritblocke. | Aus dem Obenerwähnten ist ersichtlich, dass auch in den » Chinesischen Distrikten" in West-Borneo die Laterite mächtig ent- wickelt sind, gleich wie in Bangka. Auch die analogen ge0- logischen Verhältnisse beider Gebiete weisen schon von vornherein auf ähnliche subaérite Verwitterungsprodukte hin. Bemerkenswert ist es ferner, dass auch im — B Serawak »Thoneisensteine” sehr verbreitet sind und eine grosse 8 19 Ähnlichkeit mit denen von Horsrieun von Bangka beschriebenen Eisensteinen besitzen, wie H. Н. Everett (Journal of the Straits Branch of the В. А. Society 1878, July, р. 21) mitteilt. Diese Eisensteine sind nach ihm dieselben, wie die »lateritischen” Eisensteine in Singapore und dem übrigen Teile der malayischen Halbinsel. Späteren Aufschlüssen bleibt es vorbehalten meine Ansichten zu widerlegen, eventuell zu bekräftigen. VERSLAG VAN EENE DIENSTREIS NAAR DE KARIMON- DJAWA-EILANDEN DOOR S. H. KOORDERS, Technisch ambtenaar bij het Boschwezen. Met eene kaart en twee profielen. 1, INLEIDING. 1. Doel der Reis. Het doel mijner zending naar de Ka. rimon-djawa-eilanden was het inspecteeren der door een Chinees | aldaar in erfpacht aangevraagde gronden. Door de belang- | stelling van den Resident van Djapara, Mr. J. P. Merman, in | dezen archipel, werd hieraan verbonden de opdracht om tevens 1 de andere eilanden nader te onderzoeken, еп collectiën te ma- ⁄ ken, die later door specialiteiten zouden worden bewerkt, alzoo | eene bijdrage te leveren tot een nauwkeuriger kennis van deze : eilandengroep. | 2. Ligging en grootte van den archipel. De Karimon-djawa-eilan- : den zijn gelegen tusschen 110° en 1107,9 O.L. van Greenwich en tusschen 5½ en 6? Z. Br. ten noorden van de residentie Djapara l (Java) op een afstand van bijna 9 geographische mijlen van de | noordkust. Zij vormen een groep van 27 eilanden , die in tegen- | stelling met de aan de oostkust van Sumatra gelegen Karimon- eilanden onder den naam Karimon-djawa-eilanden- samengevat | worden. x n 21 Volgens de zeekaart van Disserz еп Weppik bedraagt de grootste lengte (van W. naar 0.) ongeveer 9 geogr. mijlen en de grootste breedte (van Z. naar N.) 3½ geogr. mijl. De geheele eilandengroep beslaat dus een oppervlakte van nage- noeg 511, vierk. geogr. mijlen. Hiervan wordt door de eilanden zelve slechts ruim 115 vierk. geogr. mijl. ingenomen, waarvan ruim 1 vierk. geogr. mijl. door de beide hoofdeilanden Karimon- djawa (1) еп Kamoedjan ; en ongeveer !/; vierk. mijl. door alle ove- rige 25 eilanden samen. 5. Literatuur. Jurenvun, Java, deel I pag. 157. Hier worden de Karimon-djawa-eilanden slechts in verband beschouwd met Java, doch niet afzonderlijk aan eene beschouwing onder- worpen. Onder het hoofd Geologie (deel V van dit verslag) zijn Juncuunn’s woorden geheel geciteerd. Deze eilanden werden echter niet door dezen natuuronderzoeker bezocht. TEDSMANN, Reis naar de Karimon-djawa-eilanden еп Bali- boleleng 1854. De beroemde hortulanus van 's Lands Plan- tentuin bezocht alleen de Z. W. punt voor het hoofdeiland en P. Mendjangan-besar en P. Mendjangan-ketjil; bracht slechts 5 dagen in den K. dj. archipel door, en heeft zich in zijn verslag uitsluitend tot de flora bepaald (zie deel Ш $ 2 van mijn verslag.) Van de 24 andere eilanden wordt door hem geen gewag ge- maakt, en ook over fauna en geologie vinden wij hier geene gegevens. Mr. J. P. Merman, Resident van Djapara, is de eerste ge- weest, die de geheele eilandengroep, aan een onderzoek heeft onderworpen. In het Tijdschrift voor Taal-, Land- en Volkenkunde van 1885 is het verslag van dien, hoofdambtenaar over zijne reis naar deze eilanden gepubliceerd. Daarin vinden wij talrijke gegevens omtrent dezen archipel, о. a. de middelen van bestaan, den godsdienst, de bevolking en enkele punten (1) Soms wel P. Karimon-djawa-besar genoemd. betreffende flora, fauna en geologie. Eerst met dit verslag begint de eigenlijke litteratuur van de Karimon-djawa-eilanden. Het door mij opgemaakte verslag moet dus slechts als eene aanvulling van het laatstgenoemde beschouwd worden. 4. Kaarten. Van de Karimon-djawa-eilanden bestaan twee detailkaarten, een van den hydrographischen dienst en een van de afdeeling statistiek, te weten: Піввет? еп Wenn, gelijkgradige (zee-) kaart(®)van de Karimon- djawa-eilanden, opgenomen door den Heer Disserz in het jaar 1805, en, volgens een daarnaar vervaardigde kaart , geconstrueerd en verbeterd door A. L. Wenn , cadet bij Z. M. Koloniale Marine, dessinateur bij het depot van zeekaarten: schaal EU VAN Axen en Awscuürz, Kaart der К. dj. eilanden volgens de statistieke opname in 1870 (2); schaal 8500 en 10000 Uit deze beide kaarten en mijne eigene gegevens heb ik nu op de volgende wijze de hierbijgaande kaart sa- mengesteld. De zeekaart van Disserz en Wepp werd door mij op een schaal van = overgebracht; de lig- ging der eilanden onderling, de zeediepten en de riffen (3) wer- den daarvan geheel overgenomen, echter de omtrekken van de meeste eilanden belangrijk gewijzigd naar de statistieke kaart, zonder daarom de omtrekken van deze geheel over te nemen. Vooral meende ik, wat de beide grootste eilanden betreft, dat het raadzamer was om de statistieke kaart niet geheel te volgen. Op grond van eigen onderzoek heb ik echter de Z. 0. en de W. kust van het hoofdeiland zeer belangrijk naar de statistieke kaart gewijzigd en de omtrekken der kleinere eilanden voor het meerendeel geheel van de statistieke kaart overgenomen, om- (D Een copie van deze kaart gewerd mij door de welwillende tusschen- komst van den Heer Еремхе, Chef van den hydrographischen dienst in М. 1. (8) Deze bevinden zich in het archief te Djoewana [Residentie Djapara] G) Het rif, waarop het stoomschip Pearl in 1886 gestrand is, heb ik met nog een paar andere er aan toegevoegd op mijn kaart. =. А ОВЕН de SS gi Ee ° » 35 dat mij gebleken is, dat de kaart van VAN Aker en Axscnürz daar juister is dan de zeekaart. In de aldus verkregen omtrekken der eilanden heb ik de bergen, rivieren, kapen, golven, op grond van eigen gegevens, schets- wijze ingeteekend. () Verder werd daarin door mij zoo nauw- keurig mogelijk de ligging aangegeven van den vlaggestok van Karimon-djawa, welke voor de woning von den Posthouder op de 7. W. punt van het hoofdeiland staat. De vlaggestok ligt volgens Oupemans op 55257" Z. Br. еп 11022599" 0. L. у. Greenw. (*). De magnetische declinatie bedroeg aldaar in Januari 1876 volgens Dn. van Risckevorsen: 2° 421" 0 Ken triangulatiepunt treft men op deze eilanden niet aan. Thans wordt echter de eilandengroep door een opnemings- vaartuig van de Kon. Ned. Marine in zijn geheel opnieuw gemeten en wordt hierbij aan de triangulatie van Djapara aangesloten. Over een paar jaar zal de nieuwe zeekaart wellicht gereed zijn. Op alle andere kaarten, waarop de Karimon-djawa-eilanden worden aangegeven, zooals op de zeekaarten van Swaan en BLoMMENDAL, op de nieuwe kaart van Java van STEMFOORT en i un zijn niet alle eilanden aangegeven. Ver- der komt een kleine, niet geheel volledige, detailkaart van dezen archipel voor in den atlas van MELVILL VAN CARNBEE. De zeediepte tusschen de eilanden varieert , volgens de zeekaart van Dinsetz en Weppik, tusschen 20 en 50 meter, die tusschen den archipel en den vasten wal van Java bedraagt gemiddeld over- al 50 meter. Het schijnt dus, dat een plateau , dat slechts 50 meter onder den spiegel der zee ligt, deze eilandengroep met den vasten wal van Java verbindt. Het hoogste punt van dezen archipel ligt, volgens mijne me- tingen, ongeveer 592 meter boven zee (top 6. Pasarchan). Hora Apema ( % Op geen der beide genoemde kaarten worden deze gevonden. (2) Zie Regeeringsalmanak voor Ned. Indië 1887. 24 Behalve de door mij samengestelde kaart op тэн heb ik aan dit verslag toegevoegd een paar door mij geteekende pro- fielen van deze eilandengroep. 5. Kort overzicht van de namen der eilanden, bergen, rivieren , enz. | А. Namen der eilanden. Deze zijn voor het eerst nauw- keurig bekend geworden door de reis van den Resident Mr. J. P. Merman, en in het boven aangehaald verslag genoemd. Hieronder wil ik er de hollandsche namen bijvoegen volgens | ÜARNBEE EN DiBBETZ: 1 Poeloe Karimon-djawa, » Катоей)ат, » Mendjangan-besar , » Mendjangan-ketjil , » Sintok, Tengah, » Кеи, > Goendoel, » Tjendiküjan, © Q A En we OU 1D = 10 » Genting, 11 » Sambangan, 12 » Sroeni, 15 » Boeroeng, » Klejang, » . Tjemara-ketjil, Tjemara-besar, v 14 15 16 17 18 » Bengkoewang K 19 » Parang, 20 » Kombang, 21 » Kembar, 22 ^ Kerakal-besar, 25 » kKerakal-ketjil, 24 > Njamok, Groot- Karimon-Java. Dibbetz-eiland. Grool-harten-beesten-eiland. Klein-harten-beesten-eiland. Kreefts-eiland. Eiland Toren ? Meeuwen-eiland. Schildpads-eiland. Tortelduif-eiland. Florijns-eiland. Botjong. Welgemoeds-eiland.. Stad-ossenbruggen. Vreede-eiland. Striksburger-eiland. Anna-eiland. Kool-eiland. Frederiks-eiland. Wachters-eiland. Schildershuisje. ` Jensjes-eiland (Faneeles-eil.) Vogelen-eiland. Wageli-eiland. Beeldsnijders-eiland. 25 25 Poeloe Katang, Wilkens-eiland. 26 27 Batoe. — Mritjan. — Het is belangrijk genoeg om hier aangeteekend te worden, dat de gezamenlijke oppervlakte van de twee eilanden P. Ka- rimon-djawa en P. Kamoedjan die van alle overige 25 eilanden samen dubbel overtreft. Bergen: Goenoeng Pasarehan (de hoogste berg van de eilandengroep), Kramat (G. Missigit), Alang-alang , Pak-bahar, Njamplong , Gendera , Patjoean , en Moto, alle op het hoofdeiland. Batoe-lor en Nampoe op P. Genting. Bengkoewang op Р. Bengkoewang. Kamoedjan op P. Kamoedjan. Parang op P. Parany. Mendjangan op P. Mendjangan-besar. Barataojo op P. Njamok.— De laatste acht bodemverhevenheden worden, niellegen- staande de hoogte boven zee nauwelijks 10 meter bedraagt, toch algemeen door de eilanders met den naam Goenoeng bestempeld. C. Rivieren of beken, welke gedurende het geheele jaar water houden : Kali Lele, = Pak-Djanten , Moto, Pasaréhan , Njamplongan , Kali Alang-alang , Pak-Bahar , Todjero, Pantjoeran, alle op het Hoofdeiland gelegen. Van deze is de Kali Lèlè de grootste rivier. wordt het drinkwater in den oostmoesson meestal van de » » » Kali Pantjoeran gehaald. (Vergelijk: de zeekaar en Weppix). D. Kapen (en landhoeken): Oedjoeng Benteng , Poedak , Boema , Mata, Sampan , Selaka , Kemlaka en Gelam alle op het Hoofdeiland. Traaesan , Lemoe , Klawak , Batae-paetih , Batae-merah , Batae-lawangan en Pandean alle op P. Kamaedjan. Batoe-lor en Nampoe op P. Genting. Bengkoewang op P. Bengkaewang . Gajam , Djeroekwang , Wakiah, Batoe-itam en Bedoedak op P. Parang. Wlendjangan op P. Mendjangan-besar. Molak en Baratdojo op Р. Njamok. Door schepen L van Drepetz 27 E. Golven en inhammen: Legon Kapoeran , » Selat Boentoeng , » Lele, » Мо, » Selaka, » Кетойо, » Traoesan, » nljil- mas, » Mamplongan, » Alang-alang eu » Pak-Bahar, alle op het eiland P. К. dj. » Walangan , » Klowak, » Kamoedjan , » Pak-Kiman (L. Badjak), » Tinggih-glatik en » Веѕағ ор P. Kamoedjan. » Besar ор P. Parang. F. Moerassen worden gevonden op: Poeloe Kamoedjan (in het noorden), » Bengkoewang (in het midden van het eiland), » Genting (in het noorden), » Parang (in het zuiden). Behalve de Heer Soererman, waarnemend Posthouder der К. dj. eil., verleende mij de djaksa van К. dj. zeer veel hulp bij het opmaken van bovenstaande lijst. 6. Aanteekeningen omtrent de namen der eilanden. 1. P. Karimon-djawa. Over de beteekenis van het woord Karimon zie men afd. II van dit verslag. 9. Р. Kamoedjan = schoone plaats, van Kamoedja Jav. = schoon en het achtervoegsel an, dat de plaats aanduidt. 28 - Нь. 5 i 5. P. Bengkoewang, volgens VREEDE: ата) чизал\ К. N. (of О. J.) Seen slingerplant en haar welbekende knolvrucht te Sala En ~), koel en verfrisschend van smaak, die (als lekkernij gegeten wordt: Pachyrrhizus angulatus, lucu. (Fer). De plant nu, welke op P. Bengkoewang voorkomt gelijkt op deze plant, doch heeft geen eetbare knollen. 4. P. Parang, volgens Vrreoe: an, К. М. Seen scherpe rols. . са r 5. Р. Genting, volgens Ма на “sasa N. = op де еепе ofandere plaats dun, zooals van een paal of touw, door uitslij- ting, enz. SAC eu 6. P. Minjawakan, volgens УВЕЕРЕ: S an RE een leguaan (Varanus bivittatus) en dus P. Minjawakan = de plaats, waar leguanen gevonden worden. 7. P. Klejang, volgens Увевок. оу am arr ХК. N. in figuur- 7 K* lijke beteekenis — een zwervend leven lijden. 8. P. Sintok, de pohon sintok is in den К. dj. archipel niet zeldzaam. (zie afd. Ш Š 1 van dit verslag). 9. Р. Sambangan, volgens VREEDE: % @ ал an —aan de У S со N sambang-ziekte (beri-beri) lijden. 10. P. Kombang, volgens VREEDE:@ am 2 Фл \ = een soort van hommel. : U 11. P. Kembar, volgens Увввов: 477 si, К. М. = elkander gelijk zijn, ook van tweelingen. De laatste beteekenis geldt voor P. Kembar, daar het vroeger uit 2 deelen bestond. 12. P. Kerakal, volgens er or ee, — kleine keisteen, grint, in het algemeen dus kleine steentjes. 15. Р. Katang. De naam katang Jav. wordt gegeven aan de Ipomoea pes caprae L. EE 14. P. Goendoel, volgens Vreepe: ey Ead K. N. =kaal, C. Pd | kaalgeschoren (van het hoofd). Deze naam voor dit eiland is uitnemend gekozen. 15. P. Sroeni. Een bijzondere composita-soort draagt op deze eilanden den naam Sroeni (zie afd. III van dit Verslag). ЯР о 16. P. Mritjan. Volgens VngEDE : (£9 Man \N.—peper en dus de naam van dit eiland — de plaats, waar peper gevonden}wordt. De overige eilanden-namen zooals: Р. Mendjangan, P. Njamok, Р. Tjemara, P. Batoe, enz. zijn zóó gemakkelijk af te leiden, dat wij vermeenen deze met stilzwijgen te mogen voorbijgaan. II. REISBESCHRIJVING. 18 November. Van Djapara uit ving ik de reis aan. Om half vijf in den middag begaf ik mij met een sloep naar de kruisboot. Deze boot is een slank gebouwd, ongeveer 15 meter lang en 4 meter breed schip met twee masten. In het achtergedeelte bevinden zich twee kamertjes, het grootste, nabij het roer, is bestemd voor den djoeragan, die zooveel als kapitein is en het kleinere is voor den mandoer, welken titel de eerste stuurman, draagt. De grootste kamer werd thans mijn woonhuis. Zij ziet er netjes uit en is juist ruim genoeg om er op den grond een matras uit te spreiden en goed te slapen. In het voorste kamertje worden de wapens van de bemanning bewaard, bestaande uit 6 Beaumont-geweren. De bemanning van zulk een kruisboot bestaat, behalve uit den reeds genoemden djoeragan en den mandoer, uit twee djoeroemoedi’s (2° en 5° stuurman) en 10 matrozen. Gedeelte- lijk zijn het Javanen, gedeeltelijk Boegineezen, gedeeltelijk Kari- moneezen. De beide laatsten onderscheiden zich door hun flink, energiek voorkomen, dat onmiddellijk den stouten, on- verschrokken zeevaarder verraadt. De geheele bemanning is eenvoudig doch practisch gekleed. Hun werkpak bestaat uit eene lange witte broek, een kort, wit buisje benevens een eenvoudigen lederen gordel, waarin een kort mes in lederen 50 scheede gestoken is, evenals bij onzen hollandschen janmaat. De meesten dragen een klein rond mutsje. Het hoofdhaar wordt door de meesten kort gedragen en de sarong door geen hunner gebruikt. Alleen de djoeragan heeft een europeesch fantasie- kostuum, dat zijne boegineesche tronie weinig flatteert. Om 8 uur werd het anker gelicht, en onder het zingen van een Palembangsch matrozenliedje, werden de zeilen geheschen. Daar de landwind krachtig door stond en de sterrenhemel helder was, hadden wij hoop den volgenden morgen om 10 uur reeds te Karimon-djawa op de reede van »de negri” aan te komen. Maar dat zou anders zijn. 19 November. Het is kwartier over zessen. Steeds nog voert een zachte zuidenwind ons in N. №. W. richting. Не hoofdeiland Karimon-djawa ligt wel zuiver noordelijk van ons, doch de stuurman houdt rekening met den sterken stroom welke tusschen de Karimon-eilanden en den vasten wal van Java gewoonlijk oostwaarts gericht is. Het hoofdeiland Karimon-djawa vertoont thans duidelijk zacht golvende omtrekken; het hoogste punt bevindt zich van hier uit gezien juist in het midden van het eiland. De andere eilanden zijn niet zichtbaar, hoogstwaarschijnlijk door de ge- ringe hoogte hunner oppervlakte. De zee is zeer kalm, en de wind wordt allengs minder sterk. Om 11 uur krijgen wij Poeloe Genting in het gezicht. Om 2" 15" liggen wij nog bijna op hetzelfde punt van heden morgen 8 uur. Thans gelijkt de zee een spiegel; het zuchtje uit het noorden is nauwelijks in staat een rimpel te groeven in het effen oppervlak. De zeilen zijn echter nog niet gebrast. Nu en dan maakt zich een oogenblikkelijke opwelling van | Цуег van de bemanning meester, ей zes reusachtige roeirie- men worden dan aangegrepen. Een eentonig, doch niet on- aangenaam klinkend zeelied wordt daarbij aangeheven. Doch spoedig verstomt het gezang met het geplas der roeiriemen. en verneemt men geen ander geluid dan het kabbelen van het water tegen de kleine sloep, welke achter aan het schip be- | 51 vestigd is. De Javaan toch vindt het gemakkelijker om de boot maar zijn eigen gang te laten gaan, en te wachten tot er wind komt, dien hij door een lang gerekt, melancholisch gefluit tracht aan te lokken (deze gewoonte bestaat bij alle zeelieden op de Karimon-djawa eilanden). Om 5 uur in den namiddag begint de wind uit het N. N. О. op te steken. Wij laveeren nu met eenig succesen zien nu reeds 5 eilanden: Р. Karimon-djawa, Р. Goendoel, en P. Genting. 20 November. Met afwisselend roeien en laveeren gaan wij dezen dag wat vooruit. Enkele boomen op Р. Genting worden zichtbaar. Langzamerhand doemen steeds meer eilanden aan den hori- zont op; zij verrijzen als het ware uit het water. Om 2 uur in den middag bevinden wij ons reeds ten zuiden van P. Gen- ling, en ten 7. 7. 0. van het hoofdeiland, dat reeds duidelijk zichtbaar is. Ten W. van het bergachtige, doch niet hooge Р. Genting, ligt een lange horizontale strook, welke gevormd wordt door de eilanden P. Sroeni en Р. Sambangan, die echter, ‘in werkelijkheid, op een aanmerkelijken afstand van elkaar gelegen zijn. Zeer ver noordwaarts nemen wij een dergelijke rij boomen waar, die als het ware in het water geplant schijnen te zijn; samen gelijken zij veel op een zeilvaardige vloot van kleine scheepjes; dit is Р. Tjendikijan. Meer links vertoonen zich dergelijke horizontale strooken, gevormd door de eilanden P. Sintok, P. Tengah en P. Ketjil (zie de aan dit rapport toegevoegde profielen). De oppervlakte van het hoofdeiland, welks bergen ongeveer 1000 voet hoogte bereiken (zie Mr. J. P. Merman, Verslag van een reis naar de Karimon-djawa-eilanden in het Tijdschrift voor Taal- Land- en Volkenkunde, 1885) is zacht golvend. Tusschen P. Genting en P. Sambangan ziet men noordwaartseen vreem- de, naakte, koepelvormige geelwitte rots, P. Goendoel. 21 November. Gisteren avond om 7 uur werd het anker uit- geworpen, omdat de kapitein bang was, in de duisternis op de klippen van Genting te geraken. Sedert 6 uur zijn wij thans aan het laveeren, maar met zeldzaam weinig succes. 52 Om 12 uur werd de diepte der zee op 56 meters gepeild. Om 4 uar in dert middag bevonden wij ons nabij de Oedjoeng Selaka. En nu wilden de matrozen werkelijk het anker uit- werpen, en waren daarmede reeds druk bezig. Gelukkig zag ik het tijdig genoeg om het te kunnen verhinderen, еп de lie- den aan het roeien te zetten. De stroom en tegenwind deden ons echter, lot mijn ergernis, meer achteruit dan vooruit gaan, en zoo gaf ik dan, tegen wil en dank, om half zes in den avond zelf order om te ankeren. Daar P. Batoe nabij was, stapte ik onmiddellijk in de kleine sloep, waarin reeds 4 matrozen met pagaaien en een stuurman gezeten waren. Een oogenblik daar- na vloog het schuitje door het kalme hlauwe water, en een kwartier later zette ik voet aan wal op het kleine rotsachtige eilandje. Het is ongeveer 50 M. lang bij 20 M. breed, en bestaat geheel uit bijna loodrecht staande, een weinig naar west invallende gesteentelagen (zie collectie G 35). Het eiland, welks hoogte boven zee nog geen 10 meter be- draagt, is omringd door een platte strook van wit koraalzand. Teruggekeerd, gingen mijn begeleiders onmiddellijk aan het hengelen met een lijn en een haak met koperdraad, (als aas dienden doode vischjes), en vingen zij binnen een half uur een viertal groote zeer smakelijke visschen (ikan bambangan, ikan soena, ikan sripenganti en ikan manjo). 22 November, Toen het licht werd, om half zes in den morgen, bevonden wij ons op de reede van het hoofdeiland. De reis van onze ankerplaats, bij P. Batoe, in den nacht van 21—22, was echter verre van voorspoedig geweest. Om 10 uur in den avond toch gaf ik order om het anker te lichten, en te trachten met roeien de haven te bereiken. Dat dit geen gemakkelijke zaak was, spreekt wel van zelf, als men bedenkt, dat er een flinke N. W. bries woei, en de stroom hier en vooral tusschen P. Mendjangan- besar en het hoofdeiland (de Üedjoeng- Benteng) zeer sterk is | (oostwaarts) en ons dus vlak tegen was. Om 5 uur in den nacht raakte de kruisboot dan ook vast op een /akah (onder- | pe од zeesch rif) zeer nabij de гееде, en het gelukte eerst tegen half vijf die weder vlot te krijgen, hetgeen met een werp- anker geschiedde. In het midden toch tusschen de bovengenoemde eilanden, welke beide met een platte kandas-strook, van één tot twee honderd meter, zijn voorzien, en als het ware bijna aan elkaar gegroeid zijn, bevindt zich een 15—50 meter diep kanaal, dat ongeveer een breedte van om en nabij de 100 meter bezit. Dit kanaal wordt opengehouden door den sterken stroom welke hier, door mij gemeten, bleek een snelheid van 5 kilometer per uur te hebben (1½ geographische mijl in de wacht). Eindelijk bracht de djoeragan zijn kruisboot binnen de kom van de negri, en wierp het anker uit. 7 Toen het licht genoeg geworden was, had ik gelegenheid de zoogenaamde »negri” en de omliggende eilanden in oogen- schouw te nemen. Ik zag toen, dat wij ons geen 100 meter van het hoofdeiland bevonden, ten westen van de geheel hori- zontale landtong, 0. Benteng, welke dezen naam draagt naar een vervallen Portugeesch fort, dat zich op de uiterste punt van deze landtong bevindt. Het dorp, dat als de »negri” algemeen bij de bewoners dezer eilanden bekend is, maakt van hieruit een zeer fraaien indruk, met zijn reusachtige tjemara- en asem-boomen, welke in rechte lijnen de wegen begrenzen. Plotseling verrijst, ten noorden van de horizontale, driehoek- vormige strook, het geheel met bosch bedekte 1000 voet hooge gebergte. Van hier zijn alleen zichtbaar P. Pantjoeran, G. Gendera en de weg, welke in het N. W. van het eiland de 0. Gelam vormt. Onmiddellijk nabij de Benteng, van deze door een bloemtuin gescheiden, ligt de ruime woning van den Posthouder, welke met zijn helder witte muren schoon afsteekt tegen het somber zwartgroen der reusachtige /jemara's, die het huis beschaduwen. De woningen der negri staan tot onmiddellijk nabij het aer 54 dat hier geheel vlak is, en uit wit koraalzand bestaat. Ten westen vertoont zich het geheel met fraaie klappertuinen be- dekte eiland P. Mendjangan-besar , hetwelk geheel vlak is, en uit koraalzand bestaat, met uitzondering van de 7. W. punt, alwaar eenige rotsblokken den slechts 5 meter hoogen, 700- genaamden »Goenoeng mendjangan” vormen (zie later). Verder ziet men van hier de eilanden Klejang, Boeroeng , Tjemara-besar , Tjemara-ketjil en in de verte P. Parang en P. Minjawahan. Zoodra ik aangekomen was, zond ik de brieven van den Assistent-Resident ре Crane met een schrijven van mij aan den waarnemenden posthouder den Heer Зовтенмах, Commandant der pradjoerits aldaar. Spoedig hierop kwamen deze heer en de Djaksa, welke hier tevens als Wedhono en Assistent-Wedhono fungeert, mij een bezoek brengen. Hierop haastte ik mij aan wal te gaan. Binnen twee minuten waren wij aan de nette woning van den Djaksa, en een paar minuten later aan die van den Heer Sorrerman aangekomen. Alhoewel deze niet ruim gelogeerd was, bood hij mij toch alle mogelijke gastvrij- heid aan, en nam ik dus bij hem mijn intrek. Op mijne wandeling door de negri bemerkte ik, dat die er van nabij nog netter en aardiger uitzag, dan uit de verte. | De wegen zijn bijna 10 meter breed, geheel recht, en uit- - stekend onderhouden, met koraalzand bestrooid, en ter weers- zijden beplant met hooge tjemara- en asemboomen. Deze wegen zijn aangelegd geworden door den eersten Post- houder dezer eilanden, den Heer Micmatowsky, die, met be- hulp van dwangarbeiders, van de met strandmoerasplanten begroeide rantja’s, een bewoonbare streek wist te maken. Aan hem hebben deze eilanden dan ook zeer veel te danken. Ik stelde den Heer Зовтевмах voor, om onmiddellijk naar de | in erfpacht aangevraagde gronden (Р. Benkoewang) te vertrekken, | waarin hij toestemde. Dadelijk werden 2 sampans in gereed ; | heid gebracht, еп wij vertrokken om 8 uur. Sampans zijn | kleine inlandsche vaartuigen, zoowel voor roeien als zeilen ge- e rr 55 schikt, welke hier algemeen als transport- en vervoermiddel tusschen de eilanden onderling, еп soms, hoewel zelden , tus- schen Karimon-djawa en den vasten wal van Java gebruikt worden. Een sampan van eenigszins groote afmetingen wordt hier sopek (t) genoemd. De Heer Sorrerman deelde mij mede, dat, wilde ik het grootste gedeelte der eilanden nog vóór het invallen van den barat betoel (den westmoesson in den waren zin van het woord) bezoeken, ik onverwijld moest vertrekken. en dan het eerst gaan naar de eilanden, welke gelegen zijn ten W. van het hoofdeiland, omdat met de ten oosten gelegene de communi- catie altijd nog eenige dagen langer kan volgehouden worden. Ons gezelschap bestond uit 12 personen, п. 1. behalve den Heer SorteRMAN en mij zelf, uit den aanvrager der gron- den (den chinees-opiumpachter) zes pradjoerits (waaronder één sergeant) en 5 patengans. Onze sampan was van djati, en de andere, waarin de proviand vervoerd werd, van semedang- hout vervaardigd (zie afd. Ш. § 1 Hier neemt men steeds, als men op reis gaat, rijst, drink- water (in vaatjes of in petroleumblikken), benevens tabak mede, omdat op alle eilanden, met uitzondering van het hoofd- eiland, alleen min of meer onsmakelijk, vaak zelfs heel geen drinkwater gevonden wordt. Het water toch is vaak een wei- nig zilt, of eenigszins duf van smaak, door de vele in de рш- ten gewaaide bladeren. Op elk der koraaleilandjes, behalve op zeer enkele, zooals op P. Katang, vindt men echter een gegraven put. Hoewel zulke sampans uitmuntend SER zijn om te zeilen, moesten wij ons door den tegenwind van roeiriemen bedienen. Twee man voor, en twee man achter hanteerden deze met vaardigheid. Door den stroom geholpen waren wij spoedig uit het kanaal tusschen het hoofdeiland en P. Mendjangan-besar, en de 0. Benteng voorbij. (1) Het laatste woord schifnt speciaal Karimonsch , daar ik het in Djapara nimmer hoorde gebruiken en Увкков het niet opgeeft in zijn woordenboek, 56 Van hier voeren wij door den Legon-Kapoeran, waarvan een gedeelte de Selakah-boentoeng heet, tot zuidwaarts, nabij de rotsige Oedjoeng-Poedak. De westelijke helft van den Legon- Kapoeran vertoont nog eenige tuinen en huizen, doch verder oostwaarts begint weder het dichte bosch, dat allerwegen het hoofdeiland met een fraai donker groen kleed bedekt. Van de 0. Poedak gingen wij noordoostwaarts, tusschen Р. Batoe en den vasten wal door. Nabij P. Batoe heeft het eiland een diepe boogvormige in- snijding, den Legon-Lélé, in welke de grootste rivier van het hoofdeiland (tevens de grootste rivier van deze geheele eilan- | den groep) de Kali-Lélé uitloopt. Dan volgen verder eenige inhammen, kapen en landhoeken | (Oedjoeng), welker namen door mij op mijn schetskaart zijn - opgeteekend. Bij den Oedjoeng-Selakah buigt de kust naar het westen | om, en vormt, met het zuidelijk bergachtige gedeelte van het eiland Kamoedjan, een diepe trechtervormige kom, welke door vele Takah’s (de zoogenaamde Takah-montjong) zelfs voor sloe- pen moeilijk bevaarbaar is. Aan de westzijde is deze trechter | geopend, en vormt de smalle onbevaarbare zeeengte Traoesan genaamd, die de twee grootste eilanden, Karimon-djawa en Kamoedjan, van elkaar scheidt. Langs de 0. Lemoe en de 0. Kamoedjan, door den Legon- Klowak, zijn wij weldra op het punt waar wij zullen landen. Van de sloep uit gezien vertoont zich het hoofdeiland als geheel bergachtig, en wel het hoogst aan de noordzijde , alwaar de hoogste top gevormd wordt door den Goenoeng Pasarehan. Hierover later. Kamoedjan vertoont ons twee heuvels, welke samen het zuidelijke gedeelte van dit eiland vormen en aan hun zuid- voet den Legon-Walangan insluiten, die uit dergelijke gesteen- telagen bestaat, als wij reeds elders op P. Batoe hebben ge- zien (zie collectie G.). » Zoodra wij den volgenden landhoek Kamoedjan voorbij waren, „„ ͤ NEE K a ee КОТ ТЕ; УР б 57 bereikten wij den inham, waar de pondok gelegen was, waar wij zouden overnachten. In een oogwenk waren wij uit onze booten, en na een honderdtal meters tot over de knieën door het water gewaad te hebben, bereikten wij het vlakke strand, dat uit wit koraal- en schelpzand bestaat, waarop hier en daar groote rotsblokken liggen (dergelijk gesteente als op P. Batoe). Terwijl de goederen uit de sloepen gelost werden, had ik tijd het strand wat nader in oogenschouw te nemen. Over een aanmerkelijken afstand bestaat de boomvegetatie bijna geheel uit njamplong’s (Calophyllum inophyllum L.). De stammen zijn meest zeer krom en liggen voor een groot gedeelte half ont- worteld over de droge strandstrook verspreid. Zij versperren overal den weg. De Heer Sorternan en ik begaven ons nu land- inwaarts; hij om herten te schieten en ik om te botaniseeren. Ik was intusschen zeer begeerig om de huid van een kari- monsch hert te bezitten : al zoo vaak toch had ik hooren beweren , dat op deze eilanden andere herten voorkomen, dan op Java, hetgeen, wat het naburige Bawean betreft, een aan de weten- schap bekend feit is (zie Vern Java deel Т) (). Voor wij op weg gingen verzekerde mij de Heer S., dat hier nog zulke groote kudden herten worden aangetroffen in de struikwildernissen, die door kleine grasvlakten worden afgewis- seld, dat ik zeker konde zijn, binnen een paar uur minstens één exemplaar te bezitten. Inderdaad, hoewel hij jaagde op de wijze, welke de Duitschers: »pürschen” noemen, 4. w. z. zonder drijvers, en door zelf het wild op te zoeken, ontmoetten _ wij een groot aantal herten. Op vele plaatsen om ons heen weerklonk het dof gebrul der mannetjes-herten: de dichte plantengroei alleen verhinderde ons hen te zien: vooral semboeng (Conyza) vormt hier met awar-awar (Ficus) en enkele laban- boomen (Vitex) dichte struikwildernissen. Spoedig echter bood een kleine grasvlakte ons gunstiger gelegenheid aan, en werd een exemplaar van het begeerde wild door den Heer S. met één schot geveld. (1) Vergelijk afd. IV. van dit verslag. 58 Dat de herten hier lang zoo schuw niet zijn als in Europa of zelfs op Java, behoeft wel nauwelijks vermeld te worden. Het geschoten hert, een volwassen wijfje, geleek zeer veel op de Javaansche mendjangan. 4 Nu moet er echter een kleinere variéteit dezer soort op deze eilanden bestaan, die »mendjangan ranti” genoemd wordt. Op mijne wandeling nam ik de volgende plantensoorten waar: Binnen in het eiland: Semboeng (Conyza) , Laban (Vitex), | | Girang (Lea), 4 Awar-awar (Ficus) , Kenangga (Cananga), Bintanggor-poetih (Calophyllum) , в лова сета чер Kjeroekan (Citrus?), Manggissan (Calophyllum) Pr Kajoe-telor (Meliaceae?) , Djarak (Ricinus) , Djamboe-mété (Anacardium) ; Bij het strand: Bakoeng (Pancratium ?), Pandan (Pandanus), Koedoe (Morinda), Kalappa (Cocos), Njamplong (Calophyllum) , Immer (Euphorbiaceae) en 3 Djati (Tectona), slechts weinig (zie over djati later onder III. & U. Toen wij laat in den avond reeds om het vuurtje van us bivouac gelegerd waren, bracht een pradjoerit nog twee landaks | | (stekelvarkens). 3 (5) Vooral niet te verwarren met de mangistan. 59 Stekelvarkens (Hystrix fasciculata) zijn op de eilanden Karimon-djawa en Kamoedjan buitengewoon talrijk. Hun vleesch wordt door de Javanen boven dat van mendjangans verkozen. Van onzen pondok (hut) uit ziet men het meest in de nabij- heid de geheel vlakke koraal-eilanden Р. Tengah en P. Ketjil. Verder P. Genting met de koraal-eilanden P. Sroeni en P. Sambangan; in de verte, meer noodwaarts, neemt men P. Goendoel waar. Onze huisvesting was al zoo primitief mogelijk: vier palen met een dakje van atap (nipa) er op, en een bale-bale van boomtakken, bedekt met kananga-schors (Cananga odorata Hassk.) bij wijze van matras. Bamboe gedègs (wanden) waren er niet, dus kon de regen, die den geheelen nacht rijkelijk viel, van alle kanten binnendringen. 25 November. Om 9 uur werd de reis naar Р. Bengkoewang , met de sampan voortgezet, doch, daar wij tegenwind hadden, kwamen wij er eerst om 2 uur aan en landden op de zuidkust. Aan deze zijde bestaat het eiland geheel uit koraalvorwing en is vlak. Om 4 uur begon ik mijne wandeling rondom Bengkoewang, blootsvoets, daar het water hoog was, zoodat men voor een groot gedeelte tot de knieën er door moest waden. Ik bemerkte de volgende vegetatie. Aan het strand: 9 Ketapang (Terminalia) (1), $ УКаговјаш (Thespesia), 9P Njamplong (Calophyllum), V Sawo (Mimusops), 1 Euphorbiaceae, co Convolvulus (С. pes-caprae L.), H Banbang-wetan (Desmodium?), $ Stinggt (Pemphis), др Njamplong-laki (Calophyllum), (D Hier beteekent: SP Hooge boom, Y Lage boom, М Struik. | Kruid, Q Кирам, Ç Kruipende plant. 40 Boetoen (Barringtonia), Tjemara-laut (Casuarina), Krandang (Papilionaceae), Klimosodo (Cordia), Bala-bala (Tournefortia) , Walang-gadé (Rhizophoreae?), Besibesi (Intsia?), = < -2-250<2-2-9 Binnen in de rawah: Typha latifolia L., Convolvulus pes-caprae L., Djalak-djalak (Cuscuta ?), Pandanus , één Cyperacea , Waroe-laut (Thespesia), Ketapang (Terminalia), Walangan (Pterospermum 7) Tikoes kalapa (Muridae), Dengkek (Alcedines), Tjettet (Muscicapideae), Boaja (Crocodillus), Kadal (Euprepes), Kodok (Ranidae) één soort | Dieren ор P. Bengkoewang: | x | benevens tamme kippen. | Andere dieren, behalve enkele insecten, worden hier niel | gevonden. Slangen ontbreken geheel, en zelfs katten (zie later) | komen hier niet voor. De wandeling rondom het eiland bekwam mij slecht, daar | ik den geheelen nacht koorts had. E x Het geheele eiland, met uitzondering van de kleine in den oostmoesson droge rawah, is met de fraaiste cocospalmen (Kalapa- Ч | hidjoe met een weinig А. gendjah en k, merah) bedekt. | 41 De tuinen zullen spoedig grootendeels behooren aan den reeds genoemden Chinees, den aanvrager in erfpacht dezer gronden. De overige behooren aan een paar op de negri woonachtige inlanders. 24 November, Na de gronden, welke de Chinees in erfpacht aangevraagd had, geïnspecteerd te hebben, vertrokken wij naar Р. Parang, alwaar wij eerst tegen den avond om 6 uur aan- kwamen. De reden hiervan was echter niet alleen gelegen in den grooten afstand en de elementen, maar wij waren genood- zaakt geweest een omweg te maken naar het onlangs gestrande _stoomschip »Pearl", omdat onze rijstvoorraad op was. Те 2 uur kwamen wij op de »Pearl” aan. De achtersteven was gedeeltelijk reeds gezonken, en het voorschip stak min of meer hoog boven het water uit. In het voorschip was een groote karangrots binnen gedrongen, doordat het met volle kracht op het rif was geloopen, dat wel aan de bevolking dezer eilanden bekend is, doch den commandant niet, omdat het op geen enkele der bestaande kaarten aangegeven staat. Toch is het een Takah van bijna 200 М. in diameter; de naam ervan is Takah Minjawakan. Het ligt juist midden tusschen de eilanden P. Parang en Minjawahan. Rondom het rif bevindt zich hier overal een vaar- water van 20 en meer meter diepte. De kapitein met den eersten stuurman en 5 man der equi- page vormden nu de eenige bemanning van de boot; zij be- waakten het wrak, uit vrées voor strandroof. Een paar da- gen later echter verlieten allen het wrak voor goed, daar de hooge golven en de sterke wind het reeds schrikwekkend geteisterd hadden. Na een hartelijk afscheid van den ongelukkigen kapitein, een Deen, klommen wij weder in onze sloep en roeiden naar P. Parang, waar wij onzen intrek namen in de woning van den kapala-doekoehan (Kapala-Parang). 25 November. Dezen geheelen dag lag ik ziek met koorts. Eerst om 5 uur kon ik iets werken, en voer toen in een = а gl iu, 42 djoekoeny (een uitgeholden boomstam) van djangkang К. (1) (Ster. eulia foetida L.?) met den kapala rondom P. Parang. Het slanke vaartuigje, waarin men slechts, door met de beenen ` gekruist te zitten en steeds zoo min mogelijk beweging te maken, zich kan laten voortbewegen, zonder elk oogenblik gevaar te loopen van overboord te slaan, is hier het gewone vervoermiddel langs de kusten. Gelukkig kan men met zulk een vaartuigje zoo nabij den vasten wal komen, dat men in slaat is den plantengroei aan het strand en de gesteenten der klippen te onderzoeken, alsmede verzamelingen te maken. | Vóór ik verder ga, moet ik opmerken, dat, evenals elders in | deze eilandengroep, de horizontale 100—200 М. breede 2—6 | d. М. diepe kandasstrook nagenoeg het geheele eiland оше. geelt; alleen aan de noordwestpunt, alwaar naakte, slechts weinig | verweerde gesteenten de kust vormen, heeft deze kandasstrook | slechts eene zeer geringe breedte en vindt men den levenden ~ koraalwand onmiddellijk aan den oever en niet, zooals elders, | alleen aan de buitenzijde van die breede strook. Het noordwest- gedeelte van het eiland is min of meer verheven en rotsachtig (naar schatting 15—20 meter hoog), en is uit dezelfde roode - en zwarte (jong-eruptieve) gesteenten (zie collectie G.) opge- bouwd, als waaruit de klippen aan de zuidwest-zijde bestaan. De Z. W. en Z. punt zijn geheel van koraalvorming, vlak, en door een kandasstrook met het koraal-eiland Kombang verbon- den. Zooals echter reeds opgemerkt werd, is de zee, onmid: Ñ en de zeebodem is hier, tot vlak aan de 9 meter hooge , steile, zwarte (bazalt) oevers, met tallooze prachtige levende koralen | versierd. | Het noordelijk gedeelte van P. Parang is nog voor een groot deel woest en met hooge boomsoorten bedekt, waaronder de | hooge djangkang-boomen , (Sterculia foetida L.) zoowel door hun aantal, als door hun fraaie zware zuilvormige stammen , bel (0 De letter К. achter inlandsche namen heteekent: op de Kar 22 djawa-eilanden aldus genoemd. 45 eerst de aandacht trekken. De tuinen van Kalapa en koedoe vindt men meest alle op het zuidelijke gedeelte, dat uit geheel horizontaal karangzand-terrein bestaat. Volgens taxatie van den kapala bedraagt de oppervlakte van de bebouwde gronden op Р. Parang 84 bahoe’s. De kapala deelde mij verder mede, dat hij voor een 10-tal jaren de eerste ontginner van dit eiland was geweest. Toenmaals was het geheel met bosch bedekt. Een prachtige houtsoort, de kajoe-ipil, die thans nog slechts in enkele exemplaren, behalve op dit eiland, alleen nog op Р. Genting voorkomt, was toenmaals niet zeldzaam. Op Genting vindt men thans geen enkelen krachtigen gezonden boom meer, slechts een 10-tal, door het afbranden der velden verdorde overbijf- sels; ook op P. Parang zijn de weinige levende exemplaren te tellen. Mijn pogingen om rijpe zaden te verkrijgen mocht ik, helaas, niet met goeden uitslag bekroond zien, doch de nieuwe posthouder, de Heer Brouwer, en de djaksa hebben mij vast beloofd, om, zoodra er een vruchtdragende ipil gevonden wordt, mij de zaden te zullen toezenden (1). Het hout van den ipil-boom is een uitmuntend en fraai timmerhout, dat in deugdelijkheid met djati moet kunnen wedijveren. Er wordt op Karimon beweerd, dat dit hout niet door witte mieren wordt aangetast. Op Java komen volgens den djaksa en andere ontwikkelde Javanen geen ipil-boomen voor (zie afd. Ш. $ 1). Planten verzamelde ik slechts weinige , daar de tijd ei toereikende was, om het geheele eiland om te varen. Intusschen had ik last gegeven een volledige collectie van planten in de hut te brengen, en had ik den volgenden mor- gen gelegenheid de meeste voorloopig te onderzoeken. m Thans, Jan. 1888, kan ik tot mujn genoegen hier bijvoegen, dat de posthouder woord gehouden heeft. In October ll. ontving ik van hem 14 levende ipil-plantjes, welke nu bij Kedoeng-djati (in de Residentie Semarang) welig tieren. 44 Volgens de bewoners van P. Parang komen op dit eiland de volgende diersoorten voor: Zoogdieren. Behalve een menigte tikoes-kalapa (zie IV Zoö- | logie) еп tamme katten, die zeer talrijk zijn (vooral een witen | geel gevlekte soort met haakvormigen korten staart) komen thans geene andere zoogdieren voor. : Geiten, enz. zijn hier nooit ingevoerd, omdat de vele | oelar-djimor de geiten toch zouden verslinden. Vogels. Zeer veel vogels komen hier in het wild voor: : tamme zeer weinig, alleen kippen. Deze worden uitsluitend | gehouden met het oog op de vischvangst, waarvoor de halsvederen | als kunst-aas dienst doen. Eenden, ganzen, enz. zijn hier niet. | Verder vindt men hier in het wild de volgende soorten: | tjoelik К. (Endynamis orientalis L.), rawis K. (Treron?), wedi-wedi K. (Columbae), bidara-laut K. (Carpophaga bicolor GRAY), djoewan K. (Carpophaga aenea Br.), glimok (Chalcophaps indica Scnuzc.), dengkek-boeto К. (Alcedines) , dengkek K. (Dacelo of Sauropathis), bettet К. (Palaeornis javanica Oss.) , x bahak K. (Haliaëtus leucogaster бош»), lojang К. (Sterni), 5 troetjoek К. (Ixos analis Honsr.), trik К. (Numenius?), oeloeng-oeloeng K. (Accipitres) , alap-alap K. (Accipitres) , trinil К. (Tringae) 2 soorten, sarang К. (Collocallia ?). De laatste, welke eetbare vogelnetjes bouwt , wordt in gering aantal gevonden in de grot op de noordwest-kust van dit eiland (P. Parang). Se PS Re So SPs So 5o їз So So Po S Fo 45 Reptilien en amphibiën. Er komen hier de volgende soorten voor: Boaja К. (Стосод из), Minfuwak К. (Varanus), Када! К. (Euprepes) , Kodok K. (Ranidae) éen soort, Токё К. (Platydactylus) , Tjitjak К. (Hemidactylus) , Oelardjimor K. (zie TV N°. 2) Oelar-tampar K. ( id. ) Oelar-gadoeng К. ( id. 33 Giftige slangen ontbreken hier geheel. Van schildpadden ko- men de volgende twee soorten voor: Penjoe (betoel) К. (Chelonia imbricata’), en Penjoe-pendok К. (Chelonia viridis’). Van beide soorten is de penjoe-betoel de meest kostbare, en levert het dure karet van den handel. 26 November. Gaarne had ik nog een paar dagen op Pa- rang gebleven, om de gesteenten en planten wat nader na te gaan. Doch de tijd ontbrak en zoo verlieten wij het eiland om 8 uur, met 2 sampans, om op dien dag vier anderen eilanden te bezoeken, namelijk: P. Kombang, P. Njamok, P Katang en Р. Kembar. Na in het voorbijgaan het kleine koraal-eilandje Kembang opgenomen te hebben, kwamen wij om 10 uur op de oostkust van P, Njamok aan. Aan de zuidkust van dit eiland schijnen klippen te zijn van dezelfde gesteenten als op P. Parang en P. Njamok. Het is aan de oostzijde geheel vlak. Hier groeien de volgende boomsoorten langs het strand (het binnenland is geheel met kalapa bedekt): 1 Waroe (Hibiscus), 2 Klimosodo (Cordia), 5 Besi-besi (Intsia?), 4 Stinggi (Pemphis) , 5 Letapang (Terminalia), F eld, 7 Bangka (Whizophoreae). В БИН! Са. с. ?), 9 Kapal-kapal (Hernandia). N° 1, 5, 4, 5, 6 en 7 vormen overal een breeden groenen rand van ongeveer 10 meter hoogte. Hier en daar steekt | een djangkang-, kelapang- of manireh- boom tot een hoogte van 20 meter boven de andere uit. Veel bangka en walang- -gadi komt op sommige plaatsen aan de westkust voor. Binnen in de geheel vlakke velden en tuinen vindt men, in het fijne koraalzand, stukken van dezelfde roode rots, welke wij aan de zuidpunt van het eiland waarnamen. : Daarna vertrokken wij naar het nabij gelegen Р. Katang. Om 2 uur kwamen wij hier aan. Het is een zeer klein, geheel vlak, typisch koraal-eiland. De westkust vertoont iets steiler zandwanden dan de oostkust, doch geen punt van de oppervlakte ligt hooger dan 0,5 meter boven het niveau der zee- Op dit kleine eiland vindt men thans een koedoe-tuin, en vangt men aan met het planten van kalapa. De eenige bewoners toch, één шап en vrouw, verdienen thans nog den kost mel tripang- en kimavangst (zie afd. IV). Dat tegenwoordig daarmede | geen schatten meer te verdienen zijn, blijkt duidelijk genoeg in | deze eilandengroep. Toen hij ons talrijk gezelschap met 2 sam- pans zag naderen, dacht de visscher niet anders of wij kwamen ` hem zijn tripang en kima, die voor zijn hut te drogen hin. gen, ontstelen. Doch op het gezicht van Eur opeanen was de | man merkbaar gerust gesteld. Voor het huis lag een schild- pad, een penjoe (p. betoel) aan een touw in het water, evenals ` wij een hond aan een ketting vast leggen. Die schildpal | zou over een jaar of 5 (volgens den gelukkigen eigenaar) een | 50 gulden opbrengen. | Het eilandje is zoo klein, dat ik er in minder dan 6 kwartier om heen liep. Andere cultuurgewassen dan kalap: | koedoe en papaja groeiden daar niet. In het wild trof ik we | 57 derom dezelfde planten aan, als op de andere koraal-eilanden. De geheele vegetatie п. |. bestond uit: Tjemara K. (Casuarina), SAGEN B... enn 3Р Klimosodo К. (Cordia) , Bidara-laut К. (Zizyphus), Gaboesan K. (Scaevola), Boetoen K. (Barringtonia) , Stinggt К. (Pemphis) , Djolo-djolo К. (Cuscuta 7), 2 Аззет К. (Tamarindus), Korma К. (Phoenix), Convolvulus pes-caprae L. en Iwak-iwakan К. (Pyxipoma). Om 5 uur arriveerden wij op P. Kembar. Vroeger bestond P. Kembar uit 2 eilanden (vandaar de naam Kembar (9), doch thans zijn beide door een 10—20 meter breede en 100—200 meter lange, met rijke vegetatie be- dekte, koraalzand-strook verbonden. Onmiddellijk ging ik met twee man, te voet, een tocht om en door het eiland maken. Aan de zuidpunt vindt men een paar klippen van hetzelfde roode gesteente als ор P. Parang. Verder bestaat P. Kembang geheel ` uit koraal-en schelpzand, met vele kleinere en enkele grootere karang-blokken, met name vindt men zulke groote stukken koraal in het midden der 2 helften van het eiland. Deze stukken laten ons nog de plaats zien van het gedeelte van de gossong, welke het eerst boven het water uitstak, voor- dat Kembar nog een eiland was. Wanneer een koraalrif bij laag water of voortdurend droog ligt, doch van plantengroei ontbloot is, geeft men in dezen archipel daaraan den naam van gossong. Groeien er eenmaal planten op, dan spreekt men van koraal-eiland (poeloe). Een takah is echter een koraalrif dat (1) Zie Inleiding 5. À 48 steeds onder water 15. Takah en gossong zijn dus de ontwikke- | lingsstadién van een koraal-eiland of poeloe. De vegetatie bestaat hier, behalve uit kalapa’s, die het hoofd- bestanddeel vormen, uit sawo-boomen: deze kostbare boomen | komen hier meer voor dan op een der andere eilanden. | Verder worden hier de volgende soorten gevonden: : Waroe (Hibiscus), Pavetta ?, Pancratium ?, Klimosodo K. (Cordia), Sroeni К. (Wollastonia) , Tjemara K. (Casuarina), Iwak-iwakan К. (Pyxipoma), en verder als op P. Njamok. Om 8 uur in den avond eerst kwamen wij op P. Parang in ons nachtverblijf terug. 1 27 November. Den geheelen nacht en den volgenden dag lag ik met zware koorts in onze hut op Parang. Eerst om 5 uur was ik in staat te vertrekken. Om half vijf kwamen wij | met de twee sampans op de westkust van P. Minjawahan aun. De magang met den patengan waren reeds vooruit gegaan | en hadden een goede collectie planten van het eiland voor mij | verzameld. у Aan het strand zag ik zelf: Bala-bala (Tournefortia) , Waroe (Hibiscus), E Ketapang (Terminalia), Tjemara (Casuarina), Besi-besi (Intsia 7), Iwak-iwakan (Pyxipoma). | Hier werd overnacht in de verlaten hut van den eigenaar | van den klappertuin. 3 28 November. Ik vernam, dat hier naast onze hut niet 1 lang geleden nog een andere gestaan moest hebben, die op palen gebouwd was. Paalwoningen worden thans alleen nog op P. 4 | Genting aangetroffen. | | 49 Op mijne wandeling, welke ik in de morgenuren door het eiland en langs het strand deed, zag ik de volgende planten: Binnen in het ciland: Obi (Dioscorea) , Djamboe-kloetoek (Psidium), Djala-djala (Guseuta?), V Ја Ingas (Gluta), Toetoep (Ко ега), Tjondang (Aroideae) , Bengkoewang (Papilionaceae) , Graboesan (Scaevola), Semboeng (Compositae), - Awar-awar (Ficus), Djambon-poetih { 4 P Kellor (Moringa) , Djeroek-wangi (Citrus), Djeroek-petjel (Citrus), Tjemara (Casuarina) , Sawo (Mimusops), Kapal-kapal (Hernandia). In het algemeen komen hier geen hooge boomed boven de 10—15 meter voor, daar alle zwaardere. reeds geveld zijn ge- worden voor timmer- of brandhout. Het eiland is. hoofdzake- lijk met kalapa en koedoe beplant. Echter ontbreken hier pisang, papaija , lombok, terong, eng а Р р ғы . Aan het strand: Maniran (Euphorbiaceae), Bangka (Rhizophoreae) . besi-besi (Intsia?), Kembang-banga (Amorphophallus), Iwak-iwakan (Pyxipoma) , Hier werden de volgende diersoorten aangetroffen : 140. Bot. Garden, 1398. Minjawak (Varanus), Tikoes-kalapa (Mus), | en verder een aantal tamme Кайен еп één kip. welks м veeren als aas bij het visschen gebruikt worden (zie boven), waarom zelfs op het kleinste eilandje in dezen archipel een kip zeer zelden | ontbreekt). Andere hoogere dieren worden hier niet gevonden. Onmiddellijk na de wandeling begaven wij ons naar onze | sampans en voeren naar P. Tjemara-besar, alwaar wij le 9 uur aankwamen. | Wederom ontmoetten wij hier een typisch koraal- eiland, thans eerst een 5—10 meter droge strandstrook van verblindend | wit koraal- en schelpzand, zonder vegetatie, dan een zoom met typische strandvegetatie. De oppervlakte ligt nergens hooger dan 0,5 meter boven zee. Hier nam ik waar: | col Tikoesan (Npinifex?), | Patean-poetih (Euphorbiaceae), | Sroeni (Wollastonia ?), Iwak-iwakan (Pyxipoma), Stinggt (Pemphis,) Tjemara (Casuarina), Dadap (Erythrina), Convolvulus (С. pes-caprae L.). Bala-bala (Tournefortia), Djati-pasir (Verbenaceae), Bidara-laut (Zizyphus), Gaboesan (Scaevola), Krandang (Mucuna?), Klimosodo (Cordia), Waroe (Hibiscus), Seek (.. 0. 9), Koetok: (Papilionaceae) , Bakoeng (Paneratium ?). Pandanen werden hier niet aangetroffen. | Op de zandlandtong groeien op het witte koraalzand pen | — ш-9-0 Se ko = =—— 5 -2-2-2% 51 plantjes (:wak-iwakan) als eerste pioniers der vegetatie van het nieuwe land. Ook hier konden wij, jammer genoeg, niet lang blijven, door gebrek aan tijd. Zoo vertrokken wij dan naar P. Tjemara- ketjil, alwaar wij om half twaalf aankwamen. Hier hebben wij weder met een typisch. koraal-eiland te doen. Alleen grootte en vorm verschillen een weinig van het andere eiland. Hier zag ik de volgende planten: Stinggi (Pemphis), Tjemara (Casuarina), Bidara-laut (Zizyphus), Krimosodo (Cordia), Djati-pasir (Verbenaceae). Ketapang (Terminalia), A 45 Njamplong (Calophyllum), C ab Iwak-iwakan (Pyxipoma). Patean (Euphorbiaceae), eer E Baboesan (Scaevola), Krandang (Mucuna‘), Banbang-wetan (Papilionaceae), Papaija en kalapa (Carica en Cocos), Koetok (Papilionaceae |, Doedok кы ми Pantjal (... «байа Pe, УУ йай! ( 0), Riboet (Rubiaceae 7). P. Tjemara-keljil is geheel vlak; het ligt ongeveer 0,5 M. boven zee en is omgeven door een 100 meter breede kandas- strook met eenige decimeters water: aan den buitenrand van deze strook vindt men wederom een gordel van levende koralen en doode koraalkalkblokken. Gaarna had ik ook nog P. Boeroeng en P. Klejang bezocht, 1 doch ik. moest dit plan opgeven daar de koorts mij en den Heer huis, waar wij om 6 uur des avonds aankwamen. 29 en 50 November. Deze beide dagen werden besteed aan het ordenen der collectién en aanteekeningen en aan het 1 bijwerken van de kaart. | 1 December. Tocht naar den zoogenaamden G. Kramat то het bosch aan de noordkust van het hoofdeiland. Mijn reisgezel- - schap bestond uit 5 patengans en 5 matrozen van de kruisboot. | Een zachte ZO.-bries deed ons tamelijk snel vooruitgaan: reeds om half negen bevonden wij ons midden in den grooten Legon | Pak Bahar (Legon Besar). | Een prachtig gezicht leverde hier het hoofdeiland ор. Overal ontwaart het oog op de zachte hellingen der bergen dichte | bosschen, welker groen met de schoonste tinten prijkt. | G. Gendera vertoont zich hier als een bergmassa met“ weinige en niet zeer diepe uitspoelingsdalen. De oppervlakte van dezen bergrug doet zich zeer zacht unduleerend aan het | oog voor, en alleen in het meer nabij de negri gelegen ge- i deelte verheft zich de rug een weinig. Deze ‘verhevenheid is de top, welke meestal speciaal de G. Gendera genoemd wordt. Deze rug, welke zich van ZZO.- in NNW.-richting voort- zel, gaat noordwaarts, na een. ondiepe kam-insnijding, langzamerhand over in den G. Pak Bahar, welks oppervlakte even zacht golvend is als die van den vorigen bergrug. | Naar schatting komt het mij voor, dat de top van den 6. Pal Bahar een 20-tal meters hooger ligt dan die van den G. Gendera, en schijnbaar even hoog als de G. Lélé , welke bergrug zich ten oosten van dezen bevindt. Tusschen den rug van den 6. Lele en den 6. Gendera hevindt zich een diepe dal-insnijding, | die zich thans duidelijk als zoodanig aan het oog voordoet. Volgens de patengans stroomt in dit dal de grootste kali van het eiland, de zoogenaamde Kali Lélé (het geheele jaar door water gevend). 14 De 6. Pak Bahar verdeelt zich noordwaarts in twee ruggen, | 92 zeer plaagde. Daarom gingen wij regelrecht naar зүй = 55 waarvan de eene westwaarts ombuigt en de Oedjoeng-Gelam vormt, terwijl de andere in noordoostelijke richting tot den Goenoeny Pasarehan voortloopt, en met dezen laatsten top een ongeveer 500 meter hoogen verbindingsrug vormt. Deze landtong (de Oedjoeng-Gelam) is buitengewoon rijk aan een zeer nuttige boomsoort, de pohon-gelam (zie afd. Ш Š 1). De hast van dezen boom wordt bij voorkeur gebezigd voor het breeuwen van vaartuigen, en vormt als zoodanig ook een uitvoer-artikel, al is het niet in groote hoeveelheid. Het was reeds 10 uur, toen wij de Oedjoeng Gelam bereikten. Van hier voerde onze weg in oostelijke richting door den Legon Alang-alang. Aan den oever van deze golf ligt een sedert kort aangelegde klappertuin, die echter verlaten is geworden, van wege de talrijke herten, apen en stekelvarkens. Om 11 uur bereikten wij het punt aan den oever van den Legon-Njamplongan, waar wij de bestijging van den berg zouden aanvangen. Deze baai draagt zijn naam naar twee reuzen van Njamplong-boomen, welke aldaar bijzonder in het oog vallen, tusschen een vegetatie van: Bakoeng (Pancratium), Katang (Convolvulus), Banbang-wetan (Papilionaceae), Waroe-laut (Thespesia), Lagoendi (Vitex) en Gaboesan (Scaevola). Daarachter, landinwaarts, wordt een ongeveer 50 meter breede rantjak- (moeras-) strook gevonden, met doornachtige kleine Lieuala's (waaierpalmen) en vele doornachtige struiken. Op een der beide njamplong-boomen vond ik de eerste Orchideae van het eiland. De naam is mij onbekend, en het kleine exemplaar is gedurende het transport verloren gegaan voor het herbarium. Om 12 uur gingen wij op weg naar den 6. Kramat. Toen wij de moerasstrook doorwaad hadden, voerde ons het kleine, onduidelijke voetpad naar den »heiligenherg”, den G. Kramat of den G. Missigit (1). In het. begin hadden wij een ћупа ho. rizontaal terrein met een dikke bladhumuslaag (een paradijs | voor slangen, die hier zeer algemeen moeten zijn, doch waarvan 4 wij gelukkig geen andere dan de onschadelijke groene oelar-gu- ` doeng ontmoetten) en met hoog bosch bedekt, dat nog zeer rijk ` is aan een kostbare houtsoort, vooral aan semedang. Langza- | merhand begint het terrein te stijgen. Hier treden allerwegen | de gesteenten N°. 9 en 12 G. aan de oppervlakte, en liggen | groote hoekige blokken van fraaien melkkwarts op den bodem | verspreid. : In het bosch, dat alle sporen van een oerbosch draagt , vindt 3 men vooral brekat (Ficussoorten), semedang (......?) met licht- roodbruin-kleurigen , gondorijo met donkergrijzen, bijna zwart gekleurden stam. In dit woud vindt men, behalve eenige wei- | nige wilde nangka-hoomen, een groote menigte riboeng- /areca-) - palmen. Deze palmen leveren met hun zwarte stekelige zuil vormige, soms wel 50 М. hooge stammen en fraaie loof kroon : van fijn gevind gebladerte, een prachtigen aanblik op; deze palm | doet zeer aan een pinang denken, doch is van deze gemakkelijk e onderscheiden door den gitzwarten, met korte doornen hezel- | ten, stam en het fijnere loof. De diameter dezer slanke zuilen | bedraagt, niettegenstaande hunne belangrijke hoogte, zelden - meer dan 20 c. M. | Tegen 1 uur begon de weg allengs meer te stijgen en deden ` eenige lidteekens van een kapmes іп sommige boomen ons zien, dat hier in deze wildernis niet lang geleden nog andere personen geweest waren. Om één uur bereikten wij den toy van den kleinen berg. |: Wij bevonden ons hier op de plaats, mededeeling mijner begeleiders een thans niets dan enkele resten van he den. Deze oudheden, welke wij ven, zijn onder de bevolking kend onder den naam van Ky waar eenmaal volgens ` missigit stond, en waat van Karimon-djawa eenvoudig be- amal, en de berg als G. Kramak | (1) Deze ligt aan den noordwestelijken voet van den G. Pasarehan. vu 90 hoewel deze naam ook wel gegeven wordt aan den 592 meter hoogen 6. Pasarehan, aan welks NW.-helling deze missigit- resten gevonden worden, die waarschijnlijk uit de 17% eeuw stammen (zie hieronder). Het is een vierkante met kort gras begroeide vlakte van on- geveer 20 meter in het kwadraat. In het midden bevindt zich een groot graf van ruw behouwen steenblokken (blijkbaar van dezelfde soort als N°. 9 G.), die een muur van 0,4 me- ter hoogte vormen, welke een rechthoek omgeeft van ongeveer 2,5 meter breedte en 4 meter lengte. De aarde op het graf vormt eene verhevenheid van ongeveer een halven meter hoogte , dus eenigszins anders dan dit met de meeste andere graven het geval is, daar elders toch de aardoppervlakte binnen den grafmuur steeds gelijk is met den grond daarbuiten. Op het graf bevinden zich twee steenen grafpaaltjes (*) van denzelf- den vorm als men gemeenlijk op de hedeudaagsche inlandsche kerk- hoven vindt. Er was, jammer genoeg, geen jaartal te bespeuren. Aan den westrand van het vierkant liggen nog twee zeer fraaie groote moestaka’s (2) van roodgehakken steen, elk on- geveer ter hoogte van ruim een halven meter. Merkwaardig genoeg zijn de teere, sierlijke, uitstekende punten bijna on- geschonden bewaard gebleven. Verder bevinden zich, (behalve dit groote graf) op het plateau nog 4 andere kleinere graven, welke elk alleen kenbaar zijn aan kleine grafzuiltjes van steen, eveneens zonder jaartal. Deze andere graven liggen ten 0. en ten Z. van het hoofdgraf, in de onmiddellijke nabijheid ervan. Dan ziet men hier enkele groote bekapte steenen, welke ten deele in de boomen ingegroeid zijn. Aan de oost- en westzijde daalt het kleine kunstmatige plateau zacht; naar het zuiden stijgt het echter zacht. Tamelijk steil daalt het eenige voeten naar het noorden. Zeer nabij ten oosten van het plateau der graven stroomt de kali Pasarehan, welke ontspringt op den berg van denzelf- DELE (1) Im het javaansch: mahedjan. (2) Moestaka beteekent de top van een missigit. 56 den naam. Hier vindt men prachtige ontblootingen van het gesteente №. 10 G. en liggen allerwegen brokstukken melk kwarts verspreid. In deze kali, welke het geheele jaar door van water voorzien is, wasschen zich de personen, die op den Kramat willen gaan bidden. Daar dit punt echter zoo ontzaglijk afgelegen is van alle bewoonde oorden, en een wandeling door de bosschen van het | hoofdeiland reeds in het algemeen, en hier їп het bijzonder, | van wege de menigte vergiftige slangen lang niet van alle gevaar ontbloot is, zoo gaan er slechts weinige personen heen. De bodem van de kali ligt ongeveer 10 M. beneden het grafplateau. | Rondom dit plateau verzamelde ik het gesteente №. 11 6. Volgens de eilanders zoude het hoofdgraf de rustplaats zijn | van den verbannen zoon van den Soesoehoenan Moerija, die bij Tjollo op den berg van Djapara, den Goenoeng Moerija, be. graven ligt. Daarom zoude het eiland vroeger Kirimon geheeten ` | hebben, afgeleid van kirim J., in de beteekenis van verbannen van vorstelijke ign (bande mededeeling van den Regent van | | Djapara) (). — De namen der personen, die hier begraven liggen, - zijn "ar onbekend aan de bewoners dezer eilanden. Zeker is het echter, dat wij hier niet met oudheden van hindoeschen. | maar wel van tamelijk jongen mohammedaanschen oorsprong ` | te doen hebben (2), wellicht uit het begin van de zeventiende | eeuw, evenals op het eiland Saleijer (zie Ретквм. Mittheil., 3 1 3 š (1) Met het oog daarop, dat er in den Riouw- -archipel ook Karimon 3 eilanden zijn, acht ik deze afleiding echter niet boven allen twijfel verheven. —Ñ Volgensden djaksa van Kee date zoude de naam afgeleid zijn van chari С) (Arab. en moen (Jav.) dat zooveel zonde beteekenen als stille, verlaten plaats.—In Vreepe vindt men voor moen: een eh een “er | > > Islam hier ingevoerd. — Ook uit de residentie Djapara zijn enkele ч beelden bekend. Zie hierover mijne mededeelingen in het Natuurk. Tijd. | schrift voor Ned. Indië, deel XLVI] bladz. 260 en vervolgens. — 57 Band, 1886). Ware het weder niet zoo ongunstig geweest, dan zou ik mijn plan, om van daaruit den G. Pasarchan te beklimmen, volvoerd hebben. Doch thans was daar geen denken aan; zoo aanvaardden wij dan om 5 uur den terugtocht en kwamen te half vijf uur aan het bivouak. Door den regen waren wij het pas door ons gekapte voetpad bijster geworden en verloren hierdoor aanmerkelijk veel tijd, zoodat het afdalen nog langer duurde dan het opklimmen. Gedurende mijn geheelen tocht naar den 6. Kramat en mijn verblijf aldaar stortregende het namelijk dermate, dat het zien daardoor zeer bemoeilijkt werd. Om 5 uur verlieten wij den Legon-Njamplongan en kwamen te half acht ’savonds te Karimon in de negri aan. 2 December. Deze dag werd door mij besteed om de kaart bij te werken. In den avond om 5 uur maakte ik een tochtje met de sloep van de kruisboot. Wij voeren langs de oostzijde van het eiland Mendjangan-besar over de breede kandasstrook , welke een diepte van minder dan 1 meter bezit, en die het eiland geheel omzoomt. Aan den buitenrand van deze strook vindt men den levenden koraalgordel. De prachtigst gekleurde en fraaist gevormde koraalstokken neemt men hier allerwegen waar , en menigmaal maakt de sloep er onzacht kennis mede, wanneer de stuurman niet uitermate goed oplet. Van de oorspronkelijke vegetatie is zeer weinig bewaard gebleven, daar het geheele eiland thans met kalapatuinen bedekt is. Hier aan de oostkust wassen vele Bangka’s (Rhizophoreae). Het doel van mijn tocht gold vooral den zoogenaamden G. Mendjangan. Het bleek, dat deze naam gegeven wordt aan een oedjoeng of landtong, bestaande uit eenige ordeloos op elkaar gestapelde, zeer verweerde steenblokken, waarvan de totale hoogte zeker niet meer bedraagt dan 5 meter. Deze steen- blokken zijn donker gekleurd en bleken bij nader onder- zoek uit een fijnkorreligen kwartsiet te bestaan (zie №. 54 G.) 5 December. Om 8 uur vertrok ik met een sampan , naar Legon 58 j Moto, van waaruit ik de beklimming van den G. Moto wilde aanvangen. d Daar er telkens stortbuien vielen en de lucht er verre van ` helder uitzag, kon ik zeker zijn door en door nat te worden en weinig peilingen te kunnen doen van den top. Bovenal | was de regen erg hinderlijk bij de metingen met het compas. Om half één landden wij eindelijk aan den Legon Moto, RK der inhammen der kust ten N. van den Legon Lele. 1 Aan de landingsplaats vonden wij een eenvoudigen pondok | met een balé-balé van bamboe, bedekt met kenanga-schors en 1 een dakje van nipa-atap. |- Пе pondok ligt ten NNO. van P. Batoe aan de reeds ge. noemde golf, 1 De berg Moto rijst hier onmiddellijk, met een helling уай | 20°—25°, steil opwaarts, en laat slechts een zeer smalle horizon- tale strandstrook over. De Koenoeng-Moto is het hoogste punt van den bergrug van gelijken naam. Hij heeft veel gelijkenis | met den reeds beschreven G. Kendera, wat vorm en hoogte van den kam aangaat. 1 Nauwelijks was ik hier gezeten, of een der beide inlanders. 3 die ik dadelijk had uitgezonden om planten te zoeken, kwam terug met het lakonieke bericht, dat hij twee ver giftige slangen gedood had. Aanvankelijk sloeg ik geen geloof aan een in mijt | ooren zoo onmogelijk klinkend. bericht, doch naderhand gal. ik hem spottend order mij die beide slangen toch eens te laten zien. In een oogwenk kwam de man terug met twee nog hall levende Oeler-doedak-krawang (1), elk met den kop tusschen een gespleten stokje geklemd. Toen ik die beide slangen zag, welke zoo in een oogenblik in mijn onmiddellijke nabijheid | waren gevangen, bekroop mij onwillekeurig een onaangenaam gevoel. Want waarlijk, dat was geen verkwikkend vooruit zicht voor de beklimming, daar de weg steeds door een der D gelijk bosch gebaand moest worden. Zoo begonnen wij te één ure te klauteren. m Zie ай. IV (Zoölogie) van dit Verslag. 59 Een tijd lang volgden wij een betreden voetpad, omdat hier de plaats was, waar mijn gids sedert eenigen tijd oesoeks en dajongs (dakribben en roeiriemen) liet kappen. Overal zag men dan ook langs het voetpad de stronken van manggissan- (Calophyllum spec.) en bintanggor-boomen (Calophylluin spectabile Br.“) welke beide boomsoorten, met de soms voor huisbouw- kundige doeleinden gevelde semedang, hier zeer algemeen zijn. Andere hier veelvuldig groeiende houtsoorten, zooals de zoo- genaamde gondorijo, kajoe-endog-endogan worden niet of hoogst zelden geveld, daar het hout weinig waarde moet bezitten, Nabij deze aankapplaats vond ik thans nog zeldzaam een enkelen ouden volwassen manggissan, bintanggor of semedang ; trouwens Trysmann (1) zeide reeds in 1854, dat de meeste strandbosschen sterk uitgekapt zijn wat kostbare timmerhout- soorten betreft. Mijne begeleiders uitten dan ook meestal een vreugdekreet hij het ontdekken van een volwassen manggissan- of semedang-hoom. Andere hoomen komen hier echter, zooals ik reeds zeide, in groot aantal nog voor, en uitwendig heeft het bosch dus schijnbaar niets geleden. Behalve de reeds genoemde soorten , komen hier о. m. ook voor: de roko-roko, gondang (Ficus), mangga, enz. Om 2 uur reeds hadden wij den top, welke ongeveer 574 meter hoog is, bereikt. Over den geheelen weg vindt men dezelfde gesteenten, met de breede witte kwartsaderen, als overal elders op het hoofdeiland. Hoekige brokstukken melkkwarts vindt men hier bs ook veel over den bodem verspreid. Overal wordt hier langs de helling, waar het naakte moedergesteente niet aan de oppervlakte treedt, een uitnemend vruchtbare aardlaag aan- getroffen, en een rijke inlander heeft dan ook het plan opgevat 0). Zie Твузмахх, Verslag van een botanische reis naar Oost-Java, Ka- ‚ rimon-Java en Bali-boleling in 1854. om hier het volgende jaar een proef te nemen met boschon ginning, om later djagoeng, ketela, enz. te planten ; een feit, dat zeer toegejuicht verdient te worden. Immers, behalve o de kleine zuidwestpunt, vindt men elders, op het ruim 1 geographische mijl groote hoofdeiland, thans niets dan bosschen. Op den top van den G. Moto bestaat de vegetatie bijna ge heel uit bintanggor-boompjes, ter dikte van 3—10 e. М. Zware boomen worden hier niet aangetroffen. Dergelijke jonge bine tanggor-boompjes, die alle zeer slank opgegroeid zijn, w den ook veel voor kleinere oesoeks gezocht en voor dit d veel gekapt. In den namiddag werd de terugreis aangenomen langs den- zelfden weg. Thans deed ik nog eenige peilingen in den Lego Lele, omdat mij door den djaksa medegedeeld was geworden. dat deze inham veel dieper zou ingesneden zijn, dan op marinekaart aangeduid staat, hetgeen mij bleek juist te zi Van de Legon 146 naar huis gaande voeren wij 200 die langs den wal, dat de rotsige oevers en hun vegetatie zich duidelijk aan het oog vertoonden. Hier groeiden : Pandan (Pandanus). Njamplong (Calophyllum). Waroe (Hibiscus). Bangku (Rhizophoreae). ge AN хэн Kelapang (Terminalia). Op de bijna naakte rotsen van 0. Poeduk groeiden | | len Pandan-boompjes met gaboesan (Scaevola) en sling (Pemphis). ' Om half acht 7 avonds arriveerde ik eindelijk in de + December. Dezen dag wilde ik de eilanden Sintok; Ten) ES en Ае gaan bezoeken. Onder weg naar Sintok deden wij de 0. Kemloko aan, й waar slijpsteenen (batoe yossok) gevonden worden, zoo als № 61 op de kruisboot reeds een paar in een mandje had zien lig- gen, Men verzekerde mij, dat overal elders op deze eilanden deze steensoort ontbreekt. Inderdaad heb ik dit gesteente verder nergens in dezen archipel kunnen vinden. Hier rijst het gebergte, evenals aan den Legon Moto, tamelijk steil uit de zee, еп worden dezelfde, met breede kwartsaderen doorzette gesteenten gevonden als op den G. Moto: hier worden er echter talrijke fijne glimmerplaatjes in aangetroffen (zie col- lectie G.). Westwaarts langs het strand wandelend, kwamen wij aan een ontblooting van kleischiefers. Jammer genoeg echter was die ontblooting zeer klein, en de hoop om ook hooger op, aan de helling, ontblootingen van dit gesteente te vinden, zeer gering, omdat, voor zoover ik kon nagaan. daar overal dezelfde gesteenten voorkomen als ten oosten van de kleischiefer-ontblooting aan het strand (1), Een 100-tal me- ter verder westwaarts vond ik aan het strand eene recente breccie, bestaande uit brokstukken van witten kwarts en kwartsiet, verbonden door een cement van bruinijzererts (N°. 22—25 G). | Om 1 uur in den middag landden wij op de kust van P. Sintok. Overal is dit thans omgeven door een cirkelvormig rif, waarvan slechts hier en daar enkele deelen (als smalle strooken) even boven water zichtbaar zijn. Deze ring ligt op een hon- derdtal meters van het strand, en bestaat meestal uit ordeloos door elkaar liggende koraalblokken ter grootte van een kinder- hoofd. De levende koralen worden aan de buitenzijde hiervan gevonden. Binnen den ring op de kandasstrook komen slechts enkele levende koralen voor. Het geheele eiland bestaat uit karang- en schelpzand. Klippen van oudere gesteenten, zooals ор P. Mendjangan-besar, ontbreken hier. Ten oosten van het eiland ligt een uitgestrekte , steeds droge gossong (bank), welke door een (bij hoog water overstroomde) karangzandstrook met het eiland verbonden 1, maar, voor — () Vergelijk afd. V § 1 van dit Verslag. и. 62 het oogenblik, naar het schijnt nog van alle vegetatie on bloot is. | "d Op P. Sintok mam ik de volgende plantensoorten waar: Tjemara (Casuarina’, 1 _ Katang (Convolvulus', Sroeni (Wollastonia), Bidara-laut (Zizyphus), See ?), _ Djati-pasir (Cordia? , Waroe (-betoel) (Hibiscus', Gaboesan Scaevola), Patehan (Euphorbiaceae), Iwak-iwakan (Pyxipoma). Njamplong Calophyllum', Waroe-laut (Thespesia), _ Krandang (Mucuna), Besi-besi (Intsia?) | Stinggi Pemphis’, Sawo (Mimusops), Tjoekilan (......... 75 Riboet (......... 2) _ Ketapang (Terminalia), Dadap-laut (Erythrina), Tjondang ( "р Loko-loko (. . ), Klimosodo (Cordia), Manireh (...:::9), Tikoesan (Spinifex ^), Bajem-doeri (Amaranthus), Koetok (Papilionaceae). Vogels waren hier, evenals op de andere koraaleila geringer in soorten dan in aantal, te weten: : B. tjetettet (Muscicapideae), B. dengkek (Alcedines), В. blekok (Ardeola), 65 В. tjirbombok (....... ?), В. baha (Haliaétus leucogaster Gou»). Het eiland Sintok is zoo goed als geheel met kalapatuinen bedekt: het is geheel van koraalvorming en vlak en ligt onge- veer 0,5 M. boven zee. Andere gesteenten worden er niet gevonden. Aan de westzijde van het eiland zag ik verscheidene ont- wortelde kalapaboomen, die reeds ten deele in zee gevallen waren. — Ook van andere waren de wortels reeds grootendeels ontbloot door de zware golven en den sterken stroom, die men hier gedurende den westmoesson heeft. In dit tijdperk zoude, volgens den eigenaar van een der tuinen, aan de west- zijde van het eiland elk jaar een strook gronds, ter breedte van eenige voeten, met de daarop staande kalapaboomen door de zee verzwolgen worden. In den oostmoesson echter wordt , aan de oostkust van het eiland, door golven en wind, een belangrijke strook gronds wederom daaraan toegevoegd. Dit is trouwens een verschijnsel, dat, volgens Dana, op alle koraal-eilanden waargenomen wordt (8): Om twee uur gingen wij met een flinken NW. bries zuid- waarts en kwamen om drie uur op P. Tengah. — Dit kleine vlakke koraal-eiland, welks oppervlakte wederom nauwelijks een halven meter boven zee ligt, is geheel met kokospalmen bedekt. Van de oorspronkelijke vegetatie zijn hier alleen aan de kust eenige resten waar te nemen, welke echter uit dezelfde soorten bestaan als op P. Sintok- — P. Ketjil, waar ik ten 4 ure aankwam, vertoonde wat de flora en fauna betreft, weinig merkwaardigs, en onderscheidde zich in deze niet van de beide vorige eilanden. P. Ketjil toch is ook geheel van koraalvorming, zonder andere gesteenten, en de oorspronkelijke vegetatie is door koedoe еп kalapa verdrongen. Op al deze, en de reeds vroeger beschreven koraal- eilanden, als P. Mendjangan-besar , “P. Mendjangan-ketjil , — (1) DANA. Corals and Coral islands. Р. Njamok, enz. vindt de kalapaboom zijn uitgezocht klimaat, tiert er dau ook welig, en brengt zeer groo bijzonder smakelijke vruchten voort (meest kalapa-hidjoe)- uitvoer van kalapanooten naar Java is belangrijk te noeme (Ше afd. HI $ 2 van dit Verslag). Y. Des avonds te zeven uur was ik terug bij mijn gasthee in de »negri”. 5 December. Im den nacht en de eerste morgenuren ¥ het verschrikkelijk uit het NW. en de eene stortbui vo de andere. Aan vertrekken, met een sampan, was geen de ken, en zoo bleef ik dan te huis om mijn herbarium ordenen. Daar de ingelegde planten boven vuur gedroogd moesten wo den, kostte dit veel moeite en tijd. Den geheelen dag z mijn huisjongen bij het vaur op te passen. — Doch ongelukki vloog desniettegenstaande een gedeelte van het herbarium 1 brand. 6 December. Hevige wind en regen waren oorzaak , dat heden eerst om 10 uur konden vertrekken. Thans liet roeien naar den Legon Njamplongan om van daar uit den Pasarehan te beklimmen. | Daar wij eerst te twee uur in den middag aldaar a kwamen en de regen heviger geworden was, besloot ik € voudig hier te overnachten en liet ik de inlanders een pi kappen naar. den top van den lagen, nabij gelegen, G. Mample om dan den volgenden dag, over dien top en den G. Alang-alang den G. Pasarehan te beklimmen. | 7 December. Om 6 nur in den morgen begaf ik mij 2 6 man op weg en weldra was de lop van den G. Njamplo bereikt. | Terwijl het bosch, waardoor de weg steeds voerde, zee veel overeenkomst vertoonde met dat, hetwelk de helling va den G. Moto bedekt (zie boven), troffen wij hier joch: п, een boom aan, welken W elders nog niet gevonden hadden ‚ en die door de eigenaardigheid 65 van zijn voorkomen, en het groot aantal, waarin hij hier gevonden wordt, een bijzondere vermelding verdient. Het was de pohon gelam (Melaleuca) , welks bast іп dezen archi- pel uitsluitend gebezigd wordt voor het breeuwen van vaartuigen. De boompjes hadden hier meestal een hoogte van ongevèer 5—5 meter, bij een middellijn van ongeveer 10 c. М. De stam is zuiver cilindervormig, recht, beneden zonder takken, en deze geheel wit (als een berkenboom in Europa), waardoor men gelam-boomen reeds van verre gewakkelijk onderkennen kan. De bergrug, welke van hier in zuidelijke richting naar den G. Alang-alang, en van dezen laatste in ongeveer westelijke richting naar den 0. Gelam voortgaat, is bijna uitsluitend met dit geboomte bedekt. Elders op deze eilanden komt het niet, of in elk geval slechts hoogst zeldzaam, voor. Op de koraal- eilanden wordt de pohon gelam nooit aangetroffen (1). Hier op dezen top hadden wij een ontmoeting met een landak (stekelvarken), welk beest zoo weinig schuw was, dat het weinig gescheeld had of een mijner begeleiders had het met zijn golok (kapmes) gedood. Behalve een paar Muscicapidae ontmoette ik hier geene vogels. De door mij verzamelde ge- steenten N°. 26 G. komen bijna geheel overeen met die van den G. Moto. Ook hier vindt men de typische, breede melk- kwartsaderen in het gesteente. Om 9 uur waren wij op den 6. Alang-alang, welke top een weinig hooger is dan de vorige. Verder valt hier echter niet veel op te merken. — Deze top toch ligt zeer nabij den vorigen, en vertoont nagenoeg hetzelfde gesteente en denzelfden plan- tengroei. Hier verzamelde ik een paar fraaie varens, welke ik elders op deze eilanden nog niet had aangetroffen. Van hieruit voerde verder het door ons gekapte pad over den breeden rug naar den G. Pasarehan, — Tegen 11 uur werd — M9 (1) Vergelijk deel III. $ 1 van dit Verslag. 66 het hoogste punt van den stompen G. Pasarehan bereikt. Hier groeien een paar riboeng-palmen(Areca nibung Marr. 7), ter hoogte van een 25 M., en verheffen zich boven het omringende | geboomte, dat hier wederom veel overeenkomst heeft met het bosch van den G. Moto. | Ook hier trof ik hetzelfde, met witte kwartsaderen doorzette gesteente aan (n°. 29 G.), dat wij reeds op talrijke punten van het hoofdeiland opgemerkt hebben. De gesteenten, welke ik dezen dag had waargenomen, ver- toonden meest alle een min of meer laagsgewijzen bouw, en schenen mij toe alleen uit meer of min grove kwartskorrels te bestaan, zonder glimmer en zonder veldspaat. Bovendien nam ik weder op vele plaatsen belangrijke tot 1 d. M. dikke | kwarlsaderen waar. і Van jonge eruptieve gesteenten ontdekte ik nergens een spoor | 8 December. Om 8 uur vertrokken de Heer S. en ik «0 eenige matrozen en patengans naar P. Genting. De wind was | 200 verbazend sterk, dat aan geen zeilen met het hier gebruike: | lijke, rechthoekige, 4-5 М. lange, en 2 M. breede zeil ie denken viel. Er werd een zoogenaamde /ajer-tenong , ER klein vierkant zeil (1—2,5 M. in het kwadraat) gespannen. | Jammer, dat voortdurend de regen in dikke druppels viel. en ons het uitzien belette. | Ор P. Genting kwamen wij reeds tegen half elf aan. Hier verzamelde ik о. ш. de volgende planten: . 1 Singkil (....?), 4 Immer (Euphorbiaceae) , d Toetoep (Rottlera) , Anggrong (Urticaceae), 1 Wadang (Pterospermum), | Djambon (2... 2), Gondang (Ficus), | Rotan (Calamus? soms 10—15 М. lang), 1 Poele (Alstonia) , | | | ри (Papilionaceae 9), M Girang (Lea), Tjemara (Casuarina) , Djangkang (Sterculiaceae ?), Ketapang (Terminalia) , Njamplong (Calophyllum), Klimosodo (Cordia) , Bangka (Rhizophoreae) , Walangan (Pterospermum ?), Ojot-toebak (МШейа?), Katang (Convolvulus), Iwak-iwakan (Pyxipoma), Patean (Euphorbiaceae) , Roempoet-ranggitan (....... .. Sroeni Wollastonia), Doedok (Aegiceras?), Stinggi |Pemphis), Bakoeng Pancratium), Tjondang (.........?), Boetoen (Barringtonia), Lagoendi (Vitex), Kapal-kapal (Hernandia) . Gaboesan (Scaevola), Verder in het wild: Ingas (Gluta , Rempelas (Ficus), Pare (Cucurbitaceae), Mritjanan (Piperaceae), Pandan-doeri (Pandanus), Tikoesan (Spinifex?), Maniran (Euphorbiaceae). Volgens mijn waarneming ontbreken op dit eiland totaal de volgende boomsoorten : Djati (Tectona), Roko-roko (Rhodamnia °) , Manggissan (Calophyllum) , Bintanggor (Calophyllum), Koeda-koeda (Spathodea) , Riboeng (Areca). Wij namen onzen intrek in de woning van den kapal welke er voor een inlandsch huis zeer netjes uitzag. Er waren zelfs twee ledikanten met klamboe’s. — Op geen der | andere Kleine eilanden, zelfs niet op Parang, waar ook een kapala doekoehan woont, hadden wij zulk schitterend w | gehad. De stortregen verhinderde ons echter voorloopig uit te gaan. — Eerst tegen 4 uur kon ik een tochtje langs de kust onderne- men in een djockoeng , vervaardigd van djangkang- (Sterculia) | hout. Behalve de gewone strandvegetatie, als stinggi, warde. waroe-laut , dadap , gaboesan, bangka, enz. trof ik hier overal | een klimmende Papilionacee aan met fraaie geelgroene bloem- trossen en groote zwarte peulen. — Van deze plant verzamelde - ik, hehalve herbarium-materiaal, een aanval rijpe zaden. De strook gronds, waarop de woning van den kapala | gelegen is, bestaat uit koraalzand en is geheel vlak. Leer nabij ten oosten van zijne woning vindt men een rawa, | welke in den oostmoesson droog is, doch gedurende den westmoesson eene verzamelplaats van krokodillen is. Ч De cultuurgewassen verdienen hier eene bijzondere be- ! schouwing. | Kalapa en koedoe worden met pisang-radju , pelem, bamboe- djawa, b. woeloeh en б. apoes hier aangekweekt. Bamboe belon, die men op Parang vindt, ontbreekt daarentegen. Verder groeien hier djagoeng , ketela , assem , nanas, kates, gadoeng, һайт. djeroek-nipis en бобе x Behalve pisang, vindt men al deze cultuurgewassen op de vlakke koraalzandgronden. Vreemd genoeg heeft men We nog geen pogingen aangewend om rasoela К. (пра М. Nip. fruticosa L.) te cultiveeren , alhoewel hiervoor seg eg 69 in overvloed voorhanden zijn. Alleen zorgeloosheid is hiervan oorzaak, daar de bibit gemakkelijk te bekomen is van de rantjak bij de negri en van den Legon Moto of Kamoedjan, alwaar thans enkele exemplaren toevallig zijn heen gebracht. Het ontbreken van groote nipa-aanplantingen op deze eilanden (want de enkele boompjes, die in de rantjak, ten noorden van de negri, aangetroffen worden, verdienen dezen naam niet) niettegenstaande daarvoor passende gronden in overvloed ge- vonden worden, verwondert des te meer, wanneer men ziet, dat de meeste- daken met nzpa-atap van Java gedekt zijn. Alang-alang wordt op de Karimon-eilanden weinig hiervoor gebezigd, waarschijnlijk omdat groote alang-alang-velden hier 200 goed als geheel ontbreken. Verlaten cultuurvelden worden hier, op de meeste plaatsen, weder door wildhoutbosch ingenomen. Zulke plaatsen vindt men aan den Legon Moto en op P. Kamoedjan, in de nabijheid van de pondok-passang bij de Kamoedjan-haai, die ik op de kaart aangeduid heb. De inlanders, intusschen door mij uitgezonden, om zaden van ipil te zoeken, kwamen, helaas, onverrichter zake terug. 9 December. Om 6 uur vertrok ik met den kapala en een patengan in een sampan, om het eiland rond te wandelen. Steeds toch is men door de vegetatie op vele plaatsen ge- dwongen, om den tocht, langs het strand, te voet aangevangen, verder per sampan of djoekoeng voort te zetten, wil men niet de kans loopen om zich de voeten te verwonden aan de scherpe karangstukken, die door de golven van den levenden rifrand afgescheurd en op het strand geworpen zijn. Elk nieuweling _ in zulke streken doet deze ondervinding meestal eerst op, door op onaangename wijze in aanraking te komen met de in het fijne zand van de kandasstrook (+) verscholen liggende karangtakjes. Wij voeren eerst in noordelijke richting langs de westkust NOE: een (Ú. Het Jav. woord Kandas beteekent ondiepte (Үвккрь, Jav. Nederd. Woordenb.). Zie hierboven. 70 Hier trof ik meest siinggi (Pemphis) met waroe-betoel Hibiscus“ en singkil aan. Slechts verstrooid tusschen deze zag ik угорі (Wollastonia?) еп bangka (Rhizophora). : Aan de noordpunt, 0. Batoe-lor genaamd, vindt men eenige klippen van een zwarten fijnkorreligen bazalt (Ne. 44 G.). Deze klippen verheffen zich landwaarts in tot een kleinen heuvel | van een paar meters hoogte, (stellig niet hooger dan 5 meter), welke dadelijk een geheel anderen plantengroei vertoont. Hooge djangkang (Sterculia foetida L.) en manireh-boomen met katang-poetih K. (Convolvulus) treft men hier veel aan. | Om vergissing te voorkomen moet ik hier echter opmerken, | dat de katang-poetih en de djangkang eveneens op koraalzand- gronden gevonden worden, en dus volstrekt niet als kenmer- | kend voor dezen bodem beschouwd mogen worden. De stompe 0. Batoe-lor gaat ongemerkt over in de lage vlakke, aanvankelijk uit koraalzand bestaande, oostkust. Hier. trof ik, behalve de gewone vegetatie, fraaie bloeiende exem- plaren aan van bintaro (Cerbera Odallum GAERTN.), bala-bala (Tournefortia argentea L.) en kapal-kapal (Hernandia sonora | | welke laatste door zijn eigenaardige vruchten dadelijk de aandacht trekt, vooral wanneer de wind door dit geboomte ` speelt en een vreemd dof geluid voortbrengt, hetgeen veroor- zaakt wordt door het tegen elkaar slaan van de vruchten. Verder waren hier dadap, waroe-laut en gaboesan zeer alge ` meen, zoomede een Ipomoea-soort n. |. de I. pes caprae ` L. Op eenigen afstand van het strand neemt men enkele hooge | iptl-hoomen waar. Deze uitnemende houtsoort, welke volgens | berichten van inlanders op Java moet ontbreken , komt, behalve | op Parang, op dit eiland nog їп enkele weinige exemplaret ` voor. Geen enkele boom draagt echter thans meer vruchte | Hiervan toch heb ik mij zelf overtuigd. Op de oorzaak werd | reeds vroeger gewezen. Op P. Parang worden nog enkel ` levende boomen gevonden, en op deze vestig ik mijn hoop. De | шепууе posthouder der Karimon-djawa-eilanden, de Heer Brout | | heeft mij beloofd moeite te zullen doe : 1 n, mij vruchten of rijp? 71 zaden van wil toe te zenden. De ipil is een 50 meter hooge boom, met zuilvormigen stam, welke eerst op een 15—20 М. boven den bodem de eerste takvorming vertoont. De middellijn, op borsthoogte, bedroeg bij de meeste exemplaren meer dan 1 meter. De schors is fijn en lichtgrijs. Meer zuidwaarts werd de kust steeds rotsachtiger en de horizontale koraalzandstrook smaller. Aan den oostelij- ken voet van den G. Nampoe eindelijk begint een steile 1—2 meter hooge kustwand van donkeren bazalt (N°. 45 en 47 G.), welke zich voortzet van af den landhoek van gelijken naam tot aan de zuidpunt van het eiland, de 0. Веюе. Deze rotsen vormen drie 10—15 М. hooge bergen, die geheel met dicht fraai bosch bedekt zijn. Hier vindt men hoofdzakelijk de hooge, thans vrucht dra- gende djangkang-boomen, welke bij voorkeur op P. Genting voor het maken van djoekoengs gebezigd worden. Verder ver- scheidene andere boomen, zooals: Poele (Alstonia), Manireh ( . 47 Djati-pasir (Cordia), Sintollong (.....?), Dadap-laut (Erythrina), Waroe-betoel (Hibiscus), Ketapang (Terminalia). De eerstgenoemde boomsoort komt meer landwaartsin voor dan de overige vijf. — Verder wordt hier zeer algemeen een gezellig groeiende kruidachtige varensoort gevonden. Hier zag ik eenige vogels als: Blekok (Ardeola?), Trinil (Tringae) , Dengkek (Alcedines.) Bidara-laut (Carpophaga bicolor бош), Wedi-wedi (Columbae) , en een paar Macropygiae. Toen wij de 0. Betoel voorbij waren en ons in noordelijke 72 richting langs de westkust huiswaarts begaven, had ik gele | genheid even de nabij gelegen koraal-eilandjes P. Sroeni en P. Sambangan aan te doen. Beide zijn geheel uit koraalzand ` opgebouwd, vlak, weder ongeveer 0,5 meter hoog, en geheel ` met kokospalm-aanplantingen bedekt. Wat de overgebleven vegetatie betreft, zoo bestaan slechts zeer geringe verschillen met de flora van het noordelijke koraalzand-gedeelte van P. Gent Hier worden gevonden: Tjemara (Casuarina), Waroe-laut (Thespesia), Waroe-betoel (Hibiscus), Stinggt (Pemphis) , Djati-pasir (Cordia), Boetoen (Barringtonia), Bala-bala (Tournefortia), enz. Alleen verdient opgemerkt te worden, dat А pa- pa ще nandia), bintaro (Gerbera) en ipil hier ontbreken. Aan de zuidwestkust van P. Genting wordt een breede | | strook bangka (Rhizophora) gevonden, welke met hedoedak M. : | (Sonneratia) ‘en walang-gade (Bruguiera) lage, ontoegankelijke, Í [ dichte wouden vormen. — Meer noordwaarts ontmoetten wij dezelfde strandvegetatie als onmiddellijk nabij de woning van den kapala. 3 Na mijn terugkomst ordende ik even het ver zamelde , waat- | onder een vrucht van pohon manireh ter grootte уаћ een kin- derhoofd, vele bloem- en vruchtdragende exemplaren vat | planten, waarvan ik tot nu toe slechts de bladeren had kunnen verzamelen, benevens fraaie poreuze, roodbruine bazalt val den bergrug in het zuiden van Genting (№. 46 G). De bergen van dit eiland, 5 in aantal, vormen een reeks. van zuid naar noord; daarvan liggen er 4 zeer nabij elkaar in de zuidhelft van het eiland. De vijfde, de С. Batoe-lot | | ligt aan de noordpunt van P. Genting, van de vorige door de vlakke koraalstrook gescheiden. De naam Genting is dan ( * voor dit eiland zeer juist gekozen (zie later). Naar het nij 75 toeschijnt, zijn de hergen van P. Genting alle uit jong eruptief- gesteente opgebouwd (N°. 44 tot 49 G... Met leedwezen nam ik afscheid van dit interessante eiland. Doch de tijd. drong, en reeds was door het woeste weder één dag zoo goed als verloren gegaan. Zoo besloten wij dan tegen half elf te vertrekken naar de negri. Wij zouden echter eerst nog even P. Koendoel en Р. Tjendikian aandoen. Het eerst arriveerden wij op P. Koendoel. Met een inlander klauterde ik tegen de steile, ordeloos over elkaar liggende , ge- heel naakte rotsblokken op. Een kleine varensoort, met leder- achtige bladeren, vormde, met een schrale grassoort, en een paar exemplaren van een-tengere kruipende Gucurbitacee , de eenige vegetatie van dit dorre eiland In een verholen hoekje tusschen de kleischiefer- en kwartsietblokken (N°. 2 en 5 G.). vond ik nog één dwergachtigen kalapaboom (Cocos) en een 1 voet hoogen dadap-doerie (Erythrina), welke beide, volgens mijn begeleiders, reeds een ouderdom van vele jaren bereikt moesten hebben, doch steeds even klein bleven. Wel worden hier, beneden aan de rotsen in de branding, vele levende koraal- soorten gevonden, doch de vlakke kandasstrook, welke alle overige eilanden omgeeft, ontbreekt. De reden hiervan is mij niet bekend. Wellicht is de groote hardheid van dit gesteente, dat met den bamer zeer moeilijk te verbrijzelen is, een der factoren, welke de vorming van deze horizontale strook in den weg staan. Ik herinner hier aan hetgeen Dana in zijn werk: Corals and Coral-Islands op pag. 197 mededeelt over de vorming van zulke strooken, welke hij kenschetschend „е shore-shelf” noemt. Daar ik, met het oog op ons kleine vaartuigje en de hooge zee, bij ons vertrek mijn aneroid niet had medegenomen, kon ik de hoogte van het eiland niet meten, en moest ik mij tevre- den stellen met eene ruwe schatting. Naar ik meen zal de hoogte hoven zee van P. Goendoel ongeveer 30 meter bedra- 74 gen. — Het eiland bestaat geheel uit kwartsieten en klei. schiefers met witte kwartsgangen. | Voor P. Tjendikian bleef nu niet veel tijd over, wilden wij nog dezen avond de negri bereiken. Ik stelde mij daarom tevreden met een wandeling langs het zuiderstrand en door een gedeelte van het binnenste van het eiland. Daar hier de cultuur (vooral koedoe) alle oorspronkelijke vegetatie heeft doen verdwijnen, en de resten langs de kust geene bijzondere ver schillen opleverden met de flora van de meeste andere koraal eilanden, vertrokken wij spoedig huiswaarts. Voordat wij afscheid nemen van P. Tjendikian moet ik nog aanteekenen, dat wij hier weder een typisch koraal-eiland voor ons hebben, vlak, hoogstens 0,5 М. boven zee en geheel uil. fijn, wit karang- en schelpzand bestaande, dat, tot een diepte van eenige centimeters, door humusdeelen een grauwwitle kleur heeft verkregen. | Toen wij ons ten zuidoosten van P. Tengah bevonden, wet den wij plotseling door zulk een storm overvallen, dat er ter nauwernood tijd was om het zeil te strijken (hier meer e | der oprollen). : Gelukkig bevonden wij ons nabij de kust van Kamoedjan en stuurden recht hierop aan. Wij besloten ons naar de kleine pondok aan de Kamoedjan-baai te begeven, om daar te over I nachten. | 10 December. Hoewel wij ons voor dag en dauw OH weg begaven, bereikten wij eerst om half één de negri, ат 1 wij steeds met sterken tegenwind te kampen hadden. | Door dit oponthoud en de aanhoudende regens hadden wit collecties natuurlijk zeer veel geleden. : Op de negri teruggekeerd, hield ik mij verder onledig met het etiquetteeren en ordenen van het verzamelde. d Dezen avond ontving ik bericht, dat, wilde ik spoedig in Djapara aankomen, ik het beste deed met nog een dag | Ч wachten, daar de zee te onstuimig en de wind te sterk was. 11 December. Daar de kruisboot toch nog niet vertrekken 75 kon, gebruikte ik dezen dag om eene exeursie te maken naar het kleine djati-bosch, dat zich aan den zuidwestelijken voet van den @. Gendera bevindt. Den naam Gendera (verbastering van bendera = vlag) heeft deze berg gekregen, doordat, naar hetgeen oude inlanders mij mededeelden, hier op den top, in vroeger tijden (tijdens het Engelsche tusschenbestuur) een wachthuis met een vlag geplaatst was. Toenmaals waren aldaar steeds een paar wakers aangesteld, op den uitkijk naar rooversprauwen. In dien tijd en zelfs nog in de jaren 1840—1850 hadden de bewoners dezer eilanden zeer veel te lijden van zeeroovers. Wellicht zijn de zoogenaamde Kramat, heilige graven, op P. Parang en op P. Kamoedjan (0. а. aan den Legon klowak) uit dezen tijd afkomstig en bevatten zij misschien niet anders dan de lijken van in den strijd tegen de zeeroovers gesneuvelden, misschien wel van de zeeroovers zelf. En nu gaat de vrome eilandbewoner naar deze graven om te offeren, veronderstellende, dat hier een heilige rust. Hoewel de tocht slechts enkele uren duurde, waren de resultaten zeer loouend. Van vele plantensoorten verkreeg ik bloeiende of vruchtdragende exemplaren, welke in mijn her- barium tot nu toe slecht vertegenwoordigd waren. Zoo vond ik thans bloeiende hadem-hati- en bintanggor-boomen. Verder verzamelde ik de vruchten van roko-roko (Rhodamnia) en van den wilden nootmuskaatboom , palak (Myristica), en vond ik aan den voet van den G. Gendera eenige varens, waar- onder een fructificeerende, zeer fraaie, klimmende soort, welke langs den weg bij het inlandsche kerkhof in heggen en in het struikgewas in groot aantal voorkomt. Verder ontmoette ik hier vele andere bekende planten, Waarvan de verschillende species waarschijnlijk met de Javaan- sche indentisch zullen blijken te zijn. — Ik wil mij echter voor- zichtigheidshalve tot het genus bepalen. Algemeen waren hier: Klinoe (Grewia) , Gelap (Clerodendron), Wiroe (Licuala), Manggissan (Calophyllum). Laban Vitex) Senggani (Melastoma, echter niet de in de residentie Djapan zeer algemeen voorkomende M. polyanthum Br.) Deze plante vormden kleine struikboschjes rondom de tuinen van de negri Van het inlandsche kerkhof, alwaar een paar groote djoewi boomen gevonden worden, voert ons een smal voetpad don | heesterboschjes, die bijna geheel uit de zooeven genoemde Me lastoma bestaan. 7 Hier bevindt zich het djatibosch, dat oorspronkelijk wel licht 10 bahoe groot was. Thans echter worden nog slech een paar bahoe gevonden, afgezien van de enkele halfdoo | exemplaren, die hier en daar in dicht laag wildhoutbost | verstrooid staan. Het geheel heeft een treurig aanzien. Flinke rechte zware stammen worden niet gevonden en sching hier nimmer geweest te zijn; anders toch moest met . stronken nog vinden. " Hoogere en zwaardere boomen dan van 10—15 М. en 20 Ш. hoogstens 50 c. M. ontbreken hier. 4 Meestal is de top van den boom dood en is deze zelf krou en vol takken laag bij den grond. Waarschijnlijk zijn hier de grondsoort en de zeewind de hoofdoorzaken van het slechlt gedijen der djatiboomen. | Dit bosch is het overblijfsel van een aanplant, welke mot aangelegd geweest zijn onder Micnarowsky, den сег. posthouder dezer eilanden. Naar het mij toeschijnt heeft е | djati, welke ор P. Kumoedjan in voorkomt, een gezonder aanzien. Wil men op deze eila E | aanplantingen van boomsoorten aanleggen, dan verdienen hi wellicht, boven djati, ipil, bintanggor, me ggissan, enz. de voo — | Doch voorloopig kan hiervan moeilijk sprake zijn en Í het wenschelijker zijn voor de welvaart dezer eilanden, d naar middelen worde omgezien, om boschdeelen, in elk ge de lager gelegene, in akkers te veranderen. E In de rantjak, welke ten noorden de negri begrensa mati 77 groeien, behalve de troetjoek (Delivaria ilicifolia Juss.) , doedok (Myrsineae) en bangka (Rhizophora), een hooge kruidvarensoort en enkele nipa-boomen. Bij mijn afscheidsbezoek aan den djaksa vernam ik enkele interessante gegevens aangaande de geschiedenis dezer eilanden, welke ik hier wil meedeelen. Toen ongeveer een eeuw geleden het hoofdeiland nog geheel met bosch bedekt was en de horizontale strook, waar thans de negri gevonden wordt, met 746 inwoners in 179 huizen (8), nog niets dan een woest strandmoeras was, bevolkt door talrijke krokodillen, bestond er reeds een nederzetting op het eiland P. Mendjangan-besar. Alle andere eilanden waren eveneens nog onbewoond. De Mendjanganeezen hielden zich toenmaals uit- sluitend bezig met de vischvangst en met den uitvoer van tripang (Holothuridae) en schildpad (penjoe-betoel). Landbouw werd weinig of niet bedreven. Later toen de Heer MicnaLowsky met het bestuur dezer eilanden belast werd, werd de grondslag gelegd voor de stichting van de tegenwoordige negri. Met dwangarbeiders werd het moeras in een bewoonbare streek veranderd. Wegen werden aangelegd, en tjemara-, аззет-, djamboe- en manggaboomen erlangs geplant. Deze fraaie, breede. thans door hooge boomen omzoomde, wegen dragen zeer veel bij tot den aangenamen indruk, welke dit nette dorp op ieder nieuw aangekomene maakt. Daarna trok zich de bevolking van Mendjangan, wegens gevaar van zeeroovers, terug naar de nabij de »Pantjoeran” gelegen gronden (op P. Karimon-djawa). _ Het veelvuldig voorkomen van vergiftige slangen maakte echter deze omgeving zóó onveilig, dat langzamerhand de bevolking zich op de nieuw ontgonnen, uit karangzand bestaande strook, nederzette. ` Het bleek toch, dat dáár geene, of hoogst zeldzaam, vergiftige slangen voorkwamen. Daarop werd de tegenwoor- ——— (4) Zie Mr. Метмак in Tijdschr. voor Taal-Land-en Volkenkunde van 1885. 78 dige fraaie woning van den Posthouder gebouwd op den , Benteng nabij het verlaten Portugeesche (1) fort. || De eerste van alle kalapa-aanplantingen is die op P. 1 djangan-besar geweest, welke aangelegd werd door den Hew MicuaLowsky, en welke bezitting nu van posthouder tot post) houder overgaat. Van wanneer de ontginningen op de andere eilanden, zooals P. Klejang , P. Boeroeng, enz. dateeren, ismi onbekend gebleven. Alleen vernam ik, dat de lage bosschei | op P. Kamoedjan. nabij de baai van dien naam, vroeger akkeri waren, waar padi-gaga en djagoeng met kalapa en hoede geteeld werden door een Arabier. Na diens dood (voor ” dertigtal jaren ongeveer) werden deze velden weder verlaten 12 December. Heden avond zou de kruisboot onder zeil ga om dan tegen den volgenden morgen іп Djapara aan te komet Doch er kwam zulk een woeste wind met stortregens opzetten: dat aan uitzeilen niet te denken viel. || 15 December. Ook dezen dag wilde de djoeragan wegen het noodweer niet uitzeilen. Eerst des nachts om 5 u werd, op mijn uitdrukkelijken last, het anker Ww e zetten wij, onder een zeer sterken noordwesten wind, kW. naar Java. || 14 December. In de кететіні was ег zeer weinig Tegen den avond echter kwam de wind opzetten en des wakkerde tot zulk een storm uit het noordwesten aan, Т d wij zeer nabij Djapara den boeg moesten wenden, om IT ten noorden van de ankerplaats op de kust te worden geworben Om half zeven passeerden wij gelukkig het door een kus” omringde eiland Mandelika (alwaar thans een vuurtoren en stevenden verder oostwaarts. | 15 December. Toen ik dezen morgen om 5 uur op pot kwam, vernam ik, dat wij ons nog in het ondiepe Ч? water ten oosten van Oedjong Boegel bevonden. Om 7 uur was er wind genoeg om de reis te vervolg? () In de stad Djapara en aan de noordkust dezer residentie, nabij ded | | Metawar, worden eveneens Portugeesche forten gevonden.. | | | 3 | | 79 en werd naar de reede koers gezet. Jammer maar, dat de djoeragan onze boot om 5 uur in den namiddag op een on- diepte (van slib) vastzette en daarna mij lakoniek mededeelde , dat er geen kans was om vóór middernacht (met hoogwater) weder los te geraken en binnen te komen. Onmiddellijk gaf. ik hierop last de kleine sloep te bemannen en liet mij toen naar den vasten wal pagaaien. Op vele honderden meters van den vasten wal is het water hier 266 ondiep, door aanslibbing van de kali Djoewana, dat zelfs onze kleine sloep verscheidene malen bleef vastzitten op de modderbanken. De groote delta’s vertoonden een zeer eenvoudigen planten- groei, hoewel alles dicht met struikgewas bedekt was (hoofd- zakelijk Rhizophoreae met Aegiceras-soorten, Avicennia offici- nalis en Delivaria ilicifolia). Om 5 uur stapte ik aan den »Boom” te Djoewana aan wal en begaf mij naar Pati, waar ik nog denzelfden avond aankwam. ІШІ BOTANIE. (Collectie В.) S 1. Aanteekeningen over het nut van eenige planten, door de bewoners der Karimon-djawa-eilanden daaraan toegeschreven. 1. Djati К. (1) (Tectona grandis L.). 4 Komt voor op: P. Karimon-djawa, ten noorden van de neg, aan de zuidwestpunt van het eiland (een dertigtal ja en geleden hier ingevoerd) en op P. Kamoedjan, in het noordoos | ten bij den Legon Kamoedjan (eveneens aangeplant); ontbreekt | verder op alle eilanden totaal, niettegenstaande het geen zel 1 zaamheid is, dat djatibalken van Java hier aangespoeld мог | den. Opmerkelijk is verder, dat hoewel de djatiboomen op | beide eilanden reeds sedert verscheidene jaren vruchten draget и toch op geen der overige 25 eilanden (ook niet op die, welke | eilanden gelegen zijn, en waar dus zonder twijfel soms zaden | aangedreven zullen zijn) djatiplanten worden aangetroffen . Over | de djaticultuur op deze eilanden vergelijke men afd. H k dit Verslag. 1 De flora van het djatibosch op Karimon-djawa is arm T 1 die vormen, welke er op den vasten wal van Java bijna ker merkend voor zijn en die met recht de djatibosch-flora genoemd worden. | 0) | De letter K. achter de “yeas namen beteekent: op de Ка! ino | djawa-eilanden aldus genoem | 81 Vergelijken wij nu de Йога der djatibosschen, zooals wij deze opgeteekend vinden in: De djatibosschen op Java door den Inspecteur van het Boschwezen in Nederlandsch-Indié J. W. H. Cordes” met de planten, welke wij hier in het door cul- tuur ontstane djatibosch aantreffen, dan zien wij spoedig , dat bijna al die tvpische vormen ontbreken. Zoo worden hier теі gevonden de volgende in bovenbedoeld werk opgenoemde planten: Walikoekoen J. (Schoutenia ovata Ковти.), Ploso J. (Butea frondosa Вохв.), Kesambi J. (Schleichera trijuga Wun. Sempoe J. (Dillenia aurea Su.), Pilang J. (Acacia leucophloea Wırn.), Sengon J. (Albizia stipulata Вехтн.). Weroe J. (Albizia procera Вехтн.), Kot J. (Acacia spec.), Klampis J. (Acacia tomentosa УУлла.), Pong J. (Dichrostachys cinerea Wiaur & Авх.), Talok J. (Grewia inaequalis Br), Dalingsem J. (Blackwellia tomentosa Укхт.), Woengoe J. (Lagerstroemia reginae Вохв.), Kendajakan J. (Piliostigma acidum Вемтн.). Trenggoeli J. (Cassia fistula L.), Temoe J. (Curcuma spec. div.). Koentji J. (Kaempferia spec. div.), Tepoes J. (Elettaria spee. div.), Bamban J. (Maranta dichotoma WIL.) Patjing J. (Costus speciosus Вмитн.), Angkreh J. (Phrynium spec.), Lempoejang J. (Zingiber amaricans B.). Opo-opo J. (1) (Flemingia congesta Вохв.). Kelepang J. (Cassia alata L.), Sogo-loenteng J. (Abrus melanospermus Нк.), Telang J. (Clitorea terneatea L.). enz. 5 D (1) Wel wordt hier айрап J., de Flemingia strobilifera, gevonden. Al deze planten zijn door mij, zonder uitzondering, aan. getroffen in de djatibosschen van de residentie Djapara, en het mag dus zeer merkwaardig genoemd worden, dat geen enkele dezer planten op de Aarimon-djawa-eilanden in het djati- bosch aangetroffen wordt. Bovenstaande soorten ontbreken zelfs in deu geheelen Karimon-djawa-archipel. Hoogstwaat- schijnlijk staat dit in verband met de minder gunstige stand- plaats (bodem en klimaat) voor de planten, welke gewoonlijk den djatiboom in den natuurstaat vergezellen, zoodat deze streken ook voor den djatiboom zelf geen gunstige groei plaatsen bezitten. Want men kan toch moeilijk aannemen, dat niet nu en dan enkele zaden dezer planten, van het nabij gelegen Djapara, door vogels, wind, enz. naar deze eilanden zouden getransporteerd zijn geworden. En daarom kan het ook geen verwondering baren, dat men thans zulke treurige resultaten ziet van de indertijd aangelegde im aanplanten. 2. Klinoe К. (Grewia Blumei Hassk.) : Komt voor op: Р. Karimon-djawa en Р. Kamoedjan. Elders | nergens aangetroffen. Van deze houtsoort wordt alleen brand- hout gemaakt op deze eilanden. 1 5. Mamplong К. (Calophyllum mophyllum L.) у Komt voor op: P. Karimon- -djawa, P. Хангай: Р: Parang, | P. Gentings, ent.: niet op P. Batoe en P. Goendoel. Vooral ge. bruikt voor djoekoeng (vaartuigen uit een uitgeholden boomstam gemaakt) en gadings (knie-houten) voor sampans en prauwen. Uit de vruchten wordt soms lampolie getrokken: dit ми vooral op P. Genting en P. Parang. Л 4. Laban K. (Vitex pubescens Nam. 7. 5 Komt voor op: P. Karimon-djawa, Р. Kamoedjan en P. Genling. Boom. Het hout is zeer gezocht voor stijlen . huis raad, enz. | 5. Waroe-lant (Thespesia macrophylla Br.) | Komt voor op: P. Karimon-djawa, Р. Sintok, Р. Parang en verder op alle overige eilanden, behalve op Р. 7А 85 en P. Batoe. Boom. Het hout dient voor gadings van sampans еп prauwen, soms ook voor lansstokken. De schors wordt niet, zooals die van de waroe-betoel. voor touw gebezigd. 6. [ри K. (Intsia? Pterocarpus?). homt voor op: P. Genting en P. Parang. Hooge boom. Het hout is uitmuntend van qualiteit voor de meest ver- schillende doeleinden. Vooral voor planken, kasten, tafels, enz. uitnemend geschikt. Voor prauwen is het hout echter minder doelmatig, omdat het nog al veel te lijden moet hebben van den paalworm (oelar-laut). Door rajaps echter zou het hout niet, of hoogst zelden, aangetast worden. De ри is de fraaiste houtsoort van deze eilanden en zou in deugdzaamheid voor het djatihout nauwelijks behoeven onder te doen. Op Java wordt het gezegd te ontbreken; op geen der overige eilanden komt deze boom voor. Zie verder afd. H van dit Verslag. De boom gelijkt eenigszins op sono J. (Pterocarpus indica W.), doch heeft andere bladeren en ander hout. | 7. Ingas К. (Gluta Benghas L.) Komt voor ор: Р. Karimon-djawa, Р. Sintok, Р. Kamoedjan en P. Матов. Elders niet waargenomen. Boom. Het hout wordt hier veelvuldig voor blandars en midangans (dwarsbalken) gebezigd. Het wordt echter spoedig door rajaps aangetast en wordt daarom nooit voor stijlen gebruikt. 8. Roro-roko К. Rhodamnia Nageli Мю.) Komt voor op: P. Karimon-djawa, P. Kamoedjan. Lage boom. Wordt hier bijna uitsluitend voor stijlen gebezigd; verder ook voor doode paggers. De rijpe vruchten worden rauw genuttigd om den aangenamen, eenigszins rinschen smaak. 9. Marmosodo К. of Klimosodo K. of Krimosodo К. (Cordia subcordata Lan.). Komt voor ор: P. Karimon-djawa, Р. Kamoedjan, enz. langs de kusten. Wordt in het binnenland nimmer aangetrol- 84 fen. Op alle eilanden, behalve op Р. Goendoel en P. Ba Lage boom. Het fraaie zwart gevlamde hout is vooral voor stoelen en tafels zeer gezocht. De bladeren worden soms, | gebrek aan sirih-bladeren (Chavica Betle Мю.) gebruikt bijhe sirih-kauwen. 10. Tjoekilan К. (Schmiedelia). E Kom! voor op: P. kKarimon-djawa, P. Kamoedjan, P. tang, enz.: op P. Goendoel en P. Batoe niet. Lage boom. lle hout dient alleen voor scheeden van goloks (kapmessen) # krissen, soms ook voor wandelstokken. : Komt voor ор: P. Karimon-djawa: ontbreekt op alle ove eilanden. Lage boom. Het gebruik van het hout is veelzijdig. Voor planken en bij huisbouw zeer gezocht, wanneer grat afmetingen vereischt worden. Het wordt echter spoedig doof witte mieren aangetast. 3 12. болдог до К. (Bouea Gondaria Br.) Komt voor op: P. Karimon-djawa, elders nergens. Bom Het hout wordt soms gebruikt voor huisraad en huishou. ` = DM echter niet zeer duurzaam zijn. | Djambon К. (Vaccinium?) 1 се) voor ор: Р. Karimon-djawa еп Р. Kamoedjan. Elle nergens | waargenomen. Lage boom. Het hout dient SI voor oesoeks (daksparren), doch meestal alleen voor фи. | (brandhout), dat in stukken van één el gekapt, en di naar Semarang, Tegal, enz. wordt uitgevoerd. Bij | tripangvisseherij worden verder veel djambon-hout-fakkes | gebezigd. 14. Manggissan K. (Calophyllum dasypodum Мю.) | Komt voor op: P. Karimon-djawa. Ontbreekt verder op " | overige eilanden geheel. Fraaie boom, met slanken lf f migen stam (20 M. hoogte). Roeiriemen worden uitslaitend Y? dit hout vervaardigd. Met het oog hierop wordt elk jaar ё groot aantal stammen geveld en zijn slanke, hooge boomen vele plaatsen aan de kust van het hoofdeiland reeds vrij schaars 85 geworden. — Kleine boomen treft men hier echter aller wegen nog in grooten getale aan. 15. Laboe-laboe К. (.......?). Komt voor op: P. Karimon-djawa. Elders uiet waargenomen. Boom. Voor planken van prauwen en huizen wordt het hout soms gebezigd. 16. Gelam K. (Melaleuca L.: M. minor мин vel nova Spec.). Komt voor op: Р. Karimon-djtwa. Ontbreekt verder op alle eilanden. Lage boom. De schors (het meest waardvolle gedeelte van dezen boom) wordt uitsluitend gebezigd voor het breeuwen van sampans en prauwen en wordt soms, hoewel niet in groote hoeveelheden, uitgevoerd naar Java , vooral naar Diapara, waar deze boom niet zoo algemeen is als op enkele deelen van het hoofdeiland (zie verder afd. И. van dit Verslag. Een der door mij verzamelde gelam-soorten is wellicht de bekende М. Cajuputi Roxs. Door de minder volledige be- schrijving in Mique. was hieromtrent voorloopig geen genoeg- zame zekerheid te krijgen. Over het nut, zie verder Finer, pag. 105. Іп Bischor Greverink wordt de Melaleuca minor Змин, niet besproken. 17. Hadem-hati К. (Acronychia arborea Br.) Komt voor op: het Hoofdeiland. Verder door mij nergens waargenomen. Boom. Het hout heeft alleen als kodjor (zie №. 15) eenige waarde. 18. Sintok К. (Tetranthera hypoleuca Мю)? Komt voor op: P. Karimon-djawa P. Kamoedjan P. Sintok. Ellers niet. Boom. Het hout dient alleen als brandhout. 19. Bintanggor К. (Calophyllum spectabile Мир). komt voor ор: Р. Karimon-djawa, doch ontbreekt op de overige eilanden, met uitzondering van enkele exemplaren op Kamoedjan, Boom. Zeer algemeen op het hoofdeiland. Het hout is bijzonder gezocht voor daksparren (oesoek). Jaarlijks heeft hiervan een belangrijke uitvoer naar Semarang, Tegal, Cheribon, enz. plaats. De prijs bedraagt dan f 12,50 86 de 1000 stuks, geleverd op den vasten wal van Java (tit verder § 2). 20. Wedoessan К. (........?) Komt voor op: Р. им en Р. Kamoedjan. boom. Het hout dient alleen voor zeer dunne daksparren ( dikte van 1 —5 е. М. middellijn met de schors). J ?) Komt voor op: P. Karimon-djawa en P. Kamoedjan. Elden niet waargenomen. Boom. Voor paggers en wandelstokken soms het hout gebezigd. Verder gebruik is hier onbekend. 22. Palak К. (Myristica spec.) à Komt voor op: P. Karimon-djawa. Ontbreekt op de over ‘eilanden. Gebruik wordt van het hout, enz. niet zemaa De vruchten missen de geur, welke men aan de gecultiveë pala-soorten waarneemt. 25. Lempeni (К. Climacandra obovata Mio)? komt voor op: P. Karimon-djawa , P. Катое ап, enz. N op P. Goendoel en Р. Batoe. Lage boom. Het hout hé alleen eenige waarde als Aodjor. De rijpe, zoet smake vruchten worden rauw genuttigd. 24. Koeda-koeda К. (Spathodea Rheedii Br). Komt voor op: P. Karimon-djawa. Verder op geen en eiland. Boom. Uit het lichte, wit gekleurde hout wor algemeen de drijvers vervaardigd voor djarings (vischnet zie afd. IV. van dit Rapport). 25. Kapal-kapıl К. (Hernandia sonora L.) Komt voor op: P. Karimon-djawa , P. Genting, enz. Vel ontbreekt de kapal-kapal-boom op P. Tengah, P. Ketjil P. Tjemara-besar. Boom. Uit den stam worden drijfhouten v vischnetten gemaakt. Dit hout moet beter weerstand kunnen! | den aan den vernielenden invloed van het zeewater, dan vorige soort, en is daarom meer gezocht dan de Spatho 27. Ojot-toebak К. (Milletia У) Коти voor op: Р. Kar -djawa en P. Genting. Elders nergens У“ genomen. Slingerplant met doornloozen. houtachtigen stens : 87 De wortels en stengels worden murw geslagen eu dan in hel water geworpen, waarop de zich in de nabijheid bevindende visschen spoedig bedwelmd worden. Vooral voor de vangst van ikan-lele K. wordt deze soort van toebak benevens een andere. uit Celebes ingevoerde soort, algemeen gebezigd. 29. Dadap-laut К. РарШопасеае“. Komt voor op: P. Karimon-djawa , P. Genting, Р. Kamoedjan eu enkele andere eilanden. Boom. 55. Djangkang К. = Kepok K. (Sterculia foetida L.) Kom! voor op: P. Parang, P. Genting, P. Karimon-djawa en P. Njamok. Ontbreekt elders in dezen archipel. Hooge boom. Uit den stam worden veelvuldig djoekoengs gemaakt. 56. Kalapa K. (Cocos nucifera L.) Komt voor op: alle eilanden van dezen archipel met uil- zondering van P. Batoe. Op Р. Goendoel zelfs groeit één klapperboom. De Кара eu de koedoe К. (Morinda citrifolia L.) zijn thans de belangrijkste caltuurgewassen van dezen archipel. De laatste om de bekende roode kleurstof. welke daaruit verkregen wordt. 57. Assem K. (Tamarindus indica L.) Komi voor op: P. Karimon-djawa, P. Parang, P. Genting P. Kamoedjan, P. Sintok: Elders niet waargenomen. Boom. Gebruik als op Java. 49. Djamboe-kloetok K. (Psidium Guajava L.) Komt voor op: P. Karimon-djawa P. Kamoedjan, P. Sintok en op de meeste andere koraal-eilanden. De rijpe vruchten worden rauw gegeten. ' 54. Riboeng К. (Areca spinosa van HasskLT ') Кот! voor op: P. Karimon-djawa. Elders niet waargenomen. Uit het hout worden spijkers voor vaartuigen gemaakt. Deze palmsoort is door mij alleen aangetroffen geworden op het hoofdeiland; daar echter wordt de riboeug gevonden van het oppervlak der zee af tot op den top van den ongeveer 1000 voet hoogen G. Pasarehan. Tot mijn leedwezen zijn de bloe- men en vruchten, ten gevolge van hel ongunstige weder, voor | 88 ; | mijn verzameling уемотеп gegaan en hierdoor is de -— van den naam onzeker. | 55. Ketapang К. (Terminalia Catappa |.) Komt voor op: P. Karimon-djawa, P. Genting en op de — overige koraal-eilanden. De rijpe vruchten worden rauw gegeten. | 56. Djarak merah К. (Ricinus communis L. var. rubra). | Komt voor op: P. Karimon-djawa P. Kamoedjan. Elders niet waargenomen. Uit de vruchten wordt lampolie getrokken. 58. Toeri K. (Agathi grandiflora Desv.) | Komt voor op: P. Karimon-djawa. Elders niet waargenomen De schors wordt uitsluitend en zeer algemeen gebezigd voor het inwrijven van vischlijnen, pantjing-ladoeng . pantjing-doedoel aie afd. V van dit Verslag). De fijn gewreven bladeren worden tegen hoofdpijn op het voorhoofd gesmeerd. 59. Djarak-poetih K. (Ricinus communis L. var. alba). Komt voor op: P. Karimon-djawa. Elders niet waargenomen. - Uit de pitten wordt olie getrokken. | 72. Bajem-lanang К. of Bajem К. (acalypha indica L.) Komt voor op: P. Karimon-djawa, P. Kamoedjan. Elders niel - waargenomen. De geheele plant wordt, gekookt, als groente gegeten. | 79. Rasoelo К. (Nipa fruticans Warne.’ Komt voor op: P. Karimon-djawa, P. Kamoedjan | bij P. КО еп ontbreekt elders. De bladeren worden algemeen als atap (voot daken) gebruikt en voor dit doel uit Java aangevoerd , niettegen- : staande overvloed van voor deze cultuur geschikte gronden le vinden zijn op P. Kamoedjan, P. Genting en andere eilanden 88. Banbang-wétan К. (Dendrolobium umbellatum W. et A. | Komt voor op: P. Karıimon-djawa, P. Kamoedjan , P. Sintok. | P. Parang; niet op P. Batoe en P. Goendoel. Alleen het hout wordt soms voor brandhout (kodjor) gebruikt. : 90. Веоетак К. (Conyza indica. Bi.) Komt voor op: P. Karimon-djawa , ет elders. De jonge bladeren worden, rauw en gekookt, als groente gegeten. : 101. Lampes K. (Ocimum basilicum Глум.) : (pt. dup e ae 89 Komt voor op: P. Karimon-djawa. Elders niet waargenomen. Kruid. Een afkooksel van deze plant wordt hier gedronken tegen koorts. 105. Lagoendi К. (Vitex trifoliata L.) Komt voor op: Р. Karimon-djawa, P. Genting Р. Kamoedjan , P. Parang. Elders niet waargenomen. Struik. Een aftreksel der bladeren wordt tegen koorts gedronken. 107. Stinggi К. (Pemphis acidula Forst.) Komi voor op: P. Karimon-djawa, P. Kamoedjan, P. Beng- koewang en verder op alle koraal-eilanden langs de kusten. Laag boompje. Dit hout wordt uitsluitend voor ankers van sampans en prauwen gebezigd. 156. Sawo К. (Mimusops Kauki Lans.) Komt voor op: P. Benkoewang. P. Minjawahan, P. Kembar. Boom. Be rijpe vruchten worden rauw gegeten, en het hout soms als timmerhout (voor meubels) gebezigd. — Ор P. Kembar komt deze boom in buitengewoon groot aantal voor. 148, Waroe К. of Waroe-betoel К. (Bibiseus tiliaceus L.) Komt voor op: P. Bengkoewang, Р. Sintok, P. Karımon-djawa, Р. Parang, Р. Genting en P. Njamoh. Ontbreekt elders. Boom. Uit den bast wordt een zeer sterk touw gemaakt. dat /oeloep genaamd wordt en zeer veel gebezigd wordt voor de meest verschillende doeleinden. De bast van de waroe-laut К. (№. 5.) is hiervoor ongeschikt. 171. Walang-gade К. (Brugiera cylindrica Br.) Komt voor op: Р. Genting, P. Parang, P. Kamoedjan en eenige andere koraal-eilanden. Lage boom. Tamelijk groote hoeveelheden kodjor (brandhout), van deze houtsoort af komstig, worden jaarlijks naar Java uitgevoerd. Tegenwoordig wordt echter veel brandhout gebruikt door de op het hoofdeiland opgerichte kalkbranderij. 175. Kedjondang К. (Aroideae). Komt voor op: alle eilanden met uitzondering van Р. Goendoel en P. Batoe. Kruid. De wortelknollen, ter grootte van een kinderhoofd, worden geroosterd gegeten, na eerst х 90 uitgekookt te zijn. Het gebruik van dit voedsel is hijzonder algemeen. In den oostmoesson worden deze wortelknollen verzameld en voor 7 gulden den picol verkocht (op de ge Het moet een bijzondere smakelijk voedsel zijn. 174. Patéhan K. Euphorbia spec.) Komt voor ор P. Minjıwahan, P, Sintok, P. Parang eu [1 enkele andere koraal-eilandeu. Kruid. Bij oogziekten druppel men het melksap uit de plant in het oog. De patêhan-poelik К. (Хо. 205) is Wopen niet te gebruiken volgens de inlanders 226. Manireh R лу?) i Komt voor op: P. are P. Kamoedjan, P. -——— й P. Bengkoewang. Elders niet waargenomen. Воот. Men № zigt het hout gaarne voor sampanplanken. Л 246. Bidara-laut К. (Ziziphus?) 5 Komt voor op: P. Sintok, P Katany en Р. Tjendikijan Elders niet waargenomen. Doornige struik. De rijpe vruch ten, welke de grootte en kleur van gele pruimen hebben, worden rauw gegeten om den verfrisschenden smaak. Wat de verdere nuttige planten aangaat, verwijzen wij nat het tweede deel der volgende paragraaf. 4 $ 2. Opmerkingen. 1 Boschbouw. Over de cultuur van den djatiboom hebbeu wij reeds uff voerig gesproken. Er blijft ons dus nog alleen over, de Wer | houtbosschen dezer eilanden eenigszins uitvoeriger te резсїи 8 Terssuans deed in Juni 1854 een reis naar deze eilanden doch bezocht alleen Р. Kariwon- djawa (en wel enkel de zuid we punt) en groot- en klein-herten-eiland (P. Mendjangan 1 | P. Mendjangan ће. De resultaten zijn echter zeer interesse en stemmen geheel overeen met mijne onderzoekingen. 91 bijna alle door hem opgenoemde timmerhoutsoorten heb ik hout- monsters of herbarium kunnen verkrijgen (zie collectie B). Теѕмахх noemt in het »Uittreksel uit het dagverhaal van een reis door Oost-Java, Karimon-Java en Bali Boleling in 1884” de volgende boomsoorten als bijzonder fraai timmerhout opleve- rende: »Klimosodo of Marmosodo К. (Cordia subcordata Lam), »Njamplong К. (Calophyllum Blumei Trvsw.), Sawo К. (Mimusops »Kauki L.). Kamoening К. ‘Muraya exotica L., Waroe-laut К. »(Thespesia macrophylla Br.. Laban К. (Vitex pubescens Vaur.” » Randoe-koening К. (Alstonia spec, Katimongoh K. (Kleinhovia »hospita L.), waarvan het fraaie kajoe-pellet (gevlamd hout) ge- »wonnen wordt, Nangka K. (Artocarpus integrifolia L.) en volgens „opgave der inlanders nog de mij niet bekende namen: Manireh »K., Timon-daroe K., Ipil K., Semedang К., Rauw К. en Kapoe- »rantiok K.“ Aldus de opgave van тайый Van deze heb ik slechts twee soorten niet aangetroffen, nl. Muraya exotica L. en Kleinhovia hospita L., hetgeen echter volstrekt niet bewijst, dat deze boomen nu ontbreken. Verscheidene andere zeer nuttige houtsoorten werden door mij daarentegen op deze eilanden aangetroffen. welke door Твпямаху niet vermeld worden, nl. in de eerste plaats Bintanggor К. (Calophyllum spectabile WII p.). Van dit hout toch worden vooral oesoeks (dakribben; gekapt, welke in groote hoeveelheden naar Java uitgevoerd worden, en voor de bevolking een zeer belangrijke bron van inkomsten opleveren. Volgens opgave van den djaksa toch werden in 1885 van het hoofdeiland naar Java uitgevoerd 15000 oesoeks, een waarde vertegenwoordigende уап 900 gulden; de prijs van 100 dakribhen, op Java verkocht, bedraagt gemiddeld 6 gulden ‘varieert tusschen 5 en 12 gulden). Op Karimon-djawa is de prijs per 100 zelden meer dan 5 gld. Zooals wij reeds zagen komt deze houtsoort wel alleen op het hoofdeiland voor (zie Š 1 N^. 19). doch wordt daar nog in groote hoeveelheden gevonden Verder dienen genoemd te worden: Manggissan K. (Calo- phyllum dasypodum Mio. voor roeiriemen uitsluitend verkozen 92 en nog algemeen op het hoofdeiland voorkomend: Ingas K. (Gluta Benghas L) en djangkang K. (Sterculia foetida L) De bosschen van de Karimon-djawa-eilanden bestaan verder | uit de volgende houtsoorten, waarvan het meerendeel voor ver- schillende doeleinden nuttig gebruikt wordt: Gelam К. Mels. leuca minor Змтн vel nova spec.), Palak К. (Myristica Spec. Sintok К. (Tetrantera hypoleuca Mio. *) Klinoe К. (Gre wia Blume | Наззк.), Roko-roko К. Rhodamnia Nageli Mio). Tjemara К. Ca suarina equisetifolia Forst), Gondorijo K. (Bouea Gandaria Br), Hadem-hati К. (Acronychia arborea Br.), Walangan К. Herstiera | littoralis Davaxb. , Besi-besi К. (Pongamia grandifolia Morita | Koedu-koeda К. (Spathodea Diepenhorstii Mio). Kapal-kapal | К. (Hernandia sonora L.). Dapat-laut К. (Erythrina), Lempen | K.. Dewo-daroe К. (5, Walik-lar K., Wedoesan K., Wadan | К. (Pterospermum suberifolium L.). Waroe К. Hibiscus tiliaceus L.), Glochidion spec., Katapang К. (Terminalia catappa | L.), een paar Ficus- en Urostigma-soorten en eenige andere, die om hun gering aantal of de geringe waarde van het houl | hier niet genoemd hehoeven te worden. Tal van wildhout- | soorten, welke op den vasten wal van Java in de t° zone de wildhoutbosschen vormen, ontbreken hier geheel, zooals reeds in Š 1 onder №. 1. opgemerkt werd. | Verscheidene andere boomen. welke op Java in deze zone të huis zijn, worden hier eveneens niet gevonden. Zoo ontbreken op de Karimon-djawa-eilanden de volgende soorten: Tetrameles | nudiflora R. Bpr., Pterocymbium javanicum BENNET, Michelia ` pubinerva Br, Quercus sundaica Мю. en andere boo men, welke door 2 mij іш Шараға zijn waargenomen gem (1) Deze Dewo-daroe, door TEUSMANN Timon-daroe genoemd, wordt ook gevonden in de lijs t der nuttige houtsoorten van den Riouw-Lingga-archipe | zonder nadere wetenschappelijke bepaling. Het hout dient hier vooril he grafpaaltjes. Volgens de Karimoneezen is het gevaarlijk om dit hout GI SÉ te vervoeren, daar men dan zeker kan zijn van slecht weêr te krijg Pë zelfs veel kans loopt om te verdrinken. De bemanning van de kruisboot wille dan ook niet vertrekken, voordat de houtblok | lectie over boord geworpen waren. 23 ken Dewo-daroe vau mijn o 95 worden. Met uitzondering van Їр K. en Wadang K. komen al de hiervoor genoemde houtsoorten op het hoofd- eiland voor. In afd. H van dit Verslag schetste ik verder kort de boschflora van twee andere eilanden (Р. Genting en P. Parang', welke een minder eentonig karakter vertoonen dan de geheel uit koraalzand gevormde eilanden. Ook de vormenrijke boschflora van Р. Kamoedjan werd daarin kort besproken. Daar de hoogte boven zee van het hoofdeiland nauwelijks meer dan 1000 voet bedraagt, bestaat er slechts een zeer gering verschil in de verticale verbreiding der aldaar groeiende planten, en is dit alleen bij een nauwgezet onderzoek waar te nemen. Natuurlijke djati- en acacia-wouden worden op deze eilanden niet aangetroffen, evenmin komen hier uitgestrekte gras-(alang- alang- en glagah-) wildernissen voor. Het schijnt, dat de verlaten akkers hier weldra door wildhoutbosch in bezit ge- nomen worden. Het hoofdeiland en P. Kamoedjan leveren in dit opzicht toch vele voorbeelden, waarvan reeds vroeger werd melding gemaakt. Zooals hieronder zal blijken, werden bosschen van eenige uitgestrektheid alleen gevonden op 4 eilanden, nl. P. Karimon- djawa, P. Kamoedjan, P. Genting en P. Parang, terwijl bijna alle overige geheel of grootendeels met kalapatuineu bedekt zijn. Van deze verdienen thans echter alleen de bosschen van P. Karimon-djawa en P. Kamoedjan een nadere beschouwing, daar de andere eilanden weinig goed hout (behalve ipi K., wadang K. en djangkang K.) meer opleveren. De totale oppervlakte van de beide eerstgenoemde eilanden bedraagt ruim 5870 hectaren ( volgens de beste marinekaart) en nagenoeg deze ge- heele oppervlakte is met het wildhoutbosch bedekt, dat wij in den aanvang van deze paragraaf leerden kennen. Van beide eilanden is P. Karimon-djawa (5480 H. A.), zoowel door de grootte als wegens den rijkdom aan kostbare timmerhout- soorten, uit een boschbouwkundig oogpunt het meest belang- rijk, te meer, omdat later, wanneer de cultuur zich hier zal uitbreiden, het boschwezen tusschen beide zal moeten treden, om 94 te verhinderen, dat door te groote boschontginningen klimatok gische nadeelen voortspruiten , welke den waterrijkdom der beke in den oostmoesson bedreigen. Dit is een punt, dat, met het oog op de schaarschte aan stroomend (zoet) water in deze eilandengroep, later zeer de aandacht van het boschwezen zal verdienen. Thans echter is het beter de ontginningen op het hoofdeiland, en vooral op P. Kımoedjan , niet alleen voorloopig niet tegen (е gaan, doehtintegendeel te bevorderen. Tegen het kaalkap- pen der overige eilanden en het beplanten van deze met kalapa, koedoe en andere gewassen, kan het beschwezen wel evenmin hezwaar hebben. En naar mijne meening zal de welvaart ger bevolking bevorderd, en het gouvernement tevens meer gebaat worden, wanneer de boschontgiuningen niet alleen niet door beperkende maatregelen zullen worden bemoeilijkt, doch voor loopig van staatswege bevorderd worden. =. Landbouw. Е Onwillekeurig zijn wij hier reeds getreden op het дейігі. van den landbouw, en wel in het bijzonder op dat van het vraagstuk van de ontginning der beide grootste eilanden: P. Karimon-djawa en P. Kamoedjan. Aan de bespreking van enkele der belangrijkste factoren, welke de ontginning dezer eilanden thans in den weg staan, werden reeds vroeger in dit verslag eenige regels gewijd. Wij leerden daar, als ү 2 KS een der grootste hinderpalen , het groot aantal vergiftige slangen (vooral doedak-krawang) kennen. Een andere factor is hel ontbreken van ploeqvee. In het verslag van een reis naar de harimon-djawa-eilanden, van 22 tot 27 Augustus 1885, 86 maakt door den Resident van Djapara, den Assistent-Residen van Djapara en andere ambtenaren. lezen wij, dat de invoer van ploegvee voor de meerdere ontwikkeling van den land onmisbaar is. Reeds bestond het plan om hieraan gevolg | geven en wilde de Resident op eigen kosten eenige trek i n naar deze eilanden zenden. doch hiervan is tot heden, | verschillende redenen, niets gekomen. In het voorjaar , Wa de communicatie met den vasten wal beter i is, kan hieraan eerst 95 weder gedacht worden. Op de Karimon-djawa-eilanden worden thans geene karbouwen, sapi's. paarden of schapen gevonden, geiten slechts in zeer gering aantal. In 1854 zag TEUSMANN op het hoofdeiland talrijke exemplaren van wild rundvee, en hij deelt hieromtrent mede , dat dit afstammelingen zijn van sapi’s, die door den eersten posthouder dezer eilanden , den Heer MicnaLowskY. aldaar zijn ingevoerd geworden, en welke na diens vertrek verwil- derd waren en zich sterk vermeerderd hadden. En verder lezen wij: »Men maakt er soms jacht op, evenals ор herten, waarvan »dengdeng (gedroogd vleesch) gemaakt wordt, wat een artikel tot »uitvoer is.” Thans zijn de herten zeer іп aantal verminderd: (op P. Kamoedjan komen echter nog groote kudden voor) en is het wildrundvee geheel uitgeroeid. Wil men thans ploegvee invoeren, dan verdient. volgens den djaksa, de sapi-rakitan (een sapi. die voor den ploeg loopt) de voorkeur boven den karbouw, en dit speciaal met het oog op de talrijke boaja’s (krokodillen) en de gewoonte van den karbouw om minstens tweemaal daags te baden. Ook wat het voedsel aangaat is het gemakkelijker de sapi te onderhouden, daar deze minder kies- keurig is dan de karbouw, wat het voedsel aangaat. Wel vindt men minder goed veevoeder op het hoofdeiland dan op P. Kamoedjan, doch dit bezwaar is niet zeer groot , omdat goede voedergrassoorten op P. Kamoedjan genoegzaam voorhan- den zijn, terwijl juist dit eiland toch in de eerste plaats in aanmerking zou komen voor ontginning: door zijn vruchtbaren bodem en door het zacht golvende zijner oppervlakte verdient loch Kamoedjan in de eerste plaats de aandacht. Rijst (padi-gogo). djagoeng, katjang, pisang, ketela, enz. zullen hier met vrucht kunnen worden geteeld, volgens het oordeel van den djaksa, en ook volgens mijne meening, daar de plantengroei hier in weel- derigheid weinig behoeft onder te doen voor die van het vrucht- bare hoofdeiland. Met recht draagt dit eiland dan ook den naam Kamoedjan (= schoone plaats of schoon eiland). Wat de kwestie van drinkwater betreft, zoo zijn de bezwaren hier wel iets grooter dan op het hoofdeiland. evenwel toch gering 96 want, naar mij de djaksa verzekerde, kan men hier D | geheele jaar door voldoende drinkwater vinden door eenvoudig | putten te graven: alleen op het einde van een bijzonder drogen ooslmoesson smaakt soms het water min of meer brak. 0р het hoofdeiland, met zijn talrijke het geheele jaar door water: houdende riviertjes, valt dit bezwaar geheel weg. Enkel be. moeilijkt de soms sterk hellende bodem aldaar ontginning mel den ploeg. Toch liggen ook dáár vele voor cultuur ge schikte gronden. Ware het mogelijk in heerendienst een flinken weg aan te leggen rondom het hoofdeiland , dan zouden zonder twijfel spoedig allerwegen blijvende nederzettingen volgen ener zou een groote stap zijn gedaan tot vermeerdering der welvaart, Na deze kleine uitweiding zullen wij kortelijk de grond soorten, de cultuurgewassen en de voor den landbouw seha- delijke dieren schetsen. Drie soorten van gronden worden hier in dezen archipel vooral gevonden 1°. de roodachtig geelbruine gronden, welke wij 9) P. Karimon-djawa еп P. Kamoedjan aantreffen. en die ontstaan 2 door verweering van het daaronder liggend moedergesteente, waarin kwarts de hoofdrol speelt ; 2° de roodbruine, uit jong-erup- tieve gesteenten (meest roode poreuse basaltlava) ontstane gron- den op P. Parang en P. Genting; 5° de voornamelijk of geheel uil . koraalzand bestaande gronden van de vlakke koraal- eilanden, als P. Karang, P. Tjemara-besar, de vlakke strook, waarop de negri Karimon-djawa gebouwd is, enz. Van deze gronden schijnen die, waarin koraalzand het hoofdbestanddeel is, bijzonder | geschikt te zijn voor de cultuur van Kalapa en Koedoe; al de e eilanden zijn dan ook hiermede geheel of grootendeels bedekt. De drie variëteiten, welke hier verbouwd worden, zijn de kalapa-hidjoe, k. gendjah en k. mei ай, de laatste echter in gering aantal. Koedoe wordt thans veel minder geplant dan vroeger, daar de prijzen in de laatste jaren zeer gedaald 202 Van daar dan ook, dat de uitvoer van hout en kalapanoléll grooter is geworden. In 1885 hedroeg volgens den djaksa 1 uitvoer van de Karimon-djawa-eilanden naar Java: ANS en NE 97 aan kalapanoten 50000 stuks tegen f 50,-- de 1000 stuks; » koedoe-wortels 4 koijang » › 7 tot 15 de picol: » koedoe-schors 20 pikol » » 20 tot 50 de pikol: » brandhout 20000 stuks (kodjor) » 2,50 de 1000 stuks: » dakribben 15000 > » § tot 12 de 100 stuks. Men vergelijke hiermede de cijfers vam uitvoer "уап 1884 in het reeds aangehaalde verslag van den Resident ‚van Djapara . Behalve kalapa en koedoe, worden geene. andere gewassen in het groot geteeld. Nabij de woningen op de negri, en vaak zelfs ook bij de pondoks op de andere eilanden, vindt meu ver- der nog wat ketela, terong, sirih, kellor, assem, gadoeng, obi, bengkoewang, pisang (slechts 4 variëteiten), bamboe (4 variëteiten), lombok, pelem, djamboe-ajer , enz. De voor den landbouw meest schadelijke dieren zijn de kalapa-muis en een soort van tor, hier kwangwong genaamd. Deze komen op alle eilanden voor. Verder op het hoofdeiland nog herten, apen, stekelvarkens en een soort van groote krabben, welke soms aan djagoeng-aanplantingen schade doen (zie later over deze dieren in afd. V $ 1). Wat den bebouwden en onbebouwden toestand aangaat kunnen wij thans op het einde van 1886 het volgende overzicht leveren. Geheel ontgonnen zijn: P. Bengkoewang. » Minjawahan. > Tijemara-besar . ^ Tyemara-ketjil. > Mendjangan-besar. » Mendjangan-ketjil . Klejang. » Krakal-besar, Krakal-ketjil. Kembar. ^ Kombang. ^ Sroeni. = > — besch > tZ M СУ с do d W4— QU ъв me, = — et > Sambangan . W 98 14 P. Tjendikijan. 15 » Sintok. 16 » Tengah. 17 » Ketjil. 18 > Katang. 19 » Boeroeng. B. Gedeeltelijk ontgonnen zijn: 1 P. Parang (op het gebergte nog bosch). | 2 » Genling (als boven). 5 » Kamoedjan (vroeger ten deele ontgonnen, thans geheel | met wildhoutbosch bedekt). 4 P. Karimon-djawa (overal bosch behalve hij de O. Benteng et aan den Legon alang-alang). 5 P. Njamok. С. Niet ontgonnen zijn: | 1 P. Goendoel, een naakt rotsig eiland bijna geheel zonder | vegetatie. | 2 P. Batoe, een kleine rots, met enkele boomen. 5 P. Mritjan, een zeer klein dicht-begroeid eilandje. 4 Volgens door mij gemaakte vlaktebepaling op de hierbij gevoegde kaart verkreeg ik de volgende resultaten : de totale oppervlakte van alle 27 eilanden te zamen | jj RN 7750 H. A | de bebouwde oppervlakte der sub A. genoemde 24 биш GENE zoodat thans nog onbebouwd liggen ongeveer . 7500 fl. A Van deze 7500 H. A. wordt ongeveer %; ingenomen doof de bosschen van P. Karimon-djawa en P. Kamoedjan: | eerstgenoemde eiland bezit namelijk een oppervlakte van ug“ veer 5480 H. A. en het laatstgenoemde van ongeveer 2590 Н.А. | | 3. Typische flora van een koraal-ciland. 1 Op pag. 258 van zijn bekend werk: Corals and Coral island! | zegt Dana: »although the vegetation of coral islands has de | »luxuriance, that characterizes more favoured tropical land | 99 „ће number of species of landplants is small. When @влу’5 »Botany of the Paumotus shall appear, it will contain descrip- »tions of only twenty-eight or thirty species " 200 bedraagt ook het aantal soorten op de koraal-eilanden van den Karimon- djawa-archipel weinig meer dan een dertigtal. Volgens Dana komen in het algemeen op koraal-eilanden de volgende soorten voor: Portulacea oleracea L. (P. lutea SOLANDER). Triumfetta procumbens Fonsr. Tournefortia argentea L. Scaevola Koenigii Vanr. Ipomoea longiflora В. Bn. Lepidium piscidum Fonsr. Pemphis acidula Ковзт. Pandanus odoratissimus L. fl. Morinda citrifolia L. Pisonia grandis Parkinson. Guettarda speciosa L. Cassytha filiformis L. Gouldia Romanzoffiensis A. Gn. Euphorbia Chamissonis Bots J. Boerhavia diffusa L. Boerhavia hirsuta Winn. Achyranthus canescens R. Br. Heliotropum prostratum R. Br. Nesogenes euphrasioides A. De. Asplenium nidus L. Een Polypodium en een grassoorl. TEysmANN. die in 1854 drie der Karimon-djawa-eilanden bezocht, noemt de volgende planten, als voorkomende op de koraal-eilanden P. Mendjangan besar en P. Mendjangan Кейі: Pemphis acidula Forst., Scaevola sericea Fonsr., Barringtonia speciosa L., Sonneratia acida L.l. Sonneratia obovata Bu., Hernandia sonora L., Avicennia alba BI., Cordia subcordata Lam., Pysonia sylvestris Ткузм. , Urostigma benjamina Mio. , Terminalia 100 catappa L., Inocarpus edulis L., Calophyllum Blumei W.. Sterculia foetida L. en Casuarina equisetifolia L. m Op typische koraal-eilanden , d. w. z. dezulke , waar alle andere | gesteenten ontbreken en alleen karangzand gevonden wordt, zooals op P. Katang, P. Sroeni, P: Sambangan, P. Tengah Р. Ketjil, P. Sintok, enz. vond ik meestal ееп 20 tot 30-tal soor- - ten. Het meerendeel werd op bijna alle gevonden; zoo o.m.: - Katang-merah К. (Convolvulus pes-caprae L.) | Iwak-iwakan К. (Suaeda spec.) Patehan К. (Euphorbia spec.) Tjemara К. (Casuarina equisetifolia L.) Stinggi К. (Pemphis acidula Forsr.) Gaboesan K. (Scaevola sericea Forst.) Ketapang K. (Terminalia catappa L.) Waroe K. (Hibiscus tiliaceus L.) Waroe-laut К. (Thespesia macrophylla BL.) Boeton K. (Barringtonia speciosa Г.) Tikoesan К. (Spinifex squarrosus L.) Sroent К. (Wollastonia ?). Djati-pasir K. (Rubiaceae). Bala-bala K. (Tournefortia argentea L.). ; Enkele zeer groote koraal-eilanden, zooals P. Sintok. bezit- ; ten soms een eenigszins grooter aantal soorten. Toch mogen de hierboven genoemde planten als typisch beschouwd worden voor een koraal-eiland in dezen archipel: want, al treft men | ze ook niet alle steeds op elk eiland aan, toch zal men er de meeste gewoonlijk vinden. 4. Opmerkingen over de betrekking tusschen de flora van de Karimon-djawa-cilanden en die van den vasten wal wan Java, _ Hoewel met zekerheid deze betrekking eerst kan worden bepaald, wanneer later alle species van mijn herbarium zullen gedetermineerd zijn (^), zoo stelt het bovenstaande ons toch | () Het herbarium is thans van В egeeringswege in handen gesteld van den Directeur van 5 Lands Plantentuin te Buitenzorg. E 101 in staat, om enkele gevolgtrekkingen in dit opzicht te ma- ken. Vooreerst wordt naar mijn meening de eerst in het verslag van Teysmany en later in het verslag van den Resi- dent van дарагч, Mm. J. P. Merman, uitgesproken overeen- komst tussehen de hoofdvegetatie van Karimon-djawa met die van den vasten wal van Java bevestigd. Zoowel Trysmann als de Resident van Djapara bezochten slechts drie eilanden: P. Mendjangan besar. P. Mendjangan Кей! en de zuidwestpunt van het hoofdeiland: ik ben echter in de gelegenheid geweest alle eilanden (met uitzondering van P. Boeroeng, Р. Klejang en de beide P. Krakal) te bezoe- ken, en ook enkele tochten in het binnenste van het groote bergachtige hoofdeiland te doen. Daarbij nu werd ten volle bevestigd, hetgeen Trysmann en de Resident van Djapara voor een gedeelte van den archipel beweerd hadden. Zeer merkwaardig is echter het ontbreken van tal van planten, welke op den vasten wal van Java, en in het bij- zonder in de meest nabij gelegen residentie Djapara, algemeen voorkomen. Een groot aantal dezer leerden wij reeds kennen in de beschrijving van het djatibosch der Karimon-djawa- eilanden, Daar de hoogste bergen dezer eilanden 1000 voet weinig overtreffen, mag de vergelijking echter alleen die plantensoorten gelden. welke in de benedenhelft der 1° zone gevonden worden. Verscheidene plantengeslachten, die op Java vele vertegenwoordigers tellen in dit gedeelte der zone, ontbreken hier geheel. Zoo heb ik hier de volgende planten- geslachten niet aangetroffen : Acacia, Pithecolobium, Phanera . Cassia. Abrus, Butea, Emblica, Dillenia, Antidesma, Sesuvium, Lagenaria, Cucumis, Quercus (in Djapara is de Q. sundaica Mio. in de lagere streken niet zeldzaam), Eriodendron Sida, e. m. a., lerwijl deze alle in één of meer soorten in de residentie Djapara . Sevonden worden. Verder worden de orden der Orchideae en 3 Zingiberaceae slechts door een paar zeldzaam voorkomende | Species, en de orden der Loranthaceae, Lemnaceae en Najadeae | in het geheel niet op deze eilanden vertegenwoordigd. жн In de afd. Zoologie zullen wij met even oper Н е vallen in het dierenrijk kennis maken. Ons eindoordeel over de verhouding van de flora der Karima djawa-eilanden tot die van den vasten wal van Java meenen wi in de volgende woorden te kunnen samenvatten: de hofd vegetatie van dezen archipel heeft zeer veel overeenkomst met th van vruchtbare kuststreken op den vasten wal; echter ontbreke hier een aantal plantensoorten en geslachten, welke elders alg meen zijn; zelfs worden enkele orden der kuststreken op des eilanden door geen enkele species vertegenwoordigd. у LIJST VAN DE DOOR MIJ OP DE KARIMON-DJAWA-EILANDEN VERZAMELDE PLANTEN VOLGENS VOORLOOPIGE DETERMINATIE VAN Dr. W. BURCHK. (De nummers hebben betrekking op de collectie houtmonsters, welke zich thans, met het herbarium, te Buitenzorg іп s Lands Plantentuin bevindt.) Poeloe Karimon-djawa (het hoofdeiland). 57 9P Assem К. Tamarindus indica L. 58 I Gadjahan К. Stachytarpha indica Vaar. 59 % Gelam К. Melalenca (minor Surrn vel nova spec.) 40 H Senggani К. Melastoma polyanthum Br. пә - Euphorbiaceae. 42 9 Pakis K. Acrostichum scandens J. Sw. 45 1 Ракв К. . Pteris semipinnata Lass. 4 Ф Gelam К. Melaleuca (minor Smita vel nova spec.) 45 $ Bintanggor К. Calophyllum spec. 16 7 — Dodonaea Burmanniana De. u — Leucas oxydon Mio. 8 ç — Aegiceras majus GAERTN. 49 Djamboe-kloetok K. Psidium guajava L. 50 t Roempoet-grisan K. Cyperaceae. 51 р Roko-roko К. Rhodamnia Nageli Mro. | Pakis K. | Pakis К. | Pakis К. QP Palak K. H Senggani К. $ Djati-pasir К. Q Pakis К. QP Klinoe К. | Pakis К. о» иж y Bedoedak K. 7 дай I Pakis К. ЧР Hadem-hati К. 9 2 $ Tjoekilan K. 9° Laban К. ЭР Roko-roko К. $ Poele К. $ Djamboe-kloetok. N Semboeng К. " бара $ Roko-roko К. l A il Gelap К. H Senggani К. 5? Njamplong K. H Girang K. u — 104 Davallia pedata Sw. Platycerium biforme Br. Myristica spec. Melastoma polyanthum Br. Rubiaceae. | Lygodium scandens Sw. Grewia Blumei Наззк. Nephrolepis acuta Passt. Lycopodium spec. Sonneratia alba Умити. Glochidion spec. Nephrolepis exaltata Sen. val hirsutula. Acronychia arborea Bu. Aegiceras spec. Mamoedjan. Schmiedelia. Vitex pubescens Vane. Khodamnia Nageli Мю. Alstonia costata WALL. Cyperaceae. Lygodium scandens Sw. Psidium guajava L. Conyza balsamifera L. Uvaria spec. Rhodamnia Nageli Mio. Ageratum conyzoides Linn. Clerodendron spec. Melastoma spec. Calophyllum inophyllum L. Leea sundaica Мю. 111 112 115 117 = = <> =O < =O => = 0 = 0 -0 60 e 207 =o 6 Bintanggor K. Gondorijo K. Banbang-wétan K. Beloentas K. Gelam К. Apan К. Pakis K. Pakis К. Manggissan K. Droedjoek K. Lampes К. Doedok K. Lagoendi K. Banbang-wétan K. Gaboesan K. Stinggi K. Gelap K. Ojot-toebak K. Senggani K. Djambon K. Kopèn-karimon K. 105 Dodonaea Burmanniana Dc. Calophyllum spectabile Wun, Bouea Gandaria Br. Dendrolobium umbellatum W. et ARN. f Conyza indica B. Guttiferae. Davallia elegans Sw. Melaleuca minor Smita. Phyllodium pulchellum Dov. Lindsaya lanceolata LABILL. Aerostichum aureum L. Jalophyllum dasypodum Mio. Delivaria ilicifolia Juss. f Orchideae. Ocimum Basilicum Linn. == 89. Vitex trifoliata L. Dendrolobium umbellatum W. el ARN. Rhizophora conjugata Linn. Scaevola Koenigii Улнг. Pemphis acidula Forst. Clerodendron spec. Climacandra obovata Мю. Clerodendron spec. ? Rubiaceae. Apocyneae. Melastoma polyanthum Br. Vaccinium (7). Vernonia Zollingeriana Зенита. Psychotria spec. 106 2 97 Djoewit К. Myrtaceae., 55 Y —:ö« Sonneratia alba Эмин. 54 9P Riboeng К. Palmae. 55 SP Ketapang К. Terminalia Catappa L. | 56 m Djarak-merah К. Ricinus communis L. (var. rubra) | 57 $ Pandan-wangi К. Pandanus spec. 58 y Toeri K. Agati grandiflora Desv. | 59 H Djarak-poetih К. Ricinus communis L. (var. alba). i 60 — ? бъ | Pakis R. Nephrolepis cordifolia Prest. 62 Koeda-koeda К. Spathodea Rheedii WALL. 65 H Goentingan К. Rhodamnia Mülleri Br. 64 7 Kapal-kapal К. Hernandia sonora Linn. 65 | Pakis K. ? 66 $ Bintaro K. Cerbera Odollam GAERTN. 67 % Djati-pasir К. Rubiaceae. 68 9P Njamplong К. Calophyllum inophyllum L. 69 $ Waroe-prampoewan К. Hibiscus tiliaceus L. 70 % Lempeni К. : IE Y “se Clerodendron spec. 72 | Bajem-lanang К. Acalypha indica Lans. TJ y — Rubiaceae. 74 1 Senggani К. Melastoma polyanthum Br. т = Climacandra obovata Мю. 10 N — Rubiaceae. 77 $ Djeroekan К. 4 78 97 Sintok К. Tetrantera hypoleuca Mio. 79 $ Nipa К. Nipa fruticosa L. 80 97 — Laurineae. 8 T — Sapindaceae. 52 — ae 8 p _.. | fom Pterocarpus indicus Ұш. 84 H Senggani К. Melastoma polyanthum Во. (1) De vraagteekens in deze lijst zijn een gevolg van de onvolledi gheil 1 van mijn herbariummateriaal. | 154 «> Katang-merah К. Ipomoea-pes-caprae Sweet. 155 Q9 Wowo К. Flagellaria indica Lin. 156 Y Sawo K. Mimusops Kauki Linn. 157 чо Tikoesan К. Spinifex squarrosus Linn. 158 J Ambet К. Gramineae. 159 9P Tjemara К. Casuarina equisetifolia Forst. 140 Walangan К. Heritiera littoralis Dryanp. 141 1 Roempoet-grisan К. Cyperaceae. 142 | — Zingiber Cassumunar Кохв. 145 li — Nerium odorum Sor. 144 Q> Ingas К. Anacardiaceae. 145 Bengkoewang К. Pachyrrhizus angulatus Rica. 146 9 — Cycas circinalis Глум. 147 F Besi-besi K. Pongamia grandiflora Moritz. 148 % Waroe-betoel К. Hibiscus tiliaceus LWV. 149 ээр Sterculiaceae. 150 & Djalak-djalak К. ? Роеюе Katang. 167. ? Tjoekilan К. Schmiedelia. 168 — Dischidia vel Hoya. 169 1 Pakis K. Polypodium Phymatodes L. 170 52 Tjemara K. Casuarina equisetifolia Fonsr. 171 % Walang-gadé К. Bruguiera cylindrica Br. 172 И Semboeng K. Conyza balsamifera L. Poeloe Minjawahan. 175 1 Ketjondang К. Aroideae. 174 J Patéhan К. Euphorbia spec. 175 9P Njamplong-laki К. Guttiferae. 176 Y Sawo К. Mimusops Kauki L. Poeloe Genting 177 WH Pakis K. Polypodium Phymatodes L. 178 % Bangka К. Rhizophora spec. 107 Pocloe Bengkoewang. Y Y Y Kapal-kadal К. SP Ketapang-hatoe K. Laban K. 9P Ipil К. ? Riboet К. Bangka К. 9P Ketapang К. $? 9 x — < <8 => — =O <9 0 Poele K. Gaboesan K. a K. Tee К. Wadang К. Bintaro К. 108 Dischidia spec. Idem. Schmiedelia ? Davallia elegans Sw. Dischidia ? 7 Mimusops Elengi L. Hernandia sonora Linn. Grewia Місгосоѕ Linn. Terminalia Catappa L. Vitex pubescens Vanr. Intsia? Pterocarpus? Diospyros? Rhizophora mucronata. Terminalia Catappa L. Alstonia costata Watt. z Scaevola (Koenigii Vant)? zalamus spec. f Vitex trifoliata L. Pterospermum spec. Cerbera Odollam GAERTN. Hernandia sonora Linn. Poeloe Goendoel. Pakis K. Roempoet К. Acrostichum еа J. Su. Сурегасеае. Роеюе Sintok. Patéhan-poetih K. Banbang-wetan К. Gaboesan K. Waroe-betoel K. Djeroek-wangi К. z Dendrolobium umbellatum W. el Ann. Seaevola (Koenigii Van)! Hibiscus tiliaceus L. Citrus spec. PTT See ПА 7 372 = 22 Sy ан en лү ALL. te ww Eë — — — ыз CU із к. > C 9 b9 to 19 bo LO b9 ње ње t9 42 L3 S ЪФ 19 19 pyre — кі = © Fr іл t= C © CD -1 г 1 tL Lë b2 t9 be ~ С» t9 b9 bo 15 19 15 ње Lë Lë ` QI ot Ci 01 C1 GQ в Lë or ст H 2 О Lë Sr C! ла -4 to de һә 2 із м ~ es = EA : Ч bp не се O ср с Y | ! ! Y Singkil К, Roempoet-bram- bangan K. Tjiploekan K. Iwak-iwakan K. Soendeppan K. Waroe-laut K. Tikoesan K. Semboeng K. QP Tjemara К. ! id $? Djamboe-kloetoek К. Pakis К. Djalak-djalak К. SP Ingas К. Р Assem К. QP Soekoen K. X Y EEE LU X ада беа» Tjabé K. Temboeloetan K. Toetoepan K. Patéhan К. М иигав К. Dadap-doeri К. Караз К. Pakis К. Singkil К. Klimosodo К. Waroe-laut К. Manireh К. Doedok-laki К. Anjar-garoet K. Semboeng К. Dempoelan К. Landep К. Katang-merah К. Tjoekilan К. 109 Premna spec. Commelyna spec. Physalis spec. Suaeda spec. Thespesia macrophylla Br. Spinifex squarrosus L. Conyza spec. Casuarina. equisetifolia Fonsr. Polypodium quercifolium L. 7 Psidium guajava L. Anacardiaceae. Tamarindus indica L. Artocarpus incisa L. Piperaceae. | Briedelia? Euphorbiaceae. Euphorbia pilulifera L. Euphorbiaceae. Papilionaceae. Gossypium vitifolium Lam. Nephrolepis cordifolia Pres. Premna (7) Clerodendron spec. Aleurites moluccana Wirin. H ? Bidens spec. Conyza balsamifera L. ? Suaeda indica М. Тахр. Gonvolvulaceae. Schmiedelia . $ Koetok К. у H Bidara-laut К. Ч? Sawo К. 110 Guilandina Bondue Linn. Diospyros spec. Zizyphus? Mimusops Kauki Linn. Poeloe Parang ı Pakis K. Q Pakis K. ı Pakis K. QP Tjemara К. $ Pantjal К. Ф Waroe-laut К. I Maniran К. I Djalak-djalak К. I Landjar-garoet К. | Lombok-sétan К. | Patéhan К. 9? Djati-pasir К. | Bala-bala К. 7 Soendeppan К. ? Djati-pasir К. | Bangka К. $? Waroe-laut К. I Patéhan-poetih К. 9% Wadang К. Davallia elegans Sw. Polypodium adnascens Sw. Polypodium Heracleum Км. Casuarina equisetifolia Forst. Aglaia spec. Hibiscus tiliaceus L. var. Euphorbiaceae. ? Bidens leucantha Wi». Capsicum fastigiatum Br. ` Euphorbia spec. Rubiaceae. Tournefortia argentea Linn. fil. Suaeda indica Mio. Rubiaceae. Rhizophora mucronata Lam. Hibiscus tiliaceus L. Euphorbiaceae. Pterospermum spec. IV. ZOOLOGIE. (Collectie Z.) Hieronder zullen wij trachten een overzicht te geven van de fauna der Karimon-djawa-eilanden, en deze daarna in ver- band beschouwen met de dierenwereld van den vasten wal van Java, evenals wij dit met de flora gedaan hebben. I. Zoogdieren. — In dezen archipel worden aangetroffen (behalve tamme honden, geiten en katten) twee variëteiten van een hertensoort, de Mendjangan loeloeng К. () еп de Men- djangan-ranti K., een stelkelvarkensoort, twee species van muizen, een aapsoort en vier handvleugeligen, nl. 2 kalong- soorten, de tjodot К. en de lawa K., totaal tien zoogdieren. 1 Mendjangan-loeloeng К. (Cervus russa S. Mutt.) en 2 Mendjangan-ranti К. (Cervus russa S. Мои.) komen voor op de eilanden Karimon-djawa, Kamoedjan, Mendjangan-besar en M. ketjil. Op deze beide laatste eilanden zag TEIJSMANN in 1854 nog talrijke kudden; thans echter komen aldaar nog slechts twee stuks voor (M. loeloeng), welke door de bevolking uit een soort van piëteit gespaard worden. Ор Karimon-djawa , doch vooral op P. Kamoedjan, komen nog heden in de struikwildernissen, die met kleine grasvlakten afwisselen, groote kudden voor van beide hertensoorten. Op t noordelijk gedeelte van P. Kamoedjan, dat den naam Batoe- lawang draagt, worden bijna alleen М. ranti K. gevonden . terwijl elders op beide eilanden beide soorten in gemeng- de troepen voorkomen. Van beide hertensoorten gelukte (D De K. achter inlandsche namen beteeekent: op de Karimon-djawa- eilanden aldus genoemd. 112 het mij, goed geconserveerde huiden (met kop, gewei en pooten) te verzamelen (№. 569 en 570 Z., zoodat nu vastgestel 78 worden kan of het һегі van deze eilanden met den mendjangan ` van Java identisch beschouwd moet worden, iets, dat ik waar- d schijnlijk acht, nadat ik de herten zelf gezien heb. Op het nabijgelegen eiland Bawean komt een van Java verschillende hertensoort voor: de, Cervus kühlü, en ik had de hoop deze soort ook op de Karimon-djawa-eilanden aan te treffen: maar, hoewel het mij niet mocht gelukken Sar. Morrer’s werk over de zoogdieren van N. I. te raadplegen, meen ik toch te mogen aannemen, dat deze beide hertensoorten slechts als variëteiten moeten beschouwd worden van den Javaanschen Cervus russa S. M., of wellicht zelfs in geenen deele van deze verschillen. De mendjangan-ranti is kleiner en korter van gestalte en heeft kleiner gewei dan de mendjangan-loeloeng, doch is aanmer kelijk grooter dan de javaansche kidang. Ik durf echter de kwestie niet beslissen, daar ik slechts 5 exemplaren in handen | heb gehad. 5. Keték К. (Macacus cynomolgus L.) Deze aapsoort komt slechts op 2 eilanden voor, nl. op P. Karimon-djawa en P. Kamoedjan , vooral echter op het eerstgenoemde eiland in grooten | getale. Aan de tuinen van de negri berokkenen zij zeer veel schade. Door onwil der inlanders echter heb ik geen exem- | plaar kunnen schieten. 4. Landak К. (Acanthion javanica F. Соу. Evenals de keték wordt het stekelvarken op de beide hoofdeilanden in | grooten getale gevonden, еп komt elders in dezen archipel niet voor. De stekelvarkens berokkenen groote schade aan damen | en andere in de tuinen der negri gecultiveerde gewassen. Hun vleesch is zeer smakelijk, en door ondervinding is mij gebleken. | dat de karimoneezen hieraan zelfs boven mendjangan-vleesth | de voorkeur geven. Evenals de herten zijn deze dieren hier weinig schuw, zoodat men ze niet zelden des daags ontmoet x om voedsel te zoeken. | 5. Tikoes-kalapa. К. (Mus sp.). De kalaparot behoort niet 115 zooals het op Java gewoonlijk kalaparot genoemde dier, tot de familie der eekhoorns, maar moet tot de muizen gerekend worden. Dit dier heeft de grootte en kleur van de gewone huismuis (Mus musculus 1). waarop het verder ook zeer gelijkt. De tikoes-kalapa wordt in dezen archipel op alle eilan- den gevonden en komt op de plaatsen, waar kalapa-tuinen zijn, in buitengewoon groot aantal voor. De schade door deze dieren berokkend aan de kalapa-aanplantingen is zeer groot. Zij klimmen in de boomen en eten de jonge kokosnoten, waarin zij een rond gat knagen. Zij maken holen in den grond. waarin zij hun nest bouwen en zich bij vervolging terugtrek- ken. Dat de door deze muizen veroorzaakte schade soms zeer belanglijk is, kan men opmaken uit het feit, dat een aanplant van den djaksa van Karimon-djawa van 400 boomen (op P. Mendjangan-ketjil) door deze dieren geheel waardeloos gemaakt is, doordat alle vruchten vóór hunne rijp- heid verslonden werden. Tegenwoordig wordt een te sterke vermeerdering der muizen eenigszins tegengegaan door talrijke katten, welke thans op alle eilanden, waar kalapatuinen zijn, in zeer groot aantal gevonden worden. De invoer van katten in dezen archipel is echter van jongen datum: Teysmany toch verhaalt iu zijn reeds meer geciteerde reisbeschrijving, dat kort na zijn komst aldaar (1854) door den toenmaligen posthouder VAN Dt, »еепе expeditie van 20 katten” uit Java naar P. Men- djangan besar gezonden werd. Thans is het aantal katten hier merkwaardig groot, doch de muizen zijn eveneens nog zeer talrijk. Een der oorzaken hiervan is waarschijnlijk daarin gelegen, dat de katten de muizen niet in de boomen durven aanvallen. Nabij Pati (Res. Djapara) wordt de tikoes-kalapa niet, echter op de nabij Djapara gelegen koraal-eilandjes P. Kellor en P. Pandjang, volgens mededeeling der inlanders, wel gevonden. Het gelukte mij een paar volwassen exemplaren te verza- melen, zoodat de species nauwkeurig vastgesteld kan worden (N°. 566 Z.) 6. Tikoes-roemah К. (Mus spec.) Deze ratsoort is bruin e 114 kleur en moet vooral voorkomen op de 4 grootste eilanden o in het bijzonder in de nabijheid van de negri. De tikos- roemah schijnt veel zeldzamer te zijn dan de vorige soort, ten minste het is mij niet mogen gelukken een enkel exem te zien te krijgen. : 7 еп 8. Kalong (Pteropus). Volgens de inlanders komen hier twee variëteiten voor. Zij zijn echter veel minder talrijk dan op Java. | T 9. Tjodot К. en 5 10. Lawa vertegenwoordigen, volgens de inlanders, de beide andere vledermuizen dezer eilanden. De tjodot у | zich vooral met pisang en komt daarom thans alleen d P. Karimon-djawa, P. Kamoedjan, P. Genting en P. Parang voot. terwijl de lawa, die zich met insecten voedt, op alle eilanden gevonden wordt. - Tijgersoorten, de kidang , de kantjil, de tjeleng, de што, de batjing-soorten, de djlarang, het schubdier, de banteng en andere hierboven niet genoemde op Java in het wild levende zoogdieren worden op de Karimon-djawa-eilanden niet aangetroffen. | Van de op Java in tammen staat levende zoogdieren worden slechts katten, honden en enkele geiten gevonden. Paarden. karbouwen, enz. komen hier niet voor. Van de 8% zoogdieren (exclusief Cetaceae), welke volgens Matter op Java gevonden worden, schijnen dus slechts in dezet archipel 10 soorten voor te komen. | IL. Vogels. Bij de aanteekeningen over de vogels dezer eilan- den zullen wij ons aan de systematische volgorde en nomet- clatuur houden, welke Dr. VoRDERMAN in zijn jongst gepubliceerde » List of the birds from Java” (Nat. Tijdschr. voor N. I. Deel XLV blz. 187) aangenomen heeft. De hier volgende lijst bevat Ë door mij in den Karimon-djawa-archipel waargenomen soorten: terwijl die species, waarvan mij slechts de inlandsche naal bekend. is, zonder dat ik den vogel zelf heb kunnen wath nemen, met een * voorzien zijn. 115 i. Bahak К. (Haliaötus leucogaster Сошо). Op alle eilan- den zeer algemeen. 2*, Oeloeng-oeloeng К. (Falcones of Astures?). Zeer zeldzaam. 58, Alap-alap К. (Falcones of Astures?). Zeldzaam. 4% Bilo К. (Вшеопеѕ. Zeldzaam. 5. Denykek К. (Sauropatis). Op alle eilanden, zelfs op de kleinste: deze behoort met den Haliaétus leucogaster tot de meest algemeen voorkomende vogels van deze eilandengroep. 6. Dengkek boeta К. (Alcedines) Minder algemeen dan N°. 5, echter op het hoofdeiland vooral niet zeldzaam. Door den rooden kop is deze soort gemakkelijk in de verte reeds van de vorige te onderscheiden. 7. Вене К. (Palaeornis javanica Озв.). Ор P. Karimon- djawa en op P. Kamoedjan algemeen. Elders zeldzaam of nooit. 8*. Platok К. (Pici). Zeer zelddaam en alleen op het hoofdeiland. 9. Той К. (Eudynamis orientalis L.) Niet zelden op P. Parang, P. Genting, P. Kamoedjan en het hoofdeiland. 10*. Boeroeng-sarang К. (Collacalia?,. Levert eetbare vogel- nestjes; ор P. Parang). 11. Tjabak К. (Caprimulgus affinis Horsr.). Niet zeldzaam op de groote eilanden. 12*, Prindjak К. (Prinia familiaris Honsr.?). Zeldzaam en alleen op het hoofdeiland. 13. Troetjoek К. (Ixos analis Horsr.). Algemeen op het hoofdeiland. 14. Koeniran K. Moet waarschijnlijk tot de Aves sylvanae gebracht worden. Op de meeste eilanden algemeen. 15. Tjetettet К. (Muscicapa?) Op alle koraal-eilanden in dezen archipel algemeen. 16. Wedi-Wedi К. (Treron?) Algemeen op de 4 groot- ste eilanden. 17. Boeroeng-dara-laut К. (Carpophaga bicolor Gray). Op P. Parang en P. Genting algemeen; op het hoofdeiland en P. Kamoedjan eveneens niet zeldzaam (zie VoRDERMAN, Nat. T. v. N. I. XLII. pag. 227). 4 116 | 718%. Djowan К. (Сагрорћаса aenea Bp.?). Niet algemeen. 19. Boeroeng-Rawis К. (Calloenas nicobarica Grar.). De e landers beweren , dat deze vogel op Java ontbreken zou ; doch van vertrouwbare zijde werd mij dit tegengesproken. De rawis is in dezen archipel algemeen, en het mocht mij gelukken van deze soort een levend exemplaar, dat zich thans te Pati be. vindt, en een geconserveerde huid machtig te worden (Ne. 572 2.) ? 20. Glimok К. (Chalcophaps indica L.) Zeldzaam. | 21. Blekok К. (Ardeola speciosa Gray). Zeer algemeen langs de kusten der eilanden. 5 22. Koendoel К. (Herodias?). Komt minder voor dan N EE | 25*. Gadjahan К. (Numenius). Komt hier alleen in den regentijd voor. 24. en 25. Trinil К. Steltloopers tot de Charadrii beboterd Twee soorten worden hier aangetroffen, die beide niet zeld- zaam zijn op de verschillende eilanden. 26*. Ajam-Ajaman К. (Gallinula cristata). Zeer zeldzaam. 27. Тојату К. (Eene stern). Een der meest algemeene vogel Komt soms ver van de kusten op zee voor om voedsel te 200, ken. Іп buitengewoon grooten getale broeit deze stern op het roisige P. Goendoel gedurende de maanden Augustus en September. De eieren worden door de eilanders zeer gezocht. 28. Tojang-poetih К. (Eene stern). Komt niet zoo veel voor als N°. 27, doch behoort toch hier onder de algemeen Me komende vogels gerekend te worden. U 29%. Tojang-toeloel K. (Eene stern). Deze soort is hier zeer zeldzaam. | De volgende vogels, welke door mij in de residentie Djaptt (nabij Tajoe in het district Mergatoehoe) waargenomen werden en aldaar zeer algemeen zijn, ontbreken thans op de Karim djawa-eilanden (in wilden staat nl): perkoetoet J. (Geopelit striata Gray), ferkoekoe J. (Turtur tigrinus ScurEe.), юм tilan J. (Ixos haemorrhous Horsr.), ajam-oetan J. (Gallus vari- : 117 Suaw). bekeko J. (Gallus bankiva Темм.), gagah J. (Corvus macrorhynchus Темм.), enka J. (Corvus enca Horse.) , glatik 1. (Padda oryzivora L.), manoek gredja J. (Passer montanus L.), djalak J. en djalak-oeren 1. (Sturnopastor jalla Horsr. en S. melanopterus Daup), béjo J. (Gracula javensis Овв.), merak J. (Pavo mutieus L.), podang J (Oriolus indicus Briss.), en eenige andere. Met de perkoetoel, bejo, ajam-oetan en merak zijn reeds pogingen aangewend geworden om deze vogels hier in te voeren, doch thans worden geen exemplaren meer in het wild aangetroffen. Volgens VonpERMAN's »List of the Birds from Java” komen op Java voor 404 species (). Nemen wij nu aan, dat in mijn lijst van de Karimon-djawa-eilanden nog een twintigtal soorten ontbreken (waarschijnlijk veel minder, daar deze lijst tamelijk volledig is), dan komen wij tot een totaal van onge- veer 50 soorten. Vele familiën ontbreken, terwijl andere relatief zeer sterk vertegenwoordigd zijn, zoowel in soorten als in aantal van exemplaren. Zoo schijnt het, dat de fami- liën der Noctuae, Aves certhiae, Formicariae, Laniidae, Paridae, Coraces, Sturnidae, Passeres, Gallinae, Urinatores, Anseres en Pelecanidae, waarvan op Java één of meer soorten gevon- den worden, op de Karimon-djawa-eilanden geheel ontbreken. Zoowel wat het aantal soorten als het aantal exemplaren aan- gaat, is in dezen archipel de familie der Columbae het sterkst vertegenwoordigd. Daarna komen de Accipifres еп Gaviue het meest in aanmerking. De dengkek, цейе en bahak zijn de vogels, welke men niettegenstaande zij nimmer gezellig, maar meestal bij paren of alleen voorkomen, op deze eilanden het meest algemeen aantreft. Tamme vogels komen hier , behalve kippen en duiven, niet voor. III. Вертилех. De volgende soorten werden door mij in dezen archipel aangetroffen: () Natuurk. Tijdschr. van N. L deel XLIV, bladz. 187— 208. 118 1. Boaja К. Crocodilus biporcatus Cuv.). Zeer 5 op. alle eilanden met uitzondering van P. Goendoel. 5 2. Minjawak К. (Varanus bivittatus D. B.). Op de mest eilanden talrijk. 5. Kadal К. (Euprepes rufescens). Op het 22 algemeen. 4. Toke K. (Platydactylus guttatus) en 5. Tjitjak К. (Hemidactylus frenatus) zijn beide zeer 22 op de meeste eilanden. б. Oelar-doedak-krawang K. (1) (Trigonocephalus rhodostoma. Komt alleen op Р. Karimon-djawa en op P. Kamoedjan voor; doch op beide eilanden in grooten getale. De beet van deze slang wordt voor zwaar vergiftig gehouden. Door den djaksa werden mij een paar gevallen met doodelijken afloop medegedeeld: Na een uur zwelt het gebeten lichaamsdeel op en dan b binnen een paar dagen de dood Пе, 341 2). 2 7. Oelar-doedak-dedor К. (Trigonocephalus rhodostoma). be beet van deze slang, die een variëteit der vorige soort b. wordt eveneens voor zeer vergiftig gehouden. Eveneens slechts op P. Kamoedjan en P. Karimon- djawa, doch minder talrijk dan de doedak-krawang (№. 571 Z.) 8. Oelar-doedak prit К. Kit: evenals de vorige, eveneens | alleen op de twee grootste eilanden voor. De beet is gr vergiftig dan die van de doedak- -krawang. | 9. Oelar-belang K 10. Oelar-doedoel K. 11. Oelar-doedak-sapi К. 12. Oelar-ajer K. 15. Oelar-laut K. 14. Oelar-djimor K. 15. Oelar-gadoeng K. (Dendrophis picta). Е 16. Penjoe К. (ol Penjoe-betoel К.) (Chelonia). Komt niet zeldaaa ` di (1) Volgens den Heer Korzewiss komt op de Kangean-eilanden (ten 0. | Madura) eveneens een buitengewoon groot aantal van de vegillige Ой | doeduk (wellicht de op Karimon-djawa algemeene doedak- krawang) voot: — 119 voor in de zee rondom deze eilanden. Van deze soort wordt de beste qualiteit karet (schildpad) voor den handel verkregen. 17. Penjoe-pendok К. (Chelonia). Komt hier thans algemeener voor dan de vorige soort. Het schild heeft echter minder waarde. Met de vorige species wordt deze soms door de tripang- visschers (zie hieronder) met de harpoen gevangen. Vergiftige landslangen worden alleen op de twee grootste eilanden (P. Kar. djawa en P. Kamoedjan) gevonden. De op enkele der andere eilanden (Р. Parang, Р. Genting, enz.) voorkomende soorten, als djimor, gadoeng, enz. zijn geheel onschadelijk. Het behoeft echter wel nauwelijks vermelding , dat de bovenstaande lijst slechts een zeer onvolledig over- zieht der reptielen dezer eilanden bevat. Alleen No. 6, 7, 9 en 15 zijn door mij waargenomen geworden. Пе overige namen zijn mij door de eilanders medegedeeld. IV. Амриівіёх. Een enkele Kodok К. (Rana tigrina , №. 567 Z.) welke slechts op P. Karimon-djawa , P. Kamoedjan, P. Parang, P. Genting en P. Bengkoewang in de rawa’s gevonden wordt, vertegenwoordigt in dezen archipel, naar het schijnt, de ge- heele orde der amphibién. V. Visscuen. Hier moet ik mij bepalen tot een opsomming der belangrijkste soorten, en moet volstaan met de inlandsche namen, daar mij de wetenschappelijke meestal geheel onbe- kend zijn. | 1. Jkan-Djoewi K. In Vrsspe wordt aldus een soort van koppootig weekdier genoemd, terwijl op deze eilanden en op de noordkust van Djapara de naam djoewi algemeen gegeven wordt aan een kleinen visch, die systematisch wellicht tot de Physostomi behoort. en welke vooral op de kandas- strooken dezer eilanden in groote scholen gevonden wordt. Men vangt hem met een fijn werpnet (djala K.) het geheele jaar door, met uitzondering van December. Januari en Februari. Als bron van inkomsten is deze visch voor deze eilanden van veel belang. 120 2. Ikan-tumbak К. Met een bamboehengelstok (pantjin doedoel K.) en met ikan-djoewi of met grila (een soort w kleine zoogenaamde inktvisch , een Octopus?) vangt men dez 5--4 4. М. langen, zeer smakelijken visch. Alleen gedure Januari, Februari en Maart heeft deze visscherij plaats. 5. Ikan-montjong К. Deze visch wordt met een gevangen, waaraan beneden een stuk lood en een koperen haak bevestigd zijn (pantjing-ladoeng K.). Als aas dienen de hals- veeren van kippen of zelden ikan-djoewi. Vooral van Juni LE November wordt deze visscherij uitgeoefend. G Ikan-tongkol Ке. 5. Ikan-banbangan K., 6. Ikan-tambak-waroe К. 7. Ikan-tenggiri K., en x 8. than aloe-aloe K., worden alle met een pantjing gevange | gedurende dezelfde maanden als №. 5. Deze soorten bezille alle een zeer smakelijk vleesch. 2%; Ikan-pare К. (rog) еп B 10. Ikan-tjoetjoek К. (haai) worden beide met een steek- peil (/oembak К.) op de kandasstrook der eilanden veelvuldig gevangen. Deze wijze van visschen is niet aan een bepaalden tijd van het jaar gebonden. 11. fan- hlunale К. en 2 12. Ikan-bandeng К. worden met een soort van schakes (daring K.) gevangen. Natuurlijk kan deze visscherij allen op de kandasstrooken plaats hebben. | 15. Цанев K (Clarias punctatus’). Terwijl al ын reeds opgenoemde visschen in zee gevonden worden, komt de lélé alleen in zoetwater voor, en wel in dezen archipel in él rivier (kalilelé), welke op het hoofdeiland gelegen is. Volgen de eilanders zou dit de eenige zoetwatervisch van de Karimo djawa-eilanden zijn, en zou deze soort een weinig verschille! van de javaansche soort (№. 367 E.). Deze visch wordt met toebak van Karimon-djawa of val Makasser gevangen. г. Ї5 , 121 VI. ANDERE DIERGROEPEN. Terwijl wij bij de beschrijving der gewervelde dieren elke klasse afzonderlijk behandelden, zullen wij ons hier slechts tot de beschouwing van enkele bijzonder nuttige of schadelijke dieren bepalen. Van de geheele groep der geleedpootigen (Arthropoda) zullen wij alleen de schadelijke kewangwoeng К. (Insecta) en koto К. (Crustacea), van de groote groep der weekdieren (Mollusca) de kima K., en van de groep der stekelhuidigen (Echinodermata) de fripang К. nader beschouwen, De overige groepen gaan wij met stilzwijgen voorbij. 1. Kewangwoeng К. Deze naam wordt gegeven aan een neus- hoorntor (Dynastida?), welke in dezen arehipel zeer groote schade veroorzaakt aan de kalapa-aanplantingen. Op den vasten wal van Java, o. a. in Djapara, komt deze tor ook voor, doch schijnt dáár niet zulke groote verwoestingen aan te richten. De kewangwoeng doorboort den jeugdigen top (vegetatie-top) van den kalapaboom, en doodt hierdoor den boom. Zij houden zieh soms in grooten getale in één zoo’n top op. Zoo verza- melde ik tijdens mijn verblijf op deze eilanden uit een en- kelen top een zestal van deze kevers. De larven houden, volgens mededeeling der inlanders, in den grond verblijf. Een aangetaste boom is gemakkelijk aan de verdroogde slap neer- hangende bladeren te herkennen. De boeroeng-gaga (Corvus macrorhynchus) en de boeroeng- enka (С. enca), twee op Java algemeen voorkomende vogels, welke op de Karimon-djawa-eilanden ontbreken, worden als vijanden van deze torren beschouwd. 2. Kolo К. (Brachyura). In Roorva heb ik dit woord niet kunnen vinden. Deze groote strandbewonende krabsoort komt op al de koraal-eilanden algemeen voor: op enkele eilanden, zooals P. Mendjangan-besar en P. Mendjangan-ketjil , zoomede op P. Kembar komen deze dieren in buitengewoon groot aantal voor; en hier is de bodem zoo vol holen van deze diereu, dat men slechts met groote omzichtigheid kan wandelen. De Koto voedt zich gaarne met de jonge kolven van djagoeng , waardoor hij soms voor den landbouw schadelijk wordt. 122 5. Кіта К. (Tridacna gigas’). Dit is het grootste va schelpdieren; soms vindt men schelpen van meer dan twee in middellijn. Dit weekdier, dat uiterlijk veel op een reusacht oester gelijkt en dat algemeen is aan de kusten van Java andere eilanden van den 0. 1. archipel, komt zeer veely in de zee van de Karimon-djawa-eilanden voor. Tamelijk kima wordt van Karimon-djawa naar Java uitgevoerd. Het visschen word echter meestal tegelijk met het tripang-zoeke daan. Daartoe gaan meestal 2 personen te zamen ; de een гоё! duwt de sampan over de kandasstrook zacht voorwaarts, te de ander vooraan zit met een gantol-kima K., dat is een h harpoen, die beneden van een houten knop voorzien is. 200 hij een kima ziet (hetgeen gemakkélijk is, daar het wate prachtig helder is en de grond uit wit koraalzand best | steekt hij den gantol-kima in de geopende schel Onmiddellijk sluit zich deze laatste nu. en wel zoo vast, de visscher het dier kan ophalen zonder gevaar te loo dat het zal loslaten. Om te voorkomen. dat de houten stok bij het ophalen van zeer zware exemplaren (soms een paar centenaar zwaar) breekt, is de houten knop los aan dens bevestigd, en de eerste met een touw verbonden, dat de scher in de hand houdt. Zoodra nu een groot exemplaar gehaald wordt, laat de knop van den steel los door de тууаа en wordt alleen het touw gebruikt. Door den houten knop № de schelp meteen geopend en nu kunnen de beide sluilsp met den gebruikelijken golok (kapmes) doorgesneden worded: Het dier wordt er dan geheel uitgehaald, en de schelp me weggeworpen. Alleen zeer groote schelpen worden soms: waterbekkens gebezigd. Het inwendige nu wordt in de? gedroogd en dan legen 1 gulden de 100 stuks op de! aan Chineezen (er wonen thans 9 Chineezen іп dezen archi} verkocht, welke dit door hen zeer gezochte voedsel onde naam kima in Semarang verkoopen. — Opzettelijk was ik wat uitvoerig, omdat hetgeen Vern in Java deel Г pag. daarover mededeelt. in enkele opzichten afwijkt van he 125 op deze eilanden door mij waargenomen werd. Het is hier wellicht de plaats om aan te teekenen, dat paarlen in dezen archipel wel gevonden worden, doch te zeldzaam, dan dat de _ parelvisscherij hier (zooals op vele andere koraal-eilanden) een middel van bestaan zoude kunnen zijn. ? 4. Tripang К. (Klasse der Holothuroidea en wel o. ш. vooral: Holothuria atra. H. vagabunda. H. impatiens en Stihopus variegatus). Dit dier heeft den vorm van een kom- kommer en wordt daarom in het hollandsch zeekomkommer, in het Engelsch seacucumber genoemd. Tripang is de chineesche benaming. welke in den 0. I. archipel burgerrecht verkregen heeft. Dit dier (verscheiden soorten) komt volgens Dana overal aan de kusten van koraal-eilanden voor. In de zee van den Karimon-djawa-archipel komt de tripang zeer veel- vuldig voor en vormt de tripang-visscherij een belangrijke tak van bestaan voor de bevolking dezer eilanden. Jaarlijks worden groote hoeveelheden naar Java verzonden (zie het Verslag van den Resident van Djapara). — De inlandsche namen der op de Karimon-djawa-eilanden voorkomende soor- ten laat ik hieronder volgen, gerangschikt naar de qualiteit : (ripang-merah, levend roodachtig, en tripang-gosok levend wit gekleurd: verder tripang-nanas met doornachtige uitwassen, Iripang-itam , welke levend geheel zwart is, en fripeng-poeloet, die levend vele wratvormige verhevenheden op de huid vertoont en bij verwonding veel slijm afscheidt (vandaar deze naam). Deze zes soorten worden te zamen, onder den algemeenen naam fripang, іп den handel gebracht. Drie andere soorten, de katjang-goréng, de olor-olor en de djepon hebben minder handelswaarde en worden onder den collectiefnaam olor-olor verkocht. Een picol tripang (bovengenoemde 6 soorten) bevat ongeveer 1000 stuks van de grootere of 1250 stuks van de kleinere soorten, en kost op de negri (Aarimon-djawa) 50 gul- den. De picol olor-olor (de drie genoemde soorten) bevat on- geveer 2000 stuks, en kost op de negri slechts 10 gulden. Het aantal en het gewicht hebben hier natuurlijk betrekking 124 ‚ор gedroogde exemplaren. De vangst geschiedt op deze eiland op eenigszins andere wijze dan dit door Veta voor den га wal van Java beschreven is. Hier toch wordt de tripang | olor-olor) met een tweetandigen steekpijl met ijzeren pun van de sampan uit, gevangen. Dit werktuig heet hier (ron Hoofdzakelijk wordt deze visscherij bij nacht met obors uitg oefend, daar de tripangs dan, volgens mededeeling der inland gewoonlijk niet meer geheel onder het koraalzand vers liggen, zooals des daags meestal het geval is. De heste van het jaar hiervoor is de pantja-roeba , omdat het meestal stille zee is. De naam pantja-roeba komt van ри dat vijf, en roeba, dat vallen, invallen beteekent; Рана nu wil zeggen de tijd, wanneer de »wind” van 5 ka komt, m. а. w. wanneer er veranderlijke winden en met windstillen heerschen. Пе tripang wordt bij de tehuiske onmiddellijk opengesneden, gekookt, daarna in de zon op bam rasters gedroogd, en hierop aan de markt gebracht. ei 5. Koralen. г De rifbouwende koralen dezer eilanden moet ik met stil zwijgen voorbijgaan, omdat mij van geen der vormen | wetenschappelijke namen bekend waren. De door mij medegebrachte exemplaren bleken alle de gew rifkoralen te zijn, die op alle eilanden in de Java-zeé vo komen, nam.: een groot aantal soorten van Madrepora verder eenige verlegenwoordigers van de geslachten Pavol Millepora, Tubipora, Orculina, Stylophora en Astrea. m P m. iM H У. GEOLOGIE. (Collectie G.) De hierbij gevoegde kaart. op schaal van 1: 100.000, ver- kleind naar de zeekaart op 1: 62.000, is door mij geologisch bewerkt naar de op de verschillende eilanden verzamelde gesteentemonsters. Dr. VERBEEK, de Chef der geologische op- neming van Java, had de goedheid die monsters door te zien, en mij de hierbij gaande gesteentelijst toe te zenden. De vindplaatsen van die gesteenten zijn op de kaart met de cijfers | tot 49 der gesteentelijst aangegeven. S 1. Litteratuur over de geologie van de Karimon-djawa- eilanden. Een geologische beschrijving van den Karimon-djawa-archipel bestaat, voor zoover mij bekend is, niet ('). Alleen vinden Wij een paar woorden hieraan gewijd in Уюхенонх Java deel 1 pag. 156 en 157 еп in deel IV pag. 11, en in Mr. J. P. Merman, Tijdschr. van Taal- Land- en Volkenkunde in N. I. 1885 (Verslag van den Resident van Djapara over een dienstreis naar de Karimon-djawa-eilanden). Volledigheidshalve laat ik hier de woorden van Јохєнонх letterlijk volgen. In Java deel I pag. 156 en 157 komt het volgende voor: »Twee verheflingszonen , die over een uitgestrektheid van ruim 25 lengtegraden (de zuide- "like verheffingszone strekt zich uit van de piek van Prinsen- veiland, P. Tanah itam, ten minste tot aan P. Sermata , terwijl de en 6) Het in vax рев Lrra’s Ned, Ind. pag. 103 gezegde heeft niets met de Karimon-djawa-eilanden uit te staan, omdat dáár slechts van de Riouw'sche Karimon-eilanden sprake is. 126 »noordelijke zone van Poeloe Rekata tot den G. Api, — » Wetter, voortloopt) evenwijdig ten opzichte van elkander voort- »loopen, en haar karakter onveranderlijk blijven behouden, 5 »doen zich duidelijk aan het oog voor; ja, het parallelismus, | »dat wij opmerken in de ligging der eilanden Karimon- djawa, | »Loebok en der Saleijer-eilanden, met betrekking tot de lengte- »as van Java, doet de veronderstelling geboren worden, 1 „er nog een derde, meer noordelijk gelegen verheffingslijn „bestaat, welke onder den spiegel der zee ligt.” En in deel IV pag. 11: Naar het schijnt, maakt slechts een enkele „berg, de Goenoeng Moerija op Java, een uitzondering ор „regel: dat niet slechts aan ééne , namelijk aan de zuidzijde , »tiair land vóór de vulkanen i is gelegen , maar dat zulks insgelijks | saan de andere d. i. aan de noordzijde het geval is (!). Deze | »vulkaan toch ligt een en al buiten de rij der overige vum »bergen; daarenboven maakt hij slechts schijnbaar een uitzon- „dering op den algemeenen regel, dewijl de eilanden Karimon | »djawa, welke noordwaarts ervan zijn gelegen, zonder twijfel »uit tertiair land bestaan, еп een derde eruplieve ver heffings | »strook aanduiden, die in oostelijke richting, naar de zijd | »van het m Bawéan ligt, en eine nog met "2 »bedekt is.’ i De hierboven geciteerde woorden van den genialen natuurol derzoeker zijn voor Saleijer door Zo teen (Nat. Tijdschr. v. N. 1. deel XIII 1857 pag. 516 noot 15), voor Bawéan onlang door Dn. VERBEEK (Verslag van het Mijnwezen over het twee kwartaal van 1886, voorkomende in de Java-courant van # Augustus 1886) en voor de Karimon-djawa-eilanden door nu onlangs door mij gevonden jong-eruptieve gesteenten bevest (1) Ter loops wil ik hier aanteekenen, dat onlangs door mij van tot heden aan de wetenschap onbekende tertiair aan den noordelijken ш! van den Moerija (in het bosch Ngarengan in de residentie Парага uitgebreide collectie fossielen met een geologisch schetskaartje, enz Prof. Martın te Leiden is verzonden geworden, die mij beloofde materiaal spoedig te zullen bewerken. 127 of ten minste hoogstwaarschijnlijk gemaakt. Van tertiaire ge- steenten echter heb ik op de Karimon-djawa-eilanden nergens sporen kunnen ontdekken. Verder behooren hier nog genoemd te worden de onderzoe- kingen der mijningenieurs op Bangka, gepubliceerd in het Jaar- boek van het Mijnwezen іп N. I. en van Dr. Poszwırz in het Nat. Tijdschr. van N. I. deel XLIV, pag. 102—108 en pag. 162—174 en deel XLV pag. 152—155. Het is mij toch ge- bleken, dat er een groote overeenkomst bestaat tusschen de geologische gesteldheid van Bangka en enkele der Karimon-djawa eilanden, vooral met het hoofdeiland Karimon-djawa en P. Ka- moedjan, zoodat zich onwillekeurig aan mij de veronderstelling opdringt, dat ook op deze eilanden, en met name wellicht op het hoofdeiland, sporen van tin zullen gevonden worden. Het grootste rivierdal is dat van de Кай Lèlè; ale andere zijn van zeer weinig belang door hunne geringe uitgestrektheid, zoodat eene eventueele ontdekking van tin hier waarschijnlijk meer van wetenschappelijk, dan van praktisch belang zou zijn. § 2. Gesteenten. Kwartsieten ‚ kwartsietconglomeraten , kwartszandsteenen en klei- schiefers, meest met kwartsgangen , schijnen bijna geheel de eilanden Karimon-djawa , Kamoedjan , Goendoel , Batoe en Mritjan samen te stellen. Verder werden deze gesteenten nog aange- troffen aan de zuidpunt van P. Mendjangan-besar en de noordpunt van P. Bengkoewang. Versteeningen werden in deze formatie nergens gevonden. Dezelfde gesteenten zijn bekend van de Wester-afdeeling van Borneo, van Bangka en Billiton en van Sumatra. : Jong-eruptieve gesteenten (bazalt) heb ik aangetroflen op Р. P arang, P. Gembar, P. Njamok, en P. Genting. Op het eerst- en het laatstgenoemde eiland vormen zij heuvelruggen en enkele meer geisoleerde toppen. Kratervorm was hier echter nergens meer te herkennen. Evenmin werden sporen van tegenwoor- dige vulkanische verschijnselen waargenomen. 128 Uit recente gesteenten (koraalkalk en schelpzand) zijn de me я kleinere eilanden opgebouwd. Zoo bestaan hieruit P. Tied Г. Р. Pi Р: Р. Sintok, P. Tengah, Menjawahan , Krakal ketjil , Parang, P. Njamok P. Kembar, djangan besar, en P. Genting voor een zeer grooi deel ue d en P. jongere gesteenten bestaan. * 22 m = LIJST DER VERZAMELDE GESTEENTEN. Vindplaats. 1. Poeloe Beugkoewang. Noordpunt van het eiland, 5 meter boven zee. II. Poeloe Goendoel. Top van het eiland, onge- (Veer 29 meter hoog. Als №. 2. Ш. Poeloe hamoedjan. Nabij de pondok aan den Legon Kamoedjan , boven zee. Nabij N°. 3. iets meer land- waarts, + 5 meter boven zee. Aan het strand van de Oedjoeng Lemoe: de lagen val- len met 65° naar ММО. in. 5 meter Р. Ке, P. Sambangan . Tjemara ketjil, P. Tjemara besar, P. Klejang, P. Boeroeng, P. Kombang, P. Karang. Mendjangan P: Pe P. Krakal bes деи geheel; ы. à P. Bengkoewang, P. Mer Benaming. а Fijn kwartsietconglomê | raat. Verweerde "— — kwartsgang, en een monster kwartsiet. 1 Lichtgrijze kleischiefer 2 | kwartsgangen en verscheiden | | stukken gangkwarts. x Kwartsiet (verweerd) е | kwartsgang. Э | Kwartsiet. Kwarisiet. N. уй 8. © 129 Vindplaats. Oedjoeng Kiowak aan het strand. Nabij N°. 7. IV. Poeloe Karimon-djawa. Op weg van de rustplaats aan den Legon Njamplongan| naar den G. Missigit (G. Kra- mat). Oever van de Kali Pasare- han, zeehoogte ongeveer 155 meter. Top G. Missigit (of Kra- Benaming. Kwartsiet. Kwartsiet. Witte kwarts, afkomstig van een gang. Fijn kwartsietconglome- raat. Fijn kwartsietconglome- mat) bij het graf. Zeehoogte| 161 meter, NW.-helling van den 6. Missigit, tusschen 5 en 50 meter zeehoogte. Pantjoeran ten N. van de negri, zeehoogte + 6 met. QI 15 | Tusschen Legon Moto en Legon Molo, aan het strand. 6. Moto, van 0 tot 374 me- ter zeehoogte. Top van den G. Moto, 374 meter hoog. Oedjoeng Kemloko aan het Strand. Аја №. 17. Ten NW. van Мо. 18, aan het strand. Ten NW. van N°. 19, aan het strand. raat (verweerde kwartsiet). Fijn kwartsietconglome- raat met kwartsgang. Zandsteen (waarschijnlijk verweerde kwartsiet). Kwartsiet met kwartsgang. Kwarts, van gangen af- komstig. Kwartsiet. Kwartsiet met witte glim- merblaadjes. Grijze kleischiefer. Kleischiefer. Zes stuks grijze kleischiefer; twee stuks fijne zandsteen (verweerde kwartsiet.) №. Vindplaats. 91| Ten NW. van №. 20, aan het strand. 99 Ten NW. van №. 21, aan het strand. 95| Als №. 22. 94| Als №. 22. 25 Als №. 22 26 Top G. Mamplong, hoog 209 meter. 27 Тор 6. ша hoog 501 meter. 28 Rug tusschen б. Alang- alang en G. Pasarehan: 540 meter zeehoogte. 29; Top 6. Pasarehan, 592 meter zeehoogte. 50 Rivier Pasarehan, N.-voet van den G. Pasarehan, 130 . [meter boven zee. 51| ZW.-voet van G. Gen- dera, zeehoogte 12 meter. 32, Nabij №. 51, zeehoogte 7 meter. V. Poeloe Batoe. 55 Verschillende monsters, tus- schen 0 еп 10 meter zeehoogte. VL Poeloe Mendjangan-besar. 54| ZO.-punt van het eiland, de z. g. 6. Mendjangan, 5| meter hoven zee. 150 Benaming. Kleischiefer. Bruinijzerertshoudende bret- се, met brokstukken kwarts Recent. Kleihoudende ьш 8 ertskorsten. Recent. 5 Bruinijzerertskorsten 2 klei. Recent. i Bruinijzerertskorsten mel : klei en ingesloten We stukken. Recent. | Kwartsiet. Kwartsiet gangkwarts. en een УК Kswartsconglomeraat. Kwartsiet. Kwartsiet. Kleischiefer. Kwartsiet. Kwartsiet (verweerd). Kwartsiet. са = Wem © 45 = oo = > 151 Vindplaats. VII. Poeloe Parang. ZW.-kust van het eiland, 2 meter hoog. Noordelijk van N°, 55. Oedjoeng Djeroekwangr. Oedjoeng Batoe-itam. Ten zuiden van N°. 58, aan het strand. Ten zuiden van aan het strand. Oedjoeng Bedoedak. УШ. Poeloe Njamok. Rm. o Oedjoeng Molak, zeehoogte 3 meter. | Тор 6. Njamok, 10 meter hoog. IX. Poeloe Genting. Oedjoeng Batoe-lor. Ten zuiden van N°. 44, klippen aan het strand. Top van den heuvelrug, in het zuiden van het eiland, 10 meter hoog. Voet G. Матрое , oostkust van het eiland. Oedjoeng Nampoe, aan het strand. Oedjoeng Batoe Kidoel aan het strand. Benaming. Onkenbaar. Wellicht ver- weerde bazalt. Onkenbaar. | Bazalt. Bazalt. Onkenbaar. Wellicht to- taal verweer- de bazalt. Onkenbaar. Onkenbaar. Onkenbaar. | Wellicht ver- Onkenbaar. | weerde bazalt. Bazalt met groote olivienen. | Bolstukken. Bazalt. kenbaar incon Wellicht ge- : | eel ver- Onkenbaar Mese = verweerd 7 Bazalt. Bazalt. 152 | be bazalten behooren, volgens mikroskopisch DEE: van Dr. Уввеек, alle tot de veldspaatbazalten, de meeste met veel olivien. Leuciet, welk mineraal in de gesteenten van Bawean zoo talrijk voorkomt, werd in de bazalten van P. m- en P. Genting nergens aangetroffen. É | Pari, 10 Januari 1887. : NASCHRIFT. Indien deze bijdrage tot nauwkeuriger kennis van een klein | deel van onzen Indischen Archipel wellicht eenige wetenschap- 3 pelijke waarde heeft, dan ben ik dit hoofdzakelijk verschuldigd | aan de hulp van Dr. Уквввек, Dr. Borek en Dr. Sum, | Aan deze allen zeg ik hier mijn welgemeenden dank. x DE SCHRIJVER. SALATIGA, 2 Mei 1888. VERSLAG VAN DE WERKZAAMHEDEN EN DEN TOESTAND DER KONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING IN NEDERLANDSCH-INDIË OVER HER JAAR 1887 UITGEBRACHT IN DE ALGEMEENE ME VAN DEN деп FEBRUARI 188 DOOR H. L. JANSSEN VAN RAAY. Voorzitter der Vereeniging. М. H Voor de tweede maal geroepen om nopens de werkzaam- heden en den toestand onzer Vereeniging verslag uit te brengen, heb ik in de eerste plaats met leedwezen te vermelden, dat tij in het laatst van het afgeloopen jaar het verlies te be- treuren had van haren Honorairen Beschermheer , den gewezen Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indie, Mr. Атвевтоз Јасов DuywAER VAN Twist, die op den 5% December op den huize »Nieuwe Rande" bij Diepenveen in Overijsel in den ouder- dom van 78 jaren overleed. 154 Het is hier niet de plaats om het Staatkundig leven van den overleden Honorair-Beschermheer te bespreken. Toch geloof - ik er met een enkel woord op te mogen wijzen, dat van zijne regeering de meer vrijzinnige richting in het bestuur dezer - gewesten dagteekent en tijdens die regeering het tegenwoordige Regeeringsreglement in werking trad, het nieuwe muntstelsel ingevoerd, de bazaarpacht afgeschaft en tot het oprichten van de eerste telegraaflijnen besloten werd. d Onze Vereeniging was veel aan den Heer Duymaer VAN Twist verplicht. Gedurende de vijf jaren dat hij Opperlandvoogd was, voerde hij niet alleen den titel van Beschermheer, maar ver leende hij, zooals de eerste Voorzitter Onzer Vereeniging in de bestuursvergadering van den 14% Mei 1856 zoo terecht deel | uitkomen, haar ook inderdaad eene krachtige bescherming. Bij zijn vertrek uit Nederlandsch-Indië werd hem daarvoor door — eene deputatie van het Bestuur, bestaande uit den Voorzitter P. Brreker en het lid A. W. p. Weıtzer, thans Minister val “Oorlog in het Vaderland, de erkentelijkheid der Vereeniging betuigd en hem tevens het Eere- -Beschermheerschap aangeboden, dat door hem in voor de Vereeniging zeer vleiende Wei werd aangenomen. Het spreekt van zelf dat wij niet hebben nagelaten Mevrowt de Weduwe Duymaer van Twist van onze deelneming in hel overlijden van haar echtgenoot te doen blijken. | Thans tot een aangenamer gedeelte mijner taak overgaand, is het mij een genoegen op den gunstigen toestand, wa onze Vereeniging verkeert, te mogen wijzen. | Was in de voorafgegane jaren het aantal Gewone leden e stadig en belangrijk afgenomen, aan de omstandigheid dal 1 het laatste gedeelte van 1886 zooveel meer nieuwe leden waren toegetreden dan vroeger, meende ik het recht te vgl om in mijn vorig verslag de verwachting uit te spreken” dat het keerpunt gekomen was en de Vereeniging ook. di den vervolge op de belangstelling en den steun der 222 155 dezer gewesten zoude mogen rekenen, die zij gedurende haar, bestaan in zoo ruime mate ondervonden had. Het afgeloopen jaar heeft die verwachting ten volle verwe- zenlijkt. Tegen 47 leden, die der Vereeniging wegens bedanken vertrek of overlijden ontvielen, traden 118 nieuwe leden tot haar toe, zoodat op 51 December 1887 het aantal leden, dat een jaar te voren 295 en niet, zooals toen bij vergissing ge- zegd werd, 288 bedroeg, tot 566. was geklommen. Van de Besturende leden traden de heeren Dn. L. W. G. ре Roo, Dr. M. Твков en А. J. Scuuurnman in 1887 af, de eerste twee wegens vertrek naar Europa, de derde wegens vertrek naar ` Banka. Daarentegen trad de heer J. Herinca weder als bestuurslid ор en werd de heer G. J. P. J. Вогљахр als zoodanig benoemd. Bij het einde des jaars bestond het Bestuur uit 15 leden. In het vorig verslag werd het aantal Correspondeerende leden in Nederland verkeerdelijk opgegeven als 50 te bedragen, terwijl het inderdaad, even als dat der correspondeerende leden in het Buitenland, slechts 29 bedroeg. In het afgeloopen jaar ontviel ons het buitenlandsch corres- pondeerend lid Spencer Furrerton Bamb, Secretaris van the Smithsonian Institution te Washington, die op den 19% Augustus 1887 aldaar overleed. Professor Bap was den 5% Februari 1825 te Reading in den staat Pennsylvanié geboren en bereikte dus den ouderdom van ruim 64 jaren. Hij was een der beroemdste Amerikaansche natuuronderzoekers en openbaarde zijn aanleg daartoe reeds vroeg. Toen hij veertien jaar was begon hij reeds met zijn broeder eene verzameling van de vagels van Cumberland , Pennsyl- vanië, aan te leggen, welke den grondslag tot de groote гааны meling van het Smithsonian Institution heeft gelegd. Op zeventien- jarigen leeftijd promoveerde hij aan het Dickinson College en : 156 3 studeerde daarna in de medicijnen aan het College te New- York. ‚ Hij voleindigde echter deze studiën niet, maar ontving in 1844 van het Medical College te Philadelphia den graad van Doctor in de Medicijnen honoris causa, terwijl hij in 1845 tot Professor | in de Natuurlijke Historie aan het Dickinson College werd benoemd. | In 1850 werd hij tot Assistent-Secretaris en in 1870 tot Secretaris van het Smithsonian Institution gekozen, en i 1871 werd hij tevens door de Regeering tot Commissaris van de visscherijen benoemd, in welke betrekking hij veel tot ver- meerdering van den vischrijkdom van zijn land heeft bijgedragen. Van de vruchten van zijn natuurwetenschappelijk onderzoek ` getuigden bijna 1200 monographién en onderscheidene groote ; werken, terwijl hij bovendien 55 jaar lang de jaarlijksche ver. slagen van het Smithsonian Institution uitgaf. Vorsten en geleerde genootschappen erkenden door onderscheidingen zijne groote verdiensten en meer dan dertig geslachten en soorten zijn naat hem genoemd. Onze Vereeniging benoemde hem in 1881 tot correspondeerend lid. | Nieuw benoemd werden tot Correspondeerende leden in Neder- land Dr. С. А. Pereruarıse, Hoogleeraar in de Algemeene ` Pathologie en Pathologische Anatomie te Utrecht , en in het Bur | tenland ALEXANDER Woeikor, Voorzitter van de geografische Vereeniging te Petersburg, door welke benoemingen het aantal ` correspondeerende leden in Nederland op het bij de Wel bepaalde maximum van 50 gebracht werd, en dat in bel buitenland 29 bleef bedragen. : Ons oudste correspondeerend lid in Nederland Dr. C. H. D. Buys Вашот te Utrecht viel het voorrecht ten deel den 16" ? November van het afgeloopen jaar zijn veertigjarig professoraal ` in de faculteit der Wis- en Natuurkunde te mogen her denken. Van alle kanten mocht de waardige geleerde blijken : van belangstelling ontvangen, en ook wij zijn piet in gebreke ` gebleven den jubilaris onze geluk wenschen ihn te bieden. " : SA 157 delid Dr. С. P. Ѕіллтев, in goeden staat verkeeren, en werd, even als in vorige jaren, zoowel door ten geschenke ontvangen werken, als door werken, welke van de genootschappen, waar- mede de Vereeniging in betrekking staat, in ruil voor ons tijd- schrift werden ontvangen, belangrijk verrijkt. Nieuwe betrekkingen werden aangeknoopt met de volgende vijf wetenschappelijke vereenigingen : The Anthropological Society of Washington, Wagner Free Institute of Science te Philadelphia , Sociedad cientifica Alemana. te Santiago (Chili), Société des naturalistes de la nouvelle Russie te Odessa, en Société royale malacologique de Belgique te Brussel ; terwijl wij ook voor het eerst het Journal of comparative Medicine and Surgery, Editor W. A. Сохкых, New-York, іп ruil voor ons tijdschrift, ontvingen. Verder werd de Bibliotheek vermeerderd met de vervolgen op de tijdschriften en andere werken, waarop de Vereeniging ingeteekend is, doch overigens werden ook geen boeken van eenige beteekenis aangekocht. | Met het inbinden van de boeken werd voortgegaan, zooveel de middelen dit toelieten. 2 Even als vroeger werd ons tijdschrift verzonden en ontvin- gen wij de werken der bevriende genootschappen door tus- schenkomst van het Nederlandsch Wetenschappelijk Centraal- bureau. Zoo wel het eene als het andere geschiedde geregeld. Het Museum breidt zich langzamerhand uit en krijgt door de zorg en de toewijding van ons medelid Dr. С. P. SLUITER allengs een beter aanzien, waardoor het, zooveel de krachten onzer Vereeniging toelaten, nut kan stichten. In mijn vorig verslag deelde ik mede dat de heer SLUITER bezig was met eene verzameling der locaalfauna van de ko- raalriffen en baaien van Java’s Westkust te maken. Met dit werk is de heer Srurrer in het afgeloopen jaar voortgegaan, en hij is tevens begonnen inet het bewerken van een beschrijvenden 158 Catalogus der Verzameling, waarvan het eerste gedeeld; ыг delende over de Echinodermen, Y Holothurioidea , reeds in л tijdschrift opgenomen is. e Een in het Museum aanwezige, meer dan één meler мн dus buitengewoon groote koker van een Dentalium werd aan het Geologisch Rijksmuseum te Leiden ten geschenke angel 239 8 Ons door den heer Srurrer ingericht Zoölogisch Station 23 ging eene groote verbetering en uitbreiding. Moest ik er in mijn vorig verslag op wijzen dat het makea van gemetselde bakken voor de aquariën zeer gewenscht e maar de geldmiddelen der Vereeniging de daarvoor gevorderd: | uitgaven niet toelieten, des te aangenamer is het thans mel erkentelijkheid te mogen vermelden, dat de Regeering, doo het verleenen eener subsidie van / 1500, ons in staat heel gesteld die zoo gewenschte verbetering aan te brengen. In de rechter voorkamer van ons gebouw werden drie ge metselde bakken, elk van een inhoud van ongeveer 5 kubieke | Meter, gemaakt, die in November gereed kwamen en mel zeewater werden gevuld, waarna daarin de tot dus ver il houten kuipen bewaarde zeedieren werden overgebracht. h de wanden der bakken zijn als kijkglazen spiegelruiten 23 | 40 X 70 centimeter aangebracht, terwijl een centrifuge pompje voor de waterverplaatsing wordt gebruikt. A Tot nu toe voldoet de nieuwe inrichting zeer goed en D blijkt dat daarin ook grootere dieren gemakkelijk in het le kunnen gehouden worden. x Het verbruik van zeewater is echter belangrijk grooter ш. vroeger en daardoor zijn de kosten van het station ook i toegenomen. Maar wij mogen thans ook met voldoening € onze inrichting wijzen. Hoe bescheiden zij ook moge zijn. 7" bewijst zij toch groote diensten bij het reeds zoo vrucht wetenschappelijk onderzoek, waaraan Dm Su purem zich ges heeft, en zal zij hem, naar vertrouwd mag worden, in ни stellen om nog vele onopgeloste vraagstukken omtrent hel level ce de шай eenden + 159 der tropische zeefauna tot eene oplossing te brengen; zoodat wij daaromtrent nog vele bijdragen van zijne hand in ons tijdschrift mogen te gemoet zien. Het Gebouw, aan onze Vereeniging en aan de Nederlandsch- Indische Maatschappij van Nijverheid en Landbouw gezamenlijk toebehoorende, verkeert in goeden staat. De in het vorige jaar voorgenomen verbouwing der Oostelijke bijgebouwen tot eene woning kwam in de eerste helft van 1887 gereed, en de woning is daarna door ons medelid Dr. SLUITER, die ze voor vijf jaren gehuurd heeft, betrokken. De bestuursvergaderingen werden ook in het afgeloopen jaar geregeld gehouden. Op sommige vergaderingen mochten wij ons verheugen in de tegenwoordigheid van Professor Dr. C. A. PEKELuARING en van Dr. С. Winkrer, Lector in de Psychiatrie aan de Hoogeschool te Utrecht, die door de Nederlandsche Regeering herwaarts in commissie: waren gezonden om een onderzoek naar de oorzaken der beri-beri en naar de ziekte zelve in te stellen. De eerstgenoemde had bovendien de welwillendheid in de algemeene vergadering van den 25°" Juni, die door een groot aantal leden en andere belangstellenden werd bijgewoond, eene voordracht te houden over: De beteekenis van Bacteriëen voor de gezondheid van den mensch. In onze bestuursvergaderingen werden de volgende voor- drachten gehouden : in de maanden Maart en April door den heer 6. J. Р. J. BoLLAND ` over: Voorzienigheid en Natuurwet , eene hernieuwde bespreking der oude vraag: werkt de Natuur volgens doeleinden ? in de maand November door den heer Dr. G. P. SLUITER over: De nieuwere ideeën omtrent het mechanisme der overer- ving en veranderlijkheid bij levende wezens; | in de maand December door den heer С. J. P. J. Вогљахр over: De wereldbeschouwing der toekomst. 140 Ook in deze vergaderingen waren steeds een. groot а leden en ook enkele dames tegenwoordig. Verder werden in onze bestuursvergaderingen herhaaldelijk meer of minder belangrijke mededeelingen op natuurwelen schappelijk gebied gedaan: De heer Mr. М. С. Prrpers о. a. toonde eenige о voorbeelden van mimicry bij rupsen, wier kop, bij нь gevaar, den vorm van een slangenkop aanneemt. De heer А. G. Уоврепмах vermeldde eene door den her Pasteur, Inspecteur bij den Post- en Telegraafdienst, gedane waarneming dat kapokboomen, die tot steunpunten der tele graafdraden gebezigd worden, sterk door de specht worden aangetast, welke vogel vermoedelijk, door het bekende 2 druisch, dat de telegraafdraden maken, misleid, onder da bast van den boom insecten meent te vinden. | De heer Dr. J. P. van per Srok wees op de gedane . om kleuren te photografeeren en op het in den laatsten LE gelukken der bereiding in grootere hoeveelheid van de zilver verbinding, die de gevoeligheid voor kleuren vertoonde, waal- door het vraagstuk der kleurenphotographie eene ge schrede nader tot zijne oplossing wordt gebracht. Dezelfde deed eenige mededeelingen omtrent eene nieuwe methode om eene onveranderlijke tijdseenheid te verkrijgen. die onlangs door Lippy ANN 1$ aangegeven. De heer G. teekeningen, Westkust nop ens de richting en eenigermate ook omtrent de intensiteit der aardstroomen zijn gehouden, ten einde te zit of deze ook met de werking van n abijgelegen vulkanen in Y band konden slaan, welk verband echter niet is gebleke terwijl verslaggever eene mededeeling deed over het in kortet tijd sterk afnemen der middellijn van de ijzeren schroelp? van het stroomjuk eener brug over Aer Wierah in Menado, Waarschijnlijk ten gevolge van het in het water aanwezig? zwavelzuur. 141 Van het Tijdschrift der Vereeniging verschenen sinds mijn vorig verslag de 4° of laatste aflevering van Deel XLVI en de afleveringen 1, 2 en 5 van Deel XLVII, waarin о. а. opgeno- men zijn de door den heer Вогљахр gehouden voordracht over: Voorzienigheid en Natuurwet; eene verhandeling van denzelfden over: De begrippen Stof en Kracht; eene bijdrage van Dr. Son over: Die Evertebraten aus der Sammlung des Königlichen Naturwissenschaftlichen Vereins in Niederländisch Indien; eene van den heer S. H. Koorpers over den Goenoeng Moerija, enz. enz. Omtrent het geldelijk beheer onzer Vereeniging, waarvoor ons medelid TEN BRUMMELER zoo uitnemend zorg bleef dragen, wordt in de bijlage van dit Verslag een overzicht gegeven. Daaruit blijkt, dat de geldmiddelen der Vereeniging niet onbelangrijk zijn vooruitgegaan. Wel was het batig saldo, dat op 1 Januari 1887 f 5057.14 bedroeg, op 51 December tot / 5429.72 verminderd, maar wanneer men in aanmerking neemt, dat Л 5698 is uitgegeven voor het aandeel der Vereeniging in het inrichten der oostelijke bijgebouwen tot eene woning, die voor Л 90.— 's maands verhuurd is, dan is toch de uitkomst dat het jaar 1887 eene geldelijke bate van bijna 7 2000 heeft opge- leverd. Een heuchelijk verschijnsel, getuigenis afleggende van den steun en de waardeering, die onze Vereeniging bij de ingezetenen van Nederlandsch-Indié mag ondervinden en die ons, lerwijl wij met eenige voldoening een terugblik op het ver- leden onzer Vereeniging mogen werpen, met vertrouwen de toekomst mag doen te gemoet zien! Die toekomst blijve steeds getuigen van eendrachtige samen- Werking van allen aan het doel onzer Vereeniging : bevordering der natuurwetenschappen in den uitgebreidsten zin, en van de "riendschappelijke verstandhouding tusschen de leden van het _ ‘Stuur, waardoor onze Vereeniging zich steeds heeft geken- | merkt, en die де eendrachtige samenwerking in zoo hooge mate bevorderd heeft. ORREENING £M VERANTWOORDING OVER HET JAAR 1887. ONTVANGEN. Januari . 7i. T2559 Saldo op 1 Subsidie van het Gouvernement. a. Gewone jaarlijksche . . . . . b. buitengewone ten behoeve van hel n, a SAS у 2000.—- » 1500.— Gekweekte rente BEL. 2% Aandeel in de м der nds ër Contributién van de leden. . . Du. div Me qi Verkochte gedrukte stukkeen . . ГАТТ f 5157.14 14689.81 UITGEGEVEN. Aardbevingen, Onkosten voor de waarneming van. / 51.55 БОЛЖ та, 00822135 1 70298 30658 Todshril 1: 107155 45. 222.22 MOMS Museum . . VVV Zöologisch station en H „ше. ха MO Secretariaat . » 549.16 lja aandeel in ёл манаа» van een ne op het erf der Vereeniging . » 3698.— 1» aandeel in de jaarl. TIMES tot TORNO] en bewaking der gebou wen 329.63 Oppasser Ж Gap. ee 1 Nederlandseh байан m T... ғ. 46950 Inningskosten . hoe Е соқта 392131 Saldo op Ше. (гараг 1887 . JJ ee 02972 f 14689.81 Baravia, 8 Januari 1888. De Directeur Thesaurier. Tex BRUMMELER. OPMERKING OMTRENT HET SMELTEN VAN VAST KOOLZUUR DOOR Юг. Н. ONNEN. In alle handboeken der natuurkunde vindt men beschreven op welke wijze koolzuur in den vloeibaren en in den vasten toestand verkregen kan worden, en hoe de spierwitte vlokken vast koolzuur slechts langzaam verdampen, terwijl zij eene temperatuur behouden van — 80° C. Bij het aanschouwen der proef wordt echter allicht gevraagd, hoe het komt, dat het vaste koolzuur niet langzamerhand in temperatuur stijgt tot zijn smeltpunt (—58°) en dan vloeibaar wordt, evenals ijs of sneeuw: er is tijd genoeg voor. En al dringt de warmte ten gevolge van het geringe geleidings- vermogen van vast koolzuur ook niet of slechts zeer langzaam tot het binnenste door, dan zou het toch niet meer dan natuur- lijk zijn, dat de vlokken koolzuur aan hare oppervlakte vochtig aanvoelden! In geen der mij bekende handboeken wordt deze Vraag explicite besproken en hierdoor komt men er licht loe om over de kwestie heen te stappen of wel om te denken dat het vaste koolzuur wel smelt, maar dan zóó snel verdampt, dat het in den vloeibaren toestand aan onze waarneming ontsnapt. Deze meening is echter geheel onjuist, daar het koolzuur onder één atmospheer drukking niet in den vloeibaren toestand, bestaan kan. In het algemeen toch is de vloeibare toestand eener stof gebonden aan bepaalde temperatuur-grenzen (het vriespunt en het kookpunt) die ten eerste van den aard der stof en ten tweede van den uitwendigen druk afhangen. Zoo is 144 d bijv. bij eene drukking van één atmospheer water alleen bestaan- | baar tusschen 0° en 100°, bij eene drukking van 92 m.M. slechts ` tusschen 0° en 50°, bij eene drukking van 17 m. M. tusschen | 0° en 20°, enz., waarbij de geringe invloed, dien de drukking ` op het vriespunt uitoefent, buiten aanmerking kan blijven. Bi vermindering der drukking naderen de temperatuur-grenzen | elkander: zij ontmoeten elkaar bij eene drukking van 40 m. M. Een stuk ijs in eene ruimte, waar de drukking ор 4,6 m. M. gehouden wordt, smelt niet, al is de omgeving ` ook nog zoo warm, maar gaat terstond in damp over, Houdt men de drukking op 2 m. M. d. i., de spankracht van ver. zadigden waterdamp bij — 10°, dan zal het ijs niet allem à niet smellen, maar zelfs niet warmer worden dan — 10°: hel 3 kookpunt is nu gedaald beneden het smeltpunt. In zoodanigen | toestand nu verkeert ook het vaste koolzuur, als dit onder geen hoogere drukking staat dan 1 atmospheer; het Коокрш ` is dan — 80°; al de warmte, die het van de omgeving opneemt, j Wordt voor dampvorming gebruikt, zoodat de vaste stof niel : in temperatuur stijgen en dus ook niet smelten kan. Brengt ` men evenwel vast koolzuur in eene afgesloten ruimte, dan ul daarin de drukking door de voortdurende dampvorming toe nemen; de temperatuur van het vaste koolzuur stijgt en wordt 50 eene drukking van 4 atmospheren gelijk aan het smeltpunt ` (—58°). Van dat oogenblik af begint dan het koolzuur № | smelten. 2 ж E Meester-Cornenis , 17 Mei 1888. Be ͤ re 2 OVER EENE KLEINE COLLECTIE VOGELS AFKOMSTIG VAN DEN KARIMON-DJAWA-ARCHIPEL. DOOR А. G. VORDERMAN. STADSGENEESHEER TE BATAVIA. Door tusschenkomst van Dr. €. P. Suen alhier -ontving ik korten tijd geleden een zestal geprepareerde vogelhuiden. Zij maakten deel uit van eene collectie naturalién, die door den heer Koorpers in den Karimon-djawa-archipel bijeen ge- bracht was. Hunne determinatie is als volgt: 1°. ен 2°. Eudynamis orientalis, 1. Van deze soort was een mannelijk exemplaar voorhanden en een wijfje. Het effen zwarte vederkleed van het eerstgenoemde had den staalblauwen weêrschijn, terwijl de vaalzwarte grond- kleur bij het vrouwelijke exemplaar op de bovendeelen door talrijke lichte rosachtige dwarsbandjes was afgebroken. (Zie de beschrijving dier vogels in het ХИР" deel van het Natuurk. Tijdschr. voor Ned.-Indië, pag. 205). Ook op het met dicht bosch begroeide koraal-eilandje Edam, in de haai van Batavia, wordt deze soort veelvuldig aangetroffen. 5°. Carpophaga aenea, BP. Deze groote duif is op Java algemeen bekend onder den inlandschen naam: »Pergum”. (Voor de beschrijving zie: Natuurk. Tijdschr. voor Ned.-Indië, Deel XLIV, pag. 226). 7 4. Calloenas nicobarica, 6. В. GRAY. Eene buitengewoon fraaie duifsoort , die over den indischen archipel verspreid is, en enkel op eilandjes schijnt voor te komen 10 146 Waar geene kleine roofdieren, als musangs, civetkatten, ele. worden aangetroffen. De eilanden, die bekend zijn als woonplaal- sen van dezen vogel, zijn de volgende: Nicobaren- en Andaman- archipel, de eilandjes in Straat Malakka, de Philippijnen, de Sanggir-eilanden, de eilandengroep van Hulmaheira. Ceram, Misool, Salwatti, Nieuw-Guinda, de eilanden in de Geelvink- baai en de kleine eilanden langs Noordelijk-Borneo. Hier- | aan Кап ik toevoegen dat de Calloenas nicobarica ook in den Kangean-archipel huist, aangezien er in 1876, tijdens mijn ver blijf te Soemenep (Madura), herhaaldelijk levende individu's van daar aangevoerd werden. Ook van het eilandje Noordwachle ` in de Javazee werd mij een exemplaar dezer soort aange bracht, terwijl die vogels menigvuldig zijn op enkele kleine eilanden rondom Billiton. Te dier plaatse heet hij »djoenai”. | Het voorkomen van de Nicobarenduif in den Karimon-djawe | archipel is nieuw voor de wetenschap. | Deze duif onderscheidt zich о. a. door de stevige pooten en door den halskraag van verlengde puntig uitloopende vederen. die een sieraad van den vogel uitmaakt. De algemeene kleur is donkergroen met een rooden of gouden metaalgloed. Het door den heer Koorpers geschoten individu was. in hel eerste vederkleed , te oordeelen naar den groenachtig zwarten Staart , die bij den volkomen ontwikkelden vogel wit is. RS Ardetta sinensis, см. | Een kleine reigersoort die algemeen over den Indischen archipel | verspreid is. (Zie Natuurk. Tijdschrift Ned. Indië, Deel XLIV. | pag. 258). | y d 6°. Anous stolidus нъ Kigenlijke meeuwen worden in het westelijk deel van onzel ` Indischen archipel niet aangetroffen. Hunne plaats wordt ingè nomen door een aantal soorten van sternen, die hier en daat ор eenzame eilanden hunne broedplaatsen hebben. Јеврох verdeel! ` ze in 5 natuurlijke groepen t. w. de moerassternen , de rivier : 2 кари 147 sternen, de zeesternen, de oceanische sternen met de noddy’s en eindelijk de schaarbekken. De Anous stolidus nu behoort tot de noddy’s, welbekende oceanische vogels, die enkel in tropische of subtropische zeeën leven. Suxpevarı beweert dat hunne levenswijze meer overeenkomst heeft met die der stormvogels dan met die der overige sternen. Forges trof de onderhavige soort bij duizenden aan op de Cocos- еп Keeling-eilanden , bezuiden Java. Zij schijnt daar te nestelen. | De beschrijving van het door "den heer Коокревѕ gezonden exemplaar is als volgt: De geheele vogel is donker-vaal-bruinachtig van kleur. Deze kleur gaat langs den nek op de kruin van het hoofd geleidelijk in grijs over, dat weder op het voorhoofd lichter van tint wordt. Terzijde is dit grijs scherp afgescheiden van de donkere kleur der aangrenzende teugel- en wangstreek. De slagpennen der 1° orde hebben over hunne uiteinden en buitenvlaggen een donkerder kleur, die naar het zwart trekt. Hetzelfde is het geval met het uiteinde van den staart. Bek еп pooten zwart. De afmetingen zijn de volgende: Lengte der middelste staartpennen. . . 0.144 M. e e,, ß Lengte der mond opening 0.048 Ate "ett, e енот анха ЕШ ЕКОЕ GD Hoogte van den bek aan de basis. . 0.010 » Be ОВЕН я ,, ß a ТОИ о 6 Middeltoon met nagel . . . . . 0.057 » Achtertoon met id. „, ĩ ù) eee 2/6 Batavia, 1 Mei 1888. OVER DE WENSCHELIJKHEID VAN EEN ONDERZOEK NAAR DE DILUVIALE FAUNA VAN NEDERLANDSE | INDIE, IN HET BIJZONDER VAN SUMATRA. 4 DOOR EUG, DUBOIS, š Officier van gezondheid. Nederlandsch-Indië, dat door zijne. voortbrengselen in . menig opzicht het rijkste land der aarde mag genoemd war | den, is dat ook voor den natuuronderzoeker : bovenal voor hen. die de levende natuur tot zijn onderwerp gekozen heeft. 1 Gelegen aan den evenaar, tusschen de beide groote tropische oceanen, geniet het een gelijkmatig warm en vochtig Klimat en prijkt het met een schat van planten- en dieren vormen, zooals zij elders te vergeefs zouden gezocht worden. De mek waardigste planten, de zeldzaamste insekten, de paradijsvogels, + de op den mensch gelijkende orang-oetan, een eigen mer schenras, dat tot dezen archipel beperkt is, worden hier aa getroffen, en het kan niemand verwonderen, dat reeds Шы begin der vestiging onzer roemrijke voorouders een Bownus A een hRuwemms hunne krachten beproefden aan de in dit paradis 700 prachtig tronende natuur. 2 Voornamelijk echter in deze eeuw hebben talrijke onderzoek onze kennis uitgebreid en de tijd kan zoo heel ver niet ис | verwijderd zijn, dat de grootste geheimen der levende age en dierenwereld van den Indischen Archipel zullen zijn opgela! 4 Niet evenwel die der uitgestorven vormen. De palaeontole | is hier een betrekkelijk nog onontgonnen veld. Еп toch het” juist in Nederlandsch-Indié deze wetenschap de schitterend resultaten. | pet 149 Ofschoon Juxcnuns , @бррЕвт, Венисн , vos HOCHSTETTER , HEER , Riitmever, VERBEEK, Воттсев, BRADY, Römer, von FRITSCH, GÜNTHER , GEINITZ en v. р. Marck, GEYLER, Woonwanp en Martin een statige rij van onderzoekers — ons weten van de voor- wereldlijke planten-en dierenwereld belangrijk hebben vooruit- gebracht, geldt dit toch alleen voor de lagere dieren en de planten: van de hoogere klassen der uitgestorven dieren- wereld — voornamelijk van de zoogdieren — is nog slechts zeer weinig bekenden dat weinige grootendeels eerst sedert 1887 door Prof. Marvin te Leiden (t). Maar dat is dan ook belangrijk genoeg om ons de grootste verwachtingen te doen koesteren van de resultaten, die toekomstige onderzoekingen in die richting zullen opleveren. Martin, aan wien wij eigenlijk onze geheele kennis van de, fossiele zoogdierenfauna van Nederlandsch-Indié te danken hebben, beschreef een aantal beenderen en tanden, van Midden-Java afkomstig, en vond de grootste overeenkomst met Siwalik- species uit Voor-Indië, die volgens Lypekker’s jongste geschrift over dit onderwerp van pliocenen (gedeeltelijk misschien ook jong-miocenen) ouderdom zijn (2). Van de acht species, waarvan de aard der overblijfselen een nauwkeurige bepaling toeliet, zijn er vijf (Stegodon (Elephas) bombifrons, г. et €. Stegodon (Elephas ШИ, F. el e. Eueleplas (Elephas) hysudricus, k. et d. Sus hysudricus F. eb c, Bison sivalensis, км) ook bekend uit de Siwalik- lagen, slechts twee species zijn nieuw (Slegodon (Elephas) Irigonocephalus, MARTIN, Cervus lydekkeri, MARTIN) en één ea ee namadicus, F. el d.) wordt gevonden in () К. Мавтіх, Fossile Säugelhierreste von Java und Japan. Sammlungen des Geologischen Reichs-museums in Leiden, Bd. IV, Helt 2. Men vergelijke ook van denzelfden schrijver : Scare cal лон von Tiefbohrungen auf Java. Ibid. Bd. Ш. Ней 1-5. 1881, en: Ueberreste vorweltlicher Proboscidiör aut Java und Banka. Ibid. Bd. IV, gë + и. 3) В. Lyvexker, The fossil Vertebrata of India. Records of the geological Survey of India. Vol. XX. Part 2. London and Calcutta 1887 р. 54 150 de diluviale Narbada-afzettingen in Voor-Indië (1). Deze overeen. komst met de Siwalik-fauna is — het verschil der vindplaatsen in aanmerking genomen — zoo groot dat men haar een к maakte noemen kan en dat Prof. Martis daaruit den samenhang ` van den Indischen archipel met continentaal-Indié in vroeger ` geologische perioden afleidt Ср Het voorkomen van een anderen vertegenwoordiger det Siwalik-fauna in het noordelijk gedeelte van Borneo, reels vroeger door Lypekker beschreven, kan de juistheid dezer opvatting nog bevestigen (8). De bedoelde pliocene Siwalik-fauna uit Voor-Indië is nd alleen uiterst merkwaardig, doordat daartoe behooren een grot aantal zoogdieren van intermediair karakter. die de voorgangels x en grondvormen zijn van vele der tegenwoordig levende 0% diergeslachten, maar ook door de opvallende aethiopische facies dezer fauna, zooals blijken kan uit de aanwezigheid van Trogl- dytes , Cynocephalus , Hippotragus, Cobus. Alcelaphus, Graft, Hippopotamus en onder de vogels Struthio —- alle thans ty pisch afrikaansche genera (+). | Gedurende den diluvialen tijd leefden meer naar het zuiden in Voor-Indië nog vele van de nakomelingen der Siwalik -zooglit ren. waarvan men de overblijfselen gevonden heeft in de № luviale rivierafzettingen van de Kistna-, Narbada-, Jam: Godaveri- en Pemganga-valleien, maar voornamelijk in dé grotten van het distrikt Karnul (Presidentschap Madras). Ook deze fauna vas а whole is remarkable for the mingling d »African aus modern Indian forms", maar ook »for its conne" (D Dat ééne species ook in de diluviale Narbada-afzettingen деуі ` wordt bewijst niet tegen, maar voor de Overeenkomst met de Sicht: | daar ook andere Siwalik-species tot in diluvialen tijd persisteerden еп 10 5 | Narbada-atzettingen gevonden zijn. @) Zitting van de Kon. Akademie 29 Januari 1887. | (5) R. Lypexxen, Description of a tooth of Mastodon latidens бырт. 19" North-Borneo, London 1885. | (0 R. Lypesxen, The fossil Vertebrata of India 1. с. van Wetenschappen te Amsterdam van | 151 sting the existing fauna of the country with that of the »Siwaliks” (1). Van 55 species, die als zoodanig konden bepaald worden, of geslachten, die thans eene meer beperkte verspreiding heb- hen (Cynocephalus, Prionodon), leven er tegenwoordig 52 (dus ruim de helft) nog in het orientale gebied, 7 in Afrika of zijn nauw verwant met typisch afrikaansche species, terwijl 2 species hare woonplaats van Indië tot in Afrika hebben uit- gebreid; 16 (bijna ½ van het geheele aantal) zijn volkomen uitgestorven: 6 of 7 species vertoonen overeenkomst met Si- walik-typen of zijn zelfs daarmede identisch. Afrikaansch in deze fauna zijn: een niet nader te determineeren Cynocephalus- species, Hyaena crocuta, Equus asinus, twee species van Hip- popotamus , Manis gigantea; een afrikaansche type vertoont ook Rhinoceros karnuliensis, die kenmerken bezit, volgens welke deze soort klaarblijkelijk verwant moet geweest zijn met A. bicornis. Felis chaus, Bubalus buffelus en het genus Atherura zijn nu zoowel in Indië als in Afrika te vinden. Hyaena crocuta schijnt van Н. colvini der Siwalik-fauna te moeten worden af- geleid; evenzoo Viverra karnuliensis van V. bakeri, Manis gigan- fea van Macrotherium sindiense. Een intermediaire vorm is ook Sus karnuliensis, die het midden houdt tusschen Sus cristatus , welke soort thans nog in Indië leeft en S. falconeri der Siwalik- fauna. De diluviale Elephas ganesa, Elephas insignis en Equus namadicus schijnen zelfs overlevende Siwalik-species te zijn. De diluviale Semnopithecus entellus , Felis tigris, F. rubigi- поза, Herpestes griseus, H. fuscus, H. nipalensis, Ursus labiatus Taphozous saccolaimus, Phyllorhina diadema, Rhinoceros uni- cornis, Bubalus buffelus, Boselaphus tragocamelus , Gazella bennetti , Antilope cervicapra , Tetraceros quadricornis, Cervus aristotelis, С. duvancelli, C. porcinus, C. axis, Tragulus, Sus cristatus, Sciurus macrurus, Gerbillus indicus , Nesokia bandi- 5 ) В. Lypekker, The fossil Vertebrata of India 1. с. р. 53. Vergelijk ook: В. Lypekker, The fauna of the Karnul caves. Memoirs of the geological Survey of India. Ser. X Vol. IV Part 2 р. 26, sqq. > 152 сода, N. kok, Mus mettada. М. platythrix:, Golunda ellioh | Lepus nigricollis leven allen op heden nog in het Orientale dierengebied. | Al is ook de relatieve verhouding tot ieder dus niet dezelfde, | zoo staat toch vast, dat de diluviale indische zoogdieren-faun | in haar geheel genomen een intermediair karakter bezat tusschen de tegenwoordige indische, de tegenwoordige afrikaansche en de pliocene indische fauna. Het is een der groote verdiensten van WALLACE , uitvoerig de overeenkomst in tegenwoordige fauna aangetoond te hebben, die tusschen de eilanden van den Indischen archipel, westelijk van de straten van Lombok en Makassar, en continental | Indié, zoowel als tusschen deze eilanden onderling , bestaat el die volgens hem moet berusten op eene verbinding door Іші ^in а very recent geological epoch” (1). Als verdere bewijzen voor laatstgenoemde hypothese herinnert | WarLACE aan de ondiepe zee tusschen deze eilanden en het vaste land — die overal daar voorhanden is, waar eens verbinding door land bestaan heeft —en aan den grooten rijkdom aq vulkanen, welke door de enorme massa’s uitgeworpen gesteenten, waardoor de tegenwoordige hoofdmassieven dezet vulkanen van den Indischen archipel langzamerhand 8 vormd zijn (2), oorzaak moeten geweest zijn van daling, tell gevolge waarvan eindelijk de eilanden van elkander en van hel vaste land werden afgescheiden (5. | — 5 " | C) A. R. Улиас, The Malay Archipelago, London 1886 p. 13: 1% ook van denzelfden schrijver Geographieal Distribution of Animals, London 1876 Vol. Гр. » 509. en: Island Life, London 1880 р. 359—360. (2) Men vergelijke: В. beschrijving (5) In de latere perioden van het diluvium moet — o. a. blijkens he : zeediluvium op Sumatra — na voorafgaande daling beneden s | = | ‚ eene opheffing hebben plaats gehad, гы ot in харин: tijd voortduurt. Deze daling kan evenwel slechts relatief gering — SeWeest zijn; op Sumatra’s Westkust komt zeediluvium slechts tot H | ongeveer 180 M. zeehoogte voor ( | VERBEEK, 1. с. р. 527). 155 De bedoelde samenhang der eilanden van het zoogenaamd Indo-maleisch gedeelte van den archipel, dus voornamelijk van Sumatra, Borneo en Java, met continentaal Indië moet ook in diluvialen tijd tot dezelfde éénheid van fauna geleid hebben , die in pliocenen (en laat-miocenen) tijd bestond en zooals zij tengevolge dier relatief recente verbinding grootendeels nog bestaat. Daarom zal men dus ook mogen verwachten te eeniger tijd op de genoemde eilanden van den Indischen archipel eene overeenkomstige fossiele fauna aan te treffen, als men uit de diluviale rivierafzettingen en voornamelijk uit de grotten van Voor-Indië reeds kent. Ook hier zal het dan ongetwijfeld blijken, dat de diluviale dierenwereld een intermediair karakter bezat tusschen de plio- cene, met de Siwalik-fauna overeenkomende (die op hare beurt een afrikaansche type bezit) en de tegenwoordige Indo- maleische fauna. Bovendien bestaat er een andere reden, waarom men juist hier de nakomelingen der pliocene Siwalik-fauna verwachten mag. Het is, namelijk, meer dan waarschijnlijk dat door Че ontzaglijke uitbreiding der Himalaya-gletschers gedurende den ijstijd der diluviale periode, waardoor over het geheele noorden van continentaal Indië een vrij koud klimaat moet geheerscht hebben, vele van de nakomelingen der echt tropische pliocene Siwalik-dieren langzamerhand over de toen bestaande verbinding tot іп Indo-malaya zijn uitgeweken. En er is alle grond om aan te nemen, dat in diluvialen tijd in Indo-malaya even gunstige voorwaarden voor de ontwikke- ling eener rijke tropische dierenwereld bestaan hebben als daar thans nog aanwezig zijn. Warzace () verklaart het merkwaardige, feit, dat er op Java sommige vogel- en zoogdierspecies voorkomeu, die het met de tegenwoordige Himalaya-fauna gemeen heelt, terwijl zij daaren- бок к WarLacE, Island Life, or the phenomena and causes of Insular fauna's and flora's. London 1880 p. 358—936 154 ^ M tegen op de tusschengelegen eilanden, Sumatra en Borneo, ontbreken, daardoor, dat gedurende de strengste koude in het Himalaya-gebergte een gedeelte der daar wonende dieren- wereld naar het zuiden verdreven werd, dat enkele species daarvan op Java aankwamen, maar dat deze, toen in het Himalaya-gebergte de koude was afgenomen, niet naar het voor haar in andere opzichten toch meer geschikte oorpronkelijke | vaderland konden terugkeeren, omdat Java door eene daling van den bodem toen reeds geïsoleerd was, terwijl van Sumatra: en Borneo, die nog met het vaste land verbonden waren, de bedoelde dieren zich daarentegen wel naar de streken bij en op het Himalaya-gebergte konden terugtrekken. | Dat zoovele afrikaansche zoogdierenspecies voorgangers onder de pliocene Siwalik-fauna gehad hebben is misschien aan die zelfde groote verandering van het klimaat. die gedurende den ijstijd in het noordelijk gedeelte van Indië moet hebben plaals gehad, toe te schrijven. | | Terwijl derhalve — getuige de door Martin van Java beschreven species — zeker het grootste aantal der diluviale Indo-maleische zoogdierspecies reeds in pliocenen tijd hier zijn voorgangets had, zullen de nakomelingen van andere pliocene zoogdieren uit Voor-Indié eerst in diluvialen tijd, door de bedoelde groote klimaatsverandering , in Indo-malaya zijn aangekomen. Het is — wegens den geringeren afstand —- zelfs waarschijnlijk , dal het aantal der hierheen uitgeweken species grooter geweest is dan van die. welke langzamerhand naar Afrika verhuisd zij Misschien is het voorkomen van Smia, — welk genus ook uit de Siwalik-afzettingen bekend is — van Lutra leptonjyt — verwant met L. sivalensis — van Tapirus indicus — die waat- schijnlijk onder de Siwalik-fauna een voorganger had — val Rhinoceros sondaicus — nauw verwant met R. sivalensis. — I" Anoa (Bubalus) depressicornis — die zich bij drie eigenaardig” Siwalik-Bubalusspecies aansluit — van Tragulus — in de Siwalik fauna door T. sivalensis vertegenwoordigd — van Sus тай die overeenkomst vertoont met Sus giganteus —van Sus Parbati ~ 155 die zich door sommige kenmerken bij Sus falconeri aansluit (1) — en van andere tegenwoordig den Indischen archipel bewonende zoogdieren, aldus te verklaren. Het is evenwel ook mogelijk, dat de voorouders van vele dezer dieren reeds in pliocenen tijd hier geleefd hebben. In ieder geval is de stellig plaats gehad hebbende verhuizing een grond te meer, waarom men verwachten mag onder de diluviale fauna van de Indo-maleische eilanden de nakomelingen aan te treffen der in zoo talrijke species uit Voor- Indië bekende pliocene fauna. Maar aan den anderen kant zal de diluviale zoogdierenfauna dezer eilanden zich bij de tegenwoordige fauna moeten aansluiten. Waar men ook afzettingen uit diluvialen tijd onderzocht — alleen uitgezonderd die landen, waar sedert groote veranderingen van het klimaat hebben plaats gehad — vond men de overblijfselen eener zoogdierenfauna, verwant met de levende fauna. Darwin (2) spreekt uitvoerig over de bewonderehswaardige betrekking , die tusschen de uitgestorven zoogdiertypen, door hem in de diluviale aanslibbingen der Pampas van Zuid-Amerika gevonden, en de levende Edentaten, Knaagdieren en Ungulaten van dat wereld- deel bestaat. De reusachtige Megatherium, (lyptodon , Toxo- don, Macranchenia en andere uitgestorven vormen vinden hun haaste analoga in de levende Bradypus, Myrmecophaga , Dasypus, Cavia, Hydrochoerus en Auchenia vam Zuid-Amerika. De fossiele apen, in gezelschap met vele van de zoo even genoemde en nog vele andere zoogdiersoorten, door den deenschen natuuronderzoeker Luxp in de holen van Brazilië aangetroffen, behooren alle tot de platyrhine apen-familie, die ook thans nog uitsluitend aan Amerika eigen is: geen enkele katarhine aap werd gevonden. De grotten in de kalkgesteenten van Australië bevatten been- deren van dezelfde familién van Marsupialia afkomstig, als thans Australië bewonen. De geslachten Macropus , Perameles, 8) Ілреккек, The fossil Vertebrata of India. 2) Ch. Damwiv's Gesammelte Werke, aus dem Englischen übersetzt von 1. Vicror Carus. Reise eines Naburforschers um die Welt, p- 198, sqq. 156 Phalangista, Dasyurus en Phascolomys waren vertegenwoordigd door reusachtige of kleinere, uitgestorven en nog bestaande soorten. Alle waren Buideldieren, zooals er ook thans — mel uitzondering der ingevoerde soorten — alle zoogdieren Вие dieren zijn. | Deze belangrijke wet van verwantschap tusschen levendeen diluviale zoogdieren is ook in Voor-Indië — zooals boven № | sproken werd — bevestigd gevonden eu stellig zullen ook onder de diluviale fauna van de Indo-maleische eilanden eenmaal de voorouders worden aangetroffen van de thans daar levende zoogdieren. Plaatsen, waar men deze overblijfselen vinden kan, zijn il) Nederlandsch-Indié overvloedig voorhanden. Beenderen Үйі diluviale zoogdieren komen voor in rivierafzettingen , maar voor: namelijk in grotten en daar worden zij dikwijls in groote massa’s aangetroffen; ik noem slechts de frankische grotten in Duitschland. In alle landen der wereld, waar kalkgesteentel hard en vast genoeg zijn om een dak te dragen, vindt me grotten in grooter of geringer aantal, en deze bevatten meeslal beenderen. Zeer zelden zijn de gewoonlijk zachtere tertia kalken door de daarin voorkomende beenderengrotten beroemd geworden (). Beenderenvoerende grotten heeft men gevonde) in alle vastere kalkgesteenten van Europa; in Azië: aan den Libanon, in Voor-Indië en talrijke in China; in Afrika: in de kalkgesteenten van het Atlasgebergte; in Amerika: W Kentucky, in Brazilië; in Australië: in Nieuw-Zuid-Wales, 0 Nieuw-Zeeland. Deze onderaardsche uithollingen van de rotsmassa zijn, 20% als bekend is, door de oplossende werking van koolzuurhoit dend water gevormd en bestaan in den regel uit ruime kamer die door nauwere gangen of tunnels met elkander деше” її! \ | | М. Dessovers, Recherches géologiques et historiques sur les ge: i particuliérement sur les cavernes à ossements de mammifères fossiles. не | ЧА n d шу d Mach 8. . 16; W. Boyp-DAWKINs, Die Höhlen und die Ureinwohner Europ aus dem Englischen übertragen yon J. W. Spence. Leipzig und Heidelberg 1876. p. 20. | | 157 schap hebben. Zij zijn gewoonlijk ten deele met leem, zand en kiezel gevuld en bevatten in deze »holenaarde" meestal ook beenderen. Over de holenaarde heen ligt in den regel een stalagmiethedekking , somtijds meer dan een, telkens afgewisseld door eene laag holenaarde. Dikwijls is de meest oppervlakkige, onbedekte aardlaag losser, bruin van kleur en van recenteren datum; dit is geen eigenlijke holenaarde. Klaarblijkelijk wer- den in de meeste gevallen zoowel de genoemde organische bestanddeelen als de holenaarde door een aangezwollen stroom, die zijn weg door de grot nam, of door een regenvloed er ingespoeld (). In zeldzamer gevallen mag men aannemen, dat de beenderen door dieren (voornamelijk hyaena’s) werden naar binnen gesleept of dat dieren, toen zij den dood voelden naderen, zich daarin terugtrokken: nog zeldzamer schijnen de beenderen als afval van menschelijke maaltijden te moeten beschouwd worden. Trokken de wateren zich terug, zoo bleef meestal toch nog met kalk bezwangerd water van het gewelf naar beneden sijpelen, zette daar zijn kalk af en vormde aldus een beschut- tende stalagmiet-bedekking over de holenaarde en de beende- ren, waardoor deze laatste voor vergaan bewaard werden. Had deze bedekking niet plaats, zooals in enkele gevallen voorkomt, zoo vindt men de beenderen minder goed gecon- serveerd en in dat geval zouden ze in de tropen binnen betrekkelijk korten tijd zeker geheel vergaan zijn. Lun, die zoo ‘belangrijke ontdekkingen in de holen van Brazilië gedaan heeft, vond alleen daar beenderen, waar de leem, Waarin zij voorkomen, door bedekking met een stalagmiet- laag van de lucht was afgesloten. Papier, dat slechts één dag aan den invloed der vochtige, warme holenlucht was blootgesteld, viel in stukken uit elkander. Deze natuuronderzoeker meent dan ook, dat een sterke infiltratie en stalagmietvorming onmid- —A (1) Zie: Lee, Elements of Geology. 1886 p. 126; Dgsxovgms, Recher- ches, etc. р. 35; men vergelijke ook Bovp-Dawxiss, Höhlen — en de meeste andere schrijvers over diluviale grottenfossilién . 158 dellijk moet gevolgd zijn op het afzetten der heenderenvoerenk aardlagen in de holen (2), _ бгоцеп un komen bij menigte over den geheelen Indische archipel voor, van Nias tot op Nieuw-Guinea, maar meeten deels in tertiairen kalksteen, die volgens Desxovers en Bori Dawkins zelden een rijken beenderenoogst belooft. Deze laatste omstandigheid is zeker een van de redenen, waarom озон. die overigens slechts weinig holen, en deze klaarblijkelijk slechts ter loops onderzocht heeft. zeggen kon: »in geen enkele der holen op het eiland Java worden sporen van beenderen d beenderenbrekziën aangetroffen” (2), Dat zijn onderzoek dezer holen slechts oppervlakkig ka geweest zijn blijkt daaruit, dat hij »de aarde, welke de boden »er van bevat, bruin van kleur en los” vond : » zij komt gewoon- »lijk slechts in eene dunne laag voor en is door de spleten val »het gewelf der rots met het doorsijpelende regenwater et in „gedrongen, of met het water van beken, welke door de holen | »stroomen er ingevoerd en dik werf vermengd met de uitwerpselen ` "van vledermuizen, die zich aan het gewelf ophouden. .. . ^ j Klaarblijkelijk heeft de groote natuuronderzoeker geen gele ` genheid gehad een enkele stalagmietbedekking open te breken. | zonder welke in de tropen geen diluviale beenderen scht bewaard te kunnen blijven. Ook zal wel deze bruine, los. - met de uitwerpselen van vledermuizen gemengde aarde geen : diluviale zijn. Overigens is— waarop reeds boven gewezen werd | de tertiaire aard van kalkgesteenten, zooals die van Jar | niel gunstig voor het bestaan van beenderen-bevattende holt i _ Op Sumatra, in de Padangsche Bovenlanden, kent men daat- | entegen groote massa’s van een vaster kalkgesteente — dst VERBEEK als kolenkalk beschreven (3) — 700 rijk aan gro — нээн (%) Lux, Kon. Dansk. Vidensk. Selsk. Bd. VI. 1837 p. 228. | дар Juscnvus, Java, zijne gedaante, bekleeding en inwendige gie : 3de Afdeeling: de neptunische gesteenten. 1852—54 p. 332 : K. D. M. Venner: Topogr. en Geol. Beschr. van een gedeelte be: Sumatra’s Westkust, | 159 dat één gebergte zelfs den naam van Boekit Ngalau-Sariboe, d. i. Duizendgrotten-gebergte gekregen heeft. Daar zal men, zoo goed als zeker, meer kunnen vinden. In de litteratuur is mij over fossilia uit de grotten van Sumatra niets bekend. Slechts op ééne plaats, bij Lypexker (!), vond ik vermeld, dat overblijfselen van den orang-oetan in subfossielen staat in de grotten van dat eiland gevonden zijn. Maar naar analogie met andere grotten in vastere kalkge- steenten, ook in tropische landen, zooals Brazilië en het zuidelijk gedeelte van Voor-Indië mag men met grond verwachten, dat een ingesteld onderzoek met een goed gevolg zou bekroond worden. Behalve voor de palaeontologische zoölogie en de phylogene- lische ontwikkelingsgeschiedenis der zoogdieren zouden daarvan ook vruchten te verwachten zijn voor de Anthropologie en de Ethnologie. Uit zeer vele beenderenvoerende grotten van bijna ieder land ter wereld toch, kent men ook de overblijfselen van den mensch, die het land in diluvialen tijd bewoonde en aldus zou dan ook over de duistere zaak der oorspronkelijke bewoners van den archipel misschien licht verspreid worden. Eén punt verdient daarbij nog afzonderlijk op den voorgrond te worden gesteld. Onder de Siwalik-zoogdieren komt namelijk, naast het thans afrikaansche genus Cynocephalus, ook voor een Troglodytes, zoodat er weinig twijfel kan bestaan of de voorouders van den tegenwoordigen afrikaanschen Chimpanzee hebben hier geleefd. Bovendien kent men een orang-oetan uit de Siwalik-lagen. Lypexker leidt uit een en ander af, dat in lateren (— ter- Чаїгеп) tijd de woonplaats der anthropoide apen het Orientaal gebied is geweest. »The occurrence of Troglodytes and Simia in the Siwaliks and the existing of the latter in Borneo and "Sumatra, indicates, that the later ancestral home of the larger — U 0) R. Lypexker, Siwalik mammalia. Suppl. p. 4, Memoir of the geolo- gical Survey of India, Ser. X vol. IV. Part 1. 160 „existing Simiidae , was probably in the Oriental region, although ` sin earlier times the family ranged over Southern Europe" (^. Dat de Siwalik-chimpanzee door sommige eigenaardigheden: van zijn gebit meer tot Hylobates en ook tot den mens nadert, is mede een zeer beteekenisvol feit: vooral daarom, dat ook de middelmiocene Dryopithecus uit het zuiden van Frankrijk zich bij Hylobates aansloot, maar ook nader bij den mensch schijnt te staan dan eenige recente aap — en de insgelijks door Lartet beschreven Pliopithecus, van dezelfde vindplaats, mede tot de Hylobates-groep moet gerekend worden (9). Dit fit verdient ook daarom onze belangstelling in zoo hooge mate, wil het anthropoiden-geslaeht Hylobates thans uitsluitend in м Orientale gebied voorkomt en wel zoodanig verspreid, dat vil. de 9 soorten er 5 uitsluitend eigen zijn aan de drie groote Indo-maleische eilanden Sumatra (2), Borneo (2) en Java (1 М zoowel op Sumatra als іп Achter-Indié gevonden wordt en et slechts 5 soorten uitsluitend Achter-Indië bewonen, terwijl daarentegen geen enkele in Voor-Indië wordt aangetroffen. E i dien vormt op Sumatra ééne soort, Hylobates syndactylus, @ type op zich zelf en nadert in sommige opzichten meer tot de echte Anthropoiden, bepaaldelijk tot den orang-oetan, waardoor zij zich van alle andere Hylobates-soorten, die samen nat ander type »gemodelleerd” zijn, onderscheidt (5). Daar nu in ieder land, waar het klimaat niet ніш veranderd is, de diluviale zoogdierfauna nauw verwant ism de thans levende, bewijst het bestaan van den e op Sumatra en Borneo en het zoo rijk ver tegenwoordigd A van de in vroegere geologische perioden hooger ontw Hylobates-groep met een hooge mate van — dat van het Orientale dierengebied in de Indo- maleische p^ | (1) В. Lypzkken, Siwalik Mammalia, Suppl. p. 4. а @) Ook Mesopithecus Pentelicus uit de CH in — Semnopithecus subhimalayanus van de Siwalik-fauna wie met кр verwante species. (Hörses, Elemente der Palaeontologie. 1 G) Н. ScntEGEL, Monographie des Singes, Muséum d ae де des Pays-Bas, 12me livraison 1876. р. 13, 844. 161 cie de laatste (d. i, diluviale) voorouderlijke woonplaats der anthropoide apen moet geweest zijn. Bedenkt men nu verder, dat bij den miocenen Dryopithecus en ook bij den pliocenen Troglodytes nog minder specialisatie bestond en dat beide in sommige opzichten meer tot den mensch en ook tot Hylobates naderden dan een der bestaande Anthropoiden (1), zoo voelt men zich geneigd om aan te nemen dat ook de diluviale Anthropoiden van Indomalaya den mensch nader moeten gestaan hebben en dat dit niet het minst met de voorwereldlijke Hylobates-vormen het geval zal geweest zijn. Darwin houdt Afrika voor de vermoedelijke laatste voorou- derlijke woonplaats der Anthropoiden, die menschachtiger wa- ren dan de thans levende species: »In jeder groszen Region oder Erde sind die dort lebenden Säugethiere nahe mit den »ausgestorbenen Arten derselben Region verwandt. Es ist da- »her wahrscheinlich, dasz Afrika früher von jetzt ausgestor- »benen Aflen bewohnt wurde, welche dem Gorilla und dem »Chimpanze nahe verwandt waren; und da diese beiden Spe- »сіеѕ jetzt die nächsten Verwandten des Menschen sind, so ist »es noch etwas wahrscheinlicher, dasz unsere frühen et »auf dem Afrikanischen Festlande lebten.” (2) Letz, en Warvace laten het in het midden welk van beide, Afrika of Indië, het vaderland der voorouders van de Anthro- poiden en van den mensch geweest is. Lett. zegt: »da wir ausgestorbene Kängaruhs und Wombats »in Australien, ausgestorbene Lama’s und Faulthiere in Süda- »merika antreffen, so dürfen wir auch hoffen später verloren »gegangene Vorbilder der menschenähnlichen Primaten, Se "dem Gorilla, Chimpanze und Orang-utan verwandt sind , »aequatorialen Afrika und auf gewssen Inseln des чре ба »Archipelagus aufzufinden.” (5) En verder: »Aber nach der Theorie — Ñ Mr —.”.h 4 Ч) В. Lypexxer, Siwalik Mammalia, Suppl. р. 2—4. 9) Ch. Darwin's Gesammelte Werke, aus dem Englischen übertragen von J. Victor Carus 1886. Die Abstammung des Menschen p. 146, G) Cu. Lyent, Das Alter des Menschengeschlechts, nach dem. Englischen von L. Bücmwgm р. 490. 41 162 »des Fortschrittes sind es nicht diese” (europäischen) »miocânen | oder eocänen Schichten, sondern die von pliocänem oder »pleistocänem Datum in mehr am Aequator gelegenen Gegenden »in denen wir am meisten hoffen dürfen, später einige höher or. »ganisirten Affenarten als Gorilla und Chimpanze aufzufinden." (4 | Warrace laat zich aldus over de zaak uit: »lt is very „remarkable that an animal so large, so peculiar, and of such »a high type of form as the Orang-utan should be confined tos - »limited a district — to two islands, and those almost the last »inhabited by the higher Mammalia; for eastward of Borneo and »Java, the Quadrumania , Ruminants, Carnivora and many other »groups of Mammalia diminish rapidly , and soon entirely disap- »pear. When we consider farther that almost all other animals »have in earlier ages been represented by allied yet distinel »forms — that in the latter part of the tertiary period, Europ »was inhabited by bears, deer, wolves and cats; Australia by »kangaroos and other Marsupials; South America by gigantit »sloths and anteaters: all different from any now existing, though | »intimately allied to them — we have every reason to believe sthat the Orang-utan, the Chimpanzee and the Gorilla have als? | »had their forerunners. With what interest must every naturalist | | »look forward to the time, when the caves and tertiary deposit »of the tropics be thoroughly examined, and the past histor? ^and earliest appearance of the great manlike apes be at length »made known.” (2) Maar — Ñ . () Са. Lee, I. с. р. 492. (2) А. В. Warrace, The Malay Archipelago. London 1886 р. 61. Sa 165 en vooral na het bekend worden der leer van Darwin heeft men daarin een der middelen gaan zien, waardoor de oorspronke- lijke geschiedenis van den mensch zou kunnen worden opgebouwd. Tot nog toe evenwel zonder belangrijke resultaten. Want, zelfs aangenomen, dat de beroemde Neanderthalschedel — van welke type men korten tijd geleden in België nog meer exemplaren ontdekt heeft — en de onderkaak van La Nau- lette en die uit de Schipkagrot werkelijk iets anders zijn dan pathologica — wat wel het geval schijnt te zijn () — zoo be- wijzen zij toch niets anders dan het bestaan in Europa, ge- durende de diluviale periode, van laagstaande, maar toch nog altijd niet eigenlijk pithecoïde menschenrassen; zelfs niet eens merkbaar inferieur aan de lagere tegenwoordige rassen. Maar nu ligt het ook voor de hand, dat men de gewenschte pleistocene (diluviale) tusschenvormen niet in gematigde luchtstre- ken, waar in pleistocenen (diluvialen) tijd het klimaat nog belang- rijk koeler was, zoeken moet. Daar alle apen——en onder deze vooral de Anthropoiden — tropenbewoners zijn, daar verder de voor- ouders van den mensch, toen zij langzamerhand hun haarkleed verloren, zeker een warme luchtstreek moeten bewoond hebben (2), worden ons reeds terstond de tropen aangewezen als de streken, waar wij de fossiele voorouders van den mensch te verwachten hebben. Met zekerheid mag men bovendien aannemen, dat de mensch in de Oude Wereld ontstaan is, omdat hij zich bepaald aansluit bij de katarhine type der apen , die aan de Oude Wereld eigen is, terwijl alle — ook diluviale — apen van Amerika tot de platyrhine type behooren. | Australië, waar geen enkele aap gevonden wordt en dat klaarblijkelijk reeds zeer vroeg van Azië moet gescheiden zijn, kan nog minder de oorspronkelijke woonplaats van den mensch — ОЩ 0) R. Baume, Die Kieferfragmente von La Naulette und aus der Schipka- Wide als Merkmale für die Existenz inferiorer Menschenrassen in der Diluvi- | alzeit. Leipzig 1883 )) Vergelijk: Darwin, Die Abtstammung des Menschen I. c. р. 146. 164 : geweest zijn, en het bestaan van een » Lemuria”, waar men | zich deze vroeger gedacht heeft, wordt thans door zoölogen | en geologen verworpen. "MB | De uitspraken van zoo bevoegde beoordeelaars als een DARWIN, | | een Leet en Warrace wijzen op Afrika en sommige eilanden | van den Indischen archipel en zelfs de zoo voorzichtige Утвснот | laat zich aldus uit: »Damit ist zugleich ausgesagt, dasz »alle bisherigen Untersuchungen nur zu Vermuthungen, aber „nicht zu Beweisen geführt haben. Ist damit die Frage erledigt! »Für die Naturforscher sicherlich nicht. Grosze Gebiete der »Erde sind in Beziehung auf ihre fossilen Schätze noch gänzlich »unbekannt. Dahin gehören gerade die Heimathsgegenden der » Menschenaffen ; das tropische Afrika, Borneo und die benach- »barten Inseln sind noch vollständig. unerforscht. Eine einzige »neue Entdeckung kann den ganzen Stand der Frage ändern.” () Diluviale zoogdierresten uit de tropen der Oude Wereld zijn alleen van: Voor-Indië bekend; maar deze en de pliocene fauna, - waaruit zij ontstond, geven ons — zooals ik boven getracht heb aan te toonen — gegronde hoop, dat op de drie groote Soenda-eilanden, en wel het waarschijnlijkst in de diluviale afzettingen der talrijke grotten in het kolenkalk-gesteente val ` Sumatra, de vindplaats is van de zoozeer gemiste tusschen- vormen, die den mensch met zijn naaste verwanten onder de zoogdieren moeten. verbinden. | In alle landen van Europa genieten archaeologische, praebis: | torische еп palaeontologische onderzoekingen de grootste belag stelling; talrijke genootschappen. bestaan er, die deze weten. U schappen behartigen en geregeld worden er congressen gehouden, | waar hare vorderingen besproken worden ; kort voor mijn vertrek | uit Nederland (in October 87) vernam ik, dat de beroemde ` Belgische holenonderzoeker Prof, E. Duroxr uit Brussel zich naa! den Congostaat begeven had met het doel daar palaeontologischt ` nasporingen te doen in grotten — de tijd kan niet ver | 0) В. Vırenow, Menschen- und Affenschidel. Samml. gemeinverstinl | wissenschaftl. Vorträge, Berlin 1870 p. 34 165 zijn, dat buitenlandsche geleerden ook op Nederlandsch-Indié hunne oogen zullen slaan. En zou Nederland, dat voor de na- tuurkunde zijner koloniën in Oost-Indië zooveel gedaan heeft, waar het zoo belangrijke vraagstukken geldt en waarvan de weg, waarlangs zij kunnen worden opgelost zoo vanzelf is aangewezen, onverschillig blijven? Von Виситноввм (i) acht het onderzoek der beenderenholen in China een opzettelijke reis waard, voor de grotten van Nederlandsch-Indië kan men langs veel eenvoudiger weg veel meer bereiken. Papane, den 25°" April 1888. (0) Е. vox Ricuraoren in Neumaver’s Anleitung zu wissenschaftlichen Beobachtungen auf Reisen. Kap. Geologie. р. 305. ON THE PERIOD OF THE ROTATION OF THE SU AS DETERMINED BY METEOROLOGICAL DATA, BY Dr. J. P. VAN DER STOK. 1. In the »Observations made at the magnetical and melent logical Observatory at Batavia”, Vol. ІХ, Appendix Ш, the resulls were given of an investigation, according to HonNsTEIN'S method, into the existence ‘of a twenty-six-day period of Багошеше daily means and ranges, by which it was proved that, by this method, а periodical variation of the daily means might be demonstrated and that no trace of this phenomenon in the daily oscillation was observable. The above method, however is open to several objections and, although it certainly has | done excellent service in pointing out the existence of this | variation, it is inadequate for obtaining an accurate deter: mination of the period and the amplitude of the variation, the latter being in all cases, even in high latitudes, very smal with respect to the disturbing influences to which the dati. from which it has to be calculated, are subjected. | Proof has repeatedly been given in these publications thal the now twenty-two-yearly series of hourly meteorologie observations is unequalled when the object is to detect 28 determine periodical variations of very small amplitude. қ fact, if the lunar atmospheric tide be taken as an examP" the conclusion to which Dr. van Besser (1) arrived, that in high latitudes even а thirty-yearly series of observations is insufficient to obtain a well defined and smoothly running curve, may" safely endorsed, whereas at tropical stations such as Вајат» % Handbuch der Witterungskunde, Theil 1, S. 118. 167 Singapore and St. Helena, hourly observations during a few months lead to a fair evaluation of the general character and the amplitude of the phenomenon, and the period of one year is sufficient to fix also the epoch of the periodical variation with great accuracy. From the twenty-two-yearly series of Batavia therefore conclusions may be drawn which it would be impossible to derive even from a thousand-yearly series in Europe. It has been deemed therefore of some importance to investigate the question of the determination of the sun’s rotatory time by means of the available meteorological observations; the more so because it seems probable that this way of attacking the question of the gradual decrease of the sun’s diameter, which is а postulate of Hetmuoutz’s hypothesis about the conservation of the sun’s energy will, in future, lead to a satisfactory answer before an experimental test of this hypothesis is af- forded either by direct measurement, by observation of sun- Spots, or spectroscopical inquiries. It was shown, however, in Appendix Ш of Volume IX by the application of Horsstein’s method, that the amplitude of the variation, which we may expect to find, is very small and that it is therefore indispensable, that the whole series ће taken into account and not the single years as is usual and necessary in Hornsrei’s method. The principal objection to this method is that it is impossible to extend the operations to a large period, because, by carrying on the arrangement according to an arbitrary number, the advantage of the elimination of disturbing influences is counter- balanced by the disadvantage of the gradual vanishing of the amplitude. x The periodical variation to which a quantity y is subjected шау be represented bij the expression: у = A sin (nz + С) U in which » denotes the number of units of time passed since the commencement of the arrangement, C the argument at 168 that instant or the epoch, » the speed or the angular variation . per unit of time, expressed in degrees; then, if we ade for unit of time the mean solar day, the duration of le periodical variation will be: | и 560° NR . h б If now these quantities у are classified according loa number 14974 5609 7 лэх: ; H N then it is easily found that, when the arrangement is continued over т columns, Ше К sums satisfy the equation: | d Kn sim mM = дыз” sin (na + C+(m—ı) № „ . Kn } 9 sun n^ E and that the K means may be represented by the formula: a Say K Sin MT = 7 K | | өн (ае Hm) А U... (B) m sin 7 R ( В | The curve of the resulting means, therefore, bears the same character as the original curve, because it has the same speed, but the amplitude A is altered by multiplication by the сой- ficient : sin т e R S m sin = = R the greatest value of which is equal to unity when К whereas the phase has been shifted by a quantity: mek | When K=R this quantity is equal to a plural number of 2 169 when m is uneven, of = when m is even; in the latter case however the coéfficient (5) assumes a negative sign, thus compensating the effect of the quantity = which remains between the brackets of the sine. When applying Honxsrzix's method the quantities under con- sideration are arranged according to the numbers 24—28; in the most unfavourable case R is equal to 25.5; then, for K= 26, the coëfficient (5) assumes the following values: after one year т == 14, coéflicient — 0.881 » two years m= 28 » == 0.575 » three » m= 42 » = 0.204 » four » т-- 56 » = 0.087 by which it is shown that, when the operation s extended lo a period of only two years, the amplitude has been reduced to about half its original value. When, in confirmity with the facts, we assume for R a value equal to 25.8, the values of the coëfficient are for K= 26: after one year 0.976 » two years 0.920 » three » 0.851 » four » 0.715 » five » 0.580 У » six » 0.459 and, when a six-yearly series of observations is employed, lor the different values of Ж: X 44 m = 91 coéfficient = 0.045 25 в. 0.088 26 84 0.459 2 81 0.045 98 78 0.045 A second objection to which this method is open , is that after arrangement according to the numbers 24 — 28, the am- Plitudes of the resulting curves are calculated in the usual way 170 : according to the method of the least squares. In this manner however, it is not the true amplitude of formula (2) that is found, but a value of a very complicated description, because — о мг „ eee 60 560 ` the speed of the variation is in all cases В and not 7 The common way of calculating the amplitude is based on the fact that У sin пт. cos nz = 0 and E sin?na = X cost nx = 0.5 R: heye however the expressions X зіп пл. cos in and 2 cos u. sin те will differ from zero in the same proportion as K differs from k; the same remark holds good for the expressions : X зїп n sina and cos na. cos n which, generally, are not equal to 0.5 K. If, therefore, the formula (5) be written A, = А’ sin (по + С) we find for the components a, and ), instead of: a4 = A’ sm С. by = А! cos С the values: 2 : ў — А' сов С. X sin nr cos nt К 2 а —x^ sin C. 27 COS па: COS net 2 Ж 2221 b, —— А sin C. X cos nx sin n'a + -—А' cos C. X sin ng sin n K K When R= 25.8, K —28 we find: A= A sin C x 0.995 + A“ cos С x 0.254 b, = A sin С x 0.359 + А cos С. x 0.915. Sufficient evidence is given by these numerical examples that | the method of Новхзтеих cannot well be applied to a large series ` of data and therefore must be considered to be inadequd - when very small quantities are concerned. In high latitudes U where the amplitude of magnetical elements is larger, Ша U method has been proved to be very valuable owing t° м indicating the existence of a periodical variation, but even ther? 171 it cannot be expected to lead to an accurate determination of the quantity A and has to be superseded by a method which is free from these objections. A second method, which has been proposed (9, is to follow the way adopted in determining periodically varying astro- nomical and physical quantities by calculating the epoch at which the same phase occurs for two different series and interpolating a whole number of cireumyolutions between the two epochs, starting from a known approximate value of the period of revolution. This method, although unobjectionable when physical and astronomical quantities are to be determined , where, owing to the method of observation, the error com- mitted is small with respect to the quantity to be calculated, still necessarily leads to uncertain results when meteorological data are concerned, where individual observation of the in- vestigated phenomenon, in the proper sense of the word , does not take place, but, on the contrary the errors (in casu the adventitious disturbances) are large with respect to the quantities which are sought for. Proof will be given from the following results that, for an exact determination of the epoch a very large bulk of observa- lions has to be taken into account; when a limited series is employed the error committed in calculating the epoch may be so large as to attain almost any value between zero and Эт and the resulting value for the period of rotation deduced in this way bears rather a conventional than a real character. As il is, I do not think that a series of observations is anywhere in existence long enough to suffer division into two.groups from each of which the epoch may be determined with sufficient accuracy. Perhaps the series of magnetic observations made at the Paw- lowsk observatory may be found to be the only one which satis- fies this peremptory condition for the application of this method ee A 12 (1) Sitzb. der Kais. Acad. Wien. Bnd. XCVI. Nov. 1887. RS & 7 2 3 172 As to meteorological data, it is-not to be expected that the very minute influence can be detected from any other observa- lions than those made at а tropical station and even this only when those observations are extended over a very long period. | 2. The data to which the proposed new method is applied are: ° the daily means of barometric pressure, 2° the daily range of the same, 5° the daily means of atmospheric temperature, 4° the daily range of the same. For each of these quantities 7740 data were available 1.6 the number of days from the first day of January 1866 till March, 11, 1887. They have been arranged according to the number 25.8 in tables containing 26 vertical columns by leaving a blank in the 14" column of the 5%, 8", 15%, ete. horizontal file. In this way ten tables of 50 horizontal lines each are obtained which have been summed up separately. If x be the angular variation during one solar day and the tabulation be assumed to be continuous, the sum of the first group of 50 files will be, in accordance with (1); — #5 = . 2 d АС N Тази sin uL С4-29 х 12.9 2 , sin 12.9 n 26 generally the sum of the p" group will be: $in30 х 12.9» (9 : | ER ы doa пи) nC 2912904 50 (р-1) 2584 9 sin 19.9 n - 96 In order to calculate from the 10 formulae thus obtained the unknown value u, a quantity (p — 1) pz is added to each argument, in which < is an arbitrary angle, conveniently chosen, and ра whole number positive or negative. The total sum of the ten groups taken conjointly will be represented by the expression : 175 Ч sin 50 х 12.92 sim 10 (50 х 12.9 + 0.5 pa) біп 19.9%» зт (50 x 12.9 n + 0.5 pz) . (25.8 X sth E ,, № This sum is the analytical expression of the sums obtained if the ten groups, each arranged according to the number 25.8, are combined in such a way as to correspond with an arrange- ment according to a number: : ра. 20.8 -- Z——. 50 Therefore by adopting different values оу, pa...... 0, S values are obtained corresponding with arrangements of the groups according to the numbers: ! ree 95.8 + ——- 50 п 95.8-r #2. 50 л etc. In practice for each of the sums of groups the constants of Besser’s formula are calculated in the usual way; to « the value: 360° __ 4° 1558 26 0.5 X lo о the whole numbers from —4 to +6 have been assigned, these values having been chosen thus, because they correspond with an arrangement according to periods of about 25.76 — 25.86 days. Thus for о — 0 the 10 formulae have been simply added , for Ре 1 Ше argument of the second formula has been augment- ed with 459’, that of the second formula with 8218, of the third with 12°28’, ete, and the ten formulae thus obtained again summed up. In this manner eleven amplitudes and eleven arguments С’ are obtained corresponding with the amplitudes and arguments of the formula (4). When the number of data taken into account is sufficient to eliminate disturbing influences, the differences between the arguments of two subsequent formulae ought therefore to be 4.5% = 18°42’, 174 The more or less complete compliance with this exigen will afford a criterium of the reliance which may he placed on the results. In practice this will generally not be the case because the ten amplitudes will show differences inter se, which will be the greater, the smaller the real value of this quaii and the greater the variability of the element. : In calculating the constants of Bessex’s formula the am error is committed to which attention was called in discussing the Hornstein method, but it is easily conceivable that the expressions : | 2578 . Ox Фе С ње Sik r 6 2 25.8 Ir 2 (UN ese NE Cos — are so nearly equal to 15 and „ 25.8 Ir 5 sn — па, cos 7 26 SCH 25.8 n£ . Sin an C08. ——- Др 1 — x 26 26 an D » . и lo zero, in consequence of n being very nearly equal to 55$ that the error of the calculated quantities will have no sensible influence. S Bij equalizing the eleven amplitudes thus calcuted to de corresponding theoretical amplitudes of formula (4), eleven gf tions are obtained from which the value of n has to be date by means of the method of the deast squares. : By putting | 2n M 1 25.8 the equation (4) assumes a simpler form because the 2 ular quantities larger than 560° are done away with Sin 5875 sin 10887 540.8 ра), in (nz+ (+ 299% 12.954 4.524) sin 12 9Е 5 sin (587: Е fe 0.8 pa) 175 or putting: sin 587 5 ij летове sin 12.95 the eleven equations assume the form Sin 10 (587 E+ 0.5 he тр == Xi - ( таи 5 (5) sin (287 Е + 0.5 pa) In order to deduce from these equations the values of the unknown quantities X, and 5 two ways of proceeding present themselves; the first is to put: = ARTEN mb = A + Bo —- C, JJ de Mae (6) to calculate, after the method of the least squares, the coéf- licients A, B and € from the eleven equations and to determine the value >, for which the expression (6) attains its maximum value m: It is evident that, for р оу, the sine-function (5) must attain Из maximum value equal to ten, which is possible only when 3875 + 0.5 pr 9 and : 0.5 pja my X — 587 10 пе ТО SAE The second method, which is to be preferred when both « and š are small, is to expand the expression (5) not, as has been done in the first method, in a series of ascending powers of e but of =. We have: реа А sayu ЗИ ee х 6 5 sin с 560 HI 10 — po? + vo^ sin с 93:05 px 587 E a + 6: мэс 165,» = 805.75 a — 0.5 px, b — 387. sin 10¢ — dine 7 10 + vat — pa? + 2 БЕ (2 — ма) Hete... . (8). 7 . 176 When a and 2 are small, the expansion may be s at the term containing the first power of =; putting 2bE X, = Хо: | we again obtain eleven equations: et m, = (10 + va,‘ — рар) Xi + (2 va ° — tao) ) Xa "T from which the quantities X, and № are to ђе 2777 after which 5 is found by the formula: T : № | етте 4 The period of the variation R is given by the — 25.8 * най ВВ ци ot al AR When 2 is, as in our case, equal to about four degree either method gives reliable results and therefore only Це. second, has been applied. Generally however the first will prove to be the more advantageous. When, however not very small, neither of the formulae (6) or (8) зїй an accurate representation of the values of the expanded functi sin ре : — = p — ро? + уз“ —— 506 + ele. Sunc because in formula (6) the value of the constants 15: А zz р — pb? + viz — 5166 + etc. В == — даџђЕ + 4276925 — Gazb^z^ + etc. C = — а?р + 62354223 - проза + ete. D Ah — 202580555 + ete. Е == — 152321222 from which it is evident that the series ии by expat sion in ascending powers of р may be stopped at the ішігі ter only when bë is small; if therefore the formula (6) we Ç to give values for m not closely approximating to the quan" | m numerically found, this has to be considered as à P " that the approximate value of R according to which the ta tion has been effected (in our case 25.8) has not been 6 ве judiciously and a re-arrangement according to the appr value given by formula (10) will be necessary. 177 In this case however, when š is not very small, the tedious labour of a re-arrangement might be avoided by adding terms, containing the higher powers of 2, to formula (8) and substitut- ing for £ the value: 54-34 in which & denotes the very approximate value indicated by the results of the additions: if for instance a maximum value is found Гого = + 5 this value of š, is given by the equation: _ 0.05 X27 25.80 x 20.85 | By substituting this value and rejecting the terms containing the higher powers of 4, the eleven equations are again reduced to the first degree and, by repeating the operation, the approximation may be continued as far as convenient. >, — $4 ke = 5. Аз the amplitudes of the periodical variations are very small, it has been deemed advisable to apply the usual method of control by dividing the ten groups into two equal parts and comparing the results. In order to effect this in such a way that a possible influence of the frequency of sunspots may be excluded as completely as possible, the two groups have been formed by combining the five odd and the five even numbers of groups separately. Instead of the formula (4) we find for the even numbers: де: (2555-0995 (nz + C 4- 599 x 12.9 5 + 5 ga) ...(11) sin (774 Е + ра) lor the even numbers: x, Sn 5 (774 E + pz) sin (774 Е + ра) for the first series the difference between two subsequent arguments must be: sin (na + C+ 269 X 12.95 + 4 ра) ...(12) 5 a = 20246 lor the second series: 4 a = 16957! The quantity š is calculated in the same way as has been 42 178 demonstrated, by means of the eleven formulae (9) in which now the constants assume the values: | | == 20. 67, i ра, b= 14 It appears from the formulae (11) and (12) that the difference between the arguments of the two series ought to be: A= 00 X 12.95 ; when, therefore, the results given by both series are cot- clusive to such a degree as to show constant values for the quantity : А — ра this formula will afford a very simple and expeditious wal of calculating Z, which is identical with the usual method in physical and astronomical researches: it will appear howevtt from the results given below that, in order to obtain such an accuracy, a hundred-yearly period would probably hardly be sufficient, and we have therefore to fall back upon the certainly less accurate method of deriving the quantity R from the amplitudes. 4, a. Daily means of barometric pressure. The 10 formulae are: Amplitude Argument mm. 7.3 0.685 194° 1 2 7.629 149950” 5 3.452 151924 4 5.159 7940" 5 1.516 920957 6 2.076 952219! 7 4.516 90258” 8 1.207 551555 9 1.785 16541 10 6.515 117°47' 179 For the quantities mọ of formula (9) the calculated values are: Differences mm. 4.54 — 18742 в = — 4 m абы C= 65°59' 15299! -- 5 9.51 gan 18° 9! — 9 15.48 91 50 1847 ЭС. en 1 19.31 154° 9' when 2 18.58 179255' ‚бын 5 16.54 191° 9’ pom 4 15.56 208995” » ph 5 9.52 995° 5 мү 5 5e 9! 6 4.94 "SS T It appears from the regular way in which the quantities т and C progress, that, notwithstanding the large discrepancies between the amplitudes of the 10 formulae corresponding to the ten groups, the whole series is long enough to cause an almost perfect elimination of disturbing influences. The quantities m being the sums corresponding with about 300 revolutions, the amplitude is about 0.06 millimetres, a quantity of the same order as the amplitude of the variation caused by lunar influence, By application of the formulae (9) and (10) we find: | В = 35.8070 days. | X = 1.557. А = 0.052 millimetres. 180 The even-numbered formulae give: mm. p=— 4 m= 068 C= 1950241 — 5 5.65 76218 — 2 6.57 92°32’ 2 1 8.81 111925! 0 10.12 150247” 1 10.40 150911” 2 9.56 169754 5 1.10 188215” 4 4.96 204°48' ` 5 1.67 205°50' 6 2.47 272°55' В = 25.8040 days. Ж = 1.591. А = 0.046 millimetres. For the uneven-numbered formulae we, find: | | Differences ` mm. ha == 16°37 : e=—4 т = 445 С = 58°43’ — =» 5.78 81927” 20715 En 6.97 10212 19°54 ча 7.90 191246! 1946 8.59 140%52/ 18915 1 8.97 158945! id 2 9.06 176297! 1713 : 5 8.86 195242 168 я м 210°50' юм " 7.75 226250/ Ме ° 6.95 24236 Ü R = 25.8203 days. А, == 180]. A = 0.060 millimetres. 181 b. Daily range of barometric pressure. Formulae : Amplitude Argument mm. No. 1 1.116 96°54’ 2 0.674 25° 0 5 1.165 165°47' 4 1.116 555219 5 0.919 545226” 6 0.888 546747” 7 1.282 554245” 8 1.106 49°24’ 9 0.556 525° 0 10 0.760 550718” All formulae : Differences mm. 4.5а = 18°42’. р--- 2 m = 5.24 C= Mi е! 55054’ — 3 5.59 th p 50°32 ed 4.16 335°54 up — 1 4.85 tad 24^ 4 m c n | 20745 а 6.22 5 кәй 19245! 5 6.23 2, = 18°58’ 4 5.98 98° 6 16°48’ 5 5.77 114°54' 18°48’ 6 4.74 155°59' В = 25.8252 days. Xi == 0010. A — 0.020 millimetres. 182 Even formulae: mm. в=—4 m=512 (= 9287951 — 5.54 508? 4’ 2-4 5.86 528959! Sec? 4.06 549^14' 0 4.12 9950” 1 4.02 50929 2 5.65 50251” 5 5.57 71° 9 4 2.84 91° 8! 47: 2.52 107247” 6 1.51 127928! В — 25.7999 days. Xi = 0.844. А =: 0.028 millimetres. Uneven formulae: р---- т--146 C= 188°57' з 0.81 214951” Sch 0.57 291°26’ — 1 0.81 9° 2 0 1.45 55°55 1 2.05 55° 0 2 2.56 2871 5 2.94 88°18 4 5.18 104219 5 3.28 120991 6 5.94 156754 В = 95.8544 days. Х, = 0.456. А = 0.015 millimetres. 185 с. Daily means of the temperature of the ай expressed in Fahrenheit degrees. Formulae: F. degrees No. 1 5.40 229959: 2 4.37 15225 5 4.10 124°16 4 9:55 59°. A 5 4.76 27232 6 5.94 5217 7 9.40 107227 8 4.99 141215 * 2.84 253» 9’ 10 9.22 1°15’ All formulae: Differences Е. degrees 4.52 = 18°42 pz—4 .. m= 9.98 C = 299°20' 15° 8 — 4 9 — о А о 12.82 514 № 19°91' — 2 15.25 555749 Ce 91250 =i 17.13 555219 di 0 18.60 18°22 aye : 25 6 " 1 18.84 41°28 ом 17 2 18.69 65° 2 coer 5 17 84 88:24 us 4 16.28 110259 одаи | \ ше 2058: 5 14.11 15157 = 17 52 6 11.42 149249: R = 25.8155 days. А, == 1,881. А = 0.065 Fahrenheit degrees. 184 Even formulae: F. degrees рш-- т = 11.54 C= 545256 — 5 18.72 537954 —2 21.86 544*59 —1 24.15 3°42 0 25.64 25754 1 25.56 35759 2 24.14 64^ 8 5 21.77 84759 3 18.41 103249 5 14.52 125752 6 9.84 159244 В = 35.8045 days. X = 4.769. А = 0.159 Fahrenheit degrees Uneven formulae : Е. degrees в=—4 т = 6.02 C= 158°55' —5 6.95 173932” --2 7.50 188712” —.1 762. 202° 0 7.51 216255” 1 6.56 229955 2 5.46 241° 5 5 4.14 ` 248920 4 2.85 246742/ 5 2.02 224° 0 6 2.58 196° 5' R = 28.7969 days, X = 1405. A — 0.47 Fahrenheit degrees. 185 d. Daily range of the temperature of the air, expressed in Fahrenheit degrees. Formulae: No. All formulae : в Co —3 | | Ф er ve AS = = F. degrees m = 11.74 9.40 9.78 11.97 18.78 24.26 29.88 54.18 57.40 38.23 57.65 . degrees 4.900 5.029 10.509 9.964 4.064 11.045 4.625 5.454 8.861 7.250 C= 49? 9 48?51' 56759” 8 40950” 55757! 71258” 90° 5’ 110955” 127257” 147221” R = 25.8544 days. =. 2,708. = 0.090 Fahrenheit degrees. X, 170712/ 25995” 115225” 12216” 167918” 94°43’ 152219” 86910” 279215”. 505947” Differences A Ba = 18°42’ 186 Even formulae: Differ F. degrees Ba — 9 а Swe “ n d 22.54 528256 en ы 94.87 541299/ ee —1 25.65 555954/ 16945 0 29.49 1757 18° 4 1 50.45 50241” 188% 2 31,21 48°49’ 19° 9 E | 5 50.47 6768 . à 2 U 4 28.57 90° 9” 171 5 25.65 107?21' 90°34" ` 6 21.94 127955” R 15.8155 days. Uneven formulae: F. degrees р = —4 m = 95.55 € = 108° 5’ 44-53 22.68 194095/ —2 20.90 158430 3-3 18.45 15029 0 15.70 158° 9 1 15.40 169° 5/ 2 12.52 156?28' 5 12.92 152941’ 4 14.79 155955/ 5 16.86 180915! 6 18.46 170?59' 5. It appears from these results that а periodical varial is observable in all the four different elements which R 187 been subjected to this inquiry; the only series which does not show any trace of a maximum value is that of the uneven numbered group of the daily range of the temperature; but it is evident from the very irregular way in which the arguments proceed, that here large disturbing influences have come into play. The strongest evidence of the real existence of the pheno- menon is afforded by the daily means of barometric pressure; notwithstanding the large discrepancies between the amplitudes of the 10 formulae the quantities m and C proceed in a very regular way and almost exactly in accordance with the theory of the method: this however might be a chance phenomenon, but the fact, that in either of the two controlling groups the amplitudes show a maximum value and that in the three groups the arguments for p = 1 are respectively: | 15420! 150911” 158945) 1. e. about the same, which ought to be the case when, as in casu, 2 is very small, leaves no room for ambiguity in the interpretation of the results. Therefore, in deducing the most probable value of R, either the result of the whole series alone, or that of the three groups may be taken into account, but if the latter way is followed it must be remarked that, al- though the amplitude A calculated from the uneven series is larger than that deduced from the even series, the sums m are not so strictly in accordance with their theoretical values in the uneven groups as in the even series, because the quantities m, for p =— 4 and + 6, ought to be very small: in consequence of this, a smaller weight has to he assigned to the value 25.8205 than to the value 23.8040. A somewhat fainter evidence is afforded by the next element, the daily range of atmospheric pressure: the amplitude is so very small that in Appendix. Ш of Volume IX (1) no trace — | 0) I take this oecassion to redress a lapsus calami in this Appendix ; t was not shown by Prof Hawn that no twenty-six-day period existed, but that the daily range is not subjected to a periodical variation synchronous With the period of the sunspot cycle. 188 3 of the phenomenon could be deduced from the results d an inquiry in which HonwsrEw's method was applied to ir different years. w In the results given here however, undeniable proof is gie of the existence of a periodical variation but the agreem қ between the results of the controlling groups is much less фи for the daily means. In each of the controlling groups a maximum value oceusi in the vicinity of this maximum the differences of two sule quent arguments are almost exactly equal to their theo ын values and here, as before, the arguments, corresponding | the same values of 2, agree, though not so closely as in te case of the daily means. We find for p = 1 respectively! С-- 58°58'' 30522 350% : The fact therefore of the existence of a periodical influen on the daily range of the barometric height may be consider! to be beyond the possibility of doubt, but, in comparing № values for R, deduced from these data, with those obtainel from the daily means, a smaller weight has to be assigned the former than to the latter. In examining the results deduced from the daily means d the temperature the air, we see that in the head-group, * well as in both controlling groups, a maximum value of quantity m is observable, but the arguments of the even dé uneven numbered groups being, for p — 1: 45059 and 929055 : the results of the groups contradict each other in this resp and the existence if the phenomenon might be subjected ~ some doubt, if the argument of the even group, where t differences too agree well with their theoretical value, did u show such a close concordance with the corresponding go | ment for the daily range of the barometric pressure, that E would be difficult to ascribe this agreement to chance 0 | In consequence of these considerations the results den” : from the even numbered groups have to be considered 48 189 more reliable, because the results derived trom the whole series are necessarily impaired by those of the uneven groups аз, moreover, is evident from the deviations of the differences from their theoretical value. The same remarks are applicable to the fourth element, the daily range of the temperature: here the results considered by themselves might be regarded as spurious because the group of uneven formulae does not show any trace of a periodical variation, but the fact that it is well marked in the even group and that the argument again agrees with the correspond- ing arguments of the two preceding elements, affords almost undeniable evidence for the reality of the phenomenon. The outcome of this discussion of the results obtained may justify the following way of deducing the most probable value of R, which necessarily is somewhat arbitrary : Daily means, barometer R= 25.8070 weight = 1.00 idem, even groups 25.8040 0.50 idem, uneven groups 25.8205 0.25 Daily range, barometer 25.8252 0.50 idem, even groups 25.7999 0.15 idem, uneven groups 25.2544 0.15 Daily means, therm. even groups 25.8045 0.50 Daily range, therm. even groups 25.8155 0.50 The mean value thus obtained is: В = 25.8120 days. If we adopt this value as the most reliable, the epoch, i. e. the phase of the curve on January the first 1866 at noon may be calculated by adding the angular quantities: — 299 x 12.9 £ —4.5 а — 529 x 12,92 — 5.0 а — 269 x 12.95 —4.02 lo the arguments corresponding with р = 1 of the three groups: C 25.812 & 25,800 — — du 190 We find then: # 1. Daily means, barometer 160928' 089 idem, even groups 156°57' | 164 idem, uneven groups 164259” S: 2. Daily range, barometer 4457 : idem, even groups 379 | Я idem, uneven groups 602547 | 45928 — 5. Daily means, therm. even groups 50225! | 4. Daily range therm. even groups 57997 ! The mean values have been calculated in the same -— the probable value af В, by assigning the same weights tothe different angles as have been given to the values of R. Ih agreement of the different values deduced from the independer groups is very satisfactory, and it must be considered asa wl proved fact that the barometric range, the mean temperatu and the thermometric range are subjected to the same регінігі variation, all three increasing and decreasing at the same іше the mean atmospheric pressure however, although subject p variation of the same period, attains its maximum value at T which differ from those of the other elements, thus indicatii that the influence on the latter may be ascribed to the SÉ immediate cause, the temperature for instance, whereas Lë influence on the barometric daily means has to be deriet from another source. 6. The question of the accuracy which must be авай" the value: 25.812 | is a very difficult one because it is dependent on many p and cannot well be solved by theoretical considerations: most influential factor being the variability of the element which it is difficult to represent by a suitable analytical ех” sion. I have therefore, in order to come to ап approximate am = to this question, followed the practical way by applyins ~ method to an analogous problem the solution of which EEN The chosen problem is to determine the duration Ё 191 moon’s synodic revolution about the earth by means of hourly barometric observations made from January the first 1886 til] November the fourth of the same year. This problem shows great analogy to that discussed in this paper, as the amplitude of the lunar atmospheric tide is about 0.06 millimetres and therefore about the same as that of the periodical variation of barometric daily means caused by the sun’s revolution about its axis. Here too an approximate value, 24.8 solar hours, can be assumed to be known by the simple observation of the fact that after 29 or 50 days the lagging behind of the moon with respect to the sun amounts to a whole revolution and, finally the number of records is 7440, a number somewhat less than that employed in the former inquiry: the only essential diffe. rence is this, that here the double periodical is prevalent over the simple periodical variation, whereas in the former case the latter dominates. From the tables in which the barometric observations are tabulated according to the lunar hours, the following formula, calculated for the ten-monthly period mentioned and reduced lo the epoch January the first at 1 a. m.', is derived: 0,067 sin (Anz + 2159); the true value of R is 24.8412 solar hours. The way in which this problem has been worked out is exactly the same as that followed in the preceding chapters: If we put: сі ОИК 14 sin 744 Š “248085 Tiina AEI: we find for the sums of the ten gronps taken conjointly: AK 2810 OME + 08 o) in (onst C-+299X24.8 E+ 4.6 pa) sin (744 5 + 0.5 pz) for that of the even groups : sin 5 (1488 54-24) _ Дж 539 x 24.8£ + 5 AK sin (1488 š + pz) о ат 4 192 for the uneven numbered groups: sin 5 (1488 š + pz) sin (1488 Е + px The variation being double-periodic, the value me to be taken twice as large as that adopted in the forme problem, in order to correspond with an increase of about hours in the arrangement; to ? the ten positive values have been assigned. For simplicity’s sake I took: sin (2na + € + 269 x 24.8 ds, i a — 8?50' The constants of the ten formulae are: mm. No. 1 0.186 158715 2 5.224 191°59' 5 1.874 120724: 4 1.612 112249 5 5.024 65754 6 1.971 1219 7 2.588 8° 8 8 1.915 285756 9 2.097 270255 10 1.458 256°21' | The resultant formulae for different values of | аге: All formulae : б. mm. 4.5 4 = раб 1 S 1 6.11 74914 P 2 11.56 1160258 я 5 16.15 1673 sues 4 18.69 197°29/ 59020 5 18.58 256° 42’ | 6 15.92 275914/ 24 7 9.22 517946/ 2 8 6.56 544255 H d 2.07 555% 7 195 In calculating 2 from the 10 equations to which these ampli- indes give rise, the first method has heen followed hy calculating the value of the contants of the equation: mo = А+ Во + Со? : we find: A= — 1.801 B = + 9.518 C — — 1.057 from which we derive. when €, denotes the argument at the epoch January 1° Та. м. a = 4.4998 К = 99.47 R = 94.8459 hours А = 0.065 mm. - (ұт 95219: Even formulae: Differences mm. 5 x = 42°50’ p= 0 m — 2.95 | 1 0.58 | 2 5.75 | 5 705 (/—160?24' А 4 at 4 уулан ae 3 56:19! 5 9.58 954940) atthe 55 55 6 8.40 268220” 7 5.77 8 5.99 9 2.81 А = — 0.407 p == 4.7245 = 29.56 В = 5709 R— 24.8461 hours A= 0.061 mm. C = — 0:399 Ge: 92497144 ( 13 Uneven formulae : 9220 m = 5.87 1 5.94 2 7.84 3 915 0 = 158° 4 RGT 4 9.55 196721” 43038 — 5 9.02 - 25849 ЕТІ 6 7.65 282° 45’ 7 5.73 8 5.65 9 1.81 4 BR e = 4.1170 K = 2982 B= 5.968 В = 24.8402 hours A = 0.066 €—— 0.597 (= 21714 ; Recapitulating we find: R A | True value 24.8412 0.067 2 йы; all formulae 24.8459 0.065 2555 even formulae 24.8461 0.061 Ў -uneven formulae 24.8402 0.066 ши It appears from these resulto that at Batavia, «d disturbing influences are very small, the error commi calculating a double periodical variation, the amplitude of is about 0.05 millimetres, does not exceed a three ! part of the adopted unit of time, when a number 7400 observations is taken into account. The error e Ч pected, when only a five-monthly series is employed, ыг 0.005 hours; the calculated amplitude is practically е" the value obtained by arrangement according to the true the error of the epoch may amount to 25 degrees, in value 195 remark that in the latter case the variation is simply periodic and the number of revolutions of the phase therefore twice as small as in the ease of the moon’s revolution. 15 we assume therefore, that, in calculating the twenty-six-day period, the error committed is twice as large and suppose the error to he inversely proportional to the number of observations taken into account, we find as an estimate of the error committed: 0.0027 x 1440 х э = 0.00548, 7740 The value 25.8120 having been deduced not only from baro- metrie daily means, but from several independent series, we may safely assume that, in determining this quantity an ac- curacy of + 0.005 days is secured. As to the epoch it is at once evident from the formulae that an error in the quantity š leads to a corresponding error in the determination of the epoch twice as large when the variation is double- as when it is simple- periodic, consequently the errors of the values found for the epochs will hardly exceed 10 degrees i. e. less than one day. 7. This conclusion bears necessarily a somewhat arbitrary character, but in any case it Is evident that the mean period of duration of the variation deduced from meteorological data is considerably smaller than that calculated from magnetical data, which is about 23.86 days, for it is sufficiently proved by the results of this inquiry thal an error of 0.05 days is out of the question. On the contrary, ifan error has been committed at all, it certainly is on the side of the value 25.86 in consequence of the inadequate method by which it has been deduced. It is of some importance however to remark that, as far as up to the present our knowledge of the sun’s constitution goes, it is not peremptorily necessary that the value, deduced from Magnetical data, be identical with that calculated from mete- orological observations. It is highly probable that the different layers of the sun are moving with different angular velocities , the smaller the farther the distance from the centre, an assump- 196 lion consistent with the determination of the angular velocity of the faculae by the Kew-astronomers, that of the sunspots by occur; on the other hand a direct connection between suns and meteorological elements has not been stated and it i therefore quite possible that the cause of the influence discusel in this paper has to be sought for in the lower regions of tht photosphere, rotating with greater angular velocity. Anat tempt to obtain an answer to this question by applying № method employed here to the five-yearly series of ша шї observations made at Batavia from April 1885 till March 1885, failed because the results of this inquiry still wanted the cl gruity necessary for publication. | The preliminary results are that the periodical variation d the daily means, if existing at all, is too small with геврей! | the degree of exactness obtainable in the absolute dele minations, to afford a suitable matter for this inquiry: Ве. daily variations however, the accuracy of which is much grelle“ exhibit an unquestionable periodic variation and will p d afford sufficient evidence, when a ten-yearly series can We taken into account. EE In comparing the value of В — 25.812 days with the өм found by means of sunspot observations, it has to be remat in the first place that this value must be considered as ponding with synodical rotation ‚ the siderical period being 24" | latitudes between 10 and 30 degrees are applicable zones alone and for the equatorial zones give values cons" 197 differing from those found by direct observation by Prof. Spörer who, for the heliocentric latitude 1° 55’ North finds a period of 24.54 days. The value 24.108 days, if considered 10 represent the period of rotation for equatorial zones, is there- fore not more in discordance with the results of direct observa- lion than might be expected from the totally different modes of calculation. А second question bears relation to a possible influence of the frequency of sunspots in the period of rotation, an influence which seems to be observable, and that in no inconsiderable degree, in the values for this period deduced from sunspot observations by Mr. Bérorousky (1) who finds a greater angular Velocity when the quantity of spots is a minimum than when it attains а maximum value. The mean monthly relative number of sunspots taken from Prof. Worrs' tables. corresponding with the ten groups, are: Ne 2. 12.1 2 65.9 5 119.9 4 75.4 5 21.2 6 16.5 7 15.7 5 55.2 9 61.2 10 46.6 The mean valne for the groups 1, 5, 6, 7, 10 is: 22.42, that for the groups 2, 5, 4, 8, 9: 75.12. The following table shows the sums for different values of p relating to these two series for barometric means and baro- melric ranges: таз ЕЕЕ ЕД ) Bulletin astronomique. Tome IV. Févr. 1887. 198 Daily Means _ minimum maximum mim, nim. BER dios 1.80... 0076 Sith 156,88:5: 840 наи ИВ! 8.94 et 78597 913 (90 9.22 118: 1064 9.12 «Sui OBA 1::119:04 5 1097 8.98 4 10.77 15.81 5 10.25 9.55 6 952 10.22 It would appear from these tables that, on the com Kd a minimum of sunspots corresponds with a smaller а е velocity than that corresponding with a period of great sunsp frequency, and also, from both elements, that in the fom | case the phenomenon is better marked and of greater am than in the latter. The data of these tables, however, have not been discs by application of the: formula because no guarantee dp reality of these results can be afforded until a series of m rological abservations made at а tropical station, such 45 (ала, is available, twice as long as thal employed 1 in a ШВ — June 1888. FFC VULKANISCHE VERSCHIJNSELEN AARDBEVINGEN IN DEN 0. |. ARCHIPEL WAARGENOMEN GEDURENDE DE MAANDEN Juli — December van HET JAAR 1887, verzameld = DOOR Dr. S. FIGEE en Dr. H. ONNEN, LEDEN DER AARDBEVINGSCOMMISSIE. A. VULKANISCHE VERSCHIJNSELEN. Uit de Preanger-Regentschappen zijn de volgende berichten ingekomen. De Heer A. Borsms (No. 215) meldt, uit Sindanglaija , dat op den gen Juli drie heeren den Gedeh-krater bezochten. Zij bevonden, dat de buis, waaruit vroeger de stoom ontsnapte, geheel tot aan den rand gevuld was en dat de stoom nu uit spleten te voorschijn kwam. Zij waren in den eruptiekegel afgedaald tot aan den rand van de gevulde kraterpijp- Op grond van deze waarneming verwachtte men spoedig eene erup- lie. Er kwam echter geen bericht van eenige uitbarsting voor October. Volgens den heer Leon. tuinman te Tjibodas, was de berg gedurende deze geheele maand onrustig, terwijl de heer van Weer het volgende schrijven 44. 22 October inzond: »Wij bevonden ons heden morgen ор de onderneming »Perbawati, gelegen boven Soekaboemi op de zuidelijke helling »van den Gedeh, ор + 4000 voet boven de zee, in de tuinen , "(оеп wij omstreeks 10" 45’ een geluid hoorden als van donder. „Daar de omtrek van den top van den Gedeh wel bewolkt was, 200 ›шааг niet alsof er onweer op til was, verwonderde ons й „eerst, en maakte ik de opmerking, dat men de echo 200 lan »hoorde nagalmen. Het geluid nam echter niet af als vanen »wegstervenden donderslag, maar bleef van gelijke kracht o »hield veel langer aan dan een gewone donderslag. Ë „mijner vrienden, die op eene onderneming bij Sindanglaj »woont, maakte de opmerking, dat dit de werking van du »Gedeh was en geen onweer, еп werkelijk steeg na байг »oogenblikken een zware rookkolom boven de wolken uit, zeer »donker als een rookzuil. Wij schatten de hoogte van deze koloi "van den top af op ruim 7 à 8000 voet. Onmiddellijk daarop {i »altijd was toen het geluid hoorbaar) kwam een tweede kolom >naar boven, maar minder hoog en na eenige minuten, loen »het geluid reeds geeindigd was, een derde veel kleinere. № »kolom leverde een prachtig grootsch gezicht op; de zon № »scheen de randen, die wit schenen en de rest was zeer donker. »Langzaam en statig krulden de toppen zich om en ging ltt „geheel in eene westelijke richting. Opmerkelijk was nog ш л »West dreven, eenige oogenblikken daarna in eem »stelde richting zich naar boven bewogen, dus schuins IW »den wind in, hetgeen wij toeschreven aan de opzuiging I »gassen uit den krater. — Aardbeving of dreuning hebben Wi ver niet bij waargenomen. Heden middag thuis komende . » woon in noordwestelijke richting van het punt waar WIJT »ћедеп ochtend bevonden), heb ik informatiën genomen, 2 | "ook soms asch was gevallen, maar hier is niets van gemerkt Van de vulkanen in Java's Oosthoek vertoonden alleen Ë Lamongan en de Semeroe eenige werkzaamheid. Volgens ` telegram van den Resident van Probolinggo dd. 5 Juli" (6. В. 10798/87) vertoonde dé Lumongan sedert cen paar dagt! eene verhoogde werking , zonder dat daarbij evenwel ongelukke! hadden plaats gehad, terwijl de Assistent-Resident van P! (Pasoeroean) melding maakt van een lichte aschregen , die P^ 9% Juli geduren 5 minuten in het district Gempol werd wat Te 201 nomen (G. В. 11659/87). Daarna schijnt deze berg zich rustig gehouden te hebben tot in November, in welke maand door den heer J. Burcer te Probolinggo (N°. 607) weder verhoogde werking werd waargenomen; de berg wierp veel vuur uit en rookte zwaar, terwijl op de hoofdplaats zware doffe slagen gehoord werden. De Semeroe heeft gedurende eene maand (van 10 September tot 11 October) vrij hevig gewerkt, het sterkst op 22 en 25 September zonder dat evenwel nadeelinge gevolgen werden onder- vonden (G. R. 16871/87) De heer J. J. Wicurrs te Kajoe- Enak: (Loemadjang) nam reeds den 14% September 's morgens te 9 uur zware rook en zwaveldampen waar. In den nacht van 22 op 25 September echter werd de geheele contróle- afdeeling Toeren door een uitgeworpen rookkolom overdekt, ter- wijl er den 925% 's morgens van 6 tot 1 uur een aschregen viel, die den bodem tot op één m. М. bedekte G. В. 16565/87). Volgens den heer G. Kaursacn (№. 591) was er den 22% aan den berg zelf niets te zien, behalve een wolk, loopende van NO. door ZW., ofschoon er dien dag wat asch viel. In den daarop volgenden nacht echter was, volgens den heer A. pe SrorrzLAAR (№. 590), het vuur niet van den top en zag men telkens weerlicht boven den berg. Alle berichten komen hierin met elkander overeen, dat de berg aanhoudend zwaar bromde. De heer Сомир te Bojolali (N°. 517) deelt mede, dat te Gebjok, gelegen op het zadel tusschen Merapi еп Merbuboe s Seloh (Ngalik), in den nacht van 15 op 14 November van 112) lot 5 uur, in de richting van den Sindoro , slag \n werden ge- hoord, die aan eene uitbarsting van dien berg deden denken. Van Sumatra is geen ander bericht ingekomen, dan dat op 7 en 8 October honderden doode en halfdoode visschen gau de oevers van het Ranaumeer werden gevonden, terwijl het water verschillende kleuren had, als bruin, lichtblauw, bijna geel- achtig en donkerblauw, en smaak en reuk zwavelachtig waren. Men vermoedde, dat een vulkanische uitbarsting in het meer daarvan de oorzaak was ын В. 17552187). B AARDBEVINGEN. м Aanvulling der aardbevingsberichteu over Januari t/m Juni 1887. EE ч Ї Е ЊЕ 3 x25 | 5 | m © = LO | | Residentie | Tijdshepaling. Ч Б... 33 Berichtgever. Waarnemingsplaats. ер of peu SE Ё Е Е | Gouvernement. | ebe ка! | | б. В. 14259/57. Afdeeling ees кани oina. Т Ян Л E 735 H. van Dorp. Benkoelen Benkoelen. 13 Juni E КЕ > | | | : 4 i | | | | III F. Twiss. | Natal. _Tapanoeli. LES | BE EM rover Jui —— | IE 1 R. 1350487. | Amboina; Amboina. ^ 532 у Wichers, | хий Kediri 6. R 504/87 қ Ат 6. к 1245667 Taba- en Belgie, : | ік W. 591 6. Kaulbach. | Soember Peting. Pasoeroean, 1 >» 5 zn 1. 595 R. W. Jesse. Soember "Моро Pasoeroean. zb v "m - G. R. 1267287. Girimarto, ald. Wo-!Soerakarta. 2m 1 531 P. Schippers. Toole Saba Kediri. 22 | 532 |L. Wichers. | Soekaradja. Kediri. 22 8.1. 1208287. | Trengalol Kediri. 22 587 |6. A. T. J. Oosthout. Malang. Pasoeroean. -- p A. de pde Se iat ago. Pasoeroean. 22 _ 594 van’ Boemie Ајое. ` | Pasoeroean. terpenes | 5 6. 2574/87 | Afdeeling Malang. Pasoeroean. 632 ЇЕ, Ottolander. | PSitjoer. 'Besoeki. . 2529087 2 8 — . Веѕоекі. Berichten, dai шеге кы: = — 1606 —— YA rn geene aardbevingsverschijnselen gedurende de maand Ju eanger s i : e Semaran P RT Қанына. um | 335 E. Goedbloe KE en G. К. Eë te Select Minahassa | Nena pps x ondo. | 6 E 531 P. 6; R. Ve dud 2212 fd: Ponorogo Maen, 10 53 Al Kediri. — 10 аьаа а АРКИ 205 Benkoelen : 735. 8 Oostkust: 772. € D Intensiteit Bijkomende verschijnselen ling. en aard der beweging. opmerkingen. Hevige schok «| Тууее vrij hevige schokken. meni van pleister, algemeene ontsteltenis. In de meeste woonhuizen ontstonden scheuren en van wiki adn dakpannen afgeworpen. i^ (Verbeterd bericht). 9. Een lichte verticale schok. | К оз: Vrij каје 97 8 8 schok. | V. Ба lichte schok. abr rie A age erg ae de hoofdplaats Benkoelen , Ё ап de geheele afdeeling om- | me wera Sen | Bonkeele єт Verticaal. ees Een enkele schok. x А 8. Lichte, doch ee e aard- schudding. Ver aal. | . Een lichte aard sing. | Үгі) hevige schokken Geen schade. 25 4. Deuren en vensters a zm. ne 5. Verticaal. ‚Voor en па de aar rd ‚ hoorde men een nog al sterk onderaardsch ege а uit het Oosten. [Een lichte . van 4 sec , ‚gevolgd door een tweeden IW. " pt van 10 s „wee kort op elkaar volgende ~ schokken | JU ее. Eenige lichte schokken. | : TW” ingekomen у van H.H. Medewerkers, = onder de eet nummers in de Tijst voorkomen : : li 22. w еп Onderh: 790. ' u Ass. с Billiton: 305 НӨ»... ... 2 op elkander M ines schokken. Zware schokken Een Tichte horizontale aard- schudding. š 3 | Residentie Tijdsbepaling, i 5% Berichtgever, Waarnemingsplaats. | : (Bataviasche В A B Gouvernement. — Ба 938 F. L. van der Vinne. Karangnongko, Ditar, Кейін. Ld Si “4 590 |A. Stoppelaar. | Soe Te elag Pasoeroean 23. oge ] 591 iG. Kaulbach. Soember bi: Pasoeroean 10 Aug. H Ж V 595 R. W. Jesse. Soember Nongko. | Pasoeroean. 10 +23" 40 ; 835 |E. Goedbloed. Tondano. - | enado. 10 T З G. R. 15736/87. De geheele Minahassa | Menado. 10» EH, 1 5 Е 835 E. Goedbloed. Tondano. | Menado. [127 + E 6. В. 15736/87. De geheele Minahasa Menado: 12 5 x 6. В. 1606287. Balang ipa. lebes en Onderh. 17 E 2 Berichten , dat geene E gedurende de maand, A reanger 2-1 > Semaran . Y | | Soerakarta: 305. | E = 777 Aardbevingsberichten over Seplembor 1887. E. G. В. 16063/87 De geheele ийн Язова: 4 SH ЇЕ 3 pu + 711 |F. Twiss. Natal. panoeli. | 8 a 6. В. 1664487. | Natal. Tapanoeli | ps 0: 56". ER 16225187’ roë. Benkoelen. | О УНИ | G. В. 16063/87. De geheele Minahassa Menado. 10 : н 17 835 E. bloed Tondano. nado. НА, e 10. | G. В. 17292/87 ima. Gelebes en Onderh. 13 0 711 ЈЕ, Twiss. Natal. Tapanoeli. 16 oti TES CROCI | Natal. Тар. ‚16 > e | 590 A. de Sitar Бате Telago. | Pasoeroean. 21 . 16 É Berichten, dat geene aardbevingsverschijuselen gedureude de maand СА: We" и, F Res. Preanger Re pe et — —̃ А а ` Semarang: 2 8. . — КА Aardbevingsberichten Sch October 1887. 590 А. de char: | ze: Telago. Pasoeroean. 2 del. 20" = 6. В. 1936587. | Ке lenado. 65 9% 30 866 C. F. Pietersz. | Kajelie. Aden 157 aet O . | Т 866 С. F. Pietersz, Kaielie. PNE 9. 222 735 H. van Dorp. Бада. ; Ries, 20 2128 764 | Dr. W. Stammeshaus| Benkoelen. Benkoelen. 20 жи б. В. 17763187. | Benkoelen. EL A ou . A 27 | 205 | р 4 ! .. .. | Intensiteii Bijkomende verschijnselen | "n | en aard der beweging. opmerkingen. | Horizontaal en vrij sterk. e Ww CSR verticale schok. Gevolgd door een lichte beving van + 20 seconden. »- | Een flink gedruisch waarneembaar. Vrij hevige schok. Met onderaardsch gerommel. Horizontale eer | schok. Zeer hevig, verticaal en horizontaal. Deuren en vensters sloegen open. Horizontale schok. Eenige 8 schokken. 1, zijn ingekomen van Н.Н. Medewerkers die EE x^ volgende nummers in rae lijst voorkomen: Iech, 711 (Natal). Res. Riouw en Onde ‚ Benkoelen: 735. en ‘Billiton: 105. j 2122 х kun: 172. ако horizontale schok. Е Lichte schokken. | Lichte schok. Voorafgegaan door een zwak onderaardsch gerom- mel. EE жазура ans schok. en Een kehte hande schok. 2. Twee kken. „Lichte schokken. ‘Horizontaal , licht. Еме 772. pain — Котеп van Н.Н. eeh? die гэрэй de volgende nummers in de lijst vourkómen $ Pasoeroe : 588. es. У len: 7%. Ass-Res. "Bill : 805. ; h Lichte Vim = schokken. vrij ho mber werd I Gedurende de maanden October en Nove Š ichte schok. I ima ume dag onderaarsch gedruisch Een кы scho | . да е ef “122 volgende : i aler een tweede в Vrij hevige schok, Dienzelfden dag moet er 40 0 minuten later vec ~ Э = š Bn. Drie k E: Get? wé: WI t een dee gebrom. ge SE due SE M ше eloema, Kauer, Lais en — waargenomen (G. R. 18544/87). = | = š А | 2 š | | Residentie | Tijdsbepaling. He Berichtgever. | Waarnemingsplaats. | | Тэн эт | 3 = | Gouvernement. i 6. В. 18224/87. E Se en Ban- Palembang. 20 Oct, EAF Jr bk |, В G. x 20009/87 | Padang беј Tanding Palembang. 20 i> ell 860 МЕ, Kr Wiggers. Galela. | a , 24 kä В. 19365 65/87. | Кеша. Menado. 21 : i | | | | Ratahan (Belang). Menado. | 21 , Ч CR s R. 20652/07. — | Amahei (Ceram Amboina. 28 E 40°. G. В. 2096437. | Roemakai. Amboina. 28 , is d | D Twiss. | al ‚Tapanoelie. 30 we Berichten , dat geene aardbevingsverschijnselen gedurende de maand байаны i 74 i Preanger Req: Semarang: 278. Aardbevingsberichten over November 1687. ^ Semar С. В. 21526/87. | Кеша. Menado. 1 735 |H. van Dorp. Benkoelen. Benkoelen. >. 835 |E. Goedbloe "eege Menado. 5 6. В. 2152667 Kem Menado. 9 764 Dr. W.Stammeshaus| Benkoelen. * |Benkoelen. 6 « |6. R. 1963187. | Benkoelen Benkoelen. 6 G. R. 1963287. emen van Ben- Benkoelen. 6 6. В. 19926/87. T. holie. Celebes en Onderh. | 6 G. В. 1941487 mn š ang. 13 : G. В. 2152687 Кеш Menado. 17 _ 866 IC. Е. Pieters, Kajelie. Amboina. 17 : 6. В. 2902/88 Iwaki. Amboina. 19 866 |C. F. Pietersz. Kajelie. Amboina 21 764 Dr. W.Stammeshaus| Benkoelen. Benkoelerr. 24 742 H. F. den Hartog. | Mokko-Mokko. | Benkoelen. 26 | — we Berichten, dat geene ~aardbevingsversebijnselen gedurende 2 шин R "d: ша (1i , i! Nov 4 8, Э 18" 58". - 18" 48. - , 2 9: %; s „ ae Ба 9: 47"... 4 7 И в. 15 б ЕСІ? » 1E 3r. ат m- November 67. цаг t> > ~t D E Intensiteit Bijkomende verschijnselen r en aard der beweging. opmerkingen. | Tw ee op elkaar volgende schon. op de laatste plaats vrij hevig. | (Ook te Kepahiang gevoeld. Vrij hevige schok. „ Twee lichte kort op elkaar volgende schokken, de eerste horizontaal de tweede verticaal. Een horizontale schok Een schok. f | Vrij 8 schok. | | 4. Vrij Berge schok. | Voorafgegaan door onderaardsch gedruisch. 1 шахсан Г р Щи ingekomen van Н.Н. Medewerkers, wd onder de volgende nummers in de lijst voorkomen Pasoeroean: 588. Ass. Res. Billiton: 805. — Oostkust: 772. | Korte, doch vrij hevige schok. Drie ‘snel p» elkander volgende. Een paar seconden te voren werd uit het NO. een | schokken aankomend rommelend geluid vernomen, а | van een aankomende zware donderhut | W. Langdurige lichte schok. ‚Korte verticale schok. | Voorafgegaan door een zachte horizontale шинэ | eenige seconden aanhoudende. Korte schok. Een verticale schok. | «>. : Lichte schok. 254 0. Vrij hevige schok. Vooralgegaan door + seraardsch gedruisch. Zeer lichte aardbev ing. hte — schok. schok. EB n lichte scho CH “oe lichte schok. | | да „ingekomen van HH. Medewerkers, die onder de volgende nummers in de lijst voorkomen: rai Res. Sumatra’ e Rue 112. apanoeli. 711 (Natal). Ass. Be Bılliton E = | | | Residentie Tijdsbepaling. + bS Berichtgever. | Waarnemingsplaats. | ol (Bataviasche % | Е a : | | Gouvernement. 8 | ка | = я сай Aardbevingsberichten over December 1887. 2 a E: 716 |А. M. EK | Amo 7. еп 0. afd. Boran. u w£ P | 321 B. Frijlink. | andjérmasin. J. en О. afd. Borneo. 11 i r^ ZN 822 |W. J A. Roijen. | Kendangan. Z. еп 0. afd. Бонн 11 * к | | | | | | Se 827 |H. Е. Hesselaar. Pengaran. Z. en O. afd. Borneo. 11 > 10.51 6. R. 544,88. | Afdeelingen Bandjer- 7. en 0. afd. Borneo. 11 > +10" | masin en ebitbelan- | Чеп Маг ra, | Атоста, Dajakla | den en Doesoelanden. 823 |H. R. de Vries. Moeara Teweh, Z. en 0, afd. Borneo. 11 31 p. Schippers. Toeloeng-Agoeng. |Kediri. Kn " d i е b od юэ съ 321 В. Frijlink. PGermasin. Z. en 0. afd. Borneo. G. В 1880/88. 145 Боер вап. Tapanoeli 21 G. В. 1880/88 Tapanoeli. 111 |F. Twiss. = al Tapanoeli. 86 E. Ketjen. — Preanger Reg. 6. В. 74/88. Ijiamis. Cheribon. Berichten, dat geene aardhevingsy erschijnselen gedurende de maand December R eanger Reg: 67. Res: » Semarang: 278. 4 V Soerakarta: 305, 308. x Verbelering. іп de аге вена over Juli—December 1886 (Deel 764 br. Stammeshaus. Be 19 Oct. 0 1 Dit moet zijn: | 17364 у. Стоб ы оз и 118 š ------- Ru en 209 » Intensiteit en aard der beweging. Bijkomende verschijnselen en opmerkingen. 1 N0.—2W. "DES omen, Zijn ingekomen v. _ es. Tapanoeli: 711 (Natal) ` Palembang; 764 із eee 4—5. 3. Horizontaal. Eenige elkauder snel APRES vrij hevige schokken Horizontaal golvend. .18. Een lichte horizontale aard- аса in drie flauw te onder- schei schokken „ slechts eae eu aanhielden. .|2. Lichte schok. Onbeduiden Vrij hevig. 4. Een schok. “ . [Horizontale schok. Vrij hevige en langdurige aardbeving Ook te Тү lamis waar men, doch in de я 5 Geen o Gekraak in de houten Тт Twee knaapjes vielen om. midden der ea stond en groote ronde waaro gevallen. e: mer staan vier cotta beelden op supports. "Dui zijn niet ge dome h. пен Ad bem: t eerst bi a Teweh het ae bericht илийн Зайн werd. istricten is niets gev Res. Sumatra van Н.Н. Medewerkers, die onder de volg Ass.-Res. Bi liton: 805 e nummers in yst s Oostkust: MEDEDEELING . EENE WAARNEMING BIJMANEN. De Heer F. L. van DER Vinne te Blitar deelde in een schrijven dd. 11 Augustus 1887 het volgende mede: »Ор den 6% Augustus jl. vertoonde de maan zich des morgens »om 5 uur met drie kleine bijmanen en een ellipsachtigen kring. »door de maan heen, gekleurd met de kleuren van den regen- „boog. De lucht was geheel helder met een prachtigen ster- »renhemel.” Deze beschrijving wijkt eenigszins af van de wijze, waarop zich het verschijnsel gewoonlijk voordoet. Vermoedelijk bestond de »ellipsachtige" kring uit de bovenste helft van een kring om de maan en een horizontale streep door de maan heen. DE DUUR VAN DE OMWENTELING DER ZON i OM HARE AS. Voordraeht gehouden in de Directie-vergadering DER KONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING op 12 Juli 1888 DOOR Юг. J. Р. VAN DER STOK. Mijne Heeren! Het onderwerp, waaromtrent ik heden avond eenige, zij het ook onvolledige mededeelingen wensch voor te dragen: »de duur van de omwenteling der zon om hare as”, scheen mij om meer dan eene reden uwe aandacht overwaardig. Het is waar, stof voor eene eigenlijke populaire lezing biedt het niet aan. Slechts dan, wanneer een hoofdstuk der weten- schap alle trappen van ontwikkeling heeft doorloopen , indien het van uit het studeervertrek van den theoretischen kamer- geleerde gekomen is in de handen van den practischen natuur- vorscher, die de gevolgtrekkingen toetst aan de kritiek der proefneming en het daarna bezien. herzien, vereenvoudigd is door de nijvere samenwerking van hen, die zich bescheidenlijk op den tweeden rang der onderzoekers hebben te plaatsen, eerst dan is het onderwerp geschikt om, als algemeen eigen- dom, als res nullius, voor het groote publiek gebracht te worden. En dan nog slechts, wil het vruchten dragen, door een man 14 als de eenige Тухоллл,. die niet alleen zijn onderwerp volkome machtig is, maar die ook over de groote hulpmiddelen vat eene eigenaardige, bijna naieve welsprekendheid en van on perkte experimenteele hulpmiddelen kan beschikken. Zulk een onderwerp is het nu gekozene voorzeker niel: integendeel, in plaats van scherpe methoden, die tot zekere uitkomsten moeten leiden, in plaats van resultaten die vast stain. ook al mocht de beschouwingswijze in den loop der tijden gehel veranderen, kan ik u, als ware dit eene spiritistische séance, slechts vage omtrekken en resultaten van twijfelachtige zeker heid aanwijzen. : Toch twijfel ik niet aan uwe belangstelling; want het onder werp bezit al de aantrekkelijkheid, die door ieder denken mensch in het grootsche verband gevonden wordt, datt bestaat tusschen alle onderdeelen der wetenschap, die eenheid bij groote verscheidenheid, welke dikwijls, op onverwachte | wijze, een schijnbaar beteekenloos détail tot den hoeksteen l een groot gebouw kan verheffen. | | De kwestie toch van de omwenteling der zon om hare ® sluit zich onmiddellijk aan, en is naar mijne overtuiging 8. тоереп om eene overwegende rol te spelen in het gro vraagstuk omtrent het ontstaan en de toekomst van onze wert en van onze aarde, die al hare levensmiddelen put uit det die reeds door Anrsroreres werd genoemd de pater el at тошит, de vader en bewerker van alle beweging. Т. Пеле bron van licht en warmte moge toch in practisché | zin, d. i. voor de naaste toekomst, onuitputtelijk genoemd W0" den, in wetenschappelijken zin kan dit onmogelijk het МЕ zijn, еп, tenzij er nog onbekende krachten en oorzaken bestaat: waardoor de verbruikte energie weder in omzetbaren шэг naar de zon teruggebracht wordt, moet eenmaal het ontzet | tend verlies aan arbeidsvermogen, dat de zon door uitstraling «cid tot dood en duisternis leiden in het geheele planet stelsel. E En deze sombere toekomst is betrekkelijk niet zoo ver versi 215 derd, ten minste niet, indien men den tijd, dien het de zon nog gegeven is te leven, vergelijkt met den duur van haar verleden. De spectroscoop is daar om onmiskenbare teekenen van verval en ouderdom aan te wijzen; de zon is wat men noemt ^on the wrong side" van de helft van haar levensduur (7). Wilt gij eene zon zien, die in den vollen bloei haars levens staat, wendt dan uwe oogen naar de schoonste der vaste sterren, de u wel bekende Sirius, die een licht uitstraalt, waarin de minder breekbare roode stralen bijna niet voorkomen, de blauwe en violette daarentegen verre de overhand hebben; van zonnen, die reeds.de roode kleur van den ouderdom dragen , geven Arcturus van den Ossendrijver en Aldebaran, het oog van den Stier, u sprekende voorbeelden, terwijl eindelijk Sirius en Procyon beide vergezeld zijn van uitgedoofde donkere zonnen, wier bestaan werd afgeleid uit onregelmatige bewegin- gen dier sterren. De gezellin van Sirius is door de sterkste telescopen nog even zichtbaar, die van Procyon blijft zich in het duister hullen, ook bij toepassing der krachtigste hulp- middelen. | Waarneming alleen echter Кап nooit tot een begrip leiden van hetgeen geweest is en van hetgeen zijn zal: hier moet aan de rede, de hypothese, eene eerste plaats worden toegekend en zeker zou men nimmer aan de resultaten van de spectro- scopie ‚deze beteekenis gehecht hebben, indien niet de mannen der gedachte den weg tot zulk eene interpretatie hadden ge- and. De vraag, welke de bron kan zijn van de zonnewarmte en waardoor zij wordt onderhouden, heeft dan ook van de oudste tijd af de philosophen bezig gehouden; maar duidelijk еп bruikbaar konden de gestelde hypothesen natuurlijk eerst zijn, nadat de natuur der warmte door de grondleggers der mecha- nische warmtetheorie was aangetoond eu ook door de schei- kunde betere begrippen omtrent verbranding waren ingevoerd. (1) Janssen, L’äge des étoiles, discours prononcé lors de la séance an- "uelle des cinq académies de l'Institut de France le 25 Octobre 1887. 214 Voor Karr is de zon de zetel eener voortdurende en heli verbranding: wel verklaart hij, volkomen juist, de Мше wone hevigheid van het proces door den grooten druk, ма. onder de zuurstof op de zon zich moet bevinden; maar he die warmte wordt onderhouden, wordt niet verklaard, en ever min, waardoor zij ontstaan is. Larprace neemt aan, e | oorspronkelijke nevelmassa eene hooge temperatuur bezat, dus deze warmte eene aan de stof inhaerente eigenschip в, evenals de zwaartekracht: maar welke de oorzaak is van № | voortbestaan der warmte, hierover laat hij zich niet | тс Burrox zoekt de brandstof.voor den vuurhaard in de op dea! vallende kometen. Maar elke poging om door verbranding of liever, algemeene" | uitgedrukt, door chemische verbrandingswarmte, de hitte dt zou te verklaren, moest opgegeven worden, toen men таш” | keurige metingen, aan den eenen kant dier chemische warm, | aan den anderen kant der door de zon uitgestraalde warmte had verricht. Indien de geheele massa der zon pestond tl waterstof en zuurstof, twee stoffen die bij verbinding de grootste hoeveelheid warmte leveren bij de kleinste massa, dan nog 1 de warmte, bij verbranding ontstaan, slechts in staat zijn 00 een voorraad voldoende voor een 5000-tal jaren sas t leveren. Deze hypothese is dus in lijnrechte tegenspraak mel ый dat, binnen den historischen ‚tijd, de warmtestraling der in zeker geene groote veranderingen heeft ondergaan. Des legger der mechanische warmtetheorie, de geniale ше Ковевт von Mayer, begreep dan ook, dat niet hieruit, мн uit een veel machtiger bron, de noodige warmte ger put, nl. uit de omzetting van mechanischen arbeid in wi | te. Het is u bekend dat elke beweging, die gestuit vl in warmte wordt omgezet en wel elke bepaalde ye я beweging in eene onder alle omstandigheden паш | gelijke hoeveelheid warmte. Uitgaande van het ei feit, dat er dagelijks duizenden meteoren hun weg vinden u 215 atmospheer der aarde, zocht hij in den val van meteoorsteenen op de zon de bron der onverzwakte zonnewarmte. Dat dit eene bron van warmte moet zijn, voor de zon zoo- wel als voor de aarde, is een feit dat niet te wederleggen valt. Maar de vraag is, is de aldus aangevoerde voorraad voldoende ? De hoeveelheid warmte, die de zon uitstraalt, is bekend, de hoeveelheid, die eene vallende massa doet ontstaan, eveneens en de vraag, hoeveel moet er op de zon vallen om voldoenden voorraad aan te voeren, was dus gemakkelijk te beantwoorden. Het antwoord echter veroordeelde de hypothese onherroepelijk. Indien toch de aldus berekende hoeveelheid materie op de zon valt, moet de zonnemassa jaarlijks toenemen; het gevolg hiervan is, dat de aarde steeds sterker door de zon wordt aan- getrokken, steeds dus in enger baan haren weg rondom de zou aflegt en dat dus de duur van het jaar voortdurend afneemt en wel jaarlijks met ongeveer eene halve seconde tijds. Eene dergelijke verandering van den omloopstijd strijdt ten eenen male met de berekeningen der astronomen en hiermede vervalt de hypothese. Wel tracht Mayer (1) aan dit bezwaar te ge- moet te komen, maar bij deze poging schieten zijne krachten te kort. Aan Hermuourz (2) komt de groote eer toe van het vinden van eene oplossing dezer kwestie, die, op 't oogenblik althans, aan de eischen der wetenschap voldoet. Laat mij u in enkele hoofdtrekken mededeelen op welke wijze hij en later Sir УУиллам Тномзох (3, de u bekende БАРЬАСЕ-КАМТ” sche neveltheorie hebben aangevuld. Laten er in den beginne gegeven zijn 29,000.000 lichamen zoo groot als onze maan, of dezelfde massa in grootere of kleinere of oneindig kleine deelen ay J. В. Maver, Beiträge zur Dynamik des Himmels in populärer Darstel- lung. Heilbronn, 1848 Cap. VI. % H. Hetmnourz, Wissenschaftliche Vorträge. Ueber die Entstehung des Planetensystems, Vortrag gehalten in Heidelberg und Сбт am Rhein im Jahre 1871. G) Sim WILLIAM Тномзох. The зип» heat. Voordracht gehouden in de Royal Institution of Great Britain 21 Jan. 216 verdeeld, elk met eene eigene willekeurige beweging en alli van dezelfde temperatuur, die in de ruimte heerscht, d. i geveer twee honderd graden onder het nulpunt. Gedurende eenige honderden jaren zullen deze massa's elkander vallen en na eenigen tijd zullen er tallooze bolsi plaats hebben, waarbij telkens de lichamen door de ода warmte smelten, totdat eindelijk alle te zamen zijn gekomen en door de ontzettende hitte niet alleen gesmolten maar mh vervluchtigd zijn, zoodat één groote gasmassa, uiterst fijn a licht, is ontslaan, wier straal zich uitstrekt tot ver buiten | in ontzettende schommelingen zal deze massa zich afkoelen: hadde men zich oorspronkelijk de deelen in rust gedacht, da zou de gasmassa geene draaiende beweging vertoonen; ot spronkelijk had echter elk deeltje zijn eigen beweging enl gevolg hiervan moet zijn dat de enorme nevelmassa zich m eene bepaalde as wentelt; het moment dier draaiende Бехер. is gelijk aan de som der momenten van alle аврей Ш | die nu nog plaats vinden in het geheele planetenstelsel, 8 deze grootheid zal, indien ten minste geen weerstandbied middenstof de ruimte ҮШІ, tot in alle eeuwen dezelfde blijven Ziehier dus de asbeweging, die door Laprace eenvoudig WS aangenomen zonder meer, en door Kant op geheel ou wijze was verklaard, op eenvoudige wijze in de theorie ing e Eenmaal deze gloeiende langzaam draaiende nevelmass г seven zijnde, zullen, volgens de u bekende door Lu? meesterlijke wijze Saamgestelde mechanische wetten, dem schillende planeten met al hunne eigenschappen gevormd we ” In de automatische d. i. mechanische ontwikkeling van Dl planetenstelsel , van af de koude stof in de ruimte verdeeld h de tegenwoordig heerschende orde en schoonheid, verlicht @ x verwarmd door de schitterende zon, zegt Тномвом, 18 in b lijkheid niet meer geheimzinnigheid gelegen, dan er ligt het opwinden van een klok en het afloopen daarvan Ша zij stilstaat. Inderdaad is de werking van een horloges 217 moeilijker te begrijpen dan de eigenschappen eener gasvormige nevelmassa. Onderstellen wij uu dat de planeten gevormd zijn: de zon, evenals vroeger de geheele nevelmassa, een gasvormige gloeiende bol, langzaam draaiende om zijne as, zal door uitstraling voort- durend warmte verliezen. Zal zij nu ook in temperatuur afnemen? Hoe vreemd dit ook op den eersten aanblik moge schijnen , het antwoord, dat Негмвогт; hierop in 1871 gaf, luidde ontkennend. Wij staan hier voor een wetenschappelijke paradox, die ver- kondigt, dat een lichaam door warmteverlies eer hooger dan lager in temperatuur wordt. In het dagelijksch leven zijn wij alleen vertrouwd met de physische eigenschappen van vaste lichamen en deze kunnen zeker geen warmte verliezen zonder tevens kouder te worden ; eene gasvormige massa echter krimpt door warmteverlies in veel grootere mate samen dan eene vaste en wat is inkrimpen anders dan het vallen van de deelen naar elkander ouder den invloed der zwaartekracht? Hierbij nu ontstaat door dien val wederom warmte en bij een gasvormig lichaam is deze nieuw ontstane warmte grooter dan die welke door straling verloren werd en hierdoor de oorzaak der inkrimping is geweest (1). Ziehier dus de eenige, bij den tegenwoordigen staud der wetenschap, juiste verklaring van het feit dat de zon niet haar totaal arbeidsvermogen, wel echter haar temperatuur op gelijke hoogte kan houden, zoolang zij nog gasvormig en gedeeltelijk vioeibaar is. Dit eenmaal aangenomen kan men nu ook berekenen hoelang de zon op dezelfde wijze als thans geschenen heeft en hoelang ditzelfde spel van warmteverlies en winst nog kan duren. Twintig millioen jaren voor het verledene en vijf à zes millioen jaren voor de toekomst, ziehier de grenzen die op deze wijze zijn — (1) J. Homer Lane. American Journal of science. July 1870. Eene soortgelijke paradox is de stelling, dat een hemellichaam dat zich rondom de zon beweegt in snelheid zal winnen indien er in de ruimte een weerstandbiedend medium aanwezig is, dat zijne beweging belemmert. et zal namelijk hierdoor gedwongen worden zich met steeds grootere snelheid maar in kleinere haan te bewegen. 218 vastgesteld ; wat ook de geologen , op grond hunner bereke tegen deze conclusie, vooral wat het betrekkelijk beperkte \ den betreft, mogen inbrengen, de mechanische warmtel antwoordt met een non possumus: wij kunnen niet и Verliest de zon dus eenmaal, door de voortdurende toeneming in dichtheid, de eigenschappen , die aan gasvormige lichamen toekomen, dan heeft het warmteverlies niet meer zulk en groote warmte-ontwikkeling tot indirect gevolg en de heerschapl van koude en duisternis is het onvermijdbare einde; want, wn. zooverre ons bekend is, is de warmte door straling aan de ове“ dige ruimte afgestaan onherroepelijk verloren. Kon echter op eeit ons nog experimenteel onbekende wijze deze energie wederom naar de zon toegevoerd worden, dan zou de Нкимномти hypothese moeten vallen en eveneens de conclusiën dl afgeleid. | Eene poging om aldus het behoud van energie, dat vim de zon waarnemen, te verklaren, heeft, om van andere minder waarschijnlijke hypothesen niet te spreken, de u ke, ` WILLIAM Siemens (1) gewaagd. Hij stelt de hypothese, dat de ruimte inderdaad uiet 10%% is, maar gevuld met gassen in uiterst verdunden toestand die door de centrifugaalkracht aan den equator der 208 ші ruimte ed we m gassen zijn Зэс die de stralend reusachtigen maalstroom , die aanvoert langs de as der draa zon, afvoert in het vlak van den equator , zoodat de ке als een reusachtige ventilator. Door onderlinge verd door verbranding, regenereeren dan deze ontlede gasset door wederom de door straling verloren warmte. Er zijn vele en overwegende bezwaren tegen deze hyp in te brengen en, zooals ik reeds zeide, de Hang?" 0) Dr. C. W. Simens, On the conservation of solar energy. of the Royal Society of London, Vol. XXXIII p. 389. 219 pothese is de eenige, die op het oogenblik in overeenstemming is met de bekende feiten: maar het moet niet uit het oog ver- loren worden dat bij eene hypothese, welke ook, nimmer mag stilgestaan worden. De vooruitgang der natuurweten- schappen, zegt Нергмногта, hangt daarvan af dat uit de bekende feiten altijd nieuwe inducties gevormd worden en dat de gevolg- trekkingen dezer inducties, voor zooverre zij op nieuwe feiten betrekking hebben, met de werkelijkheid door het experiment vergeleken worden. Hoe zullen wij dus in dit geval de ver- schillende hypothesen aan de werkelijkheid toetsen ; deze vraag moet zich onmiddellijk aan elke cosmogonische theorie aansluiten. Ten einde deze vraag juist te kunnen stellen moet ik u op de noodzakelijke gevolgen der drie hier behandelde hypothesen opmerkzaam maken. Volgens de eerste, die van Mayer, die in elk geval gedeeltelijk juist is, moet de massa der zon steeds vermeerderen door de vallende meteoren ; een eerste gevolg hier- van is dat de diameter der zon langzaam maar zeker moet toe- nemen; eene tweede gevolgtrekking is, dat in dit geval de om- wentelingssnelheid der zon moet afnemen, want die meteoren zullen wel in allerlei richtingen op de zon vallen en dus door hunne beweging uiet op directe wijze de omwenteling ver- snellen of vertragen. Het moment der asbeweging, dat bestaat uit een product van afstand, massa en snelheid, zal dus het- zelfde blijven; worden derhalve de massa en de afstand grooter, dan moet de hoeksnelheid kleiner worden. Ziehier dus reeds twee gevolgtrekkingen, die door het experiment aan de werke- lijkheid kunnen getoetst worden. Volgens de Hermuourz'sche theorie daarentegen moet de diameter der zon steeds afnemen en wel volgens de berekening jaarlijks met ongeveer 75 meters; op dezelfde wijze redeneerende als in het vorig geval, komen wij dan tot eene versnelling van de omwenteling. Indien echter de Stemens’sche of eene diergelijke hypothese de juiste is, dan zal de straal der zon noch af- noch toenemen, maar de omwentelingssnelheid zal door de voortdurende wrij- 220 ving, die er bestaat tusschen de gassen in de ruimte en de massa der zon, steeds moeten afnemen : elk deeltje, dat aan den – . equator in de ruimte geslingerd wordt, zal een deel der rot. torische beweging met zich voeren en aan de ruimte mele deelen, terwijl door den aanvoerenden stroom, die bij de polen ` der zon invalt, nimmer ook maar een deel van het verloren ше : ment kan teruggegeven worden. Ik geloof zelfs dat dit argument | zeer sterk tegen de Stemens’sche hypothese pleit: want door ` dit proces van af- en aanvoer zou de zonnemassa spoedig ll rust moeten komen en hierdoor ook de geheele ventilatorbeweging ophouden , die Sremens tot grondslag zijner onderstelling aanneemt. | Nog een derde criterium blijft er over, waaraan men cosmo- : gonische hypothesen zou kunnen toetsen, nl. de directe meting ` der zonnewarmte; ik noem dit echter met voordacht in de laatste plaats, omdat juist het doel aller hypothesen is om te kenschap te geven van de onveranderlijke zonnewarmte en hierdoor dus minder de hypothesen zelve dan wei de noodat kelijkheid van het stellen daarvan aan de ervaring zouden ge toetst worden. Hoe dit ook zij, de aanwezigheid van one dampkring die, onder den invloed der zonnewarmte zel: steeds in samenstelling verandert, maakt eene nauwkeurige | meting dier zonnewarmte, zoo nauwkeurig als zij voor dit doel 1 noodig zou zijn, onmogelijk en het laat zich niet wel inzien hoe, ook in de toekomst, dit groote bezwaar kan opgeheven 1 worden. Zelfs als de waarnemingen verricht worden 0) + hooge bergtoppen blijft dit probleem een der moeilijkste 9 ` meest ingewikkelde van de opgaven die der physica gesteld е Er blijven dus voor de waarneming als eenige factoren ove! > de meting van den diameter der zon en van de omwenteling® ` snelheid. ee Tusschen deze twee is echter de keuze niet moeilijk. ik Ç Sens de hypothese toch van Нермногту is eene verininderilé : van den zonsdiameter met jaarlijks 75 meters voldoende t rekenschap te geven van het behoud van het stralingsvermogel en deze vermindering brengt slechts eene verkleining van de | = 221 diameter teweeg van ééne boogsecunde in 9000 jaren. Voeg ik nu nog hierbij dat zelfs met de beste hulpmiddelen deze grootheid niet kan gemeten worden met die uiterste zekerheid , welke de astronomie bij andere waarnemingen pleegt te bereiken, omdat, zooals de Berlijnsche artronoom Auwens (1) heeft aangetoond, de persoonlijke fout daarbij bijzonder groot is, dan zal het u duidelijk zijn dat alle hoop op vasten anker- grond in de zee der hypothesen alleen op bepaling van de om- wentelingssnelheid moet gevestigd blijven. Weest niet bevreesd, mijne Heeren, dat, nu ik eindelijk na deze lange inleiding tot het eigenlijke onderwerp dezer voordracht overga, de lengte van hetgeen volgen moet evenredig zal zijn aan die van het voorafgegane. Voorzichtiglijk heb ik er u in den aanvang reeds op voorbereid, dat het gekozen onderwerp geen afgerond, afgewerkt geheel vormde en dit gebrek aan even- redigheid der samenstellende deelen is niet zoozeer mijne schuld als wel kenmerkend voor al wat onvoltooid is. En kon ik u nu nog op bepaalde resultaten wijzen en, al ware het onder voorzichtig voorbehoud, door middel der ver- kregen uitkomsten de cosmogonische hypothesen aan de kritiek der ervaring onderwerpen, dan ten minste zou het gewicht van het slot dezer lezing evenwicht kunnen maken met de lengte van de inleiding. Maar de bepaling van dien omwentelingsduur der zon gaat, zooals ik u zal aantoonen , met zulke groote moei- lijkheden gepaard, dat tot heden geen der drie geheel verschil- lende methoden tot eene vaste uitkomst heeft geleid. De eerste methode, de eerste naar rang en ancienniteit, is de zuiver astronomische; maar de omwenteling der hemellichamen om hunne assen is nu juist niet een terrein, waarop de sterrekunde eene sterke positie inneemt. Alleen van de aarde, de maan en van de planeet Mars zijn de omwentelingstijden met waarlijk astronomische zekerheid bekend. Eu dit is niet te verwonderen, (1) Auwers, Sitzimgsberichte der Berliner Akademie der Wissenschaften. 1886. $. 1055. 222 want het is duidelijk dat hiertoe in de eerste plaats noodig “ай op het hemellichaam een vast, wel gedefinieerd en onveranderlijk punt door den kijker kan gefixeerd worden, dat met het hemel lichaam de aswenteling volbrengt. Is dus het lichaam vloeibaar, gasvormig of ook voortdurend door een bewolkten dampkring omgeven, dan is er weinig kans om op deze wijze tot eene juste kennis van dien duur te geraken. Dat is nu in hooge male het geval met onze zon, in wier gloeienden dampkring stroomingen en uitbarstingen, stormen en cyclonen moeten plaats | vinden, die al onze begrippen te boven gaan. Wel heeft men op hare opperviakte reeds langen tijd “ welbekende zonnevlekken waargenomen en uit de beweging ` dezer vlekken den duur der aswenteling afgeleid; maar mei stuit hierbij op het bezwaar, dat reeds a priori te verwachten was, dat nl. de vlekken die als donkere wolken in de 2089 - atmospheer kunnen beschouwd worden, geene vasle plaats in. | nemen, maar, behalve dat zij in de Sen Sé rotatie-beweging ` deelen, ook nog eene eigene beweging vertoonen, die zeer verschil lend is voor verschillende vlekken. Reeds in 1610 zijn de zonne- - vlekken door Jonas Raps, Scuemer еп білігі ontdekt: waargenomen werden zij ongetwijfeld reeds vroeger, want Kerrier spreekt reeds van eene zwarte vlek die hij, als n magere vloo, op de oppervlakte der zon had gezien; maar bij meende dat dit de planeet Mercurius was; ook was men, ab vorens de zaak duidelijk was bewezen, niet geneigd а te doen van de meening dat de zon een toonbeeld van schit- terende onbeylektheid moest wezen , zoo zelfs , dat aan Sement ` de raad werd gegeven zijne glazen schoon te maken en? oogen uit te wrijven, alvorens aan iets te gelooven ам in ARISTOTELES stond. Jonan Farririus (1) spreekt, 1 ur Jom. Farrıcı Punysu de maculi; in Sole observatis et m" : Sole conversione narratio ele. Witebergae, Anno 1611. Deze verhandeling is eerst onlangs gevonden in de Hannoversche bibli theek. Zie hieromtrent: Abhandlungen herausgegeben vom Natur wissensebilk lichen Vereine zu Bremen. Bnd. X Нен 2. Bremen 1888. 225 eerst onlangs weergevonden verhandeling over de zonnevlekken, zeer bepaald over de aswenteling der zon; maar het was eerst aan de latere onderzoekers gegeven . door het verrichten van vele waarnemingen en vooral door juiste metingen, hieromtrent eenig licht te verbreiden. Het blijkt dan dat, zooals in de volgende tabel wordt aange- toond, die door Srörer is gegeven, er inderdaad op de op- pervlakte der zon stroomingen bestaan zoodanig , dat de vlekken , die aan den zonsequator voorkomen, zich veel snelter bew egen dan die welke in hoogere breedten worden waargenomen. Noorder breedte Omwentelingstijd 24° 26.12 dagen. 14° 25.62 » че 25.21 » 2^ 24.54 » Zuider breedte e 25.11 » b° 25.77 » 50° 26.22 g, in hoeveel dagen draait de zon om hare ав, is dus niet categorisch te beantwoorden ; verschillende punten der opper- vlakte vertoonen verschillende snelheden en het is dus zeer wel mogelijk dat ook de verschillende lagen der zon onderling in snelheid van draaiing verschillen. Bij de toepassing eener tweede methode wordt het gebied der sterrekundige metingen verlaten en het terrein betreden der zuivere physica. De methode is zoo ingenieus, dat eene korte uiteenzetting hier niet mag ontbreken. Zooals u bekend is gaan er van een lichtgevend lichaam trillingen uit in den lichtether, en wel voor elke soort van licht een bepaald aantal trillingen in de seconde: of liever, laat ops een geluidgevend lichaam nemen, dat voor elken bepaalden toon een bepaald aantal trillingen aan de lucht mededeelt ; stellen wij 100 in de seconde. ` Deze trillingen worden voortgeplant met eene snelheid van De vraag 224 550 meters in de seconde. Een waarnemer, die op een afstand van 990 meters verwijderd is van de bron van het ge luid, zal dus na 5 seconden den eersten trillingsstoot op het ge- hoorvlies waarnemen: na 1% Seconde wordt het trommel ‘vlies wederom in dezelfde richting uitgebogen, enz. 100- dat ook dit vlies na drie seconden zal aanvangen honderd trillingen per seconde te volbrengen. Maar als nu de bron van het geluid zich voortbeweegt, stel naar den waarnemer toe met eene snelheid van 100 meters per seconde, dan zal het proces ` niet op deze eenvoudige wijze verloopen. De eerste trilling. die het lichaam uitzendt, zal wederom па drie seconden, aal- komen; de tweede trilling, na 0.01 seconde afgegeven, gaat echter niet uit van het eerste punt, maar van een tweede, omdat het lichaam zieh in die 0.01 seconde een meter verplaatst heelt, deze komt dus niet aan hare bestemming na 5 seconden, maar "ase seconde vroeger: па 0.02 seconde gaat eene derde trilling 1 van het lichaam uit, die nu slechts 988 meters heeft af le ` leggen en dus 2½% seconden vroeger aankomt, dan het демі | geweest zou zijn, als de bron in rust gebleven ware. Пе ops vangen trillingen volgen elkaar dus sneller op dan de afgegeven ` en men hoort niet den toon, die overeenkomt met 100 trillingen in de seconde, maar met ongeveer 145 vibraties, d. i. een too, die aanmerkelijk hooger is: had de geluidsbron zich van ан waarnemer verwijderd, dan zou de waargenomen toon integendeel lager geweest zijn, dan de werkelijk uitgezondene. Ieder uwer ka. indien hij let op den toon der schel van een passeerenden stool i » duidelijk dezen overgang van hooger naar lager toon Wal nemen. Stel dus, de ware toon ware ons bekend, dan zou uit hel verschil van dezen met den waargenomen toon of nog beter uit het verschil der tonen bij nadering en verwijdering want men, de snelheid van den tram kunnen berekend worden. Hetze nu geschiedt met het licht; eene bepaalde lichtsoort, b. v. V geel van het element Natrium, komt overeen met een be Streep in het spectrum die, afs de bron in rust is, op 22 bepaalde plaats te vinden is: indien echter de bron in Wë 225 ging is, dan verandert de breekbaarheid en moet die streep zich verplaatsen; uit die verplaatsing nu is de snelheid der bron te berekenen. Wanneer wij nu door een hiertoe ingerichten зресигозсоор tegelijkertijd zien naar den oostelijken en den westelijken rand der zon waarvan de eene ons nadert en de andere zich van ons verwijdert, dan zullen wij niet één streep waarnemen maar twee, de eene links de andere rechts van de plaats waar een stilstaande bron, b. у. eene lamp, de streep doet verschijnen, en uit het verschil in plaats is de snelheid der as- wenteling te berekenen. Op deze wijze worden ook de eigen bewe- ging der vaste sterren en de snelheid, waarmede de uit de zon op- spuitenden gloeiende waterstof-erupties zich bewegen, gemeten. Het is duidelijk dat deze methode voornamelijk aan den equator der zon goede resultaten kan geven, omdat daar de abso- lute snelheid het grootst is en dat het verschil in afstand tusschen de beide strepen des te kleiner en dus de waarneming des te onnauwkeuriger wordt naarmate men zich meer van het equatorvlak verwijdert. Maar er is nog een bezwaar tegen deze methode: is namelijk de absolute snelheid berekend , dan kan men den omwentelingstijd slechts dan bepalen. als ook de afstand van het middelpunt der zon tot de laag, die de oorzaak is van de waar- genomen lichtende of donkere streep, bekend is; en hoe is het mogelijk om in de verschillende lagen, waarop aan den rand dier gloeiende gasmassa de kijker gericht is, die plaats, dien afstand, te bepalen? Ofschoon dus de bepaling van den omwentelings- duur langs dezen weg, in een zeer recenten arbeid (!) gegeven, vrij goed overeenkomt met dien uit de beweging der zonne- vlekken afgeleid (men vond 25.88 dagen), moet hieromtrent noodzakelijk nog groote onzekerheid blijven bestaan. Was de eerste methode zuiver astronomisch, de tweede geheel en al gebäseerd op physische theorie en waarneming, de derde en laatste waarop ik uwe aandacht wensch te vestigen 0) Henry Crew, Period of the Rotation of the Sun as determined by the Spectroscope. The American journal of science, Vol. XXXV, N°. 206. February 1888. 226 valt eigenlijk binnen geen dier beide terreinen, maar 1 eene geheel eigene plaats in de rij der proefondervind methoden in. Daarom juist trok dit onderwerp, als bijz geschikt voor eene voordracht voor dit auditorium mij aan, omd u hierdoor een blik wordt gegeven in de werkplaats der w schap, waar nimmer langs één weg, maar, als het eenigst mogelijk is, op velerlei wijzen naar eenzelfde doel wordt gesti Dezelfde vraag, op verschillende wijze gesteld, voert wel tot eene soortgelijke, zelden echter tot eene geheel ge oplossing; want de natuur, als een ervaren debater, onderse ook de fijnste nuances in het stellen der vraag en beantw alleen wat gevraagd wordt, wel eens minder, nooit meer. methode der zuivere statistiek dan, welke als derde hier w aangevoerd, stelt, in tegenoverstelling met de astronomie physica, de vraag nimmer scherp: waar де physica en ast mie van bepaalde experimenteel welbekende krachten spre mogelijk beperken, b. v. tot de streep van het spectrum оте eenkomende met één bepaalde golflengte, streeft de jongere! naar uitbreiding dan naar beperking; de ouderen stellen hypothese en toetsen de daaruit afgeleide gevolgen aan dee ring, der laatste is het meer om de ervaring te doen e om de theorie. Niet natuurlijk uit beginsel, maar omdat: niet anders kan en hierdoor in staat is, door haar ! onbestemd vragen, algemeene antwoorden der natuur uit lokken op een terrein, waarop langs den grooten weg der be wetenschappen zelfs nog geene verkenning mogelijk 20 Reeds langen tijd was het bekend dat er een innig ve bestaat tusschen het aantal der op de zon voorkomende ё en aardmagnetische verschijnselen: van welken aard dit ve is, hiervan is nog niets bekend, en zelfs is nog geen brui” hypothese ter verklaring van dit verschijnsel opge Reeds in 1857 meende de Schotsche Astronoom en Mele Juan Broun in zijne magnetische waarnemingen eene регі aa 227 verandering waar te kunnen nemen, waarvan de duur slechts met dien van de aswenteling der zon kon overeenkomen ; later zag hij ook in Singaporesche barometerwaarnemingen eene dergelijke schommeling; maar de ontdekking maakte weinig opgang en, indien men nu aandachtig naleest hoe hij tot deze meening kwam en waardoor hij ze voldoende bevestigd achtte, dan is dit niet te verwonderen. Juist omdat bij toepassing der statistiek de premisse meestal vaag is, moet het bewijs des te sterker zijn; indien de physicus zijne theorie aan de ervaring toetst, weet hij reeds van te voren wat, naar alle waarschijnlijkheid, het resultaat der proef- neming moet zijn, en reeds een Папу antwoord kan hem voor- loopig zekerheid omtrent de houdbaarheid eener gestelde theorie leveren; de statisticus echter heeft zulk een krachtigen rug- gesteun niet en men is volkomen gerechtigd aan zijne con- clusién te twijfelen, zoolang zijne argumenten niet overstelpend zijn door hoeveelheid en door kracht. De argumenten nu door Broun aangevoerd waren niet voldoende krachtig om de weten- schappelijk ontwikkelden te overtuigen en hierdoor was het mogelijk, dat in 1871 het verband dat er bestaat tusschen de omwenteling der zon en aardmagnetische verschijnselen op nieuw ontdekt werd door Hornstein (i), den directeur van het Observatorium te Praag. Vergun mij u in korte trekken de methode aan te toonen, welke door hem werd gebezigd. Zij gegeven eene reeks van gelallen, die periodiek grooter en kleiner worden b. v. : A 85, * Indien ik deze getallen rangschik in tien verticale kolommen d. i. juist volgens de periode die de cijfers aanwijzen, 1 2 5 4 5 4 5 2 1 0 1 2 5 + 5.5 5 2 1 0 1 2 5 4 5 4 5 2 1 enz. — — e Sitzungsber. der Kais. Ak. Wien, Bd, 64. 67. dan zal de periodiciteit der getallen des te duidelijker worden, naarmate de rangschikking langer wordt voortgezet en als de amplitude van de periode, in dit geval 5, klein, in de s zal deze steeds vergroot worden, zoodat, na b. v. 6 rijen te hebben gebru:kt, de sommen zullen zijn : | 0 6s 12 is 24 30 24 18 ла Rangschik ik echter niet volgens het getal 10 der рет | maar volgens het getal 9 dan vindt men na zes 6 rim 1 9 5 4 5 4 3 Perrot 2 5 4 5 4 ИА 2 1 0 1 2 3 4 5 ои 5 2 1 0 1 2 5 71. Se SS УНИ BES EEN 1 0 1 91708 ош: 105 1.9 9 11 15 19 94: M Men ziet dat hier de kleinste waarde nu in de derde et vierde kolom voorkomt in plaats van in de eerste, dus onder het rangeijfer 5.5, terwijl het maximum gevonden wordt E schen de 8° en 9de kolom onder het rangeijfer 8.5, ten oorspronkelijk in de 6d kolom de grootste waarde gevon wordt. Niet alleen dus dat de sommen kleiner ge worden ж dan zij bij rangschikking volgens de juiste periode waren, mill i er heeft ook eene verschuiving naar rechts van 2.5 kolom be? gevonden. Hadden wij niet volgens het getal 9 maar volgens” gerangschikt, den zouden natuurlijk dezelfde getallen gevonden zijn, maar met dit verschil, dat nu eene verschuiving dat links zou zijn waargenomen. MNT Hadden wij de rangschikking volgens een dier et voortgezet dan zou er natuurlijk een oogenblik gekomen TT waarop de geheele periode verdwenen was en wel wa elk getal der reeks eenmaal in elke kolom voorkomt, © na het gebruik van 10 rijen. De wijze, waarop zich deze tallen bij zulk eene rangschikking verhouden , laat zich 8 Е kelijk voorstellen door den wijzer van een klok; doe ik ( zen wijzer telkens (d. i. voor elke rij) een boog van кл 229 12 uur beschrijven, dan komt ook telkens de wijzer wederom op het oude punt terug, maar laat ik den wijzer niet den geheelen cirkelboog van 12 uur maar telkens een twaalfde deel minder draaien, dan zal na de eerste maal de wijzer niet op 12 maar op 11 wijzen, daarna op 10, daarna ор 9 enz., telkens een uur achterblijvende, totdat eindelijk na 12 omwentelingen. de wijzer op alle uren heeft stilgestaan. Hoe kleiner dus het verschil is van het aangenomen getal der rangschikking met dat der werkelijke periode, des te duidelijker zal de periode in de som te onderkennen zijn en des te langer zal het duren alvorens de periode uit die som is verdwenen. Om te berekenen na hoevele rijen de periode in de som vernietigd zal zijn, hebben wij slechts het getal der periode, in ons eerste voorbeeld 10, te deelen door het ver- schil tusschen het getal der werkelijke periode en dat der rangschikking. Stel nu dat er in eene reeks van grootheden inderdaad eene periode ligt van b. v. 25.80 dagen, dan was de redeneering van Новувте aldus: als ik volgens 26 rangschik dan zal het verschil zijn 0.20 dag en ik kan dus SENS ga = 129 malen $ 0.20 rangschikken alvorens de periode verdwenen is: rangschik ik echter volgens 25 en 24 dagen dan zal reeds na 25.80 32 en 25.80 — 14 0.80 : 1.80 ; kolommen geen spoor der periodiciteit overig blijven. Indien nu daggemiddelden gedurende één jaar hiervoor gebruikt worden, dan kan men derhalve 565 26 de rangschikking voortzetten en in de verkregen sommen zal de periode nog zeer sterk zijn voor het getal 26; zwakker voor 25 en reeds geheel genivelleerd voor het getal 24. Bij rangschikking volgens het getal 27 zal de periodiciteit == 14 malen 250 nog wel zichtbaar zijn maar toch in geringere mate dan bij rang | schikking volgens 25, omdat nu het verschil is 27--25.80= | 1.20 in plaats van 0.80. Het zal u, hoop ik, hierdoor duidelijk geworden zijn, dat de methode zeer scherp is omdat, als het verschil tusschen | periode еп rangschikkingsgetal slechts weinig toeneemt de periodiciteit der sommen sterk afneemt. Op deze wijze m vindt HonwsrEIN voor den duur van de aswenteling der zon iets ` meer dan 26 dagen. Later werd door Mëtten (7) en Laun (2) vol gens dezelfde methode dit onderzoek uitgebreid, waarbij bleek dat de invloed dier aswenteling op magnetische grootheden vel ` grooter is voor plaatsen die dicht bij de polen liggen dan voor - plaatsen in geringere breedten gelegen. Voor den duur van den omwentelingstijd vonden zij 25.85 dagen. Hoewel dus de kans om dien invloed ook voor Batavia s berekenen wegens de geringe breedte niet groot was werd ` toch ook hier deze zelfde methode toegepast op magnetische en meteorologische grootheden (3. Het bleek toen dat er inder- daad zulk een invloed kon aangetoond worden, maar dat de grootte van het verschijnsel zeer gering was. Zooals ik u echter reeds deed opmerken is, als men volgens 26 rangschikt en de periode is 25.80, па 129 verticale kolommen alle spoor der x periode verdwenen en hierdoor waren Horystein en de later | onderzoekers genoodzaakt het onderzoek telkens tot één jar waarnemens te beperken, overeenkomende met ongeveer 14 x aswentelingen. Dit nu is een groot gebrek in de methode, : want in statistiek is het in rekening brengen van een ove | groot. aantal. waarnemingen een volstrekt vereischte en natuurlkij ` moet dit getal des te grooter zijn naarmate de te zoeken groote. heid kleiner is. In een onderzoek (4) nu, dat ook in dit deel van : () Bulletin de ГАс. Imp. d. Sc. de St. Pétersbourg. T. ХИ. (2) Sitzungsber. Kais Ak. Wien. Bnd. 91, 95. (5) Observations made at the magnetical and E ET m at Batavia. Vol. IX, Appendix III. (*) Idem. Vol. X, Appendix 1 251 het tijdschrift onzer vereeniging is opgenomen geworden (1), is dit bezwaar overwonnen en door middel eener verheterde methode de invloed aangetoond en gemeten , dien de aswenteling der zon op meteorologische grootheden te Batavia uitoefent. Voor den gemiddelden dagelijkschen barometerstand en voor het dagelijksch verschil tusschen den hoogsten en laagsten stand en eveneens voor de gemiddelde dagtemperatunr en het grootste dagelijksche verschil, voor alle deze vier van elkander onafhankelijke grootheden kon aangetoond worden, dat de invloed hestaat, maar tevens dat daardoor slechts eene schommeling van enkele honderdste deelen van een millimeter kwikdruk en van een graad Fahrenheit wordt teweeg gebracht. Van elk dezer grootheden waren 7740 observaties, overeenkomende met on- geveer 500 omwentelingen, beschikbaar, zoodat het resultaat, uit alle vier afgeleid, uit 50960 waarnemingen is berekend. Met groote waarschijnlijkheid kan dan ook aangenomen worden dat de gevonden grootheid nl. 25.812 dagen tot vijf duizendste deelen van een dag zeker is. Is dit nu де omwentelingstijd van een deel der zonsoppervlakte of van een dichteren kern of eene gemiddelde waarde van alle bestaande snelheden? _ Ziehier vragen waarop ik het antwoord moet schuldig blijven: maar er bestaat gegronde hoop dat, indien deze methode of eene dergelijke nu ook op veeljarige reeksen van Magnetische grootheden wordt toegepast, men tot eene veel nauwkeuriger kennis van den duur der aswenteling zal komen dan tot heden het geval was. Voor het oogenblik toch is niet de gewichtigste vraag, welke de juiste physische of mechanische be- teekenis dezer gevonden snelheid is , maar of deze grootheid con- stant of veranderlijk is in den loop der tijden , en is dit laatste het geval, dan zal men hierin een criterium bezitten van waarlijk astronomische scherpte voor theoriën, die zich met het ontstaan en voortbestaan onzer wereld bezighouden. Indien er slechts ééne — a nen () Blz. 166. 252 plaats ware, waar men gedurende eenige honderden jaren nauw keurig had waargenomen en de waarnemingen gepubliceerd. dan zou reeds nu waarschijnlijk deze belangrijke kwestie zijn uil le maken: maar op het oogenblik bestaan er va magnelische waarnemingen, die voor dat doel het meest ГЭ schikt zijn, slechts enkele onafgebroken reeksen van meer dan 10 jaren. р En niet één tiental maar vele tientallen van jaren zijn er q noodig om dergelijke vraagstukken, waarvan ik er hier slechts ` eeu heb behandeld, te kunnen oplossen. Eenige weinige ob- servatoria, zoodanig ingericht dat hun bestaan en bloei niet af hangen van de energie van een enkel persoon en voorzien vat voldoende hulpmiddelen, zijn voor zulk een doel van ша, waarde dan vele kleine instellingen, die ontstaan en vergaan mel | de personen, die de leiding voeren en de hulpmiddelen ver. schaffen. Wij mogen er fier op wijzen dat het Bataviaasch Observatorium met slechts weinige instellingen in het boiler ` land het voorrecht eener zoodanige inrichting deelt. Met ze- kerheid kan dus voorspeld worden dat dit Observatorium, NM ` eenige aequatoriaalstation, eene eerste en eenige plaats zal in- nemen in de rij der wetenschappelijke instellingen, en семе pen zal worden om in vele en belangrijke kwesties eene № slissende stem uit te brengen , zooals het op dit oogenblik in verscheidene zaken althans een overwegenden invloed kan doen gelden. x Hiermede , Mijne Heeren, hoop ik mijn tweeledig ы hereikt te hebben. In de eerste plaats toch was het m streven u een der meest belangrijke vraagstukken der natuur” | wetenschappen voor le leggen en zoo mogelijk duidelijk te mr ken: in de tweede plaats uwe belangstelling te winnen den arbeid, die door het Observatoriam wordt verricht en in toekomst zal geleverd worden, een arbeid die eene veel strekking heeft dan den oppervlakkigen beschouwer bij making met de volumineuse en weinig aanlokkelijke 0% publicaties duidelijk kan zijn. UBER ZWEI MERKWURDIGE GEPHYREEN AUS DER BAI VON BATAVIA. VON Dr. C. Ph. SLUITER. KORRESPONDIERENDEM MITGLIEDR DER KÖNIGLICHEN AKADEMIE DER WISSENSCHAFTEN IN AMSTERDAM, Die beiden im Vorliegenden beschriebenen Tiere leben im Schlamme der Bai von Batavia, in einer Tiefe von 8—15 Faden. Obgleich ich das zuerst beschriebene Tier schon seit längerer Zeit kenne, habe ich noch immer gezögert dasselbe zu beschreiben, da die Verhältnisse so eigentümlich sind, dass ich immer zweifelte, ob ich wohl mit einem intakten, nicht ver- stümmelten Tiere zu thun hätte. Als ich aber immer wieder dieselben anatomischen Verhältnisse zurückfand, sowohl bei kleinen als bei grossen Exemplaren, konnte ich nur zu dem Schlusse gelangen, dass hier wirklich eine bestimmte Lebens- form voliege. Ich möchte für das Tier den Namen Diphtera oktoplax vorschlagen. Für die systematische Stellung dessel- ben siehe man weiter unten. Das zweite, von mir beschriebene Tier, welches an denselben Stellen vorkommt wie die Diptera , ist eine kleine, fast glashelle Thalassema. Diphtera oktoplax (n. g. und n. sp.) Körperform. (Taf. I. Fig. 1). Der sackformige Hinterteil des Körpers wird bei erwachsenen Tieren 51 cM. lang und etwas mehr als 11 СМ. breit. Der Vorderteil des Körpers ist einstülp- bar und erreicht eine Länge von 24 cM. Dieser einstülpbare Vorderteil, welchen man als Rüssel bezeichnen kann, ist aber 254 nur die direkte Fortsetzung des Hinterkórpers, und eine scharfe | Grenze ist zwischen beiden Teilen nicht zu ziehen. Derk wird 4 mM. breit. Die ganze Oberfläche ‚des, Körpers ist und unregelmässig getäfelt (Taf. I. Fig. 1) dadurch, dass stellenweise stark verdickte und dunkelbraun gefärbte Cul ein Netzwerk bildet, welches hauptsächlich am hinte Körperteil deutlich hervortritt und allmählich nach vorn schwacher wird. Auf den kleinen Feldern zwischen dem Netze | sind mit der Loupe die Hautdrüsen zu entdecken. Zuweilen ist in der Mitte des Körpers das Netz nur sehr wenig at wickelt, und erscheint der Körper hier fast nackt und weisslich. я Vorn am Rüssel finden sich 12 ziemlich lange Tentakel. Der Mund ist von einem Mundsaum umgeben, welcher am Rande | | zu acht dreieckigen Zipfeln eingeschnitten ist. (Taf. I. Fig. 9. An der hintern Körperspitze ist die Haut ziemlich tief eit- gestülpt, ungefähr wie es bei Sipunculus vorkommt. Wen auch die Haut hier viel dünner ist als am übrigen Körper, 0 ist sie doch nicht durchbrochen, und nirgends ist 1 Körperwand eine Öffnung zu entdecken ausser dem Munde. Die Farbe des Körpers und des Rüssels ist dunkelbraun durch das Netzwerk, die Tentakel sind weisslich, der Mundsaum S fleischfarbig. Die Haut ist sowohl: am Körper als am Riissel m und lederartig, Betrachtet man ein Stückchen von der Haut des | Mittelkörpers, nachdem man die innere Muskelschicht аман hat, unter dem Mikroskop, so bekommt man ein Bild, wie ‘es in Fig. 4 auf Taf. I. dargestellt ist. Das Netzwerk de verdickten Cuticula tritt deutlich hervor und besteht aus del bei vielen Sipunculiden bekannten, unregelmässigen, eckigen, braunen Chitinplatichen. Die von dem Netze offen gelassenet Maschen sind gewöhnlich länglich rund und viel heller gefärbt, da die Gutieula hier dünn ist und nur ganz kleine, wenig e” dickte Chitinplättchen enthält. In diesen hellern Höfen WÉI auch die Hautdrüsen. In jedem Hof kommen von Шы neun kreisrunde Drüsen vor, kleinere und grössere 255 einander. In der Mitte jeder Drüse liegt die ziemlich grosse, kreisförmige Öffnung, indem von dieser an nach dem Rande zu eine radiäre Streifung die Andeutung der gesonderten Drüsen- zellen ist. Am Hinterkörper erhält man ungefähr das gleiche Bild, nur sind die Hautdrüsen weniger zahlreich. Am Vorder- körper ist das Netzwerk weniger verdiekt und sind die Hautdrü- sen auch weniger zahlreich. Am Rüssel endlich ist das Netzwerk fast nicht mehr zu unterscheiden, da fast die ganze Cuticula die braunen Chitinplättchen besitzt, und die Hautdrüsen sind ganz verschwunden. Eine eigentliche Bewaffnung kommt am Rüssel nicht vor, nur die verdickte Cuticula bildet hier mehr oder weniger deutliche Chitinleisten. Auf einem Querschnitt durch die Haut des Mittelkörpers bekommt man das im Nachstehenden beschriebene Bild (Taf. 1. Fig. 3). Die Cuticula (ct.) ist dort, wo der Schnitt das oben erwähnte Netz getroffen hat, stark, aber unregelmässig, ver- diekt, so dass die Oberfläche nicht glatt, sondern höckerig und warzig erscheint. Die Chitinplättchen haben auch auf dem Querschnitt die unregelmässig vieleckige Gestalt. In den hel- lern Höfen, zwischen dem Netze, sieht man unter der dünnen und wenig chitinisierten Cutieula die grossen Hautdrüsen (dr.) Ich habe nur eine einzige Art dieser Drüsen gefunden, und zwar fast kugelrunde, vielzellige, welche der Oberfläche sehr nahe liegen. Der Abfuhrkanal ist hierdurch auch nur sehr kurz, aber verhältnismässig weit. Die eigentliche Öffnung ist etwas enger und geht nach innen zu in einem kleinen, etwas geräumigern Hof über, in welchem die Drüsenzellen direkt ausmünden. Unter der Cuticula liegt die Hypodermis, welche als ein schönes Epithel entwickelt ist. (e.) Die Drüsenzellen unterbrechen, das Epithelium und sind offenbar selbst nur abgeänderte Epithelzellen. Unter dem Epithel liegt die ziem- lich dieke Cutis, welche bis 0.07 m. M. dick werden kann und eine überaus feine, fibrilläre Struktur hat, so dass sie bei schwächerer Vergrösserung fast strukturlos erscheint. An die Cutis grenzt: 256 Die Muskulatur. Wie gewöhnlich, liegt der Cutis unmittg. | bar eine Schicht von Ringmuskelfasern an'(Fig. 5.rm.). D 4 ist aber im allgemeinen schwach entwickelt, nur kommen D nicht sehr regelmässigen Abständen etwas kräftigere Maske ringe vor (Fig. 5. тт). Die Längsmuskulalur ist in ай. ziemlich schmale, aber verhältnismässig hohe Bündel gesondert (Fig. 5 und 5. Im.). Nach dem hintern Körperende zu wer den sie allmählich schwächer, um am hintern Körperpole als 8 dünne Fäden zusammenzutreffen (Fig. 5.). An dem vordem Körperende, unmittelbar hinter dem Tentakelkranz, setzen | acht Rüsselretraktoren an die Körperhaut an, und ewan u die vordern Enden der acht Längsmuskelbündel, so dass sie als die unmittelbare Fortsetzung der letztern erscheinen. Diese acht Rüsselretraktoren (Taf. 1 Fig. 5 r.) sind kráflig, verlaufen für die vordere Hälfte frei im Körper; die hintere ` Hälfte aber ist mit dünnen Mesenterien an der Körper wand, | und zwar an den 8 Längsmuskelbündeln befestigt. Nach hinten verjüngen sie sich allmählich und setzen über eine ziemlich ` grosse Länge an die 8 Längsmuskelbündel an. Zusammen mit die | sen sind die letzten Ausläufer noch bis an die hinterste КР. perspitze zu verfolgen, wo sie einen achtstrahligen Stern b den (Taf. 1. Fig. 6). T Mesenteriale Membranen an den Retraktoren. Bei weitem al : merkwürdigsten in der ganzen Organisation unseres Tieres‘ ` sind die eigentümlichen mesenterialen Membranen, welche an det Innenseite der. Retraktoren an diesen befestigt sind. Fast über die ganze Länge jedes der acht Retraktoren verläuft an der : Innenseite desselben ein ziemlich breites mesenteriales вм. nur an dem vordern ½ Teil fehlt dasselbe (Taf. 1 Вр ° | Die vordere Hälfte dieses Bandes fungiert als Fortpflanzung“ 3 organ, die hintere vielleicht. als Verdauungsorgan. d In Übereinstimmung hiermit sind an dem Bande auth mehrere Abschnitte zu unterscheiden. Das primitive verbalen ist an dem vordern und dein hintern Ausläufer desselben erkennen. (Fig. 6 und 7). Das Band sieht man hier #8. 237 schmalen Saum ап dem nach innen gekehrten Rande des Retrak- tors entstehen (Fig. 7). Der freie Капа desselben ist etwas ange- schwollen und ziemlich stark gekräuselt. Schon mit der Loupe ent- deckt man am Rande eine einfache Reihe ziemlich langer Cilien. Beiderseits ist die Membran mit einem kleinzelligen Plattenepithel bedeckt, dessen Zellen aber nach dem freien Rande zu allmählich eylindrisch werden, und dann diesen als ein schönes Gylindere- pithel, die langen Cilien tragend, bedeeken. Übrigens besteht die zarte Membran aus ziemlich kurzen Bindegewebsfasern und zel- ligen Elementen ohne schärfere Contour mit zerstreuten Kernen, welche sich mit Pikrokarınin deutlich färben lassen. Das Ge- webe der Membran lässt aber zwischen ihren Elementen zahl- reiche Lücken frei, in welchen sich Blut befindet, das leicht durch die kleinen, dunklen Blutkörperchen zu erkennen ist. Etwas weiter nach hinten sieht man in der Mitte der Membran einen dunkler gefärbten Saum (Fig. 7 m.) Fertigt man einen Querschnitt durch diesen Teil der Membran an, so bekommt man folgendes Bild ( Fig. 16). Der quer durchschnittene Retraktor (r) führt an der einen Seite ein Blutkanal (m’), der hier nur noch von einer ganz dünnen Schicht von Muskelfasern bedeckt ist. Nach vorn zu wird dieser Blutkanal allmählich kleiner, ши endlich ganz aufzuhéren, indem das Blut in die Lücken des Gewebes der Membran, welche als Kapillare fungieren, strömt. An den nach innen gekehrten Rand des Retraktors setzt sich die dünne mesenteriale Membran an. welche zuerst einfach ist, dann aber eine Doppelfaltung (m) wacht, zwischen welcher wan die jungen Keimzellen, aus den Epithelzellen dieser Membran hervorgegangeu, sieht. Darauf folgt wieder ein einfacher, nicht ‘gefaltener Teil, welcher nur das kleinzellige Plattenepithel trägt. ohne dass dessen Formelemente sich hier zu Keimzellen umbilden. Nach dem freien Rande zu ändert sich dieses Plattenepithel iu eylinderförmige Zellen (Fig. 16а), indem hier das lückige Bindegewebe etwas mehr aufgetrieben ist und reichlich Blut führt. In der Mitte dieses Randes von Cylinderzellen steht gewöhnlich ein spindelförmiges Stäbchen. 258 das die schon oben erwähnte, lange Cilie trägt. Das V halten dieser letztern Gebilde ist besser an Längssehnill durch den freien Rand zu studieren, oder auch an einer fachen Flachenansicht eines zerzupften Stückchens vom de. Man sieht dann (Fig 12), dass zwischen den б zellen, welche palissadenartig neben einander stehen, reiche spindelformige Stäbchen stehen, welche etwa die der Cylinderzellen haben, aber viel schmäler sind und an freien Rande eine lange Cilie tragen, welche anfangs t Spiralwindungen macht, dann in eine gerade, lange Spi ausläuft. (Fig. 15). Die Verbreitung dieser Stäbchen Cilien ist eine nicht ganz regelmässige, da zuweilen nur Cylinderzelle zwischen zwei Stäbchen liegt, meistens aber und mitunter auch wohl einmal drei. Den ganzen freien Rand der mesenterialen Membranen entlang sind diese Cilien entwickelt, | auf deren mögliche Bedeutung ich weiter unten zurückkomme. Verfolgt man nun die Membran weiter nach hinten, so b es nicht bei der ersten Doppelfaltung, sondern es bilden allmahlich drei- und viermalige Doppelfaltungen , welche bei allmählichen Wachsen der Keimzellen mehr und mehr auseinander weichen, indem der einfache, nicht gefaltene Teil der me rialen Membran nicht mehr zu unterscheiden ist. Ein : schnitt durch diesen Teil des Organs, wo eine kr Entwickelung von Keimzellen und Eiern stattfindet, ist in? dargestellt. Der Retraktor (r) führt wieder den Blutkanal m in ziemlich gleichen Abständen Äste in die Membran schickt, das Blut sich in das lückige mesenteriale Gewebe ver Die Falten (m) selbst sind hier aber weit aus einan wichen, dadurch, dass die Keimzellen beträchtlich gew sind und die ursprünglich unmittelbar neben einander den Lamellen aus einander getrieben haben. Der nae gekehrte Raad (a) ist hei diesem Abschuit des Mesent etwas mehr angeschwollen, aber noch immer mit dem derepithel bedeckt, indem in der Mittellinie wieder wa Reihe der langen, Cilien- -tragenden Stäbchen steht (с). LE 259 wiekeln sich aber die Eier nicht gleichmässig überall aus dem Keimepithel, sondern nur dort wo, ein Ast aus dem den Retraktor entlang laufenden Blutkanal (m’) in die mesenteriale Membran abgegeben wird. Aus diesem Grunde sind auch die Kizellen an der Innenseite des Retraktors zu länglich runden Haufen vereinigt (Fig. 8, ei. Die Eierhaufen am hintern Teil des Mesenteriums reifen zuerst. Durch den Druck der heran- wachsenden Eier entstehen Risse in den dünnen mesenterialen Häutchen, durch welche die reifen Eier frei in die Körper- höhle kommen, wo man dieselben bei geschlechtsreifen Tieren in grosser Menge findet. Wie oben erwähnt, sind die vordersten Bierhaufen die kleinsten und jüngsten und es bilden sich dort auch neue hinzu auf die oben beschriebene Weise. Die Eier werden aus der Mundéffnung hinaus befördert. Besondere Ge- schlechtsgánge fehlen. Die reifen Eier, wie sie frei in der Körperhöhle schwimmen, zeigen in ihrem Bau einige Ähnlichkeit mit den Eiern von Slernaspis scutala. Sie sind beträchtlich kleiner, nur 0,156 m. М: im Durchmesser, kugelrund mit einem dem Keimbläschen gegen- überliegenden Zipfel. mit einer schwachen Vertiefung, welche die Mikropyle darstellt. Das Dotter besteht aus zwei verschie- denen Elementen, einer feinkörnigen Masse in dem Eizipfel und dem angrenzenden Teil (Fig. 15) und einer aus ziemlich srossen Kügelchen bestehenden Masse, welche den übrigen Teil des Kies auffüllt. Das Keimblaschen misst 0.07 m. M. und ist ziemlich deutlich. vom Dotter abgegrenzt. Die merkwürdige Übereinstimmung aber mit den Eiern von Sternaspis besteht п dem Vorkommen der eigentümlichen Filamente, welche radiär von dem Rande des Keimbläschens ausstrahlen und sich, wie | bei Sternaspis, in das grobkörnige Dotter allmählich verlieren. Wie dort, sind diese von. Увлоувку ( 1) als Konnektivfilamente К Bat Л 4) Угроузку. Untersuchungen über Anatomie, Physiologie und Ent- _ Wiekelung von Sternaspis. Denkschr. kais. Ak, d. Wiss, zu Wien. Bd. 43. 240 bezeichneten Gebilde farblose, feinkörnige Streifen. Auch bi unserer Diphtera sind diese Filamente schon bei ganz j jungen Eiern entwickelt. Bereits an den frischen Eiern aus dem lebenden хай diese radiäre Streifung deutlich zu sehen. Bei Behandlung mit Chromsäure und Pikrokarmin tritt die Farbung auf, wie se von Уезроузку bei den Sternaspis-Eiern gefunden wurde. Die mesenteriale Membran selbst, welche das keimbereitenle | Epithel trägt, besteht aus feinen, aber ziemlich kurzen Fasem | und dazwischen die kleinen Kerne (Fig. 14 u. 17). Das gam Gewebe ist aber sehr lückig, so dass das Blut leicht "el | in die Membran eindringt, um den heranwachsenden Dok nötige Nahrung zuzuführen. Г, Der hinterste Teil der ап den acht Retraktoren 77 | Membranen, ist zwar noch mit einem Plattenepithel bedeckt. aber dieses ist hier nicht mehr keimbereitend. In der Mile | ihrer Breite bleibt aber die Membran auch hier noch einige Doppelfalten bilden, so dass sie auch hier noch in der Mile angeschwollen erscheint (Fig. 10 u. 11). Breitet man it Stückchen von der Membran aus dieser Gegend, wo sie etwa 54. L. breit wird, unter dem Mikroscop aus, so bekommt man en Bild, wie es in Fig. 10, gezeichnet ist. Unmittelbar neben den Retraktor (r) sieht man zuerst einen einfachen, durchscheinende à; Saum (m) der mesenterialen Membran, dann folgt, 28 | scharf davon abgesetzt, ein dunkles, undurchscheinendes ^ " (n), welches den gefaltenen Teil der Membran darstellt, ! daneben wieder einen einfachen durchscheinenden Teil 9 welcher von dem Cilien-tragenden Rand (u wee) ` | Querschnitt durch diesen Teil der Membran (Fig. 11) ai: dass wirklich der dunkle, undurchscheinende Teil (m) 4 einige Doppelfalten der Membran entsteht. Das ваше be ist hier sehr blutreich (Fig. 14) und es häufen sich ind zahlreichen Lücken die überaus kleinen Blutkörperchen M haft. Das Blut stammt auch hier noch immer aus dem den ^^ tor entlang laufenden Blutkanal (m’), der zahlreiche Äste 4 241 Von einem eigentlichen Blutgefässsystem ist aber hei unserem Tiere kaum die Rede, da die oben erwähnten blutführenden Kanäle keine eigene Wand oder Peritonealbekleidung haben. Ein Darmkanal geht unserem Tiere merkwürdigerweise völlig ab. Da vom Mundrande ein ziemlich breiter Saum in das Innere der Körperhöhle hineinragt, vermutete ich bei der Untersuchung des zuerst erhaltenen Exemplars, dass auf irgend welche Weise, obgleich es mir nieht deutlich war wie, der Darm hier abgebrochen wäre. Als ich aber bei allen nachher erbeuteten Tieren, welche ich meistenteils ganz frisch untersuchte, immer wieder die gleiche Sachlage fand, konnte ich nur zu dem Schlusse gelangen, dass ein Darmkanal bei unserm Tiere normal fehle. Ganz zur Gewissheit wurde es mir, als ich die lebendigen Tiere im Aquarium beobachtete. Die Tiere liegen nämlich mit dem ganzen Körper im Schlamme versteckt, nur die Tentakel stechen daraus hervor. Die letztern treiben dasselbe Spiel, wie es bei den Holothuren bekannt ist, und bringen Wasser mit Schlammteilchen durch die Mundöffnung in die Körperhöhle. Von Zeit zu Zeit, aber mit ziemlich tangen Zwischenräumen, sieht man die Tiere den Schlamm durch eine kräftige Kontraktion des Hautmus- kelschlauches wieder aus dem Munde ausspeien. Öffnet man das frisch aus dem Aquarium genommene Tier, so findet man auch immer Körnchen und kleine Häufchen Schlamm zwi- schen. den mesenterialen Membranen an den Retraktoren, und zwar speciell bei den hintersten Teilen derselben. Wahr- scheinlich ist es eben auch dieser hintere Teil der erwähnten Membran, welcher die Funktion des Darmes übernommen hat. Wie oben beschrieben, ist dieser Teil derselben überaus reich an blutführenden Lücken, während auch das eingeführte Wasser zwischen die Falten eindringen kann. (Fig. 14.). Der cben erwähnte Saum, welcher vom Mundrande etwa "e. eM. in die Körperhöhle hineinragt, ist an der Innenseite runzelig, und zwar sind deutlich acht Längsrunzeln zu unter- scheiden, indem die schwachen Querrunzeln weniger deut- 242 lich, hervortreten. An der Innenseite ist dieser Saum einem einfachen Plasterepithel bekleidet, darunter liegt eit ziemlich kräftige Ringmuskulatur, welche nach aussen w einigen wenigen Längsmuskelfasern begrenzt wird. 3 Welche die Bedeutung der langen Cilien am Rande der mi senterialen Membranen sein mag, weiss ich nicht bestimmt z sagen. Am plausibelsten scheint mir wohl die Annahme, dass sie zur Atmung dienen, da sie erstens mit dem in die Körperhöhle eingepumpten. Wasser fortwährend in Berührung stehen, und zweitens das lückige , blutführende Gewebe der mesenterialen Membranen bis an die Basis der die Cilien . genden Stäbchen reicht. Vielleicht dienen sie aber nur ait Weiterbeforderung des eingeführten Wassers und Schlammes ` nach den hintern Teilen der mesenterialen Membranen denen de Verdauung obliegt. Das Nervensystem hat eine ziemlich grosse Ähnlichkeit 4 dem von Priapulus. Der Bauchstrang ist nämlich über die d ganze Länge in der Cutis eingebettet und tritt nirgends frei | aus der Haut hervor (Fig. 18. n). Am Vorderende des Ris sels spaltet er sich in zwei Schenkel, welche den Ring uu den Mund bilden. Nirgends ist еше ganglionäre Anschwellung vorhanden, nicht nur kein Schlundganglion, sondern aucb keins am hintern Körperende wie, bei Priapulus. Ein de sammenhang des Bauchstranges oder der Боос mit dem Ektoderm, wie ein solcher von Horst 0) bei P. bieaudatus gefunden und beschrieben worden ist, kommt beide | Diphtera nicht vor. Was den feineren Bau des ми ` | anbelangt, so sind deutlich zwei Teile an dem oe _ unterscheiden, nämlich liegen die Nervenzellen an der innen gekehrten Seite des Stranges, die Nervenfasern ай 7 nach aussen gekehrten Seite. (0 Honst. Die Gephyrea gesammelt während der zwei gen des: E Barents” pag. 39. Niederl. Arch. für Zoologie. St band І. 1881—1882. 245 Was zuletzt die systematische Stellung von Diphtera octo- plax anbelangt, so ist nach dem Obenmitgeteilten wohl kein Zweifel, dass das Tier еше Gephyree sei und unter diesen wohl den Priapuliden noch am nächsten stehe, was allerdings nur auf dem ähnlichen Verhalten des Nervensystems beruht. Die Tiere sind aber bei der überaus trägen Lebensweise, da sie immer im Schlamme eingegraben sich fast nicht bewegen , sehr stark rückgebildet, so dass sogar Darm und damit auch After verschwunden sind, wodurch das Urteil über die Stellung unseres Tieres im System sehr erschwert wird. Thalassema diaphanes, (n. sp.) (Tafel 111). Körperform. (Fig. 1). Der länglich runde Körper wird 5 c. M. lang, der Rüssel auch 5 c. M. Der Rüssel ist an der Basis röhrenförmig geschlossen, weiterhin aber offen und sich an | der Spitze nur wenig oder gar nicht verbreiternd. Die Haut ist sehr diinn und durchscheinend. Die Hautpapillen bilden kleine, weisse Flecken, welche zwar ziemlich gleichmäsig | verteilt sind, aber ohne eine Anorduung in Längsreihen. In der Mitte des Körpers sind sie am spärlichsten. Die beiden goldgelben Hakenborsten haben neben sich noch ein Paar kleine Nebenborsten. Der Bauchstrang schimmert deutlich durch, 9 wie auch der Darm. Hautmuskelschlauch. Rumpf. Die Haut besteht aus de gewöhnlichen Schichten: einer sehr dünnen Cuticula, - 0,002 mM. diek, einem Epithel und der Cutis, in welcher die em- zelligen Hautdrüsen liegen. Das Epithel besteht sowohl am Rumpfe als am Rüssel aus Cylinderzellen, welche mehr hoch als breit sind. Die Cutis ist nicht überall gleich dick, und zwal in der Mitte der Hautpapillen 0,015 m. M., zwischen den ltr E tern aber nur 0,01 m. M.. : Betrachtet man die Haut von der Fläche aus bei schwache! | Vergrésserung, wozu man der grossen Zartheit und Durchsich a tigkeit wegen, nur ein Stückchen derselben nach Behandlung mit Essigsäure oder nach Färbung mit Pikrocarmin, auf “ | Objektgläschen auszubreiten hat, so sieht man zwischen den ziemlich undeutlichen polygonalen Contouren der Epithelzellet grössere, länglich ovale Flecken (Taf. III Fig. 2). Diese Flecken sind die obenerwahnten, kleinen, weissen Hautpapillen. Е grosste Achse des Ovals liegt quer von der Körperachse, 245 dass die Hautpapillen in der Richtung der Ringmuskulatur ausgezogen erscheinen. Bei stärkerer Vergrösserung sieht man die einzelligen birnförmigen Hautdrüsen (Taf. III Fig. 5) unter der Cuticula und Epidermis liegen. Die Abfuhrkanäle sind öfters eine Strecke weit zu verfolgen, aber die Öffnungen an der Oberfläche sind bei einer Flächenansicht nicht zu unter- scheiden. Nervenästchen (m) sind deutlich in der Haut zu erkennen. — Eine klare Vorstellung von der Struktur der Haut ist aber nur an Querschnitten zu gewinnen. Ein solcher ist in Fig. 4 dargestellt. Die Hautpapille (p) erhebt sich nur wenig über die sonstige Haut, so dass die Cutis hier nur etwa 13 mal so dick ist wie am übrigen Körper. In der Cutis eingebettet sieht man die einzelligen Drüsen. Die Drüsenzelle (dr.) selbst ist birnformig mit deutlichem ovalem Kerne und feinkörnigem In- halt. Das schmale Ende der Zelle zieht sich zu einem nicht sehr langen Ausführungskanal aus, welcher öfters bis an die Ober- fläche zu verfolgen ist, zwischen die Epithelzellen hindurch. Auch die Hautnerven (n) sind ziemlich leicht zu erkennen. Einen Nervenast sieht man nach der Papille abbiegen und sich ver- zweigen, so dass jede Drüse von einem besondern Nerven- ästchen versorgt zu sein scheint. Auch in der Cutis (с) selbst sind feine Nervenästchen zu erkennen, weiche mit den sternfor- migen Zellen (siehe unten) in Verbindung treten. Die Drüsen- zellen sind viel weniger zahlreich und liegen auch mehr geson- dert von einander, als sonst bei den Hautdrüsen der Echiuren der Fall zu sein scheint. Am meisten kommt das Verhal- ten noch überein mit dem bei Echiurus Pallasii, wie es von Spencer (1) beschrieben worden ist, aber auch dort liegen die Drüsenzellen viel dichter neben einander. Ausser den Papillen sind in der Haut noch Organe zu un- terscheiden, welche wohl ohne Zweifel den Sinnesbechern von Echiurus entsprechen. Betrachtet man die Haut nochmals von der Flache aus, so sieht man zwischen den Papillen, aber nicht ^) J. W. Spencer Beiträge zur Kenntniss der Gephyreen И. Zeitschr. f. w. Zool. Bd. 34 pag. 463. 246 auf diesen selbst, kleinere, fast kreisrunde, scharf abgegrenzie, | hellere Flecken (Fig. 2 u. 5 b.), an welchen aber hei Flächen- ansicht keine fernere Struktur zu entdecken ist. Ein centraler Porus, wie derselbe bei den hellen Flecken der Haut von Echiurus ` von SPENGEL beschrieben worden ist (1), kommt nicht vor. Aut. nem Querschnitt durch die Haut sieht man, dass diese Flecken gt: ‚bildet werden von einer Anzahl sehr hoher und schmaler ellen ` mit kleinen Kernen (Fig. 4 b.), welche die Reihe der gewöhnlichen 1 Epithelzellen unterbrechen. Die Grenze dieser Zellen nad innen zu habe ich nicht deutlich unterscheiden können. Sehr deutlich sieht man in der Figur einen Nervenast nach diesen Zellenkomplex abbiegen (n). Es scheint mir wohl ohne Zweifel, | dass wir in diesen Organen die Hautsinnesorgane zu erblicken haben, welche so häufig bei den Gephyreen angetroffen werden. | Indem aber nach Spencet’s Beschreibung bei Echiurus die Sin- nesorgane in sehr innige Verbindung mit den Schleimdrüsenge | treten sind, so sind sie bei unserer Thalassema diaphanes gant von letztern gesondert und kommen in Bau und Lage mehr mit den Nervenendigungen der Haut von Sipunculus überein. Unter der Haut liegt die Muskulatur. Diese besteht, wie | gewöhnlich, aus drei Schichten. Die äusserste Schicht bestelt ` aus Ringfasern , dann folgt nach innen eine etwas dicket Schicht von Längsfasern, und zuletzt die innerste Schicht: | welche aus schräg verlaufenden Fasern besteht und am schwäch — sten ist. Diese letzte Schicht von schrägen Muskelfasern wF | hält sich genau wie bei Echiurus. Es überschreiten ІШІ: | lich die Fasern , welche neben dem Bauchstrang entstehen, zu den Bauchstrang, verlaufen dann über die Seiten des Körpers und überschreiten wieder die dorsale Mittellinie. Da die Hat! unseres Tieres sehr durchsichtig ist, ist die Sachlage eben bier sehr leicht und deutlich zu sehen. Keine der drei Muskelschichl? ist in gesonderte Bündel geteilt, was diese Thalassema de mit Th. Moebit (Greger) und Th. vegrande (Laurent) gemein bat Der Rüssel. Der Ban des Rüssels ist in der Hauptsache nid! () L с, pag. 465. у 2 Я : : x | | ái | Ñ Ç : e LEE eee nn PS: : 3 | | 247 abweichend von dem gewöhnlichen Verhalten bei Thalassema und Echiurus. An der konvexen Seite liegt äusserlich ein nicht flimmerndes Cylinderepithel (Fig. 5 e.) mit einer sehr dünnen Cuticula bedeckt. An der konkaven Seite liegt ein flimmerndes Epithel. Die Cutis (c) ist an beiden Seiten nur dünn. Die Haut- drüsen sind in derselben eingebettet. Diese bestehen wieder, wie in der Haut de Körpers, aus vereinzelten, birnformigen Drüsen- zellen, welche mit einem kurzen Ausführungskanal an der Ober- fläche ausmünden. Unmittelbar unter der Cutis liegt die Ring- muskulatur, welche nur schwach entwickelt ist. Die grösste Masse des Rüssels wird aber von der Längsmuskulatur eingenommen. Diese Längsmuskelfasern sind aber hier deutlich zu kleinen Bün- deln vereinigt, zwischen welchen die dorsoventralen Muskelfasern verlaufen. Die Blutgefässe, namentlich das eine centrale und die beiden seitlichen, weichen nicht von dem bekannten Ver- halten bei den Echiuren ab. Hohlräume, als Fortsetzung der Leibeshöhle an der ventralen konkaven Seite des Rüssels, wie solche bei Echiurus vorkommen (Spencer, |. с. pg. 518), fehlen. Der Darm ist über ihre ganze Länge sehr gleichformig ge- baut, und es sind keine besonderen Abteilungen daran zu unter- scheiden. Eigentümlich ist es, dass der Darminhalt vom Anfang bis zum Ende des Darmes sich zu wurstförmigen Haufen zusam- mengeballt hat (Fig. 1). Mes ganzen Darmes entlang verläuft eine Wimperrinne, zwischen zwei Epithelleisten eingeschlos- sen. Ein Divertikel fehlt vollständig. Am Ende des Darmes, unweit des Afters, münden die zwei Analschläuche. Diese sind klein (Taf. 5 Fig. 6), nur etwa 5 m. M. lang, glashell und reichlich mit Wimpertrichtern versehen, welche die ge- wöhnliche Form haben. Sehr deutlich ist der Ausführungs- kanal der Trichter im Lumen der Schläuche zu sehen. (Taf. 3, Fig. 7). Etwas hinter den Borsten kommt ein Paar ganz kleine Segmentalorgane vor mit trichterförmigen Öffnungen ап den Vorderenden, aber ohne spiralige Anhängen, was also überein- kommt mit Th. neptuni. 248 Die Geschlechtsorgane bestehen aus einer sehr dünnen Mes terialmembran, welche dem Bauchstrange aufsitzt. Der P 2 tonealüberzug dieser Membran fungiert als Keimepithel. genau wie dies von Spencer (') für E. Pallas? und von Vesnovsky für Thalassema gisas beschrieben worden ist. Die Gesch cht sprodukte lösen sich in sehr jungem Zustande von dem Keimepithel ab und schwimmen dann frei in der Leest Vorkommen. Die Tiere leben auf dem Schlammboden in i Bai von Batavia in einer Tiefe von 10 bis 12 Faden. In Aquarium erhalten sie sich längere Zeit am Leben, sind mit ( ganzen Körper im Schlamme versteckt, indem nur der e sich langsam bewegend, sichtbar ist. Batavia, im August 1888. (1) Spence, I. с. pag. 526. p (2) Vespovsky. Untersuchungen über die Anatomie etc von Sternaspis- Denkschr. der. k. Ak. der Wiss. Th. 43. pag. 67 | | 5 1 43 Fig. Fig. ` са + < e ~I oo. Auf dem Mundsaum 8 гафаге, schwache, leistenarl TAFEL I. Diphtera octoplax (п. g. und п. sp.) in natürliche Grösse mit ausgestülptem Rüssel und 12 Tentak li Das Vorderende des Rüssels mit Mundsaum, Tentakeln und 8 dreieckigen Zipfein am Mundr Erhebungen. Querschnitt durch die Haut des Mittelkorpame Hautdrüsen. et. Cuticula, e. Epithelium, с. Cati Ringmuskulatur, /m. Querdurchschnittener inuskelstrang. Stück der Haut vom Mittelkór ви von der A fläche gesehen, nach Abtragung der Muskelschieh Das Tier aufgeschnitten. Von den acht R Í traktoren sind vier abgeschnitten, um die Figur ment _ zu überfüllen, J. Tentakel, ms. der ins Innere h ragende защо an welchem die Retractoren mill Mesenterien befestigt sind, /. Längsmuskelbündel Retraktor mit Keimepithel tragenden Membran Hinteres Körperende von der Innenseite. Die ist zwischen je zwei Längsmuskelbündeln eingi echt ten zur bessern Ausbreitung, r. Hintere Enden § hetraetoren, J. Längsmukelbündel. Vorderes Ende der keimbereitenden Memb der Innenseite der Retraktoren, r. Retraktor, bereitendes Epithelium mit jungen Eiern. Ank ersten Doppelfaltung, а. Angeschwollener Membran mit langen Cylinderzellen und Cilien. _ Das Vorderende des weiblichen Fortpflanz an den Retraktoren, r. Retraktor, ei. Eie Rand der Membran mit Cilien. . „dr. Zer . sg ers Be € тг жт. š PU DC Te dr “ди F. agel МАА. Batavia. 2 Ру аа Th, те „„ Fiy. Fig. Fig. 9 =“ ге l'AFEL И. Querschnitt durch einen Retraktor mit keimbereiter der Membran, ғ. Retraktor, m. reichlich blutführend Mesenterialfalten, welche bei b und / zusammet kommen. m’. blutführender Kanal in den Retrakta Die Membram am hintern Ende des Retraktors , nicht keimbersitend, aber zum Teil reichlich blutführend г. Retraktor, п. Mehrmals gefaltener und reichlich blutführender Teil der Membran, m. Einfacher , nich gefaltener Teil der Membran, a. Rand derselben mi Шеп. I Querschnitt durch den nicht keimbereitenden Та an den Retraktoren befestigten Membran,“ Кегга ог, m. Nicht gefaltener Teil der Membran , u Mehrfach gefaltener und reichlich blutführender Teil derselben, a. Rand, c. Cilie, m. Blutführender Kana in dem Retraktor. 1 Cylinderepithel am Rande der keimbereitenden Меш bran mit Stäbchen und Cilien. Stäbchen mit Cilie. Querschnitt eines Stückes von der gefaltenen Membrai am Retraktor. Lockeres blutführendes Gewebe, mi Peritonealbekleidung und vereinzelten Kernen. Reifes Ei , m. Mikropyle. | Querschnitt durch den Vorderteil der keimbildenden Das keimbereitende Epithel der Membranen an den | 7 ^i Keimbereitendes Epithel, m. Lockeres blutfahrendes ( e. Epithelium, с. Cutis, rm. Ringmuskulatur, Im. Längs- muskelstränge, n. Bauchnervenstrang mit Ganglien an der nach innen gekehrten Seite, und Fasern ай der nach aussen gekebrten Seite. 355. ЭРТ 33 2 А2 Атта ыта ee — E S % SER, Ж Е: ES 2 LE 2 В : 14. Ч SÉ MES 8850001 y ГА | 10008055 < рес АЕ >” " Ж Я A. , £ | Beers MR LEONE A, Р A d Si 0 0, is d d eL та? D x a aem. Ч Ji 5 92, Y as i, CTS IT Ard 13117 H 09066860 ISS Eu \ 555% ech ER ae Ge 21525 4 EC К 2; | pon a 55, КДА BAY Ke ES маг бос =a = <» zur Hz T ZA ОТО I; 524) GERE МАО IT d о KO 47,72 СО las; dei € 55 за! p 521 (9 „lich Вагата. lzang Е де Fig. 1 Fig. 2. . Fig. 4 Fig. 5 Fig. 6. Fig... T. TAFEL Ш. Thalassema diaphanes п. sp. Das Tier etwas ver- grössert. Stück der Körperhaut mit Papillen (p) und Sinnes- bechern (5). Schwach vergrössert. Stück der Haut stärker vergrössert mit einer Papille, mehreren Sinnesbechern und hinzutretendem Nerven- ästchen (n). Querschnitt durch die Haut des Körpers, СГ. Cuticula, e. Epithel,’e. Cutis rm. Ringmuskeln, Im. Längsmuskeln sm. Schräge Muskeln, p. Papille, dr. Einzellige Haul- drüsen, b. Sinnesorgan, n. Nervenast. Querschnitt durch den Rüssel, e. Epithel der Rücken- seite, е. Epithel der Bauchseite, с. Cutis, rm. Ring- muskeln der Rückenseite, rm’. Ringmuskeln der » Bauchseite /n. Längsmuskeln n. Rüsselnerven, Seitengefässe b. Mittelgefäss. Enddarm mit den beiden Analschläuchen. Trichter mit Abfuhrkanal der Analschläuche. VERSLAG - GOUVERNEMENTS-KINA-ONDERNEMING IN DE PREANGER-REGENTSCHAPPEN OVER HET JAAR 1887. DOOR R. VAN ROMUNDE, Directeur der Gouvernements-Kina-Onderneming. 1. Weersgesteldheid. Het jaar 1887 kemmerkte zich door vele en aanhoudende regens. Van een eigenlijken oostmoesson was zelfs zoo goed als geen sprake. : Van af medio Juni tot omstreeks het midden van Augustus Meet het weder vrij droog, doch ook zelfs gedurende deze twee maanden werden nog telkens regendagen opgeteekend. Pan af het begin tot omstreeks het midden der maand . Pebruari deden hevige stormen zich gevoelen, welke vooral te -Nagrak aan het Tangkoeban-Prahoe-gebergte belangrijke schade Zowel aan gebouwen en kweekerijen als aan de plantsoenen . berokkenden. | = Omstreeks het midden der maand October bracht een he- ige storm uit het zuidoosten, die slechts een enkelen dag | 47 250 aanhield, belangrijke schade teweeg aan de plantsoenen van het Malabar-gebergte, vooral aan het enten-plantsoen te Tirtasari. Enkele nachtvorsten werden waargenomen gedurende de maand Juli, welke echter geen nadeel berokkenden, daar ze zich deden gevoelen op vlakke en komvormige terreingedeelten , welke ook in vorige jaren aan den invloed van nachtvorsten hadden blootgestaan en niet weder waren beplant geworden, In het algemeen was de weêrsgestelheid gunstig voor de kweekerijen en den jongen aanplant, doch de vele en aanhou- dende regens zijn na het vrij vochtige jaar 1886 niet gunstig geweest voor de ontwikkeling van oud plantsoen en hebben: op den oogst van 1887 geen gunstigen invloed uitgeoefend. II. Vermenigvuldiging. Het aantal in den vollen grond staande planten bedroeg bij het einde des jaars 1.665.500. Ondanks de belangrijke bijplanting door uitbreiding van het etablissement Tirtasari еп het herplanten van gerooide terreinen op de overige etablissementen, toont tocht het boven opgegeven cijfer eene kleine vermindering aan, vergeleken met het eindcijfer op ultimo 1886, eene vermindering, die niet alleen het gevolg kan zijn van uitdunning van gesloten plantsoenen en rooiing van enkele bouws inferieure kina-soorten maar die aan de sedert bevolen telling van het aantal in den vollen grond aanwezige planten moet worden toegeschreven. Een belangrijk minder cijfer werd gevonden voor het etablis- sement Nagrak, waar door telling het aantal in den grond staande planten is geconstateerd. : Het is te verwachten, dat ook op andere etablissementen ondanks de afschrijvingen gedurende de laatste jaren nog een kleiner getal planten in den vollen grond zal worden bevonden dan de laatstelijk opgegeven cijfers aantoonen. In de kweekerijen bevinden zich naar sehatting 1.595.500 Ledgeriana- en 680.000 Succirubra-planten. gl EE сорс дан лаа 251 Deze cijfers zijn zeer globaal, omdat daaronder zijn begre- pen de nog zeer kleine planten op zaadbedden,, waarvan het aantal zelfs bij benadering niet is op te geven. Onder de Ledgeriana’s zijn begrepen 43.500 ent-planten, grootendeels bestemd ter uitbreiding van het etablissement Tirtasari, van welk aantal omstreeks de helft in het 1° kwar- taal 1858 in den vollen grond zal worden overgebracht. Onder het aantal planten in de kweekerijen zijn niet opge- nomen de nog kort geleden gemaakte enten in verschillende stadia van ontwikkeling, wier aantal omstreeks 25000 bedraagt. Voor entrijs werden hoofdzakelijk gebruikt twijgjes van den rijken Ledgeriana, afstammeling van den moederboom №. 58, bekend onder №. 58 7, die ruim 12,5°/, chinine bevat. Bovendien werd entrijs verkregen van de fraaiste exemplaren der in de laatste drie jaren in den vollen grond gebrachte enten van afstammelingen der moederboomen №. 25 еп 58, die bij analyse ruim 11°/, in den bast der 6- a 7-jarige planten aantoonden. Nog werden voor entrijs bestemd twijgjes van een in den loop van het verslagjaar onderzochten negenjarigen afstam- meling van moederboom N°. 25, die bij analyse 15% chinine bleek te bevatten. be hiervan verkregen enten zullen bijzonder zorgvuldig worden behandeld ten einde daarvan spoedig entrijs te kunnen Winnen. De verkregen enten van een paar rijke hybriden van C. Ledgeriana en C. Succirubra, waarvan in het vorig verslagjaar sprake is, werden te Tjinjiroean op gerooide terreinen in den grond gebracht. | De proeven met het enten in de open lucht van C. Ledgeriana ор C. Succirubra, welke eenige jaren wegens den ongunstigen uitslag waren opgegeven, werden in den loop van het ver- slagjaar weder opgevat. Aanvankelijk gaven deze proeven Weder geen gunstige resultalen. Herhaald en met meer zorg genomen waren de uitkomsten echter vrij bevredigend. 252 Aan het kweeken van Ledgeriana- en Succirubra-zaailingen werd allerwegen zeer veel zorg besteed. De rijke oogst van zaden vooral van het enten-plantsoen te Tirtasari in het laatst van 1886 heeft ons in staat gesteld eene groote hoeveelheid planten van typisch uiterlijk te kweeken, die echter voor het grootste deel eerst in het laatst van 1888 voor het overbrengen in den vollen grond geschikt zullen zijn. Met het herplanten der in den loop van 1887 gerooide ter- reinen van inferieure kina-soorten werd in het laatst van het afgeloopen jaar een aanvang gemaakt. Voor zooveel de herplanting geschiedde met C. Ledgeriana, werden uitsluitend typische vormen gebezigd, en werden slechts zeer krachtig ontwikkelde planten in den vollen grond gebracht. Voor het overbrengen van planten in den vollen grond worden slechts de overheerschende planten uit de kweekerijen verwijderd, waardoor de overgeblevene bij meer licht en ruimte gelegenheid hebben zich verder te ontwikkelen. Bij de strenge toepassing van dit voorschrift worden steeds krachtige goed ontwikkelde planten verkregen zonder buitensporige uitbreiding aan de kweekerijen te geven. Met het uitplanten van enten te Tirtasari werd ook in den meest drogen tijd van het jaar doorgegaan. De enten in potten gekweekt lijden weinig bij het overbrengen in den vollen grond, en, daar vooraf twee voet diepe kuilen werden gegraven, be- stond er ook geen gevaar dat door het invallen van een fellen oostmoesson de bodem zoude uitdrogen en de planten ten gevolge daarvan zouden afsterven. De aanplant van enten, tot stand gebracht in den meest drogen tijd van het jaar, heeft zich dan ook goed ontwikkeld, en inboetingen hadden bijna niet. i Ten gevolge van den weinig strengen oostmoesson van 1886 was de bloei van Ledgeriana’s en Succirubra’s zeer gering, zoodat in den loop van 1887 slechts eene enkele veiling van zaden konde worden gehouden plaats. - 255 Door de groote voorraden uitmuntend Ledgeriana-zaad , in het laatst van 1886 op publieke veiling verkocht , hebben de meeste kina-planters, althans in de Preanger-Regentschappen, zich legen zeer matige prijzen van zaden voorzien, zoodat de be- hoefte tot uitbreiding van zaadkweekerijen dan ook bijna nergens bestond. Ten gevolge van het verminderd vertrouwen in de kina- teelt vonden slechts 20 gram Ledgeriana-zaden tegen den vast- gestelden minimum-prijs van Z 1 per gram bij de veiling van 50 December 1887 koopers. Eene hoeveelheid van zevenhonderd gram Succirnbra-zaad werd bij die veiling tegen den minimum-prijs van Л 0.20 рег gram verkocht. De meer en meer in toepassing gebrachte methode van enten in de open lucht is zeker oorzaak, dat Succirubra-zaden meer koopers vonden. Van de aangeboden Ledgeriana-enten werd geene enkele legen den vastgestelden minimum-prijs van / 10 per stuk verkocht. In het geheel bedroeg de opbrengst der veiling van zaden bruto Z 160. Door kruidkundigen en vertegenwoordigers van weteu- schappelijke instellingen of buitenlandsche Gouvernementen werden geringe hoeveelheden Ledgeriana- en Succirubra-zaden aangevraagd. Ook de aanvragen van Suceirubra-zaden door houtvesters waren van weinig beteekenis. De uitgestrekte zaadbedden, op de Gouvernements-onderne- Wing aangelegd in het laatst van 1886, kunnen nog gedurende ten paar jaren voldoende planten leveren, zoodat het niet noodig leg den. geringen zaad-oogst van 1887 zaadbedden aan te Bij het einde van het afgeloopen jaar begonnen vele ~ ‘pronkelijke Ledgeriana's en ook vele enten te Tirlasari te loeien, zoodat in 1888 een redelijk oogst van kina-zaden kan worden verwacht. 254 III. Ontginning en onderhoud. In den loop van 1887 werden te Tirtasari een twintigtal bouws boschgrond ontgonnen bestemd voor den aanleg van ent-plantsoenen. | Ook bij het etablissement Tjinjiroean werden eenige houws boschgrond gekapt en ontgonnen, voor zoover die terreinen kwamen te vallen binnen nieuwe wegen, welke ter afronding van het etablissement werden aangelegd. _ Eene feitelijke uitbreiding onderging dit etablissement even- wel niet, omdat eene even groote uitgestrektheid na rooiing der daarop aanwezige plantsoenen wegens moeielijkheid van het terrein niet weder voor herplanting in aanmerking komt. Met het beplanten der gronden te Tirtasari werd begonnen zoodra een voldoend aantal krachtig ontwikkelde enten voor- handen waren, terwijl met de herplanting der gerooide ter- reinen in den loop van de maand November 1887 een aanvang werd gemaakt. Deze werkzaamheden worden geleidelijk voortgezet naar- mate de kweekerijen krachtig ontwikkelde planten leveren en zullen in den loop van het eerste kwaartaal van 1888 worden ten einde gebracht. Те Tirtasari, waar uitsluitend in potten gekweekte enten werden in den grond gebracht, die bij het overbrengen en het uitplanten weinig of niet hadden te lijden, gaven de aan- plantigen, in het laatst van den westmoesson tot stand ge- bracht, de beste resultaten. Te Nagrak aan het Tangkoebang-Prahoe-gebergte, waar de ondergrond zeer hard en weinig vruchtbaar is, de bodem bovendien op eenige diepte moeielijk het regenwater doorlaat en de plantsoenen, vooral de jonge, van wortelziekte hebben te lijden, werden in de cultuurwijze belangrijke wijzigingen gebracht. Op de gerooide terreinen werden geene terrassen aangelegd, ( 255 en werd afspoeling van den bouwkruin belet door horizontale rijen onkruid, die wel het overtollige regenwater gelegenheid geven langzaam bovengronds weg te vloeien, doch alle aard- deelen tegenhouden. Plantkuilen werden in deze plantsoenen niet grooter gemaakt dan strikt noodig was tot opname der planten, terwijl grondbewerking aanvankelijk slechts uiterst oppervlakkig werd toegepast. De resultaten, voor zooverre daarover na de korte toepas- sing dier gewijzigde methode een oordeel kan worden geveld, geven alle reden tot tevredenheid: de jonge plantsoenen ont- wikkelen zich beter en hebben in veel mindere mate van wortelziekte te lijden dan die, welke in vorige jaren in geter- rasseerde terreinen zijn tot stand gebracht. Ten duidelijkste blijkt uit de verkregen resultaten hoe mooielijk het is algemeene geldende regels voor aanleg en grondbewerking der plantsoenen vast te stellen. Terwijl in den zandigen bodem van het Malabar-gebergte diepe plantkuilen na verloop van twee à drie jaren hunnen gunstigen invloed op de ontwikkeling der planten sterk doen gevoelen, geven ze le Nagrak aan het Tangkoeban-Prahoe-gebergte slechts tot b teleurstelling aanleiding. Aan het ouderhoud der plantsoenen werd ook in het afge- loopen jaar zeer veel zorg besteed. De jonge tuinen werden met den patjoel oppervlakkig be- werkt, zoodra de planten in strijd geraakten met het opschietend onkruid, terwijl bij geleidelijke ontwikkeling der plantsoenen de bodem dieper werd bewerkt. Het zijn voornamelijk de voor de tweede en derde maal beplante terreinen, welke een aanhoudende en dikwijls her- haalde grondbewerking vereischen, omdat de planten op zulke gronden aangelegd zich aanvankelijk minder sterk ont- wikkelen en minder goedaardig onkruid, dat zijn hoofdzakelijk _Sfassoorten, die zich door rhizomen verspreiden, zich daarop algemeen vertoont. In oudere plantsoenen, waar de planten den strijd tegen 256 het opschietend onkruid reeds hebben volstreden, werden de gronden enkele malen diep bewerkt, ten einde de lucht gemak- kelijk toegang tot den bodem te verschaffen, de diepere aard- lagen aan de inwerking van de lacht bloot te stellen en daardoor den bouwkruin uit te breiden. Bij de vele en aanhoudende regens werd minder dan in vorige jaren grondbewerking door middel van greppels toegepast, hoofd- zakelijk omdat de uitgegraven aarde, voor een groot deel uit lichte klei bestaande, bij de vele en aanhoudende regens met een min doordringbare laag wordt hedekt, waardoor toetreding van de lucht in den bodem wordt belet. Hoofdzakelijk werden greppels gegraven op die plaatsen, waar afspoeling van den bouwkruin werd gevreesd. Ten gevolge van de vele zorgen aan grondbewerking besteed, hebben de plantsoenen zich algemeen goed ontwikkeld, min- der echter dan in het jaar 1886, waarschijnlijk als een gevolg van den weinig strengen oostmoesson van 1886, in welk jaar de bouwkruin door de vele regens minder gelegenheid had tot verweering. Hoe gunstig ook de resultaten zijn met bemesting der plant- soenen verkregen, de geringe hoeveelheden mest, die op of in de buurt van de etablissementen te verkrijgen zijn, zijn oor- zaak, dat dit middel tot verbetering der plantsoenen slechts matig konde worden toegepast. Te Nagrak en te Lembang worden meststoffen van de be- volking in de nabijheid der genoemde etablissementen opge- kocht. Evenals in vorige jaren werd naar het verkrijgen en het behoud van gesloten plantsoenen gestreefd. De gunstige resul- taten, zoowel ten opzichte van oogst als van een weinig kost- baar onderhoud der plantsoenen met gesloten aanplantingen verkregen, de chemische en physische verbetering van den bo- dem, die daarvan gevolg is, zijn zoovele redenen om aan de sinds eenige jaren toegepaste werkwijze zoo streng mogelijk de hand te houden. 257 In het jaarverslag over 1886 werd melding gemaakt van de toepassing eener snoeiwijze, ten doel hebbende eenstam- mige hoomen te verkrijgen. Reeds dadelijk gaven de genomen proeven zulke gunstige resultaten, dat de snoeiwijze meer algemeen werd toegepast. Hoe gunstig ook de verwachtingen daarvan waren, de resul- talen hebben die verwachtingen nog overtroffen, en algemeen wordt ze dan ook thans toegepast. In de uitvoering der gegeven voorschriften, die aanvankelijk wel wat te wenschen overliet, is in het afgeloopen jaar eene belangrijke verbetering gekomen, еп gaandeweg wordt een personeel gevormd, dat vertrouwd raakt met de toepassing eener rationeele snoeimethode. De jonge planten hebben thans algemeen den pyramidalen vorm, en ook de oudere gesnoei- de boomen verkrijgen gaandeweg dien meest gewenschten vorm. De sedert medio 1886 gevolgde snoeiwijze levert niet alleen het voordeel op, dat bij het opkapen slechts die takken wor- den verwijderd, welke door de hooger aangezette worden onderdrukt en alzoo voor den verderen groei der planten van geen nut meer zijn, maar ze uit zich in eene verhoogde productie van stambast ten koste van een minder gewild pro- duct van gruis van takken en twijgen, in eene verhoogde productie alzoo, zoowel van fabrieks-, als van pharmaceutische basten. De metingen van Ledgeriana’s, in 1879 begonnen, werden Voortgezet. De gemiddelde hoogte der negenjarige uit zaad gekweekte Planten te Tjibeureum bedroeg nu 5.94 meter bij een stam- omtrek van 0,40 meter. De maximum-hoogte was 6.71, de maximum-stamomtrek 0.51 meter. | Te Tirtasari gaven de metingen der achtjarige enten en stek- ben respectievelijk eene gemiddelde hoogte van 5.52 еп 4-41 meter en een gemiddelden stamomtrek van 0.56 en 0.54 meter. 258 terwijl de maxima van hoogte en stamomtrek respectievelijk 6.61 en 5.57, 0.56 en 0.47 meter bedroegen. De Helopeltis antonii bleef zich op alle etablissementen met uitzondering van Kawah Tjiwidei vertoonen. In de jonge plantsoenen werd het insect vervolgd , zoodra het zich vertoonde; en schade ondervonden die aanplantingen daarvan dan ook niet. Te Tirtasart deed het insect een vrij hevigen aanval op eenige gedeelten van oudere plantsoenen, die door den storm gedu- rende de maand October zeer waren gehavend en door het afscheuren van takken eene stoornis in den groei hadden onder- vonden. Daar het vangen van het insect in oudere boomen ondoenlijk is, werd in de aangetaste gedeelten der plantsoenen eene herhaalde en krachtige grondbewerking te baat genomen ten einde bladvorming te bevorderen en de kwaal door het insect veroorzaakt zooveel doenlijk te bestrijden. Rupsen brachten in het afgeloopen jaar weinig of geen nadeel aan de plantsoenen teweeg, en slechts geringe schade berok- kenden te Tirtasari aan jonge plantsoenen de larven van kevers, die de wortels der boomen afknagen. Meer nadeel dan door insecten werd te Nagrak teweegge- bracht door de in de Residentie Preanger-Regentschappen op de meeste ondernemingen in mindere of meerdere mate voorko- mende wortelziekte der kina-boomen. Uit een op last der Regeering door ons ingesteld onderzoek, waarvan de uitslag in een afzonderlijk rapport werd bekend gesteld, vermeenen we de conclusie te mogen trekken, dat de voorwaarden voor het ontstaan en de verspreiding der ziekte in overmatige vochtigheid van en onvoldoende toetreding van lucht in den bodem moeten worden gezocht. De gewijzigde werkwijze te Nagrak toegepast op aanleg em onderhoud der plantsoenen is van den uitslag van het ingesteld onderzoek het gevolg. 259 ЖЕ. Oogst van kina. De oogst van 1887 bedraagt 703.315 halve kilogrammen bast, welke te verkoop naar Nederland werden gezonden. Door den Militairen Geneeskundigen Dienst werden geene hasten aanvraagd. Het product werd hoofdzakelijk verkregen door uitdunning van gesloten plantsoenen van Ledgeriana en Succirubra. Te Nagrak werden drie bouws С. Josephiana en twee bouws C. Calisaya Anglica gerooid, welke plantsoenen een ziekelijk aanzien begonnen te krijgen; te Tjinjiroen werden Josephiana’s, die als verspreide boomen op ongeveer tien bouws werden aangetroffen, ontgraven en geoogst. Op de overige etablissementen bepaalde het rooien van plant- soenen zich tot een tweetal bouws С. Succirubra, een bouw С. Calisaya Anglica en een bouw С. Lancifolia. Het product bestaat uit: Aantal Netto gewicht _KINA-SOORTEN. in halve Balen. Kisten.] kilogrammen. ` —,—mLAOIIWM—-sƏ — É— С. Вистата . . . „| 770 | 250 154.145 C. Josephiana (C. Calisaya Schuh- _ а o Sd MIL 84.761 C. Calisaya (C. Calisaya Javanica).| 45 3 7.545 C. Calisava / 1577 10 25.197 C. Coloptera . . 16 9 5.648 C. Ledgeriana. 285] 15] 369.715 ! 12d 544 5 51.115 то 5 7.595 Torr. 4040 | 418 705.515 руа —„— m——— Uit deze cijfers blijkt, dat de oogst van 1887 die van het t Saande jaar met 177.615 halve kilogrammen heeft over- roffen, 260 De toename komt voornamelijk op rekening van het product van С. Ledgeriana, waarvan de oogst in 1886 258.764 halve kilogrammen bedroeg. De belangrijke vermeerdering van het Ledgeriana-product, waarvan de oogst in 1885 nog slechts 153.287 halve kilo- grammen bedroeg, is voor een deel te danken aan de grootere uitgestrektheid aanplant, die voor het eerst in het afgeloopen jaar eenig product leverde, aan het ouder worden der plant- soen, maar voornamelijk aan de algemeen toegepaste krachtige grondbewerking en de sedert een paar jaren streng volgehouden regel: tijdig, dikwijls en matig te oogsten. Hoofdzakelijk werd het Ledgeriana-product verkregen door uitdunning van onderdrukte of in verdrukking rakende boomen, terwijl slechts die takken werden verwijderd en geoogst, welke door hooger aangezette takken werden onderdrukt. Is de toename van het product zeer belangrijk , aanteeke- ning verdient daarbij het feit, dat door de sterke daling der kina-prijzen steeds minder en minder dunne stam- en wortelge- deelten werden geoogst, zoodat onder normale omstandigheden de oogst nog veel grooter zoude zijn geweest. Eindelijk mag niet onopgemerkt blijven, dat bij de gevolgde oogstwijze kapitaalvorming van bast hoofdzaak blijft, zoodat de toename van bast in de plantsoenen nog buiten beschouwing wordt gelaten. Hoe sterk die toename van bast in de plantsoenen is, kan eenigszins uit de toenemende produtie blijken, die, voor 200 verre ze uitsluitend door uitdunning wordt verkregen, als de rente van het kapitaal van bast kan worden aangemerkt. De gunstige invloed der algemeen toegepaste intensieve cul- tuurwijze blijkt almede uit de producties van het enten- en stekken-plantsoen te Tiríasari „ waar 50 houws aanplant van gemiddeld vijfjarigen leeftijd in 1886 eenen oogst van 56.246 halve kilogrammen leverden, terwijl die zelfde aanplant en omstreeks vijf houws jonger plantsoen in 1887 eenen oogst van 55.485 halve kilogrammen opbrachten. 261 Dat de toekomst der kina-cultuur voornamelijk in het сгеёе- ren en het behoud van oude plantsoenen moet worden gezocht, wordt bovendien nog bewezen door het feit, dat uit het oorspronkelijk Ledgeriana-plantsoen te Tjinjiroean, groot onge- veer vier bouws en ruim 21 jaar oud, door uitdunning in 1887 eenen oogst van 10465 halve kilogrammen bast werd verkregen , bestaande uit : 2976 halve kil. gebroken pijpen houdende 7.14 pCt. chinine 1861 » » 6.65 » » 9554 » » gruis » » 5.87 » » 5994 » » wortelbast > „ 6.59 » » Totaal: 10465 halve kil. bast houdende gemiddeld 6,15 pCt. chinine en gevende 8.27 pCt. chinine-sulphaat. Vermelding verdient nog het feit, dat de Ledgeriana-moeder- boom No. 89, die ten gevolge van ziekte moest worden ont- graven, eenen oogst leverde van 146 halve kilogrammen natten en 72 halve kilogrammen drogen bast. Voor het kunstmatig drogen van den bast werd in het begin van 1887 te Tirtasari een Davidson’s T-Sirocco opgericht, welke zeer goed voldoet en beter aan de eischen beantwoordt dan de te Tjinjiroean en te Nagrak bestaande droogovens, welke niettemin goede diensten bleven bewijzen. Op alle etablissementen van het zuidergebergte worden thans gebouwen opgericht ter plaatsing van zes toegezegde nieuwe lrooginrichtingen als die te Tirtasari, waardoor onaf hankelijk Van weersgesteldheid het oogsten, dat bij de thans gevolgde Wijze van exploitatie geen oponthoud mag ondervinden, onge- Stoord zal kunnen worden voortgezet. қ Het product uit den oogst van 1886 werd bij acht veilingen 1887 te Amsterdam publiek verkocht. De middenprijs, bij de verschillende veilingen bedongen , bedroeg f 0.54% per half kilogram en de bruto opbrengst 7 285559,66. | De prijzen der fabriekbasten C. Ledgeriana en с. Officinalis 262 varieerden van 108 tot 22, die der pharmaceutische basten van 180 tot 16 cent per half kilogram. De hooge prijzen, welke in de laatste jaren voor Calisaya- pijpbasten werden bedongen, gaven aanleiding om zooveel mogelijk weder tot het oogsten van Ledgeriana in pijpen en het verpakken in kisten daarvan terug te keeren. Te meer bestaat daartoe aanleiding, omdat het product van б. Calisaya en aanverwante kina-soorten binnen weinige jaren tot het ver- ledene zal behooren, althans tot een minimum zal worden beperkt. Bij wijze van proef werden 15 kisten Ledgeriana-bast in pijpen uit den oogst van 1887 naar Amsterdam verzonden. Van af Juli 1888 geschiedde het vervoer van het van de onderneming afkomstige product in stede van naar Batavia direct naar Tandjong Priok. In de laatste maanden van het jaar werd de oogst als lands- product vervoerd, 4. w. z. dat het vervoer per spoor ше! meer kwam ten laste van art. 191 der begrooting voor 1887. V. Personeel. Geldmiddelen. Onder het Europeesch personeel kwamen geene belangrijke mutatiën voor. | Een opziener 9° klasse werd eervol uit zijne betrekking ontslagen, ten gevolge waarvan een opziener 5° klasse tot 0p- ziener 2° klasse werd benoemd en een élève-opziener tot 9p" ziener 5° klasse werd aangesteld. In de open gevallen betrek- king, ontstaan door het overlijden van een élève-opziener werd spoedig weder voorzien., Het vaste inlandsche personeel bestond op ultimo December 1887 uit 5 timmerlieden, 1 pakhuismandoor tevens postbode, 21 mandoors, 256 boedjangs en een bediende bij het chemisch laboratorium. Over gebrek aan werkvolk viel niet te klagen. Zelfs gedurende de sawah-bewerking, wanneer het aanbod van werk door mannen gering is, ontstond geene stoornis * is H * 43 E | » Ч 265 den geregelden gang van zaken, omdat de plantsoenen aller wegen in eenen toestand verkeeren en behouden blijven, dat eene tijdelijke staking der veldwerkzaamheden, voornamelijk die van grondbewerking en onderhoud, van weinig of geen invloed zijn. Bij het gevolgd stelsel van oogsten, waarbij zonder ophou- den vrouwen en kinderen benoodigd zijn voor het schillen van den bast, deed het gebrek aan zulk personeel zich gedurende den koffiepluk wel eens gevoelen, waardoor het oogsten soms, 100 al niet geheel moest worden gestaakt, dan toch aanmerke- lijk werd=vertraagd. De uitgaven ten dienste der onderneming bedroegen in 1887 aan: Traktementen van den Directeur, den adjunct- Directeur} en het verder Europeesch personeel. f 52.700.— Мове о. зпитоптарцо 190, 8 560.— Reis en verblijfkosten ` . n 1225.75 Aanplant, inzameling, vervoer en verkoop van kina-zaden en enten, alsmede daarmede in ver- band staande uitgaven . 96.882,27 f 131.168.02 Zijnde 7 66328.02 meer dan bij de begrooting voor 1887 Was geraamd. Zooals onder het hoofdstuk »oogst” is bekend gesteld, werd het product voor een deel direct naar Tandjong Priok in stede Van naar Batavia en werd de oogst der laatste maanden van het jaar als lands-product vervoerd, waardoor eene vergelijking der uitgaven met vorige jaren moet beperkt blijven tot de gezamelijke uitgaven van beheer en exploitatie tot en met het Vervoer van het product naar de spoorwegstations te Bandoeng en Tjimahi. Voor 1886 bedroegen die uitgaven per half kilo- gram bast Se baer а a oe 777, ., ĩ ĩ Not » 0176, Zijnde alzoo eene besparing van 479 ct. per half kilogram, Welke besparing hoofdzakelijk een gevolg is van den zooveel Srooteren oogst. 264 Blijkens het jaarverslag over 1886 bedroegen de gezamelijke uitgaven tot en met het vervoer van het product naar Batavia gedurende dat jaar . uec ве . f 124.568.40 De gezamenlijke kosten van de verzending van het product naar Nederland benevens die van ver- %%% •ͥLtH᷑T urai um der И НЕШ Totaal / 165.210.56 Het bruto-provenu der veilingen in 1887 te Amsterdam ge- houden bedroeg f 285.559.66; zoodat uit den oogst van 1886 eene zuivere winst is behaald van / 120.149.530 ongerekend nog eene som van / 1885, welke de verkoop van enten en zaden opbracht. De geldelijke resultaten der onderneming over het jaar 1886 zijn alzoo weder geringer dan die over 1885 als een gevolg van de sterke daling der kina-prijzen gedurende het jaar 1887. De gezamenlijke uitgaven berekend per half kilogram bast tot en met het vervoer naar Batavia hedoegen in 1886 / 0.25%: die van het vervoer naar Europa benevens die van verkoop van het product enz. Г 0.0779 totaal J 0.3155. De bruto-opbrengst per half kilogram bast was gemiddeld f 0.5428, zoodat de winst per half kilogram / 0.22% bedraagt. VL Kennis der op Java gekweekte kina-soorten. De planten verkregen uit het zaad, in 1880 van wijlen den heer Зснонквлет ontvangen, werden in den loop van 1887 aan een scheikundig onderzoek onderworpen. ' Uit den bierbij gevoegden staat der verrichte kina-analysen blijkt, dat de bast dier boomen op vijfjarigen leeftijd gemid- deld een gehalte van 2.53 % ehinine bevat. Voor de cultuur komen deze planten alzoo niet іп aam merking. Veel minder nog de planten gekweekt uit zaden in 1882 entvanosn onder de namen van Fijne en Fijnste Calisaya van Mapiri, Calisaya van Inquisivi, Zamba merada, Durasmilo en 265 - Соја, waarvan de bast in den loop van 1887 mede schei- kundig werd onderzocht. Gunstig daarentegen waren de uitkomsten van het onder- mek van den bast van С. Pitayensis. Op vijfjarigen leeftijd was het gemiddeld gehalte der uit zaad gekweekte planten 485 °). chinine. Hoewel in samenstelling van den bast ten achter staande ES G. Ledgeriana, biedt de cultuur van deze plant toch niet le miskennen voordeelen aan. De bast heeft in voorkomen Wer veel overeenkomst met die van С. Officinalis. In chemi- ы samenstelling staat ze bij deze niet ten achter, heeft _ daarmede zelfs eene merkwaardige overeenkomst, doch haar 1 ЁС is belangrijk sterker. De cultuur van С. Pitayensis : verdient dus wel aanbeveling op die hoogten, waar de Led- _ Пала niet meer of althans minder goed slaagt. _ Daar de weinige niet geïsoleerde boomen geen zaden zullen leveren, waaruit typische planten kunnen worden gekweekt, bestaat het voornemen een enten-aanplant van C. Pitayensis 5 bt stand te brengen voor latere zaadwinning. Nu de aanplantingen van Officinalis door de alles beheer- siende Ledgeriana gaandeweg verminderen, en de bij den handel zoo gewilde pijpbasten van С. Officinalis, onder den mam van Loyd of kroonkina bekend, van de markt dreigen te _ Verdwijnen, belooft de aanplant van C. Pitayensis zeer veel | Voor de toekomst en kan voor më. gelegen plantages van veel 3 gewicht worden. er Е VII. Scheikundige onderzoekingen. 3 _ Het product uit den oogst van 1886 werd even als ten vorigen ше door het kinalogisch Laboratorium Moers, VAN DER SLEEN, EYER scheikundig onderzocht. De uitkomsten zijn te vinden Масе B Ook het . der basten uit den oogst van 1887 bleef 3 or een groot deel aan genoemd Laboratorium opgedragen. September 1887 werden de analysen van het van af 18 266 dien datum geoogst TSR door den Adjunct-Directeur der ts-kina ing verricht, aan wien ook de analysen in het belang der cultuur bleven opgedragen. De onderzoekingen in het belang der cultuur en der berei- ding van het product zijn in bijlage С bekend gesteld. Ze hadden in de eerste plaats ten doel het verkrijgen van meer- dere afstammelingen der uit zaad der rijkste moederboomen gekweekte planten, ten einde deze voor kunstmatige vermenig- vuldiging te bestemmen en daaruit zaad-plantsoenen te creëeren. Van de onderzochte boomen werd er een gevonden met een gehalte van 15 pCt. chinine, die als eene belangrijke aanwinst mag worden beschouwd. Uit het onderzoek van den vernieuwden Succirubra-bast, 6 jaren na toepassing van het Mc. Ivor-systeem, blijkt, dat die bast nog steeds zijne samenstelling blijft behouden en nog geen terugkeer tot zijne oorspronkelijke samenstelling van Succirubra- bast vertoont. Bijzondere aandacht verdienen de analysen №. 29—57, ver- richt naar aanleiding van de vraag, aan welke temperatuur kinabast bij het drogen mocht worden blootgesteld. Uit het onderzoek blijkt, dat eene temperatuur van 105° Celsius zonder gevaar kan worden bereikt, maar dat bij een temperatuur van 110° C reeds eene geringe vermindering in het alcaloid-gehalte valt waar te nemen, terwijl die daling sterk toeneemt door droging van den bast bij een temperatuur ` van 115 % С. De voor proefneming bestemde bast werd eerst in de 200 gedroogd en daarna gedurende 24 uur aan temperaturen van 70° tot 120° Celsius blootgesteld. De vraag of de invloed dezer temperaturen dezelfde is bij toepassing op versch geoogsten bast blijft nog ter beantwoor ding over. VIII. Toestand en vooruitzichten. In het jaarverslag over 1886 werd op grond van cijfers, И ES 267 zooals die ook in dit verslag zijn vermeld, aangetoond, dat er nog geen behoorlijke verhouding bestond tusschen de productie- . kosten en de bij verkoop bedongen prijzen, en werd op grond = daarvan eene belangrijke daling in den verkoopprijs van kina- ШТ voorspeld. | Die voorspelling is niet alleen bewaarheid, maar de daling dier prijzen is in 1887 zelfs sterker geweest dan konde wor- den vermoed. Terwijl de -middenprijs bij de veilingen van 1886 / 0.7065 per half kilogram bedroeg, daalde die in 1887 lot 0.5428. Haar laagsten stand bereikte de kina-markt bij de veiling van 20 October 1887, waarbij de middenprijs tot 45 ct. per half kilogram terugliep. En toch, ook bij deze veiling was het hooge middencijfer nog te danken aan de betrekkelijk hooge prijzen, die voor enkele partijen pharmaceutischen bast werden bedongen, prijzen die zich niet regelen naar de hoeveelheid alca- ЮМ in den bast aanwezig, maar welke door vorm en voorkomen Van den bast worden bepaald. Laten we deze prijzen buiten be- sthouwing en bepalen we ons tot de bij die veiling verkregen Prijzen voor Ledgeriana-bast, die van 65 tot 22 ct. per half kilogram varieerden met een middenprijs van 5913 ct., dan blijkt daaruit, dat zelfs de laagst bedongen prijs nog eene ruime Vergoeding schonk voor de kosten van oogst, droging, ver- Pakking en verkoop, die te zamen ongeveer 15 ct. per half kilogram bedragen en alzoo op de finantieele resultaten der Onderneming nog eenen gunstigen invloed hebben uitgeoefend, terwijl de verkregen middenprijs eene directe bate van 3° ct. pleverde, zelfs al brengt men alle kosten, als die van beheer , het Oprichten van gebouwen, aanleg en onderhoud van kweeke- tijen, ontginning van nieuwe terreinen, onderhoud van plantsoe- nen, enz., enz. daarbij in rekening. De eenheidsprijs (waaronder men verstaat de prijs per procent Waxelzure chinine, die uit den bast kan worden bereid en die Sevonden wordt door het percentage chinine met 1.546 te ver- "enigyuldigen) bedroeg bij de veiling van 20 October 8!/, cent. 268 Het gemiddeld gehalte van den bast bedroeg alzoo slechts 5.49 % chinine. Het zoude eene gewaagde poging zijn te voorspellen, of de prijzen van kina-bast in den eersten tijd eene belangrijke daling zullen ondergaan. Die prijs moet zich regelen naar vraag en aanbod, maar het is ook waar, dat de marktprijs bij voldoend produetie-terrein (waaraan allecn op Java geen gebrek is) zich ten slotte regelt naar kosten van productie, vermeerderd met eene redelijke winst voor den planter. En op die gronden durven we, zij het ook niet in den eersten, dan toch stellig na verloop van langeren of korteren tijd eene geleidelijke daling in den marktprijs van kina-bast voorspellen. De producties van het bij lange niet ideale oorspronkelijke Ledgeriana-plantsoen te Tjinjiroean kunnen een denkbeeld geven van hetgeen eene onderneming worden en leveren kan, 2) het dan ook dat zulke hooge producties niet telken jare door uitdunning worden verkregen. Doch vergeten wij daarbij niet, dat de aanwas van kina-bast, de toename van bast in de plantsoenen daarbij buiten rekening is gelaten. Wij onthouden ons hierbij van bespiegelingen tot welken eenheidsprijs de kina-bast dalen kan, maar teekenen toch aan, dat de onkosten- rekening der onderneming nog belangrijk kan dalen, wanneer nieuwe ontginningen tot het verledene zullen behooren en de kosten van aanleg en onderhoud van plantsoenen tot een minimum zullen zijn gereduceerd. U Evenmin als eenige partikuliere is de Gouvernements-onder- neming tot het maximum harer producties gekomen. Dat maximum wordt, voor zooverre de marktprijzen daarop gee? invloed uitoefenen, nog in geene kwarteeuw bereikt. Hebben wij vermeend dit hoofdstuk aan ons verslag ЁЁ mogen toevoegen, de bedoeling daarvan is eenig en alleen от aan te toonen, dat, al heeft de cultuur van kina na weinige proefjaren aan de verwachting, die gebaseerd werd op de шал Prijzen, welke eenige jaren geleden voor kina-bast werden 269 _ bedongen, niet beantwoord, de klachten over lage kina-prijzen en het wantrouwen in de cultuur van kina niet voldoende zijn _ gemotiveerd. | Integendeel wij meenen uit де aanteekeningen in dit verslag de conclusie te mogen trekken, dat bij voortgezette intensieve cultuur en bij rationeele exploitatie de teelt van kina een rijke bron van inkomsten worden kan, zoowel voor den ondernemer als voor de bij de cultuur betrokken bevolking. Tırrasarı, 20 Maart 1888. A 270 Bu Aer А. AANTOONING van den toestand der Gouvernement © orm LIGGING EN GEMIDDELDE ЗХ [PLANTEN IN DE KWEEKERIE HOOGTE BOVEN ZEE 23230 5 = = | D | мела to 8 5 | 31 PLANTSOENEN. 8 Е Ba | 2 dë 80000943 (De hoogte uitgedrukt in Meters). = = 2 5 = | 1885 2 30000 — TONDE STEE 1251 1886 — 100.000 — Geb. Tangkoeban Prahoe. 1887 20.000 100.0000 = 1885 | 1000 — | E Nagrak 1625 1886 | 300.000) - ы Geb. Tangkoeban Prahoe. 1887 | 230000 - -1 1885 80000 160000 - ch We "EE 1527 1886 200.000. 300.000; — HW 1887 250.000 300000) = - | — | | 1885 200.000 — Л ^ Dum 1 1560 1886 200.000 - 73 | eb. Malawar. 1887 200.000 > E | 1885 | 500. 00000) 100.000] — M цэнээ вн... 1566 1886 600 000 200000 — H Geb. Malawar 1887 650.000) 200.000 E 1885 50.000 TE 000 p Rioeng Goenoeng......... 1625 1886 10.000; 30. Geb. Tiloe. 1887 — 20. 1885 20. awah Tjiwidei.......... 1950 1886 70.0001 45.000 Geb. Ұлы eh 1887 200.000; 60 1885 35.000 Se BE цан, 1886 35000 — 1 awar. 1887 45.500 Së 65.000] 325.000 Totaal der afzonderlijke 1886 1 1.433000 675.000 soorten. 1887 | 159. 500) 680.000 Totaal generaal van alle 1885 1.390.000 soorten 1886 2.108 . 1887 — ОН (а) Hieronder zijn begrepen 45.500 | begrepen enten. 3000 oorspr (5) a zijn begrepen 180,000 stekken en enten (buiten de = Ledgerian | 271 yj teplantsoenen op Java over het jaar 1887. | PLANTEN IN DEN VOLLEN GROND. Ы Totaal Ч 4 = 5 = 4 { i Ра Е 5 = = гээ Toelichtingen. Ë ео = = der Be (595 | ос © = | 3 5 Е 3 3 = 3 planten. 5 100000 — = 143.000 130000 — 24 240.700 120000) — | — 247.009 24.000, 40000 — 484.000 18.000 25.000) — 583 000 19000 17.000 409 000 140.000 20.000) — 450-000 200.000 14000] -- 774.000 300.000 7.0000 — 822.000 18.000 8 36.000 15000 — = 385.000 12.000 e 432.000 35.000) 55 000| 40000 8.000] 862.000 60.000 d 60.000 2.000 4.000| 1.111.000 15000 12.0001 94.000] 2.000 -- 268. 10.000 поо wm T "| 9000 100.000, 500 — 239.500 xd: — 30.000! 210.000} — 266.000 L — 50 000] 180.000; — 346.000 — — 80.000] 145.000} — | 485.000 Ж, — — pi = 125.000 | 1100 E — м АС 175.000 db = ae = Pu 195.500 ^ — ell 9 5.000| 461.000 276.000 8.000] 2.966.000 000 26-000) 573000 222.500| 8.000] 3.794.000 _% 32.000} 591. 000 171.500 4.000] 4 041.000 BELL 1.576.000 1.686.200 : 1.665.500 | 4 272 Віл. B. BESCHRIJVING van 752 Kisten еп 2725 balen kina-bast, | De Analyse is opgemaakt door het kina Aantal Nummers en KINA-SOORT. GROEIPLAATS. kisten en merken der balen. colli. Veiling С. Succirubra stambast 1° soort. |Malawar. 3 Kisten.| М. n°. 1-3 , > > Kendeng. 2 ы рева e - Ы » » Tangkoeban Prahoe.| 40 | 15 d 27—38. > » 2° soort. Malawar. 6 4 L по. 1—5 , , . Kendeng. 5 (9 A m. 5 > » Tangkoeban Ргаһое. 5 . N. 1—5 " » » 4 » А, L. » mri > , Bits 25 balen. | P. М. > = ’ » "8 го ” преп. |Kendeng. » оо 1 Pipe belan Prahoe » L. . 1—3 | х grui uis. endeng. , J. 1—16 » ямлыг lalawar. » 1. vl ° у endeng. Мэс oos dnd MEUS > ngkoeban Prahoe. 20 N.» 1–20 | 4 С. Calisaya Schuhkraft wortelbast. |Malawar. baal. . s Y 2 » angkoeban Prahoe.| 12 balen . L. 1—12 > » stambast gruis, » 4 -М.»1-Ж | Е 2 : rt. > 12 kisten. | P. L. » 1—12 | ` аша › 22 Kendeng. kist. Зэрэг, Е ? ^ ати. > 3 balen. | K. » 1-3 WE, "EE à : Am 40. Ж > wortelbast. » 3 » 1—2 » Caloptera ра кб pijp. | Malawar. baal. » 1 , wortelbast. қ > Eo 2 5 st r soort. » kisten. M. > 1—2 : ° soort. , L » 1-3 C. Ledgeriana stambast vernieuwd. Kendeng: 12 balen. | K. 12 - Pijpen. Malawar. 342% в. E j қ š Tangkoeban Prahoe. 30 ° A , wortelbast. : 54 га N. a : Malawar A >» = с. Lancifolia BH gebr. pijpen. ety % : F Jj 2 Е » 4 a E ›» І 3 C. Oficinali NK pns Malawar. 12 balen. | M. > 1-3 1 endeng. 24 К. 5 қ Tangkoeban Prahoe.| 6 > N. 417 я ° E soort. |Kendeng. 3 kisten. | k. 275 van het jaar 1886, in acht veilingen te Amsterdam verkocht: oratorium Moens, VAN DER SLEEN, НЕКМЕУЕВ. 4 SAMENSTELLING Beeks | Š |за.| _ |velzure TOELICHTINGEN. 5 = #68 = 55| = |88| = |Chinine. Ша го 5:1 E М 2. — 2.12 6.40 2.77 Lange pijpen. 9 212| — 2.30 5.95 206 | №. 2 Lange pijpen. B 25 — | 221! 654 3.09 M 195 — | 220| 570| 221 | Lange pijpen. | 268; — | 2301 672| 2 : 240; — 241 6.13 178 | 265) — 021 637| 2.28 1 16] — | 238] 542 3 | 119; — 244 575! 2 | 24 231 671| 250 4 | ІК — | 274| 520 | ; a | — 2245 5.62 МІ — | 435| 757] 2 |220) — | 4141 830| 2 ei 128] — 537 869| 2 2| 953) 027 219| 4. f 21082) 076| 217| 534| 2 E — — | ) 4 015) 043| 159| 269] 070 | 95, 006| 059) 327| 089 21 — >= we .90 HI) 045} 234| 602 2 KE — = — 03 ИИ ИН 28 | 15 — | 263] 5. 44 : | 13 | 165 4.31 2.05 | №. 1 Lange pijpen- 10 424] 244 BE | _ | — j | 080 0. 32 1.85 x 13-18 0, 85 7.16 5.64 86 042) 260 303 599 1 M6| 023 237 574 280 | E 4.88 096) 010) 107 672 618 | № 1—2 lange pijpen. 274 Aantal Nummer en KINA-SOORT, GROEIPLAATS. kisten en | merken der in balen. colli. : РА d Veiling С. Suecirubra stambast 1° soort. — |Tangkoeban Prahoe. 41 kisten. Е h^. pu 1 > » 2° » 95 » ФТ Ж 6-30! Ёо » ven) » 25 halen. . » EU , gebr. pijpen. , 40 >» › 5° » rtelbast PUPS > 30 > » » 21—50 С. Calisa saya SR md. 1° -n , 6 kisten. | P. L. > SCH 2° soo s » » » » — C. Ledgeriana 222 vernieuwd. > 30 balen. | В.М.» #5 oricibast. лж Benne. = S4 нв alawar. a L » 25- с. Lancifolia amis gruis. > 14: + . > 1-14 1% soort А 2 kisten. > 1-2 C. Oficinalis ` gruis. Kendeng. 40 balen. | К. > 25—64 wortelbast. , В. x ^ * du | Veiling С. Succirubra stambast 1° soort. Tangkoeban Prahoe.| 16 kisten. | P.N ER : = З Р 50011. » ) » › 90 5 1 » л ` е š - ) » » 31– 1 ‹ , , Men ; 30 balen. > SCH 5 » 2 се r. ii x 2 ] % ee em 1-4 : тош цас: . 20 > : ge 4 gruis. ar. 1 , E с. Calisaya Schuhk. stamb. 1e soort. |Tangkoeban Prahoe. 12 kisten. | P. L.» 7- | Ш Ч * soort. e : >» e" | ebr. n , balen. WE | we -> | 15 haen „ БЕ | : Angie + rd seit. Kendeng. 12 kisten. K Ü к ortelbast. » ! ) balen. 2 » 3— Ledgeriana stamb ES pijpen. i | „ D ! ) D ы i ДЕ » stambast gruis. 5 га > „ | с P , vernieuwd. Malawar. | , Nr | е Officinalis , endeng. E s E 0 » ) » 7 вл 1 1 wor was » » * n, @ Gemengde bast. у | kisten. М > Е= || C. Succirubra stambast 1° : ч : р. Ма. ib l'soort. ` | Tangkoeban A 40 kisten. | 138:1 45—1 275 Ti Ir SAMENSTELLING. уд am 8 gap pou’ || velzure TOELICHTINGEN. = | 883 3 са š в |4is = Chinine. Ко es) P — 1.99 | 665| 2.58 4 =— 279 734 265 №. 46—81 lange pijpen. — 218, 6.03 249 — 2.72 6.50 2.69 = 2.41 | 533 2,23 Ger ЖҮ LBS] 222 0.65 167 3.54 1.32 0.62 174 3.31 1.02 — -- -- 4.25 - -- "a 4.03| e — - - 5.99 - — 1.71 — 1.731 9021 1:02 - = 2.85 — — — 4.42 4 — | 261; 749; 3.07 — | 282 6.83 2.70 Lange pijpen. хы 2.54 6.28 242 = 243 6.03 2.76 Se 3.03 7.43 2.80 4.95 8.241 2.30 — | 294) 561| 214 094) 195 398! 11) 9.42 1.70 3.04! 0.96 Es 18 9. : 2.56 £ & 0.08 | 250 6.03 349 №. 1,2, 4—11 lange pijpen. 049 291 7.22 353 Эх — — 6.40 pe жетеле c 6.75 E? — | > 471 ir — — 6.12 = — — 6.08 GEN — - 3.56 — — — 5.73 тэ — = 2.74 Se | 2.96 | 781 | 202 Lange pijpen. 276 Aantal Nummer en KINA-SOORT. GROEIPLAATS. kisten en | merken der balen. colli, С. Succirubra stambast 1° soort. Tangkoeban Prahoe.| 10 kist. P. N. n°. 1 144, 160— 163 » > eal рел, » 28 balen. |P.N.n°.56 шилэх wd. > У > » » 31 » 22 » »71—92 с. Calisaya Sehr stamb. К m , 21 kisten. P L. . 19—39 , 19 > P.N. » 1-19 » » » gebr. = 8 balen. |М. > 1-8 * > ты. Танан Prahoe.| 16 P.N. » 23—38 ” , , Malaw. 13 M. » 2-14 un sambast ge i Pijpen Tangkoeban Prahoe.| 51 > P. N. › 31—81 3 М Ке pon 53 » Ko M Е ; 38 , ;| 35 > 5 » иш. 8.» M. rl Ж » » » 5 » » » 7—11 > › : ^ 99 ; » 12-40 й ^ bere ac » 8 » » LR : t. |Kenden H > К. »31-4 C. шанд Anglica stamb. 2e мас ; » " 5 kiste. >» 1– 2 , balen. |» 8—3: C. Oficina stambast gebr pi pijpen. » : ын „ > је gruis. )Malawar. 28 balen. |М. + 13—40 : Veiling C. Succirubra stamb. 1° soort gemost. | Malawar. 13 kisten. M. m.1—7, | _ 12, 15—19 Lë rs » » 12 » Br 11, 13—14, 20—25 T » P » > 9 a М. 25 26—34 : 3 Kendeng. s к. » 3-4 : > 2 > angkocban Prahoe. 5 » P. N. . 6—165 : > gebroken pia. Malawar. 36 balen. |M. >» —1 | А > gehe Sit тие пра Prahoe.| 18 > N. » е | 9» + A E с Calisaya Schur iib, 1“ soort. Tangkoeban Ргаћое. | 34 kisten. P. N.. 1-34 4 pijp. 90 balen. P. L.. 19—38 e Pus rtel 20 ы и 13— geriana stambast, 23 pijpen. Malawar. 38 Me R x Tanekoehan Prahne 2, Р.М.» 31 » » » b 4 17 š > > 38—54 : D » š 24 | ит 35—78 : Е , Mala war. 43 > M. , , з 17 » » , 84-100 T T » » 9 » » ‚101—109 2 ~ - D 8 » * 110-114 mes ЖӨН”. > vernieuwd. |Tangkoeban Prahoe.| 21 > P. N.: sk AL 43—58 | P : 277 SAMENSTELLING. | D uw. Із “ТИ sen velzure TOELICHTINGEN. (8515 5455 = 1:3| 2 iis З |Chinine. | Es |5 35.5 | = 3| 240 — 3.01 7.40 2.68 | Korte pijpen. | 146 — .43| 5.43 2.07 | 173} — | 2801 6.80 3.06 | 224, — | 551| 9.55 229 031) 082| 2.15 415 1.17 | Korte pijpen. 0411 048 181| 39) 083 | + - № 029 0.06 251 3.82 129 | 033) 011 95| 312| 098 | 023 0.53 2.76 5.42 1.88 1 — — = 654 * - — — 4.34 1457 470 12370 2205 * “> = * 523 "| 049] 041) 215 394] 120 | Korte pijpen: 22 51 44 Ч № 1887. "| 195) — | 278) 636] 219 | Lange pijpen. “| 206] — | 340| 724! 2.40 | 59) — | 403| 764| 218 | Kav. 5—6 lange pijpen. 2| 288 — 367 847| 258 9 : : | I| — | 23| 545! 2 ES — 1729| 748! 276 1l D — 264 880| 273 EIS | 417| 819] 248 5 A8 — 9.74 211] 4.25 1.13 Kav. 26—28 lange pijpen. | 993| 0.47 1 295 0.66 | 060| 0.65] 215| 522 245 2 БІ | — | 460 ED ^ та —- — 3.65 B 1 L-—15]42 B — аз — 2.83 1418 a = | 356 rats | — | + | 465 E - са ш 6.10 278 Nummers en | e | Aantal KINA-SOORT. GROEIPLAATS. kisten en | merken der | | balen. colli, ` | E €. Ledgeriana stambast vernieuwd. |Tangkoeban Prahoe.| 29 balen. ІР. N. n°. 40.42 | | ; 54— C. Calisaya Anglica stamb. 1° soort. | Kendeng. 14 kisten. К. n'. 13-26 С. Officinalis Еи. | = | 40 balen. |» »101—140 1 : Veili C. Suecirubra stambast 1° soort. —|Tangkoeban Prahoe.| 12 kisten. |Р. N. n°. 169— | 7 173, 208—214 > , es , 98 » |P.N.m.174— | № 181, 188-207 _ » » 1° » » 18 » Р N n°.164—168 Je 182—181 % : 215—291 > , Цэ pijpen. |Malawar. 35 balen. M. n°.37—Z1) ` > Kendeng. 19 > . >» 17-35 rtelbas L. Tangkoëban Prahoe. 22 > P. N. . 93—14 C. Calisaya Schule. stamb. 2° soort. 30 kisten. |P. L. » 31—60 gruis. > 21 bal . » 1-21 C. Ledgeriana stambast gebr. pijpen. Kendeng. Ф Ae ‚ 24—32 : gruis angkoe ip аһое Ze ; N. m » » » » 23 D D it D » » 5 » »1 — A : : : Malawar. sc) М 151. 10 aum » » » » 10 » » п°.1 » > » » 5 » » ‚196—200 » » » x 46 "ox » „201—246 > » > > 19 » D „247 —265 C. Calisay * ortelbast. Tanekoeban Prahoe. 38 » кр » 1 f э етт ebr. pijp. |Kendeng. 15 d EEN Calisaya Anglicast 9 „ Veil C. Succirubra stambast 1% soort. Malawar. 15 kisten. M. па 13— « T ч » » » М B 5—12 | "à з g = 2029314 | > » 2e gemost. 2 i M. n°. 1— х > £X Kendeng. D eik эт 2 e » gebr. pijp. » Жэн 4 balen. |М. ° 18| 2 > > vernieuwd gruis 28 › eT .^ wortelbast, 30 ^ X n 3557 L С. Calisaya Schuhkr. stamb. г soort. Tangkoeban Prahoe.| 23 kisten. |P. N. ° 58-68 a y » w gas » 5 1 » 5 » 1—19 Е > gebr. pip. 19 balen. 3 НЕ · $ 28. S F 279 1 С SAMENSTELLING. тыз. Ia Is 88; | . |velzure TOELICHTINGEN. | НЕ 3 388 | 8 |[Chinine. "les = Sas > 49 53 5 ° = Be — = b o | 107 0.09 284 6.51 3.38 | Kav. 78 en 80 lange pijpen. 38 г 1887. | D 172| - 2.07 | 5.18] 1.81 | Lange pijpen. i) 146; — 1.73 4661 1.98 » , | 18| | 125] 495 240 | Korte MB — | 179] 415 159 | 136| — | 1751 4.16 141 033 Eu ТО our 9.3 . d 511 0 orte pijpen. | 029) 0.21 1.76 261! 0.47 v.d 1731 602 2059 1531 327 — 20 43 2 1137 1 РЕТ zÄ -— : = | T p ur "em Kai 13 "| 080) 019) 138| 335| 159 id — -- 394 | : 1887 | 9 2.98 | 5.99] 1.48 [Lange pijpen. 269| 5.66 2.05 Korte 2.67 | 579| 217 , 195 503| 183 | » > 2.83 | 7.05| 2.58 217| 4.89 2.23 4.98 | 798] 1.66 : 225| 316| 061 | Lange руреп. 110} 1.99] 0.52 280 Aantal | Nummers en |" Б KINA-SOORT. GROEIPLAATS. kisten en | merken der |. balen. colli. РТ С. Calisaya Schuhkraft wortelbast. |Tangkoeban Prahoe.| 28 balen. |P.N.n°. Ledgeriana stambast ве, ріјреп. |Malawar. 2 2:4 04M. си » » » » 1 » », » , > gruis. Tangkoeban Ргаһое. 48 Р.М. > " , Malawar. = » M. > , 74 > > C. Ledgeriana онам » 4. М. С. Calisaya Anglica stambast gruis. |Kendeng. ** | ү C. Succirubra stambast 1° soort. |Malawar. 24 kisten. |M. n°. 43—49 52—63.69—73 5 » Et o , 12 > IN n°. 4142.50 51.64--68.74--76 э » 2e > H 30 5 М. no. 7 36 > » gruis. 50 balen. |» > 16-65 > wortelbast, з 19 у 5 С. Calisaya Schuhkr. — zn қ 7 kisten. |» >1-24-8 » » » 7 » » ы ы » » » x » » ) » » es * » » 2 » Tangkoeban Prahoe b 5 L | e в > ^ grui Malawar. 21 balen. |M. › C. Ledgeriana stambast юэ. pijpen. ** SEAN » А » : : i 1 191—: ^ » gruis. Tangkoeban Prahoe Е. Р.Х.» e, в» » » » 1 » » ei * > > Malawar. ES M. » 376-430 7 соры à : „„ » : | » » ^ ст зауа Pre gps wortelba Ё Kendeng. jg + ЈЕ с Gel stambast grui > e e +. 18 Er 281 T . теі: | = | 3 ЕРЕ | _._ |velzure TOELICHTINGEN. s:| = Е 82 ES Chinine. = = © : — ae = ; © ВЕ Ке, 92 032) 213 4.20 1.52 – — — — 6.22 ша — — — 7.48 ~ | — -- — 4.20 1 — -- 2.90 | — — — 3.33 в 066) 014| 1.69 3.62 152 Lange pijpen. Korte > 96| 2.57 » > Lange pijpen. 80| 0.67 Korte > 07 0.58 » » 22 7 0.93 » » F ҮІ еке о — — 7.10 SSE: 2 013) 423 690| 245 al is berekend op luchtdrogen bast. 282 Brace С. 3 | Ф | Е | Ф $ i| | = AE e z 5 KINA-SOORT. GROEIPLAATS. | Е | > | $ 0 8 | 5 | о 3 £ Е 4 | ре ри ; | | x | С. Ledg қ Rioeng-Goenoeng. 10.13 1.09; 0 0.83 т aen цар T | 10 97 | spoor. | 00 070 , > 56 | 1.97 | 0 | 0% : 11091 0 | 0 | 066 > > | 78 = | 4 | = » » 13 EE , . 1109 0 0 051 , , 10. ; пеш 2 x = | wiel 031 0 | 030 | * ) 1060| 0.24 : | sa 5 d 1: ) ( 137 Lon | 090 | 15 8: 0 0 | 050| A 3 4. 4 525 0 18 4 d i ` jinji л . . H Ч e geriana Tjinjiroean 63 043 | о 15 „й » 14 : ` Е- | , ; Zo он eu 72 5. 20 C. Ledgeriana (hybriden). Nagrak. 5.56 | 1. KA C. Calis. van Map. (fijnste).| Tjinjiroean. 174| 120! 022 + » SR ijne). à 1.26 үч үр 1n » ^ Inquisivi 0.44 Ч С. Zamba Merada. : 105| 0.12 N e: С. Durasmila. » 14 1.30; 0.1 316 С. Cacola, 0. 147; 0 : 15 С. Pitaijensis. 2 4. 1.60 5 17 | С. Calisaija. ^ ) 204, 0.0 054 C. Ledgeriana. Nagrak. 069) — 036 » » 0.66 ME 0.62 Ч 058] — 06 ” » H 0.51 er; 074 | ; * » ) 0.51 ER 054 -i » [ 1 099 re 051 7 » » 4: : = у . ; 293| 012| — | 047 285 TOELICHTINGEN. ЗЫ van 175 N°. 23. 17 | V. "u w ~ Ww" wu w ww w w ч чи мм. мыть әле” БЭЛ, A @ CN eo с leuwde bast 6 jaren oud van 4 Барын gemengd.. de bat | monsters van den oogst uit het oorspronkelijk Ledgeriana plantsoen ‘onkeliike bast/ te Tjinjiroean van 5 jaar oud te Nagrak 25 verschillende boomen gemengd. етар soorten uit zaad іп 1880 van den heer Schuhkraft ontvangen. t gedroogd. drooging in de el gedurende и uur blootgesteld aan ееп temperatuur van 70° с. SS SS SSN = . еч W м der analysen №. 1—15 Бо 21--37 is berekend ор absoluut, dat der overige әжеп Dast. 7299 ер 1867 6292 1458 0369 129 5:99 "Зал oe fiq поулоов-вшу ориз щовадл ләр зПа4-чоррик | | | | — | hour : екы. =|= iç св Joore ve (ог ецороцет ч) | | | | | | бр 87 19 pm ше 19 19 19 |р en 59 [889 89 |19 [1169 |19. 76 | 2G 19 en 119 108 |16 | вцешощо 72 1219 (06 |80Цеібе Le en «8v 76 198 |198 OF 18 |ве99 re 00100-29 36 8480 90 06 001 58 801 впемеврот 7) РОК кик s Ж а pu матта reb qe GERE ыы -|- — — — 1108 |12 8 елә 10010) Y | | | | Kees : 96 (86 96 | 85 85 (86 86 1996 96 86 keier $8 081|ес0Р 116 | 62 ол 06 Tet} — же "6c |76 |96 [vonpuy v&esien) 7 | | | | -- гүй P5 2 el] баю ши Ке Окы оз сш — SE сэ та 06 125 [68 | veÂesneg 9 | | IS ez 11808: 96 96 [ae [0с 02 [рил GG стр от oi | 0р 61 E 0202 n шаа “energdosop 7) 2889 97 ort ер (91 1991158 (00 Di «598 (86 69116529 66 |66 fore 85 (06 $69 |96 61 [uec Фе 1901 воен 9 s letele (ЕЇЕЇ 5 ezla | к в је Е | СЕ ЕЗЕР Ии = о 5 = 9 Lë = а E = m 3 = E 3 Е |а Е Е 2 Е = |% E е ЕРЕ = BJE = els ЕТ УТ BIES Bt 24 “ D Е = | “ LS > | = =. ` = = = | = = e ~ 3. x ы 8. “ | ч = гэ 5 A 21 |4: | E S S [- [9 "LYOOS-VNIM 191999 (] "ло(јојо "Joquio1doq “mf PI lune qud y "jen OT ырппер 4 8 10190 Qc І 58 [nf y 6 I 16 16 МУ A DNI IIET A "1903494 1881 ur Supoa oyoyqnd ur шерадвшу 9) 9881 uva 15800 пәр m yseqeury uva voeling ‘а aovarmg Mer Ak ОСЫ Л e AERE ERN DIE EVERTEBRATEN AUS DER SAMMLUNG DES KONIGLICHEN NATURWISSENSCHAFTLICHEN VEREINS IN NIEDERLANDISCH INDIEN IN BATAVIA. r al ZUGLEICH EINE SkrzzE DER Fauna DES JAVA-MEERES, MIT BESCHREIBUNG DER NEUEN ARTEN VON Dr. С. Ph. SLUITER. и MITGLIEDE DER KÖNIGLICHEN AKADEMIE DER WISSENSCHAFTEN IN AMSTERDAM DIE ECHINODERMEN, II. ECHINOIDEA. Die Echiniden des Java-Meeres bieten eine verhältnismässig sleichformige Fauna. Auf den Korallenriffen findet man haupt- Sächlich nur Echinometra lucunter (Ac.), welcher sich überall zwischen die toten und lebendigen Korallenstiicke einnistet ; ferner auf den offenen, sandigen, von Korallen freien Stellen zahlreiche Gesellschaften von Diadema setosum (Gray), oft zu 50 Stück unmittelbar neben einander. Einige Arten von Echi- "rir kommen nur mehr vereinzelt vor, indem man nur Schr selten eine Crdaris-Art auf den Riffen umherkriechen findet. Sonst begegnet man nur noch hier und dort einem Temno- Pleurus oder einer Mespilia. Eine etwas grössere Verschiedenheit bietet der nördlichere — Teil des Java-Meeres in der Nahe von Billiton, wo man auf den mehr steinigen Boden in 2—16 Faden Tiefe ein paar Arten 286 von Cidaris, Astropyga, Heterocentrotus und Salmacis findet. Auf den Felseninseln »Toppershoedje", » Brabantshoedje” und Dwars in den Weg" im Eingang der Sundastrasse kommen der riesige Heterocentrotus trigonarius (Bror) und der eigen- tümliche Colobocentrotus atratus (Ввот) sehr gemein vor. Auch der Schlammboden, welcher den grössten Teil des Java-Meeres bedeckt, scheint verhältnismässig nur arm an Arten, wenn auch öfters sehr reich an Individuen zu sein, In der Bai von Batavia kommen zum Beispiel Lovenia subcarinata (Gray) und Laganum depressum (Less) wirklich massenhaft vor. Auch ist dort der Palaeostoma mirabile (Gray) ziemlich gemein , wenn auch nur an ganz bestimmten Stellen, nämlich östlich von der Insel »Leiden” (Pulu njamoek der Malayen). Am reichsten an Clypeastroidea ist aber die Sundastrasse. Die ganze Echiniden-Sammlung des Museums des Königlichen Naturwissenschaftlichen Vereins in Batavia besteht aus etwa 100 Exemplaren, welche zu 50 verschiedenen Arten und 20 verschiedenen Gattungen gehören. Alle sind von mir selbst gesam- melt worden, und von mehreren habe ich eine kürzere oder längere Zeit die Lebensweise in meinen Aquarien beobachten кон Im allgemeinen werde ich für die Synonymik nur Acasst klassische »Revision of the Echini“ und P. ре Lonror, »Cala- logue raisonné des Echinodermes de Mauritius, Mém. Soc. d. phys. et @hist. nat. de Geneve T. 29, №. 4, 18857 erwähnen, und nur da, wo die neuere Litteratur etwas wesentliches hinzu- gefügt hat » auch derselben Erwähnung thun. A. DESMOSTICHA (HAECKEL). d. PHYLLACANTHUS (BRANDT). 1. Ph. annulifera (Lam.). А. Agassiz, » Revision of the Echini". pg. 150, und »Report on the Echinoidea". Voyage of H. M.S. Challenger Vol IHH. pg. 59. | Ein Exemplar (№. 66) von Billiton aus einer Tiefe von 10 Faden, Sand mit Korallendebris. Immer fand ich die Tier? | Lo | 3 | | : 287 auf dem Korallensand‘, und es deucht mir sehr auffallend, dass von der Challenger Expedition für ein Exemplar als Fundort (Station 188) Cape York, Schlamm angegeben wird. 2. Ph. imperialis (Плм.). А. Acassiz, > Revision of the Echini“, pg. 151, Loriot, »Catalogue raisonné”, pag. 11. Zwei Exemplare (№. 67) von Billiton und ein Exemplar, №. 556, von der Insel Enkhuizen in der Bai von Batavia. Für das Exemplar aus der lai von Batavia und für eins der Exemplare von Billiton stimmt die Beschreibung, welche E. v. Martens (Archiv für Naturgeschichte, 52 Jahrg. pg. 147 С. fustigera А. Ac.) von den Stacheln giebt, genau. Bei dem zweiten Exemplar von Billiton aber sind die meisten Stacheln nach dem Ende zu etwas mehr verjüngt und fehlen die zwei schmalen weissen Binden, welche bei den beiden andern Exemplaren konstant am Ende der Stacheln vorkommen. Am merkwürdigsten ist es aber, dass bei diesem Exemplare 4 grosse Stacheln vorkommen, welche байт anders gestaltet sind. Sie sind nämlich spitz zulaufend, ganz ohne Sternfigur am Ende. Dazu sind sie hell lilafarbig , ‘80 dass sie sogleich zwischen den sonst dunkelviolett gefärbten Stacheln auffallen. | Bei dem Exemplar von Batavia kommt ein derartiger Stachel vor. Ich fand die Tiere auf dem Korallensand an untiefen Stellen herumkriechen. Langere Zeit hielt ich ein Exemplar am Leben. Bei Tage bewegte es sich nur selten und verbarg ‘ich am liehsten unter Korallenstücke. Bei Nacht aber kroch eg weite Strecken im Aquarium herum, Die Spuren, welche die Stacheln im Sande auf dem Boden hinterlassen, sind leicht kenntlich, so dass der ganze Weg, welchen es zurückgelegt hatte, zurückzufinden war. In einer Nacht kroch es öfters mehr als 4 Meter fort. Nie sah ich es an den senkrechten Wänden des Aquariums hinaufklettern, was die anderen Echiniden 30 gern thun. b. Ciparis (Lamarck). 3. C. metularia (Lam.). Ar. Acassiz, „Revision of the Echini", 288 98. Zwei junge Exemplare (N°. 68) von Billiton, aus einer Tiefe von 6 Faden. Bei dem kleinsten Exemplar war die Mundhaut nackt und getäfelt, was von Martens |. с. ра. 142, für diese Art als charakteristisch erwähnt wird. Bei dem etwas gróssern Exemplar aber war die Mundhaut mil deutlichen, kleiuen, platten Stachelchen besetzt. Bei demselben Exemplar kommen sowohl bis zum Ende gleich dicke, als gegen das Ende sich etwas verjüngende Stacheln vor. c. DIADEMA (Scuvw.) 4. D. setosum (Gray). A. Agassiz, » Revision of the Echini”, pg. 274, Lorton, »Catalogue raisonné”, pg. 15. Ѕторев Übersicht der Echinoiden der Reise der Gazelle. Monatsber d. К. Pr. Ak. zu Berlin 1880 pg. 868. Mehrere Exemplare (N°. 63, 64, 65, 557, 558) von verschie- dener- Grösse und von verschiedenen Lokalitäten. Die zahlreichen Varietäten dieser Art, welche nach Asassız wohl alle zu einer Species zu bringen sind, finden sich auf den hiesigen Riffen. Bei weitem am gemeinsten aber ist die violett schwarz gefärbte Varietät mit überaus langen Stacheln (4 mal den Schalendurch- messer). Es liegen diese Tiere oft zu + 50 Stück unmittelbar neben einander an sandigen Stellen zwischen den Korallen, 59 dass die Stacheln der verschiedenen Individuen einander berüh- ren. Sie suchen am liebsten die seichten, nur wenig von = Brandung bewegten Stellen. Bei jungen Exemplaren fand ich die Stacheln oft mit hellern und dunklern Ringen gezeichnel, was einigermassen an Echinothrix calamare erinnert. Die Tiere aber, welche aus einer etwas grössern Tiefe, 5—4 Faden, und zwar speciell von den noch nicht trocken fallenden Riffen in " Bai von Batavia , z. B. von denen bei der ersten Boje » Bonte Ezel", ausserhalb des Hafens von Tandjong Priok, stammen, fand ich immer von ganz verschiedener Farbe. Die Stacheln an : ^ : ch dem der ventralen Seite sind fast weiss und werden nach ту г ajikalen Pole zu etwas dunkler und zwar grünlich an de ў e viel Basis und grau an der Spitze, bleiben aber immer sehr Y! j 289 heller als bei der gewöhnlichen schwarzen Varietät. Auch das Peristom ist ganz weiss und die Schale selbst hell bräun- lich. Der nackte Teil der Interambulacra hat einen milchweis- sen Streif in der Mitte. Auf diesem Riffe fand ich nie . schwarze Exemplare. Es wäre möglich, dass die verschiedene _ Nahrung Einfluss auf die Farbe ausübte. Von Berr ist in Ann. a. Mag. af Nat. Hist. 5 ser. Vol. X pag. 219, auch eine derartige Farbenvarietät beschrieben worden. d. Есшхотнвіх (PETERS). 5. Е. calamaris (Parr.). A. Acassiz, > Revision of the Кеш”, — №. 119. Sruper Monatsber. Ak. Berlin, 1880, pag. 868. Vier .. Exemplare (N°. 559, 560, 568) von der Insel »Leiden" in der Bai von Batavia. Zwei Exemplare (N?. 559) haben die be- kannte schöne Zeichnung der grossen Stacheln, abwechselnd = Weiss und grünlich braun geringt. Die kleinen Stacheln sind braun. | Die nackte Stelle in der Mitte der Ambulacren ist smaragdgrün. Der Analschlauch ist schwarz und weiss gesprenkelt. Die beiden .. anderen Exemplare, die sonst in allem völlig mit den beiden ersteren übereinstimmen, und die ich auch mit diesen auf dem Rifle beisammen liegen faud, haben aber ganz milchweisse Stacheln, ohne auch nur eine Spur von dunklern Ringen. Nur an der Unterseite kommen einige kleine, mit Farbenringen versehene Stacheln vor. STUDER (1. с.) beschreibt ein Exem- Маг mit hellroten Stacheln. In Vergleichung mit. den beiden anderen Echinothrix-Arten ist der E. calamaris auf den hiesigen Riflen ziemlich selten. 6. E. Desori (As.). A. Acasstz, Revision of the Echini", DS. 120, Lorton, »Catalogue raisonné”, pag. 14. Drei Exemplare (№. 61 und 62) von den Riffen aus der Bai von Batavia. Ziemlich : semein auf allen Riffen, wenn auch bei weitem nicht so zahl- eich als Diadema setosum. 7. E. turearum (Ac). A. Agassiz, »Revision af Ше Echini," 290 Loriot, »Catalogue raisonné,” pg. 17. Ein Exemplar (N°, 561) von der Insel Leiden in der Bai у. Batavia. Ziemlich gemein, wie die vorige Art. e. АѕтвӧрүсА (Gray). 8. А. radiata (Gray.). A. Acassiz, »Revision of the Echini", pag. 94. LorioL, »Catalogue raisonné”, pag. 18. Zwei junge Exem- plare (№. 80) aus der Bai von Batavia, bei der ersten Boje »Bonte Ezel", ausserhalb des Hafens. Die Stacheln waren ohne Ringe, nur egal rótlich braun gefärbt. Sie leben am Rande des Riffes, wo der Boden allmahlich mehr schlammig wird. 9. А. pulvinata (Lam.). А. Acassiz, » Revision of the Echini", pag. 94. Zwei erwachsene Exemplare (N?. 97) von Billiton, unweit Tandjong Pandan, 12 Faden. Die Stacheln sind fast alle deutlich geringt. Zwei erwachsene Exemplare von Krakatau (N°, 611), wo sie massenhaft auf dem Boden des eingestürzten Kraters leben. Am Leben sind sie dunkel karminrot. f. Corosocentrotus (BRANDT). 10. С. atratus (Liss). A. Acassiz, Revision of the Echini”, pag. 102. Говор, »Catalogue raisonné”, pag. 54. Zwei erwach- sene Exemplare (№. 72) von der kleinen Felseninsel » Toppers- hoedje” und 4 kleinere (№. 612) von der Insel » Dwars in den Weg", beide in der Sundastrasse. Diese durch die eigen- tümlich abgeplatteten Stacheln so auffallende Art fand ich nur auf den beiden kleinen Felseninseln, weiche am Eingang der Sundastrasse liegen. Auf der Ebbelinie saugen sie sich an i . mit Mühe von der senkrechten Felsenwand fest und sind nur mit Mühe Y | derselben loszumachen. Die Tiere sind überaus träge in ihren Bewegungen. Mehrere Tage bleiben sie sogar au derselben Stelle, wie leblos, sitzen. Nie fand ich sie, ebenso wenig Wie die folgende Art, auf den Korallenriffen , wie solches von STUDE l. c. pag. 869. mitgeteilt wird , der sie gewöhnlich аш Aussen- riff fand. Auch auf Mauritius scheinen sie nur auf den Fe P ausserhalb des Riffes vorzukommen. AE EE EE VCC 291 g. Hererocentrotus (Bnpr.). 11. H. trigonarius (Lau. ). A. Agassiz, > Revision of the Echini”, pag. 154. Bet. Proc. Zool. Soc. 1881, pag. 420. Ein erwach- - sens Exemplar (№. 69) von der Felseninsel » Toppershoedje" in der Sundastrasse. Die Tiere leben auf denselben senkrechten Felsenwänden mit der vorigen Art beisammen. 12. H. mamillatus (Bror). Acassiz, » Revision of the Echini", pag. 135. »Catalogue raisonné’, pag. 55. Bett Proc. Zool. Soc. 1881» pag. 420. Zwei Exemplare (N°. 70) von Billiton , unweit Tandjong Pandan aus einer Tiefe von 12 Faden. Die grossen Stacheln undeutlich dreikantig, nur am Ende mit drei ziemlich scharfen Kanten und ein oder zwei breitern oder schmälern weissen Bindern. Die kleinen Stacheln sind milchweiss, und deshalb Waren diese Exemplare zu der Varietät H. coronata. (Braiv.) zu zàhlen. h. ЁсшхомЕтвА (Ronp). 15. Е. lucunter (Leske). Agassiz, »Revision of the Echini”, Pag. 115. Sruper 1. с. pag. 872, BELL. Proc. Zool. Soc. 1881. Pag 425. Zahlreiche Exemplare (N°. 71,562,565) aus der Bai on Batavia, Billiton und aus der Sundastrasse. Nach der Diadema lsum ist diese Art auf den Koralleninseln im Java-Meere ler gemeinste Seeigel. Er kommt aber hier nur an un- tiefen Stellen vor, fast immer zwischen toten Korrallenstücken, in welche er sich derartig verkriecht, dass man fast nicht hegreift, wie er hineingelangt ist. Nie fand ich ein Exem- plar in einer grössern Tiefe als 1, Faden. Von dem Ein- hren dieser Tiere in die Korallenblócke, wie es von Nruper = l с. pag. 871, auch für diese Art Echinometra mitgeteilt wird, habe ich nie etwas gesehen, obgleich ich die Tiere schon Während mehrerer Jahre beobachtet habe. Sie kriechen zwar sen in die Korallenstücke hinein, aber ohne eigentliche Gänge 21 bohren, und wechseln auch gern ihre Lage. Durch las Lusammenlegen der Stacheln können sie durch kleine ” 292 Löcher hindurchkommen, was man ihnen auf den ersten Blick nicht zugetraut hätte. i. Темхоғвовив (As.). 14. T. toreumaticus (As.). Asassız, » Revision of the Echini", pag. 166. BELL, Proc. Zool. Soc. 1880, pag. 424. Zwei kleine Exemplare (№. 76) aus der Bai von Batavia, aus einer Tiefe von 10 Faden. 15. Т. reynaudi (Ad.). Acassız, Revision of the Echini”, pag. 166. Вел, Proc. Zool. Soc. 1880, pag. 424. Ein Exemplar (N°. 517) aus der Bai von Batavia ‚aus einer Tiefe van 10 Faden. | k. Sarnacıs (As.). 16. S. rarispina (Ad.). Agassiz, „Revision of the Echini”, pag. 156. Drei Exemplare (N°. 78) von Billiton, aus der Mendano- strasse. Tiefe 12 Faden. Die Stacheln sind weiss und violett geringt. 17. S. sulcata (Ac). Acassiz, »Revision of the Echini”, pag. 156. Drei Exemplare (N°. 75,77.) aus der Bai von Batavia, Tiefe 8 Faden. Die Stacheln sind bei den hiesigen Exemplaren immer an der Basis weiss, sonst karminfarbig, mur zuweilen ist die Spitze wieder weiss. J. Меѕрпла (Ас.). 18. М. globulus (As.). Acassız, »Revision of the Echini^. | pag 145. Bex, Proc. Zool. Soc. 1880, pag. 454. Drei Exemplare (No. 74, 567) aus der Bai von Batavia bei der ersten Boje ausserhalb des Hafens von Tandjong-Priok, und ein Exemplar von den Teusend inseln, nördlich von Java. (No. 75). Das letztere Exemplar hat 6 с. M. im Durchmesser. Die Stacheln sind weiss und rosa geringt, die nackten Stellen auf den Inter- ambulacren sind mehr als doppelt so breit als die der Ambi- lacren, beide sind beim Leben sammetschwarz, nicht ко gefärbt. In Alkohol erhält das Schwarz aber einen grünlichen 295 H Schimmer, Die Tiere aus der Bai von Batavia sind alle be- ` trehtlieh kleiner, das grösste hatte nur 5 с. M. im Durch- | messer, die Stacheln sind immer mit dunkelvioletten und Weissen Ringen. Die nackten Stellen auf den Interambulacren sind breit und auch tief sammetschwarz; auf den Ambulaeren ist bei den kleinsten Individuen die nackte Stelle noch fast gar echt zu unterscheiden; bei den etwas grössern bildet sie nur 1 noch einen ganz schmalen Saum. Es scheint sich dieselbe ao erst mit dem Alter weiter auszubilden. В. CLYPEASTRIDAE (Agassiz). a. Lacanum (KL.). 19. Г. depressum (Less.). Acassiz, »Revision of the Echini", bag. 158. Zahlreiche Exemplare (No. 84, 95, 96) aus der | Bai von Batavia und der Sundastrasse aus einer Tiefe von ! 1—18 Faden, im Schlamm. Wenn auch allerdings gewöhn- lich die Lage und Form des Afters ist, wie von L. Acassiz Ч In seiner »Monographie des Seutelles” erwähnt wird ‚als Unter- _ Мей zwischen dieser Art und L. bonani (Krein), so kommen loch auch öfters Exemplare vor, bei denen der After kreisrund und “gar zuweilen etwas in die Länge gezogen ist, indem auch їе Lage desselben аш Rande nicht konstant ist, da ich einige Exemplare besitze, bei denen er fast in der Mitte zwischen dem Munde und dem Rande liegt. | 20. 1. bonani (Kier). Acassiz, »Revision of the Echini", x 157. Zwei Exemplare (No. 85, 86) aus die Sundastrasse. After ist bei diesen beiden Exemplaren deutlich in die Breite sogen und liegt halbweg zwischen dem Mund und dem After.“ Ferner ist die Schale dicker und hóher als bei dem typischen L. de- am. Bei dem Exemplar (N°. 86) hat die Schale an der ventralen j te eine Vertiefung , welche sich bis zur Hälfte des Radius “seint, so dass der After genau am Rande dieser Vertiefung ™ liegen kommt. Das andere Exemplar (No. 85) zeigt diese, 394 Vertiefung nur sehr schwächlich, unterscheidet sich jedoch durch eine eigentümliche Zeichnung der Schale an der dorsalen Seite. In den 5 interambulacralen Ecken der Ambulacralrosette kom- men 5 grosse dunkelbraun gefärbte Flecken vor, indem der übrige Rücken mit zahlreichen kleinern, auch dunkelbraunen Fleckchen besetzt ist. An der ventralen Seite finden sich nur noch vereinzelte Fleckchen am Rande. Da die Bewaffnung mit Stacheln nur schwach ist, fällt diese Zeichnung nicht nur an der nackten Schale auf, sondern auch am lebenden Tiere war diese eigentümliche Marmorierung sogleich zu sehen. — Bei verschiedenen Exemplaren von L. depressum fand ich auch eine Andeutung einer solchen Marmorierung, aber nie so ausge- sprochen, wie bei dem №. 85. Es scheint mir überhaupt ziem- lich problematisch, ob L. depressum und L. bonani als zwei gesonderte Species anzuerkennen seien. b. PERONELLA (Gray). 21. P. decagonalis (Less.). Acassiz, »Revision of the Eehini”, pag. 148. Drei Exemplare (No. 87) aus der Sundastrasse, Tiefe 15 Faden, Schlamm. с. АвАснхошк5 (Krein). 25. A. placenta (Ac.). Loven, „Etudes sur les Echinoides”, pag. 54. Acassız, »Revision of the Echini”, pag. 90. Zwe! Exemplare (No, 85) aus der Sundastrasse, Tiefe 15 Faden, chlamm. d. Есніхорісиѕ (Breyn). 25. E. auritus (Leske). Acassız, »Revision of the ша” pag. 112. Ein grosses, 1 d. M., Exemplar (No. 81) aus Sundastrasse, aus einer Tiefe von 8 Faden, Schlamm. 24. E. laevis (Kuer), Acassız ‚»Revision of Ше Ее, | pag. 115. Zwei Exemplare (No. 82) aus der Sundas "i : 8 Faden, Schlamm, E | | | 295 C. PETALOSTICHA (НАЕСКЕГ.). а. Mareta (Gray). 25. М. planulata (Gray). Agassiz, » Revision of the Echini”, pag 140. Lorton, »Catalogue raisonné”, pag. 48. Drei erwachsene Exemplare (No. 90), das grösste, 6 с. M., aus der Mendano Strasse, zwischen den Inseln Mendano und Billiton , zwei junge Tiere (N°. 92) aus der Bai von Batavia, und zahlreiche Exem- plare (N°. 615) von Krakatau. Bei den letzteren ist das dunkle, schwarz violette Kreuz auf dem Ricken noch hei weitem nicht so deutlich entwickelt, als bei den erwachsenen. In der Mendanostrasse ist das Tier sehr gemein, so dass man in der Dredge öfters 20 und mehr Exemplare zugleich findet. In der Bai von Batavia ist es aber sehr selten, da ich his jetzt ur zwei kleine Exemplare erhalten habe. Die Tiere. leben in einer Tiefe von 12—20 Faden im Schlamm. b. Lovenia (Desor). 26. L, elongata (Gray). Acassiz, »Revision of the Echini”, Ds. 159. Ein Exemplar (№. 89) aus der Bai von Batavia. Das Tier Scheint im ganzen Java-Meere sehr selten zu sein, da ch bis jetzt nur ein einziges Exemplar erhalten habe. E L subcarinata (Gray). Acassiz, »Revision of the Echini”, bag. 159, und »Report of the Challenger Expedition”, Vol. Ш, Pag. 175. Zahlreiche Exemplare von 1 eM. bis 6 cM. Länge, жы der Bai von Batavia. (N°. 88 und 94). Die Tiere leben Ш grosser Menge im Schlamme des Java-Meeres, nämlich m den untiefen (12—20 Faden) Baien von Bantam und Batavia. з dell in der letzteren sind sie überaus gemein. Langere leit hielt ich sie lebendig im Aquarium. Sie verkriechen sich ganz in den Schlamm ‚ in welchem sie sich aber ziemlich behende mittelst der Stacheln bewegen können. 296 d. PALAEOSTOMA (Loven). 28. P. mirabilis (Gray). Acassiz, »Revision of the Echini", pag. 147. Lovey, On Pourtalesia. Kong Sv. Vetensk. Ak. Handl., Bd. 19, №. 7, 1882, pag. 27, 45, 55. Zahlreiche Exemplare (N°. 91, 95, 554) aus der Bai von Batavia. Das kleinste Exemplar, welches ich besitze, misst 5 mM., das grösste 11 mM. Die Tiere sind an der Ostseite der kleinen Insel »Leiden” nicht selten, leben im Schlamm in einer Tiefe van 12—18 Faden. e. Bnissus (Кі..) 29. Br. carinatus (Gray). Agassiz »Revision of the Echini”, pag. 96. Lomor, »Catalogue raisonné”, pg. 46. Вел. Broc. Zool. Soc. 1879, pag. 249. Ein Exemplar (№. 605) aus der Branntwein-Bai, südlich von Padang, an der Westküste von Sumatra, und mehrere Schalen von Mauritius. f. Scnizaster (Asassız). 50. Sch. ventricosus (Gray). Acassiz, „Revision of the Echini”, раз. 158. Idem. Report of the Challenger Expedition. Vol. Ш, pg. 204. Ein Exemplar (N°. 258) aus dem Java-Meere. Die Loka- lität ist nicht genauer angegeben, und nur die Schale ist übrig. d $ Í E. 43 @ 7 Ш. ASTEROIDEA. Auf den Korallenriffen selbst sind es wieder nur einige wenige - Arten, welche man überall und massenhaft findet. Am zahl- q reichsten ist wohl der kleine Asterina cephea (VAL.), welcher in ehr verschiedenen Farbenvarietäten vorkommt und sich in die toten und lebendigen Korallenblöcke verkriecht, wo er neben Echi- 2 ютега lucunter lebt. Dann gehört bekanntlich der grosse blaue _ Linckia miliaris M. Tr. unter die gewöhnlichsten Erscheinungen auf den Riffen, wo er am liebsten am Aussenrande derselben an | offnen, sandigen Stellen herumkriecht, öfters aber auch zwischen _ lie Korallenblöcke sich versteckt. Auf dem untiefen, sandigen . Strande der Koralleninseln liegen ferner zahlreiche Exemplare von _ Archaster typicus (M. u. Tr.), welche bei tiefer Ebbe sogar ganz rocken fallen. Die übrigen, unten aufgeführten Arten kommen mehr vereinzelt nur auf den Riffen vor. Auf dem Schlammboden lebt im ganzen südlichen Teil des Java-Meeres , und speciell in der Bai von Batavia in einer Tiefe von 6—20 Faden eine fünfstrahlige Luidia, welche mit L. hardwickü (Gray) genau übereinstimmt. Mehr vereinzelt zwischen diesen lebt ein noch unbeschriebener Astropecten, yon mir A. macer genannt, während der Astropecien javanicus (Lürken) ziemlich gemein ist. In der Nahe von Billiton sind die Pentacer os-Arten ziemlich zahlreich. Die gewöhnlichste Art scheint dort der P. hiuleus M. u. Tr.) zu sein. Die ganze Sammlung von Seesternen in dem hiesigen Museum besteht aus etwa 80 Exemplaren, welche zu 14 verschiedenen lungen und 28 verschiedenen Arten gehören. Ausser einigen plaren von Mauritius, sind alle aus dem Java-Meere von | ще selbst gesammelt worden. Im allgemeinen führe ich nur die : Адис реа von Perrier und ре Голго: an, wo die Synonymik en ist. 1 г 3 E | A à | 1 S 5 P. Eu 20 298 A. ECHINASTERIDAE. a. Есшхавтев (М. und Тв.). 1. Echinaster eridanella (Var.). Perrier, » Revision des Stelleri- des”, pag. 569 Vier Exemplare (N°. 576) von Mauritius. Stimmt genau mit der Beschreibung von M. und Tr. Unter den vier Exemplaren kam nur eins mit 5 Armen vor, die drei anderen hatten 6 Arme. 2. Е. purpureus (Gray) oder E. fallax (M. u. Tn.). E. Perrien, »Revision des Stellérides du Museum, pg. 570. P. pe Loriot, »Catalogue raisonné”, pag. 10. Zwei Exemplare (№. 579) von Mauritius, beide mit sechs Armen. b. Mrraropia (Gray). 5. М. clavigera (Lam.). Perrier, » Revision des Stell”, pg. 578. P. pr Lorton, „Catalogue raisonné”, pg. 15. Ein Exemplar (N°. 574) von Mauritius. B. LINCKIADAE. с. Орнилазтев (Ac. em. PERRIER). 4. 0. cylindricus (М. und Tr.). Perrier, » Revision des Stell”, pg. 589 P. ре Lorror, »Catalogue raisonné”, pg. 20. Drei Exem- plare (№. 255 und 604) von Mauritius. Alle mit fünf Armen. 5. 0. robillardi (P. ре Loriot). P. pe Говтог, „Catalogue raisonné” pg. 24. Ein Exemplar (N°. 581) von Mauritius. Das einzige Exemplar, welches ich besitze, hat die fünf Arme gleich lang. d. Linckia (Мавро, Lürken.). ” б. L. miliaris (M. und Ta.). Perrier, »Revision des Stell. , Pg. 401 P. ре Lonror, "Catalogue raisonné”, pg. 56. d Exemplare aus der Bai von Batavia (N°. 250 und 251). Duer ee TR ај de Үг" 299 kanntlich ist diese Art sehr gemein im ganzen Indischen Archipel. Die Tiere liegen gewöhnlich an der Aussenseite des Riffes, auf dem mit Sand und Korallenstücken bedeckten Boden, fast immer unbedeckt, da sie sich nur selten zwischen die Korallenstücke verkriechen. Im Aquarium halten sie sich nicht in gutem Stand; schon nach drei oder vier Wochen sieht man die wunden Stellen am Rücken entstehen, welche langsam weiter um sich greifen und nach 4 oder 5 Tagen gehen die Tiere zu Grunde. Es ist dies eigentümlich für diese Art, da die Linckia tuberculata (М. Tr.) sich längere Zeit im Aquarium beim Leben erhält. Obgleich die Tiere bei Berührung ganz starr erscheinen, so sind sie doch ziemlich gewandt in ihren Bewe- gungen, und mehrere der Preiser’ schen Versuche (Mitth. d. 1001. Station zu Neapel, Bd. УП $. 27 a. 191) habe ich mit gutem Erfolge nachgemacht. 7. L. ehrenbergii (М. u. Tr). P. ок Lorton, »Catalogue rai- sonne”, pg. 51. Ein Exemplar (№. 577) von Mauritius. Das einzige Exemplar, welches ich besitze, ist sechsarmig und hat eine schöne Kometenform, wie solche bei dieser Art so vielfach vorkommen. Der lange Arm war 150 m. M., die fünf übrigen Arme 95—55 с. M. lang. 8. L. multifora (Gray). Perrier, »Revision des Stellérides”, Pag. 415 P. pr Lorton. „Catalogue raisonné”, pag. 27. Mehrere Exemplare (N°. 573) von Mauritius, Die Kometenform scheint bei dieser Art viel seltener zu sein; wenigstens kommt unter den 15 Exemplaren, welche ich besitze, nicht eine einzige vor. Nar ein Exemplar war sechsarmig. е, Scyraster (LUTKEN). 9. Sc. variolatus (M. und Tn.). Perrier , »Revision des Stell.”, Pag. 425 P. pe LomioL, »Catalogue raisonné”, pag. 45. Zwei Exemplare (N°. 578) von Mauritius. Das eine Exemplar mit inf, das andere mit sechs Armen. 500 10. Sc. tuberculatus (Gray) Perrier, »Revision des Stell”, pag. 421. Fünf Exemplare (№. 252) aus der Bai von Batavia. Die Tiere kommen nicht eben selten auf den Korallenriffen der hiesigen Inseln vor. Sie verkriechen sich aber zwischen die Koral- lenstücke, and liegen nicht frei zu Tage wie Linckia miliaris. Im Aquarium erhalten sie sich längere Zeit beim Leben. Die genaue Beschreibung von Perrier stimmt vollkommen mit den zahlreichen von mir untersuchten Exemplaren. Die zwei Reihen Furchen- papillen sind ganz deutlich und nicht » ziemlich unregelmassig und verworren“, wie von Martens angiebt. Die Tuberkeln am Rücken sind ziemlich ungleich verteilt, und eine Reihenstellung, wie von Martens annimmt, ist nicht zu unterscheiden. Auch die Grösse der Tuberkeln ist ziemlich variabel. Im allgemeinen sind die Tuberkeln bei den grössern Exemplaren auch grösser, bei den ganz kleinen noch fast gar nicht entwickelt. Es kom- men aber zuweilen auch grössere Exemplare mit nur kleinen Tuberkeln vor. Die Farbe der Tiere ist während des Lebens bräunlich gelb, mit helleren und dunkleren Flecken geadert. Die von vox Martens erwähnten blutroten Querbinden sah ich nie. Die Ambulacralfurchen sind zwar rot, aber am Rücken ist kein Rot zu entdecken. Alle die von mir gesehenen Tiere | hatten fünf Arme, welche alle gleich lang waren. | f. Fromm (Gray). 11. Fr. milleporella (Gray). Perrier, » Revision des Stell.”, pag. 457. P. ре Lonror, »Catalogue raisonné”, pag. 44. Fünf | Exemplare (№. 580) von Mauritius und ein Exemplar (N°. 244) | von der Insel Edam in der Bai von Batavia. Ein Exemplar | von Mauritius mit 4 Armen. С. GONIASTERIDAE. g: PENTAGONASTER (Linck). 12. P. (Stellaster) Belcheri (Gray). Proc. Zool. Sot. юм. pag 47, und Synopsis, pag. 7. Lurxex, Vidensk. Medd, nal ! А Е : 301 hist. For. i Kjóbenhavn 1871, №. 15—19, pag. 247. Dennen, »Revision des Stellérides", pag. 42. Ein Exemplar (№. 256) aus der Bai von Batavia, Tiefe 8 Faden, Sehlammboden. Das Tier stimmt sehr genau mit der Beschreibung und Abbildung Lörken’s; nur sind die Tuberkeln auf dem Rücken, in den Arm- winkeln sehr klein und nur mit der Loupe zu entdecken. Auf den Bauchplatten kommen: vereinzelte verhältnismässig grosse, klap- penartige Pedicellarien vor, zuweilen aber auch zwei oder drei kleine. 15. P. (Astrogonium Gray) gibbosus. Perrier , » Revision des Stell”, pag. 55. Ein Exemplar (N°. 610) aus der Bai von Ba- lavia von dem Riffe » Vader Smit”, Ebbelinie. Von dieser Art war bis jetzt kein Fundort bekannt. Das einzige Exemplar, welches ich bis jetzt hier gefunden habe, stimmt genau mit der Beschreibung Perrer’s überein; nur die Eigentümlichkeit, welche Perrier mit den folgenden Worten beschreibt: »En fice du sommet de chaque arc interbrachial, trois ossicules čontigus disposés en triangle se développent en hauteur plus que les autres et forment des espèces de tubercules; celui qui occupe le sommet et qui est externe par rapport aux autres st en méme temps le plus développé” ist bei meinem Exem- Pare nur schwer zu unterscheiden. Die Lage der Madre- berenplatte ist aber wie von Perrıer angegeben wird. Die tarbe des Tieres im Leben ist grünlich und gelblich braun geleckt. Der Bauch etwas heller als der Rücken. In Alkohol Weisslich. h. Рехтасевов (Ішхек.). (Oreaster M, und Tr). 15. P. nodosus (Lixx.) P. turritus (Тахек.). Perrier » Revision des Stell" pag. 56. Bett, „On the species of Oreaster”, Proc. ` №. Soe. 1884, pag. 70. Ein Exemplar (№. 569) von Billiton. - Tandjong Pandan. Den genauen Beschreibungen von PERRIER ва namentlich von Bert ist fast nichts hinzuzufügen. Der 502 grösste Armradius meines Exemplars war 158 m. M., der Scheibenradius 57 m. M. Die Tiere leben in einer Tiefe von 10—16 Faden auf dem sandigen Boden ausserhalb der Reede von Tandjong Pandan. Die Farbe während des Lebens ist ein rotliches Braun. Die Spitzen der Arme sind zwar dunkler braun, so wie auch die Tuberkeln , aber nicht schwarz, wie nach mündlicher Mitteilung Sar. MürLER's von Молк und Troscuet angegeben wird. | 14. P. hiuleus (М. und Тв.). Молк und Troscue, »System der Asteriden”, pag. 48. Perrier, »Revision des Stell.", pag. 59. Sieben Exemplare (N°. 247,606) von Billiton, (Tandjong Pandan und Mendano Strasse) Bekanntlich ist diese Art nur noch von Mutter und Troscuer beschrieben, und die Beschreibung stimmt genau mit meinen Exemplaren. Obgleich allerdings diese Art dem P. nodosus verwandt ist, ist sie doch schon aul den ersten Blick von ihm zu unterscheiden. Erstens erreichen die Tiere nie die Grösse des P. nodosus. Das grösste Exemplar, welches ich gesehen habe, hat einen Armradius van 88 m. и. und einen Scheibenradius von 52 m. М. Dann fehlt immer die centrale Tuberkel auf der Scheibe, welche bei Р. nodosus typisch vorkommt. Die Farbe während des Lebens ist em ziemlich helles Braun. Die grossen Tuberkeln am Rücken sind entweder domförmig und ganz mit platten Granula besetzt, oder eine nackte Endspitze steckt aus denselben hervor. Die fünf auf der Scheibe stehenden tragen immer eine nackte Endspitze. Die inneren Furchenpapillen 816: hen zum grössten Teil zu 6 auf einer Platte; es konu aber auch, und zwar bei den grössern Exemplaren, öfters Platten mit 7 Papillen vor. Die äussern haben 2 oder 5 Papillen wenigstens bei den kleinern Exemplaren, aber bei den ont sern kommt oft noch eine kleine vierte Papille hinzu. Pedicellarien sind sehr klein, ganz anders als bei Р. per? wo sie bekanntlich sehr gross sind. Die auf dem Rücken Sin nur unter dem Microskop zu entdecken. SS A ен аа en neh ae ДВА, er N 305 Die Tiere leben in einer Tiefe von 14-—24 Faden аш einem sandigen Boden. In der Mendano-Strasse sind sie ziemlich gemein. 15. P. muelleri (Berx). Bett, »On the species of Oreaster,” Proc. of the Zool. Soc, 1884, pag. 86. Ein Exemplar (No. 510) von Billiton. Das Tier, welches ich in der Mendano-Strasse , zwischen Billiton und der Insel Mendano, gedredscht habe, stimmt ziemlich genau mit der Beschreibung Brrr's. Die zweite Reihe der Furchenpapillen hat gewöhnlich zwei oder drei Papillen auf jeder Platte. Mitunter kommt aber noch eine kleine vierte hinzu. Öfters sind diese breiten Papillen an der Spitze zackig eingeschnitten. Die dritte Reihe der Furchenpapillen ist bei meinem Exemplare nur undeutlich entwickelt. An zwei Armen sind noch ziemlich deutlich zwei oder drei Papillen auf jeder Platte zu unterscheiden, aber auf den drei übrigen Armen ist nur noch eine Papille entwickelt, und öfters ist auch diese nur ganz winzig klein. Die Verteilung der Tuberkeln, Granula und Pedicellarien stimmt genau mit BELL's Beschreibung. с 3 Sehr auffallend ist die Farbe dieses Tieres während des lebens, von welcher die in Alkohol konservierten Tiere gar keine Vorstellung geben können. Die Grundfarbe, sowohl der Rückenfelder als des Netzwerkes am Rücken, ist ein nicht all zu helles .Meergrün. Die Tuberkeln aber sind okergelb und scharf von dem meergrünen Körper abgesetzt. Das Ganze macht fast den Eindruck, alsob das Tier mit geschalten Mandeln bedeckt ware. Der Bauch ist heller grün ohne Gelb, die Ambulaeralfurchen rötlich. EN e ie ae брешь 16. P. troscheli (Вела). Е. J. Bet, »On the species of Oreaster”, Pag. 85. Ein Exemplar von Billiton, Tandjong Pandan, (No. 570). Das von mir erhaltene Tier ist etwas kleiner als das von Веи, beschriebene, da der Armradius 120 m. M., der Scheibenradius — % m. M. misst. Vielleicht sind hiermit auch einige kleine 504 Abweichüngen verknüpft. Ausser den fünf Dornen auf der Scheibe und den kleineren auf der medianen Riickenlinie der Arme, sind nur noch ein paar ganz kleine auf der Mitte der Scheibe entwickelt, indem auf den Knotenpunkten des Netzwerkes der übrigen Scheibe und der Arme nur noch vereinzelte ganz kleine Dörnchen vorkommen. Die Pedicellarien der ventralen und dorsalen Randplatten sind ziemlich gross und mit dem unbewaffneten Auge zu entdecken. Auch trägt jede der ventralen Platten, welche neben den Ambulacralfurchen liegen, eine ziemlich grosse, klappenartige Pedicellarie. Die übri- gen Pedicellarien aber, sowohl des Rückens als auch des Bauches sind klein und nur schwer mit der Loupe zu entdecken. Ubrigens stimmt das Tier genau mit Brrr's Beschreibung. Die Farbe während des Lebens war gelbbraun. Die Ambu- lacralfurchen braunrot. 17. Р. Grayi (Bert). Р, nodosus (Gray). PERRIER. » Revision des Stell”, pag. 55 Е. J. Bett, »On the species of Oreaster”, pag. 85. P. ре Гоно, „Catalogue raisonné”, pag. 69. Zwei Exemplare (No. 248) von Billiton (Tandjong Pandan und Mendano Strasse). Der ausführlichen Beschreibung von Loriot ist kaum etwas hinzuzufügen. Nur scheinen die Tiere von Billiton weit weniger stark mit Dornen versehen zu sein, da sowohl das von Prof. J. Bert beschriebene als auch die verschiedenen Tiere, welche ich gesehen habe, nur schwach bewaffnet waren. Das grösste Exemplar, mit einem Armradius von 85 m. и, hatte nur in den 5 Armwinkeln sechs ventrale Randplatten mil kleinen, glatten Tuberkeln versehen. Alle übrigen ventralen Randplatten waren nur mit ziemlich kleinen Granula besetzt. Die dorsalen Randplatten tragen gar keine eigentlichen рет Sie ragen zwar etwas hervor und sind im Centrum mit Lie? sern Granula versehen, welche aber kauin Dornen oder Tuberkeln : zu nennen wären. Auch die Tuberkeln auf dem Kamm des Ka г der Arme sind bei diesem Exemplare nicht grösser wi des übrigen Körpers; nur an den distalen Enden der W жұ 505 kommen drei oder vier grössere vor. Bei dem kleinern Exem- plar, mit einem Armradius von 65 m. M., war die Verteilung der Tuberkeln am Rücken genau, wie es von Lorıor beschrieben ist. Noch möchte ich bemerken, dass die dorsalen Randplatten in den Winkel’ der Arme nicht deutlich mehr von einander getrennt sind, sondern sich in kleinere Platten, deren Rande nur schwer zu unterscheiden sind , aufgelöst zu haben scheinen. Bei dem kleinern Exemplar war dies weniger der Fall als bei dem grössern. Die Pedicellarien verhalten sich genau, wie be Lorton angiebt, Die Farbe der Tiere während des Lebens war ein blasses Graugelb. i. Cuxcita (As.). 18. C. Schmideliana (Gray) С. discoidea (As.). Perrier, Revision des Stellérides", pag. 74. P. pe Lomor, »Catalogue raisonné”, pag. 64. — Fünf Exemplare (№. 511, 607) aus der Bai von Batavia. Wie von Perrier und pe Lonror schon hervor- gehoben worden ist, zeigt die С. Schmideliana ziemlich viele Varietäten, und ist wahrscheinlich auch die С. coriacea (М. u. Tr.) als dieselbe Art anzusehen. Auch die Tiere aus der Bai von Batavia weichen mehr oder weniger von einander ab. Die zahl der Dornen auf den Ambulacralplatten variiert zwischen 4 und 7, gewöhnlich kommen ober 6 vor. Die Tuberkeln auf den Bauchplatten sind fast alle gleich gross und nicht nur auf der Mitte der Platten, sondern auch auf den Rändern ent wickelt. Die Porenfelder auf dem Rücken sind deutlich zu unter- iden. Die Farbe der Tiere ist beim Leben auch ziemlich verschieden. Der Rücken ist heller und dunkler gelblich braun kt, zuweilen aber auch mehr graubraun. Die kleinen konischen Rückentuberkeln sind hellrot. Der Bauch ist mehr rötlich orange, zuweilen mehr rotbraun, die Ambulacralfurchen gewöhnlich dunkler rot. ; Bei einem Exemplare waren die Porenfelder des Rückens weit von einander entfernt und die kleinen konischen : Nickenpapillen nur auf den Porenfeldern entwickelt. Das breite 506 _ Netz zwischen diesen war fast ganz glatt: nur an deu Randern der Scheibe kommen einige platte Tuberkeln vor. Die Tiere sind auf den Korallenriffen in der Bai von Batavia nicht selten. Sie kriechen gewöhnlich langsam auf dem Sande, zwischen den Korallenstücken, im seichten Wasser umher. Im Aquarium erhalten sie sich ganz gut und bleiben ölters 8-10 Monate am Leben. Gewöhnlich kriechen sie an der senkrechten Wand des Bassins hinauf, oder bewegen sich langsam auf dem Sandboden mittelst der grossen Ambulacralfüsschen fort. Sehr merkwürdig ist es die Formveránderungen, deren diese Tiere fähig sind, zu beobachten. Indem der Körper gewöhnlich so starr und hart aussieht und sich auch so anfühlt, ist er dennoch viel schmiegsamer als man erwarten sollte. Wenn die Tiere vom Boden an der senkrechten Wand hinauf klettern wollen, so folgen sie mit der Bauchfläche gänzlich dem rechten Winkel der beiden Flächen, und der Körper nimmt fast die Gestalt eines Kugelsektors an. Noch viel mehr ändert sich die Gestalt, wenn die Tiere, nachdem man sie auf den Rücken umgekehrt hat, versuchen, sich wieder auf die Bauchfläche zu legen. Sie schwellen alsdann die eine Hälfte des Körpers kugelig an, damit sie mit einer der sich eine Strecke well auf den Rücken fortsetzenden Bauchfurchen, dem Boden nahe genug kommen, um einigen der Saugfüsschen einen Anhaltspunkt zu geben. Indem nun allmählich die folgenden Füsschen яа anheften, schwillt die ganze Bauchfläche kugelig an und zieht der Rücken sich mehr zusammen, so dass der ganze Körper zuweilen fast wie eine Gurke aussieht. Zum Umwenden braucht das Tier etwa zehn Minuten. Als Futter dienen ihm verschiedene Echiniden und anderè Tiere. Im Aquarium hat er öfters den Echinometra lucunter gefressen, was allerdings sehr auffällig ist, da man doch von diesem Tiere, der starken Stacheln wegen, nicht vermuten sollte. dass es leicht der so harmlos aussehenden Culcita zum Opfer fallen würde. ke Einmal sah ich, wie eine (Culcita eine Echinometra , wele EERE oen SE (аса Eet а d RPA ЭДЭЭ? KS 507 gegen die Glasscheibe sass, bewältigte. Sie legte sich mit der ganzen Bauchfläche über ihre Beute, welche sie mit den gros- sen Saugfüsschen festhielt. Indem sie mit dem starken Mund- gerüst arbeitete, wurde die Echinometra allmählich umgekehrt, so dass die Bauchfläche der letztern ihr zugekehrt war. Dann zerbrach sie den Mundsaum der Echinometra und stülpte den Munddarm in das Innere der Echinometra hinein und sog die Schale fast völlig aus. k. GYMNASTERIAS (GRAY). 19. G. carinifera (Lam.). Perrier, » Revision des Stellérides", pag. 101. P. pe Lomror, »Catalogue raisonné”, pag. 67. Drei Exemplare (N°. 249) aus der Bai von Batavia. Die Tiere sind auf den hiesigen Riffen nicht selten, und leben zwischen den leben- digen und toten Korallenstücken. Im Aquarium erhalten sie sich längere Zeit ganz gut. Sie sind für Seesterne sehr schnell in ihren Bewegungen, da sie 14 c. M. in der Mi- nute zurücklegen können. Die Farbe ist am Rücken grünlich grau, der Bauch ist etwas heller, die Ambulacralfurchen orangerot. Dass die С. biserrata von у. Martens nur ein Jugendzustand der G. carinifera sei, wie Lorıor vermutet, scheint mir nicht Wahrscheinlich, da das von Martens beschriebene Tier von Flores am Ricken dunkelrot, am Bauche orange war, eine Farbe, welche weder bei den jungen noch bei den alten Exem- Plaren van G. carinifera jemals vorkommt, wenigstens nicht bei den zahlreichen ‚ von mir hier gesehenen Exemplaren. D. ASTERINIDAE. 1. AsTERINA (NARDO.). : NUR cephea (VALENCIENNES). PERRIER, „Revision des Stellé- rides“, pag. 955, P. pe Токто, »Catalogue raisonné”, pag. 69. Mehrere Exemplare (N°. 242) aus der Bai von Batavia. Es a) 508 gehört dieser kleine Seestern zu den gemeinsten Tieren auf den hiesigen Riffen, wo sie zu Hunderten zwischen den toten und auch wohl zwischen den lebendigen Korallenstücken ver- steckt leben. Wahrscheinlich ist also der Typus der A. cephea, welcher von Batavia stammt, identisch mit den von mir untersuchten Tieren. Da Zweifel darüber herrscht, ob die Asternia des westlichen Indischen Meeres und die von Batavia zu derselben Art gehören oder nicht, ist es nicht ohne Wert einige Eigentümlichkeiten der Bataviaschen Exemplare hervor- -zuheben, da diese doch die Prototypen der Art sind. Bei allen Exemplaren, welche ich untersucht habe, standen die kleinen Dornen auf den ventralen Platten (2—5) immer in einem Haufen, nie fächerförmig. Diese Stellung ist also keine individuelle Abweichung, wie Perrier vermutet, sondern ein konstantes Merk- mal. Auch das Verhalten der Furchenpapillen ist genau, wie es von Mutter und Твозсне. beschrieben wird, namentlich sind die 2 oder 5 äussern Stachelchen sehr kurz, zuweilen ganz rudimentär, die drei oder vier mittleren aber gleich lang. Auch dies scheint also auf einen kleinen Unterschied zwischen den Tieren aus dem westlichen Meere und denen von Batavia hin- zudeuten. Eigentümlich ist noch, dass die Dorsalplatten ausser den Dornen auf der Spitze, immer noch auf dem gemeinschalt- lichen Stamm ein oder zwei kleine, von den übrigen entfernte Dórnehen haben. Nur bei ganz kleinen Individuen waren diese noch nicht entwickelt. Auch die Farbe der Tiere ist mehr oder weniger variabel, aber niemals rot, wie die anderen zu oe scheinen. Gewöhnlich sind sie gelblich grün und bräunlich grau gefleckt. Zuweilen überwiegt aber das Grün, bei andern, aber seltener, das Braun so stark, dass die Tiere ganz grün oder braun erscheinen. Die Tiere verkriechen sich zwischen die ästigen Korallenstücke, wo sie sich sehr fest ansaugen und durch ihre Farbe nicht so leicht in die Augen fallen. № Aquarium erhalten sie sich lange Zeit gut und fressen qum Fleisch. — Ich besitze ein Exemplar mit 4 gleich grossen ` eins mit 6 Armen. d : VVV Die 509 Е. ASTROPECTINIDAE. m. AncHASTER (M. und Ть.). 21. А. typicus (M. und Ta.). Е. Perrier, » Revision des Stellé- vides”, pag. 265. Mehrere Exemplare (№. 240, 954, 575) aus der Bai von Batavia, von den Tausend Inseln im Java-Meer und von Mauritius. Die Tiere sind auf dem sandigen Strande der Korallen Inseln des Java-Meeres sehr gemein. Bei tiefer Ebbe fallen sie sogar trocken, halten sich sonst 1—5 Fuss unter Wasser. Immer sind sie mit einer dünnen Schicht Sand be- deckt, so dass die Stelle, wo sie liegen, nur durch den fünf strahligen Sandhaufen leicht zu entdecken ist. Sie leben ge- wöhnlich in grössern Gesellschaften beisammen. Die Farbe ist ein ziemlich helles Graugelb, die dunkleren graubraunen Flecken vereinigen sich zuweilen zu unregelmässigen Querbän- dern, bleiben aber auch öfters gesondert. Im Aquarium konnte ich die Tiere nur während einiger Monate am Leben halten. Sie bedecken sich sogleich mit Sand und kriechen, gewöhnlich nur des Nachts, langsam über dem Sande umher. n. Astropecten (M. und Tr). 22. А. squamosus (u. sp.). Körper mit fünf Armen. А. 48 № M. r=12 m. М. R. =5 г. Die Arme sind an der Basis 10 m. М. breit und verjüngen sich nach dem spitzen Ende zu allmählich. Die Furchenpapillen stehen in zwei Reihen, die innere hat sechs Papillen auf jeder Platte, die mittlere bei weitem an längsten. Die äussere Reihe nur zwei platte Papillen. Die 29 Ventralplatten sind ziemlich grob beschuppt. Alle pen decken einander dachziegelförmig und sind fast gleich 8198. Keine Stacheln oder grössere Schuppen ragen hervor. Am Rande trägt jede Bauchplatte einen starken, platten, etwa Schwertförmigen Stachel, welcher etwas nach der Armspitze zu bogen ist. Die zwei Bauchplatten in den Armwinkeln sind ЭГ schmal, und jeder trägt nur einen ganz kleinen Stachel. dorsalen Randplatten sind mehr hoch als breit, speciell die in 510 den Armwinkeln. Sie sind mit kleinen schuppenförmigen Granula bedeckt, welche am Rande fein gezähnt sind. Sie sind völlig unbewaffnet, auch ohne grössere Tuberkeln auf den dorsalen Rändern. Die Paxillen der Rückenfläche stehen in deutlichen Querreihen und sind ziemlich klein, die in der Mitte etwas grösser als die am Rande der Arme. Das Paxillenfeld ist auf der Mitte der Arme fast viermal so breit wie die dorsalen Randplatten. Die kleine Madreporenplatte ist weniger als ihr Durchmesser von den Randplatten entfernt. Farbe hellgrau, in Alkohol weiss. Ein Exemplar (No. 571) aus der Bai von Batavia, Schlamm- boden, 8 Faden. 25. A. javanicus (Lurken). Lurker, Vidensk. Medd. 1871, pag. 254. Perrier, »Revision des Stell", pag 285. Fünf Exenr plare (No. 245) aus der Bai von Batavia. Die Tiere stimmen genau mit der Beschreibung Less, Alle fünf hatten sie die Stacheln der Bauchplatten mit abgestumpften Enden. Ich besitze kein Exemplar mit langen spitzen Stacheln. Die Farbe der Tiere ist hell grau. Sie leben im Schlamm in einer Tiefe von 6—12 Faden. 24. A. polyacanthus. (M. und Tr.). Perrier, » Revision des Stell", pag. 275. Ein Exemplar (No. 257) aus der Bai "8 Batavia. Das einzige Exemplar, das ich besitze, ist nur klein, da der Armradius nur 15 m. М. misst. Das Tier stimmt к mit der Beschreibung, welche Малев und Troscuet für ihren A. polyacanthus geben, weniger mit A. hystrix (M. und Тв), welche beide Arten, nach Perrier, identisch seien. Ich bemerkt noch, dass die von Mutter und Tnoscnzr besonders erwähnte Eigentüwlichkeit für A. polyacanthus, dass auf der „weite, oft auch auf der dritten Platte, vom Grunde der Arme p Stacheln auf den dorsalen Randplatten fehlen, konstant > den fünf Armen meines Exemplares vorkommt. Auch Furchenpapillen sind genau, wie bei M. und Tr. 208% 511 25. А. pusillus (п. Sp.). Körper mit fünf Armen. В = 15 m. M., = 4ш. M. also В. — 5 г. An den Armen 17 Randplatten. Diese sind mit feinen, etwa schuppenförmigen Granula bedeckt, welche am Rande etwas mehr konisch werden. also mehr stachelartig. An den Rändern tragen die Bauchplatten zwei grössere, spitze Stacheln, von welchen der innere halb so lang ist wie der äussere. An den Spitzen der Arme und in den Armwinkeln kommen zwei viel kürzere, aber kräftigere Stacheln vor. Die Ambulacralplatten tragen zwei Reihen von Stacheln , die innere hat drei Stacheln, von welchen der mittelste der längste ОВ. Auch die äussere Reihe hat gewöhnlich drei Stacheln; zuweilen kommt aber noch ein kleiner hinzu. Auch hier ist der mittelste der längste. Die dorsalen Randplatten sind fein granuliert, ohne Веугай- mung, auch an den Rändern sind die Warzen nicht grösser oder schärfer zugespitzt. Sie greifen ziemlich weit auf die dorsale Körperseite über, so dass sie auf der Mitte der Arme last so breit sind wie das Paxillarfeld. Jede РахШе trägt am Rande sechs Granula, welche gleich gross sind; nur ist zuweilen eine beträchtlich kleiner. Im Centrum steht ein kleiner Dorn. Die Farbe der Tiere ist ziemlich. hell gräulich. Sie leben im Schlamm in einer Tiefe von 8-12 Faden. Ich besitze nur ein Exemplar (No. 609) aus der Bai von Batavia, Obgleich das Tier einige Ahnlichkeit mit A. javanicus besitzt, nämlich mit der Varietat, welcbe spitze Stacheln hat, so St es doch leicht von jener Art zu unterscheiden, durch die abweichende Bewaffnung der Bauch und Ambularalplatten und das Verhalten der dorsalen Randplatten. 26. А. macer (п. sp.). Der Körper mit fünf Armen, sehr Stark abgeplattet. Die Arme, an der Basis 12 m. M. breit, verjüngen sich allmählich nach der Spitze zu, ohne eine Spur 3 einer Anschwellung etwas von der Basis enfernt, wie eine he ; bei den von Perrier beschriebenen abgeplatteten Formen 512 vorkommt (A. Richardi, A. alatus und А. spatuliger). В. = 50 m. M., г. = 15 m. M. also В. = 55 г. Die Höhe be tragt nur 5 m. M. Die Arme sind schlank. Die Platten, welehe die Ambulacralfurchen begrenzen, tragen jede 7 Papillen, von welchen 5 etwa gleich lang, die zwei äussersten aber kürzer sind. Neben diesen verläuft eine Reihe fast viereckiger Plättchen, welche der ganzen Ambulacralfurehe entlang bis an die äusserste Spitze des Armes zu unterscheiden sind: Die ventralen Randplatten erreichen also die Ambula- eralfurchen nicht. Diese der Ambulacralfurchen entlang ver- | laufenden Bauchplättchen tragen an drei Seiten kleine Dörnchen, nur nicht an der Seite, wo sie an die Ambula- eralplättchen grenzen. Ausserdem kommen auf der Scheibe an der Bauchfläche, in jedem Dreieck zwischen den oben erwähnten Plättchen, neben den Furchen und den ventralen Randplatten, noch 20 oder 21 ziemlich regelmässig angeordnele Bauchplatten vor. Diese Platten tragen am Rande zahlreiche kleine Dörnchen oder Borsten, wie die Paxillen des Rückens, nur ist die centrale Scheibe viel grösser, und sind sie als riesige Paxillen zu betrachten. Die 56 ventralen Randplatten tragen zur Bildung der Ränder der Arme für etwa die Hälfte der Höhe bei. In den Winkeln der Arme sind sie länglich, auf der Hälfte der Arme fast viereckig. Sie sind nur mit sehr weit auseinander stehenden, sehr kleinen Wärzchen versehen. Nur an den Armrändern finden sich einige grössere Tuberkelchen, und in den Armwin- keln noch ein oder zwei spitze Stacheln. Alle diese Platten tragen am. Rande einen grössern platten Stachel, welcher aber sehr leicht abfällt. Ausserdem ist jede Platte noch an ihren Rändern, nach Art der Paxillen, mit kleinen Borsten weben Die dorsalen Randplatten sind ebenso zahlreich wie die per tralen, ohne Stacheln, aber fein granuliert. Die Granula werden nach dem äusseren Rande zu etwas gröber. Jede dieser phum - ist wieder, nach Art der Paxillen, am Rande von kleinen Dörnchen 1 umgrenzt. Auf der Mitte der Arme is! das Paxillenfeld ай VEM ы... i 515 Rücken nur wenig breiter als die Dorsalplatten. Die Paxillen haben eine mehr oder weniger ovale centrale Scheibe, welche etwa 19—14 Stachelchen trägt. Die, welche den Randplatten am nächsten liegen, bilden aber öfters Verbindungen mit ein- ander, wodurch ein festeres Skelett am Rande entsteht. Die - Madreporenplatte liegt dem Rande etwas näher als dem Centrum der Scheibe. Die Farbe ist weisslich, der Rücken etwas mehr gräulich, der Bauch und die Ränder fast ganz weiss. Sechs Exemplare aus einer Tiefe von 10 Faden aus der Bai von Batavia (No. 255), Schlammboden. Bei dem grössten Exemplar war R — 50 m. M., bei dem kleinsten В = 10 m. M. о. Lumia (Forges). 27. L. maculata (M. und Tr.). Perrier, »Revision des Stel- lérides”, pag. 258. Zwei Exemplare (No. 246) aus der Bai von Batavia, von dem Riffe bei der ersten Boje ausserhalb des — Hafens von Tandjong Priok. Das eine Exemplar stimmt genau mit dem von der Küste von Coromandel herrührenden, von Perrier beschriebenen. Die Paxillen sind deutlich viereckig. Das Tier ist aber achtarmig. Das andere hat neun Arme und stimmt, was die Form und Paxillen anbelangt, mit dem Perrier’ chen Exemplar von Batavia überein. . “Латино (Gray). Perrier „Revision des Stell.” Pag. 251. Vier Exemplare (N°. 241) aus der Bai von Batavia , aus einer Tiefe von 12 Faden, Schlammboden. Es gehören lese Tiere zu den gemeinsten Asteriden, welche auf dem ) 3 Schlammboden im Java-Meere leben, und sie sind auch ziemlich leicht im Aquaruim beim Leben zu halten. Sie kriechen sehr leicht und ziemlich behende mittelst der langen Stacheln über Schlamme, namentlich bei Nacht, indem sie am Tage . S wühnlich unter dem Schlamme versteckt ruhig liegen. Die von Perrier gegebene Beschreibung stimmt genau mit den ЈЕ Exemplaren aus der Bai von Batavia. aun, November 1888. NOTULEN VAN DE VERGADERINGEN DER KONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING IN NEDERLANDSCH-INDIE, GEDURENDE HET JAAR 1888. Vergadering der Directie, gehouden op 12 Januari 1888, Tegenwoordig zijn de Heeren Janssen van Raar, Dr. VAN DER Stok, Dr. Sturrer, Dr. Onnen, тех BnuwwELER, HERINGA , en Dn. іске. De Voorzitter opent de дави: waarna de Secretaris de notulen der vorige vergadering voorleest. Deze worden mel - eenige wijziging goedgekeurd en geteekend. I. Als lid wordt benoemd de Heer J. S. Bowes, Adminis- trateur der Pamanoekan en Tjiassem-landen , Soebing. II. Van de ledenlijst worden afgevoerd de Heeren А. КмоотЕ, Е. б. В. Mossou, J. Н. D. van рек Parm, Dr. W. Pauw, 6. A. Marca, G. H. Haasken, J. С. van Sense, F. G. С. Decent, Р. W. van Spark, en P. J. A. SPAAN. Ш. De Heer теу Ввоммегев, Thesaurier, legt rekening en rd verantwoording over omtrent het door hem in 1887 gevoe 3 515 geldelijk beheer. De President verzoekt de Heeren НЕевтусл en Onnen daaromtrent in de volgende vergadering verslag uit te brengen. IV, De Heer Dr. van per Stox biedt voor de bibliotheek aan een afdruk zijner verhandeling getiteld »Over den invloed der maan op de beweging der Declinatie-naald te Batavia”. V. De Heer Dr. Onnen, Redacteur, deelt mede, dat hij de geologische kaart, behoorende bij het verslag van den Heer Koorpers omtrent diens reis naar den Karimon-Djawa-archipel , ler inzage aan den Heer Dr. Укввеек heeft toegezonden. Deze kaart was reeds op steen gebracht. De Heer Увквкек nu heeft gaandeweg deze kaart geheel overgeteekend, zoodat de oude steen niet meer te gebruiken is. De Heer Onnen vraagt nu toestemming deze nieuwe kaart op nieuw te laten lithographeeren; de kosten van een en ander zullen 7 181.50 bedragen. De gevraagde toestemming wordt verleend. VI. Wordt besloten in de volgende maand een algemeene Vergadering van de Leden der Kon. Nat. Vereeniging te houden. De Voorzitter wenscht daarin zijn verslag over het afgeloopen jaar 1887 uit te brengen, terwijl verder, met het oog op de noodzakelijkheid van het herdrukken van het reglement, over eenige noodzakelijk aan te brengen wijzigingen in dat reglement zal kunnen worden beraadslaagd. Goedgekeurd in de Vergadering van 9 Februari 1888. Janssen van Raay, Voorzitter. Ficee, Secretaris. Algemeene Vergadering van de Leden gehouden op 8 Februari 1888. | Behalve de leden van het Bestuur waren geen gewone leden OP deze vergadering verschenen. I 316 De Voorzitter opent de vergadering en, nadat de notulen der vorige algemeene vergadering zijn voorgelezen , brengt hij zijn verslag uit over den toestand der Vereeniging over het afge- loopen jaar. Hierna gaat men over tot het herzien der Wetten, welke ten slotte als volgt worden vastgesteld. WETTEN. VAN DE KONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING IN NEDERLANDSCH-INDIE. Art. 1. Het doel der Koninklijke Natuurkundige Vereeniging in Ne- derlandsch-Indié is werkzaam te zijn tot bevordering der natuurwetenschappen in den uitgebreidsten zin. De zetel der Vereeniging is te Batavia. Art. 2 De Vereeniging bestaat uit Bestuursleden, Eereleden. Cor- respondeerende leden, Gewone leden en Donateurs. Art. 5 Bestuursleden worden door het bestuur zelf bij meerder- heid van stemmen uit de in de Residentie Batavia aanwezig® eere- of gewone leden gekozen. Een bestuurslid, de Batavia met der woon verlatende, treedt als zoodanig af, doch treedt weder op wanneer hij zich op nieuw in de Residentie vestigt. Residentie ~ = FP Пред ( 3 517 Het aantal bestuursleden bedraagt minstens twaalf. Art. 4. Tot Eereleden kunnen worden benoemd personen die zich in de natuurwetenschappen of jegens de Vereeniging verdien- stelijk hebben gemaakt. Art. 5. Tot Correspondeerende leden kunnen benoemd worden per- sonen, buiten Nederlandsch-Indié woonachtig, die zich een gevestigden naam in de natuurwetenschappen hebben ver- worven en welker benoeming aan den bloei der Vereeniging bevorderlijk kan zijn. De Correspondeerende leden in Nederland en die in het buitenland vormen afzonderlijke categoriën, die uit niet meer dan 50 personen mogen bestaan. Art. 6. Tot gewone leden zijn benoembaar alle personen, die zich lot een jaarlijksche bijdrage van fwaalf gulden verbinden. At. Y; Donateurs zijn alle personen, die zich tot een jaarlijksche bijdrage van vijftig gulden verbinden. Art. 8. Alle leden worden door het bestuur henoemd en ontvangen en diploma voorzien van het zegel der Vereeniging en door den Voorzitter , den Onder-voorzitter en den Secretaris onder- end, dis mede ееп exemplaar der wetten en van den Catalogus der boekerij van de Vereeniging. 518 Art. 9. In de laatste bestuursvergadering van elk jaar kiezen de Bestuursleden voor het volgende jaar uit hun midden een Voorzitter, een Onder-voorzitter, een Secretaris, een Penning- meester, een Bibliothecaris en een Directeur van het Museum. Art. 10. De Voorzitter leidt de werkzaamheden in de vergaderingen. In de algemeene vergadering van Februari wordt door den- gene, die in het afgeloopen jaar Voorzitter is geweest, een verslag van de werkzaamheden en den toestand der Vereeniging gedurende dat jaar uitgebracht. Art. 11: Bij ontstentenis of verhindering van den Voorzitter wordt hij door den Onder-voorzitter vervangen. Bij ontstentenis of verhindering van dezen treedt het oudste Bestuurslid in benoeming in zijn plaats. Ark 19. De Secretaris is belast met het houden der notulen van alle vergaderingen, met de briefwisseling, met uitzondering van die, welke uit den aard der zaak aan de andere functionarissen moet worden overgelaten, en met de bewaring van het archief. Bij ontstentenis of verhindering wordt hij door het jongste Bestuurslid in benoeming vervangen. Art. 15. + 4 | oor Alle gewichtige stukken worden, namens het Bestuur do? den Voorzitter en den Secretaris onderteekend. Art. 14. De Penningmeester heeft het beheer der geldmiddelen: hij | 519 zorgt voor het innen der aan de Vereeniging toekomende gel- den en voor het doen van betalingen. Hij dient in de besluursvergadering van Januari eene ver- antwoording van zijn beheer over het afgeloopen jaar in, onder overlegging van alle daarop betrekking hebbende stukken. Deze verantwoording wordt door een commissie van twee door den Voorzitter aan te wijzen Bestuursleden onderzocht en bij goed- keuring onderteekend. De goedkeuring der verantwoording strekt den Penningmeester tot kwijting. De verantwoording ligt in de algemeene vergadering van Februari ter inzage voor de leden. Art. 15. De Redacteur is belast met de redactie en met de zorg voor de uitgave van het Tijdschrift der Vereeniging. Hij ontvangt van het Bestuur de tot plaatsing in dat Tijd- schrift bestemde stukken. Art. 16. De Bibliothecaris is belast met het beheer der Boekerij en met de verzending van het Tijdschrift. Hij houdt doorloopende aanteekening van alle inkomende boeken , kaarten, teekeningen enz. en van de wijze waarop tij in het bezit der Vereeniging gekomen zijn, en voorziet alle op het titelblad van het zegel der Vereeniging. Tot het aankoopen van boeken enz. is de machtiging van het Bestuur noodig. De Bibliothecaris zorgt voor het bijhouden van den catalogus der boekerij, en brengt in de bestuursvergadering van Januari over den toestand van deze verslag uit. Art. АЛ. De Directeur yan het Museum is belast met het beheer van alle daarin behoorende voorwerpen. 520 Hij houdt aanteekening van alles wat van dien aard inkomt en van de wijze waarop het in het bezit der Vereeniging ge- komen is, en zorgt voor het bijhouden van den catalogus van het Museum. In de bestuursvergadering van Januari brengt hij over den toestand van het Museum verslag uit. Art. 18. Door het Bestuur wordt een Tijdschrift uitgegeven , waarvan jaarlijks minstens een deel, zooveel mogelijk in vier afleveringen verschijnt. Het verslag van den Voorzitter, de verantwoording van den Penningmeester en de notulen der bestuurs- en algemeene ver- gaderingen worden in dat Tijdschrijft opgenomen. Omtrent het opnemen van andere stukken beslist het Bestuur. Stukken die niet geplaatst worden, blijven ter beschikking van de inzenders, Alle Leden en Donateurs der Vereeniging ontvangen het Tijd- schrift kosteloos, terwijl het overigens bij inteekening tegen J 10 per deel verkrijgbaar wordt gesteld. Art. 19. leder heeft het recht om aan het Bestuur voorstellen 16 doen of inlichtingen te vragen over ouderwerpen van natuur- wetenschappelijken aard. Het Bestuur neemt die voorstellen in overweging en gelt, zoo mogelijk, de gevraagde inlichtingen. Vordert het een of het ander uitgaven, dan komen deze in den regel ten laste van de voorstellers. Art. 20. Alle Leden en Donateurs bebben vrijen toegang tot de Boe- kerij en het Museum. Zij kunnen tegen ontvangbewijs boeken ter leen ontvangen, doch zijn voor verlies of beschadiging daarvan aansprakelijk. Art. 21. Het Bestuur houdt eenmaal 5 maands vergadering. Alle Leden en Donateurs kunnen deze vergaderingen bijwonen. AfL. 99: In de maand Februari van elk jaar wordt een algemeene vergadering gehouden ‚ waartoe alle Leden en Donateurs door aan- kondiging in de te Batavia verschijnende dagbladen worden uitgenoodigd. ; Bovendien is het Bestuur verplicht telkens een algemeene Vergadering te beleggen, wanneer bijzondere omstandigheden dit wenschelijk maken, of minstens zes leden het onder opgave van redenen vorderen. Art. 2». In alle vergaderingen beslist de volstrekte meerderheid van S stemmen. Bij staking der stemmen beslist de Voorzitter. Art. 94, In deze wetten kunnen slechts in de bij het eerste lid van art. 22 bedoelde algemeene vergadering veranderingen worden gemaakt. De voorstellen daartoe ‚ die niet van het Bestuur uitgaan , moeten voor den 192 Januari aan het Bestuur worden gedaan. Art. 25. De huishoudelijke aangelegenheden der Vereeniging worden door het Bestuur afzonderlijk geregeld. Aldus vastgesteld in de algemeene vergadering van den 97" "uar 1888. + Februari .. Wordt besloten aan Zijne Excellentie den Gouverneur- Generaal te verzoeken de aldus gewijzigde wetten der Ver- eeniging goed le keuren. Hierna sluit de Voorzitter de algemeene vergadering. Goedgekeurd in de Vergadering van 8 Maart 1888. JANSSEN VAN Raay, Voorziller. Jop. Herinca, waarn. Secretaris. Vergadering der Directie, gehouden op 9 Februari 1888. í * .. ~ Tegenwoordig zijn de Heeren Janssen van Raay, Dn. v. n. STOK, Dr. Kroos, Dn. Зилитев, Вогљахр, Dr. Оххех, теу BRUMMELEN, Herısca en Dr. Ficer. Na opening der vergadering worden de notulen der vorige vergadering gelezen, goedgekeurd en geteekend. I. De Voorzitter deelt mede dat de Honorair-Beschermheer der Vereeniging, Mr. А. J. Duymaer van Twist, Minister van Staat enz., enz., den 5°" September 1887 overleden is, ge reeds namens het Bestuur een schrijven van rouwbeklag de weduwe is gezonden. II. Tot leden worden benoemd de Heeren: В. ЁррьЕ, Inspecteur bij den Post- en Telegraafdienst, | Batavia. P. H. van per Кемь, Secretaris van het Departement vat 0. Е. еп N., Batavia. С. H. W. Linck, Werktuigkundig ambtenaar, Padang. J. N. van per Рум, Particulier, Malang. Е. VEnsTYNEN, chef van den Kadastralen Dienst, Balavit. L. Visser, Hoofdonderwijzer, Bangkalan. Ш. De Voorzitter deelt mede, dat hij van van der gebouwen een opgaaf heeft ontvangen van de kosten " — het oververwen der gebouwen. den Directeut | 525 Deze zullen bedragen / 1059 voor het hoofdgebouw, en | f 648 voor de localen, thans in gebruik afgestaan aan den Heer Becx. De vergadering vindt het wenschelijk deze werkzaamheden over twee jaar te verdeelen. De Voorzitter neemt op zich dit aan den Directeur der ge- bouwen mede te deelen. IV. De commissie, ‚aan welke in de vorige vergadering werd opgedragen het nazien van de Rekening en Verantwoor- ding van den Penningmeester, brengt verslag over haar werk- zaamheid uit. Ben en ander werd accoord bevonden, en de Penningmeester dientengevolge over het afgeloopen boekjaar gedechargeerd. у. Ор voorstel van den Voorzitter wordt besloten der commissie, bestemd tot het wetenschappelijk onderzoek der Key-eilanden, de diensten der Vereeniging aan te bieden. VI. Wordt gelezen een circulaire van den Directeur van | 0. E. en N., waarbij verzocht wordt de bijdrage voor het koloniaal verslag zoo spoedig mogelijk te willen indienen. Den Secretaris wordt opgedragen hiervoor zorg te dragen. ҮШ. Wordt gelezen een schrijven van de №. I. Maatschappij van Nijverheid en Landbouw, waarin de wenschelijkheid wordt 10084 om in de vergaderkamer aan een vierkante met groen laken bekleede tafel aan te zitten, en waarbij wordt voorge- steld zulk een tafel aan te schaffen. De Voorzitter deelt mede dat hierop bereids geantwoord is, dat tegen de aanschaffing daarvan bij het Bestuur der К. №. У. seen bezwaar bestaat. VIH. De Voorzitter deelt mede, dat het aantal correspon- deerende leden in het Buitenland onvoltallig is, en verzoekt deù Heeren Besturende Leden te willen nagaan welke geleerden hiervoor in aanmerking zouden kunnen komen. M. De Heer Dr. van per Ѕток had gemeend dezen avond 5 ‘enige bedenkingen in het midden te brengen tegen eenige punten _ ME s Heeren Bon Asp jongste verhandeling, in het Tijdschrift 524 opgenomen. Met het oog op het vergevorderde uur wil hij dit echter liever tot een volgende vergadering uitstellen. Daar er niets meer aan de orde is, sluit de Voorzitter de vergadering. Goedgekeurd in de Vergadering van 8 Maart 1888. JANSSEN van Raay, Voorzitter. Jop. Herinca, waarn. Secretaris. Vergadering der Directie, gehouden op 8 Maart 1888. Tegenwoordig zijn de Heeren bestuursleden Janssen vas Raar, Dm. vay per Srox, TEN Brommeren, Dm. Зылтев, Da. Onnen, Dm. CRETIER, Bot Asp. ‘HARDEMAN en Hensen, en het gewoon lid de heer Gnrssmor. Na opening der vergadering verzoekt de Voorzitter den heer ‚ Невтувл om dezen avond het secretariaat waar te nemen dewijl de Heer Dr. Есек wegens ziekte afwezig is. De notulen der vorige algemeene en bestuursvergadering worden daarop gelezen en goedgekeurd. Komt ter tafel: L Een schrijven van den eenigen nog in leven zijnden 0p- richter der Vereeniging, den Heer Corneris DE Groot dd.’s Graver hage den 17° December 1887, waarbij wordt aangeboden een boekwerk met atlas » Herinneringen aan Bliton t 9 f Wordt besloten den Heer pr Groot voor zijn belangrijk A werk den dank der Vereeniging te betuigen. ^ H. Een schrijven van het Bestuur der Ned. Indische Maat schappij van Nijverheid en Landbouw, dd. 25° Februart 1888 N°. 584, ter aanbieding van een brief van het Bestuur мн uitkeeringsfonds » Help u zelf”, dd. 20 Februari 1888 N°. 4, | ; -pruikte waarın verzocht wordt, onder vergoeding van het ec. liehtgas, eenmaal’s maands kostelooze beschikking 0 vergaderzaal der Vereeniging. 525 Wordt besloten op grond, dat het af- en aanrijden op het erf der Vereeniging den bewoners der verhuurde bijgebouwen hinderlijk is, dit verzoek niet toe te staan en van dit besluit aan de besturen van de genoemde Maatschappij en van het uitkeerinesfonds » Help u zelf” kennis te geven. Ш. Een schrijven van den Secretaris der N. I. Commissie _ wm het Jubileum Prof. Doxpers, verzoekende bericht op de . loegezonden inteekening-lijst. Besloten daarop te berichten. IV. Wordt op voorstel van den Voorzitter besloten het сог- _ Pspondeerend lid der Vereeniging den Hoogleeraar Donners, bij de aanstaande viering van zijn zeventigsten verjaardag en 40-jarig professoraat een schrijven van belangstelling en waar- deering namens de Vereeniging te zenden. De Voorzitter deelt mede, dat het nieuwe reglement bereids ter goedkeuring aan de Regeering is aangeboden. VI. Met algemeene stemmen wordt tot buitenlandsch corres- pondeerend lid der Vereeniging benoemd de heer S. Т. LANGLEU , Secretaris der Smithsonian Institution te Washington. VIL Tot gewone leden worden benoemd de Heeren: В C. BAKHUIZEN van DEN Brink, Inspecteur van Financiën de Semarang. 1. B. F. M. Bercer, Officier van gezondheid te Semarang. Н. К. J. vax рех Виѕѕсне, Officier van ` Gezondheid te | Semarang. G. Норрвхвтерт, chef der firma Guwprich en Strauss, te | Weltevreden. Н. КоркввЕвс , mijningenieur ор Bangka. А, Lüssers, Officier van Gezondheid 2° klasse te Weltevreden. J. van Kwawecen, onderwijzer aan de school tot opleiding Yan Dr. Djawa te Weltevreden. А. У. vay Os, Secretaris der Residentie Benkoelen. А. Stove, kantoorchef van het post- eu telegraafkantoor le Padan ng. La Fano, 2° Luit. der Infanterie, Postcommandant te Nanga Pinoh. 526 УШ. Van de ledenlijst worden gevoerd de Heeren: L. С. Согрехнове, E. Н. Нкимис, D. Lucassen, vertegen. woordigende de vereeniging van Tegalsche suikerfabriekanten, J. М. Бомвуугхскк еп N. А. Воил. IX. Daar niemand anders te voren het woord verlangt, ver- leent de Voorzitter dit aan Dr. van per Зток, ter bespreking van het stuk »Schijn en wezen” van den Heer Bot ven, ge- plaatst in de 5° afl. van DI. XIVII der Vereeniging. De belangrijke discussie, die zich daarna tusschen genoemde heeren ontwikkelde, werd eerst door het vergevorderde uur afge- broken, waarop de vergadering door den Voorzitter werd gesloten. i Goedgekeerd in de Vergadering van 12 April 1888. Janssen van Raay, Voorzitter. Ficer , Secretaris. Vergadering der Directie, gehouden op : 12 April 1888. Tegenwoordig zijn de Besturende Leden Janssen van Raar, Dr. van рек Stox, Тех BRUNMELER , VoRDERMAN, Dr SLUITER, Dr. Onnen, HARDEMAN, Bot Asp еп Dr. Fuere, en de gewone Leden Mr. N. P. van деу Bere, Dn. Eykman, SCHEFFER en VAN Есеке. De Voorzitter opent de vergadering, waarna de notulen der vorige vergadering worden gelezen, goedgekeurd en geteekend. I. Tot gewone Leden worden bevoerd de Heeren: H. D. Mac биллүвү, administrateur van Djati Roenga. Henri VoonwEMAN, administrateur te Amoarawa. J. В. Ншвехет, spoorweg-ingenieur te Batavia. | J. B. Kaurschuun, gouvernements-onderwijzer te Batavia. Dr. H. J. E. Perren, geneesheer te Batavia. H. Van de ledenlijst worden gevoerd de Heeren: is | E. Кий; А. А. Bruyn, А. L. ул me ial : HARTMANN, en 0. Doren, terwijl wordt aangeteeken цаг de Heer Mr. С. S. Buys Barror Indië tijdelijk- heeft ver 2. ТАНАУ РРО РЕ ENT СУТ Е Е har a 327 III. De vergadering benoemt met algemeene stemmen tot ` dirigeerende Leden de Heeren Dr. С. Eykman, Directeur van het Laboratorium voor Bactereologie en Path. Anatomie en 1. W. Е. J. van Еске, Onderdirecteur van die zelfde inrichting. Beide Heeren, ter vergadering aanwezig, verklaren deze benoeming aan te nemen. IV. Wordt gelezen een gedrukte briefkaart van den Heer T. А. Ехкілав van Guericke, waarin yordt voorgesteld om het Tijdschrift der Vereeniging te ruilen tegen het door dien Heer geredigeerde dagblad »de Morgenpost.” Wordt besloten den Heer Guericke te antwoorden: dat het Bestuur der K. N. V. in deze ruiling niet wenscht te treden. V. Wordt gelezen een schrijven van de Veeartsenijkundige Vereeniging in N. I. om het door die Vereeniging uitgegeven tijdschrift tegen het Tijdschrift der К. №. У. te ruilen. Wordt besloten aan bovengenoemde Vereeniging te antwoorden lat het Bestuur der K. N. V. gaarne met haar in ruil wil Џ VI. Wordt gelezen een schrijven van dankbetuiging van den luitenant ter zee Posrnumus Meyes, lid van de commissie lot het natuurkundig onderzoek van de Key-eilanden, voor de aan die commissie bij haar aankomst in N. 1. aangeboden hulp. VI. Wordt gelezen een schrijven van den Heer K. N. MAURENBRECHER , waarbij voor het Tijdschrift wordt aangeboden се verhandeling over Tijdsbepaling. Wordt besloten den Heer Mavrensrecuer te antwoorden dat het der Directie voorkomt dat het stuk, zoo als het daar ligt, Voor het Tijdschrift minder geschikt is, dat echter het eerste deel, mits omgewerkt en verkort, in het Tijdschrift zou kunnen Worden opgenomen. Heer Fiere vertoont naar aanleiding hiervan, het zeer Sehvoudige instrument, dat door den Heer MAURENBRECHER is uitgedacht om de zonshoogte, en daarmede den tijd te bepalen , en wijst aan hoe dit geschieden kan. Tegelijkertijd vertoont S de Heer Freer een dergelijk instrumentje door den Heer D. Goos, 528 rekenaar bij het Observatorium uitgedacht, waarop direct de tijd wordt afgelezen uit de plaats waar de schaduw valt van een scherpen rand. Aan den aldus afgelezen tijd moeten nog correctiën worden aangebracht, die van het uur van den dag en van den tijd van het jaar afhankelijk zijn, welke correctién te vinden zijn in een boekje door genoemden Heer uitgegeven. Vergelijkingen van dit instrumentje met het standaard-horloge van het Observatorium deden blijken, dat hiermede de tijd, wanneer men een tiental bepalingen neemt, zeker tot op een minuut na nauwkeurig kan worden bepaald. Hetzelfde kan ook van het instrument van den Heer Маовехвкеснев gezegd worden. Deze werktuigen zijn dus zeer geschikt om gebruikt te worden door personen in het binnenland. ҮШ. De Heer Вотллхо wenscht in de volgende vergadering een voordracht te houden. Hiertegen bestaat bij de ter ver- gadering aanwezige Leden geen bezwaar. | IX. De Heer Dr. Onnes vertoont een grooten ijzeren cylinder, die met vloeibaar koolzuur is gevuld, afkomstig van de Bataviasche bierfabriek. De buis werd zoo geplaatst dat bij het openen der kraan de vloeistof, voortgedreven door een drukking van ongeveer 70 atmospheren, uit de opening stroomde. De vloeistal_— werd opgevangen in een flanellen zakje. Door de snelle ver.“ damping en de daarmede gepaard gaande absorptie van warmte : ging de opgevangen stof over in den vasten agregatietoestand. Dit vaste koolzuur, dat zich zeer gemakkelijk liet behandelen. werd met aether gemengd, waarbij een zeer lage temperatuur ontstond. Een hoeveelheid kwik, in dit mengsel gebracht bevroor terstond. Na afloop dezer proefnemingen sluit de Voorzitter de ver gadering. Goedgekeurd in de Vergadering van 24 Mei 1888. Janssen van Raar, Voorzitter. Ficer, Secretaris. ^ i | | | | j 529 Vergadering der Directie, gehouden op 24 Mei 1888, Tegenwoordig zijn de Besturende leden de Heeren Janssen van Raay, Dn. v. p. Ѕток, Dr. SLUITER, VAN Евске, HERINGA, Dr. Onnen, Dr. Kroos, HARDEMAN, Вогљахр, TEN Вкоммесев en Dr. Piere, een groot aantal gewone leden en een dame, benevens Dr. Borrtace, uit Leiden. Nadat de Voorzitter de vergadering heeft geopend houdt de Heer Волар de aangekondigde voordracht »Over de vormen der waarneming”, Motto: » Wir haben es nur mit unseren Vor- _Sellungen zu thun”, waarvoor de Voorzitter hem na afloop, ET len dank der vergadering betuigt, waarmede deze, blijkens het applaus, ten volle instemt. Hierna worden de notulen der vorige vergadering gelezen, en па eenige wijzigingen goedgekeurd en geteekend. L Tot gewone leden worden benoemd de Heeren: Н. C. F. Bixuvis, 5° commies bij Financiën, Batavia. H. M. ia CHAPELLE, referendaris ter Algemeene Secretarie te Buitenzorg. W. H. J. Кеџснекш 5, makelaar te Batavia. P. Коквоко, arts te Probolinggo. C. J. Кок ре Jone, leeraar H. B. S. te Semarang. H. E. vay LEYDEN, apotheker te Batavia. Dm J. G. C. W. van Nooren, leeraar H. B. S. te Soerabaija. C. А. Pennine, veearts te Batavia. H. Van de ledenlijst worden afgevoerd de Heeren: ` VAN Bocker, А. Sroop, К. L. van ScHOUWENBURG en J. van BENESSE. ? Ш. De Voorzitter verzoekt den Heer Dr. Твесв, die uit Ne- | derland is teruggekeerd, wederom als Dirigeerend Lid zitting у Ж Willen nemen. De Heer Trevs verklaart zich hiertoe gaarne 22 550 IV. Met eenparige stemmen worden benoemd tot Dirigeerende Leden de Heeren: Dr. Maurits Gresnorr еп J. С. Тн. Scherrer, beiden te Batavis. V. De Voorzitter constateert met leedwezen het overlijden van het Buitenlandsch Correspondeerend Lid der К. N. У. den Heer N. pe MicLucno-MaclAv. VI. Ter tafel komt: 1°: een door den Directeur van het observatorium aangeboden stuk voor het Tijdschrift van den Heer A. Runce over den waterstand van de Bedagei-rivier ge- durende het jaar 1887. Dit wordt gesteld in handen van den Secretaris ter verdere behandeling. | 2° Een stuk voor het Tijdschrift van den Heer Evciw: Пиво, te Padang, getiteld: Over de wenschelijkheid van een onderzoek naar de diluviale fauna van Ned.-Indië, in het bijzon- der van Sumatra. 5 Daar de Heer SLurrer een zeer gunstig oordeel over dit stuk uitspreekt, wordt tot opneming in het Tijdschrift besloten. УП. Komt ter tafel een missive van het Gesellschaft zw Verbreitung wissenschaftlicher Kenntnisse in Baden bei Wien, mar in wordt voorgeslagen de wederzijdsche publicatiën te ruilen. Hiertoe wordt besloten. | VIII. Wordt gelezen een schrijven van het Bestuur der Société Malacologique de Belgique, waarin wordt medegedeeld dat de K. N. V. door tusschenkomst van den Heer Tum | ontvangen de compleete verzameling der Annalen van die Ver- eeniging (20 deelen in 8? met platen). Genoemd bestuur ve" zoekt hiervoor in ruil te mogen terug ontvangen de publicatién onzer Vereeniging. De Heer Souen deelt mede dat hieraan reeds vroeger арг hem is gevolg gegeven; er wordt dus besloten den Bibliotheca te verzoeken aan genoemd Bestuur den dank der Vereenigitg voor deze omvangrijke schenking te willen doen toekomen. я: IX. Wordt voorgelezen een schrijven van den Heer Tus Lid der Akademie van Wetenschappen te Amsterdam. | | | Mët лама Р” 551 Daarin wordt medegedeeld dat in Nederland is opgericht een »Commissie lot bevordering van het natuuronderzoek der Ned. Koloniën”. Een permanent comité uit die Commissie, eenigermate als dagelijksch bestuur werkzaam, bestaat thans uit de Heeren Prof. Pexetnarine (Voorzitter), Prof. Husrecur, Prof. Manrix, Mr. Serrurier, en Prof. Kan, Secretaris. De Commissie stelt zich ten doel het natuurwetenschappelijk onderzoek — in den ruimsten zin genomen — der Nederlandsche Koloniën door Nederlanders, zooveel mogelijk te bevorderen. Rekeat de Commissie samenwerking tusschen genootschappen, instellingen en deskundigen, in het Moederland gevestigd , voor bereiking van haar doel noodig, geheel onmisbaar acht zij een voortdurend overleg met Vereenigingen en deskundigen in de kolonie zelve. Den Heer Trevs werd opgedragen bij zijn terugkeer in Java het noodige te verrichten om dit zoozeer gewenschte, voort- durende overleg, op de beste wijze te verkrijgen. grond van dit mandaat noodigt de Heer Treus het Bestuur der К. N. У. uit een tweetal gedelegeerden te benoemen , ten einde — met gedelegeerden van andere Genootschappen — ten bijeenkomst met hem te houden. In deze bijeenkomst kunnen dan, na uitvoeriger mededeelingen, door den Heer Treue te doen, middelen worden overwogen, om tot samen- werking met de Commissie in het moederland geconstitueerd , te geraken. | Nadat dit schrijven door den Heer Treve nog nader was toegelicht, ook naar aanleiding van eenige gedane vragen, Werden op voorstel van den Voorzitter, tot gedelegeerden benoemd de Heeren vay per Srox en SLUITER. Daar er verder niets meer aan de orde is. sluit de Voor- zitter de vergadering. Goedgekeurd in de vergadering van 14 Juni 1888. Janssen van Raay, Voorzitter. Puert. Secretaris. 552 Vergadering der Directie, gehouden op 14 Juni 1888. Tegenwoordig zijn de Heeren Janssen van Raay, Dr. vay DER Stok, SCHEFFER, Dn. Kroos en Dr. Есек. De Heeren Gresnorr еп Trevs hebben bericht gezonden, dat zij de vergadering niet kunnen bijwonen. De Voorzitter verwelkomt den Heer Scurrrer, die voor het eerst als dirigeerend Lid zitting neemt; hierna opent hij de vergadering en worden de notulen der vorige vergadering na lezing goedgekeurd en geteekend. I. Tot gewone leden worden benoemd de Heeren: Dr. A. J. Cremer, officier van gezondheid 2° klasse te Bandar en J. С. van ScunavENDux , houtvester van Tegal en Cheribon te Tegal. II. Van de ledenlijst worden afgevoerd de Heeren H. J. М. Baumann en J. nr Воот. Ш. Wordt voorgelezen het extract uit het Register der Be- sluiten van den Gouverneur-Generaal van Ned. Indië №. 4 dd. 17 Mei 1888, waarbij wordt gearresteerd de ordonnantie ter goedkeuring der in de algemeene vergadering van den 9° Fe- bruari gewijzigde wetten der Kon. Nat. Vereeniging in N. I. Wordt voorgelezen беп missive van het Bestuur der afdeeling Nederlandsch Indië van het Koninklijk Instituut van Ingenieurs N°. 17 dd. Juni 1888 waarbij worden aangeboden een tiental exemplaren van een prijsvraag voor een handleiding der Bouwhygiène voor Ned. Indië, met verzoek die onder de daarin vermoedelijk belangstellenden onder de Leden der К, М. У. te verspreiden. : Den secretaris wordt opgedragen hiervoor zooveel mogelijk zorg te dragen. | V. De Heer van рєк Srok deelt mede, dat hij in de vl gende vergadering een lezing wenscht te houden „Over den duur van de omwenteling der zon om haar ds“. a VI. De Heer van per Ѕток deelt mede dat de Commissie, waartoe in de vorige vergadering de Heeren vAN DER бток en FFC 4) APRES SEES de НС | | | | | 555 Зилтев, als gedelegeerden der Kon. Nat. Vereeniging werden benoemd, een vergadering heeft gehouden, en dat uit de daarin gevoerde besprekingen de wenschelijkheid is gebleken om meer- dere malen te zamen te komen. In die vergadering werd dan ook besloten, dat de Leden dier Commissie eenmaal 's maands zouden vergaderen. Diensvolgens worden “de Heeren van per Srok en SLUITER, op hun verzoek, in hun delegatie geperpetueerd. ҮП. De Voorzitter wenscht den Secretaris geluk met diens benoeming tot honorair Lid van het Genootschap » Natura Artis Magistra” bij gelegenheid van het 50-jarig bestaan van dat Genootschap. Daar er verder niets te behandelen is, sluit de Voorzitter de vergadering. Goedgekeurd in de vergadering van 12 Juli 1888. Janssen van Raar, Voorzitter. Есе, Secretaris. Vergadering der Directie, gehouden op 12 Juli 1888. Tegenwoordig zijn de Heeren Janssen van Raay, Dr. van DER Зток, Dr. Treue, Dn. GurrELING , Dn. Kroos, Вв. Gresuorr , Dr. SLUITER, VAN Екске, Dr. Onnen, SCHEFFER, BOLLAND, TEN BRuMMELER , Herinca en Dr. Fıser, benevens een aantal gewone en der Vereeniging en eenige Dames. De Voorzitter opent de vergadering en verzoekt den Heer m VAN DER Ѕток, te willen overgaan tot het houden der aange- Ondigde voordracht „Over den duur der omwenteling van de zon om haar аз. x Deze lezing zal in het Tijdschrift opgenomen worden. Nadat de spreker geeindigd had, werd hem door den Voor- zitter я : tter de dank der vergadering betuigd. 554 Hierna verwelkomt de Voorzitter den Heer Dr. Gresnorr, die voor het eerst als Bestuurslid zitting neemt. | I. De notulen der vorige vergadering worden na lezing goedgekeurd en geteekend. H. Tot gewone Leden worden benoemd de Heeren: . J. Duuveraar , onderwijzer te Batavia. Е. ten Hones, chef exploitatie S.S. te Soerabaija. D. тех Bosch, 1° luitenant infanterie te Weltevreden. ЈАРІКЅЕ, onderwijzer te Serang. . А. Кіквке, kontroleur 1° klasse te Segerie. W. L. Messer, adj. insp. financiën te Semarang. Хетвснев, Inspecteur van financiën te Padang. Н. Op ре cour, leeraar Н. B. S. te Semarang, en Mejullr. V. van DER Praars, directrice der meisjes Hoogere Burgerschool te Batavia. HI. Van de Ledenlijst worden afgevoerd de Heeren 6. М. Wıcman, Brogwuanp, Lipo, Woestnorr, ВиүАМК, с. J. Sura, W. С. Groos, А. ре Bruun, Du. J. Ripert. IV. Tot dirigeerend Lid wordt benoemd de Heer Dr. W. Bunck, te Buitenzorg. V. Tot Buitenlandsch correspondeerend Lid wordt benoemd de Heer HERMANN Graar von Sous Lausach te Straatsburg. VI. Da. Sen deelt mede dat, blijkens een door hem ontvangen schrijven, Professor Enters, te Göttingen voor Om tijdschrift wil afstaan de beschrijving der Anneliden uit de Baal van Batavia, hem door Dr. Srurrer toegezonden, en in alr sluiting daaraan de beschrijving der door den Heer Dr. Brock op Java verzamelde Anneliden. Dit aanbod wordt door de vergadering dankbaar aanvaard. Daar er niets meer aan de orde is sluit de Voorzitter vergadering. V „r ОА Ар эсэн E Goedgekeurd in de vergadering van 9 Augustus 1888. JANSSEN van RAAY, Voorzitter. Fiege, Secretaris, Е Е 2 555 Vergadering der Directie gehouden op 8 Augustus 1888. Tegenwoordig zijn de Heeren: Janssen van Raar, Dr. van DER Srok, Dr. Gresnorr, Dr. біллтев, Mr. PIEPERS, TEN BRUMMELER, Scherrer еп Dr. Ficee. De vergadering wordt bijgewoond door Professor Мах Weser van Amsterdam. De notulen der vorige vergadering worden gelezen, goed- gekeurd en geteekend. 1. Tot leden worden benoemd de Heeren: А. J. тех Brink, leeraar aan het Gymnasium Willem III te Batavia. Dr. М. W. E. Thun, officier van gezondheid te Patjitan. С. А. Werrnem, lid van de commissie tot het onderzoek der Key-eilanden te Buitenzorg. II. Van de ledenlijst wordt afgevoerd de Heer J. L. L. vax Leeuwen. III. Worden voorgelezen missiven : van den Heer Dr. W. Вовск, dank betuigende voor de be- noeming tot dirigeerend lid; van den Heer S. P. Гамвъку, Washington U. S., dank zeg- gende voor de benoeming tot correspondeerend Lid der Ver- eeniging. ; van den Heer Professor Doxpers, dank betuigende voor бе gelukwenschen 7. Н. Gel. toegevoegd bij gelegenheid van zijn 70°" verjaardag. У. Wordt gelezen een schrijven van den Heer: A. SucHETET , Chateau «Ф Autéville. Deze wenscht te weten wat er gedaan iS op het gebied van hybridatie bij zoogdieren en vogels, > wenscht door tusschenkomst onzer Vereeniging in кодан le worden gebracht met personen, die verzamelingen eg ën hetzij van schelpen, of van insecten, vogels of zoogdieren. Wordt besloten dit schrijven in banden te stellen van de Heeren Suurren en VonpemwAN, met verzoek om te willen dienen Yan voorlichting. | 536 V. Wordt gelezen een missive van den superintendent van het Indian Museum te Calcutta, die voor het vervaardigen van een monographie over de Aziatische stomatopoda de hulp „onzer Vereeniging verzoekt, daar de Javaasche zeeën vooral bijzonder rijk aan soorten van die Crustaceeën zijn. De Heer Souen deelt mede dat hij reeds aan dit verzoek heeft voldaan. VI. De Heer Janssen van Raay biedt aan voor de bibliotheek een exemplaar van de »Festgrusz”, door Professor Movescuot uitgesproken bij gelegenheid van het jaarfeest van Professor Похрев5. УП. De Heer van per Оток zegt dat de resultaten der 1 + waarnemingen van de windrichting, welke nu gedurende twee | jaren in het Tijdschrift der Vereeniging worden gepubliceerd, zeer bevredigend mogen genoemd worden. Het zou echter wenschelijk zijn dat op nog eenige andere plaatsen dergelijke waarnemingen werden verricht en daarom stelt hij voor, dat van wege de Nat. Vereeniging de hulp van verschillende autoriteiten zal worden ingeroepen ош рег sonen te vinden, die zich op die plaatsen met dergelijke waarnemingen zouden willen belasten. : Den Secretaris wordt opgedragen een dergelijke circulaire | samen te stellen, en in overleg met den Voorzitter deze zaak verder te behandelen. E VII. De Heer Srurrer vertoont een levend exemplaar van een soort Hagedis, nog niet gedetermineerd, klaarblijkelijk tol de Australische fauna behoorende, hem aangeboden door Heer Wentnem, lid van de Commissie tot het onderzoek der Key-eilanden. - CH VIII. De Heer Piepers zegt dat hij in de volgende maand a met verlof naar Europa denkt te vertrekken, en dat hij = | ontslag als dirigeerend lid der Vereeniging moet nemen. Hij 3 wenscht echter gewoon lid te blijven. x | IX. De Heer Prepers vestigt nogmaals de aandacht op ” x verschijnsel van het trekken der vlinders. u US ee lm b MN 557 Daar het zich laat aanzien dat de oostmoesson in dit jaar nog al droog zal zijn, laat het zich ook verwachten, dat het _ verschijnsel zich ook sterker zal voordoen dan in andere jaren en hij verzoekt daarom op een of andere wijze de aandacht der Leden op dit verschijnsel te willen vestigen, en eventueele berichten hierover in couranten als anderszins voor hem gedu- rende zijn afwezigheid te willen verzamelen. Wordt besloten op den omslag van het Tijdschrift de aan- dacht der Leden op dit verschijnsel te vestigen en hen te verzoeken waarnemingen daaromtrent te willen mededeelen aan den Secretaris. | IX. Wordt voorgelezen het volgende uit een schrijven van den Heer Могтнемюз pe Man te Poerworedjo. ^...In den nacht van 18 ор 19 Juli bewoog zich boven deze plaats om ongeveer 12 45" een meteoor van tamelijken ‘Omvang van het Z. О. naar het N. W. Van voren helder wit, was het licht aan de achterzijde »eenigszins violet. Alles was in eens verlicht, als bij het ontsteken. van Bengaalsch vuur. De meteoor schijnt een paar minuten later uit elkaar te zijn gespat; ik hoorde toen een aknal als van een kanonschot, en daarna een rommelend geluid "als van een ver verwijderd onweder. De lucht was helder … … p X. De Heer Scherrer vestigt de aandacht op een arbeid van de Heeren Roux en Снлмвевглхо , voorkomend in de Annales de Рази Pasteur. 1887 No. 12. Пеле arbeid levert het eerste positieve bewijs voor het vermoeden, dat de immuniteit door Vaccinatie verkregen eigenlijk berust op zekere chemische ver- anderingen in het organisme door de bacteriën veroorzaakt. De beide schrijvers toonen aan, dat in de bouillon-culturen van de door hen gebezigde microbe steeds meer en meer stoffen Worden gevormd , die ten slotte den verderen groei er van geheel beletten. aldus verkregen vloeistof werd door verhooging van temperatuur gesteriliseerd. Twee Guineesche biggetjes werden uu door inspuiting met deze gesteriliseerde vloeistof zoo onge- 558 voelig gemaakt dat zij in het geheel geen reactie vertoonden, toen zij met de virulente cultuur werden ingeënt. Deze experimenten geven gegronde hoop om te verwachten, dat het in de toekomst gelukken zal specifieke chemische stoffen te vinden voor inenting tegen infectie-ziekten. Daar er verder niets meer aan. de orde is, sluit de Voorzitter de vergadering. Goedgekeurd in de vergadering van 15 September 1838. Janssen van Raay, Voorzitter. — | 1 Ficee , Secretaris. Vergadering der Directie , gehouden op 15 September 1888. Tegenwoordig zijn de Heeren: JANSSEN van Raay, Dr. v. p. Stox, Vorperman, Dm. Kroos, Dr. GurrELING, Scherrer , Cretier, Dr. Еркмах, van Esche, Dr. Stuiter, Dr. Treve, Dr. Охлех, тех Baumnerer en Dr. Fist. De vergadering wordt bijgewoond door de Heeren Professoren Dr. Max Weser, uit Amsterdam en Dr. Wicnuax, uit Utrech. Verder zijn nog een groot aantal leden benevens eemge | dames aanwezig. | De Voorzitter opent de vergadering en geeft het woord ah — Dr. Твков tot het honden der aangekondigde voordracht. Oe Л het nieuwe plantenkleed van Krakatau”. a De plantengroei, die spreker op Krakatau had gevonden, ` drie jaar bijna na de bekende catastrophe, bestond aan bel strand hoofdzakelijk uit dezelfde planten als die, waan pas ontstane koraal-eilanden bevolkt worden, namelijk uit die, waarvan de zaden door zeestroomingen worden aangebracht en welke op een zouthoudenden bodem kunnen opgroeien- 17 De inwendige flora van Krakatau evenwel was geheel Є : hiervan verschillend: zij bestond bijna uitsluitend uit varens: | 559 Wat hierbij het meest verwondering moest baren was het feit dat de sporen dier varens, zeer waarschijnlijk door den wind aangebracht, hebben kunnen ontkiemen op een bodem, die het hest met gestampt fleschenglas is te vergelijken. Bij nauw- keurig onderzoek bleek het, dat de oppervlakte van de asch en de puimsteen vrij algemeen bedekt was met een groenach- lige laag, welke bij nader onderzoek bleek te bestaan uit algen. De ledige scheeden van deze algen vormen een weeke hy- groscopische laag, waardoor het ontkiemen der opvallende sporen van varens als anderszins wordt mogelijk gemaakt. Indien nu Krakatau op een zeer grooten afstand van eenige met Planten bedekte landstreek was gelegen, zou de flora waar- schijnlijk hierbij blijven staan, zooals dat het geval is met de eilanden Juan Fernandez en Ascenscion. Maar door de nabijheid van Java en Sumatra zal het geen verwondering behoeven te baren, dat bij een volgend bezoek ook hooger georganiseerde Plantensoorten zullen worden aangetroffen. De Voorzitter bedankt den spreker ook namens de aanwezige leden voor zijn belangwekkende voordracht, heet daarna de Heeren Weser en Wicuwas welkom ter vergadering, alsmede de Heer Епкмах, фе heden voor het eerst als bestuurslid zitting neemt. Vervolgens wenscht hij den Heer Treva geluk mel diens benoeming tot Correspondeerend Lid der Fransche Academie. Hierna worden de notulen gelezen, goedgekeurd en ge- leekend. L Wordt gelezen een mededeeling van het overlijden van den Heer Jean Снлвъкв Houzeau pe LEHANE, correspondeerend Lid der Kon. Nat. Vereeniging. Wordt besloten een schrijven van rouwbeklag aan de fami- lie te zenden. | II. Wordt gelezen een missive van den Heer Mr. D. Beers, Waarbij, overeenkomstig den wensch van Prof. F. C. Donpers , zan de К. N. V. wordt aangeboden een herinnerings-medaille met 's Hoogleeraars beeltenis, geslagen op diens 70° verjaardag. 540 Wordt besloten deze medaille aan te bieden aan het Bata- viaasch Genootschap om te voegen bij de andere medailles, welke dat Genootschap van onze EN ter bewaring heeft ontvangen. Ш. Wordt voorgelezen missive №. 7918 dd. 11 Augustus van den Directeur van 0. Е. en N. waarin de Directie der К. №. V. wordt gevraagd te willen mededeelen of de gewone gonver- nements — subsidie voor het jaar 1890 door de Vereeniging al dan niet zal kunnen worden ontleend. if De Voorzitter deelt mede dat hierop bereids geantwoord is, dat genoemde subsidie ook voor het jaar 1899 niet zal kunnen worden ontbeerd. IV. De Voorzitter doet mededeeling van het overlijden van den Heer М. Tu. Весне, Oudpresident en Eerelid der Ver- : eeniging. "4.73 У. Tot leden der Vereeniging worden benoemd de Heeren: | H. Drisrnovr, apotheker te Weltevreden. | | | ee ee ae Е. Е. Isrverp, Ingenieur te Poerwodadi. А. W. GrazENER. Hoofdcommies Dpt. Financien te Batavi. А. C. Anpreas, Assistent-Resident te Sragen. Ешсехе Dupors, officier van gezondheid te Pajacombo. | Mejuffrouw Е. Tupzuax, tijdelijk leerares aan de Hoogere Burgerschool voor meisjes te Weltevreden. VI. Van de ledenlijst worden afgevoerd de Heeren: E. Нвимме, А. Srexvens, W. P. Quartero, Dr. Ce Granam еп F. С. Е. Мепен. d VII. Ор voorstel van den Bibliothecaris wordt besloten voot de Bibliotheek aan te schaffen: 1. Dr. Тн Posswırz, Borneo in ann geologische ` Hinsicht. | 2. Dr. G. NEUMAUERn , Anleitung zu wissenschaftlichen 4 bachtungen auf Reise 9° Aufl., en in te teekenen ОР Abhandlungen und Berichte des Kön. Zool. und Anthropolog Museums zu Dresden. VIII. De Heer Srurren. zegt het volgende: СБа а-а ааа йа. 541 1. In het Aquarium-bassin, waarin de kleine Trachichtys Сати (Cur.) іп symbiose leefde met een groote Actinia, was langzamerhand een Serranus-soort tot een belangrijke grootte aangegroeid. Reeds meermalen had ik gemerkt dat de laatste op den sierlijken Trachichtys aasde, die hem evenwel tot nu toe altijd ontkomen was door tusschen de tentakels van de Actinia de vlucht te nemen. Daar ik evenwel vreesde, dat hij einde- lijk toch den Serranus tot prooi zou worden, besloot ik de Actinia met den Trachichtys in een ander bassin over te bren- gen. Ik bracht het stuk koraal waar de Actinia aan bevestigd Was langzaam naar de oppervlakte en zooals gewoonlijk ging het vischje mede. Terwijl anders altijd, als ik de Actinia itit het water neem, de visch er op blijft liggen, ontsnapte hij lezen keer, juist toen ik de Actinia uit het water lichtte, en ıwom terug naar de plaats waar het stuk koraal gelegen had. De groote Serranus lag hier evenwel op den loer, schoot on- middellijk toe op den Trachichtys en venslond hem. Hoe onaan- genaam mij dit verlies ook was, was het aan den anderen kant wel een duidelijk bewijs van hoeveel waarde het samen- leven van den Trachichtys met de Actinia voor den eerste is, 2. De zeer gewone Cyprea tigris is zeer gemakkelijk in de Aquarién in leven te houden en reeds meermalen werden eieren door hen gelegd. Deze eieren zijn karmijnrood en worden г het dier in een ongeveer 6 с. М. langen en 4 с. M. breeden hoop afgezet. Merkwaardig is het dat de Cyprea deze "eren niet aan hun lot overlaat, in welk geval zij door de Opvallende kleur licht aan er op azende dieren zouden ten offer vallen. Integendeel breidt zij den voet breed over den geheelen klomp uit, zoodat bijna niets van de karmijnroode Massa (е zien is. Zoo blijft zij ongeveer vijf dagen op de eieren Alten om ze tegen aanvallen te beschermen. Na dien tijd Komen de kleine larven uit en zwemmen weg, en nu ook Verlaat de trouwe moeder de leege slijmerige hulsels, die № nog slechts vuil rose gekleurd zijn. Van een uitbroeden 543 is natuurlijk hier geen sprake, alleen van een zorg ош de 200 opvallend gekleurde eieren aan den blik van krabben en andere dieren te onttrekken. 5. Reeds lang is het bekend dat Zoetwaterslakken, Lim- neén, Planorben en Paludineén aan de oppervlakte van het water kunnen drijven en in omgekeerde ligging in staat zijn langs de oppervlakte van het water voort te kruipen. Door Victor Уупљем is in de Bull. de Г Асай. royale de Belgigne 1888, T. XV pg. 421, medegedeeld, hoe deze voortbeweging aan den onderkant der oppervlakte van het water geschiedt. Door de slak zelve wordt namelijk een dunne taaie slijmlaag afgezon- derd, aan welke het dier door de gewone rimpelingen van den voet voortkruipt. Hetzelfde verschijnsel heb ik nu bij eenige Doriden, die hier op de koraal-riffen wonen, waargenomen. Slechts een paar maal vond ik op het rif zelf, bij zeer slil water, een slak zich op die wijze voortbewegen. In het aquarium echter behoort het tot de vrij gewone verschijnselen, Even als de Zoetwaterslakken scheiden zij een dunne taaie doorschijnende laag af, die nog tot bijna een decimeter achter het dier te ontdekken is. De slakken hangen ook hier mel breed uitgebreiden voet aan de slijmlaag en kruipen er lang zaam aan voort. Bij iedere aanraking evenwel trekken 21 dadelijk den voet samen en zinken langzaam naar beneden. Hierbij heeft echter geen afscheiding van luchtblaasjes plats, zooals dat bij de zoetwaterslakken het geval is, zoodat slijmlaag hun niet alleen tot substraat dient om langs voort te kruipen, maar tevens als drijfmiddel. Zij kunnen dan ook slechts aan de oppervlakte komen drijven door eerst langs | : ; van den wand tot aan het waterniveau op te klimmen еп dan daar af te steken na eerst een slijmlaag te hebben afge — scheiden. IX. De Heer Professor Weser zegt ook namens zijn * genoot, Professor Wicuman dank voor de uitnoodiging юэ" vergadering van heden avond. De Voorzitter beantwoor” — БУТ le қад О: ee RS ы. T u oa ee EN t TRE 545 ` door den Heeren een gunstige en in alle opzichten een voorspoe- dige reis toe te wenschen. Hierop wordt de vergadering gesloten. Goedgekeurd in de vergadering van 11 October 1888. JANSSEN van Raay, Voorzitter, Ficer, Secretaris. Vergadering der Directie, gehouden op | | 11 October 1888. Tegenwoordig zijn de Heeren Janssen van Raar, Dr. van DER Srox, Dr. SLUITER, SCHEFFER, Dr. Onnen, HERINGA, TEN _ Ваоммегев еп Dr. Ficee. bie Heer Dr. Treur heeft bericht gezonden dat hij de verga- dering niet kan bijwonen. 1. De notulen der vorige vergadering worden na lezing goed- gekeurd en geteekend. H. Tot leden worden benoemd de Heeren: Е. K. H. A. Наммпе, beheerder van landerijen te Војојаћ. J. H. Portman, hoofdcommies Dpt. В. B. te Weltevreden. Ш: Van de ledenlijst worden afgevoerd de Heeren : А, J. Snouck Hureronse en J. van per LAAN. IV. Wordt aangeteekend het overlijden van den Heer A. А. Помеви, te Parijs, correspondeerend Lid der Vereeniging. V. Tot Buitenlandsch correspondeerend Lid. der Vereeniging Wordt benoemd de Heer Professor Dr. Лилов Hans, Hofrath, Universitäts-professor, Director der К. К. Central-Anstalt für eorologie und Erdmagnetismus , te Weenen. VI. Ter tafel komt missive No. 5158 dd. 17 October 1888 Yan den directeur van Bin. Bestuur waarbij voor het Tijdschrift Wordt aangeboden het jaarverslag der Gouvernements-kina- Ondernemingen over 1887. Gesteld in handen van den Redacteur. 544 VII. Wordt gelezen missive №. 9411 dd. 20 Sept. 1888 van den Directeur van 0. Е. en N., waarbij de gewone jaarlijksche opgaaf, betreffende de samenstelling van de Vereeniging, wordt gevraagd voor de regeeringsalmanak voor 1889. De Secretaris deelt mede dat door hem bereids aan dit ver- zoek is voldaan. VIH. Wordt gelezen een schrijven van den Heer Сайын Frammarıon, President de la société astronomique de France, Directeur de »Г Astronomie”, waarin deze verzoekt het Tijd- schrift der Vereeniging te mogen ontvangen, om de statistiek der in N. J. waargenomen aardbevingen in zijn tijdschrift te kunnen opnemen. Hiervoor biedt hij in ruil aan het door hem geredigeerde Tijdschrift ›Г Astronomie” en de publica- ties van de Société astronomique. Wordt besloten aan dit verzoek te voldoen | ҮШ. Komt ter tafel de brochure van den Heer Du. J. H. PEELEN over de koffie-bladziekte , voor de Bibliotheek aangeboden. Den Bibliothecaris wordt opgedragen den Heer Perren hier- voor den dank van het Bestuur te betuigen. Daar er verder niets meer aan de orde is, sluit de Voorzitter de vergadering. ‘Goedgekeurd in de Vergadering van 8 November 1888. Janssen van Raay, Voorzitter. Гісек, Secretaris. Vergadering der Directie, gehouden op 8 November 1888. Tegenwoordig z zijn de Heeren “в van Raay, Dr. MN DER STOK, Dr. Summer, Dr. Onnen, EuKMANN, SCHEFFER: TEN BRUMMELER, Dr. Kroos, RT URE en Dr. Fer, | Behalve deze besturende leden was ook het eerelid ЁРЕ aanwezig benevens een aantal leden met hunne dames. Eo 545 De Heeren Dr. Gresuorr en Dm. Treur gaven kennis ver- hinderd te zijn de vergadering bij te wonen. De Voorzitter opent de vergadering en geeft het woord aan den Heer Fiere, tot het houden der aangekondigde voordracht over Passaten еп Moessons. Door een aantal teekeningen, met behulp van kalklicht op den wand geprojecteerd, zijne voordracht toelichtende, besprak de Heer Fiere in de eerste plaats de bewegingen van den dampkring in het algemeen onder vooronderstelling van een volkomen gelijkmatig oppenvlak (passaten) om in де 2° plaats over le gaan tol de wijzigingen die de ongelijkmatige ver- Warming van land en water in de winter- en zomermaanden in die regelmatige luchtbeweging teweegbrengen (moessons). Vervolgens ging spreker па de uitkomsten, welke een aan vanke- lijke bewerking van de in het Tijdschrift der Vereeniging gepubliceerde waarnemingen van de richting van den wind op verschillende plaatsen in den Ned. Ind. Archipel over de Jaren 1886 en 1887 hem geleverd hadden. Deze waren gunstig genoeg om spreker te doen hopen over een vijftal jaren uit de Waarnemingen van de genoemde plaatsen benevens die van hog een aantal andere, meer in het Noordelijk deel van den Archipel gelegen, tot een juiste kennis van de windrichting № den Ned. Ind. Archipel te kunnen komen. De Voorzitter hetuigt den spreker den dank der aanwezige „ven, waarna wordt overgegaan tot het lezen der notulen van de vorige vergadering, welke daarna worden goedgekeurd en geleekend. L Tot leden worden benoemd de Heeren: Laon Benspacu, Resident van Ternate. A. Buvogr, commies О. E. en N. te Batavia. P. J. F. var Heurz, controleur 1° klasse В. B. Boemiajoe (Таја), | J. W. A. van Soest, eigenaar der suiker-onderneming Kali Bogor te Banjoemas. Mejuffrouw бенағев, hoofdonderwijzeres te Batavia. 546 U. Van de ledenlijst wordt afgevoerd de: Heer Т. Raar, te Madioen. Ш. Worden voorgelezen missiven van den Gouverneur van Celebes en Ond. en van de Residenten van Menado, Ternate, Palembang en Тарапоейе, alsmede van den Assistent-resident van Patjitan, waarin personen worden aangewezen die zich bereid hebben verklaard waarnemingen van de windrichting te doen. Worden gesteld in handen van den Secretaris. ЛУ. Wordt voorgelezen de missive №. 254 dd. 12 Octo- ber 1888 van het Bestuur van het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen, waarbij de ontvangst erkend wordt van de aan dat Genootschap in bewaring gegeven me- daille, geslagen ter gelegenheid van den 70% verjaardag van Prof. Dorpers. E V. De Heer Dr. Stoen vraagt machtiging tot het doen aanmaken van een kast voor de bibliotheek, tot een bedrag van f 175. Wordt toegestaan. VI. De Heer Srurrer doet voorlezing van een schrijven van den Heer van Ruerscnoren te Blitar luidende aldus: ».....M »geveer 10 paal bezuiden Toelong-Agoon, Residentie Kediri, »alwaar mijnbouwkundige opsporingen worden gedaan (mar- »mer), zijn aan den voet van den aldaar zeer steilen rotswand, зіп den tegen den rotswand aanleunenden rug, door mij, tijdens sik de vorderingen der werkzaamheden naging, ontdekt fos »siele beenderen, en een schedel van een mensch of iets dee »gelijks, menschachtig ding gevonden; alhoewel met het uit- »ћајеп de schedel brak, zitten vier kiezen nog in den kaak: veen laag voorhoofd en sterk uitstekende jukbeenderen ken | »merkt den schedel zoo als ik oppervlakkig waarnam. | »De bovenlaag, waaronder deze fossielen ontdekt ie? »bestaat uit + een meter klei, die evenals boven op den : : £e o- »en overal aldaar, het marmer bedekt; hieronder zit een | о. 2 S ж SE 4 9 »glomeraat van kleine marmersteentjes, vereenigd pi »achtige klei, te zaum versteend: een еп. ander dess | | k р 547 slenken, dat dit alles met de zee ор en neer. had gespoeld. In deze laag, die zoo vast is, dat zij met breekijzers moeilijk »los te maken is, zaten de beenderen. »Indien het Bestuur der К. N. У. er prijs op stelt deze »fossielen te onderzoeken, en ik de voldoening mocht smaken, ^hiermede iets ten nutte uwer geachte Vereeniging te kunnen shijdragen, zal het mij aangenaam zijn, cen en ander aan "wwe Vereeniging te doen toekomen.” De Heer Summer deelt mede dat door hem reeds aan den Heer van RigrscuorEN is medegedeeld, dat op de toezending van deze fossielen zeer groote prijs wordt gesteld, en mitsdien den Heer van Втетзснотех verzocht wordt een en ander zorgvuldig in watten verpakt aan de Kon. Nat. Vereeniging te willen toezenden. Daar er niets meer aan de orde is sluit de Voorzitter de vergadering. Goedgekeurd in de vergadering van 15 December. 1888. Janssen van Raay, Voorzilter. Ficee, Secretaris. Vergadering der Directie, gehouden op 15 December 1888. Tegenwoordig zijn de Heeren: Janssen van RAAY, Dr. vAN DER ток, Dr. Таков, Dn. Suen. Dr. Gresuorr, HERINGA, . Scherrer en Dr. Frere: De Heeren Dr. Onnen en Dr. Kroos hebben kennis gegeven dat zij de vergadering niet kunnen bijwonen. De notulen der vorige vergadering worden na lezing goed- gekeurd en geteekend. L Van de ledenlijst worden afgevoerd de Heeren: 1 с. Тамвох, W. H. Drriorr Tsassen, G. Anans en A. ок JAGER. H. Tot leden worden benoemd de Heeren: 548 P. тех Boscu, Schout bij nacht, te Weltevreden. J. А. 8снвӧрек, hoofdagent N. I. St. My. te Weltevreden. С. Mac битлуву, Controleur te Kendal. P. J. Hymans van Ахкооү, off. v. gez. 1° klasse te Poer- woredjo. J. W. А. роовехвоѕ, arts te Buitenzorg. T. Pompe van Мекврквуоовт, luitenant-kolonel, te Salatiga. А. Милек, civiel geneesheer, Bankalan. J. M. E. van Dorssen, off. у. gezondheid te Batavia. А. С. J. Fournier hoofdonderwijzer te Pamekasan. Dr. F. J. M. Firesc, off. у. gezondheid te Matoea. A. бкоотноғғ, Apotheker te Weltevreden. Mejuffrouw C. C. van Geuss, hoofdonderwijzeres te Welle- vreden. Ш. Wordt gelezen een schrijven van den Graaf van Sorus- Lauren, waarbij deze dank zegt voor zijn benoeming als correspondeerend Lid der Kon. Nat. Vereeniging. IV. Wordt gelezen een schrijven van den Heer Dusots le Pajacombo, waarin deze, zoo het mogelijk is, toezending ver zoekt van de door den Heer Вивтеснотен in het Kedirische gevonden fossielen, ten einde deze met de door hem gevondene in de Padangsche Bovenlanden te kunnen vergelijken. Dit verzoek zal worden ingewilligd. V. Wordt overgegaan tot het benoemen van Functionarissen voor het jaar 1889. Van den Heer Dr. Оххх is bericht ont- vangen, dat hij niet meer in aanmerking wenscht te komen als Redacteur. De uitslag der stemming was de volgende: H. L. Janssen v. Raay, Voorzitter. Dr. J. P van per Srok, Ondervoorzitter. G. W. ten Brummerer, Penningmeester. Jon. Невтуел, Redacteur. De. С. Ри. Scorer, Bibliothecaris en Directeur vm Museum. Dr. S. Frere, Secretaris. het т 1 der err T deg Ai, zac | 549 VI. De Heer van рех Srok, sprekende namens het weten- schappelijk comité, zegt dat er tegen Juni van het volgende jaar een geschikte gelegenheid zal zijn voor een Zoöloog om onderzoekingen op een of meer punten in den Archipel te doen; dat dezerzijds daarover is gecorrespondeerd met de Commissie in Nederland, welke op zich heeft genomen daarvoor een be- paalde persoon aan te wijzen. Het komt er nu op aan gelden le vinden hier te lande om de verblijfkosten voor zulk een persoon alhier te dekken. Hij stelt dus voor het volgende request aan Z. Е. den Gouverneur Generaal aan te bieden: | Aan Zijne Excellentie den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indië. Geeft eerbiedig te kennen het Bestuur der Koninklijke Na- tuurkundige Vereeniging te Batavia: Toen nu ruim twee jaar geleden door den Directeur van Onderwijs, Eeredienst en Nijverheid ons gevoelen werd gevraagd Omtrent het, onder dagteekening van den 25°" Juni 1886 aan Uwer Excellentie’ ambts-voorganger gericht schrijven der Di- гейешгеп van het Rijks-Museum van Natuurlijke Historie en Yan s' Rijks Ethnographisch Museum, werd in ons ter zake uitgebracht en der Regeering aangeboden advies, als onze over- tuiging uitgesproken, dat op natuurwetenschappelijk gebied vele en belangrijke uitkomsten met betrekkelijk geringe mid- delen te verkrijgen zouden zijn indien de zaak slechts behoor- ШК werd voorbereid. Sinds dien tijd is de weg om dit doel te bereiken aangewezen en geéffend door de ijverige bemoeiin- den van den Directeur van s' Lands Plantentuin Dr. М. Таков, die gedurende zijn verlofstijd een fonds heeft bijeengebracht , Waardoor het mogelijk is van tijd tot tijd een onderzoeker aarts te zenden ten einde aan de inrichting, aan wier hoofd hij gesteld is, werkzaam te zijn. Zijne meening , dat de еп eener langdurige zending, en de overige bezwaren het best kunnen worden ontgaan, wanneer onderzoekers hier slechts tijd vertoeven om gegevens te verzamelen ten einde deze 550 in Nederland te bewerken, wordt door ons ten volle gedeeld. Op deze wijze is de Heer Dr. Borrzace gedurende een vier- tal maanden bij s’ Lands plantentuin werkzaam geweest, en heeft deze geleerde gedurende dien tijd belangrijke grondstof voor uitgebreide studie kunnen verzamelen. Op dezelfde wijze meenen wij dat onderzoekingen in het algemeen en in het bijzonder op zoölogisch gebied met goed gevolg ondernomen kunnen worden. Ons staat, wel is waar, een fonds als het Buitenzorg-fonds niet ten dienste; maar, in overleg met verschillende autoriteiten is het ons mogelijk de kosten van vervoer in deze gewesten tot een minimum te be- perken, terwijl een wetenschappelijk comité in Nederland, onder Voorzitterschap van Professor €. A. PRKELHARING voor het bij- eenbrengen der noodige gelden voor overtocht en uitzet zorg draagt. Het comité, dat in overleg met het Nederlandsche, de voorbereiding dezer zaak in handen genomen heeft, is hier- omtrent reeds met verschillende wetenschappelijke autoriteiten in Nederland in briefwisseling getreden en waarschijnlijk 290 een onderzoek als hiervoren bedoeld reeds gedurende het vol gend jaar zijn beslag kunnen krijgen, indien van hier de ver- zekering te geven ware dat in de hier te maken onkosten kan worden voorzien. Steunende op de in het Besluit van den 2% Januari 1887 N° 2/ door de Regeering gedane toezegging om ons M voorkomende gevallen voor dergelijke onderzoekingen Hare hulp le verleenen, richten wij het eerbiedig verzoek tot Uwe Excellentie om, gedurende het jaar 1889 eene som van 7 1200 (twaalf hon- derd gulden) voor ons bestuur beschikbaar te willen stellen tet bestrijding der uitgaven, die een uit Nederland te zenden natuur” onderzoeker in deze gewesten zal te doen hebben, met dien verstande dat door ons over die som niet beschikt zal kunnet worden dan nadat door het Wetenschappelijk comité in De land de uit te zenden natuuronderzoeker bepaaldelijk ig M gewezen. Hetwelk doende enz. Hiertoe wordt. besloten. De Heer Hermea deelt mede dat het hem, 10 EE etend! P УС = wt TIS ан? ты» INN У ЕНИ 2 1 Ü 551 onderzoek van vertind-ijzeren voorwerpen, wanneer het ver- tinsel werd afgekrabd en door middel van salpeterzuur ge- oxydeerd, herhaaldelijk is voorgekomen dat het gevormde meta-tinzuur troebel door het filter liep, waardoor een nauw- keurige quantitatieve bepaling van het loodgehalte zeer werd bemoeielijkt. Somtijds werd het filtraat wel helder verkregen, maar dan ging het filtreeren dikwijls zoo langzaam, dat deze wijze van onderzoek daarom in gevallen voor spoedige beslissing daardoor al onbruikbaar werd. Hij meent aan de methode door middel van oxydatie met salpeterzuur, waar het niet om sporen lood te doen is, om hare vluggere uitvoerbaarheid de voorkeur te mogen geven boven die, welke bestaat іп 71 samensmelten met drooge koolzure soda en zwavel. Op verschillende wijzen werd beproefd het troebel doorloopen van het meta-tinzuur te verhinderen, zonder geheel naar wensch te slagen. : Intusschen was bij herhaling ook de afscheiding van tin als awaveltin uitgevoerd en daarbij gebleken dat het onnoodig was het troebel doorloopen van het zwaveltin door het filter door mid- del van eene oplossing van keukenzout of azijnzure ammonia te verhinderen, zooals Fresenius in § 126 van zijne » Anleitung zur quantitativen chemischen Analyse” als doelmatig opgeeft. Het laatste feit bracht hem op het denkbeeld of misschien de oplossing van azijnzure ammonia bij meta-tinzuur het troebel vloeien door het filter konde verhinderen. Het door drogen op het waterbad van overtollig salpeterzuur bevrijde meta-tinzuur werd daartoe vermengd met de gewone oplossing van azijnzure ammonia uit de apotheek, met drie deelen water verdund en door azijnzuur zwak zuur gemaakt. Werkelijk gelukte het op deze wijze bij herhaling het meta- linzuur helder af te filtreren. ҮШ. De Heer SrurrER zegt het volgende: "Door de welwillendheid van den onderinspecteur der kust- “verlichting en bebakening waren Dr. Trevs еп ik in staat een "kort bezoek te brengen per stoomer Lucifer aan het eiland Tn: deer OS dér 558 | »Krakatau. Hoewel het bezoek veel te kort was om ook slechts „een globaal overzicht der nieuwe kust-fauna te verkrijgen, en „hoewel ik hoop later in staat te zijn een uitvoeriger mede- »deeling te kunnen doen, zijn toch eenige waarnemingen de »moeite waard medegedeeld te worden, al zijn deze, zooals van »te voren reeds te verwachten was op verre na niet zoo merk- »waardig als de uitkomsten door Dr. Тив reeds vroeger ver- »kregen bij zijn onderzoek naar het ontstaan van het nieuwe »plantenkleed van het verwoeste eiland. | »Daar evenwel de nieuwe rotsige kust aan de Noordzijde van »Krakatau ook zonder twijfel een nieuwe fauna moet verkregen »hebben, en ook de bodem in de omgeving van het eiland door een »laag van 2—50 Meter puimsteen en andere vulkanische gesteente »bedekt, door van elders komende dieren moest bevolkt worden, »scheen het mij niet zonder belang deze nieuwe fauna nader »te onderzoeken. Wat mij hierbij in de eerste plaats opviel »was de reeds zoo belangrijke uitbreiding van koraalvorming »bij de steile rotswand en wel in 't bijzonder bij de zoogenaamde „Zwarte klip. „Hier heeft zich reeds een strook koraal van 1— 14% Moler „breedte afgezet. De meesten behoorden tot het geslacht Madrepora »en sommige takken hadden reeds een hoogte van 2 с. M. be t. »In vier gn een half jaar heeft zich hier dus al een zeer be- »langrijke kalkafzetting gevormd. Tusschen deze jonge koraal »vertoonde zich ook reeds het begin der fauna, die men gewoonlijk »daar vindt, evenwel alles in miniatuur. Op de rotsblokken 1 »zaten eenige kleine exemplaren van Colobocentrolus айғай, | „2½ с. M. in middellijn, vast gezogen. Jonge dieren van a »marmoreus en Conus millepunctatus kropen rond, verder kleine „exemplaren van een in de Soenda-straat zeer veel voorkol »reusachtige Patella, Ook de oesters op de rolsen hadden Қ” »vollen wasdom nog lang niet bereikt, daar zij 10879 „hoogstens 5 с. M. middellijn hadden. ie ln het algemeen kunnen deze en tal van andere dergelijk 1 „dieren niet anders daar gekomen zijn dan door middel hunner | 555 vrij zwemmende larven daar deze van de omliggende eilanden oder Soenda-straat naar Krakatau kunnen komen, of zij zouden rover den modderigen bodem der betrekkelijk diepe Soenda-straat »moeten gekropen zijn, iets wat deze slechts op rots en koraal »levende dieren zeker niet zullen doen. Op het eerste gezicht »valt reeds de kleinte van al deze dieren op, en daar wij zeker „zijn dat zij geen hoogeren ouderdom dan 4% jaar kunnen hebben, »kon ik hier omtrent de snelheid van groei dezer dieren , угааг- »van nog zoo weinig bekend is, eenige metingen doen. »Die dieren, die zich gemakkelijk over den modderigen of »zandigen bodem kunnen voortbewegen, en reeds weder in de »buurt van Krakatau zijn, vallen volstrekt niet meer door hun »kleinte op. In de nabuurschap van den nieuwen wand van »den ingestorten krater, leven reeds geheele troepen van volwassen „exemplaren van Astropyga pulvinata, terwijl ook Maretia planulata »in groote exemplaren vrij veelvuldig reeds op den bodem in veen diepte van 10—15 vadem voorkomt. Deze en nog vele »met hen samenlevende dieren zijn echter hoogst waarschijnlijk »hierheen verhuisd als reeds volwassen dieren, dus niet als »larven. »Tot mijn spijt ontbrak de tijd geheel om de nieuwe landfauna »te onderzoeken.” Daar er verder niets meer aan de orde is sluit de Voorzitter de vergadering. Goedgekeurd in de Vergadering van 17 Januari 1889. Janssen v. Raay, Voorzitter. S. Етсвє, Secretaris. BOEK WERKEN TER TAFEL GEBRACHT IN DE VERGADERINGEN VAN DE DIRECTIE DER KONINKLIJKE NATUURKUNDIGE VEREENIGING = 19 oo = IN Nederlandsch-Indié, GEDURENDE HET JAAR 1888. METEOROLOGIE (B.) J. P. v. p. Srox. Over den invloed der maan op de beweging der declinatie-naald te Batavia. Overdr: Versl. Mededeel. Kon. Ак. v. Wet. Afd. Natuurk. 5% Reeks Dl. IV. Regenwaarnemingen in Nederl. Indië, 9% Jaarg. 1887 door Dr. J. P. у. p. Stox. Batavia 1888. Observations made at the Magnetical and Meteorological Observatory at Batavia. Vol. ҮШ (1885—1885) Х, (1887). PHYSICA (6.) Electricien. Revue générale d'électricité. T. XI (№. 258—245) F. XII (N°. 246.291). Paris 1887, 1888. Electricité. Revue scientifique illustrée Vol. 11 (N° 45—52) Vol. 12 (N° 1—45). Paris 1887, 1888. Ne) ~ 99 220 109a II CHEMIE (Da.) Deutsche Chemische Gesellschaft. Berichte 20%" Jahrg. №. 15—18. 21% Jahrg. №. 1—14. Berlin 1887, 1888. The Chemical News. Vol. 56. №. 1458—1466. Vol. 57, №. 1467—1512. London 1887, 1888. | Photographische Mittheilungen , herausgeg. v. Prof. H. W. Voce, 24° Jahrg. Ней 14-24, 25˙ Jahrg. Heft 1—15. M. Gresnorr. Chemische Studien über den Hopfen | Jena 1887. Recueil des travaux chimiques des Pays-Bas. Tome VI. №. 6, 7. Tome УП. №. 1, 2, 5, 4. Leide 1887, 1888. LANDBOUW (Db.) Mededeelingen van het Proefstation voor Midden-Java te Semarang. November 1887. Januari 1888. Broch. Verplaatsing van het Proefstation. Jaarverslag 21 April 1888. Bulletin N°. 5 van het Proefstation voor suikerriet in West-Java. Cheribon 1888. Dr. H. J. E. Peevey. Eenige opmerkingen omtrent de koffie-bladziekte. Batavia 1888. GEOLOGIE (E.) United States Geological Survey. J. W. Porvett Director. 6h Annual Report. 1884, 1885. Wash- ington 1885. Washington 1885, 1886. . Mineral Resource of the United States. 1885, 1886. Washing Ч 1886, 1887. Sveriges geologiska Undersökning. med Beskrifningar N°. 92, 94, 97, 98, 99, Ser. Ab. №. 11, 19. Ser. Bb. (Specialkarto Stockholm 1887. | E Monographs. № ORE Ser. Aa. Kartblad T 101. 102. ч ). NUR. en 5 FC т Mn UNES А 8 i " VENE E аа ыы ан ааа ы ынша ы Bi a S ERE Ein =, руз уси EE k зы в а-а ы > УТЫ" a . ̃⅛—U.tß : E ыла еЗ 7 РА ДОНИ ЊУ с 1099 Lë: ы = 5 262 451 III Sveriges geologiska Undersökning. Ser С. (Afhandlingar och uppsatser) N° 65 (1), 78—88, 90. 91. Mitteilungen des Vereins für Erdkunde zu Leipzig, für 1886 Ней 1—5, für 1887. Leipzig 1887, 1888. Jahrbuch der К. К. Geologischen Reichsanstalt. Band 57 (1,2) 58 (1, 2) Jahrgang 1887, 1888. Wien 1887, 1888. Notizblatt des Vereins für Erdkunde zu Darmstadt, herausg. von В. Lepsius. IV Folge, 7 u. 8 Ней. Darm- stadt. 1886, 1887. Mitteilungen des Vereins für Erdkunde zu Halle a. S. Jahrg. 1887. Halle 1887. Mémoires du Comité géologique de la Russie. Vol. U №. 4, 5 Vol. H №. 5. Sf. Petersbourg 1887. Bulletins du Comité géologique. 1887. Vol. VI N°. 8—10, et Supplément ап T. VI. St. Petersbourg 1887. Jaarboek van het Mijnwezen in Nederl. Oost-Indie, 16% Jaarg. 1887, 2% Gedeelte, 17% Jaarg. 1% Ged. Amsterdam. Verhandlungen der K. K. geologischen Reichsanstalt. Jahrg. 1887 (1--18) 1888 (1—15). Bulletins of the United States Geological Survey, °. 54—59. Washington, 1886—1887. Verein fir Erdkunde zu Metz. X Jahresbericht, fir 1887/88. Metz 1888. Verein für Erdkunde zu Dresden. Festschrift zur Jubelfeier der 25-jährigen Bestehens. Dresden 1888. Finlands Geologiska Undersökning, Beskrifning ШІ Kartbladet №. 10—11. Sammlungen des Geologischen Reichsmuseums in Lei- den. Bd. IV Heft 3. | BOTANIE (F.) Mededeelingen ий °ѕ Lands Plantentuin. IV Dr. W. Вовск. ШАА oe bine <р; one IV Over de Koffiebladziekte en de middelen om haar te bestrijden.. Verslag over het jaar 1887. Ваши | 1887. 566 Nederlandsch | Kruidkundig Archief 2% Serie 5% Deel 156, 2de Stuk. Nymegen 1887. 91 Acta Horti Petropolitani. Tomus X, Fase. I St. Pe- tersburg 1887. 450 F. С. Уснавегев. Norges Vaextrige 29" Bd. 27" Hefte Udgivet som Universitetsprogram Semester 1887. Christiania 1888. ZOÖLOGIE (6.) TIJDSCHRIFTEN МЕТ GEMENGD ZOÖLOGISCHEN INHOUD (бв). 27 Archives de Biologie publiées par E. v. Вехерех et Ci. ` v. Вамвеке. Т. VI Fasc. 4 Т. VII (1.2,5) Т. ҮШ (1—4). Gand, Leipzig, Paris 1887. 6 Zeitschrift für wissenschaftliche Zoologie, herausges. von A. Кбилккк und Е. Enrgns. Bd. 46. Bd. 47 41,3). 50 Bergens Museums Aarsberetning for 1886, 1887. Bergen 1887, 1888. 5 Nederlandsche Dierkundige Vereeniging. Verslag der Ver- gadering van 4 December 1887. Tijdschrift II Serie | Deel II Afl. 1.2 Suppl. Deel H 1888. 51 The Journal of Morphology, edited by С. O. Wm" 3 Boston. | 28 Archives de Zodlogie experimentale et générale, 1—21. Procès-verbal Juillet--Déc. 1887. 1865—1886. nek 10 Proceedings of the scientific Meetings of the : m Society of London 1885. Part HI, IV, 1886 (1, London 1886—1887. publies | E , L : par H. ре Lacarr-Durmers, Tome IV, ус ай | 52 Annales de la Société malacologique de Belgique. Е | — со — bz — QI t9 со Ф у Zoologischer Jahresbericht für 1885, herausg. у. 4. Zool. Station zu Neapel. Nachtrag zur 1 Abth. Berlin 1887. | Fauna und Flora des Golfes von Neapel. Heraus- gegeben von der Zoologischen Station su Neapel. Mono- graphie XV und XVI (15 und 2“ Stück). Berlin 1887. Zoöroerscne Reizen (64). Report of the scientific Results of the Exploring Voyage of H. M. $. Онатљехсев 1875—1876. Zoology Vol. XXII, XXIII, XXIV, XXV, XVI. Reisen im Archipel der Philippinen von €. Semper 2% Theil. 59 Bd. 2%, 2% Lief. Die Tagfalter von бокс Semper 2° Teil 2er Bd. Heft 16. Wiesbaden 1887. Faunas (Ge). Natural History of Victoria. Prodomus of the Zoology of Victoria. Decade XV, XVI by Fr. Mc. Coy. Mel- bourne 1887. MAMMALIA (6f). W. Brasmus, Ist Castor canadensis (Конь) eine gute Art? Aus Ver. f. Naturw. z. Braunschweig IV Jahres- ber., 1885 — 1886. Aves (65). The Ibis, a quarterly Journal of ornithology 5% Ser. Vol. VI (No. 21 — 24.) Mitteilungen des Ornithologischen Vereins in Wien Jahrg. ХП, No. 5—10. 1888. W. Brastus. Die Vögel van Palawan. Aus »Ornis” Jahrg. 1888 pag 501 — 520. Mottusea (61). Systematisches Conchylien-Cabinet von MARTIN und Снеммти. Lf. 555 — 560. Nürnberg 1887. — VI Insecta (MiscELLANEA) (Gm). Entomologisk Tidskrift af Entomologiska | Fóreningen ; i Stockholm, Arg. 8. 1887 Häft 1—4. : Tijdschrift voor Entomologie, uitgeg. door de Nederl. ` entomologische Vereeniging. Dl. 51 Afl. (1--4). 5 Gra venhage 1888. | Société entomologique de Belgique. Table générale des | Annales etc. Bruxelles 1887. MISCELLANEA (Gt). Muséum d'Histoire naturelle des Pays-Bas. Tome IX. Catalogue ostéologique des mamiféres par T. A. | Jentink , Leide 1887. | MEDISCHE VAKKEN (Н). Pu. Коорвввекс. Geneeskundige Plaatsbeschrijving Ч. Leeuwarden. Uitgeg. door het Prov. Utr. Gen. у. Kunsten en Wetensch. 's Gravenhage 1888. | С. L. v. р. Bore. Een paar opmerkingen, naar alr leiding der Brochure van E. v. Dieren: „Nogmaals: de Beri-Beri-kwestie”. Mil. Gen. Arch. Jrg. 1888 AM С. L. v. р. Bure. Boekaankondiging : Kritiek op de Л beweringen van Pror. PEKELUARING, omtrent de oct ok beri, door Е. у. Dieren, Sep. Afdruk v. h. Ned. Mil. Gen. Archief. Jaarg. 1887. 5% Afl. Geneeskundig Tijdschrift voor Nederl. Indië pi. 27 Afl. 5 | DI. 28 (АП. 1.2.5.) : Mémoires des concours et des savants étranger” P blies par l'Académie royale de medicine de Belgique 1 Tome VIII (Fasc. 2—5) Bruxelles 1888. L. v. p. Bure. lets over den invloe matatie op het ontstaan van ziekten. Donders-feesthundel. 1888, ‘coe 18 DES х VII TIJDSCHRIFTEN VAN AKADEMIEN EN GENOOTSCHAPPEN. TIJDSCHRIFTEN Ku ~ — = Оо — ~ ~ За 12 — MET GEMENGDEN INHOUD (1). NEDERLANDSCH-INDIË (а). Tijdschrift van het Kon. Instituut van Ingemeurs, А|- deeling Nederl. Indië, 1886—1887. Batavia 1888. Notulen van de Algemeene en Bestuursvergaderingen van het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen, Dl. 25 1887. Afl. IV. Dl. 26 1888 (Afl. 1.2.) Veeartsenijkundige Bladen voor Nederl. Indië, uitgeg. door de Ver. ter bevord. v. Veeartsenijkunde in Ned. Indië, Dl. L II. DI. Ш. 1.2.5.) Batavia 1887. Verhandelingen van het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen. Deel. XLV. Afl. 2. 1888 NEDERLAND (Ib). Album der Natuur. Jaargang 1888 (Afl. 2—12 1889. (Afl. 1.) Haarlem. Archives du Musée Teijler. Ser. M. Vol. Ш. (1.2). Haarlem 1887. Fondation Teijler. Catalogue de la Bibliothèque 54-8" Livraison. Harlem 1886. ик? Tijdschrift van het Kon. Instituut van Ingemeurs. 1887—1888. 155 АЙ. (15° Ged.) 2 Afl. (sp 2% Ged.) 5 АЙ. (1,9% Ged. 41 АЙ. (zs 2% Ged.) 5% АЙ. {1.2% бей). 1888—1889 1 АЙ. (2% Ged.) 5 Gravenhage 1887. Algemeen Verslag 1887—1888. Verslagen en mededeelingen der Koninklijke Akademie van Wetenschappen. А. Natuurkunde 5 Reeks. DI. 4 (1,2.5) Dl. 5 (1. Amsterdam 1887. Annales de Г école polytechnique de Delft, Tome 8 Livraison 5,4. Tome IV. 1.2. Leide. 1887. © 4 — — — 5 УШ Archives Néerlandaises des sciences cxactes et naturelles, ! publiées par la Société Hollandaise des sciences à Har- | lem. Tome 22 (2,5,4,5). Harlem. 1887. : Natuurkundige Verhandelingen van de Hollandsche Maal- | schappij der Wetenschappen 5% Verz. Deel У. 1% | Stuk. Haarlem. 1887. : Indisch Genootschap. Verslagen der Algemeene Verga | deringen Nov. Dec. 1887. Jan. Febr. Mei. Sept. 1888. Provinciaal Utrechtsch Genootschap. Algemeene Verga- 1 dering en Sectievergaderingen op 28 Juni 1887. 7 Drog (10). Bulletins. de l'Académie. royale des sciences, des lettres | et des beaux arts de Belgique 5° Serie T. 9—12 1885, ` 1886. Bruxelles. : Mémoires couronnés et autres mémoires de V Académie | royale de Belgique. Т 57—59. Collection in 8° 1886 1 Bruxelles 1886. > Annuaire de Г Académie royale de Belgique, 1886—1887. | Bruxelles. В Mémoires de l'Académie royale des sciences el belles E lettres de Bruxelles. Tome 46. 1886. Bruzelles. Mémoires couronnés et mémoires des savants étrangers. Ч publiés par l'Académie royale de Belgique, Tome #7, | 48. Bruxelles 1886. | : Académie royale des sciences de Belgique. Notices Боре с phiques et bibliographiques 1886. Bruxelles 1887. . Catalogue des livres de la bibliothèque de V Academe : royale de Belgique. 1° et 2° Partie (5 Tasc.) Bruxelles 3 1881--1887. E Annales du Musée royal d Histoire naturelle z r — gique. Tome XIII. Description des ossements fase, : des environs d'Anvers, par Р, 4, v. BENEDEN, УМ tie, avec Atlas. Bruxelles 1886. | - ` — А ©: IX Bulletin du Musée royal d Histoire naturelle de Belgique. Tome У, No. 1 Bruxelles 1887. Mémoires de la Société royale des sciences de Іледе. 2° Série. Tome XV, Bruxelles 1888. Noorp-DerrscuLanD (Ip). Annalen der Physik und Chemie, herausgeg. von G. Wrepemayn Neue Folge Bd. 52 (5.4) 55, 54, 55 (1.5). Leipzig 1887. Beiblätter zu den Annalen der Physik und Chemie herausgeg. von G. und E. Wrepemann, Bd. XI (10, 11. XII (1, 10 Jahrbücher des Nassauischen Vereins für Naturkunde. Jahrg. 40. Wiesbaden 1887. Verein für Naturwissenschaft zu Braunschweig. 5 Jah- resbericht 1886—1887. Festschrift. Braunschweig 1887. Oberhessische Gesellschaft für Natur- u. wee 28 * Bericht. Giessen 1887. Abhandlungen herausgegeben vom Naturwissenschaft- lichen Vereine zu Bremen. Bd. IX (4), X (1,2). Bremen 1887. Monatliche Mitteilungen aus dem безаттідеме/е der Naturwissenschaften. Organ des Naturwiss. Vereins des Reg. Bez. Frankfürt а0. 5 Jahrg. № 4. 8, 12. 6 Jahrg. 1, 6 Frankfürt 1887. Societatum Litterae , 1 Jahrg. N° 5, 19, 1887, 29 Jahrg. 1,4. 5, 8. Archiv für Naturgeschichte, gegründet von A. F. А. УУткомахх , herausgeg. von F. HILGENDORF. Jahrg. 55, 1 Bd. (2; 3) H Bd. (2) Jahrg. 52 (II. 1. 5) Jahrg. 54, I Bd. (1) II Bd. (2). . Berlin 1887. (mee, — für |. Naturwisseuschaft. Bd. 21 Heft 5, 4 Bd. , 2). Jena 1887. u wen у. d. Senckenbergischen Natur- forschenden Gesellschaft. Bd. 15 Ней 1, 2, 5- Frankfurt (|М. 1887. 19. Х Offenbacher Verein für Naturkunde, 26, 37 und. 28 Be- richt 1884—1887. Offenbach 1888. 174 Sitzungsberichte der physik. mediz. Societät zu Ær- - on e ==> et ~ -1 = — S — = langen, 19 Ней 1886—1887 und 1887. Erlangen, Miinchen 1887—1888. Schriften der physikalisch-ökonomischen Gesellschaft zu Königsberg Jahrg. 28, 1887. Königsberg 1888. Göltingische gelehrte Anzeigen. Unter Aufsicht der Kön. Gesellschaft der Wissenschaften 1887 I u. |. Göttingen 1887. Nachrichten v. d. Königl. Gesellschaft der Wissenschaf- | ten und der Georg-Augusts Universität zu Göttingen. Aus dem Jahre 1887 (N°. 1—21) Göttingen 1887. Abhandlungen der Königl. Gesellschaft der Wissen- schaften zu Göttingen. Band 54. Göttingen 1887. Verhandlungen der Kais. Leopoldinisch-Carolinischen Deutschen Akademie der Naturforscher. Band 49, 50, 51. Halle 1887. Leopoldina, Amtliches Organ der Kais. Leop. Carol. Deutschen Akademie der Naturforscher. Ней 22, 25 Jahrg. 1886, 1887. Halle 1886, 1887. Katalog der Bibliothek. Lf. 1. | Sitzungsberichte der Königlich Preussischen Akademie der Wissenschaften zu Berlin, №. 40—54, mit Titel und Inhalt Jahrg. 1887. Jahrg. 1888 N°. 1—20. Berlin 1887. Die Fortschritte der Physik im Jahre 1882. Darge- stellt von der physik. Gesellsch. zu Berlin. 98 Jahrg. 5" Abt. Physik der Erde. Berlin 1888. Zvip-DurrscunaNp, OOSTENRIJK EN ZWITSERLAND. (le). - і Sitzungsberichte der Kaiserlichen Akademie der wis, | schaften zu Wien. Math. naturw. Classe. 17 Abt CS 95 (4.5) Bd. 94 (1—5) Wien 1886. 1887, 74 -4 = Ku сл © — — = с XI Idem, 2“ Ам. Bd. 95 (5—5) Bd. 94 (1—5) Bd. 95 (1—2). Wien 1886. 1887. Idem, 5“ Abt. Bd. 95 (1—5) 94 (1—5). Wien 1886. 1887. Denkschriften der Kaiserlichen Akademie der Wissen- schaften Bd. 51, 52. Wien 1886.1887. Jahreshefte des Vereins f. valerl. Naturkunde in Wür- temberg. 45°” Jahrg. Stuttgart 1887. Annalen des К. К. Naturhistorischen Hofmuseums , red. v. Dr. Ев. RITTER von Haver. Bd. И №. 5.4. Bd. Ш (1.2). Wien 1887. | XII Jahresbericht der Gewerbeschule zu Bistritz. 1887. Mitteilungen des naturwissenschaftlichen Vereins für Steiermark. Jahrg. 1887 Heft 24. Graz 1888. Verein für Natur- und Heilkunde zu Presburg. Verhand- lungen, Heft 5.6. Jahrg. 1881—1886. Verhandlungen der K. K. Zool. Botan. Gesellschaft in Wien Bd. 58 I u. II Quartal 1888. Wien 1888. Mémoires de la Société de physique et d'Histoire naturelle de Geneve. Tome 29, 2% Partie. Geneve 1887. Verhandlungen der Naturforschenden Gesellschaft in Basel. Teil VIII 2“ Heft. Basel 1887. Sitzungsberichte der math. phys. Classe der K. b. Aka- demie der Wissenschaften zu München 1886 (Ш) 1887 (LID. Gedaehtnisrede auf Довери VAN FRAUNHOFER , von С. M. v. BAGERNFEIND. Munchen 1887. NooRWEGEN . ZWEDEN EN DENEMARKEN (I. Videnskabelige Meddelelser fra Naturhistorisk Forening i Kjóbenhon for Aaret 1887. Vidensk. Selskabs Skriften, Naturvidensk. og mathem. Afd. б" Série Vol. IV N° 4, 5. Oversigt over det Конев Danske Videnskabernes Selskabs Forhandlinger i Aaret 1887, N° 2. Forhandlinger i Videnskabs Selskabet i Christiania. Aar 1887. Christiania 1888. ші a e Ke eo = ХИ Ехсврахр (Ig). The éd of the Linnean Society of London. Botany Vol. 22 No 145—149, Vol. 25 N° 151 Vol. 24 № 158. cendi Vol. 19 Ne 114, 115, Vol. 20 №116, 117, | Vol. 21 № 126, 129. List of the Linnean Society of London 1886—1887. The Transactions of the Linnean Society of London. Botany. Aud oi Vol. П, part 9---14. Zoölogy. 2" Ser. Vol. IV part. 1, 2. Proceedings of a Linnean Society of London, Nov. 1885— June 1886 and Nov. 1886—June 1887. London 1887. Proceedings of the Liverpool biological Society, Vol. Л, ll. Liverpool 1886. 1888. | Memoirs of the Manchester Literary and Philosophical Society. Vol. X, 5"! Series. London 1887. E Proceedings of the Manchester Literary and Philosophical `` Society. Vol. XXV, XXVI, 1885, 1887. “7 Proceedings of the Royal Physical Society of Edinburgh Session 106, 1886, 1887. Edinburgh 1887. Евахквик (Ih). ` Comptes rendus hebdomadaires des séances de U Aca démie des sciences à Paris. Tome 105 (N°. 18—26) 106 (1—26) 107 (1—19) Paris. Annales de Chimie et de physique par Araco, CHEvREUIL, Dumas, ete. 6° Série T. ХИ (Nov. Déc.) XIII. (Jan. Nov) | Mémoires de la Société nationale des Sciences naturelles | el. mathématiques de Cherbourg. Tome XXV. 1887 Mémoires de la Société des Sciences physiques et nati- relles de Bordeaux 5° Ser. T. П. (2) T. Ш. (1 1.) 1886 avec 5° Appendice au T. IL. 5* Sér. —Ç Bulletin mensuel, de la Société Linnéenne du Nord de la France 16° Année T. ҮШІ. №, 175—186. Amiens 1887 со — 12 <“ ес > et T bo XIII Spanse, Portusar, [rauw (№). Cosmos. Comunicazioni ete. del Prof. Gumo Cono. Vol. IX (2-8) Torino. 1886--1888. RusLanp (IL) 7 Bulletins de l'Académie impériale des sciences de Si. Pétersbourg. Tome 51 (4) 52 (1.2). . Mémoires. de Г Académie impériale des sciences de $1. Pétersbourg. Tome 54 (12.15) Tome 55 (1—10) Т. 56 (1.2.) Sitzungsberichte der Naturforscher Gesellschaft bei der Universitat Dorpat. Bd. VIII (Heft 17.) 1887. Schriften, herausgegeben von der Naturforscher Ge- sellschaft bei der Universität Dorpat, II, III. IV. Dorpat 1887, 1888. | Noonp-AMERIKA (Im). Proceedings of the Academy of natural sciences of Phi- ladelphia 1886 (5) 1887 (1.2) PHILADELPHIA 1887). Smithsonian miscellaneous collections. Vol. 28—50. Washington 1887. Annual Report of the board of regents of the Smithsonian Institution 1884 (Part II) 1885 (Part D Washington 1885, 1886. New-York Academy of Sciences. Annals Vol. HI (11. 12) Vol. IV (1.2) New-York 1886. — Transactions Vol. VI У (7.8) New-York 1886. Bulletin of the California Academy of Sciences. Vol. 2 (6.7) San Fransisco 1887. Proceedings of the American Association for the Advan- cement of Sciences 54% and 55" Meeting. August 1885, 1886. Salem 1886, 1887. Memoirs of the American Academy of Arts and Sciences, st гә + — — — ON XIV Centennial Volume. Vol. XI Part IV №. 5 V №. 6. Cambridge 1886. Proceedings of the American Academy of Arts and ` | Sciences. Whole Series Vol. XXII (1.2) Boston 1887. The Journal of Comparative Medecine and Surgery, edited ` by W. A. Сохкшк. Vol. IX 1,2,5,4 New- York 1888. Bulletin of the Essex Institute. Vol. 18. Salem 1886. Papers read before theNew Orleans Academy of Sciences, 1886—1887. Vol. I N°. 1. ZUID-AMERIKA (In). Actas de la Academia nacional de Ciencias de la Republica Argentina en Cordoba. T. V (5). Buenos Aires 1886. Boletin de la Academia nacional de ciencias en Cor- doba, (Republica Argentina). Tomo X, Entegra 14 Tomo ХІ 1а Buenos Aires 1887. Verhandlungen des deutschen wissenschaftlichen Vereins zu Santiago. 5 Ней Valdivia 1887. Azi£, AusrRALI (10.) Seismological Society of Japan. Transactions. Vol N XI, XII Yokohama 1887. i Linnean Society of New South-Wales Proceedings. ЇЇ Í Series. Vol. II (5, 4) Vol Ш (1). List of the names of contributors to the 1“ Series (Vol. 1-Х). Sydney 1887. Yournal af the Asiatic Society of Bengal. Vol. 54 (Il 5 Vol. 55 (IL, 5.) Vol. 56 (II, 1—4) Vol. 57 (M, 123) Calcutta 1885—1887. Proceedings of the Asiatic Society of Bengal 6—10. 1888 (No. 1—8) Calcutta 1887. x Journal and Proceedings of the Royal Society of New South-Wales for 1886. Vol. XX, XXL Sydney 19^ | 1888. 1887 No. 2 ана 2 š Du с завел а: ARE Р КЫРЕ Fb or — сл са ER den 1 EN > ХУ Mitteilungen der Deutschen Gesellschaft für Natur- und Völkerkunde Ostasiens in Tokio Heft 59,40 (Bd. IV) Yokohama 1888. The Proceedings of the Royal Society of Queensland 1888 Vol. V (I II IM. ILISTORIE (K). Dagh-Register, gehouden int Casteel Batavia. Anno 1655, uitgeg. door het Bat. Gen. у. К. en W. onder toezicht van М: J. A. v. p. Gays. 1888. De opkomst van het Nederlandsch Gezag in Oost- Indië, uitgeg. en bewerkt door Jhr. J. К. J. pr Jonce еп М. L. v. Deventer. 15% Deel. 's Gravenhage 1888. BIOGRAFIE (L). A. Huer. Gedenkrede of Streven Hoocenpisk , herdacht door het Bataafsch Genootschap te Rotterdam. Rot- terdam 1887. W. Brastus. Hermann vor Heinemann. Nekrolog. » Frieprich Reek. Nekrolog. » Gorreg Braun. Nekrolog. » Turopor Harrie. Nekrolog. GEOGRAFIE (M). Tijdschrift van het Nederlandsch Aardrijkskundig Ge- nootschap, 2% Série DI. IV Afd. Meer uitgebreide artikelen N° 2, DI. У, Ne 1. Amsterdam 1887. Afd. Verslagen en Aardrijkskundige Mededelingen DI. IV NS 2, 10, DL V МЕ 1-6 Uitkomsten der Rijkswaterpassing door Conen STUART, у. р. Sanpe Bakmuyzew en v. Diesen, II 1875—1885. 7% Gravenhage 1888. Mitteilungen der К. К. Geographischen Gesellschaft in Wien. Bd, 50. Wien 1887. м. oo е = 5 * XVI К. F. Н. vay Lancen. Atjeh's Westkust, met kaart. Overdr. Tijdschr. Aardr. Gen. 1888. III Jahresbericht der Geographischen Gesellschaft zu Greifswald. I Theil. Greifswald 1888. ETHNOGRAPHIE EN REIZEN (N). Fourth annual Report of the Bureau of Ethnology to the Smithsonian Institution 1882—1885. Washington 1886. Tijdschrift voor Indische Taal-, Land- en Volkenkunde, uitgeg. d. Bat. Gen. v. Kunsten en Wetenschappen. Deel 52. Afl. 2.5.4. О. Fisser. Abnorme Eberhauer. (Sep. Араг. Bd. XVII der Mitt. der Anthropologischen Gesellschaft in Wien, Wien 1887. 4 : I Bijdragen tot de Taal-, Land- en Volkenkunde van Nederl. | Indië, uitgeg. door het Kon. Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde van Nederl. Indië 5% Reeks DI. 5 (АЙ. 1.2.5.4.) О. Frissen. Gesichtsmasken von Völkertypen der Südsee und dem malayischen Archipel (Catalog). Bremen 1887. Corns. de Groot. Herinneringen aan Blitong, met Geo- logische kaart en vier platen in Atlas. 's Gravenhage 1887. Саһ, Bock. Reis in Oost- en Zuid-Borneo van Kol naar Banjermassin in 1879 en 1880, uitgeg. door Kon. Inst. у. 4. Taal-, Land- en Volkenkunde van Nederl. Indië. 2de бей. °з Gravenhage 1887. Het Journaal van Атвввт Cours. Een bijdrage 10! de kennis der Kleine Soenda-Eilanden, door А. б. VoRDERMAN | : Batavia 1888. TECHNOLOGIE, ENZ. (0). U Tijdschrift uitgegeven door de Nederlandsche Maalat HPN : van Nijverheid. 44e Reeks, Dl. XI (Nov! Bec) MIU | Oct.) Haarlem 1887.1888. "ча | ES 0c 4- =I = XVII Koloniaal Museum te Haarlem, Beschrijvende Catalogus, uitg. door de Nederl. Maatsch. v. Nijverheid 4% Deel 5* DI. Haarlem 1887. Tijdschrift voor Nijverheid en Landbouw in Nederlandsch Indië, Dl. 55 (АЙ. 6) ІМ. 56 (1—5) Dl. 57 (1—5) Batavia 1887—1888. MISCELLINEA (P). Koloniaal Verslag van 1887. (Zitting 1887—1888). Unser Wiessen von der Erde. П. Band. Länderkunde von Europa 1°“ Teil. Lf. 95—105. Negen en twintigste Jaarlijksch Verslag door de Hoofd- commissie aan de leden van de Vereeninging tot daarst. у.е. alg. openb. Bilbliotheek te Rotterdam. 25 Febr. 1888. Bericht über die Verwaltung der Königlichen Samm- lungen für Kunst und Wissenschaft zu Dresden in den Jahren 1882—1885. Dresden 1885—1887. L. v. p. Bure. Over den invloed der verplaatsing naar Europa voor zieken uit Nederlandsch-Indië. Jac. Могквснотт. Franciscus Cornetius Похрквв. Fest- gruss zum 27 Mai 1888. Giessen 1888. Cur. Husens. Oeuvres Complètes, publies par la Société Hollandaises des Sciences. I Correspondance 1658—1656. La Haye 1888. Encyclopedia britannica. Vol. XXII. 9" Edition. Edin- burgh. 1888. С. L. v. р. Bure. Het jubileum van Prof. F. С. Doxpers. J. А. v. p. Cous, Nederlandsch Indisch Plakaatboek 1602—1811 5% Deel. Batavia 's Hage 1888. С. L. v. p. Burc. Boekaankondiging: N. P. у. в. STOK. Huwelijken tusschen bloedverwanten. 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN NEDERLANDSCH-INDIE JANUARI 1888. жетт „к у аа WR E АРИС BS E ИРЕ ИЙЕ НҢ, UE ME LN, v АЙЕ M MU ДӘ ЖЕЛ... Bn ДВ 8 JANUARI 1888. WINDRICHTING. E 5 BA ee F — => %%% V 22... > A | > f ° ° > = Е БЕБЕ Ë 8 = „БъЪВЕЕЗЕНЕЕ БЕ ок за Eee ЕЕ ЕЕ ск Е 3 EE малаа Ë = Е = |8 3 e ЛЕ ВУ нв“ БЯ SE, 22 Er y 8 E anes ЕЕ ое к Ёк ° ° ЕЕ Bo T ва Е ` e ES Z E Š ra z SSEBERR ez e E > 2 Е Ё > = == NN 2 NE NEZ z 8 = EE o N = © © ЗОВ “te = ЕЕ Ф — © = : co. ° со. сЕЕЪ с в ER SS" SSE EESRE ЫЕ" БОЕ =sE=EEËEEEE ТАУ. СКЕ al d C ВВ РА — — в = © зе ве © ER а осо “ өөс 2 ё оф со «ёсоо 8 8 о 2 |. 221 3 в опа ~ о Фе „се al 2 В 8 / OSES So от әд — © 3 © ~ ~ ~ SS “ЕБ Се оо оо оо з о ооо ооврронрооор о езе ER ооо о ооо ооо оов ро оо ооо о е оо | = S = = 9 s e TER in Е 5 ee es S S e ооо Ци S & фо ER p o ce o e EZ SEP: O Sst ° ° 8 8 Е g 55 88S S 8888888 оор > 5 о Sr ља T.. = | ° © © Не звоосооноосоооо оо в 2 бо 88 6 8 8 = © © ” Е — ОО МК 9129 Ф О ~ сто « 15 cD P= DAO — са 15 чи зо ер ~ T --е SSS ла аааанд даац ол JANUARI 1888. У ICHTING Eh | 6 | 7 8 - | 4 Мое Pandang. Benkoelen. - | Bengkalis. Montok’ "3 nim. | v/m. | njm. | nim. | v/m. ; n/m. | nm. | үш. | nm, | п. 20 6419-1218 | че: | 61942182 | | | NW} NW ol W | Nw | WNW |. zw.) Woo) NW de NW. 2722 NNW.| NW |; W NW WWW] N N N NW; OR. ZW | 70 w NW | WNW} N N N NW NW. |. N WNW WNW w NW WNW N N N N Juge № Aa: — w Vu I WNW| N NW N NW | NW.) NW NNW | NNW W NW WNW N ZW | N NW NW N NW | му 0 NW NW N i NW NW. NW | NW 1 7 0 w NW N иса И NW X № 2 | |. о ZW | ZW 0 N N NNW | 2 N мм | zzw |. о NW NNW N NW | NO N N NW ZW | ZW 0 NW |WNW | N NW | NNO... NW. | МУ NW м |2 0 NW Гуми | N ZW | му | му | NW.|. NW ZW | ZW | NO ZW w N NW № N NW.|. N; ZW | ZW | о w | zw NNW | му | му | NW | N ZW | ZW 0 zW | w N N N NW | NW N NW | NW 0 w NW | NNO N N N N NW ZW | 0 zw. | ozo | No | ZW N ve NW N ЖЕР -- 0 w NW N w N NW |. N N "Ww -- N му | NO N w NW. Кор N N z 0 wal L.L k 4 NWab NOyl. Морфи ИЙ % 1 0 W zw | N | NW] Nap Хор N N 4 7 о NW N N NW N NW N N uto 0 2020 0 NW N NW NW N го wal awk noch Мими Wak Wein Ë Te 0 NW N 0 NW N N NW | NW Tp 0 nw | w N хо | nw | уху | N w и 0 w NW N N ду. |. N NW | NW на W 0 w NW | му | No N Nw. | NW. NW “| NW 0 w NW уу NW N NW N NW зай zw 0 му | w | ху | zw N nw. | № NW mw. — о уу NW w 0 N NW NW N JANUARI 1888. WIN 4 TING 9 10 11 11 Tandjong Pandan. Java's 1° Punt. Vlakke hoek. Eil. š vm. | n/m. | n/m. | v/m n/m. | n/m. | v/m. | n/m. | n/m | v/m. nim. | е б ја РФ 6" 12" 4" 6° 12" 4 е 12 | | 1| ину | nw | NW | NW | NNW [NNW | W | NNW| му | МУ | WE 9 | wywi nw | NW N NW | ммм | NW | w W IW Wy 5 wyw | WNW | WNW N NW | N No | NNW| W | NW| H 4| nw | NW | NW | NW | NW | NW NO nw | zw | У | WE 5| NNW | NW | NW | NNW] NW | NW | NW w Nw | zw | VN 6| Nw | nw] У N w w Nw | nw | ху | W | NW | 7 | wNW| nw | NW N 0 o |wsw| w w | NW | NW 8| Nw | WNW WNW N N N NNW | NW | NW | NW | WE 9| nw | NW | NW N У zw | NNW| ммм, 10 || nyw | nw N уу уу м [АМУ | w w | мој 11| sw | уху | му | w | w (уху [м | w | У |м|7| 13 | ww | му | nw} w | anw | тлу w | w | w | w | 151 Nw | мм |wıw| w NW | NW | NW | NW | NW 141 N N N w NW | NW w w w ; 15 | уху | nw | nw | ху | N nw | w w У | 16 || nw | ми NNW | NO 0 ONO N ZZW | У j 17] ммм | NNW | NNW] N NO N | хху | NW | ZZW : 18 | yyw | күм! NW | w | NW | w w w | zw Va 19 || ммм | nw | Nw w м NW | NW w w | w| NW | 20| Nw | waw NNW NW w NW | NW w w | nw] 190 21| NNW | NW | NW | NNO | NO w w zw | zw | ww | | 22| NW | NNW | NNW N NNO | N N w w | пи | W] 25] ммм | NW | му | х | NW | xw | w w | w |wsw| м 24 | waw | nw | му [ww | sw | w | xw | w w | M 25| NW | NN NNW | W WNW му | w w w | waw} № 26| nw | ww, ху | zzw | w N w | му | Nw | WNW| "E 27| Nw | nw | mw | уму | w | Nw | w N х | WNW pé 28 | nw | ww | ми | w | ми | му | му | nw | z | AW) oe 29! NNW | NW | NW N N N NW 7 РА NW | ad 50| nw | му | ew | w | ху | N w N и ГА ки | 51| xw | nw | NW | NW | NNW | NW | N N и. ГИ Ç 5° JANUARI 1888. W TING 13 | 14 | 15 16 | 1 Edam. | Batavia. Noesa Kembangan. Semarang. nim. | nim. | v/m. | n/m. | n/m. | vim, | n/m. | піш | ум. | njim. Жіті! 912 | ow | p] T8. | i | AW | ZW | NW WNW | NNW | WNW NW 7 NW | W | NW | AW | NW | NW | NNW N — w w w NW w РА | NW | NW | NW N A 0 w w Nw | м П | NW | NW | WNW | NNW | wyw] w w м | NW | м м NW. NW | NW NW | w w У мм] м | ИМ | Nw ONW | N W — w w w | Nw WW ũ1. EE NW. ap | Nw | му | ммм, EN ap. NRO — ж Уа Wu 4 №, W NW | NW | NW | NNW.| NW. | W w w “| Nw] n Ww Ww Ww w ин w | WNW| NW | NNW | NW ZW У W ZW w AW NW NW nw | NNw |wzw| zw | zw | zw | zw | W | W w w |wzw| w |wzw| х zw | zw | zw] W | Ë Мү w УМУ | W | WNW w ZW ZW Zw w w | EN XW.) Nw | w | мо N 0 7 7 nw | WC ẽ 24 м we | NNW | N ао er wi EE s. N | му | NNO к N | ZW | ту | NW. wl МІНІ ONW zw | NNW | NNW | N zW | zw | zw | N W ЖШ" zw му ww | у NW | ZW | ZW | ZW | NW | У НИШУ SW w | age | или — | zw | zw. | zw | xw | w ШУ Nw му | Nw N zw | zw | ZW | NW | W. Wi uw муу му | му | x | zw | zw | ZW | ZW | Ww NW Nw | NW | NW | NNW | zw | zw | ZW | NW | w N ZW nw wyw) N N zw | zw | ZW | NW | NW Шығу | NW nw | NW zw aw | kw | Nw | NNW КО SW. zw | Nw ммм | ZW | ZW | NW | W ШИ ны му | XW wel x | zw | ZW | zw | Nw | NW xd NW | NW | у му) м | zw | ZW. | ZW. | NW. | NW ји NW NNW N NNW N ZW zw | zw | NW w | ks 1 NW NNW | лхо | W w w | NW w | I NW NW w N N w м Ww NW | NNW 1854 o CS | SEET 1 6: JANUARI 1888. WINDRICHTING. 17 | ‚18 | 19 20 Poeloe Mandelieke. Soerabaia. Sembilangan. g ! Е! vm. | nm. | nim. | vm. | n/m. | n/m. | v/m n/m. | n/m vim. | nim. 8| 12. 4 | 9 | > | e | o joo 6 || ги 1| zw w w w w NW w w | zw w м | 2| nw | му w w w NW w w |wzw| W | W| 9| м w NW | w w NW w w iwzwi w | W| 4| w w w w уу NW | W уу уу W 5) м м w w “ху NW үү w w w | WE 6| w NW w w уу Nw | W w iwwi м | W| ¿I у w NW w w NW w w iww] W | W J 8| w У w w w NW | w |wnw ww | W W 9| w w w w w NW | У w IWNW| W | ЫГ 10| w уу w w | NW | NW] w w ww | W] 1 w | w w w | NW | NW ] эу [ку] wi wi 12] w | w w w NW NW w w w w ЫГ 15] w | W w w му | NW | W w ч | ee ` 141 w. 1 NW w уу NW NW w Hi w W “| Ме | w | sw | w | му | му | Ww | ху | NW | “72 16| zw | w NW | у NW | NW | W |WNW| мм | W | d 17| w NW w w NW NW | WZW | WNW | ZW | NW r 181 w w w w NW | nw | wzw waw | WNW NW. 194 19| w W | у w nw | Nw | wzw waw | nw | NW | 201 w w w w NW | nw | wzw wyw | waw | wzw №. ум NW NW w NW N мам | NW | NW wm | 22| w NW NW w NW N wzw NW | NW | WZW " 25| w W | nw] W | NW N |wzw| NW | NW | WIW p" | wil mw | им | w^ ww) w' | zw | zw | ху (939 10 25| w | NW | к | w | NW N zw | zw | NW | ZW | D 26 w w w w NW N aw | NW | NW | N š 21 м w NW w NW N zw | wywi NW | W D 28 || Nw | NW NW w NW N wzw| м NW W Ww 29] w | у | W | w | ми s |wzw|wnw| NW | Му 50] w ҰМТ РА LS TWEE “ГВ 51| W | Nw | Nw | w NW N w w nw | W | | — EEE у MENNE с о лай ff: Ce d: а а aman Gamit TW JANUARI 1888. WINDRICHTING. FFF ~ — ASS TTE eel «өв ээл 2 2 | 11 PP RRS Es see B D EE. и 23 Е | > а | БЕБЕ Sab = BEEBE NESE 2 я е mo M N Е 7 Е ПАН ВО a £ š жа > ЕЕ > 3 „ВЕР С Е > Е SSES = š E р ИРК L E ~ ER ЗЕЕЕЕВЕВЕРЕВЕКБЕЁЁ НЕЕРЕЕРЕВТЕЁЕЁЕ 29 я FVV Lens PER A Е га PEEREREBEREERBESE EERE REE EE ЁР Ё ш ER BETTENER ER S S SSS S S S S S ооВЕЕЕРВЕЕЕЕЗБЕЙЕРЕК & 22 ——... ð ß RAE e IRON: за S|i|ia| ВЕБЕБЕБЕБВЕБЕВЕХЕЗВЕР БЕБЕБЕЕВЕЕ Бъ EEE EEE RR Bet K a Басе oV оста Е» а ее kb А JJ... ооа х š „„ S E S Er £ > pore; БЭ JANUARI 1888. WINDRICHTING. 2 25 ES 25 ХЭЭ” T "ЕЕЕ Е" | ВОЉИ нх E) P. Ë = w =Ë sÉ | | РЕ! 11 | = > C ERE Pee Keser ae = 318 ва Eaten СУР ЁС ec Eee = E БЕБЕ Pee m CCTV ~ š кл 5 "uofupajuo uobunmaumon usan d 5 8 "wobupajuo побитидиата ндә) = Th Ë Sel 2112:1211112344144411111411:1121: E E $ ERBE 2277222222222 „ 22227 2222 73007 | = |-- иа. | Se „ 22222222227 Ев Е сив Ев ЕБЕ Е зз Ё | РЙ -- -- — i А вазата SCE Eee rc E JANUARI 1888. REGENWAARNEMINGEN. кра ps eceson i ES Kat * 2 8 оъ БИН wan | mae LL © реж | RRRS ЕЕ Фо | тї вааз: пея ЈЕ | [ wid ee ай да lu „„ „„ SENE ; 2— aen, BR | ея | пао ра ма cs [f Eg EETNL Е = med Еве маме Snelste — — 2 32 шега (88999888 Ее Е 3 — 22 2 =. a 8114 ао n авлаа арс й”| 85888428 | oo. КЕЕ Юг n m^ en ШЕ / а * JANUARI 1888. REGENWAARNEMINGEN. 2 ДЕНА лева a те . — —. ee ee ТИ e 522382 —— нд е Е du 5 pose “en menen. s | 18 * гала следа ти БЕ -пәод Ass хэл. "RSS + ЖШ SERA | melo Dam = ‘uvyoourmeg | SZ (3577 ||| F үа | | \ тз E: со 64 &1 «D 15 > — ; HEREN аз N База *o oo r- © Is "Впоолешеу nn Pet] | сече | кте | да Í a S ооо + СЕУ 25 10 00 29 со 1% 90 | 1016 ж с Bug | FRISA |“ ||» раа id шань а || š NE Фен | © ко a ° әз 30 ЕТГІПТІГІЗ pu E ‘anemohuog || rom | | | | Ba ER | 29 рома e -Buea Tu Сым | „ пе V | | | -а88авиЦ, | | - 59 < єз - = = 63 D= 00 565 ‚ 85 0D 26 Si r= r 63 | < "оредедлец и оро РА КУ | ЭН? cp Ер GE Е ‘CUTEM +t COLD =ч oo to EE OO РЕ al oo | ---- 8 | n 8 | |зазафава ли на > Рина = x А ‹ ` е м 5 | зери | |SLEPER аза“ ee Eeg koge] 2 SUE реци], = | ITN GOH op artis ж BEILLLTTTEEPERREPPI & верод!ї, к. о ЕЕ 5 = JANUARI 1888. REGENWAARNEMINGEN. — |2181185158(15188111111118 за лим, | 8811/1111818118л(88(5/581(18791Їй eil SEPT LIRISTISSITE ЕЕ Жан BAI 31118181188188(8188911515118 — 881118111315118 881818811952(511 ЕЕ “Buejeur ossey S ||| р] ELEFPEPT- obs |вөл сав зрении | 282881111Ї завааа8г Е nb ЕЕ ies “вее те тай 1588 8|(555585555518 |заооделадве e *:5 | Те | а — ` || — = > — s> «ә к— оо > = = = a WE жыл ik Dëse, uk WPC “Esas. Я QUEUE ee с-ди aw cd ET 1 E ETE. CN MESS Sak nee таш ne d Ngandjoe k. | 25 22 25 * SES 5. + 197 z JANUARI 1888. REGENWAARNEMINGEN. ] | | | | Í j я = алата d š © © ы | = = © í = = = << = ~ | = = 7 | | | | 1 55| 49. 95| 4 | 146 | 6| = | пре TE 2 38 — 2 20 38) Ш 3 6 19 1% E ri 167 № 7 4 Е ou 79 — — ua um 5 „ 32 22 65| 16 419 6 12| — 5 96 1 — ^ 15 и Ч : 86 | E | B S P. — | c) n 12 1177 9 — — e | — — E 10 — | ME 11 астын | | E вм 908 12 18-| 18 ее ol М 84171 15 ва 51:38! Ж О r 14 мы SE ер 3696 06 + P. 56 51 5 — > 7 5 — e ii 17 а ben 95 — | Е АЖ 4 27 Së 18 18 12 — 9| + ыш 5 64 20 101 19 181 то 982) aa} 5 14 6 t| 192 20 Үсэг ы 6 2 70 27 50 1981. 21 СЕЗ Гр | 38008 ЙГ 22 — гювеч =| => 2 M 95 95: 90: 9 | 441 M 2 485 30) 6| 14 70 % | ЕН — 2 — — 26 11 НӨ 5 911 36. C 164 ~ Vë ; ae SA — — 56 7 20 10 Ч Е || — =н 2 15 ал -- 29 41 .8| & 9 — 1 15 | P 2i cx 984 14 (1 12. | а | = 451 | 578 | 450 | 655 240 | 250 | 454 | 453 ш JANUARI 1888. REGENWAARNEMINGEN. "matt BN Ши "urop] GN ult tn I» | e SN ик | OE г- kel — t ср Kol LE be bet 5 | eyueg риерә mn | — | | | | | че үзэн | | ОН "Cou 4 =з пас ло = = боро L| „% 898) ‘Suepedag E | p< | LI — = Ми 320207] | | | НЕСІ ШЕШЕЛЕРІ `шивләлүц я ерер a | | зе дето зо Es Biene e 81911749 id * us 2 А LEP PEP è⅛—vuw ра 22201111 heten de RAR SN — М; 2 452 28 Пеја „4 14 JANUARI 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN TE TJIBOM 12" smiddags. : 6". v/m. | | : 1 ыы | 242 ~ СЕЗ 10 16s 98 e 5 15.6 100 0 10 16 16.8 96 + wo 10 |- 4 | 168 | 96 zo 10 | 9 | 20.6) 85 я 9 5 | 16.6 94 | w 10-1::1-1:184: ав а 10 6 | 16.0 89 | w 10 МІ 4 13155 96 N 6 20.6 80 2 10 6 44581] 950 8 ә | 198! 92 P 9 | 150 89 | ху 0 19.0 | 100 | 2 10 10 | 16.0 91 | ко &|-—] 194) ФЕ 3 9 [* 11 | 148 | 89 | w 6 | — |196 87 | zo | 00 12 | 15.3] 95 | zo 5 | — ЕЕ сы — 13 | 4.061 и 10 | 64 18.4 92 zw | M Ы 15.6 100 ч 10 | 50 | 168: 90 | zo | 0 № 1168.94 | xw 9 ° | 186 86 | W |` PB 16 | 163 100 w | 10 ;| 194 932 N 17 16.4 87 w 10 хай 22.0 84 | w 11 18 | 164 100 у 10 6 | 172 | 96 | % и 19 1 168] 98! ко 10 — | 120 98 | 20 | 360 | 98| wo 10 5 20.4 100 . w | WE 31 | 160] .89| w | 4| — | 916 89 | ме NE 22 | 160] 9% w 35 — | эе! 83 тш | О 25 | 166 | 85 | м 8 5 | 2165 в | BE 24 14.2 100| z | & | — 22.4 8& | w ОШ 25 | 156 10% w | + 1 2.8 89 “19 26 | 158 | 96 | zw 10 1 19.6 з | ШШЩ 27 | 164 | 96 w 10 — | 1981 90 | 1 | ШШ 38 | 158]. 9$ | ww a пой 8 |: J- (1581-9565 5 8 22.6 86 w | | 59 16 alm 8 19.0 | 100 w т : 51 | 16.6 | 94 w 9 14 232 881 5228 5. | | 7.8 | 199 19.72 | 89.8 | | MA Cu ot 4 Got ШАМ 1888. METEOROLOGISCHE 15° WAARNEMINGEN TE TJIBODAS. 6" nim. 0" Vm. P = | Thermometer, | OPMERKINGEN. б | == 35 E Э à | 33 23 2 3 Мах. Ми, J юэ? 1 | 1601 96 20 10 24 — B 168 98 хо 10 1 15.2 H 17.2 | 96 NO 9 у 15.3 5 | 162 94 w 10 8 15.4 (6 | 170. 96 | zo 10 | — 14.6 Bu 174 | 94 o 8 2 14.4 B8 | 168|. 94 w 9 5 15.0 | 9 17.0 92 NO 9 3 15.8 Nevel. № 18.2 92 w 9 244 14. » НА 170 98 20 9 4 15.2 » is 98 | zo 10 M 15.4 , | 16.4 96 w 10 19 Е 15.0 » | 16.4 9» ZW 10 пр 5 15.6 94 " 10 d š 15.6 | 6 1168! o w 10 ix 5 16.0 И 1186) 92 w 10 i 2 14.8 B | 168| 98 e 10 8 5 15.6 17.6 | 96 N 10 5 ~ 15.0 16.4 96 NW 9 4 = 15.0 : 17.6 96 uw 10 5 14.6 16.6 96 w 8 6 15.6 17.4 94 N 9 6 15.6 | Nevel. i 180! 94 w 9 9 14.2 A ЭР 96 уу 10 9 ep š: 7.4 94 я 85: 5 id 18.6 нең х | | 6 15.4 | Nevel. % » 10 — 15.6 , 96 w 9 19 14.8 у Е | 8 os | w | 10 | 10 мэ 2 „% 7 да 14.0 84211140 94.8 | 9.4 230 14.54 ый ai » 16 FEBRUARI 1888. WINDRICHTING. 1 | 2 | 5 1 Poeloe Bras. Oleh-leh. | Poeloe Bodjo. 5 vim. | nim. | nim. vim | n/m. же | vim. | рл. | nim. = gu ge | 6" | 9" | gu б" ди 6 : + хо | No | мо | N | Noo} No | w | 21398 2| 0 0 NO | NO No 0 | N | WZW 5| 0 о "YO NO NO O° r 20 n 4| o o, Lee à 1:6 0 WNW wzw! 7 5 020 0t r0 0 7 Zo NO 0O | 19 6 0 020 .20 "1 1:0 0 NW UM =ч 7| 020 |.NO | NO 0 m 0 N 20 Hi 8! zo 0 ONO 0 | го 20 NO NNO | w 9 zo о (NO Е | #0: zo | zo 10077298 20 тг 20 ко | ono | W Z 1 7, 20 озо | XO 2 10 7 20 080 | ZW 0 3 | 20%] 720° 102 | o 99 20 | 2 | 20 zo | zw |ZzW| W 0 ТАҚЫ 120 HU 770 W | ZW 0 E 0 zo см rt. NO | 66 | 20 6 рам w^] NO | 9 ёз ө 020 220 ZW | 20 | 58 20 9 N NNO | ZW , 9 pov 0 70 уу WV w 2; 70 | O LNG 0 [20 | ым) X | w „ 6 M 76 zo | ZW | pw 0 ты w МУЛУ | | zo | od зар | NW | NNO 29 | do | жб 20 го wot w Эй 20 | 6 ono ONO NO | 2 | NO | NO о 1020 20 | 240 © | "о e Рим c P ЖО 6 | юг 10 2 | WNW) 2М | | | | | | | Г | E 17. ан FEBRUARI 1888. WINDRICHTING. "n ia — ` | гсн 8 Poeloe Pandang. | Benkoelen. | Bengkalis. Muntok. m. nim. | пут. | v/m. | n/m. | nim. | v/m. | nim. | nim. | v/m. қ Br 1.6 9" 2 6 L0 | 2 6: 9: Е | | pee pu Y Ero 0 w N NO | NW N NW NW м i m iw ZW NO NW N NW | NO N NW. | NW | NW i 2 | о Wo и 4o NW L 8000 vw | Ж | Во 0 ZW 7 N NO N J. NW | WNW). W ЭШ” w. — 0 W | NW о | NW |. NO ,| WN ки. N hat - NO w му, 20 |, NW |, NO ‚ МУНИ ANNE 3 8 NW NO „ 4219 N NNW NW.) N | ам | — 0 LWZWi.0NO |. N | NW 4, М к VJ NNI. Ж | Му — + W w NO NO N N NNW...) NNW N 1 ЖИ 2W.|.0 NW | W |. 0 | NW |. NO мм | NW 3 uge 2 2 0 w ZW NO | ZW N N | NW | NNW ВЕ 2 0 W ғы бай N | Nw | NNW). N pw w 0 w ZW. N: | ZW NNW ЦК аи X N. * zo ZW .. - .. Nook P ИИ N N. ES МЕ... 0 w | 070 i ом | Х | N | N NW Е iz 0 z 2-5 Жады... m.s. zc о | z Log | 0 2.30 | RA EES? N Я " 2 7, 0 2: |020 | M. | SSW |. NW | N NW N По „ | N к} N k Beet OW а ED 0 x l N | ти | nw | ZW | NW | Ж E. : x Ж z 0 7. 70 : 7 | N | ZW | м NW Nee 1 dm | 20 0 ии | O | NW | 220 | NW ay ЫД 0 z | 0 | NNW | чим | NW | NNO | NW.| NW | 2, туу 0 NW. (а: | NO | ХМ | w N хо ро ж.а io p NW] NO | о 4 NW > 1 Кели о и % в Ты N | т N NO Ñ pz t |.oz0 | zw |. 2 | NO рими) NW.| BW) NW NW : рам! zw 0 . ЖАРЫ NW " > | 0 w W m W | N „„ аг U | | | Eu o0. ? | | Eee d 18° | | | | FEBRUARI 1888. WINDRICHTING. 2 Бере 9. 10 33 LS | Tandjong Pandan. Java's 1° Punt. Vlakke hoek. Kil. N M 1 SH : В| vim. | “n/m | n/m. vee n/m. | nim. | v/m n/m. | n/m. | vim. | nm. ! Set 1: | е | е 12. 4, | е 12 | + | e Ней СЭН | | | | Ё Тр NW | wesw NW | w | w | NNW ОЛ NNW | NNW | NNW | NNO | NO | о 5| Nw | waw! wyw) w | NO | NW 4| NW | NW | NW w w w 5| NNW | NNW | NW | NO ери 6 Nw | NW | NW 0 ü lw 1| NW | му | NNW | око | NO | NO 8| Nw | NW | NW | NO но | NO 9| ми | NW | Nw | No | NNO рай 10| nw | хус! NW NO па 11| Nw | Nw | xw N W | WNW 12) Nw | NNW | х w | NW | NNW 151 ww NW | NW | Nw N | Nw 14) NW | NRW ^ ни? w lw r w 15) Nw | Nw | NW N NEU ç A6] o | wawt wan мо | ono | ono 17| око | wNW — | о | ono | no PEU NOU o | — ^ ai we | № 19] о уху! х 0 0 7 20) 0 7 W- ки | zw l zw | gw! 21] — w Эх! zw | zw 070 23221 — | — WI 9 о 2 25| WNW w low | zzo | 7 7 24 zzw — ммм w w ху 255. o0 | w - w ву ту [zw Зе — | ien | w | 397 w Wawel? ы ужој ачи 28! zw | WNW WNW| Nw N nt 29 W wawl wuel w w w 19° FEBRUARI 1888. W TING 14 | 15 | 16 pas, | I Batavia. | | Semarang. | Tjilatjap. —— v/m. | nim n/m. | | vim. | nim. | n/m. Ф|216| кв ле | £ | | — N N N nw | w | NW NNO NNW N w “w ки NNW | NNW — w | nw | NW | NW | N | NNW у | му | NW | NW | NNW' | ON nw |’ w | У PER WEN N NW |w | W fon [anw бок zw | w | w | NNW N че ZW | w w WNW | NNW N ZW NW | W Г NNW N N = w NW | NW WNW | NW уу > W | NW | NW w N N = W. ww | ww о | NNW) ON = W | NW | NW N N N = w | ww NW w N NO = w | Nw | NW zo N N = ZW | NW | NW N NNO N = zw | 2 w WZW | NNO ZW Е 20 | ZW w ZW | NO NNO = 20 ан ги 7 N zw | = zo zw zw zw PON zw | = yw | w | zw ZW N NNO | = NW | W zw NNO | NNW | WNW! nw NW | М | NW | х NW | но | NW | NW ow | му | zo | хо | Nw | NW | NW | NNW | zw NO | NW | NW W NNW | NW NO | NW | NW NW N WZW NW zw ZW W | NNW | NNO о хо w 20° FEBRUARI 1888. WINDRICHTING. — — at. 25% ! Poeloe Mandelieke. | Soerabaia. Sembilangan. Е vim. | nim. | n/m. | vim. n/m. | n/m. | v/m: | n/m. | n/m. © та | -> | 2 6! | | | 1| w w NW | w NW [N D. W м w W | NW | N BEW | му NW W | му | N 4| w N NW уу NW | N 5 w w NW уу NW N 6| NW |. N NW w NW N 7 NW NW NW w NW N 8| w N NW W NW N 9| w NW N W | NW N w N NW | W.| Nw N NW oN NW | W | NW N NW . NW |. NW | e NW N NW N | NW ГЭЭЖ NW N NW NW Дэ, REEN NW N NW N w w NW N w w NW w NW | N W NW Ü | 20 w | N w NW | NW 70 W FN NW У уу 70 Ww | ^W Y Kw LOW | Ew | zo | w | X У "3 vw NW | NW | 70 w N | ub. NW W zo | zo w N | эж | NW ZW Zw | 20 w N ме IW w NW | zo w N 5 ZW · му | | zo | w N мВ т w N zo ч N " zw. w NW | zo | w N 1 zw W 10 w N " zw ..W | ми zo w N | В | | | i | : | | —— — a 1 Ч i аг 1 FEBRUARI 1888. WINDRICHTING. EG 22 UD 3j 12775 Boeleleng. Bima. Koepang. T Pandjermasin. vm. | nim. | nim | vim. | ши. nfm. | v/m | nm. | njm. EA vim. | nim. | nim. 112 | ь 61-19926". 1а an 6 AW | NW | NW 0 wi | зи | м м uw éi NW =. N W | NW | NW 0 w 0 w о о N^] NW | ZZW ЖЕ NW | NW 0 уу zw уу уу EE ИЕ | Nw Nw | o wel aw | ow | ow W M WI. © AW) му | NW 0 zw law | A w w N | awe) NW | му ху | o awe) AW | „ E WN KH ON d AW | NW | NW о zw | zw | м W | NWOL төгуі вм Wi NW | NW. | о w м | NW | NW | NNW] х w 1 OW NW Nw | o уу w | w-L NW МИ мы wu W Wi м! NW. 0 уу уу NW NW w NNO ZW ONO М | му NW 0 w w w w w NW | ZW | NNO иј хуу ww | о zw | w | w | NW | NNW | NNO | NNO | NO МИ | NW: | NW | ow уу w | хму | NSW | NNW | NNO ^| Se М Nw) Nw w w w NO w wed wv Nw | AW | NW NW м w w NO уу ZW - ZW ZW NW МИ | Kw) мү o zw | 7 7 NW | zW'/4- 0 20253 M 1 9-1 мо зара in Lei 2201)... УК] ONW о ОО при) 29 № 0 | NW | 0 ZW 7) NW | NW NW ZW ZW ZW % o aw | 2 xw | aw | zw 1 ZW ZW МЕТ 0 so w 7 w W | BW. mo, ам БЕ Er йс) ; wo] xw | хо |zzw' 0 4 0 | s : У : Sg La W | уу zw | WNW! — EB ос. о 0 w 1 w w W§Wwr ; W 0 0 о w 7 ки j W ви N “L WEW W E 0 0 w 7 w W | Меј MC ER „% % t w | zw | z | NW | waw Ий +, NW Nw Or ow z | NNW | W W NNW] Nw, 72 EU Ew ви o ¿| w z |ww|:2 | 2 N mu : | | | | | | | | | | | | ed Sea от * ба та WINDRICHTING. FEBRUARI 1888. 1 ки» | БЕБЕКЕ | eee Eee ЕЪРЕГРЕЕТЕ kt ‘nahunajuo нәбитшәнл woog ‘wabupayno нобитиднатот waar ZW gle: 225 < | | ia? 42200 | > VEN E РА, = = 2 = là; |** = | = | Е Е = ! FEBRUARI 1588. REGENWAARNEMINGEN. 1 : i | CR IER - | u PAPST . Nt E ES | 1 We uw. wo. з фея - ~ Қайы ke 35 | «зле ит рит ВЭ” J] J | | | = | 58 = EL | > e c о Фф % 92 " a E t | Фтор IM. ea |= | | ja = га б озат 55 20 е - - ~ "инаоцечоод 8 | РА та |= | ~ | | | с ~ - ~ оса зэ ~ ~ ч 10 > мере eyed . pars за са AT „„ RK > = 3 st + 6 sr г” 5 “ра PASO лааг 3 E [T | © W we Ss pu на | = сш], TT T Lg mu RT | |^ 25 m 5 ~ ` за 60
tor 5 1% ba *pessSuculy, | rn Be лд ал аль 27 4 -- a EE РЕД 14 ы % о“ GO Ф eo ve FP ЭЭ ЁмТЗ Л ЛЭГДНГ ЛИН ЭЭ | 5 | | 1 2 Buəouəon + Фе оо ас оо росон оны © | a ШЕЛДІ? | |= яа 6 |ваРяя | || | at 0. |RASRBSvVACASSR E RM EE |B | | Vos | 8 = — = === == — e? = Ges ee EE ће Sn EN A Ырын 24-25 — — ei P. 3 ~ FEBRUARI 1888. 24° REGENWAARNEMINGEN. = š S sé = юэ | ° Ж : = = | = Ë : = = = Ф | ss Е =p ще 2 3 8. = = = = 2 | Е= SC = = £ асы 52 = = = > 3 = S = = | Ep Ea = Е [E = ° - Е 251% = „ et Ї58 RL 2 = = > | | | | | | 1 B 9 k о 10 ER 5 | 5 al трена 2 15 3 — — 22 2 7 2 143 $ ir 59. 2 2|. 9| Al | — қа E 6 1 2 6 Бр = 15.9 5 БИ Е 66 2 7 795. 20108 6 8 ı — |— -1-1- кари d 1 poe 4. а 441 6 j: — 21 0 M „„ L— 20 8 23818 d 9 ©. 12 11 — 22 4 26 W | 10 з в +. | | 24 8 25 45 ғғ” il 4| Or 4, 1] 50|. B 23 | 22 00888 12 90|- 9| 4; — | 55) 19g 4 [50 S E > 2 — | 14] о}; ok 15... 71168 M 14 251 18) 8|. 7 GG 15 № > £i 40 4% 5 351 mE = | ~ rz Cara OD Cara Ç s: ts <= “- | | | a 17 6 SC 4 е EEK 8 12 Ge u == > 12 e — ”-.: 20 — Ш = 4 5 1 9 54 2-5 а ^ аю мы | л 00 e A Ae DWE t2 га | Оо 118 — t$ 90 OO T - te | | E — > д сл = 22 te ~ ср ro с“ е: c 1 55 C v$ Бо oe а А ap FEBRUARI 1888. REGENWAARNEMINGEN. Е | ^56 = : = | £ | s i22 E | E S | aod d 1: P | ИЕ Е - ЕЗ |-= |-= 1335: ча GE rë = је | Я | E = | ағ = | = = = 5 е | | : ПЕ Е f ñß[?rT 02480 ИСО R 8 8 | 5 „ | 8 UY RTL 10 36 as p cr 21: E ee „кг ја КЕ — “90 Е -4 | Se = 87 5 Vw „олт EE GP og © ig BE arseen 41 54 | 50 19 1 53 | 51 11 % 44 14 20 40 9 16} —| —| —| — —| — 38 18 20 9 6717 790 "ai teog m ao] => 10 10 61-21-7105 бз 8.1132 20 £ 14 L. 58 i M ˖ м0. EL. £30 18. 9à РТО 8 4 47 10, = 22 5, 25) — — 11 12 13 — Т 20 67-80 Р ao = Bar -5à 1-50 о — „„ 104 | 76 20 4 4 4 21-248 46 30 1 — -- — = — = 12 eS riet ie іседі а e et i J p 112 & 15 вк — — — — 27 | 56 46 20 10 ZZZ 8 ШО S er 50 24 ß pe гж 10 19 21 лог n 26 р 51 15361218 ||| Ч 12 Se= F 8 ЕР 8 11016 12 71 13 10 p за |- 11: 28 E орар Ии а Го те ад 7 R111 IE SH = — — 7 721 | 522 | 529 | 591 | 155 | 168 | 165 | 170 | 187 195 26° FEBRUARI 1888. REGENWAARNEMINGEN. . I [ Se 1- В Pe |> 5: з ГЕ |2 (4 |-= PPD IPE | | š ин | RI. ot +: = el 2) 14 2 „ TTT. 1! 5 о. 4 | 914 MB 4 | | 79 | | 10 1: 5 f of 9| C r 6 1419 5 14 + | | 32908 7 в 101 —l 18 5 9| —| 2 8 22 35 | 30 — 15 | — 4 2 D 9 — — 2| — 353 — 1 6 46 iH 10 CCC 11 4. abe 8S 41i al lo, д 77 12 % 18 1. & 71 1. а 15 „.... ече — 14 Sr gr ee. 2 15 ER 2172 221 И 16 ыг dl % Р ЖЕМ 17 — — в. 261 <š — jos — 0508 18 — — — il 44| |, e о 19 - Hl Hh 8 т 20 м ТТ on 21 6 AS 4 4 25 8 — | 51 29 Er ай Эмч 22 udi 5 ES ee = 25 NES id. Loud 6 4 8 124 228 8 24 sti Ei. Er ul Oa 6| — 25 re мМ 11 2L LLL 26 - ı #1 —| — | ва) 10 11 27 19 M1, — f 28 1 10 21 69 8 29 — Т 16! 291.501 41 8 = | Тотллі 1 205 | 175 | 208 | 516 | 287 | 155 | 92 | 254 27° FEBRUARI 1888. REGENWAARNEMINGEN. Ë о 16 т — . лын, (1118111121144111114128144115441-8 шт, FVV ee 11121111111114111114"13711111| 8 шим 175111” 113183 188118789781] 8 feels 1511)119 11115 ы сы 6 тей | Le Ke мәшонобзрот jaw] BIRIA : mer 11411110 11(821111722 2 1111111(181169 Дес ‘uahupajuo uobunuousmum изо!) 22 3 dd LE map е оса оо э = з 28° FEBRUARI 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN ТЕ ТЛВОШ 6". v/m. | 12" s'middags. — — 5 : E T a = 53 „ Ф - | > j = о a ie: = | 83 | Ев ЇГ = =. | = e ша? 1 16.8 90 | zw . 2 15.8 89 х 10 — 1950 5 15.0 98 | w 10 T — T 188€ 4 15.0 96 | z — 188 5 16.0 98 10 | — | 999 6 15.0 96 | хо 8) — 19.6 7 14.0 89 2 11:--4310 8 15.8 98 10 | 28 1196 9 16.0 95 | му 10 | — |990 10 16.0 | 100 Не | — 4 ве 11 162 | 100| w 10 8 13 16.0 91 NO 5 -- 20.2 15 15.0 98 | zw là | 5 + а 14 16.6 96| N 9 | 25 | 91.8 | 15 1701 1001 6 31980 18 170) 94| aw | 10 | — 1198 17 16.6 98 | м | 5 => 20.4 18 15.2 I 19 15.4 96 | ter 23.2 | 20 15.8 OL xr | та | 1 194 21 150 | 91 o 5 21.0 | 99 15.8 B 2 | 20.6 25 14.8 91 9: 4146 24 14.2 95 | о | 74 — 1464 25 15.0 95 | No | 5 | — | 21.6 26 13.6 9 о | 5 | — 21.8 27 12.0 98 | о 51-22 4480 28 14.2 98 w 5 18.6 29 14.0 95 | o 1 5 | 20.2 | „ | X n: Семь, | 15.20 94.9 Т 61 | 20.66 | 29° (АВГ 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN TE TJIBODAS. val. — Gr = 6° n/m 6° v/m. £ 3 5 + » = $ Thermometer, OPMERKINGEN. = 53 = 5 5 E Max. Min. 17.2 98 N 9 15 15.0 || Nevel. 18.2 w 9 — 13.8 ” 17.4 96 NW 6 6 14.0 » 16.0 96 NW 10 2 15.4 » 17.2 88 w 10 — 14.0 18.0 94 NO 10 1 12.6 | Nevel 17.6 94 w 10 Š 11.0 15.6 96 NW 5 £ 15.0 16.6 90 NW 10 — 14.4 17.0 96 2 6 16.0 17.6 88 NW 10 — 15.2 18.2 94 NO 10 2 14.0 | Nevel 18.0 92 Zw 10 — $ 14.8 ы 16.8 92 w 10 7 = 15.0 » 17.4 94 w 10 š 16.0 17.0 98 w 10 12 5 15.0 | Nevel 16.4 | 98 zo 10 11 = 14.4 17.0 94 NO 9 8 š 14.0 17.0 94 20 10 10 = 15.6 16.4 96 o 10 13 > 14.0 14.4 | 100 20 10 46 15.6 17.8 96 0 10 17 12.0 18.2 94 0 10 — 15.4 168 | 96 NO 10 4 15.6 | Nevel. 17.2 98 NO 10 15 12.4 18.6 | 100 А 55 11.6 18.4 100 | w 10 | — 11.8 16.4 | 96 | o 10 |. 19 15.6 17.4 | 96 | o 10 2 | 134 porte | E | 75.17.17 | 95.1 9.4 | 194 ‚15.81 — 30° MAART 1888. WINDRICHTING. 1 2 3 Poeloe Bras. Oleh-leh. Poeloe Bodjo. Padang. | 8 vim. | nim. | піш. | vim. | n/m. | n/m vim. | пп. | n/m vim. | nm. |! ej 9 2^ 6: 9" 2: 6" 9" 2 6° ge SH 1|| zo 0 о о о NO Z WNW | WNW; 0 * Ф| zo NO NNO 0 0 0 NO NW | NW o- TW d Si- N NNW N о о о ZW w w 0 wi 4| zo | zw м о zo zo | ono | WNW| NW] 0 | 97 5| zw w Zw 20 7 7 NW w zw 0 чи 6| zo о NO 0 0 NO | NNW| NO | — 07457: "| о о NO 0 NO NO NO zo D 0 ЕЗ 8| o N N 0 N NO zo 7, z ота это о. 0 0 70 0 1 w zo 094594 10| о мо | NO | ко | ко 0 zo | zzw | w 0 и 11| zo 0 N о No | NO 2 zw | zw | TR 12] 2 о NO 0 0 0 zo | ZW 7 0 Д 15| 2 NO NO 0 zo о zw | NO ZW 0 “| 14| No 0 NO о № о 70 w іт”) oT 15| zo 0 NO 0 NO 0 20 zw | zw | ЮИ 161 о и о о NO NO zo 7 zw 0 w 17 No о о о о 0 NO 070 | 70 0 * i 18| N NO 0 N NO NO 20 | 120 | ZW 0 e | 19 || хо о 0 N N 0 NO w w IW 0 | W | 20| zo 0 0 о | ко | мо x |wzw|wzw| o | * | 91| zo | zo | 0 о 1220 [gw | ew | wee ОЛГОЙ 22| zo о 0 о 70 о zo | ww | wij ГЕЦ 95 || zo 0 N о хо NO w 7 ZW 0 M 24 о | NW | NW | NO | NO N wo | %% zw] оли 95 o 20 0“ | NO 0 wo N- | за, ч й| een 26| № 0 0 NO 0 NO 20 zw ІҢ ТУ 2 27| 0 — | NO 0 zo | zw | zw | zwi) ( мо 98| z 0 0 | zo | 20 о w | ww | ма 91258) 99| w | uw | wl zo 7, z | «nN по, | 294 PEN 50] zo | No | мо | zo о zo | zw | nw | zw |. das HI 51| zo 0 NO 20 | 20 о | NO У Wed Зара ч. 31° WINDRICHTING. MAART 1888. SS ж M аёЕВЁЁ--ааа(!| | |а-егеаегаеадагаа dol „език Е ВЕВЕЕВЕ “ка вккблкики ВЕБЕР ва „нижи чн ккк акк be ЕЕ = ga] EEE==EEËE=EEËEEEEËEREoE==5E =a а= = Ёр dol Реков ВЕРЕ нЕ ЁЁ оо Ёоннроо Ё о р š Gal чвЕвімчерабареффоӛевферфевфжЕРЕ 8 Sal Ев кн ри өв «ч нөє хө. uiu ЕВЕ Sol SEE-EE | чибазив Е ЕЕЗЕБЕВЕЕенЕКВЕЕ : Bal зэл КЕ ЁЁЬ Ён Берреркерер «Ев 5 : ER ecogoocgoogrogocogooooccgogoogoz DE хэ |» «(|1|88 8 28888114 | : ga] зьф на зэзээвэ ЕБЕ“ Ени аквча ЁЁВ ~ 5 Harm = 5 | Sal EE=EEËEEERSE==ËFESEP КЕЕ ree ~ ; ЕЕ att д |Яз| вЕгЕзтЕвЕфайа-сЕ Se eek. ЕЕ» Е 5 „IA ЕТ өдө Вөөө ЕРіооосовваввв|| = = | als EA FEB chen ө ЕВЕВОВОООЕБВЕВВЕЕ | | | = = 8-8 43322 22232222 22 22 2222 а ова | | a © 5 Е 8 + ü „ новонећЕ E — 4 42,444 — — 3 ж S| ~ BA 3 B= ES SS Еоовкноосонновово ки ЕЕ "ss < | |5 = ZS ЕЕЕоЕннчниЕосованноочаноон воо в Ё k | RER F ов. Ее Ë ° ° а [Se] заа (84328 1222|884 «э28 | ЗЕЗЕ | е | = = А ОВЕ A ° ЕЕ Е 8 = = ° 5111::1114 31 АН РЕВ ЕЕЕ ЕНЕ | | = Е : B Bo. ° B, > ЕЕ däs el 2ЕВЕЗЕЕ | eer | РЕЗЕРВЕ Zor eee Uie о 039 39 PS 00 Sm @ч к› ово © = 6% to ею IB ES AC = 55 MAART 1888. WINDRICHTING. E Ж 15 14 | 15 — Edam. Batavia. Tjilatjap. Noesa Kembangan. nim. | nfm. | v/m. | n/m. | nim. | vim. | n/m. | піш | v/m. | n/m. | n/m. Eil |“ | om | ow 9, 7 6% 9 26 | | | NW | NW W | ММУ, | NNW | УУ | 7 70 zw | zw | zw Ж |WNW| NW N NW | ZZW | WZW | 770 | 020 | У zw | zw Ww) NW. NW | w N w | wyw) zw zw NW. | Wol zw W | NW. му | zzo | NNo | N | wzwl ту | zod NNw | W | zw 4 Z Nw | N; | NNW | waw) 2 2 м | ту | zw 20:| Nw | му | NNW wv NNW| WZW| ZW. | zw] мо | wi zw Жы NW | му | N N | wzwl ww WzW| N | zw | z М му. ми | мн | N |wzw|WNW| ozo | 020 | Nof W | им МО Ned NW. | wzw| N Z | wyw! zw | zw | No | NW | 2 29:| х NO 220 NO NNO | WZW | WZW | WZW| № w 70 B] по. no 20 N хо | NNW | 070 | 070 | 70 N zo E NO) NW 7 NNO | мо NNW о 070 У 70 NO hin wo | за | мо | мо | № | 0201 ozo | zo | zo | zo Ar NW N NO | NNO | wzw| ono | 020 | 070 | 20 zo 70 EU ч W | wzw ZZW | № | 020 | 020 N w | zzw E г NW | ZZW | NO NO | WZW | WZW | wzw| NO W | ZZW Post m 0 ZZW | 020 | 070 | ZW | WZW| WZW| NO ZW 7 Be к 0 Z20- | ONO | zw-| w zw. | ам | NW | ZW Z аны N 0 nno | wo. | WZW WZW |. 7 nw | zwi 2 "| NW | NW. | ozo | NNO N ZW 7, 70 хо 0 zo » N N WZW N N w о 70 220 0 0 | || w | zw.| wo | zw. | WNW:| 020 | ozo | О 70 | 20 5 КН н N zo | мо | zw | WZW| 020 | 070 | 220 | 0 ü ' 20 zo | zzw | оло | ZZW | WZW| 020 | 020 | N о w EU № мм: | ozo 0 20 | wNW| 020 | ozo | WNW| NW | NW 257 ку) nw zw | х | nooi waw) zwel 7 N | му | NW NW | N | охо | мо | ZW | wzw| WZW| WZW| N № | NO ч NNW му | zzw | wo | улуу | wzw| zw | ZW | N | NO | NO ч NW WNW | wzw | nw | NW | WZW| 2 zo N w zw EIUS мо име| zw N W | aw] 2 ю | w N 5 | N но > | mo | med wzw | saw) zwi сор ој N | 54 1888. WINDRICHTING. , EN 18 Soerabaia. ЕЕЕЕЕ Pa s s ON Sa S a 8 8 - з SE E EE EE PE SSES x Бик © MAART 16 | Poeloe Mandelieke. Semarang. 2E < e ce e eE c ce E e E Š Z Z ZN = 12 TING 1 00 2 Ke — = == < < = | «| EEEEEnnErnnnklgEelikleligBeeepe | Ез хээв РРВРАВРРРР al Elda EEEEERWEEE~~Eeree ERE -ВЕБЕЕЕЕСЕ ud PUES — d ео оо an оо Sal pEEEERRRERE реге ga age 220°. > GE | Ж. Ke Ze я ЕЕЕБЕННЕВЕЕЕ ччф o sp E оо 22262 ЖЕ Ë SS > > f ; : ЕЕ m E PERSE EERE ER eae Бро oR eco 8 fy ooo o's sg ооо 000028 ооо ей Есосо B. d ococoo ° Ó SÓ e © O Q Ç , GS © © вр al 5 | = єз 2 "ur © © es ов © © Фф OS. © Фф Фо Фф e о © mm |— Ясё, oOo Oo oo © Si с e ee e e © e e Go Ge e GO e ee ee 22 © а, = © = = - я | ER WINDRICHTING. MAART 1888. 8 Seet SC BER — a + Ea r. АРТ T N 5 : 244 1 | а 5 11 | сеоски | кимејевевевики | SS 8 ь EEE E аре | Ее | | к д а а | = в - ЗЕ = ЕЕРРЕРЕТЕ | | eee eh) ЕЯ | ЕЕ | E l OS noe o | Ез) 11Е TPES 1 S411 488444 MES dole P ‘eueuos `иәбитајио тобипиоилораг woar | ur —— Ó | b —- — á— — —e—ũ— . UU UT UU UT EE EE — — Ig: —— — 5 011017 ‘иабиразио uafunuauapom: изо!) B: oe Er E 8 = „| RARBRERRRRSEREERESRSBRRESERRERIÉI | Cri prc h at EE SE ИВЕКО ы Шак кес о у о Сү 20 = b. E > | al = Еш C | | 2 | — E — | |$&| SS S 2 оова Зо S8 88888 88 8 8 2 ама нв бына: оны ЕЕ зох ES сЕ Е e же x мом < ЕЕ No NNS ся ul E d 341814. Ё -— x ЕЕ 29.9 E |е E. N ͤ·— . ERS SEEE] = а-ы Ë BEE. Бов у Е * 22 2 B, => = Ë Ë = = Ë Ë 2 > МЕРТ i 8 1 1 о ср 0 со 10 эн one чи мо. aor — 7 5 заллаа ааш ааа ааа аан ёс MAART 1588. REGENWAARNEMINGEN. 3 | | | 233 41 ERE ES | | во „ : = E. 1 ES se: JJ & ЕТ 2129 ЕБІ: 5 5 & LAT A | EA 4 ЕЕ | 4| se: КҮН ор J Е № ЈЕ ЈЕ 56 — nre %o a байх шилэн — | — = | 6- | 2 6 3— — | — Д: bo 1 361 9bb 40 MIO OMM юга EI 314.19 14 2441. — FI Ва 5 8 EM —. 9} 9 B — | — ET 17 0 * BE 17] | ве — Војо АЕ бр Sl s БЕЗЕ p oel 49 2 21 „„. 1 12 114 68 26 | 70 | — ӨГТРУГІІНІ ПІРІ 4 | — 6 | 62 | 16| 52 6 5| — | — 66 ЕТІН 16! 16 et Pi Gi $j EE 57 тт и | 15-- 73 18 TI 13 1 6| 15 29 | 18 ЭЛ $5-- 11; 8b] Sv] 55 2 4| 69 22:00! 55---2:| 8684464 = 59 | 35 ° 30] 111 E — 41 |f] 4 ер 201 9| 5411 3| 40| 411-1-1-1-1-1-1-1- тр 56. ) ji 5 a КҮЗІН 054-24 ВУ 1432 4 10:17 r м € SI НЕЮ КЕ 46 |- 51 ài №0 4 351 H 91 12 26 .9| 84 684 dl 9$] 6l 384 et Зы Ed: 85: юм 3E] 201 161 19 7 Гы 42) Бар 6f ЯР 60| 1001 В WI 5| 56| 95| 27 за 535 31] 8| 4 is 951 301 set $9] 7 EIS Gg el 22 21 2231 95| 17 20 A 6 92 | 19| 46] 18] 10 5 4 63 ИР & кв пы вв SET. 6+ 4551 — 8|-2: ер кр del 68 130 ыы е . | Ы 655 | 781 | 591 | 651 | 574 | 582 | 549 | 596 | 559 | 545 | 696 38° MAART 1888. REGENWAARNEMINGEN. & | A 2 b | 8/98 4 = 3 с 3 Seel É | e š š 33 = = т із5: Р 138921 = 4 B = 8 Jag = 2 1$ isET-S ЗА 15317915411 ц а = = =" = Ens а. МА = A ал | | 1 124. 44| 194 59| Бо | —-| 581 то 2 2 4 8| 16 1 5 Б — | Se 5 54 — ikl 94| ӘТ 4 ic 58 49) 33 — 8 9| 649 5 чы EM AL oid en 81.9 $| № 6 ELM eed ele 31 — | — Ж 7 V £l &| 45! —]— 8 1 4 ва 4 9 1| 134] — ] 22g 9 хай ұлес d 341 s 8 | 1431-2222 10 Беј de 58| -- 1 5| 294 177 11 Оле )& Е 6| 20 28 — | — | 9 12 22 14 48| 20 194 — 11 34 — Wl 15 51:11 184776: tl 7 — 9 ! 14 dad và 9| 14 Kl 252 № № 2 15 584 — 4 831 32 191 в — HN 16 8 14 24 $ | —:| 50|. 21 17 = 6| 41| 24 2 2 e| и 9 В — L| — 554 — м 19 18 Blu 54 — | rl — X = 20 | — 8! 291 16 64 — f 171-— 2 21 54 95 8; 41 33) — | 15] —o I MI 22 13 1 8 6| 54 71 19/ — 1 25 мі 364 м: 84 $| — 54 194: Ша 24 804: (841 №: № jo] — 5] —| Be 25 8| iti 45| 554 56] 35, 0 12) SIM 26 | 101 463 de] si в 14] 3| 0 И 27 St [21 $54 301 sei — 7 41-18 28 Ери POM 181 — 21 M 29 11| 20 фр a bi 63 5 2 : 50 38] F| Bhi E + 16: 164 7| E 28) + L j о +. Ll. nl Se Тотлль.| 575 | 588 | 595 | 466 | 575 | 195 | 429 | 256 ge e 59° MAART 1888. REGENWAARNEMINGEN. 5 š | $ = : 5 5 = Peis | | Si а Pia tery tal. |5 | = ~ | 2 3 в жа = ере Е | 2 4| 91| 10 4| 65 7 41 Lo је 81 18| 48 SL ка а 9&| 56| 55 81105. Se 100) 441 Sel 91-46 17| 16! 19 АА ы и 5| 40 6 al %| 6 & 4:1 кле 34 — 1 4 bol Дар (X o Li e es 285 4 1 at 1351 Жы LL ß Ber — 9 el 10: 4 —} —} — — 4 „ del 8 8 5 —| —] — — | — S| 51| 394 10+ 184 87; = — ~ НЕ | dol 54 4. iuh 1 t —1 41 le 17| 44| 97 4314-1338 9 901.341] 4 7 | 56! Бу - 1 % іі 8-4 Бш 10 +. 16: 10 9| 82 29 19) 97| 12| 26 10| о 48 12 5 15! —| —| —| — — ES M ik) — Би Зы Ее 16 6 6 ы 9| Ll zu ірі 351 М EM = 6 el 4l 61.24 il + lar 9| 16 24 14 3 13| zt —| —| — — ГӘП 443 381 30: 50! в 10 п 52 | 10 92 82 11 1 45 17 — | — - pi 3| 6 i. 10. 2 50| 17 151 194 55 25 ES 56 $6. iqi 17| 7% син 8 1 degen 63 | 80! 99! 10146 38) —4 —4 -- 368 — (01: 13| ee, 6 311 1] —4 — — ре— М 32. 66 4 +! 491 — | — — — E t in —| 4 4 J = 8- сс (131 14! 18! 10 & del 11 + м 30 10% ek l ры re- Bl 51 Mt 10 14 35) | р 1 7- ES I 541 10: | 2 — 1 — 44 532 | 655 | 980 296 | 449 | 754 | 125 | 101 155 | 155 | 128 40° MAART 1888. REGENWAARNEMINGEN. | = KE iu F .= i ee to H а " š jjb Е E [3:2 Ра PR IE 131312 а ра таре 8а [а фи i в. 1 10) - s| р — 3% ini 1i ММ 2 — —| —| 10 — | — 1| 718 5 181 — | 161 24| 38| — | 10] 101 8138 4 — — — —|—| 20 —| — 36 w! 5 — — — 8 19 — 8 69 19 6 — —| — 1| 2 — — 10 % IP 7 8 —| —| «j — 11| 58| 4 SEMI 8 — —| —| — 65| 10 20 46 — Фр 9 =] =} —! — — 18] 10] — =) GE 10 ÉL] ll .L-l—s lc а ы 11 — dad — — 11 — — — 51:20 12 — 440| — ш EE + — 1 11: 15 i- an} 44| _ | | 5720 т 14 10 121 1% — ој 10] — EMI 15 i 22722 а ри me SS 1 | 102) d 16 1 8 46| # R 17 18) Юу 19) —| 2 s| —| — Ж 1 18 тт Ta ж ээ 1 |. — е —| ~| JJ 20 =| =| — ЕР 101 — 1 — 261108 ail: 21 е 2x 2 ад s oe Eu 5 15 all 22 b қы? сы 20132 ° AE. 25 ра ser 20|-4 3 Қ | 24 зө <= іші» 55 aat и ENT 12 12: 25 ээг v» 1| 12 Е : 36 | —| — 6 w| — — Ж W 27 Е Sl Ori el 2 60 20 | = | ји 28 set њој ко | l ин 13 M 39 | —| ш} 1 1 —1 — " TE 30 =] =| =| 9 — | EL 251 3 LLLI 31 sp Il X 1| 0| — Ti Б Tora) 72| 105 | 65 | 194 | 295 | 164 250 | 245 | 496 7 REGENWAARNEMINGEN. MAART 1888. (а 00 | | | sam || Iegae-»- | рер “45811181! TERME =. Leid Lo |. ий oa tt ге 60 ых у Гэ ко 5 г-| 2 Зан E44 444.125 IR и й FF сее ө 3| oma} РР та Та Те о IR 11112] 1291 [5] Ee s eee M $m 11Ї85845188511|155| |(1111158111118 1 i E adi — —— | a Pees US ery ГРАНА Rem туте а appo таемна равея тш ey TT E i ооо 0% а о puey = ms | 1181381 Re | эээ 1"1111118(8ч 9 8 чин ma зраче ја Stienen E yeu e, eee Noi бди у on SSS | | | ПЕ 42 MAART 1888. METEOROLOGISCHE- WAARNEMINGEN ТЕ TJ | 6". v/m. | 12" s'middags. š В | эй L zs 4224 i |. вы : на 121333 | „| E 2 НЕ Боа PE | 2} = | ° | ВЕНЕ 1 15.0 Ub 6 5 10 | 21.6 | 86 мо | 10 2 | 13.6 1 | — 210 91 ШШ 5 15.0 8 % % = | 258 | 80 oS 5 4 14.8 95|' wi 0 5 | 91:8 Ti |» 9 5 140 97 1 950 | 74 260 б 6 | 15.6 | 95 „ 1 | 5 | 208 | 86 129 4 | 150 |: 98| о | 1] — 21.0 89 | 95 13990] 995] o0 4 1| — | аза % 08 9 | 140 | 2195 | о | 1 | — | 20,0 | 98 | æ | БН 10 13.4 5 оп ә 3 198 | 868 е | 9) Af 156 | N 0 1 | 3% || 228 -76 | @ [ШШЕ 18 54 140 | 98 |-96 5-| 15 | 262 | 078 юг 15513138 ет 6-| -:19:4|:87 (09 0088 4 168 |- 94 à 5 — 2.8 ва | ³ 1 1.196.106 6 2 | 18 23.0 84 zw | %! О В оо н у шу | == | — 17 14.0 95 0 4 | — 20.8 85 | 0 24 (8 - | 154 | 93 0 в | — 1954 | 75 1-0 | О 1911381 95| ok o| = [ав 0 ер 21-41 143 Mo 9: — | 90.8 , pE 21 14.2 98 o 5 | 54 | 21.8 | BN 22 | 146 | 95| o 2 8 | 21.8 | -80 (79 12:28 25 | 164 | 950 8 | — | 200 | 96 92 08 24 | 160 | 98| о | +9 | — | 204 | 87 | w | № 25 15.2 96 о 8 | — | 2,8 | 8% — ГОНИ 26 14.8 95| o 10 | 25, 5 БАНИ 27 | 140 | 98 о 1| — | 228 | 79 ? 744 - 28 14.8 | 98 o 9 | 18 | 226 7 КОШЫ 229 14.8 | 98 o 8 6 | 20.8 | 95 | Dan 250 „| 154] --95 bio 9 5 19.2 981 2 T 31 156 | о ° | — | 20.3 | 99 | 5 1 Genion.) 14.18) 94.9 5.1 | 130 | 21.68) 84.1 «и Өз «ж a Oti SU и: Set Mes, o I ca — 45 T 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN ТЕ TJIBODAS. 1 6" n/m 6° v/m. 4 = | 4 Ë | = | E Thermometer, || OPMERKINGEN. ЕЗ ЕВ | = | & lw] ма | | | 92 | 20 8 2 13.4 98 20 6 34 13.0 96 | о 10 99 12.2 | Nevel 96 | 0 10 ща 15.4 , 94 er ae 10.8 08:14 [vdd ke — 12.8 96 | Ü 1.0R9 — 12.6 Nevel 94 0 | 9 = 12.2 98 0 1% 12.8 Nevel 88 zo | 10 2 13.0 , 96 | zo | 10 9 15.0 » Вж aw | 19 - 133 » 94 | о | a0 Spaik 1 96 му | 10 18 5 15.6 86 |^. 148 š 15.4 ӨӨ o 00 5 15.2 | Nevel. 94 | e 1 — 5 15.4 96 N 10 18 š 15.0 96 0 8 = = 15.0 96 6 10 — = 15.4 94 0 10 5 14.0 94 0 10 12 14.4 Nevel 98 20 10 20 15.6 ` 94 w 10 8 15.8 96 0 10 10 14.6 96 6 9 8 | 14.0 | Nevel 96 20 10 „ 13.8 94 20 10 5 1 14.6 95 0 10 23 14.4 96 i 0 8 -- 14.6 96 0 10 — 15.0 | 94.6 9.5 258 | 15.52 —— 7 Es 7 44 APRIL 1888. WINDRICHTING. ge en Er hereore a ма гы = š SE ER ОБЕ ОБЕ A RS EE RE E Ce Äre ЕЕ ЕЕ ЕЕ ЕЕ Е Е Е, "„ Fe] BE BEES EES s ЕвЕЕВЕВЕРВЕ 4441 886 ы “ТЕН Брагеврижр обрео ЕВЕ ЕВЕ ЖЭ 8 8 — ы is e 3 га 222492 PRRPGERRERESEERE ЕЕЕЕЕРЕЕЕ © Е алалы en Re а Га ЕЕ dal gg ЕЕЕЕЕЕЕ > Ë = Ë * 5 ЕБЕБЕКЕ z Ë Ë Ë Se, eae Эн ЕЕ Weel кек. Ë Ë Š АВ преку е Ë Ë E Ë š 22 . i “| (45 мэ АЗРА РРА 11111111 des PEER E MEE RG: R5| греввваа ЕЕ ERE ERR ou с ЕЗЕ Сан ЕЕ lio! ое Е ео RE m vul que Bol -8-22888ERERRE-S-ERESERRRERRRS P E 89 5 вовел авав Ере авз ЕР Вазава В о з ім 28588 54 аххаха на ДАА ЕЕ» В S S Ser se epes Bb со Ёё Sn 2 es E wëss A E О Ё z = = Ex 2 E ж x z 7 Gei = 2 = Е Е | Е Sal «ч «ва роны о БРЕ ster ЕЕРЕЕЕЕ = = Es зазра « зчч вв Еннкк ЕБЕНННЕ Е ё SE: к= KIEFER KEE ao = Ka © 90 = E 5 EX s іІ|ЕЫ эвээ 22 222 22222 22 272 3272 722222" = š — | > É š әосеософ оооооооооооФосоФрогосоосо „Sel fne | 1ЕЕЕЕВЕРЕЕ | ЕРЕ] чк | Генев Е = ^ : e- EEE EEE EEE НЕ ВЕР | : 518 | (е1! 21455098 88 й со -яЯсё Яс аа й ASEE | 46° APRIL 1888. WINDRICHTING. 9 10 11 12 | Tandjong Pandan. Java’s. 1° Punt, Vlakke hoek. | Ей. N = F | vim. | n/m. nim. v/m. | n/m. |. nim. | v/m. | n/m. | тј. | vim. | nm. Ч 1 eh 6 11:16 $; 4 18 4 9" ge ЖНЖ ^1] о wiwi o w NW | NW | У м w 0 о ИИ 2| 020 | — | ono w NW | NO NW w w of 20 ши: 5| ozo | zw N zw 20 w NO N W no. 9 Ши: 4 охо | NW N 0 70 7 w w w 2 3431 BH о 1zzw| м 70 N 7 NW 7, 2 of юу 6 о W NNW | о 20 20 N NW | о of о 7 No — | — 20 o 7, N nw | nw] 0 | OW) (м 8| — |wNw| N zo zo ¿| 220 N 20 20 о | 917%. - 91 око 7, N 20 0 20 о 0 0 0 Naf 4 10| х | ww] мм 20 zo 220 0 W wot ы 11 о У N ZZW | ZZW | м NW w wii) Tu № 3 12| о | wyw] — zw |WZW, w w 7, zw | — “ЧАНАЧ 15 | — w - w w w 0 0 0 — 4 14| — w — 20 20 zw | ONO | У Wit a о 15| — zw | — ZW | WZW ZW | NW w w ни | 16| — |wzw| — 7, %. У w w wl — M 17| ozo | zzw | zzw | wzw w | w w | м | wej w | P 18 || 070 | zzw | — w w w w w W IW = 191 — | w | sw| w N NW w w w | wre m 20 о | 020 | o zzw-w zw | W] | w zo| zw.| м OR 21 020 | wzw| — zw | ZZW | ZW N nw | wzw| 020 | ? 1! 28| — W | zw.| мој wel мм NO 7 8429 pu 95| ммм | nw 020 z 2 7 wej wo] wp у 24 о 229 — zw | zw w w nw | NNW | ZW- we 251 070:| wel мо | zw.| zw-| wzw | nwaj vw | WNW) ZW-| a 26 о | wzw! NO 7 7 7 nw | У Wil Tum wä 27 o-j|wzw|zw| ко | noc) No.| nwd zaw: 22) ЖУ se 98) — o | х 0 o оол] ноу Мо nwo АЕН DEM оңо] zw | = NO w W NNO Nw | NW 9 p 304 — + o | wzw] NO | NO | NO Z 2 47° APRIL 1888. WINDRICHTING. в. 14 | 15 | 150 | | Edam. Batavia. | Tjilatjap. | Tjimiring. Vm | шш. | nfm. | v/m | wm, | wm. | vim. | wm, mjm. | vim. | wm, | nm. mq 12 4 9 9" 6 | o u : 9: 9 . N I I 1 | NNW | NW N N N | мм, zw 7, мо 20 | 20 | AW | WNW| NNW | 070 N NNW | W 70 70 0 7 zo ЖЕМІ о | Nw | zo | ко | — му | ozo | ozo | NO | о 10 1% N NO | ZZW | NNO 7 | WNW | 020 | 020 | NW о NO | NO | око | zo о то | WNW) 020 | 020 0 70 zo РР NO, ко 0 ONO | ONO N 070 | 070 | 70 7. ZW 10 | No | NO 0 о ом Awd 9 % о zo | 70 E 0 ко 070 | № № NO | 070 | 020 | ZO 70 70 Wf N EN ono | NNO | NNO | № | 070 | 020 | 70 0 хо Wi N | N. | ozo | мо | х | NO | 020 | 020 | o 20 7 DIN NW N N — | NNO | 020 | 070 N 0 70 № | NW | око | NNO |wzw| NW | 070 | ZO 0 о о NO | NO |wzw| NO Z0 | NO 20 7 N No | NW d NW ZW | NNW | ZW NO 020 zo N NW | ZW | zw о | ммм | ммм | 0 w | 070 | 070 N w | zw ~ NW. | — | No |mwiwzw| 7 zo | wNw| zw | zw pu 2 NW N WNW NNW w | 020 | zo | NW | ZW | ZW 3 | zw |WNW | wNw| NNW| — | уху | ozo | ozo | Nw | w | zw | wo м WNW N — | ono | ozo | 070 | WNW] W | WZW Pir N ONO N — | wnw|]| 020 | 070 | NW | WNW| ZW © | ко | wo | ozo | ono | ко | куу | 070 | ozo | NW | W zw E | 9 NO 0 NO zw | NNO | 070 | 020 | 70 20 7. RNW ки | ol oko | — | w | 00] ото | w | Wok £w Міу Iwsw| | но | w w | ozo | ozo | nw | wf zw Ww о zw | ко | zzw | зуму | 070 | 020 | Nw | NW| N T ат У 20 NO 7, WNW | 020 | 070 NW | NW N m 20 | zo 0 NO о w 70 7 wo | NW | NW Eg 0 0 NO 0 № | 020 | ozo | No | No | № „ro nal nwa oko | оюу к | а t E DN 81 хог1 wo 1 R lj оюу Ir | m 48° APRIL 1888. WINDRICHTING. 18 "en и Nd d C M et Lig Zus da pe te bak ho обе. = => ооо SSM OR FRR эт D EN : > ° 2888282 ° 8 D искоссо | Е2ЗЗ 22222222 BB > > oe. > ро о Ёс ЕТЕ [5-1 з | Ва See O O ° ° Q = Z = E Z = = = = E E Z = Z= Z =} Jee = Z= Е = ° VV $ сыз Ж i 2 | ге 88388882 В 5 pers ЛАЛЕЛЕК ИИК РІЗ ай : р 5 > Е Ев eeee E soo А 3 Е * ЗО ЁЁР 228 «өх Е Еевекикосососо Еос E ЕЙЕ ЕЕ Ë 8 2 Oos оо ° ° ~ = = = ЕРЕРЕЕЕВ2 2 2 У,дбоо25Ёкө ооо 8288-38Ес e 8 eed e е S e e E ee > a © SU ooc = = © r HT UNS 28 ом : 2 e oc ec n 8.506 Eal RER 888 гаЕегаазав чв R Rau ЕЕ Р Р вр E | ы Ё 1 — 5 BA rr e NNNoENg SES goe 1 8 eë e ÉE ee со оооосос се В 5 BREREB Eger еге=- Ен БЕкр ким un "Мас HF ODOM 00 OSC e 6116 HOI S — A 165 ee 36 (D r- waq == e ыла m mor n GIGS GGG Gi 82888 APRIL 1888. 49° WINDRICHTING. 20 91 | 92 95 Soemenep Boeleleng. Bima. Koepang. T | nim. | nim. | v/m. | n/m. | n/m. | v/m nm. | nim. | v/m. | n/m. | nim. E 2 | 6" 6" 12 6: % г 6: 9 Z2 W NW No 0 0 0 0 NO el 4 NW | NW Ю ко | ко о о 0 о NO о | NNW] о о 0 хо хо 0 0 80:19:08 NO 50.1.8 ZW 0 Ю | ко | NO о о 0 0 NO D. lo 2 z 9 | Хо | ко 0 0 0 о No | NO 0 NW | zw 10 20 | ко m 0 m m 7, 7 0 z 2 10 20 20 0 0 0 0 7 о | No | NW.| о | zo | zo 0 0 0 0 2 о о о m 10 | zo | NO 0 о: * 9 0 NO | No | ко | NW! о 9 | ко | NO 0 0 0 0 NO | NO | NO | NW | NW M | ко | No 0 0 0 0 NO | NO о | ww | ке ? 20 Zu о о 0 о № NO 0 NW | NW 9170 | nw 0 0 0 m NO NO NO NW | NW 10 | ко | zw о 0 0 0 N | NO | NO | NO | ко Шри zw 0 0 0 0 N N хо | NO NO. W Nw | Nw 0 0 0 0 N N ell M NO 20 NO 0 0 0 N N о | NW 0 70 | хо 0 0 0 0 N N NO NW | ко r NW NW 0 0 0 0 N N NO NO 0 d NO NO 0 0 0 0 N N 0 уу w қ E"; No | ко 0 0 0 0 NO 0 о 0 o E | ко | ко 0 о 0 0 7 0 0 0 9: 2W | 20 0 0 0 0 0 0 о о хоо No NO о о о о NO о 0 0 о P | NO No 9 Ü 0. 0 NO | ко | 0 о 0 [4 | ко | No 0 0 0 0 no | NO о о о 71-9 хо 0 0 0 0 7 0 0 0 9 » | № 20 о о о о хо 0 0 NW | NW. no 0 0 0 0 № 0 0 NW | NO ! № | NO o o 0 0 NO 0 0 NO NO = 50° APRIL 1888. WINDRICHTING. 25 | 26 28 d % | Bandjermasin. Bonthain. Amboina. Saparoea. | | = | | = || vm. | n/m. | n/m vim. | n/m. | nim. | vm. | 1%, | nm. | vjm. | nm. ет | еј“ | lee 5 | 912! 1| zw | ху N | 20 zw | NW — - — R 2| nw | zw | w | zo Z0 | NO — — — — 3! өл |z| No zo | NO —- W W кита 4j w ли | N 20 20 | NW — у | w о 5| NW | zw | zzw | 70 10 w w w N o | № 6| о | 22% | zz W zw 7, w -- w w o | м Т | охо 7 70 0 70 | NW w N w 0,1504 8| м ZW 7, 20 zo | zw — — ue 91 Nw | zw 7, 0 zw | NW — w w N | 9*2 10) х | ми | N 0 NO | Nw | — w N 018 11| хо 2,| Zw | No 0 хо — w | м o | 93H 12] мо | w 7 NO 0 NO шин N w IT 15] мо | w w | No 70 хо — 0 N о геги 14| ло | х |wzw| o NW | NW w N У оТ 15 || nw w w 10 70 | NW —- — x o | 9 16| Nw | мо | zw | zo | zo | no |— | nw] N | 9] OG 17| wo 2 | мо 20 | zw | Nw w “|1917 18] м | мо | N 70 w | NW 0 No | W o 17 19 || око | Nw | хо 20 zo Zw — - | NW 01228 29) зо?! 1011--1 zo ZO | NO NO 0 w o РА SEI KOTE NW e — о |— | 0795 22 N о м | о ko" o 170108 251 o | zwi — | ко o | Nw | No 0 w ot 24 о 27 % o 118 | ko | — | по | w | и 25| N | NNO |. Nw | No о NO 0 nw | w жоо 26 ono | мо | 220 | No 0 NO о ом гор 27] BNO’) 2281 a | No | o | No | No | w | 9 o Zéi 28| хо N N NO 0 NO 0 ко | w 272 1 0 291 х | nw | 220 | о о 4% : ТИЯ 50| No 2 7, zw | хо NO NO 0 0 0 | bt APRIL 1888. REGENWAARNEMINGEN. Е pe Bie š Mere е Е | Е | в РЕ в ра | и | 60 5 44 5 fhe bk ddl Tq ITA T р p — 38 | 31 — 14 — | — 3231 | ЕЕ s + 80 20 8 51:18 ko 4173 ES 5 |, 56 51 40 5.16 i 117898 (758108. IE 55 |: 54 |: 10 1: 31 7 al 24 8 46 36 54 | 10 | 44 4 95| 19 1 kke а 15 | 65 8 2 4 k — £a ER 7 16 2 i= W WIRT 5| 9|- Pe ES luu 7| 10 30 1 i| f Te 11 — = =} — 51 4i ТУ be be 18 38 8 70 32 33 80 47 11 — == 336 663 10 16 - 10 | 88 | 39] 54 2| 56 Ч hes 13 9 4 рр 13] UE EU 4k our — 14 Ен E - 8 hets в an 5 | — ard 18 Hine 22 КУМ 55 8 2 5 w р ̃— — ГЕ , __. l “ ib реа 4 | 8| — jb 341 — pee de en, рат Eo в 65 tap e е розе к (1131 17 | 46 54412218 n № ae e 51| за | за рар | — | ре 1716s 75 р: 16 kou bo 9] et Юра |- од | 191-14} 81 | 16 | 28 |: 44 | 15] 75 КИ Резо | 22 |- 51 | 65 | 121 Ы 7 | 35|-121:111:36 Easy 51 et 5$ ат рез [- 14 F- 50 1126 | М Шорт | else |-з4 ве | 608] атг 4] 13] 3 ir „„ | т) в. пе Lo 201 422 | 488 | 507 | 52 | 479 | 460 | 572 | 489 | 424 | 568 | 546 52° APRIL 1888. REGENWAARNEMINGEN. T3008 | ис сн. . = эта гета тааап вя") | | - | 'uexooueumq PERSCH БИЕ (ах Га г” EE IL ЕКЕ | | EJ = EE E ва = о ~ r- "Вполешем эсээ eh е | | T DS | 5 | = | | 8 Gueqaog 22 2-1: Е B p Ke °=ва ауа" = 28 e > зо ооло го me. а onemohuog | |= |S | | |S] EECHER | | | 38° | 38 | 28 | | 8 "Вива бї © ODO - AS 19 QD 165 — 19 © зо 36 © 2315 EO 3 160 19 64 съ 08 + Q -- сл — — n3 | єз Oma | Gl С — — — © -оввившЦ, ! : 15 a = © 00:5 000 m 273 г> — еэ C 0D HO час 0O eB CO Co BIE = ei ға "ъредеваеи == “a| | lara CAM св - — 44 = ug 11512115) | ӨВ өөө 888828 8 -ечедшеЦ, | © ватре ib ОАЫ з 205 vM z Bern els Фо =. „„ > O x5 б еї фто lO ен © еро], | „aam | | | | - о || Ja == Am |= a meg i ode RN 1 e Ка С) REGENWAARNEMINGEN. EG х | =D E S | JJ) JJ | = = = d 2 e | Е - - = | 5 7 | ЖЕН в эз! 6f 398| 971 6 81 в 8 20 12 10 16 10) 7| 8| 81 Бр $5 КИ $25]. 10| 54 211 15 84 | 58] 431 561 43 Я: 5| 74! 40: 4 10 Bj — —| —| —f — EU u| Se 56! — J| u SEA 45) м зе ТИ ES) —|.—|10|—1| —| s| —| —| —| - — JJ ͤ — 4!) — 30 Lm 10 —| 385] —| —| —| —f — Ba isi 24 5t bk at зе ү = > H 10| 45; 10 45| 26 — — 6 — d 39 34 8 10 1d —1 — 75 В | 35| 21 20 6 67 1 4| —| 10 —} — ша At ot — | 51] 301 -2 рр dank во — | eot 69) 794 70) 351 96 4 | НИКЕ 75 — 4 uE E 11:3 44 39/4 18 Ф| — k o 8 EN ¿| | | le f За e | | | si — 40) 25 —|—| 9| —| 8 11 | 11] 45| 55] eef s| зо] 52 2 19] 44) 3 17 is лог ¶ 58] —] ß ̃ a is 20 1 67 20 20 304 38-25 eres, Sladen Мрав: 26] з — 14] —1 Fy ШЕ! 75] 501 12 10 al 48| 32 55| 69 50| 69 15 14 20 20 т „%% — | — He 3 : 19| 50| 48 8 5 VVV Р VVT 11 15 | 16 %o 941 22120127 ~ 284 | 290 | 266 к Sch 54" APRIL 1888. REGENWAARNEMINGEN. | И 1 = = | BS > : = = to 5 = : Е 8 тим а 1 1212121515] 22 Е Еа - = = = т 2 = = = { 1 ex 490| 13,) —] — XE 1 в Е 2 3860 > ip — ТЕСЕ 3 ET М 444 еј - o 7| 6 18} —| =e 4 e| =J — & 81 —] %7 161 Ж DE 5 —| —| 52 RR о v, —1— АН 6 ПАГ a — | oa 40. — | Ж рге 8 оре et — | - ны - Е i. dupl > 24 34 6 10 Eb l3 = — 99) --0| ik ви 4 11 mE ы o cw 4 10 | 24 96 10 35 12 SVE тэр sale -5) Bark 1%. Sek 60 20M 15 — ge 64 11, 15: „»» 14 BEL 57) Бар —еј 39 5 — „ 1038 15 je % 8 12 10 2/5 16 ыы 9-р 4| "SL 4 |. 94 зао о Ed сы ы —| — ul — L оре 18 Tok -—L vi в. en 50 8 51 бИ 19 ДЕ Ве БМ 20 ЭР: She 395 ЊЕ sil өш беј ИЙ 21 SL o4] — 4 40 15 12 2 56178 23 — 564 — 10 — | 2 12 p 25 dn dec 22 Jo GR o 98 311717 JJ) 25 JJ. — ok ch ON 26 tar = 32 ph ido — 7| 15 — 8). 20] — s —Lad5| & Фр s t] ООШ 28 25 —+ — F 24 з0 22 16 РИИ 8:29 cH — 104 184 1) 15 ak GL AAN 50 “ыты Wh 315: — „ отда) 171 | 255 | 294 98 | 401 | Эв 269 | 585 1566 177 77 m APRIL 1888. REGENWAARNEMINGEN. RTS , T4043 ç ~ ~ С 63 ° =н к SI st Gl t see > > 29 m а || ee | | | FTT Я| g uf T ROD аз + л в 15 жч е © 1 De ele НАЯ фаталан ER M Канг Be 'в ull с» e GO 5% со — E мн зо - 3| Зи 11111218Я84Я8111181111918511111| Š MEDI r КЕ] 8 ʻo uli r= Es LD n t OD ср ен t ac ба iv a) о нв E weg pol Sheet stl ет / a (www ГАР deld е 012 A . t^ p. 19 25-25 29 “Ж TT 55 LS еа 9 га > ын en | 454 F | % в “Зиерей oo * OD = . = * A г- > ‚ O0 Е 42) > Џеј woe а мате Oe ee у $ 4 гэ . "065 подерпойол jejuey | E шынш| |11881111111821811111717538:1:18| š T а em сан a съ с МУ 2 one z 56° APRIL 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN TE TJIBODAS | \ : 6°. vim. 12° s'middags. | š : 2 : Ғғ m 1 148 | 87| o 11 —]1308 Ш 9 2 14.4 о 8 . 0 10 3 14.6 95| o 5 — |908) 89 | 4 15.4 96 | 0 9 5 | 91.8 | 8 0 9 5 15.4 96 | о 5 5 | 20.8 | 89 0 10 | - ОЛ 148| 951 » 1 | — 21.6 87 | “ 7 16.6 90| o 10 | 50 мне ра 9 | 8 14.9 95| о 0 |: n а Е 4 9 11641 98 o 3 ena 4 3 60 10 128 951 o 1 1:-22198 4118 8 8 | jJ 166 | | zo 2 — 1948 |-78 t ЩЕ 12 11521 95 о 5 8 | 228 |. 76 | o 1 2 15 | 15.8 | 95| zo 9 7 || 20.4 | 96 | о | ME 14 15.0 | 98 o Bois - E BB 3| в 7 | 68 21.6 87 Го 1 : 16 15.0 | 90| o о |; — 1008 8 19. “© 17 iie | 5| 20 1 | — 9961 86 8 ги 18 15.2 88 о 5 — || 24.6 | 68 0 10 | 19 15.6 | 98| о 6 | — | 91.8 | 100 | 2 | TE 20 15.0 | 96! o 1 | — || 206 91 Бор 21 15.0 | 95| zo 10 | — | 200 | 91 2 | W - | 1461 95 | о 2 з | 28.2 | 88 | Gs 95 15.6 | 95 20 9 5 | 20.6 | 100 | 0 + 24 14.2 98 а | — |198] 9 OER 25 184 0 5 | 16 | 22. ва | w | 3 26 15.0 | 98| zo 4 6 22.0 81 | 9 9 97 146 | 95| o 5 р 25. 76 |. * 50 28 14.8 95| o 4 L — |906 91 9 T 29 16.2 | 96 w 10 —ͤ— - 9 50 15.9 | 87| w á | — |188 94 | "^T 5 85 бим». || 14.95 | 94.0 4.6 | 148 || 21.76] 86.5 57 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN TE TJIBODAS. 6" n/m 6" v/m. = ==, | EN А = Thermometer, OPMERKINGEN, 3 San) ВЕ 2 5 | ; = ES | == Е š Max. | Min. 18.6 | 98 | 0 10 9 15.0 | Nevel 17.8 96 0 10 5 | 14:0 | -» 17.0 96 о 10 91 14.2 » 16.8 94 о 10 99 | 14.8 17.6 96 20 10 16 | 15.0 18.8 96 0 10 — 14.0 18.4 94 0 10 -= | 15.4 18.2 96 70 9 — 15.8 18.4 98 0 2 -- 15.8 19.2 94 0 10 — 12.6 | Nevel. 18.8 94 20 10 5 14.6 19.0 94 0 10 — 14.6 18.0 | 98 0 10 $c 14.8 | Nevel. p ces pv a хэ, ie p * 14.6 B 16.41 96. о воз рве 18.6 | 96 | о 9 11123 19.4 | 9 20 10 20078 12.0 17.4 | 100 о g due es 12.4 18.2 | 94.| о 9 | 20 | ~ | 146 18.6 | 98 | zo | 10 8188 17.6 100 0 9 15 14. 17.8 96 20 10 10 14.4 Nevel 18.8 94 N 2 14.4 » 17.8 98 | zw 10 10 15.0 17.6 98 70 10 7 15.4 18.0 | 94 | zo 10 | — 15. 17.6 96 6 9123 14.2 | Nevel 17.4 98 0 10 1 14,0 » 18.0 94 w 10 4 16.0 » 17.6 98 26 10 = 14.0 » — Fa dS 18.05 | 96.1 9.5 |' 166 14.17 38° MEI 1888. W SHTING. 1 9 5 4 Poeloe Bras. Oleh-leh. Poeloe Bodjo. Padang. Е vim. | пт. | nin. | v/m. | nm. | nim. | v/m. | nm. | пм. | vim. | nm. ее Л 2 227- а | 1| zw | w w w w w | N Nw | nw | о | УМ 9| w ZW w w w w NO N N N | NNW 5| w ZW ZW ZW ZW w Ra? H NNW | ZO EUD 4 Zw w w ZW | zw | ZW | w zw | wzw, 0 | ми 8| 20 | zw | zw | zW w | zw | уху | ко | 0 о | N |J 6| zo 20 7 7 70 7 NW NO NO 0 1 | "E 3 7 zw 7, 7, 7, N о | NNO | NO | W 13 8| zw | у w 7, zw | zw | NNO N nw | о | ЭГ 9| w w | gel w | ту | w | nw | мо | мө!) о | WI 10| zo | мо | мо | w | zw | zw | ко | w | км |20 | 5 || 11 || No N N У w NW | NW N nw} ө JP W 1] 12% xo | zw] z | му | му | w |wnw| w | w | 0 1727 15| 20 w w ху уу w NNO | ONO | WZW 70 Ww 14| NW | w 7 Nw | N Nw | 20 7, 7 яр” 15| 2 ZW | ZW w zw | zw | ONO 7, ZW o p SNL 16| 2 w w zw | zw | zw | ONO уу w E 111 z WAA L w | о w |mw| о |" 18| 2 ZW | м w w ZW N no | NW 9 * | 19] zw | w w Zw 7 7 NNO | ONO 0 крак 20| Nw | w | zw | w w | ду | o | ono} oxo} ТВ 91| zzw | zw w w NW w w NW У 0 ““ 22 20 20 10 7 7 7 NW | NNW | zzw| 0 ka : 23 20 ZW Zw 7 7 7 WZW | NO ZW * ) P 94 || zzw | 7 2 | zw | w w | mo | кт | ww] 9 0M 25 zo 70 7 7 70 7. w |wzw| zw o ЕЦ 26 7 w zw 7 Z 7 0 0 ovo | 9 | WI 27| 20 220 о 7 7. zw | око | zo | WNW] 9 и a 28 ozo | о | oxo z zo | 70 x | ono | 291 7 a 29 No | nw | w w nw | nw | nw | nw] Nw] 0 ei 50| zo | w | му | w | ми | ми | so | no | no | 20 21) 51| zo | мхуу| nw} w | nw | Nw | мо | ко | ом | 0 9: Е B 59° MEI 1888. WINDRICHTING. ER 6 | 1 8 Poeloe Pandang. Benkoelen. Bengkalis. Muntok nm. | nim. | vim. | n[m. | пут. | v/m. | n/m. | шш. | v/m. | nim. | nim. EE | с |“ | 21 err Pp уул > | | w уу 0 ZW N w w | owl wi s zo oan) м NW о 7 70 zw w NO z zw | zw mz 7 0 ZW Z w Nw | N | ZZW| 220 | 220 ӘМ | — | о w | ме | w ; | zo'| zwi z0 | Ю ша — | o м | — z |zw | 10 | zó | zo | 20 EC Ww | w | ко | NW | N nw 20 0 | zo | zo | 0 3 Moe N 0 NW NO zw NW N 20 20 70 Ч не] o | NW] N zw | w | NO | zo | zó | 20 А | ку | w. 0 w | му | zw | N no | zo | zo | 20 mw N 0 NW w NW N Nw | zo zo | 20 EC ow | zwi wo | zw N 7 zw | NO w | zo | zo "mz 20 0 7 zw | NO 0 N 2 |zzw| 70 та 7 0 w NW | W ко | nw | w | zo | 20 ИЕ: | 201 o 7 20 | zW | NW | NO | w | WNW) NW BE л ZW 0 NW | NO NO NW | zzw| 2 W 1 NW | | “| ww) o 7, zo | zw | zo 7 1 zo | 710 | м | nw | o Nw | w w | к | N | zw| | Юю BE и“ | — 0 w | NW | kW Е 7 20 zo г| ж | — m 7 хо NO 70 N 7, zo | 20 ов — 0 w NW 7 ZW N zo zo zo E o 7. 0 w zw Z 20 NO 20 zo | 20 ш z 70 0 w 70 Z š zw | 20 zo zo 3 0 w о | ху 1 1 & о 10 zo 70 a NW NW 0 NW NO 7 NW NO Zw zo zo l zi] we о w N 7 w N zo | 20 | 20 0 2 020 7, 7 zo | zo | zo | 20 D Zw ZW 0 w 507114 7 хо 70 70 70 Мін wel nod аи | ко | му | | sew] 2139: E ПРЕ] wel od wil ww | swf 29 | Lat EIN] у 0 NW Na Е 20] ву 20 oe ХЙ ot eel wd D mm = х! Ты 60° MEI 1888. WINDRICHTING. 9 10 11 | Tandjong Pandan. \ Java’s 1¢ Punt. Viakke hoek. 8 | B| v/m. | n/m. | nim. | v/m. | n/m. | n/m. | v/m. | ё| 841121 ес | в !1» | + | е 1! 070 | WZW | WNW 0 0 0 NNO 2| ко уу NW 0 0 0 70 9| о WVůłFw ZW 1 770 7 NW 4| — WNW 0 Z Z 7 NW 5 о WzW ZW w w w NW 6! ozo | — WNW N NO NO N 7 | WNW | WNW | WNW! ZW NO NO ZLW 8 | WNW | WNW | WNW| о 0 N NW 9 ONO. H NO 0 0 0 NW 101 770 | ZZW N N N N NW 11 ozo |wzw| N N N NW NO 12| — | WZW| — 7 ZW w NW 15| — — — w w ZW | NW 14| — — — NW | NW | NW | NW 15| 770 | 270 7 0 о 7 NO ` 16| о 020 | — 7. 7. 7. 70 17 || 070 7, 070 70 70 70 070 18! 070 7 — 7 N NO NO 19! ono | хо 0 7, 7 70 о 90| ono | — — | 020 | 070 | 070 NO 21| — — — о о о NO 22 20 770 0 0 о 0 NO 95| ozo | ozo | — 7, 2 | zo NO 24 70 ZZW | 70 о о о хо 95 | ozo ZW | NNW | NO NO ZW | NO 26 ONO | 220 7. 70 ze 770 | 070 37| о тэх 33 0 220 | 20 | ONO 98 | 020 | WNW| — 0 0 NO 020 29]. — w — | NNW| NNW | N. | NNW 50] 2 W | 020 | NO № N NW 51| 020 | WNW| 020 | NW | NW | w | NNW у 61° MET 1888. WINDRICHTING. 13 14 | 15 15a Edam Batavia. Tjilatjap. Tjimiring. Xm. | nm. | nfm. | v/m. | n/m. | n/m. | vim. | n/m. | nfm. | ум. | n/m. | nm. Г 17 A 9: Ж 6: 9 + 6: 9% » 6 | | | | 0 | NO zo | ко | No W oo | z | wo | wo | NO о | 6 | No 0 NNO Zw | 020 | aw | 7 NO 0 0 m=) NO | ко lzzw| N N 20 | 020 | 020 | № 0 zo 81297 w zo | № 7 zzw | zw | z NO 0 20 Ију | w | му | х nw | xno | о | 020 | хо | W | zw 0 | о | No | ono | охо 0 N | ozo | оо | Nw | 1 N № | о № zo NO ONO w w NW | NW w 20 10 | No N 20 NO 4-0 м M оО N N NO Io NO ZW | NO No | WNW] 020 | 020 0 0 NO Ex NO 7 NNO | NNO |wzw| 2 7, N 70 7 Ми | ку | муу | zo | мо | — | zw | zo | zo N N N Nw w N N 4- w | 020 | ozo | NNW | NW 2 T] к | му | zzw | ко w | w | ото | ozo | wyw! ZW | ZW BET e У w NO да 7 020 | 020 | NW | W ZW том | x — — — | уулуу | 020 070 N 70 z ‚No | NO 0 хо |zzw| no | ozo | 070 | No 0 20 9 № |zzw| о 0 к | 020 | 020 | 0 0 хо To» 0 020 0 — |wzw| zw 7 NO 0 20 “| #0 | o ono | ono | око | NW | 020 | 070 | 0 0 70 Р | о о о о о w 020 7 no | zo | 220 Eo о | 220 | о o WNW zw | zw | 0 о | 20 | | 0 0 770 | ONO o WNW ozo | ozo | ono | о | 020 : 0 ONO о zo WNW 020 | 020 | ONO 0 020 л ? 0 70 70 око | NW | ZW | „zw | ONO о 070 a = No f 21-00 w [ww| о | о | wo| о | zo EI о | уулу | ono | ozo | No | 020 | 020 | NO o | 20 ВТ № ко | ozo | No | өхо | N | ozo | 020 | NW | о | 20 х | No 20 NO w 0 zo NO 0 zo a N N ON о w 70 7 хо Zw | ZW EI NO | o20 | NO А w | 070 | 070 N NW Z АЕ | ww | zwi w | — | wawLwzw|wzw| W | NW. | zw 62 MEI 1888. WINDRICHTING. 16 17 18 19 Semarang. Poeloe Mandelieke. | Soerabaia. Sembilangan. t а ; 3 E я vim. | nfm. | nfm. | v/m. n/m. | пт. | vim. nim. | n/m. | vim. um. ES L | Il £$ L $u ша Ха $ + 32 6 | #7 | 1| zw NO 20 20 0 0 20 N 0 № NW 9| No 70 70 10 0 0 20 N 0 70 | № 3 № 10 20 70 о 0 20 N о 70 | 9 4 NO 20 N 20 W NO 70 N 0 0 020 5 70 70 0 20 0 0 70 N 0 70 | 091 6| 2 70 0 70 0 0 70 N 0 zo | NW i 7 о хо 0 20 0 NO 20 N 0 10 № 8| 0 70 zw | 20 0 NO 20 N 0 070 | № ү 9 о 10 ZW 70 N NW 70 N 0 ZW • 13 10 o 20 zw | 20 | N Nw | 70 N 0 Nw | 0 |" 111 zw | w му | 10 Bd 20 N о | I 19|| zo N 7 Z0 | NNO N 20 N 0 zo | ] 15| zo N 7 70 NO N 70 N о | zaw | wi 14| zo N Z 20 о 0 20 N о zo | NOG 151 20 N 70 NW 0 20 70 N 0 Zw ор 16 || zo N 20 |, NW 0 20 20 N о % j Pe 171 zo | 070 РА 10 20 70 70 N 0 10 01 18 || 070 0 070 | 70 70 70 20 N 0 zb | ME 19 | 070 | 070 0 7 20 70 70 N 0 п | 201 20 оло | 020 | ozo | 70 | 20 20 20 N o | зо | 29 21 ozo | ozo | ozo | z | 20 | zo | 20 N о 1204 * 3 22 ozo | 070 | 0 2 20 | Zo 1 20 N о | wy та 25 zo о о 20 | 70 7. 70 N о mw і" 94| ozo 20 B. dook 1б 20, 4, 10 N о 447 25 zzo | No | ono 20 о zo | 70 N 0 24734 26| zzo | No | ONO № 0 zo | 20 N о4# we 97| оло | № ZW | NO 20 20 10 N о | Nó; E? 28 zzo | No | No N ја | do I io N o | пир”: 29 zo N w | wo | 20 20 zo N о 20 er 30 7 N 0 N 20 20 z0 N о | 020 Be 1 311 0 N кіш | за. | 40:1 30 N 0 "i p 65° WINDRICHTING. MEI 1888. в ; - 8 ee > Ec $a BEE < ob eu eB > g осоо e c coos eo Bes: Е | 8 Е д БЕБЕ ЗЕ Seo = ee ° Е -Е с a g | = “| Bees F J аата го Еј а e . 2 2-4 8 А Sa e z ~ == | 777! K'2ꝙé ! | = — —HB— 25. [ 4 х ва 5 > © © есе ео ei Е > 22222 SS SS 2 Ы 2зоочзоё2 SS SS Е ч 82 се с.о Фе Бо cees sere er Eer Ere со = & En e e e e ee ee ege о ee E эз осоосооое.соФ tp = — 2 з al = |=а ооөеёсосоооооооооооосоососоооосооооэээтооэоээ = = Е b Фёосоооссооооооооооогтоооэзээтэ:э5э эээээ > = 228282 82 E E S Ec ee sees ecc © = © = = Z= EE ЕРЕ ЕР РБ. ВЕ 2 Se 22222222 Б. S |£ > өз | == APRIL 1888. REGENWAARNEMINGEN. эче; E — . e ` ee C ben + 5 со | iis A | Sa {| {|5 || yy рр yaya yy ist E sex] D EIC a а ы... FEE 8 А у НЕ “Suva © - оо 0 0 10 00 Ф ао + чи зе QO та — 1% m M5 05 ~ oem ын | ын | e T v | | | | | | | 2 m | BPP | ат ё-849(:11(111111?7| $ Ы ше мые nu EN е“ | (11111) E (339318 {ыл шшш] PN SEEN JJ. y y LE у Те E пий оо S | : - 63 t Bae ois e re E 5 > - e SANAJ A ‘sepoqity, JT ee v ES «Is ү Bc ke e $ | ea RE реа | ‚ae ЫГ | Е 7 ee EEE ЕР. el | 23 67° MEI 1888. REGENWAARNEMINGEN. wo 111111 | | и "Tiir wee! ПРАВЕ та 4 "m C ЕГІ | 1111181911111 1185 9111111117) RUE maaa | E SEA SSS SSB 111" 111) водите 1 Sep овор 11! 8 (2815 || ISS р] | m] | EERE У teams | 8ВВВВ ВЕ "ЭӨ | 1 1811111 | IB Ses š D: E 2) „ ШІН EE 4433: ЕЕЕЕЕЕЕЕЕЕЕЕЕЕЕЕ | | 47658 š "ледоолечед i 15 | + = = 01.10 2% - ое un Sem | әк | ЕІ || gas > ede - Е "ийшээ J 88 J 8 Ге гае рее грее тата EI EE | гате натат eT ЕТЕ — — — 68 MEI 1888. REGENWAARNEMINGEN. Dn on == + — wer aen EE Ge ЕЭ 1111 | eee KEE | 18”291(89918(981911):11117"8Ө71118 Se: ias а је Сашо 1 "8915 ЭСсЦД9 SAARE Теге ‘рем poog ELEN Lt er РГ. BET 'enuoofq кезені ЕРКЕ ЗЕТІН TF СІ “Өехзэнтөад шлааш SES MEI 1888. REGENWAARNEMINGEN. "xoofpues xc i = ШЕР UN NEST ARES DEA ко ығыса жыл, 7 д. rss Gem иас re ла феи совка | 17219189185198(|921598151511)| ШИШЕ о | “ава щаз, | "ет подерподол [ejuey 5 00 1% ` .. l nN ev ). мие ЕЕ, Suofpuep | | re - |o |Ә | Cc» ap | о "| хм oc © ma г- те | 181218 |е 1а ает аео) el el сл г- =н Si | ға во <> <> — жом а d EREE ио © "шозадАин ang | Sangen Pt Sse ee ee Я |118811111118111111111111111158118 m STH Eer LLL Add ІМ | . he MEI 1888. REGENWAARNEMINGEN. 70° Eiland Banka. gel а [estes h. k | Зы js { E Bel 2 | Ве | Ве | BS Е PE SCHIER 3 = E = == == RS 5 3 3 = [ЕЕ Ё 1 РИ | | - | рад 2 dit 4 29 12 74 — зае. 4 б 659 54 8 == 12 46] — |" и 6+ 9+ 8+ 961—1 — | 55| POEM 6 184 ки 4! — 10 1 ° 8 8| AN 7 —+ 84 62 6| itt 8 эн 11 5| el - 1517 м 9 |. 6+ b+ | — + — + а ME K Sid el 01—71 И 11 4314 эй! 44 2 — | 16] 17 МИ 12 23 19] — 89 | 14 16 — 57:11 19 231 51-41 ol &| 11-12 15 17 I БРЕ Ра ММ | | 16 18 18 17 5 17 2 й BER 1 Ч = BI. ВТ — 5! bli ᷣ mi 3 18 21. 278190 112 Ki — | 259 E 1 Ат 5| 12 à] 30 95728 Ч та 15 SC GE 8 NW — өтті "m 2 in 284 Вр 4 "95 2 7 10 9 15 57 5 19 4 te 5] 14 154 9) 281 36) 1] 528 25 5 Ей 2-4 2 54 -$ 5| * = Be AT bl — 4 51 11 а 5] 284: 6 12 241 261 61222118 ae Bed ла , 25 та 295 4-— | өн — 11 * эн Bi — 1:— 4 18|-13| % EB те Bledel 311 51 И M Тота. | 289 | 586 | 229 | 559 | 228 и MEI 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN TE TJIBODAS. 6°. v/m. | 12° s'middags. | ЭШ n ит, ыл * C Би | за sS PD |. s S R | z | = 4 as E = = | 138 91 о 1 сие .98 9 | — ES ---- ---- Ч — — оар. — w 22 б = кы, 16 3 N МОДЕ 4 сосе звани 154 | 89 o 4 | 20 | 90.4 | 96 | o 8 | + 15.6 | 89| о а | — 21.0 96 | о 10 6 14.8 | 95 о thi 0 89 де o 9 | - 14.0 95 0 4 ge = - -- — 5% 1441 98| о à | — 21.4 96 | o 9 158 | 98 o 10 5 191.4 | 84 о 8 | — 15.0 | 96| N 9 | — 22.2 89 | o 9 | зе 14.6 | 91| о 4 5 22.0 98 | о 9 | + 164 | 96| о 8 | — |910 | 844: 0. 9 | ar 98 o 4-1 i 209104 9534 9 8: | et 14.4 95 0 8 10 | 23.8 85 0 5 -- 156! 88 | o 5 396 |. 79 о в | үе 11.8 | 95 o 1 11-09984 бін 9 1 | = 14.2 95 0 1 —31 20.2." 81 70 8 | = 14.0 95| o 5 — 925.34 15 о; dere | dt 13.8 95| о 6 | ee 88.b о 40129 | oe 15.4 |. 95 о. 5 9195.4). 864 9 agit de 144 | 89| о ізінше 25 +b ЗАРЕ" 15.6 | 100 o 9 5429124 85 o 10:10 | == 16.2 96 | zo 9 — 117.8 98 zo 10 7 14.24 | o 5 — 19.8 85:6 20 43119 164 96 о | 8 — 916.81 | (den |. 14.67 | 95.9 46 | 151 21.411 87.04. 180 4.49. 72° MEI 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN TE TJIBODAS ° 6" n/m. 6" v/m. Е Së 2 | OPMERKING 2 š 3 = | 5 2 = 5 ha Е. е 55 | ES 5 š Max. | Min. + 1 | 184 |: 98 20 8 12.4 s 3 | LIP 2 z ә --- --- — RER =... ud ¿ | |e — — — = Ы I | TUN ER ER E Ge E 3 = = Wer "Ps me те: LI 33353 есе NA SE rt ui 1 10 | 184] 96 0 10 — 14.2 | Ned. P 11 [17.4 |» 96 10 55 14.6 ELE 12 17.2 96 zo 8 5 15.6 15 170} Wer. 10 42 3 15.6 EE | 14 17.4 96 о 10 4 š | мој № Ж, 15 19.6 94 | х 10 s | 46) "B 16 17.8 | 94 | o 10 12 » | 150) "а 17 19.0 | 94 | zo HE | — 5 15.8 T | 18 | 170] 100 | о та 1-85 a 5... Ei 19 |186) 98 | о 10 — | ~ | 124 a 20 186| 94 | o 101% „ ` W: 21 184 |° 96 f-o 10> | 116 12.4 Ki да 176 96: о 844 96 ү | 25 18.0 94 | ze 10 1 15.8 EL % | |- 190. aF 10 = 15.6 1 25 18.8 94 | o 10 15.4 EL 36 | |: 1940060 о 10 — 15.0 E 27 188 0 16 4 15.0 Р as |1180 | 98 20 | 10 2 15.6 E 89 |178: 9881 ват 10-1 6 шах 1 50 182 | 96 | o 9 2 15.4 : 51 | 196 | 96 | zo | 10 5 15.8 P Grub. 18.21 | 95.9 | 96 | 11.2 15:70 1-5 is JUNI 1888. WINDRICHTING. г 1 ae СА 5 1 e _ Poeloe Bras Oleh-leh. Poeloe Bodjo. Padang. п. | n/m. | nin. vim. | n/m. | n/m. | vim. | nfm. | шш. v/m. | nim. | nm. Бг с | el 716 | ed pl el el tje 3 | ® | ww} zw | zo 20 20 | ONO | NO | ONO | о w N № 220 | zo 20 20 7 7 то | ONO | о | NNW | 070 ¿W | ZW Zo š 20 NNO | NW N 0 w 0 | Ws w M N | nw | wyw] o z о " | и | w | ту | zw: 2 | ono} wo | ono | о 7 5 wW [wiw] w zw | w w N Nw | му | O w о Жіті w w w | zw | муу | NNW | NNW] o м | о N | zw} zw ZW уу zw | 020 0 ONO 0 w о " | су | zw | zw | zw | zw 0 о 9 NO Уи miw|w zw | zw | zw 0 M кич š w | 20 | W | ZZW | ZW | zw | ZW | NW 0 ot: 0 z 0 W w zw | zw | zw | 070 | 070 7 0 zw 0 ы WNW) w W | zw | w |wNW| 220 | 0 N w w = пи | му w w | zw | 770 | NNW | WNW | 7 NO | WNW ` 1 7 ZZW | ZW | ZW | WNW| NW | NW 0 w w = 7 zw | zw | zzW | NNW| N нэт o w N W-|wzw| zw | w | zW | N NNW nw | o | zw | мо _| WNW) м w уу уу х | WNW| WNW 70 7 о WNW) waw | w | NW | NW | NNW | NNW | NNW | NO | NW N wzw) w уу ч | zwinwl w | w 0 w о З | у w zw | zw | NNW | NNW | NNW | 0 w N | W | zw | zw | zw | zw | му | око | ONO N 7. 7 | 20 | w | zzw |zzw | zw 0 070 | 070 | NO w 0 DEUS ow d aw zwi zwi z07] $0 |] 107] 0 | W А | | w | zwi zw | w w|zzo | w N z NO *“ wd wel мора л 0-1 wer во * w | zw | мо | zzo 220 N 7 0 | NO gei wel nw | sw] 2 |wzw|wzw| 0 8519 ж w м м w w | NNW | NNW о У 0 ix w w w iww] w w 0 w 0 E ї 74 JUNI 1888. WINDRICHTING. 5 6 | 7 Poeloe Pandang. Renkoelen. Bengkalis. š В) vim. | пут. | nim v/m пш. | n/m. | v/m. n/m. ё| o 2 6 | 9 9 6 | f | ge 11 — zw NO 0 7 20 7 zo 24 — | ZZW Z о 7 70 zo w 51 N w У о | w NW N 70 &| 0 w N 0 | ZW NO w 7 5| N w NW 0.2 М NW 7 0 6| NW w w 0 w NO 70 0 7| У NW w о | ZZW | ZO 70 ZW Hu zw w ZW 0 w Z 70 ZW 91 NO м | — NO 7 zo 7 70 10| 7 у о о w NO zo 70 111 — w ын о zw Wok * 20 | 19 zw w — 070 | zzw | 70 Z H 15 w NW 0 ZZW | 020 Z о 14| NW WNW NW 0 w N 7 0 151 № w NW 0 NW NO 1 ZW 161 ко | w NW о zw | N Z 7, 171 № zw | NW 0 w NW 7 0 18| хо м | — о 7 NW о хо 191 No w — 0 ZW | NW 7 0 90| N 7 —- NO zw | NW 7 zw Sta N NW | NW | NO NW о ZZW 0 221 NO У -- хо w — zo 7 95| NO z — NO 220 | — 7, 70 94| 0 7 — 0 zw | NO 0 7 95| м zw | zo | 020 | м zo 7 0 961 NW | — | 220 о w NO 7 70 97| N zw | zw о zw N 7. о 98 wzw| w № NW | 070 7 м 99| Nw | w | NNO | NO NW | NO Z w 501 0 zw w 0 NW | ONO Z NW 75° JUNI 1888. WINDRICHTING. E 10 П 12 || Tandjong Pandan. Java’s 1° Punt. Vlakke hoek. Eil. Noordwachter. ' | nim. | ním. | v/m. | nm. | n/m, | v/m. | n/m. | nim. vim. | n/m. | njm. | wd 6 8" | ЫГ 4" 8" wd a "| 12 4 1 | Ши mu) 27 2 7 7 w | o о |zzo| o | ONO № 120 o 7, 70 7 0 | 0 0 № | ZW | 20 о | 20 | ONO | ZO о 0 0 0 NW | 20 0 B ;| ozo |. No 0 NO 0 0 nw | 0 о B ues oo zw мој нај wop Wo W J. 299 99 V9 120 0020 КО | NO NO 0 zo | око | ZO > 2 | 020 | ZO | NNO N w Iwzw | У 0 NO | NNW | о O zo | ко | No | NO | ZO о zo | око | 0 ES — | ONO) о 7 70 N NO 0 о | zo | 020 \ 0 N 70 zo 70 х NO 0 ozo | 020 | 10 " о ozo} o 20 zo | 0 о | 020 020 | 020 | о | — | то | то | zo | ONO} 0 0 о | 020 | 020 | | 2 | ozo | о | ono | 20 | № | 0 0 о | оо | 0 0 | о | ono | о 20 10 | NO | 0 о | 20 | zo | 020 P. о 0 70 70 70 0 0 о | 020 | zo o 0 020 | ozo | 20 | NO о | му | 0 w | zo | zo 0 ET о 70 70 10 w | 020 о 20 zo | 020 № 020 | ono 0 0 20 0 0 NO o | 020 0 № | oxo | охо о 0 70 0 0 w о | охо | ONO 9 1020 70 20 Nw | 0 0 10 | 0 0 zo МИ ock sob 20:4 2004 Е ар о z | zw | 010 020 | 20 N N N N 0 01016 хо 0 0 070 | NO NO o 0 e | 20 070 | ONO 0 ono | zo | NO 0 0 0 о | 020 | о | oxo: po 0 0 NO NO NO bok 0 4 08945 охо 0 070 0 NO NO 0 о | 0 020 20 ONO ` 0 20 70 20 о ој 9 070 | 010 0 HOS. 0.4 205]. Z0 7 о 0 0 o 0 0 0 [020 . ONO 0 NO 10 1) 0 о 20 020 о BED rde төс No d 0 éd var ват 20 | ONO | | | а 76° JUNI 1888. W TING 15 | 14 | 15 IER Edam Batavia. Tjilatjap. Tjimiring. - =! | | ; 3 vim. nim. nfm. | v/m. | n/m. | nim. | vim. | n/m | n/m. | v/m. | n/m. = 8" 12: A 9: Qu 6" gu | 9: | 6 9: д | i 11 zo NO N NNO NO — | 070 | 070 | 070 м № 2| zo N N N NNO — | 020 | 070 | OZO.| 70 | 0 5| zo N N NO 0 — | 020 | 020 | 020 | 20 | 20 4| zo N N 020 | NNO | ONO | 070 | 070 | 020 | N 0 5| „7 NO N о NNO WZW ONO | 070 | 020 | NW | W 61 2 NO N ONO | ONO -- о 070 70 N | O | TE 4 0 NO 7 070 NO NO | 020 | 020 | NO 0:33 8) 2 OD} mo 020:1 о ONO | 020 | 050 | ont No | 075 Oh zo о | No | ozo | ONO | ONO | 020 | 020 | 020 | по | 07 10 || zo о NO 7 хо мко | 070 | 020 | 020 | № | 97 11| 20 o NO | ONO | 020 о | ono | 020 | 020 | Zo | ШШ ІШІ zul: о NO о | 020 0 no | ото | 020 | No | m 15] 2 020% ко | 020 о о: | 020 | 020 | ozo | No 0 | 14) 2 | ою!) No 7 о хо | ONO | ozo | 020 | 020 | 0° 15) 2 ос!) wo | ozo | мо | — | мо: | 0201 ozo | 0 1050 16| 2 омос} noel — vo — | мо 020 ozo | o | 000% 17 z 70 о | wzw zo 0 070 | 070 | 070 | O one | 18| г 0 NO | ozo | ono | ono | ozo | ото | ozo | 020 | 0900 — 19 2005 6: о'| zo | no | ono | 020 | 020 | 020 | 020 om | 20] zo 0 охо | ozo | № |лумм| ozo | ozo | 020 | oxo | ^ Б 241^ 1007 5 NO | 70 о 0 NNO | 020 | ZO Жайы. 22 zw 201 ol ozo | NO no ] wo | ozo | zoop On 251 7 0 № | ONO | ONO омо | NNW | 020 | ZO 0 ота 24 о o ono | ozo | ом | о | w | ozo | 02 | XO | “И 25 zo о о zo | ono | о w | ото | 020 о | 9 26 zo 10 0 020 | око ONO N ozo | ozo 80 | P 27| zo | о NO 20 ONO | 0 070 | ото | 020 | NNO ? 28 zo | ono | око | zo о 4 озо] wl ozo-|oz0 702798 29 zo 70 0 70 N ко | ото | 070 | 020 | 0 : |- 50 || zo о | NO | zo | No | око ozo 020 | 00 | 0 ër, | i | — 228 77 JUNI 1888. WINDRICHTING. 8 | e 8 Бч 8428 e e 8 ес с 4286с« || |=]. ее ғ $ ° < = ÉE Š 2 | е | | Б Jr аа D m Bi ES | Ecc 5 H = 5 | © | £ É х | 2 5 = EN 5 | Бај £E--2-8-*-28888--8-o8828-S88258EB858 5 | ж o e — „ à Pee. "969 ы Е Е 84 oO»genobkeo23.252503.223ckoe23e есе = > S"SSSESLESSNSSSSESSSSESESE+HEsSE | Въ сесссссссессссссссссссссооссссс e el 3 S e e ee ee ee e > Е Ba SSS SSS SSS SSS SS SSS [7 > —n h . nT — — - — — - - = 8a ! , 12211101: $ | Е = c a c E ee e 1 = © ° e e S | = |=“ 8888888 8.8888 88888 8888 4 о В н Se ae ~ | = 82 > © = = ° ° ° ° = | за е ее Eé: 4 = ° © 5 — = = M S SS SSS S ES E но НЯ нд ов о $ | eet ` ae А = 8 B ° e e S2 282288 So 2 ° e e = == некначенойи 28 888 вз SSS 89822 : а © > š © Е + хяллкоВо8 888 Ф бенка кккккок . 3 p ға > е ә ° > . > Е за 5 838 88858858 звя асодосейоз о 1 NE = @ = = 55585555 а. 54 ee e e e 8 8. Е JUNI 1888. WINDRICHTING. 22... ̃ s e сэ. 6 6:42.56 09 >> KT leg „ со е a = e e e e Qo Ü о о о —I"s VI —ę—ũ—— — i | oo = Въ RMN MSM MOR OLE зоняманыз б s = м i xe EN вз Е 824 e ° ° ° oo 7 сч Е & ESS са аа с за isto а n JJ ͤ ͤͤ а НЕ op я w Fi = ‘nabunajuo uabumausnm изо!) | „ S Е 9 — | F ЙЕ Е Е Е 2 Ч — Fa — — —ͤ—ꝛô ы — гээсэн 5 = i осе © © ker Ss e ee e e e e Si š Еш 2 888 888 88 8888888888828 2 E = L ара III — | B» oe Boos © ° ° 802 © ee ° Там 28582 28 8888 8 88 Ено RAZR 8 79° WINDRICHTING. JUNI 1888. Be cococccoococoRERBRuNNuHNNOOOOÉNNONONO el # [а al = fa севжосососесо Е Ен Е нне | | оосонноноон di sou. El zono Е есен Е ооооомыооомыооооом о > i Sal eeleeeeeeleeeeeaeeleeeeeeesges = À ot 4 | Ва со | оооооо | ооооооооооооооооооо е A gys Ве ес | особое | ооросое | | | 9ӨөөӨөэөэөэЭ e eeeeeeeeeeeeeeeee есе еее St S SS SS SS ss eege FR EZ CS CO CO CC CO Z Z RP Е Е Е š ie 3 ed D Al = га сососоосооооооососоодОооооо ес о В о о 5 ; ee eeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeees о с о 8 5 S SS Z E SS Z Z E Z Z Z Z ÉE Z Z Z E Z F Z # Z ЕЕ E Z ЕЕ : Ф Ф Ф Ве 88888885882 5888888888888 Сажа S E : Е 2e oo 8328883 2 > = : Ба га кв ERBEESS on ER aR и kon E ок 683 „ый. Ееасав- SSS SFS SS EAS вов JUNI 1888. 80° REGENWAARNEMINGEN. | | | = | | 3 2 an AS | T = | = | 5 | 20 8 1 513 гта в р E еб; e LELA Lg ре dTa | 1 — ee 2 15] — 1! мы Е ok Ha E 5 1 18 8 L — L 180 фиш | * id B 8215179 5 — — — 09. 5 2 | — а; K 6 КИ Ои ea kq h oki ти 23 р, 4L 51.— Ь—. Ба ШШШ 58 — ib— ble фи peda НО 9 22 ES? war Dags "ws =? adany ор он 10 — — — dep 2; ШЕ 2 —— pire kan и 11 0 1-4 — kd 12 au b= 1,347, / L Ао DE 15 — зэ НЕ Ж 98 |. — 233 14 — 12 — — 1|. — 25-771 15 4 |.- | „ 1255 | а — 08 16 24 9 6 L 13, 18 4,410 1 сн is 27 = м ou | ok уе ы ШО GE 19 duci 15:18 71-4 4: 104: 09 20 — — 51-4 1 | м 21 gy ae | E 15 | 90 48 , 11 22 il— |— | 10 107 9| 584, 10 25 27 4| 24 АНЕ 1 ва 5 1. 24 xxl DII d ed | 53 by 7 25 — = al ш 21 ҮХЭЖ: Чи, 14 * * qu 26 | — — 4% — 32 — „ „ , „ 51 "et A ІТ а 28 — — $1. 36 901,— | 254; 11228 29 14 1.-- Въ 2] 25 26 |. — 21 |. 50 001,401::41-- „ 97. Sim Тотал, | 143 | 159 | 87 | 198 | 592 | 205 | 215 | 244 | 110 | — — = = — = = e = < = 2 е - = ES az 0 o © =ч 2 =) = "1905 -uəoq 118584 “пеләопеше( — “ЗполешеМ `Bueqəos "engAvoluoq "Вива -одвиешЦ, "еједе даруј Noot, ‘LUTEM -exeduref, пере, ‘eyedmoly, "веро, 8% REGENWAARNEMINGEN. JUNI 1888. on Ж 21904 При, "vfpearpoog "вледопездод “Buejeur ossey --- Za lI TA 3333 таа а i VVV — à | m dend eden een — — —F- ͥ ñqʒ— e BER а | 5 — —— 5 VV CCC 8511111111111:118111) 52111111 1 f . eee ез | 3 та 1722 018581 V a ЗІЛІ ДЕ ЕЕ ИТЕР 2 Bei ЕЛДІН |g иеп = | | сами | e | ee (1111111111111111188" 111158 2 I => О AI BEL. Š 5 ШИГ їг 51 оо. = E 55 | i — | = Ё СНЕ тее = заби, "идшоиоблррая. INN A зе mary ШЫГ К Т АЧЧУ Е S = Кад E араанд SAIS КЕ ..... n е = әніне 11111111111111111111111111111181 8 = 5 west а а , OR ме аси а , 84° JUNI 1888. REGENWAARNEMINGEN. | | ет X саа | 1004207] TCC | со DDP з N ааа еее | 8 кн Вета = da (ЕР Ева нај а ! eius „„ "нобирајно мобитионлоот 095) | і ae : mo ‘нобирарио мдбилшэнлтоал чоор ИТТ с P я он РЕ 112120. „ r !( 05 2 R35 ume | = * чо 21902295 нося WAHR а В 3 JUNI 1888. REGENWAARNEMINGEN. e ВА mn wem | 111181111111111118888 11111 [78 1 | 8 321 | 111178111111111171898111111111| Ё ки CPP 2 . РАТЕ EN Booom) SINISTER | MENT | (11188111 a] НЕСІ Ben F cl rr ss ME ceres r! 4044001 04 ‘elpey әотәод | 18 Ll k k l EF be Ps bi ЕЕВЕЕБЬ = 1890130094, "подерподол 11 uj | pe EN c RR E NU EU ат ' ~ 174. 151 160 86° METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN TE TJIBODAS | JUNI 1888. қ 6". v/m. 12" s'middags. Е | E 4 ы = | + Бо : у : и > | JEE т | | 1 14.3 98 70 | 8 at. 23.8 16-41% 4 le 2 14.0 95 eps ot 491.64 8 Аға 100 n 85 18 9 | аке оТ е 85.0 8 ? 5.11281 98| о 2 22.4 6 -V S 6 15.8 98 o t| фа = = м 244495 во o- | t| = |907 867 0 11408 8 15.6 95 70 8 га | 38.2 17:| 9 12.8 95| o E L 23.6 12 T E 10 1930 08 6 1 | — 23.2 7161 v0 ҒИ uid 954 palo wd. (4 | — Е GE 13 156% 0 4 _ 22.0 81 15 PE 15 13.6 | 91 o + | — 22.4 95 14 15,2 % 98 o 1 = | ets) 84 o 15 . |- 158: att о + | — 25.2 76 ! 0 2118 16 | 142) 98| o | 10 91.4 1100 о БИ 17 |148 | 89| o 8 6 21.4 88: o 1220 18 | 150| 90| o „ ese] » 19 14.0 95 о 1 2 |254 | 800 „ 20 15.8 95 o 21. gT- 0 de 22 15.8 95 0 9-1 — 11963] ӨРІЛЕ 9 | 25 15.6 98 0 8 5 21.6 88 8 13 24 1400 56 EI о (Нера ОВ 8 || 25 12.0 93 о al — fers} 99 m | || 158 | ӘР! 5 + | еза ТТВ | 28 15.2 95 о 5 195.04 10 о 1 | 99 150 95 9 2 a 195377 SI 0 ; | 2011431 053 о 109 „„ 787119 да __ бемтрр. 15.47 | 94.1 7 p — ж. nun 87 ar МИГ 7 „е^ 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN ТЕ TJIBODAS. 6" n/m. 6° v/m. à із | 29 | 5 | = Thermometer, | OPMERKINGEN. ВЕБ. 85 |o 5 Een | 8 23 | 23 | 3 5 Мах. | Min. | | | 19.4 94 Z 4 -- | 15.8 18.2 100 zo | 8 8 | 153 18.8 96 20 10 -- | 13.2 | „Nevel. 19.0 94 в 0 — | 14.8 Ша 96 | zo 1 25 | 19.4 18.6 | 94 zo 10 - | 15.4 || Nevel. 10 5 — 11.2 . он: 10 — | 19.6 | Nevel. 0 2 — 11.6 0 3 — 11.4 0 0 — | 3.4 20 10 m | 39:0 0 8 — тох] 884 0 3 = = х | 189 7 10 - Е | 12.8 20 10 — өс: 1&0 о 9 -- ӛз!) 156 0 1 5 | 12.0 o 10 => ET 15.4 70 10 19 15.6 70 10 * 135.2 9 id 15.0 Nevel 0 10 Gab | 158 » zo 10 — | 114 » 0 5 A | 12.8 0 9 ший | 12.4 zo | 10 — 12 | Nevel о 9 айн | 12.2 0 8 — | 15.6 1.7 52 | 12.77 88° JULI 1888. WINDRICHTING. а 1 | 2 | 5 4 Poeloe Bras. | Oleh-leh. Poeloe Bodjo. Padang. а | | ausis. 5 vim. | n/m. | njim. | vim. | n/m. | n/m. | vim. | пм. | nm. vm. nm. со | ~ | кб |“ |жж бв 9 | жт 9019.1 EN | 1l zw | 191290 w w w NW | NW | NW 01531 2| zw w | м W м w 70 zw | WNW; 0 “|! „ D R 4 7 ZW 1 28 w zw | zw | NNO N NO о w 5| z | zzw|zzw| zw | zw | ZW | NW W 10 1. 6 7 бо 158 | zw | 7 7 zw | zw | NO 0191 7| zo 7 | 220 | zo | 20 7 0 o | кој 61% 8| 2 | Zw | 229 2 7 Zw | o wo | хө | ТТИ 9| 7 zw | zw 7, aw | zw | ну | aw | ми | 021228 10 || zzw | zw | zw | zw | zw | ZZW | N no | NW 0% КТ 11| 2 zw | w | ZW | 219 | ZZW | N w | zooj Жу ТИШ 12 zo | 2 | ew) 2 z | ew 21 | за | пе о 15 zo | zw | zw zo 7 4 70 0 20 КУЧЕ 141 z zw | zw Z D H 70 zo mwj 219 15| 7 zw | w 7, zw ZW N nw | NW 9] КШ 16| м [зулу | ow Zw | w w NW | NW N 0 Jill aw] W w w w i.zw EN nw | W 01979 181 z zw | zw | zw | zw | ZW N NW | NW 0199 f zw oew | ows | zw zwi zw omo we | ме | ШЫН 90| zw | wzw| W- zw | zw | w | x | Nw | Nw, 9 M eil z zw | w | zw | zw | ZW | ozo | Nw | ТОВ 22 z | ту | ву | z | zw | zw | ww | NNW| NW 0 72 235 z | aw | ти z комм | м | wi m 4 | 94| 20 | ZW | W 7, awl zw „ | ки | 387177 4 : esl zzw | zw | ow | zw zw zw | ву | ze | 229 97. | 96 | zzw | zw | у | за | zw | zw | zo | 220 | 20 ° :| 97| м NW м w w Zw 70 0 ZW G 4 : 98| zw |.w |wwNw| w | w | w | zw 9 Bou 99| w | ww | zw | ww | Nw | w | ono | 272 | 9 | © | | 50 || zw | zw | zw | zw | zw | zw | Nw |waw| W "en ту | zw | ZW | zw | ZW | zzw | WNW| wzw| NO Бо E P | eo | ra ead Poi ra ю | о — | око | NW N 7 w zo zo zo zo = | tw w 0 zw | NO 7 70 N zo 20 zo НӨ. као. — o Nw | ZW 7, w N 20 zo | WNW ю NW w 0 NW N 7 0 N 20 zo zo NW | NNW w NO w NW z 7 хо 70 zo zo NW | NNO | NW 0 ZW | NNW | ZZW 7, w 10 zo zo bodo 7, хо zo | 229 | ко | 20 20 | 19 | ну. | — 0 70 N 7 7 о 10 70 zo К | Nw | Nw o в | 020 | zw | ZW | zw 20 20 | 20 Wiwzw| 7 о nw | ZW | NNW] NW 7 70 70 zo 20 о 220 0 2 0 z | zo | zo | zo № | zo | zo | ко | zw | zo 7 7 70 7 zo | zo Г | Еп. Z о 7, 020 | ZW | 2 z 20 | 20 | 20 | wl w 0 м | ко 7 z | zo | zo | zo | 70 A| wil zw 0 ки ZW 2 2 | охој 20 ] zo | 29 ти | w | w | ozo | zzw| ою | z | nwd о | 20 | Zo | 20 MW w ZW о NW NO 7 w 0 zo 20 zo m. 0 NW N N W м 20 20 zo + NW | NW о NW | NO 7 NW 0 70 70 zo У | ки | w | ozo | zw | N zo | 0 N | zo | то | 20 1 0 Nw | NO 7 70 хо 70 zo | №. 10 20 0 N NW w 0 N zo zo zo NW | w | N | | 020 | 0 7 н | 20 | zo | 49 Miel w о w | zw 7 w N zo | zo | 70 E: 7 0 70 z izw| z ко 10 20 № Pi zo | ozo | z | ю пир Wig 9] % 74 ЖЕ Pt. z | ozo | zw | то | sod 2.4 Мој Bog #0 ад E: 1 М | i 0 ZW 770 м N 10 zo 20 Ш — л 0 70 0 м 0 zo zo 20 FW w | iW 2 wA oq ag 5022 709 |" | "хи | уху | ozo | zw | 2 МАЊЕ Ее. а e 2 | | 211! | — 907 JULI 1888. WINDRICHTING. 9 10 11 12 Tandjong Pandan. Java's 1° Punt. Eil. № а Vlakke hoek. 8 || vim. | n/m. | пут. | v/m. | n/m. | пм. Im. | nm. 2l e 12,6, | в |» | 4 g |12 1| 020 | zo 20 7. 70 NO 0 ет зо 0 0 zo 70 70 07193 5| ozo | ozo ! — 7 70 70 0 ЩЕ 4 о zo 0 70 | 20 | 20 9:7 93 5| о | 020 1 020 | zo | zo | zo oT У 6| zo | zo о zo 7 7 0-1 58 7| o | 020 | ozo | zo | zo | zo от 8| ozo | zo | ozo | zo 70 70 |.20] ЖИ 9| о 0 0 70 zo то | orm 101 о 0 о zo zo Z = 6-7 11) zo | zo | ozo | о zo | 70 5 „ 12 о 020 020 zo zo | zo S (99723 15| о o of zo^| 20 | 20 = | NNO | 14 zo | zo | 020 | zo zo | 220 х | NNO | NNO | 15| о | ozo | 020 | zo | zo | zo 5. | мо | “ОШ 16 о zo | то | 70 7 7, 5 Го ІТ! 094 20:14 ozo^| 10 2:| zo 5 Bé | 18| о | ozo | w | zo | zo | zo š 912 T 19 20 70 | ozo | zo | zo | zo 5 alt ; 20 ozo | 20 70 70 70 70 2 5 2 | 21| — | 070 о 7 7 7 5 Ё e : 99] 70221 2004 zo Z 7 7 5s | fT | 951 о 0 0 7 7 7 | по | BEN 34| 0 020 | == 7. 7 7 | 10 я | 35| ото O 001 20 20 | 5 | |. 12 36| ozo | ozo то | zzo | zzo zo | Ни? + 27 zo | zo 020 | zo | zo | zo (244 28| zo | 020 020 | zo | zo | zo | 2 29 ozo | zo | zo | zo | zo | zo ре ин 50| zo | ото zo | 7 7, 7 ше“. 51| ono | ono 0 2 7 % Ba 1 9r JULI 1888. WINDRICIITING. 15 | 14 | 15 15a | Edam | Batavia. Tjilatjap. Noesa Kembangan. p/m. | nm. | vim. | wm | n/m. | Vm. nfm. | nm | vim. | nim. | n/m. r етте W | о | охо | ozo | ONO | ONO | 020 | 020 | 020 | 0 0 о Б о | ono | zo | ко | No | 020 | 020 | 000 | 0 0 0 по | NO zo N N 070 | 070 | 070 0 0 zo 00 NO х NNO NO | 020 | 020 | 020 | zo | zo | 20 0 | ох | о no | № | ozo | 020 | 020 | ONO | zo | NO 810 | ONO | охо N N 070 | 020 | 070 No 0 zo "| 0 | око 0 NO -- 0710 | 020 | 070 | ONO 0 70 (| | ozo | м | мо | odo | 00 | 00 | NO | O ош 0 NO NNO | ONO No NNO | 020 | 070 | ONO 0 070 1-9 ONO ONO NO хо хо 0/0 | 070 | ONO 0 040 E 9 око 220 N No 0 020 | 020 | ONO о 070 de ® | ONO 56 I о | ото | 020 | 020 о 0 o mu 9. ONO 6 те охо | 020 | ozo | 70 0 0 zo ES | 10] е | w oorr 020 0 | NO | охо! N wo | ozo | 020 ! 020 | 0 o | ozo е. no 2 | м0 | жо | 020 | 020 | 020 | 0 о | 20 NO | NO | NNO | NO No | ото | ото | 020 о о | 020 | 0 | ono | No | No | No | 020 | 020 | 020 | 0 zo | 70 То | oxo | ozo | мо | No | ozo | сто ооу 9 | 9 020 91 N | ONO | N x | 020 | 020 | 020 | 0 о f z b N ZW | NNO N охо | 020 | 020 | NO 0 20 |», wiet wol! k lo | 0 1020 | № o | 20 bx so | мо | xo | ко | om гою | m | = zo > im | o | Oe оо | wie о I.) 0 NNO | ONO w | 020 | 020 | ONO о 070 зү” b Taso | по Рики 1.026 | ою [om | O 070 M. № эхо 1 наа. | око Togo | 99 | 010 | 08917 020 [^ ONO NO хо w 070 | 020 No 0 020 m о | м | NO w |020 | 020 | № о | 020 1” о | ов! wo ки | 010:1:020 Г Lov 020 1% |! NO х хо w | ото | 020 | № 0 zo | | і * 92 WINDRICHTING. JULI 1888. i В у, и = к „888 8888 = e @ ж ж man Be xm e 2 BER DE 5B IT I É > “ач Е ЕВА Ве 8-2 зе Есаназ бЕВЕВ С B5 eee ceee Sege | || ПЕ | 8 тет" с = Еш ооососооооосооооосоооооооооососоосооосооээ 5 a TES 4 ; › 84 11113 /// : : Ф e e ° ° > e Ёз SS8S8988888888888RSRSRSSESERRREER? = ыз a SIS All е 3888 S SS SSS SS бой 8 oe o oo 8 8 е = |= o OMT A ERE BELT z = e 3 . eee - Š S 3 e ° © „ © сео ° ° = is / . ч : ES o © > e < Š Ba r Rete eee BERR у | 1 3 2 © © © Š Ең ойёосое В8 EB. SSS S8 888888888888 Л dar ў Ke | Bal 888 оова о 888 8 888 8 8 8 8 8 8 8 > | | С O m ас - 90 нею < mO = ша) сс OM OMS A Hie зоог CPR AAAAAANA IIS WINDRICHTING. JULI 1888. 21 (в ” A р ; өсөссод оооно. =e = Ёо Ё GER Ë | gel. 8 e Rene обсовно В 8 б Е | . = 3 2 к ° Ба eeeee ee 8 Фоосод онзЕ бо со BBS SBB ыг B5 ооФоосооооф оесоооо ооо Зо >20. 0 8888 ЕФ NNN SUNN NN NNN ны Bn SS ын SHAS š | =: ° xs ° ° o әсе Ë == 8 SN NNN BRANNON MMMM SN SSE 82862285 В | ооёсосонососооннциыыносооонзохзооосоооооооо > Sp = o 5 а a dc набирарио vuahuimauimpn пода) — . Ј eeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeeee ° e SS S Se SS 2 2 3 8 3 53 3 F ses es 5 58 SSES ES SS ВЕ ge > EE + 352 DER 828835858 33 ле” See „88888 ЫЖ — ya M 98 94 Bonthain. мача ог enert Злые а see sum je > е || аге је о athe |. | финес | гегеогејгегеге | А расата n E — — — — „ — — — E — r n itm. — MEM sas Ee Ай. c о | Md wm MON M «ON 5 , 1 Ў хэвшлээ D due Lue Leeeeesless 22056006 E re | | је | 2.0.02 28633 JULI 1888. WINDRICHTING. ос V OW WA € = е ж Фососсодооооооооосооооосоооо” Me T 8 24 Bandjermasin. ~ = > Ес eu ee N NN ы ~ * бео маг о © © 5 2.25 22.5% ee ee ee oes ee e ee ee ° E ` = GUID чко OF DO 10 JULI 1888. REGENWAARNEMINGEN. me жө ІЗІ dej o e 12 — „ i 0050.05 AACA F „ ен F | 11: мења | 157115111151111941111111111111:18) r я BH FFP Т ы 1111111 (11111111Б111111311111:В EH 111118511111111111111111111111118 .¾.ͤ!i!i!i!!!! T SPT FIT TPT JULI 1888. REGENWAARNEMINGEN. "4908 "AMS ms —— —ꝓ 3 ME 21S = rf к а айсыз | ere (ел ызгыт VTELTETITIM EN. Ял TE лайы АЙН. сле ҮҮР! ШЕ CC ЦИНЬ: 223 morso nn em elie ТҮПТІК ЈЕ 8 i „„ ИШ. wer I gne D p À - ee, LTT TI we ПО, Ч EE E = 97: мм O ЫШ ызы М мела < et e to ] Жо Г|14:1:1 C — LB 111111111118 ловио TENTERA ER v E TOSS Eg и Kai, МЕ АИ n ар, ,, 201110 JULI 1888. REGENWAARNEMINGEN. обица пресни а rel Sen dE a Ei || PCL BEER BERBERS DET ͤ¶ P BEE GE CCC pac dA 6 подерподол [ejuey = Е ШЕСІ! ДЕТ (eee SEP Peters rear — RA * 2 ERBEN 3 -a er JULI 1888. REGENWAARNEMINGEN. в x š S. š 20 ва, | 5 š + | | £ | 1 — =- | 38 2 = pc "T 5 = — | Op de ondervolgende plaatsen viel i 4 5 45 | — | deze maand Juli geen regen. 5 Ба à 2%. 6 — — | Soekaboemi. Ngandjoek. 7 En = 28 : Angkrek. 8 = — — | Tjikadjang. Kajoemas. | 9 Sc 1 — Tihoehoet Margapala. i 10 м» e т” Tjinangerang. 11 — — | Pontjowati. 12 =. тээж — | Serbang. 15 — — — Kamarong. 14 -- -- — | Passir boengoer. 15 1 29 — | Wangoenredjo. 16 en - © Tengeragoeng 17 29 61 25 Sariredjo. 18 — — + Kasso malang 19 22 20 46 Boekanegara 20 10 9 — | Boediradja 21 - Ses — | Tandjong Poera 22 — jef Tjaplek. 25 21 5 — | Tandjakan 24 = Bez — laga. 25 нь e — | Plawat 26 = — | Dadap kid 27 — En — | Djoenti 28 -- — 5 Adiwerna. 29 m = — | Tandjong (Brebes). 50 m ам — | Gambang Waloh. 51 = — — | Bowerno. Тотлль. | 86 | 169 | 101 | "ношонобв | | | үелчэдэн АЗЕРА А С а. = 3 r aede тия | "ношоноб 9 ол: ч Е " T m. -4ррса M | © = 81... 3 2 edil Se Б = = | unpu S Eeseëëeeeëgeeeeeeeenleel Mose аг £ -PUM | реа IANN | = D ан са ë 29 7 V à MOROSO OO e рој = о а En о на . ta =. = ynya | онного SSS S888 88888858 | идшоноб “5 = "49119 m DD JAN | = с Wes эн TUE : д Kee e EE сл 2 uawouab + | Р, i єзї о 175 m tO C$ «ч сїз ei 15) ооо о ч š = | duro J, ав ана ен ан ат аглтзд aa | "мора JNN а = | < |. му = “идшоцоб ~ = е ERE I а ЕТ ы: = MEE. В КШ = | це ч E EI e Nn EE e о на о е ч > "идшоцоб 5 = | 219288 “10 -iom joy 19 2 | E E ; . "Ч H = Е Sum со фёооесососооооооосоо оососооооо ED = -PUM "арта 221A © e Lu — как. m “идшоноб = — "1911420 му <> му му му ва УУ УК кс err OLD — 00 15 002225 зо со со г- зе 1- 0 = - e eff съ 00 с с» G; с G; с б» с 09 09) 000 0) с SGS „mon мм [S - 9 | во сз «+ су свео чоч чо G тоо ве ит quor | | © E "од пене / ʒʒ ae ee НИ -vom zon | Zf : E заби wann ан sc» е іс Фо то una. 3 3h 2: > же то ЭЭД : 100° JULI 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN TE TIIBODAS. 6" n/m. 6° v/m. = = | uz „ ; ter. | OPMERKINGE = š | E + if | E š Se | Š | 3 Е 22 | E 2 Мах. | Min. | = | | 1 172 | 94 0 10 -- 11.0 2 17.0 | 94 о 10 — 12.8 | 5 17.4 | 94 0 9 — 11.0 4 16.0 | 96 0 10 - 11.8 5 16.6 | 92 0 10 — 10.4 | 6 16.8 | 100 | 0 9 — 94 | 7 16.2 | 94 0 9 — 10.4 8 16.6 | 92 0 2 — 8.0 | 9 15.8 | 100 20 9 — 9.8 | 10 14.4 | 98 20 3 ка 7.6 4 11 16.6 92 20 5 - 12 : 12 16.8 | 92 40 10 D 15.0 | 15 | 166 | 98 0 0 | — | = , 14 16.4 | 100 0 5 ша š 12.2 | - 15 17.2 | 94 m 10 me = 12.2 , 16 17.4 | 92 20 10 кы > | 48 , 17 17.6 | 94 0 10 i E 11.8 18 17.0 | 96 0 9 s 3 15.4 19 16.8 | 90 о 6 E 3 12.8 20 || 166 | 95 о 4 55 sl 21 16.6 | 94 9 4 As 9.4 % 22 16.4 | 100 0 5 2 9.6 ; 25 15. 87 0 2 9.4 + 24 17.0 | 90 0 2 > 9.8 9 25 - - — EN 10.0 | 26 1 H 2 ў 2 ~ | 27. 53: | SE | 8: | Fe | 5: ЗЕ | 2 | 52 | ЗЕ 22132138 32 | Melee ЖЕ ХЕ ГЖ | ЕЕ ЗЕ | 30 [25 2 Š ESIES|ES => 51 Gewan! 16.54 | 94.4 11 pen 10861 — 101° AUGUSTUS 1888. WINDRICHTING. 1 | 2 5 ER | Poeloe Bras. Oleh-leh. Poeloe Bodjo. Padang. i. nfm. nfm. | v/m | n/m. | n/m. | v/m. | nm. | п. | v/m. | nm. | nim. "3 6* g + SH ge 2 6* 9* Ж 6° | IW| w | WNW| w w NW N NW | NW w w NO NW| W | NW N NW N NW | N NO w | zo Мт | w w w w zo | 020 | 020 | zw | zw | zw ту У w w w NO ONO 0 0 w 0 Wi см | w ZW w w z N ZO NO w zo W | 770 | zw. zw aw 7 NW N 070 0 w 0 Wj zw) w zw | zw | w zo w w 7, 7 NO W ту | ту | w | zwi zw! N | мко | мо | zw | zw | o iw | 220 | zzo | zw w 7 NNO NO N о zw | о ту | ги“ | zw | w w | ono | zo 7 0 w z : У ZW ZW ZW Zw 20 020 0 0 w 0 1 | aw | zw |zzw | zw | zw |wıw| w | w 0 7 бу»: 1110 | zw.| 7 zw | ту | N No | ги | o 2 0 im, ze | w zw | zw | 20 | zo 0 z 7 2 wi zw | w | злу | zw | w 7, 70 7, 7, 7, 7 wj zw] w zw | zw | w 20 20 | 29... 0 3 % Die w w w w 2 070 | NW 0: 7 о прай Ww w w NW | ONO Z 770 0 7 7 Срам | zw w w Zw NW | WZW| WZW | N zw | ZW ШЕН" | W | ку | nw | w |. ту | zo | 2zW | 0 7 0 |" w w | ми | м | ю | o 0 о | 3 | NW _ | Ө | NN | nw N N 2 zw | WZW} 0 NW 0 [NO х N NO NO 0 7, м | 7 7 2 | У лм!) N | мми | Nw | 220 | zo | 22М | 2 7 2 K К | W | м | nwi w то | ZZW | zo 2 z | 3 SEM | м w w w | мм | zo | wzw| 0 w 0 | © iww] w | zw | w о wo | зам | 2 7 1 W w | w | zw aw] sw | w |wzw| 0o | Nw | NW Гм Ce te |[ою 3 .W јужна про й W | zw | w zw | z zo | zw | 2 2 0 “іміз |zzw| zw | zw | ono | мо N z | NW} NW 102° AUGUSTUS 1888. WINDRICHTING. 5 6 T | Poeloe Pandang. Benkoelen. Bengkalis. Е il vim. | nim. | nym. | v/m. | nim. | n/m vim. | n/m. | nim. 3 ge Го Ге 9, | + Te 9 | = в 1| к NW | NW | 020 | NW 2 š zw | NW 9| х 410 | 720 | 020 | 220 NO Z zw 0 5| NW 7, zw | 020 | zo NO 7 ZW | 20 41 о 7 то 070 | 220 | 070 7 w NO 5| zo 7 о о ZW о 7 ZW N 6] N | wzw|wzw| ко 710 NO $ 70 N 7| w 7 70 о 7 070 7 zw | NO 81 № | охо о NO NW N y) Z0 0 9| W |wzw| хо 0 w NO Z NO NW 101 zo 20 770 0 zw | 020 7 7 ZZW 11| ONO | zzw | zw хо 7 70 7 2 20 12| о |wzw| zw | ко | zw | NO 4 cw PS N 15| ZZW | zw | ono о NW w 7 Z 7 14| 020 | zzw | zw 1) NNO | 070 N NO N 151 око | zw | zzw 0 7 70 7 7 0 16] хо zw | ZZW о ZZW | NO 7. ZW N 171 20 | zzw | №0 | 020 2 хо 7 0 7 18 || око | zzw | zw ozo | ZZW | zo | ZZW | ZW 7 191 2 w | ONO о 7 хо w 2 NO 20 охо | ммм | 2 o 7 NO 7 ZW 9 91| zzw | zw 7, 020 | 020 | N Z 7 N 2| NW | zw 7 о о 020 w N 0 25 zo | zw | zzw| о é wawt м 94| zo | zzw | zw 0 0 NO 7. м | 0 25 229 | у NNW о о 020 w 0 N 26 № | NW | zzo | 70 20 NO z 20 0 97| ONO | w |WZW| 020 | 020 | NO 7. w N 28 | NNW | waw | wzw | о o 0 У z N 39 | охо | wzw| w | no | No | NO 7 0 " 50! о ZW | 22W | 020 | 020 | NO 7 ZW 0 51 || ono | wzw | wzw| о 0 70 7 w | NNW 103° AUGUSTUS 1888. WINDRICHTING. = 9 10 11 12 Tandjong Pandan. Java’s 1° Punt. Vlakke hoek. Eil. Noordwachter. nim. | nfm, | v/m. | n/m. | nim. v/m. | n/m. | nim. | vim. | njim. | nim. 12 6" 6 12" Д" 6" 12 | 4° 9% 19: | 4“ 20 770 70 70 0 0 | 0 -- о о 0 zo z0 70 0 о 20 -- 70 70 70 70 70 7 о 05540 — 0 70 020 | 70 70 70 0 о 0 — 7 70 70 70 70 70 0 0 0 -- хо 0 079 220 220 | 220 0 о 0 -- 0 0 020 | 770 | 220 7 о 0 0 — zw | zw 70 220 70 7 NO 0 10 - 70 0 20 20 70 7 ZW 7, 7 - N № 070 0 0 N N w Nw | — 0 NNO 0 0 0 0 NO 20 020 20 20 о 20 20 0 0 NO 0 о 0 zo ONO T 0 0 0 070 | ZO 7 070 | ZZW 0 20 H 2 7 70 070 | 220 070 о NO 20 КА zo 7, 20 70 710 70 0 0 NO 770 770 | 220 070 | 020 zo — 20 0 0 7 7 2 070 | 270 | 270 NO 0 0 0 7 20 H zo zo zo 020 о o — | 220 | ZO zo 070 | 70 10 070 | 020 о 0 770 20 z 070 20 NW 070 0 0 0 7 770 7 о 70 70 020 | 020 | о ту | тло | 720 | 20 хо 70 70 о 0 0. 020 | z20 | 20 770 о 70 70 70 | 070 0 20 z0 zo 20 ono | ZO 70 070 | 70 o 20 20 ieh 2 oz0 | өзө | zo | 020 | 020 | 080 05102310: zo. 2 0 zo | 20 o | zo о аі обоо ом ЮУГ sot 595 eder] vem 12) 220 | 10 20 | 2 020 | 70 то | ото | 020 | 0 070 | 1 те 2 zo | zo | 20 0 70 о 020 | z Жам 2 то | zo | zo o | zzo | 0 020 | 70 4:0 p Z zo zo 70 20 70 0 | | | | 104° AUGUSTUS 1888. WINDRICHTING. 13 | 14 | 15 | | | | Edam Batavia. | Tjilatjap. | Noesa g | т . В! vim. | шт. | n|m. vim. | nim n/m | v/m | n/m. | njm | vim. El el aal 9% 2 6, 9% | 21619 1| zo NO NO 070 | NNO NO 070 | 070 | 020 0 2| o NO | NO 7, NO № | 020 | 020 | 070 | 0 | 5| 20 о № | ozo | NO | ONO | ozo | 020 | 020 O 4| zo о NO | ZZW | NNO NO о ozo | 070 | 020. 5| 2 о NO | ZZW | NO ONO | NO | 020 | 020 0 6| zo | ONO NO | ZZW | NNO NO 010 | OZO | 020 0 7| zo | ONO | NO 020 NO NO ozo | ozo | 070 | 020 8| zo | ONO | NO 20 | NNO NO 070 | 070 | 070 | 20 0 91 20 NO NO 020 | NO | NNO | 020 | 020 | 020 0 0 101 zo NO хо zw N: | NNO | NO 0 070 0 0 11| zo | No н | 220 | ono | wo | ozo | ozo | ozo о 0 12| zo | ono | NO | 020 N No | 070 070 070 0 0 15| zo | око | мо NO № | NNO | ozo 070 070 0 0 14| zo | No NO 20 N N хо | 60. 0201 91” 15] zo о хо Zw N NO NO 020 | 020 0 0 16 zo | ono | No 7 хо № | 020 | ото 020 | 0 0 171 z 0 NO 20 No no | 020 020 | 020 | 0 0 181 г 0 хо | ono | nno xo | ozo | ozo | ozo | № | ® 101 z 0 N 220 | око | ono | ozo | azo | 020 | № | ® 20! zo N w^ ozo} мно | No 020 026 | ою | 9 I? 21| zo | No N 020 | nno | № | оо ото | 020 | 0 0 99 || zo NO N о хо NO 070 | 020 | 020 0 5 25| zo N N ozo | NO NO 070 | 070 | 020 0 : 24| zo N N 770 | NNO 0 NO 0zo | 020 0 га 25 zo N N 22W | N no | 070 | 020 | 020 0 м 26| zo N N 770 | NNO | № | 020 | 070 | 020 0 Е 27 ою | м N | ко | wo | ко | oxo | ozo | ozo | pi: 28 zo N N ozo NO NO No | ozo | ozo | ® T 29 zo о N ono | NO N 020 | ozo | 020 | H : 50| zw | о х | zzw | мо | No | ото | ozo | 020 | © : Əli a 0 N ZZW | NO No | ozo | 070 | 070 9 © A DI 8 1 ELI „е Вак Е Е 8% 88 E 2885 88 enee и Р = — ы - — © Б id TTT — > 2 а осо В ве ° okz ep 888288 en = те ик сеаан ебали вики кк ззЗЄ Є RRR” 8 — —— ; Allg, 833838882888 ЕРЕЕ ass E e < Е 888 — Е се ER ER RE A "Ч ДИЙГ i ј 2 Lol II Ied eee fl ЕТІЛ твоя = 5 : SR со 8 я. - = Е Ед) оеоооооооооооооооооооооооооооо о Я = | ` = „„ 1112 ЕГЕР Үү. 1211) з „„ SR га ggs осовосзососов РР РР РОБ 8 ооо Е @ЁЁр=ў | Е. ~ Е Ва, „%% 999 2 -ее ° ° а [|a|R"| 88823224 ге ес сга оре Ра - E ote Ke > = 14, әс о особое си дов = 2 Бе База а 438 238 а ЗЗЗЕБЕЕНАЯ | ? % > o ЕЕ © ° ° ° ° ° Е. «SSEEESSSSSSSSSSSOSSRRSSSRECRESE Ер | dal зав азо ооо ЕЁ S SSS SS о 106” AUGUSTUS 1888. WINDRICHTING. 2) el Им EERECRERRECEREREEREES EEE cRRE Е | - ° ° ° ° 8» FDS Ёоо оё өсоо зоЁ 2085Ё8898288 3 00090990 2888228282 о > ° = ° 3822222222 22282 222 8 2 2 2 8 . а ed + kal 8 ооо oo € Фф s о a Е ga ыы SSSSSSSSSr*SSr RAFFLES CS Nas BANG 8 9 В» ооёоооооооооооосооооооооооооонмооо р | Я . E — — "нобирајио uobunuouADDO uaa ез ed ° P > i оосооооооососоооосооооооооооооооо Е » 2 r RERE ERRRRR 5 „И жы” ee = ыг дасы E 3 e ee ee e > ee E e E o E = $ E Ба S 8888282289889 2 88 8888888828 £ = EEG » unie 107° AUGUSTUS 1888. WINDRICHTING. E в» менне енемен | | енн маненее енше э m AER oon e Геј Ни euwe е” ча гсегеегемевр | ренисесгн"ној |емене nuu = 8a seeleeeeeeeeeeseeleeeeeeleeeee = д E A= | : 5218: оос ФӨоеоооосоосооооос соооооо | оеёоооо Kai Е go eu Е Р S5 ооо [ 0606660661 | Е | | | | сене > == : есе ее ЕФ g22ooeggggggooookhogeceg2283ooccc 8 : i а Е al = Ең S SSS ESS SSS SSS SSS SS SS SS о е д = Я 8 оосооооооооосооооооооо 22288 28 u— жож Шой Ж . Шш жо шшк изо 24 _ Bandjermasin. L ТРТУ 108° AUGUSTUS 1888. REGENWAARNEMINGEN. E „рева BR “ = Ф | = B | Ер Ч 5 a | = | 2 2 | = 213 = = е [5° Б | ЕЦБ | в « #2 Ёл виза 1 1 ur bb а | гарван -|- 2 BUI — | = hilla 4 — Son VE — E шаш boe d M 5 — — ES шал -| slak ти 6 . p— 28 50 | == — 1 — ИМ 7 15 Bp 25 | — || 46 6 zt kk 8 78 ER вр Е 11:9019 E 9 Т| seh 765 — | 7|o4 et | tr З 10 58 | 15 39 12 42 26 64 30 5 — 51% п 94 17 3] — — — | — | 65 169 118 96 E 12 Tip 50 b e -|- 1 — 22 21 151 5 15 ph Ze / ee Ts m EE наз E 15 285 i ip — | ш. | 311 CMM %%% 1р вра = | = n LL 17 В ор -- 11 | 58 | 3 i 18 34 | 46^ — | al 1 43 | 19) 51 - [== ше 19 ЭРОЛ репа га pe — | c 20 = Ро — 5 el M itia 10 p 21 cR гола Bu ele 11-115|1 8 — 8.7775 22 — — — 511 55 | 12 Rz 25 86 | 16Р 88 | аг |1 э %%, 24 -1-1-1-1-18-1-1-1-0Т ГОН 25 P ра | > St 26 — -- SE JJ Кош оа D XE э Bi ad 27 6^ — PF раз 2 ТИИ 28 2I CE 6 — 2 1 1 | кы 29 2| —| 17 — ] = ‚ % HR PPE 50 8| 20 — | a9} 9| — —|1 —| —1 C LAE I брор Bi зе — | „| ъ{ а Тотам, 447 | 252 | 508 | 245 | 147 578 | 515 148 266 175 129] < REGENWAARNEMINGEN. AUGUSTUS 1888. “Зав|рш ossey RRE Eege нө E LEKT А Ee LE 5 sS Tl 7 У 21 ЕСІ (11311772 — нал НА wesel БЕН , Bes 11111:111591111117111151111111118 | “ofpoauoBue AX J!... 20: ee EE | “11111111 Ра Ра TOM атт r Ч РА Та пе || | | | ij 99: р GE хаана | LTTE TT TES ТЈЕР BN ern |. 11 ЕНТ ТЕ еее: чи E RSE et Fim ed E F 5 DIE ЯЛ tnt Ze 12 9 T a Wa e Gc Р au 9 Х. er уе срине cd TER UNIS БЕСА 55 = Be “ы. ва "Y TT. = шинж и UE E Е... 4 110 Зам ЕЕ: те — A — ane e A —— tt ит а CCC — TT зшещ омәрәу Elli!!! ITA du ins обо ШО ese ¼ na an © КІШІ) КЕБЕ 0040109 geet | У У РА Lt Zuolpuey, Дар КОЛЛ ЫШ DEEL ТИЯ AUGUSTUS 1888. REGENWAARNEMINGEN. Е , / a 2 : г © Ca о ky опре 63 +O 9:5 9 52850186 SRARRARRAR A Тотали. | 111° AUGUSTUS 1888. REGENWAARNEMINGEN. , ston СИИ | | Ir 18858 | | МЕ OZ | APA SR . ҸҸЯ ЫГ TTR — seg ово | 8911111111111111111119818118 9818 га "igunBuuər "uogepuoso4 LT UI — ae | eee enoM - "eaog CJ SEND SEG. S 115 Suolpuey, | Зистейов , 10011907 Мыне Ізі LLS LI МЕРЕ ИЕ А РЕН ЦЭЛ Л 0) — eg || ISS eee КІШІ "иобирајно“ иобипигилррат usan | | '"Noi42uy ERAI I oe d ds D 3 peme WMS EEE ETE | “цеофод, шигтгээ Е | зохин ас тэ z “uejstoduoos рала га | || | | | wiel Ries : | a E | | шөнөө | ГРЕЕТ Я ЕР Ie I EE ETR EE еј = Е онон 1131 11171711 Fre Ре = S | | m м © | Ф oe 1 g oN ufi - р © „ | fee 11191111514:11111111118581111111 шә ES = Sagen | III БЕТПЕ 0 S И 111) < тең РВ 5 О ээ багаа аад 115“ STUS 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN TE TJIBODAS. релиойоу ‘uauouabanvar i 3233333341]. k + | mien ‘uamouabavoa N 64 чч 61 61 = — EI О С съ съ ка: A e = = || Зшири š Е UM иәшоцәбарут 10N] 2E 888 88 Se So ж ea 4 C к= 56 C О 61 = + Ф1о | é = || umo "иошоиоблтоса 19147 ee ог 2 | pend d © со <> с1 с 0 — G; Ф eq eq с | $ “duo, "идшоноблораа INN 13 15 16 641151510 HSH S| e i G1 G1 G1 G1 AAA са сч са са Au uotuouohuunam INN et > 27717) чидшонаблттаа. NN ЈИ Ла 8 ‘Bunter "пдшоноблота 1911 13538888888 Ё = | Do = e AL. GEIER : 35 £= 64 © 55 Ф 00 90 с: Ga dd ношоновмора INN 185659325258 "ношонобаота 201A] а а os AUGUSTUS 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN TE TJIBODAS пе | 6° n/m 6° v/m. Е = 4 3 = i Ë = Я Thermometer. || OPMERKINGEN 5 | 33 | =8 Е 4 | Max | нь ! | 2 | 5 š | : | 6 | J "i £ | ere | TIS %%%%%àbĩ + ЈЕ Е и 12 в 8 5 = = š 3 + 3 E 3 3 3 3 % 14 = = = = = © = 15 16 17 18 19 20 21 19.0 79 NO 5 5 a T1 14.0 25 18.8 85 e 9 += 16.2 24 171 | 87 zo 2 - 16.5 S »»» — | = 20.2 26 19.2 | 86 0 10 i: 19.5 27 18.2 | 86 2 8 ёс 15.4 28 18.0 | 91 20 10 = 19.5 50 | 1654 965 | жр 10 | = 19.0 51 18.2 | 89 2 5 en 20.0 Семтоо.| 18.57 | 89.6 та | às 17.97 E 115 Ў SEPTEMBER 1888. WINDRICHTING. 1 | 2 5 | 4 | | Poeloe Bras. | Oleh-leh. Poeloe Bodjo. | Padang. nim. | n/m. | v/m n/m. | n/m. | v/m. | nm. | nfm. | v/m. | nm. | пм. |6 912161 9. 2 6, 9 2.0 L. |. У w w w zw | NW W |WNW| 7 w 0 "Үү W w zw | zw | му | NW N NW | NW | NW "| w w w w No NO NW | NO zw | zw Ри w w ZW ZW № уу NNO | NW | NW 0 | ZW | WNW | zw | zzw | zw | NO | NNW | МУ | 7 7 о "У | w | гм | w | zw | мо | NW | NW | ZW | ZW | ZW EW | зе | z | zw | озуу | око | so | ю | о | w | 0 | ZW |WNW| zw | zw | zw о ono | zzw | 0 zw | zw РГ" | У w w w w | zw | ту | 0 7 7 "1919! w W | NW | NW | nyo | мо | мо | о | NW | NW ' W | w | хму | nw [NW | nw | ху | Nw | 0 NW | 0 У Ви | му | ow zzw | z WZW zw |wzw| 0 Ши у w NW | NNW | NNW NNW 0 w 0 | | wi | NW | NW | w | NNW | NNW | NNW| 2 zo | zo "19 | zw! zw | w | zw | ми | NNW| ono | 0 w | zw EC ни NW | N | NNO | о 0 w | ко EU o N | nw | ня | o 0 0 2 2 2 ро 20 w ZW о 0 Zw 0 7, 0 Н |720: zw | w w zw | w 0 w w [Ew -— | zw | aw | zw | м | м | w | о | ву | NW 139 zw | zw | w | му | No |zzw| w 0 7 2 Ew iew |” ТЭГ АХ ИЙГ, |W! w | му N N N 0 NO № 0 1 NW | N N NNW WNW] У 0 У о | | w N NW | N EIN ога m су рия | ко о о 0 0 0 ко | У о ШО w Рю |: o tw рту | ви | zw fo 17“ | У ; Waw | У 0 0zo | zo zw z |wzw| 0 W 0 139 | CC | о zo | 20 7 Ww W N У | O w w NW w w 0 116° SEPTEMBER 1888. WINDRICHTING. 5 6 7 8 Poeloe Pandang. Benkoelen. Bengkalis. Muntok. Е 3 vim. | пм. | пш. | vim. | n/m. | n/m. | v/m. | n/m. | nim. | v/m. | p/m | W 2619 2016 9 PNIS, I IS | > |. ALIAS 3 | 1| no | wzw | wzw| 020 | w | Nw 7, уу N 10 | 20 2 NNW | мо e |. NO | Nw, N | ZW | м | N |) 20 5| NW | NW | w 0 ZW | NW | 2 NO N 20 | 20 4 || WNW| WNW | WNW| NO | w | zw | 7 w o | zo | 20 5| Nw | NW | NW о ZW | W уу 7, ZZW | 20 | 10 6| w Яо ЕМУ je NO NW |, | 2 0 zw | 20 | 20 "| No NW N NO W | NW | NNW 7 N Z 1 8| zo 7 7 о zo | 070 7 0 zw | ZW | 10 9| w 2 7 о 20 NO w | zw | NO z |.10 10| Nw | NW | NW 0 ZW | 70 7 0 N zzw | 20 | 11| nw | ми | 2 о | NW | N |Izzw| 7 N | zo | 20 12 || No — | — NO NNW NO м | ZZW | NO zo | 70 15| х w W | No | zw | 020 | 7 7, о zo | 10 14] nw | мм | Nw | о | ZW | око | 7 7 2 „ e 15 xw | м 0 o | wo | ozo | z 7 N 4.20 ри 16| м NW | zo 0 zw | 020 | NW 7 N zo | 10 17 || zo 70 70 0 220 NO 0 0 N 5 e 18] w 7. 70 0 070 7 zw | W 0 г уй 19| no | zw | zw o zw | 020 | w о zw | 10 | 9 20| No zw | zw 0 zw | 020 | zw 7, 10 | Ж Ж 91| nw | w | ми | о м 220 w | zw | No | 20 | 2 99 | к W | Nw | о w 7 w | gel 1 3355 xL Zw | NO | ZW | NW | zo | NO 7 z Zoe 24 20 | zw | zw | NO | NW | ZW | NO N N 5 ро 95 || zw N NO 0 NW N w ZW N з QT 96| N | zw] z no | xw | zw | му | zw | м | "|: | 97| м ZW | 20 0 w zo NW Z № | zo j- | 28 zw | zw 1 ° w o w |zzw| N ЕР 99| х 7 w | ozo zo | w | zw | no | awy | 30| zo | zw z o | zw | ово zw w |zw | G E 117° SEPTEMBER 1888. W | ING 9 10 11 12 Tandjong Pandan. Java’s 1° Punt. Vlakke hoek. Eil. Noordwachter. fm. | nm. | n/m. | v/m. | n/m. | n/m. | v/m. | n/m. | n/m. | v/m. | n/m. | n/m. 12 6° 8" 12" 4" 8" 12" 4" 8° 12" 4 0 | ozo | ото | zo | zzo | zo | ozo | zo | zo | 020 | ozo | 0 “| — | 270 о 0 70 0 NO NW | 020 0 0 0 20 70 70 70 70 N 20 20 0 zo о "o N 220 | ZO zo NO 70 NO 0 0 0 70 70 20 20 NO 20 20 0 0 0 020 | 70 zo 20 0 0 0 070 0 о 20 70 70 20 No w w 0 0 020 0 ZO 7 ZZW 20 20 20 w 20 0 70 770 | 770 7 70 70 70 70 070 о 070 | 70 70 | 70 20 20 ZO 70 zo o 070 | 770 | zzo 7 70 70 70 70 zo | ONO 220 1 7 Z 20 20 20 20 20 0 ZW Z 7 7 70 20 zo | 020 | 020 о 20 770 70 70 70 70 70 0 070 ! 070 070 | 70 70 070 0 zo | zo | ONO 0 0 220 | 070 | 070 | 020 0 0 zo | ONO | ONO | ONO ZO 070 | 020 | 070 0 0 70 о 0 о w 20 070 | 020 о о ZO 0 0 охо 0 zo 70 70 0%) 76 70 о о ONO w 20 zo zo о 70 70 то | zzw | ONO w zo zo zo 0 70 zo | ono | ZW | NO — | 020 | 020 | 020 о 70 7 — | ONO | ONO Ж 20 20 70 0 70 Z 070 | 020 ONO 0 220 | 770 | 770 0 70 2 охо Z NO Fi 20 070 | 770 о 10 7 ONO NO 0 070 7 2 2 20 20 7, zo zo о охо 7 70 70 70 770 7 No 70 хо 70 70 70 70 70 170 РА 10 70 0 rr 20 zo 770 70 170 Z —- 70 о охо zo 20 20 10 770 7 020 20 о 118° SEPTEMBER 1888. WINDRICHTING. TO | 14 | 15 г 3M | | Eiland Edam. — | Batavia. | Tjilatjap. Tjimiring. š “үс З| vim. | nim | дю. | vim | n/m. | nim. | v/m. | n/m. | nim | vim. | nim Si 811514 | 9 r., e| $1 | 6| 99118 1| zo 0 N ZW | NO NO 070 | OZO | 020 2| о 0 N NO NO NNO | 070 | 070 | 020 5| о 0 N ZO о 7 хо 020 | 020 4 о N о 070 о о хо 070 | 070 Б 20 0 0 070 | ONO | NO 20 | 020 | 020 6 zo N 70 070 NO ONO | NNO | 020 | 020 1| 0 70 N ONO | NNO м 070 020 70 8| o о N WZW NNO | NNW 070 | 070 91 zo 0 N 070 NO NO 070 | 020 | 020 10| zo о zo 7 N NO w 070 | 020 11| zo о NO 7 NO NO | WNW! 020 | 020 191 о zo N ZZW | NNO NO H 020 | 020 15| zo 0 Z 020 N охо | WNW | 020 | 020 14| о 20 N 070: 20 0 020 | 020 | 070 15 || zo 0 N 070 | No о 070 | 020 | 020 16 | zo 0 N 0 NNO | NO 070 | OZO | OZ6 14 | 20:| о N 0 хо хо NO | 070 | 020 18 zo о N 0 NNO NO NO 070 | 070 19 zo о N 020 | NO NO 070 020 | 020 20 20 о N ZW | NNO NO | WZW ZW 10 2l| zo о N NO NNO | NNO | NNO | 020 | 020 331 20 о N о NNO NO NW | 020 | 020 25| 70 о N 020 | NO NO No zw | 020 231 zo о N NNO | ONO | NNO | 020 | 070 | 020 25 || zo о N 720 | NNO | NO N 070 | 020 96! zo о N zo No No NW | 020 | 020 27| то о N о N | zw | ONO | 020 | 070 28! о 70 N ZZW | N N № | 020 | 20 29 zo 0 N ZZW | NNO | NNO | 020 | 020 | 020 501 о 70 N 0zo | NO NO Nw | 070 | 020 е, SEPTEMBER 1888. WINDRICHTING. 119° 16 17 | -15 19 19 _ Semarang. Poeloe Mandelieke. | Soerabaia. Sembilangan. im. | пш. | nim. | v/m. | njm. | nim. | vim. | nim. | nim. | vim. | n/m. | n/m шие Не | e 4. 19.1214161912:696 W | NO 0 020 | 20 0 — 0 0 2 N NO Wi w | zw | ото ! око | охо | — 0 0 710 | NNO | NO Dim | zw 0 020 | ONO | — 0 0 7 N охо W| w 20 20 | ONO | ONO | — 0 0 070 N 070 № | о | zo | zo | 020 | ою | о 0 о 0 о | охо H 0 20 20 | 020 o 20 0 о | 020 | ono | 0 20 0 о OO | zo | о о | aw 0 | в 20 20 zo | 070 | 70 0 0 zo о | ONO, во 20 zo | 020 | 70 zo 0 о | ги | NW | NO WI N | zo | 220 20 о 70 о 0 2 zo N W wi zo 220 zo o 20 0 0 zo No | ONO ^ о | zo | zo | zo о 70 о о | 020 | ono | N |" | 10 | zw | 210 | zo zo | 70 о 0 20 | 20 0 20 | zw | 220 | zo о 70 о o A Жо] N o %o zw | zo о о w 0 о | 020; N | ONO 20 о 220 | 070 0 w 0 о 020 N NO sa 20 10 070 0 w 0 0 ZW N NNO K O оол zo] ozo | 0 W 9 о zawa N | NO 2 20 0 0 w 0 0 2 N | мо 5 | 20 | zo 70 б 0 w 0 о |zzW | 70 | NNO EO zc zo о no | w о о | zw! sw | № || 50 |. о то | око | O w о 0 z мој NO | 0 2 | zzo | охо | ono | У 0 o | t REM 119 | 20 | zzo | ozo) o w о о H N ке _ | N | zw 220 | zo o7] мо ood zw код Вб Ё O 20 | zo 20 q W 0 o ааа 89) Me Гю | zo | zo о № | 70 о ood жө Жо mm D 9 | по | zo 20 о zo о о коса в poe 120 | ою O 207) 9 991 MT = e DUM ви | zo | zo о 20 о ou S004 29 | “120° WINDRICHTING. SEPTEMBER 1888. Bima. 20 Boeleleng. Soemenep. ° e г Be cccNuNNNNNNONNNNCNNNNNNNNOONNMNMN A AER ee ee gege „ Sn Eu ua use 2 2 зл с == ESCH S 1m j ELl TTET eII E 8 E ж : = 8 = © Я 65 со = "нәбирајно мобитпшонаррт uaa — a = ~ ec = = Z — бла T 223 : a | Ч ) ~ E | Е ь D Bee о 9 | — — s Du mu EUNT Loi quic RT: = 4 = = = га See eo oo ee ee Ee eo r e S 5 o e E = А = 4 Я = © @ ec oso д ооо Š o 20 505 — o E +O] ЕЕБРЕЕЕЕЕЕЕЕТЕРЕРКЕСЕЕРТФЕБЕТЕСЕРБ БД Қала Ше Ed НЕ - ы” un Я Еф 812 š 8 = 3 эр 122° SEPTEMBER 1888. REGENWAARNEMINGEN. Cham CP ле“) А TT // е 101 173 E „ s 220: шил: (34821911111)17251223 110207722 | 28523111711151151881)911192111:1 Егін 899111111111817188915199888191 а r OT UU EG maa | 92511151111111414585559 јави || [5 АИ ЫЛЕ ШЕ 2S 0 жен P G SP 5 защ | 2 БЕО 1111 1^- an | mag ИГН аЕРЯННИЯНАНАЯВ || 125° REGENWAARNEMINGEN. SEPTEMBER 1888. "1908 -uəoq 41888 7 9 5 (round | | "Видолешем | "Видом | "пеме под | | We `Зиелэвивии | | | ТТ ЕР ss) ead || no er ШЕИ 15 тээ 22157048 Ё ee 111118158111 8 жш | 111118911111711118511918191113 Та Sea ITE Pe ИЙГ ГҮЙ w eee еј 124° REGEN WAARNEMINGEN. HOLE AA C "Suoquiorn — usBunusuinem weer SEPTEMBER 1888. Gr P et Tl VN. ТР АЛЛ ТТТ ГІР ТЕР КА ТАТАН Извор даи CCC sel 111111111111111158111118881111 18 11 ај = аи BEE 115 Л я / ! 77977717 ЕТПЕ 2. 7 Ж. ESO | esse, eee 3 wos | 811892178а81198919188119891111 ls жен f | sen AHHH РА АРА ee stompin ,,, о dede заар ill!!! urgejurg мәбирајио нобитиоилрра e 125° “po ЕЕ Ее b). a adu ||. 11 412 LABEL eee eee d Т. ши! чюмэред |11:17-1-54-14-144144-141Е 14144444 е ер SEPTEMBER 1888, REGENWAARNEMINGEN. — вама А РА РАИ 2 i : у ! i а. 5 Er -umeq сто e э® DI оо сэ е пано ts зсегана SARRRRAS | mi ~ MM RAM А VES Eod edi io. Зад, ? es 33 et 3 ee SC т. = 26 n 126° SEPTEMBER 1888. REGENWAARNEMINGEN. penne "Y iiaa mR] wer 212 кешін, ЕЕ салат eA ey. СИУ. А : 1 ... — —— 254 да: гооГи CC eae e а! Ge SUN қан ui iii CES $ A ЭЭЖ етае ( aT Е 22 lli ES - ARN OS — u | рүен | |“ asya lie 1958 ш "врем 901904 ~ | в x. do bcc desde аи Е : Seen | | јаз авина 8 епоу ға а арра S S a OOT 11190149, а | 24 He шонөеооо(юӨ ртэл lala ЕС ЕДЕН | HARE JJ ee en а жо. е АТА 58991111111111111:8 Suofpue J, Suepedog ізез|е||г114|354 ur ЕА — 1904207] a 25 r m 11815 тедъ есе | 91 а 118 ТЯ} Ё ex? поло го home ereen L | ЖЭЛ! ‘uabunajuo нобитшонарот UIID) E | š "umed M ESA AAN |= 127° SEPTEMBER 1888. REGENWAARNEMINGEN. - таа pa | sree west ч de S AAA e (118"ы819111851111111111818811 | "wq | 1115912911111181811119111188 111 š 18 (98151911111191811118814118811 18 явав II- BIAS le- HEU | 11111519111151111111111111181 1 ° Aeron w аат E нх кше | 1111185111111715811111111115811 | B ны: а EE E ЕЯ РЕЯ EIST Е 128° SEPTEMBER 1888. PMETEOROLOGISCHE -WAARNEMINGEN TE TJIBODA : ; ДМЕ н = es m P SIBI, De У 6" v/m. 12" s'middags. 5 F 461 ¿ë| | Е ЕЕ š EERE Е || : == + ~ — а == | Val SIB 1 13.2 | 99| z мо 3153 9) - 2 16.8 94 SEI пара 85 9 = 5 16.9 99 | No 10 56 | 18.1 98 | wo 10 4 4 14.9 | 99 o B 1819 811 6 $ 77 5 16.2 96 | о 4 — 1980 75 Wi a 6 151) 97| zw BRI OM Tb? Q бу. 7 15.0 | 98 zw „„ 81 zw 3| = 8 111 | 96 zw 2| yi 98.8 85 | zw ма 9 | 10.2 7| zo „ 31.11: бара ча 10 10.91 99| zo o :-- 1 909 65 | zw ща 11 10.9 | 99 zo 5 — | 91.1 62 | zo 62 12 110 | 97| zo 5 22.2 65 | 20 ME 15 16.2 96| қ * 85 No 10 7 14 16.8 94| o 10 — 20.0 82 мо % 1&. 1 361 90 а 9103609 ма MEC 16 12.2 99 zw 23.8 % 86 | 20 i 17 || 14.0 38 20 ты 1540] 140 4 MET 18 |140) 99 zw 1| — 23.8 70 s MÉI 19 |158) 95 му 9: l 15 | 20 ef 20 | 13.2| 95 xw Bi Dei] я 44 21 11.2 99 zw 0 23.0 | 57 20 9 e 22 |151) 99| z 2| — 22.2 99) z Та 25 14.8 | 100 2 4 20.9 84 | 70 bé: 24 16.2 98 zo 10 90.8 | 82| zo Ч i 25 13.2 38 zo 2| — 1201] 90) é | 18 26 | 148| 95 m а — 11984 901.2 | M 27. | 152 | 100 zw 5] — 23.0 75 2 01 = 34 | 1191 МІ 0! 15 | 95.8 85 W ТИШ 29 12.2 98! 1 0|. — ||24.0 | 51 10 514 50. |198) $ zo $| —1 19.8 | 95, 10 ] „ Семп. | 13.71 | 97.1 41| 3821.65 75.4 B 129° TEMBER 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN TE TJIBODAS. 6" n/m. 6° v/m. 5 43 | 2B š Е Thermometer, | OPMERKINGEN. ГЕ 22 | 25 Е S Max.. | Min. = | (E = = 18.2 | 96 | N 10 5 — 19.9 18.8 92 7 5 — — 21.0 1 17.8 94 NO 10 5 — 91.1 (2. n. m. 4. 15*. ER — = -- - — — 19.4 Donder N.—Z. ЕЕ 17.8 | 94 0 5 — 19.6 17.8 91 NO 9 _ — 16.5 18.8 94 № 10 — 17.0 15.8 92 20 6 — = 15.2 16.0 91 NO 8 SL 16.0 ET. 17.1 80 zw 7 - ES 16.2 | 16.8 91 70 5 — — 16.2 EE 18.2 90 NO 9 == — 16.0 11821 96 NO 10 5 Б. 90.5 17.0 91 NO 10 — Zi 17.2 š 15.8 95 0 10 1 ie 16.2 4% п. m. D. in't Z- O. 18.2 96 0 10 2 i 16.1 D. in het Noorden. 18.9 91 10 10 22 Да. 17.1 laanhond. D. in 1 0. 19.8 91 ко 10 22 к 17.0 | idem. $. 15-- 4“. 7198) 95 | on 10 e ОТ. 16.0 | 20". п. m. 180 | 92 | zw | 10 Abk из] “МИЗ 182 | 86 | zo s 8? dk Lus 185 | 19.0 | 98 20 10 Ix 16.0 181| 89 | xo 8 за г 15.4 b 92 | 6 to pio ш ie » 9 Ч Ши B 18.8 90 * + 6 | 22.2 | 16.2 |4". 15 n. m. in t N. O 1881 92 | zo | 10 | — 22.0 17.0 || aanhoudend. 188 90 zw 5 |.— | 940 | 180 (193! 90 46 8 200 950. 194 19.0 90 | zo 8 kst ко) 198 45.16 | 91.5 8.4 79 || 25.44 | 17.24 150° OCTOBER 1888. WINDRICHTING. 1 | 2 5 | n Í | Poeloe Bras. | Oleh-leh. Poeloe Bodjo. | Padang. Е ee | ES 3 vim. | n/m. | nim | vim. nim. | n/m. | vim. | пм. | nfm. | v/m. | nm. he =| «| > $S T вте | ten 1| zw | zw 0 70 | 70 1 7 7 0 11% 9| w | zw 22 | o o | No 220 0 |zzw| 0 0. КОШ 5 770 7 (ЖА Л о NO | No 3 70 ZW 0 114 4| 2 |77 хо хо хо #0 ZW 0 114 ‚bi 770 7 NO 0 о о WW Ж 0 z |" 6| zo | 020 20 | zo | zo | 710 | м w 0 Ia Tt ` zw 7 70 70 R NW 0 |! 8| zw 7 0 20 70 770 | 770 | 770 0 21! 9| та“ | г о 0 70 zo | 220 | 20 0 | 101 о 70 о | 020 | zo о | NNO| W 9 21 11| zo | охо о 70 0 үшім уу 0 2 12| zw | wzw 0 0 0 NNO | ZZW | zzw| 9 z 15! zzo | о о 70 о N | зам | л 0 E 14 zo | No о zo | zo | azo | zzw | W déi Lë, 15 zo | оло zo | zo | zo 220 020 | 2 oc 4I 4 16 zzw | м то | 70 0 w w | w o, И 17| zw | waw 70 7 | 220 020 ozo | м | 917 18| zzw | w 7 z | zw | хуу | му | w | 0 | 4 19 wzw| w 2 zw | zw | 720 |wzw| W 0 e 90! zo о zw | zw | zw w |wzw|] ww 0 ж 91| zo 0 ZZW | zw | zw | NNO N w 0 1 99 zo 0 zw | w | оу [мхи | w | w | ° | * | 25 zo о zw | zw | ZW | W w w о , 94| zo о хо 7 zw | zw | у ч | w 90425 95| 7 | лау | WWW 7 7 zo | w |WNW| У болин 4 26 z |zzw| 7 7 | 220 | zo |wzw| W w ” 514 97| zw | w |wzw| 70 о o-|zzw| w | ww; 9 е 28 zw | w w m 0 20 | NW | WNW | WNW à x 29! zo N NNW 0 20 0 N | NNW | NNW i 50! o w W | zzw | zw | zw | w w | w T 3 51| 2 w w 7 zw | zw | w WAN Л 151“ OCTOBER 1888. WINDRICHTING. ms | 6 | 7 8 E Pandang. Benkoelen. | Bengkalis. Muntok. Br am | nm. |. vim | n/m. | n/m ЕТ | түш. | um. уш. | njm. | n/m. | | —— | 770 20 N ZW 0 H 70 20 | 250 | 20 7 NW | NW | 220 20 zo zw | 020 | м 0 0 20 10 | 20 zw 0 7 7 N | 210 | zo | No zw | № w w 0 1 | awl У 220 | NO 7 7 N 2W win NW | NO w w N 20 AW N N 020 7 7. NW 20 2 | № 7 070 7 ху N 20 Z | NNO zw | 70 7 7 № 070 N Ki 220 | № 10 7 NO о | ozo | 070 w NO W | zzwi{ 0 zw | zw | охо 7 70 w 7 N ZW z | NNW NW | 020 0 7 N zo | 220 | 0 zw | 020 | W z NO | 2110 | zo 0 zw | NO 4 zw | 220 | NO 7 zo | 20 zw | 70 7 70 0 7 zo | NO 7 хо w 7 710 | пау | zo | 070 ZW NO о 70 хо 7 zo | 020 zw | № 7 NO N 20 70 70 7 070 7 7 7 0z0 | zo | NNO 220 № | zzw| 7 N zo | 070 | NNO 7 070 | 20 7 N 0 zo | №. zw | 70 7 7 хо 70 70 0 zw zz W м 7 0 zzo | 020 | № W | 020 Z NW N 770 | 0710 | 0 zzw | ozo | ZW | NW.) N zo | 10 | 20 7 0 £ |zzw| N 20 NO | NO ww | NO w 7, 0 о | охо | No 770 | NO 7 w No NO | 20 N zw | ozo | zzo | NW N | zzo | 220 | 020 132 OCTOBER 1888. WINDRICHTING. 9 | 10 11 13 т Tandjong Pandan. Java's 1° Punt. Vlakke hoek. Eil. Noord = | З | ум. | n/m. | nim. | v/m. | nim. | n/m. | v/m. | nfm. nim. vim. | nim. L . | е: | е | е 12. | + | в 12. + | е | 1 1| 070 | zo о 70 70 70 70 770 70 0 1 9 | ozo | 070 70 70 070 | 070 20 7 7 070 | 020 5} 20 | ozo | — 70 70 70 70 242% 070 | 010 Au — | — | — | zo 20 20 20 z do 0 0 Б — | zo | WzW| ozo | ozo | 020 | zo Boia К 0 d 64 — 20 | — | 020 | ozo | 220 | 70 x d B 20 18 | За Дош ОЗО — 4 ozo 7 220 | 20 N 7 0 0 ^8] — [zzw| — 70 Zw 7, 10 7 7 220 | 1 9! 020 20 770 70 070 70 70 7. D 220 | 20 101 о 20 ZW 70 20 20 20 7 7 ONO | ONO 13 Sato то | 020 | 70 7, 70 7 7 0 0 19] — | ozo | zo 7, 770 | 7 20 Z z | eno [p № 15| 0 wk = 4°96 1 4o 4 do zo о zo |wzw| 0 14| о | ozo | zo zo | zzw | zzw 20 0 20 10 15] ozo | zzo | ono | 7 zo | zo 0 0 20 o jm 16 о | ozo | zo | zo | zo 7, о 70 | 70 0 LS 474 — | е | — | zo 20 20 m 20 zo | zo | № 18 ozo | zo | ozo | охо | zo | zo 0 10 10 b Ей 19} — | — |wzw} 70 70 770 | № 0 zo | 220 | ? 201 оо | zo | zo | zo | 220 | 220 | No 0 70 " : 91| ozo | zo 0 zo | zo | zzo | no | охо | zo | 0 | 02 99! о 070 | zo | 020 | zo 7 NO о 70 eh E 95 zzo |wzw| o zo | zo | zo | No o ] юэ on ЖАН озок 20 ЈЕ — ch то | то 20 No о 70 9 . 25 ozo | 070 о 70 70 70 хо 0 70 ? : 961 о 020 | 70 70 70 | 220 | NO 0 70 o qw 27 020 7 — 2 7 770 | № 0 204 HEAT | 384 — Z0 0 70 zo | 220 0 20 0 0 T 29 — | zo оо мез 20.7 ge 0 zo в вр 30 ozo | zo | 020 | zo 70 7 0 70 0 20 2 310 zo 7 о 770 | 70 7 0 20 20 в 125 OCTOBER 1888. WINDRICHTING. & | 14 | 15 150 | Edam. Batavia. | Tjilatjap. Noesa kembangan, | n/m. | nim. | v/m. | n/m. | n/m | vim. | nfm. | nim | v/m | n/m. | nim. 12" An gu ди 6 | gu s 6 9. | ga d [3 ы Х 7 NO 0 020 | 070 | 070 | 220 zo | 020 0 N 20 No ONO | ozo | 070 | 070 1 020 0 0 хо о ONO | ONO | ozo | 020 | 070 № | 0 | 0 w 9 NO | 020 NNO NNO 70 70 7 то 70 0 NO NNO 070 NNO NO 070 070 7 10 | 770 š NNO | NNO | ZZW.| NNO NO 070 | 020 | 070 70 770 | 220 E NNO 0 NO zw | 020 | ozo | 020 | 70 70 1 NW] w zw | м | zw | Nw | ozo | 020 | zo | 20 г NO NO 070 N ONO N 10 zo о 0 7 NO NNO 070 NNO NO NW | 020 | 0Z0 0 ө p 4 | NO NO 070 | NNW N 070 | 070 | 020 0 0 9 № | NNO | ZZW.| № N хо | ozo | ozo | o о 70 ET 9 N 220 N N хо | 020 | 020 Z 7 770 70 N WNW | ZZW | ZZW | WZW | 70 zo | 070 | 070 | 70 о | NNO | ZZW | No NO 70 zw | zw 0 о 0 10 | NO 2 N no | zw | zo | 20 0 o | ozo 9 N 20 хо | NNO | 2 | 020 | 70 о | ozo | 020 бо | № | 0201 xno | No | NW. zw | 52-(020 | 20 | 220 4 По No 2 о | ono | 020 | 010 | 020 | 0 zo | 220 10 N ZZW | ono | охо | ozo | 070 | 020 | 0 o | 220 5 N ozo | xno | ono | wzw| zo | zo | © o |120 2 ol mol ORQ зусч МӨЛ osod 6021 1942 № N 070 о о zw | 070 1 0 0 | 7 N 20 No NO хо | 020 | 020 0 6. $2535 N ONO N NO 020 | ZW | ZW о о 220 N 7 ххо | NNO | 070 | 070 | 020 о 0 220 NO NNO | NNO | NO w | 020 | 020 0 020 | 220 NNO zo | xno | № |wzw| 020 | 70 no | ozo 20 NNO 0 NO wo | wzw| 020 | zw | 0 о | 020 NNO 070 NNO NO w 70 7 70 070 770 ZW 70 0 | 070 154° OCTOBER 1888. WINDRICHTING. 16 | 17 | 18 | в: Semarang. | Poeloe Mandelieke. Soerabaia. | Sembilangan. ` а |- i — — = | v/m. | n/m. | nim. | v/m. | n/m. | n/m. | vim. | nim. | n/m. | vim. | nm. | М 5| s | 12| 4 ӨГ ОЧ 4 9 „ 6 ы 14 7 70 7 070 | 070 | 070 | 70 | 0 0 10 CEN 2! 2 NO о | ozo | охо | ono | zo 0 0 в] ex 5| хо о 70 zo | № N 70 о o | 020 | NW] 4| o zo | ммм | о 0 0 70 0 o "| NW | ong 5| z ZW NW | 70 0 о 70 о o 170 ИШЕ 6| 7 NW w 70 о 0 70 0 0 ozo! N |Е Т| 7 ZW м 20 мо | ONO | zo 0 o [zw | Ne 8| zo | zw | No | zo 0 0 70 0 o "| МТВ 91 я 7 ZW 210 0 хо | 70 0 o zwi ВА о о 70 0 у) | он а о | око | 70 0 0 2 P 0 ONO 70 о 0 zw | X 1 o | wo |. zo о 0 zo| 51 o | ono | 26 о 0 (ab, | 70 | 70 о 0 20's o 70 о 0 7, 0 0 70 0 | 0 70 0 70 gd 9 0 о 70 о | о о 064. 20 gene 0 o | zo pa Р | 70 хо 70 021:9 70 о: 20 о | 0 70 70 70 5 D 2202 20 0 | 0 то | 070 | 70 m | 0 0 70 о 0 020 0 70 0 0 70 о то о 0 70 0 70 о 0 NO 70 20 о 0 ° z е мм gel Еркек? ер еге ЕЕ! Ес 8 5 ЕЕЕЕЕ = => W VE. k el bles) BEEF ll. Ре ке кынк" TII Е = = = ~ 1 CCC | ове Геге ° Ф š SSS © => 28 2 282 8 22 нчнин? о 28 2 8 8 88 К Ж = š | : ecc à 559695999955 2 828 = e Е Ба ӨӨ СОО Ё r ЕР“ 222. T... Е & ee S SSC SCS ел e e ns sh bs E 7 ee TY V to — ee nana e © : ko Bc > BR Z pm E „% „ кик ee © в а RT 7 2 5 < Ee у ed A b Ge e > eo o > = | = | ва „гени ин бк Ёк Gurr Zen в ЕК Е Е е |"| = || Жей” Zer E RE X Е к 2 2 = | ea ein они ИЙН > са | > | = = Ес. 9 S i : | ва z = bw RRE m лб йл rem — | ieee = = 17 = | © — — — DIE RE | Bu =, Ao š 8 = | mA == 136° OCTOBER 1888. WINDRICHTING. 24 | 25 | 28 | Bandjermasin. | Bonthain. | “д Amboina. Е| vim. | n/m. | n/m. | vim. | n/m. | nim. | =| 9 > | e| o Kat 1| NO N ZZW | NO 0 0 %| 70 Z |wNW| NO 0 0 5| м 70 ZW | ZW 0 0 4| NO | WNW| 70 70 70 0 5) м — 70 ZW 0 6| No 20 N 70 70 0 7 NW 0 ZZW | NO о 0 8| 070 7. 770 | NO о 0 „9: хо уу ZZW | NO 70 o ZW N No 0 0 Š 70 70 хо 0 0 > 7, 770 | NO 0 0 š 7271.97 | 0 0 0 = 7 7 хо n 2 zw | ZW 0 0 | 0 š 7. 70 хо 0 0 Ж zw | то | о хо | 0 = 70 70 NO 0 0 = 0 7. NO 70 | 0 | 5 ZW | 720 о 26 || 0 | s w zo NO о о 5 ZZW | ZW NO 0 о S 20 w NO 0 0 WZW | 7 NO NO 0 ZW 2 NO 0 0 ZW 7. 0 20 о ZW о NO о о ZZW о хо NO 0 ZW | 220 | NO о о ZW N NO 70 о 7 о хо 0 0 —— — 157 OCTOBER 1888. REGENWAARNEMINGEN. EE bees jese j |||] ||| (111111: Ц2 золец 541115912 F "ңы s eee ,,, v пина esse плац | eee ин | 1414145 ge el к ЕСТІ 1111/882511888911(8(11111111111Ї r leel ALITTI тъ 1111690 илоч іме ие и И "Волво, JJC FFF pa та та та та та == та та те P 158 REGENWAARNEMINGEN. OCTOBER 1888. C ЈЕ de kd illia а Т ТИ wal iritnesesi-sienirie E FFP 8 sums | 1211181 та а ре 8 BEE | «рта issus арра рае рев | ГЕНЕ & шн EREECHEN Т. RUE ТТ ЕТІН Г ИЕ шэн Зөөхчөхжөвшдлилвэсчтаадаадаацаааа( OCTOBER 1888. REGENWAARNEMINGEN. "помором (oo israel poss, Ї 22912590 "Зощеш озвем "огралатлев зә, петәолейе,] "ВаәоӘрләЗиӘ1 "1908 -190 41888 Г ТЕ CCC а E UNS “ЇЇГ1111 15 CENELDISERBO S 5 05 Е Р БОГ 8-1119811111811111111111Ё DC БОВЕ ДЕ А ӘБЕН ЛІ! 10 22 — ране — F MEER ПТ 24 аа Rn es -ө8111151111511111111111118 Eeer оао зо оа е о жүн 2 undue d GL Le 22 ЭГЧ — n 7. EURE DER BEA 140° ROT | Kë BE od eee SE 1115 11580 11811111 Ее 1(554988|15(8 Әлен e 7-0 өне 111112 21111 . ТИ ‘yoofpues x 1111111711 bee 22120070 3 | тәлероргд\ | I titi lista К C: EN ` OCTOBER 1888. REGENWAARNEMINGEN. | | | "uedejueg |- wal p PRE ee "педиетея > o0 = вз нею : ^ + i Ey |) CC "mmm = suis HOM DASA MO HOON DASH HIG te 888888 : E 141° OCTOBER 1888. REGENWAARNEMINGEN. woof 11141115781511711181:1171 15118| SCH ШИН 2 4. 1 Ш 17: IAM. ЕСЕЛ 111111889111111115111181441134418) | 11111112 98 e F ² A EEES CEEE E Б 1111158“15911111171111111111"81118 =r mn Sade ТТТ ТТТ НЕТ I ІІІ ЕГІ ЛІНДЕ Held haet ee s s. P "pc > иг : a = A. ын Ge 3 БОХ ТУН 26 š — 322 РСМ ee Seas e Hsu x *eofuig Г11811:1115118| Ч (11““95-115911191171895 11119118 “одо x w | 5//8809981158111711118115118911| “elpey 901904 : 850 1j | 21117-55535351129| 8 85 те Ла) тоу 3 | | Е nn d3 E. 142" OCTOBER 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN TE TJIBODAS № 6" v/m 12° s'middags. Е. i5 € — EE 1% = 85 25 бо | a => эы LL MR и ? ER E SS | [d 1120 98| ю |. 51 25.0 66 con 12 M 2 12.1 10 — |215 11| z mn 5 11.9 99 20 Bebi S 60: ` zw] 9|:- ү + Pil Ma 2 — | 241 75 |o | = 5 14.5 | 94 ху 3| — | 25:8 66 20 6 0 АЗ 5| ж 9. 91295 | 8 9 | ds ` 7 15.5 95 zw bok = || 22,8 | 85 (Ä 8 16.0 |-- 96) zw те 8225 79 | nw ро 8 g 9 14.0 95 | 70 2 | із || 25.2 66 21 6 1607.961 y 8 — 235 66 zw Z ilk iel Ol 25 1| 6% 6 2 ШШЕ 12 16.5 97 | ум 8 | 15 23.6 70 aw ре а is 11571. 961 и 5| — hars | воло DAR 14 17.0 92 7 ID | 11196 | 85 zw | 0 1:8 15 19.111. 99 | zw 0| 12335 | d 1 CIN 16 15.1 95 | zo 5 — 25.6 55 : Три 17 12.7 95| ж 5l 1945 | 56 % A 18 16.2 Sai г Жэ — || 24.2 50] Z A | 19 17.8 94 7 10 9 | 998 | 66 | 10 6 НЕ 20 14.0 98! 2 2 23.2 39 1 db 21 0 № uu 2 — 24.4 | 49 | 1 4 ” 22 16.1 92 20 10 ЖЭ 94.0 | 50 | N е | "S 25 14.6 91 Z0 0 — 195.8 60 | N ары 24 12.6 98) zo 0: [244 | 6 | 8 519 25 |148| 95 2 5| __|аза | 1651211 2. 2 1154 DI ~ 601-1245] TER . 27 1&0] 95 m 5 — 23.0 65| N í 28 14.2 91 z 3 24.8 54 8 2 d 29 15.0 90 ZW 2 = DAS M 59 20 T 14 50 14.5 ler 98:58 48 9| — | 24.0 60| 20 i b | 51 {9.7 89 1 0 — | 94.8 2 70 09 “Gump. | 14.48 | 94.5 5.7 47 |25.28| 65.1 BEE | | “SIDER 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN TE TJIBODAS. 6" n/m 6° v/m. 2. (B d | : Thermometer. OPMERKINGEN. 5 s> er == = | — = >= Ss = Ер A E 33 25 2 a Max. Min. 18.1 87 zo 9 - ie 12.5 18.9 90 7 9 -- яв. 15.0 20.5 90 70 10 — = 15.2 4 | 90.5 86 w 10 4 SS 12.7 3 | 20.5 82 ZW 9 — — 15.0 19.6 85 ZW 10 2 = 16 ЭР 18.7 91 20 10 18 — 14.6 Donderslag te 4“ n. m. 19.6 92 20 10 25 . 15.5 Aanhoudend donder | 19.8 96 zo 10 e ха 15.2 | in t? 196 | 88 70 10 — — 15.2 у 18.8 92 zo 7 5 = 15.1 18.6 86 7 10 — 44 16.0 18.8 94 7. 10 - — 15.2 18.6 78 Zw 10 dud Шоо 15.5 1 19.6 74 20 5 Se GE 11.4 Aanhoudend donder IA | 84 10 0 — — 14.6 | in t N. W. o 19.6 88 zo 6 — — 12.2 4 18.6 84 70 5 224 SÉ 11.2 а 17.6 84 w 5 — 14.8 8 18 icd . 14.6 — : e 20 14.6 mede ver "t - 5 85 Z 8 са, eg ME TN ын an af 4*- 1. ` 85 w 4 -- PUE . " 82 = 8 — — 14.6 |0. in N. W. 1-3 slag 95 3 10 24 Же 15.2 М d laatste 11 91 7 10 m пак pe 85 ZW 6 + | Ме 85 20 7 2% — 14.5 87 ZW 8 = — 1 82 20 6 PE 55 | 86.1 76 | 47 — 131 144° NOVEMBER 1888. WINDRICHTING. 1 х: араса. | 5 Poeloe Bras. Oleh-leh. Poeloe Bodjo. = Z| vim. | njn. | n/m. | v/m. | nfm. | nim. | v/m. | n/m. | n/m. 5| 9 | > е er Fl 25 s 1| zo | 070 0 7 7. zo | WNW| W w 2| zo NO | NNO 2 20 70 о ONO 7 5| 20 | N 20 70 Z0 70 w WW 020 AN zo | wzw| мм | zo 7 ZW 0 NNo | W 5| тлу | w w 7 zw | ZZW | N N w 6| zo | ozo | No | zw 7, то WNW W 7 71-2 w Zw 7 7 zw | 070 w w 81 zw | W |wNWw| zw | zw | ту | WNW| w w 9 || 72“ | 28 | w ZW 7 27 |NNw!. У w 10! zo 0 хо 2 20 10 Nw | 21% | w 111 zo 0 о 2 zw | zw NNW W У 12| zo 0 zo | zo | 70 z | омо | ONO | WNW 15| zo | ozo | 770 | 70 20 7 N 14] 2 |wzw|zzw| 7 ZW | zzw | NW , NNW, WNW tö zw |wzw| zw | zw |zzw | w о | wNw| w 16 || zw | wNW| w w |wuw| nw | w w w 17) zw | w wiwi м w | zw | NNO 0 0 18 wzw) W | zw | zw | w w no | NO w 191 zo W | zw 7, zw | zw N NW | W 20| 020 | zw | zw 7 zw | zw | ммо | NW | WNW 21 | zzw | zw | zw 7 ZW | ZZW | NNW | 070 | 020 22] о %% | zo | 2w | zo | oo | У _ 98| ozo | zo | zw 7, 70 7 N | WNW | WNW 24| w | хуу | ко | w | nw | му | ozo | 020 | w 25 | охо | no | No | N N no | nw | w | У 26 ozo о m 0 0 0 0 7 7 27| zo | ono о 0 NO NO w w -28| zo | ono | ono | о | ono | No | жу | ж | WZW 29 zo | око | NO о № | No | wzw | WZW 50| z zw ZW о | ozo | zo | No w | wzw 145° NOVEMBER 1888. WINDRICHTING. E 5. | 6 | 7 8 : Poeloe Pandang. ` Benkoelen. | Bengkalis. Muntok. Үш. | nim. | nfm. | v/m. | nfm. | пм. | vim. E nim. | v/m. | nm. | nim. Ее | Ф | г T é | + | | е m NW | — 0 ZW Z0 7 0 о 70 020 No 10 2 20 0 L 20 7 7 N 2 070 | 070 ЕЕЕ 2 7 0 zw 20 zw | ZZW | W 7 zo | 070 > 7 70 0 7 хо хо 7, NO 70 20 70 ^ 4 7 w 070 7 0 ZZW | NO 7 о 70 хо Ew Z0 020 | ZW | NO zw 2 NO 20 zw | NNW à w ZW | 070 | zw | NO zw | w NO 7, ZEW | NNO У 7 хо уу N 7 070 | wzw| № NW у У NO ZW 7 7 7 zw | NO ZW NO w 7 ZW | zw | 20 No 770 0 W | zw | zw | zo KOR уу NO w NW | NO ZW 7 7. zw | NO 7 ZW | NW 7 хо | NNO w NO ZW 7 т ZW | NW | NNO ZW | NO ZW W о 7 хо хо w NO w 0 7 NNO N NO NW | zw | ZW 7 N ZW 7 хо 7 070 У 0 20 7 20 NO ` 7 070 N 7. N 7. NO 70 NW 7. 7. 7. о NO | NNO | — zw | 020 x 7 7 ZW N N 7 NO | ZZW 7. NW 7 N N ZW N [м N N zw | мо | К 770 | ко | ZZW | 0 220 | NW [NNW ром aw | N 1 | ж рам | zw | Nw | NNW и 1520 w po рли PZW ји ZZW | NO ZW У N zw | NW] N Nw | NO zw 0 z zw |^] N ZZW | NO ZW 2 N Zw N NW 020 | № N ра № | ZW z NO 146° NOVEMBER 1888. WINDRICHTING. 9 10 11 Tandjong Pandan. Java’s 1° Punt. Vlakke hoek. 8 З | vim. | n/m. | пм. vim. | n/m. | n/m, v/m. | n/m. | n/m. š 6" 12° 6" 6° 12" | 3 eI 4" EL XD 70 070 | 770 | 770 | 770 70 0 20 9 || — 770 | 020 70 770 | 220 70 0 70 21.0 0 ONO 70 770 | 220 70 0 20 Al — 70 0 770 7 7 zo 0 70 5 020 | 770 w 70 70 7 70 о 20 61 zo | WZW| w 770 70 7 70 о 70 71 — Zw |wzw| 2 7 ZEW | 70 о 20 81 020 |wzw| w 770 70 7 70 о о 9| — ZW |WZW:! 770 70 7. 70 770 7 101 ozo | — -- 770 2 7. 70 NW 1 1 -- 70 020 | 7 ZEW 7 020 70 7 124 — 70 70 70 770 | 770 | 070 7. 7 15 | 020 7 — 2 45220 7 070 | 020 14| zo 7 zw | 220 Z 7 770 7 7 15 || ozo | WZW| — 770 | 770 7 070 7 7 16 || 070 7 о 770 70 7 N 770 | 770 171.020 | ZW |.— 70 70 70 хо w w 18 zo Z ONO | 70 20 70 0 7 2 19 || zo 20 о 770 70 70 0 0 070 901 ozo | WZW | NO 70 770 7 хо 70 70 91|| zo zw | — 770 | 70 70 хо 070 | 770 99| — | ZZW | ZZW 7 7 7 о 020 70 95| — w ONO | ZZO | ZO 7 | 070 7. 7 070 7. qu 70 70 70 NO NNO ‚| NNO 25 — 710 | 220 70 70 70 о ZEW | ZW 20 70 7 70 7 7 NNW |. NW ZW 97| zo w [WNW | 20 zo 70 N 1 220 98| — | nw | — |70 70 70 о 020 N 29 — 7 ONO | 20 70 ZW N w ZW 12010680 ју — woo 20 2 7, NO w Z 147° WINDRICHTING. NOVEMBER 1888. = See 15 f Edam Batavia. Tjilatjap. Noesa Kembangaui. Xm. | nfm. | nfm v/m. | n/m. | n/m. | v/m. | n/m nim!“ vim n/m. | n/m, CCTV 10 | NO | NNO | NNO | NNO | — | WZW |- ZO 2 0 0 zo шо 0 NNO ZW NNO NO | WZW|- ZW ZW | 070 | 020 210 10 | о N ZZW | NNO -- уу 70 7 070 70 770 BN ө NNO ZW N — |wzw]| zw ГА 070 | 20 zo Ho | o N wzw] № N уу zw | zw | 0270 | 070 | 720 17 NO | NNW | ZW | NNO | NNW | У2У | zw |. ZW | 70 | 070 | ZO Тр o N 7, NO 4- xw] zw | zw 0 0 1 H N NNW NO NNO | WZW | WZW š ZW 0 0 770 0 N = No — |wzw]| zw | zw | 20 zo 1 280 sm 0 NO NW N wzw| zw | zw | 070 | 020 | 220 : N N zzw | NNO | NO WNW WZW | ZW | 020 | 070 7 м N N ONO | NO w тлу | уулуу | ozo | 070 | 770 LES N ZZW | NNO | NO w |wzw| zw о 0 zo Ho | NO | ven 7, ono | — WNW zw | ZW | ONO 0 220 % | хко | wo | ozo | NNo | хо WNW zo 7 хо 0 zo 9 | NO | NNO zo | NNO | NO | wzw| zw | zw š 0 z N 0 мло 17 zw |wzw| zw | zw | 070 | 20 | 220 020 | № N Гуам |: 20 0 о 0 20 zo | ono | wo | 0720 | 70 70 0 0 10 | о N NNW | W 70 0 ozo | 70 | 720: хо х [wzw|wzw| 020 | 070 0 70 70 zw | No | NNO | zw ржам| 7 0 70 720 770 N N |wzw] 20 70 хо хо о 770 N x | мм | ozo | 070 | № NO Ци N NNO | ZW w 70 70 хо хо 70 0 NNO 70 | WNW 0 20 0 0 zo 70 о |wzw| w | 020 | 070 | 50 0 20 ono | NNO | № WNW 020 7 zw | zw z ZW N zw | WZW | 070 | 70 о то 20 w N z WNW 7 zo | у | zzw | 2 148" NOVEMBER 1888. WINDRICHTING. 16 | 17 | 18 | | | Semarang. | Poeloe Mandelieke. | Soerabaia. | Sembilangan. ЛЕ nim. | nfm. | v/m | njim. | пт | vim | nim. | n/m. | vim. | nim. | | s | ml e | q | a а | $ |.2 „9 2 1| w NW | NW 0 NO 70 70 о 0 ZW | NW 2] z |у”! NW о ZW. | 70 zo о 0 20 N 5| ono | NW zo | 220 0 20 0 0 7 " 4l o [уму | NW | NO NO N 70 0 о | ZZW | NNW 5| ono | м NW N NO N 70 о 0 zW | N 61 хо NW |. NW N NO 0 70 0 o Z | NNW "1| ozo | No Wk Zw.) w N | 20 0 0 zw | 20 8 || 020 | ммм, w w ZW N Z0 m 0 2 10 9| м |wzw| w N 20 7, w 0 0 ZW | NW 10] о w | NW 70 N уу 0 0 zw h 5 11 WNW | NW | 70 0 N w 0 0 1 N 12] ono | nw | NW | 20 7 Zw w 0 0 770 е 15| о nw | ммм | 0 № N w 0 0 z | NNW 14 оло | м | Nw | о zo | zo | w 0 o узи e 15 | ono | уху | WNW} zw | W | NW | w 0 0 0 y 16 | охо | м w NO w 20 w 0 0 2 5 17| o | ми | NW | NO 0 70 w 0 o |zzw]| N 18|| х N ww | No | 20 0 w 0 о АЕ 291 ozo | ммм | N 7, 770 N w 0 o |zzw| NO 20 | оло | Nw | w 2 70 0 w 0 0 507 21| ono | хо | Nw | о | 020 | о уу 0 ó н 22 ozo | хо | w | NO | о | NNW |. w 0 0 z per 25 o | Nw |. W | zo | 20 0 го d 5.0 4 24 | ono | Nw | w | ту | o 70 w 0 0 10 | N 25| ono | мо | w | zw w | zw| w 0 o k W. 961 a 0 zo | zo 7, уу уу 0 0 zw pm SUPE Ld ат Ld | 264-9 b 9 o үйү "N EMI d | N LAW LN L. d AG L У Kg о р 2 | и | 29| zo | NO м | 20 z |zw|w 0 о аж) х 50 || о | No N а l3 LW 0 о | 220 £ r 149° NOVEMBER 1888. WINDRICHTING. 20 21 | 22 E 25 _ Seemenep. Boeleleng. Bima Koepang. Vm.) nm. | n/m. | vm. | nim. | nim. | v/m. | njim. | n/m v/m. | n/m. | n/m. Ж!” 6: 9 216 119 9 езе (à | 20 NO N N N 7, 7 7 өм 0 0 Юу о NO N N N 0 7 No | --1 zw | NW RU 0 NO N NNW N 0 7 хо — zw | zw 10 | zo No N | NNW N 0 7, NO — w 7 ЙЕН по | No N N N 0 zwi W — wif NW 120 NO N N N 0 NO NO — w z 10 NO N № | NNO 7 Zw w — | zw 0 BM | то | No N | ‘NNO | NNO 7 NO w | zwi zw 7 Z NO N N N Z w w ттт w NW 04 ко NO N N N 7 Nw | W NO zw | NW EG 2 Nw | N s | met zo mo wi юл я ня 10 | ко NO N N N 7, 10 01 ВИ — d m 0 Што | No | N N N z | ю | nwa во | у | o "m 0 NO N N N 7 NO No NW | NW | NW EU ко | no | x N N o | ко N — зе | o % 0 хо N N N 0 NW NW w ZW NW | о No N N N о му | ко | NW NW — p o NO N N N 0 mut kO а + w 0 Gei NO NO N N N 0 хо NO T 0 0 P 0 NO N N N 0 NO NO - NW | NW di Z0 NO N N N 0 NO NO w w 7 А 0 NO N N N 0 NO NO — w w 4 0 NO N N N 0 NO NO docs NW | NW us NO NO N N N 0 NO NO -- NW NW 9 | zo NO N N N 0 NO NO 22 NW NW m w ZW N N N 0 NO No No NW | NW Pe Nl nw | x N N 0 noot NO | — wwe ZW NO N N N 0 NW NW Te w 7 № N | NNW N 0 nw | NW | NW 0 0 N NNW | NNW N 0 NW 0 У w 150° NOVEMBER 1888. WINDRICHTING. 24 | 25 | БОЛО а 39 | = | | Bandjermasin. | Bonthain. | Saparoea, 8 | | | Amboina. - Е zl vim. | nim. | n/m. | vim. | n/m. | nim vm. | nfm. | un. = 9: gu | 0: 9" 6° 9: 7 в 1 0 уу NO о 0 0 = Ж 911 zo | ZZW | 770 NO zo о N о] К Э| 20 | WZW 0 70 о 0 018 4| № | ¿ZW NO 0 о N 9:2 B Nw | 7 NO 0 NO | 9 х! @ N ZW ZW 0 70 0 [ AN Tx "Hz 7, 20 20. 0 | N 11! 8] м |1770 70 70 0 | N 911 9! nw] z, zo | zo | zw | о ^28 10| ко. | 7 zw | то | zw : | 2] 9 29 11| NNO 7 zw | 70 70 5 те”. І 12| м 7 2051 20.4 20:| 20 = Ej ОЯ 15|| NNW | ZZW zo | Zo | NO = dë, 14| о 7 070 | 70 70 70 © — qmm 15] No | 20 no | 20 | No = N EU | 16| х'| zw 0 zo | zo = 6 3 Ж 17 20 22 NO о | zo = 247 18| N | NNO zo | zo | No = 9212 19] № | zzw № | 70 70 5 N Е 20| о 7 NO NO 70 хо = 0 5 21| о то NO 70 70 = Е я 22 NO NNO 70 20 0 È 9 25| NO i m 20 70 0 24 NW 7. 77% | NO 70 0 0 25 ZZW 7 NO 70 20 N 6| охо 7, 20 20 ä zw | NW 0, 27 zw | zw 20 20 | мо m 28 zw 7 70- | 70; | 70 of z 29 хо | 2ам | zo | zo | 20 E 50| o NO 20 | zo | zw N ое 151° NOVEMBER 1888. REGENWAARNEMINGEN. е | 5 его Er FF % SES LG | Е 4 ЕЕ foo Е 4:| 4 ч = |; ГЕ ps | ЕЦЕ [ДЕЕ 3 1 „„ TTT 2 i 2 е 10 и 5 Jis Да — — lo us од 5 ° Gë 4 1 1 lod 425—151 1-1 424 о 5 ich 894 2-1 зал dm 154 6 — Gs 6 зээ XT AMI. yg ES 104 164 22 7 ei 574 — is % 15] 751 = 8 HF og 11 | 108} 22 32 5 45 7 9 М4 = sel вв 10 254 253 “аж Биг Бин iX. 141 d ik wie 11 nie La 159 um 10 - — FRAN 12 5 15 61 48| —| 2814 —| — | = 5 24 Lep шш кәй — 74 =] —"'| — 14 кү —| =j — ii 36] H 311 wi - 5 9 27 16 — 1831 22 — алы 16 1 2 20| 23 м м 4| 20 54 17 = $1 ef же] 10] %o № = — 18 re 19 22 сала ща 5 7 22. i. SE — Ba 20 — 4| —1 ͤ 3-3 М — 2 —| — | 954 фа — 6| 20} 57 — — 2 45 z 46} 661 не 4 - 25 51 4435. L 40d a 361 3 91 9 4 24 Ot [Mi ы! M ша в 5 5 ar na al e 41 ej] MI €) — | 26 54 | 29 26 49 54 20 17 254 35 E 7| set 380 181141 за! —| 91 В 55 | 48 22 wera) WEE „„ 91 "7 209 о в 3] 5| в в ав 3 2 50 57 5 | ге в м $4 601 23 | ona, 302 508 | 248 414 | 447 | 509 | 594 | 552 | 567 | 280 152° NOVEMBER 1888, REGENWAARNEMINGEN. T : | B P m Ета 3214 а = FUE = 2 = е = — = Se | ~ 1 Ба. ныг a ie a4 lt O 5. низ Ke ass o ДЫ эь | 4 pie EN SE 1. е: Lm < 5 За ы tues fis) pn d a A ныш = 6 — „ cai =d 141 T4 NIMM 7 34 11 4-1 = 5 8 e Шаг 4 =: 9 —| — 8 6] — 8). 4 2028 10 i l % I, "EM 11 = | -ád 6 —| 141 — 170108 12 сад = Sec — 45 5 1 15 hm] ви T 14 ы уо hl xl A —| = 15 led — - 84. š 26 Жш 16 10 & 194. M cr ub 17 L1 o 5c] o ob ß 18 Bol l| M # Le = | El 19 аа ек жолы dl алы fel PE 9 iu iu Цан Ва jum Fay цэс m 21 ы SCH 19 3 Er de b — e e 22 аа 161 401 194 1 | ы 1 25 —| 10| 16| 46 &| =d — II mi 24 Sack -4| 84 5| 20] мм: 20 БІ 25 -- 2 id = 8|] xw| 15 3| 5, 26: M 91 591 21 8| xw] % Hr 27 Gi 47 5 NW 1 11) 2914 28 45 61 51 5110) 84 2 % ; 29 | 19) 1 44 7| 59| — 7740 50 % „| 551] 771 БЕ Wi Pin 184 | 276 | 185 | 252 | 255 | 161 | 1041 Si; РН | 11111558192118851111111585884 81% 155° 19 ae 11111 SRS 15 1"11111||195585118|д Dion: "UNES ` 5 LLidttigeeasses | s] зоны | еее |2) чаю ILII Sees anen] aegen | $ wo | ||| | | 1857 all ii imaaessea | g EA 1111111111111181111111:11988 ёав | š , eee НЕ асса. -1904 418884 28 + 14 46 "uexooueureq NOVEMBER 1888. REGENWAARNEMINGEN. “Suooaeurey ЕТЕТ ЕЕ | Е 8| диланыяяя NOVEMBER 154° 1888. REGENWAARNEMINGEN. | ; : = | 4 во ERE = = 2 5 Ё !! от тИ 5 - E: 8: А 3 = | = | se) 22 -з LES) š 5 | 2 = а р< = | A |^. Бя m = 23 ae 1 ше. ы; Ша ii. ца 9 . RR PM сыз B PS 5 . зэ — 8 5 4 Wal del ae Wed. еме 5 sed Wl dd — о NN 6 5 — — „ е5 6| à 7 Ще арен AIT a a| 58| 20 8 me] 044 x] x 494 SE] c IM 9 5-1 aad o] € ow шиг 10 —| —4 2 Я 11 mu ы зам - t| 51 | 4 „ 12 — — — — — 2 Kaz 15 16| x] 10 00 o 14 мә) шер шш 12 — — t| TU 15 Sul] 48d = 4) 241 «| — 19 EIE 16 — — Әлі: Ser). wee] a 7| E 17 %% ¶ oil 194 00 E 18 А. 2 о 19 jul We ee c €] И 20 — s 40 — "---| 901 21 *** 9| 11 40| — В 22 2| —| — — 10% m) =] "M 35 wel n. а ixi. . 74 17 16 6 | 24 % wel. US 2 А jen 1 25 ір 4%! 5 2 38 % 75 26 ВЭ? xd 2 19| =| — - «Б 23 ша щи + че 28 ud al al м 2 г ш goë 29 7 ша Es x 78 | 54 el? 50 -- 61 „ 125 56 62] 7 Sr Toraaı 95 | 144] 47| 87 | 126 | 267 | 506 | 567 155° NOVEMBER 1888. REGENWAARNEMINGEN. E | хада папе CJ ensen |8 жақы 2111121 27 TER 18 * 2 2 F | = oma | gei Е In er Mean ese 18 жыка | 54929 Балы, : "uobunayuo мобитионлмта 995) Fuss | 1111111111585118911851|18851152 | & а) 185181111418Е111155 418 498181" е шә| “28219 988(585||9985891(191) Ë am | 441 ЙГ. БЕТІ ЕЕЕ 026 Ше , 225-200 umea FT ESERHHAAAEHAHS CADET TUR SUM e 156° NOVEMBER 1888. REGENWAARNEMINGEN. > dE У = ud 2 Le Md 3 a Be = wem) TPT PET YT теат тетүү таз ханта | &| їй Se fi 3 | ae = н са - съ зо че С сэлбэ - lE e ul EE я wrap ge эн | &| "дишу ` | 22 > | Sn | 10 r 18ват Е “иввоолдоуед | 16 l о © CAs Sa sn 1.05 5 | e e mw | Lis Буру S pi | je» et prey ра — ш —— : чид ies ү Т ЕЕ P , ,, и доби. е 'sooqoog | 14314313 ЫЙ АЙЫН 422 8 1171-1812 0274 =] ais дош | ға a ЕРТЕРЕК a JJ š 157° MBER 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN TE TJIBODAS. : 6" v/m. 12" s'middags. š E о | Е Газ Е a) sa Pelee аа | 1 | 9!) 91 5 25.0 55 2 4 6% 90 W 0| — |248] 40) ww 3| — 3 14.0 86 ху 0 = 43 N | 2 — ШЕ 1581 80| w 0627 53 42 zw BI 5 | 15.7 90 х 4 ы. ыл; 44 N | BI x 6 | 12.6 88 | z О ЖИКА 59 | х 8 = 7 |1561 89| 7 Ok 14133844: 60% dos & | 2 | 16.8 95 w 9 59 | 22.6 66 zo | # io 1 15.6 96 70 10 15 || 21.6 66 70 | 9 -- 15.5 92 70 6 — 198 88 7 9 5 1 | 154] 91 7 8а зар 92 zo | 81 — 14.4 | 91 2 4| иза 66| N poer? 15.0| 90| 2 фреш 895 65| 2 үзе 13.5 | “да 70 3 25.6 69 70 D — 16.0 | 95 2 Kl. 458847 71 zo Те 158: 84 8 4 4 || 95.4 72 zw 61 2 16.5 95 7 5 2,5935 67 20 6 + 14.4 95 20 2 94 | 95.5 66 zo 5 — 15.4 | 95| zo & | el 243 65 | 2 эрэ 15.0 OL; NW 5 — | 248 54 | 70 „ү UE 15.0 91 zo 5 — 25.8 65 20 i] e 15.6 96 | Nw 2 56 | 25.5 15 7 Blow 15.0 | 92 | ху Bl 22.938 64 | 70 й| =. 18.2 95 20 4 20.2 87 70 8 1 16.5 | 94 zo 5 19.0 90 | z 8| 21 14.7 99 | z 5 22.4 11104 (472 16.0 95 ZW 4 11 || 21.6 84 Z 1 - 15.8 96 N 5 91.8 74 20 7 dj 16.0 95 2 91224408 білі врн 15.4 95 zw kk] 481193 92 | 7 10 7 15.15 | 91.9 5.6 | 129 22.84 67.1 6.21 54 158° NOVEMBER 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN TE ТИ 6" n/m 6" v/m. Е N = OPME š = = = | =. š | 2 = Thermometer, = 2% #3 | 5 № | Max. | Min. => | = = = | | 1 18.8 75 ZW | 4 еі — 15.7 3 20.8 78 | zw | 4 20 aay! | И EA 19.6 78 40 0 =: 2 15.5 4 19.2 77 doc REN 28 дэ 14.5 | 5 20.8 85 20 | 6 ыз E 15.2 | 6 19.8 89 7 8 Sch На 12.0 | 7 20.2 81 ZW 10 — — 15.2 Е 8 18.8 92 7 10 28 ма 16.2 9 19.4 | 88 70 8 — ee 15.2 10 19.5 95 7, 10 1 cut 15.6 11 19.2 88 7 8 ыг 4 14.2 12 19.6 91 7, 4 22% 1: 15.6 15 20.0 85 70 4 ы = 15.0 14 19.5 91 7 7 SC — 14.5 15 19.6 92 20 10 d ын 15.2 16 19.8 85 ZW 2 1.4 ы 15.6 17 19.5 81 N % 10 5 poe 16.2 18 19.5 86 zo 10 SC SEH 14.6 19 19.4 | 79 Zw 2 24 15.2 2 20.8 85 20 8 Li 14.5 21 20.4 89 7 8 4 SS, 14.5 22 19.6 | 92 N 10 16 За 15.1 25 17.8 90 Z0 4 "in 15.0 24 19.5 98 Z0 10 4 iia 14.6 25 18.8 | 90 7 10 18 —. 15.2 26 18.8 5 | ви 10 56 d 14.5 27 19.6 92 NW 7 ЯН а 15.8 28 19.5 | 95 7 7 Um — 15.1 29 18.8 92 7 10 ~ A 15.6 50 18.4 | 92 | zw 10 57 жата oW бемш».| 19.46 | 87.4 1354 187 — (1854 uq ey S зас K 159° DECEMBER 1888. WINDRICHTING. 2- 5 | 4 Poeloe Bras. Oleh-leh. Poeloe Bodjo. | Padang. Ч | Үш. nim. | пут. | v/m. | nfm. | тп. | v/m. | шш. | n/m. | vm, | пра. | n/m. r p о ве. | T | ZO о 0 | NNW NW 0 7 о 0 0 N | N w 0 WZW 7 0 то | ZZW |: ZW | У 0 7 о 0 0 N N NO 0 ZW 7, охо | хо 70 70 w о |wzw, 0 NO NO NW NW NW 0 NW 0 ZO 70 NNW | WNW NW 0 WZW 0 Z ZW NNW N NW 0 WNW о ZW ZW N NNO NW 0 NW 7. W W N NNO NNO о WZW о ZZW ZW NO NNO N 0 WNW | WNW ZW ZW” N 0 ZW о Z 0 0 0 NNO NW м 0 2: e NNO NNO NNW NW | NNW 0 WNW о 0 0 NW NW NW о 7 о 720 20 N NNO NNO 0 WNW 0 5 70 70 70 ZZW о 7 7 70 7 ZZW ONO 9 0 WZW о ZZW ZW 0 ONO | WZW 0 z 0 ZW ZW 20 070 20 о 7 о ZW У NNO NNO NW 0 Z 7 ZW ZW N N NNW 0 7 0 70 70 NW | NNW | NNW 0 WNW 0 ZO ZO NO NNW | NNW о WNW о ZO 70 NW N NNO 0 7 0 7 ZO NNO NO N 0 WNW 0 2 7 NNO | WNW У 0 7 7 70 7 NO NO N 0 Z о 7, 7 NW | NW 0 z 9 0 0 NNW | NW | NNW 0 7 о о то NO ZO Z 0 Z о 160° DECEMBER 1888. WINDRICHTING. $5 tJ 6 Benkoelen. Bengkalis. i | Poeloe Pandang. el -1 Ka = v/m. | nfm. | nym. | v/m. | n/m. | n/m. | vim. | n/m. | пм. | v/m. » a Sig | > 6 | 9 2 | 6 | 9 e 9% @ "РЕН lj NNW | WNW w o |zzw | zo N 0 2 zw | NO 21 № W WNW о Nw [ N 7 w L NO Z > NO 51 020 | wzw | wzw| No zw | Nw 7 ху N 041% Ai о W- N h ß х 0 W | Nw рим 2 N 2 | zw Bi WNW| ow |wzw| No | zzw ozo | № 0 N ] zzw | NW бу w м w NO NW 720 N w 7 тло | NNO | 7| № У w 0 | WNW | ZZW N 7 NO | WZW} ХУ? 8| N w уу о WNW NO N zw | о zw | No NW Iwzwi N 7, 0 NW | NW | NNW NO N N NW I WIW NW | ZIW 070 ZO 2 NO | WZW| NW | 70 N w 0 W NNW WZW |] NW | N 7 0 ZW NNW A WZW N ZW м м z | ММ NW ZW w w ZW NW ¿FE W NW i NW | WZW N 2 LEW N NW ifs NNW | ту w w N zW p ЖШ ZZW | 020 Т Z NO NO ЫН i У 070 NO w N NO [22W а ZZW | 010 | N 7 N o | rm WNW NO N m N NW NW NW NO уу 0 N 7 NW Ж WNW | N wd uw | Ook WNW | N уу 0 N zw SWI NW | NNO 7 aw | o ДИИ N NO N N 2 NW | së Ta WZW| NW | N w N cp aW P PE NNW | NNO | N N о [ww w | ЊЕ NW |- N a | W . ok К КЕЕ муу | K b w q О p L w | 020 0 7. N Hr RE SR PT 161° DECEMBER 1888. WINDRICHTING. 9 10 11 | 12 _ Tandjong Pandan. Java’s 1° Punt. Vlakke hoek. Eil, Noordwachter. v/m. n/m. v/m. | 12: 6: vim. | с. | 125| # 162° DECEMBER 1888. W TING 13 14 15 15a Edam Batavia. Tjilatjap. Noesa К = В! vim. | пм. | пм. | v/m n/m. | n/m. | v/m. | п. | nfm. | v/m. | nim. Sie | 14 | 9 2, 6. 9, 2. Gre) 912 1 É N NW | ZZW N zo 0 70 70 9| zw | NW | NW | 070 NO — NO 70 м Э| zw | nw | NW | — NNO w 20 о 20 4| zw NW NW | WZW| NO NO 7 20 0 5| zw | NW | NW о NNO ZW 20 70 70 Ө zw | NW | NW | 070 | Мо | — zw | 70 7 ЛІ zwi NW | NW | ZW | NW | ZZW 7 20 20 81 zw w NW 7 хо N w 7 70 91 zw NW | NNW | ZZW N ZW У 7 70 101 7 W >| NNW | 070 NO 70 NO о 20 11 n.w. | n.w. | n. Ww. 770 N ZW 7 70 7 19] плу. | n. W. n.w.| 220 — 770 N 70 NW 15 n. w. nw. | nw 7 NNO — 7 70 70 14 | n. w. плу. | пл). | ZZW N — ын 7. 70 15 | n.tv. | плу. | n.w.| ZW | NNW | ONO 7 w 2 161 плу | n.w.| zw | zw | zw | wNW| — 7 ZW 17 zw | NW | NNW] NW win = 7. ZW 7 18 || 7 NW | NW ZW | NNO * ZW 19 || zw | Nw N | WZW | ono NO NW z 2 90! 7 ZW N Z NNO | — NO 0 NO 23 7 NW | NNW N NNO N 70 N NW 99 || ZZW | zw | NNW W N N N 7 NW 95| zw | мм | 220 | WNW| N — zw | 70 70 24 zw | zw | zw w Nw | WZW| w 7 zw CB] ZWE W T NW'| zw | МУ] wir 29) 2 ZW 26 zw | zw | zw | w N 2451 ZW 7 zw 27 zw w w w NW | NNW | м 7 ZW 98! zw уу ZW | NW N — zw 7 ZW 39| zzw | zw | NW | WNW] N ZW w Z0 ZW 90] w w w w NO w ZW 7 NW 51| zw w ZW | wzw| NW w w 7. ZW 165° DECEMBER 1888. WINDRICHTING. 16 17 18 | 19 Semarang. Poeloe Mandelieke. Soerabaia. | Sembilangan. .| n[m | піш. | v/m. | n/m. | n/m. | vim. | nim. | п/ш. vim. | пт. | n/m. Ergo 8 12 | 4 ^s 6: + 6° 10 | 220 | 720 | № 0 70 w 0 0 2 N NO 10 N NW | ZW 7, WZW W 0 0 2 N NO 10 W | WNW} 70 770 0 У 0 0:1 ZW N NNO Кі N w NO NO N w его тар охо 101 o NW N уху | NW | У 0 о 2 N NO 0 |NNW | ZO 10 ZW w w 0. 0 ZW | NNW | ZZW 0 NW w 277 | ZW W 20 NO NO Ё N N 0 | Nw | Nw | ки .|.NNW| w ZO NO NO | ZZW | NO 2 0 | ono w zo Z zw | 20 NO | NO 7, NO 1 юу O NO N NW | NNW | ZO хо хо 7 NNO 7 % w w ZW w w 70 NO | NO Zw N NO мыр Nw | улуу | W | NW | NNW] zo | No | No |. 22у | NO | Zw 101 Nw | w W уху | w-L.zo | no | no | zw| N NW d w уу ZW ZZW | W ZO NO 0 D N N 0 iwwi w W |wNW| w 70 хо ф ми. N w ој х NW 70 N му | zo | № 0 zw | Nw | No б | ww | му | NW. NNW | w | ZO | NO o | zw |. No | NO ah о NW | № | ono | N z0 | № о | ono | N 0 ® | wo | Nw | ху | NO | NNO | Zo | NO o | zzw| ww | мо EX по | W. NW. N | zwi 20 | NO 0 2 | NNw] № 0 | nw | уулуу. | уму | nw | w | zo | NO о zw | ххо | NW NW w NW NO w ZO хо 0 ZZW N 770 NW | NW | NNO N NW 70 NO о N NW ZW N м w NW w 20 No о zw | NW | NNW P NW w N NW w 20 NO 0 D N ZW Мі Nw | wiwi ми | му | w | zo | NO 0 ZW ZW | 0 91 wo | му | хем. zw | w | zo | No о zo | Nw | zw * Ub NO w NW. | NW WNW 70 NO 0 70 N ZAW E W 70 NW N N 70 NO о No NW N a ZW | ZW | ZZW.|. NW w 70 NO о 7 N NNO m NW | NW | NW w w 70 NO 0 ZW N | NNW Kal Ka Bima. WINDRICHTING. 164° eee ee G = ЭЭ 2 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 ONO NO N N N NO N N N - NNW a 21 Boeleleng. N N N N N N N NNO N N N N N N N N N N NNO NNW DECEMBER 1888. Soemenep. N N N N N N N N N ZW NO ° © Е ыз S ЗЕ eg ° - Ga ro ow оо t0 p- OM > = 29 165° WINDRICHTING. DECEMBER 1888. 24 ЙЫ Sai нь роке | си | °° exe xo ° =o = o ° = т т к E F т т F. = Amm које || | кр у у сет | г |упгуржекжвуров“ 7 eee въ кко | ккое | | | | || = | = | вик | | ккюкке > es Е "нобирајно uohunuaummm Uday Е ; ; Е ЕЕЕЕЕЕЕЕЕ r НЕНЕНЕКЕЕЕНЕ 5 ЕБЕ = 2 Ë 222 Е > = |е | 888:53:52Ё8882:8111у15::1 888888888“ = | Е ооЁоооооЁ dal 32832828828238853882 88 5 8 858 888888 i ° 28 2 Se E Ë ° F SPS < = d H 6 WORTEN — танана РА = = є © > = Ф 2 : Ф © Е | За ан РЕвнчки ВЕЕЕЕЕНЯ | eens ВЕВЕВЯЗ Pla.| ргрргра»а Ев Еней нЕ нв ВЕ ` 166° DECEMBER 1888. REGENWAARNEMINGEN. eo = A = = Р "Cu z — = = 7 = lo ЁГ = 5 5 | & | 1 $| 1| id, t4 925 - Мн 2 6| 24 11 20 в. ър мм 3 9| 60| 4 30: 204 в в ИШЕ 4 SE (5 3 3% 4, 97:1 жар № AM 5 „11 84 2% S$ GE 6 516 14 39x -er El RE 7 gi iti |. $4 18| ЗЕ MN 8 6 2 37 | 19]. 84 9. 88 Ф ИШ 9 LU 8| 8| — 2 139. в = 10 —| 16 35 25 14 55 5 @ на 11 8| 59 — 22 27 5 50% би 008 12 13 8 в 59 40 5 — 36) 9 13 ще же 14 3 34 14 9| 81-1561 5 | 80: а 15 2| 45 95! 28; — 38 |92) Өй № 16 80| -2| 8 | 184 ы -ы| эв Ж И 17 7 11 Geli meal ы s 8 20 Se 28 mead => 4:| | а. 21 32 2 25 = 49. 1 di E 99 24 41 32 37 100 12 24 2 5 у 23 & 8 к a M 9 4% 11 R 24 45 1 10 40: 20 в в Ф| @ | 25 8i — | „„ № «| 884 | И 26 F m | 9 = || 4 4 21 20 | 44 = 7 „„ mpi 28 ю 19| — | | d. 3% в | б | жа а 29 79 — 8| 24 5 5 “ы > 30 3 19 41:38: 8 А 31 3311 10|. 0-1 id % Toraar 447 | 373 | 232 | 605 | 405 | 370 | 440 481 ын - 167 DECEMBER 1888. REGENWAARNEMINGEN. = 4 a RT 5 бач е 17:21:45: Fae | = Я | | E d 15 91 | 45-| 14 60) 11 2 88 2 5 20 28 74 60 87 d po is Al Ж| 5| 95: MI. 3 ОНЫ / «10! 8 5 — ы 11 — | —] 10 1 48 | eid Бэ khe] MB EM = 91 а - R] а ER ы 8 zont del ШАЛ 81 21:30 a o e| p Alc MI E Sven Ei W вю па. 1 8| 28) U шү, 11 плу. | 1 = 1! HB Ad ш] we 12 n. W. 17 33 17 үс 2 9 | 13 umi „ (M план | , № В We 12110) 15 пи № Ф| —| 2 25 11 _ 16 ям) 281 ару Ot) 3 2 2 ци „% eI ede Illi? 1 _ 18 n.w. р De E 219 im i JV ZO 12244 | =| — | -— «m. 1 | i 21 Gr] . „% y 1 VE да % 7% „%% é 9| del 17: 30 a B зи еки H 156) М 36 м „% а 191 3081 19 13 вы 1 2 == 71 2 B 27 1% ыы 7 а“ el 1961 21935 5 — | 5 % олу 4i 1% 30 ше : 4| + 31 184 Ud | 121 6 ee оӊ | | | Му 16 фе 6 24 ЖИ eeh ol &| 5 же = | ај | кар . || w.o. | 250 | 406 | 496. 406 | 539 | 395. A 253 340 168° DECEMBER 1888. REGENWAARNEMINGEN. Š ізі В Pi Ж NET = = Z ма D.. = — 5 5 Е 8:1 3513544: і5:3133 13 і | z x E о 1“ 5 = = ја | 2161 1 28] 11410) el тв OF) % 12 4 2 uu он 8) 1 4| 62| 54 8| Bi ae 3 — — — 4| 211 в % —| TE 4 23 a 3 56 21 20| В В 5 12 | № % ВЕРЕ MN 6 — —= дд 4 2 988; 10) КЊ ЊЕ 7 Е = 5 9| 4b. ОГ 8 эм. 9 1091 = n 46| 5t| 10 ни 10 ael 1) 91 15 28 56 50| 17 8 11 mi 2121 08 56| —| — 20 2127 12 88| 44 45 3 66| 24 тр - P | 13 21| в9| 57 7 18 54 47 —| Ë "1 14 — 34 11 35 59. 18| 40 10] 9) 4! 15 вв $ | 577 М | ни 16 al owl i 4! Ф| 42 20] 9913 17 „„ßũ or ¿eh c 18 сз a =] =| | n S DE 19 — x 1 4 = =) А ЕТНО 20 ae | шэн т ш в 12 за; 21 me] Ms Sl as 7! 22) 10) = 22 21 ма мо e Р 23 mu Sr ш 5 6| 106 | 31 | 10 ili 24 2: 3 1 T| 19 52| 28 5 811 25 ІСІ. 0 39 2 15 W 9 9 26 — 8| —| в 721] фу | 9 ul 21 JVC 28 89| 20 28274 190 29 21 во в вж 415101 30 10} 4| 50 9 10 88| 32) 40) |0 31 $| зо ва В) 30] 21 2. Toraar 325 | 190] 429 | 265 | 584 | 955 11143. 408 ин e 169° DECEMBER 1888. REGENWAARNEMINGEN. a As ERT |ЖЖ И | =-| 7 1 16 : 4 10 12 40 16! 20 35 7 2 — 2227 8 у 6| #1 58 9 8 3 — pue 3 d si iA * | 40 . * 4 : — 6 La ex 5 84 34| + 8 5 ын ишк dis 41:111-8 ва > 6 == » ут A бан 90 5 9| а 9 7 5| — I —| 16] —| = Si tap 3x] — 8 451 981 90! 6 ta ji — 8| 20 9. 4 „„ ===> бо 12 € 10 332 48 12 94 | == 8 7 1| 59 11 ац t| 30 13. 87| — 30 36 — 12 — Tl 46 2 11 ( & ¶- 51 21:11 13 2 ФГ 126526 1% 351 30 13 11:37 14 9:1 9%! 17 6029 2 1 15 4» El $pP -1 3 4 © 10| №! 94 16 E 40 aL 33 3 b| 14 25 2 | 48 117 „ ů F мо Se E 15 — i Bei ЖЕ (1081) ы EIS 44 4 ар 3 | 26 3 20 „%% 21 38 + ded 48 17129 10 7 2 22 d 16 5 ai | 60 | 35 23 ie! Sni — | SI f га AL: ke &l ы si R 9 25 37 $1. 18 [^ 31 25 41 DI 12 _ 26 A s 1! 36 CCC Д 10-1:414 le 4 16 75 4 6 28 5| 221 5 281 Ев 9» 29 11 %%% 30 | 4% 650 55 1l 18 17 — E 21121 ы l m но | — 2) № — Tora. || 113 | 251 | 345 | 393 | 261 | 412 | 118 | 871 | 349 | 420 170° . DECEMBER 1888. REGENWAARNEMINGEN. = = 3 Y š + | „ "scr š 8 3 EK 83 2 d "- = 8 3 8 = 1287 15:52:32: ` 1M á 2 2 = ae a" 25 = 2 1 8 6 E p [octo M 2 32 2 4 4 [| d 3 ке 21 e в 8 4 35 шэн € —— — 9-4 5 ме 6 i p 452: — 2e ОО M ME 6 5 10 25 — oed M 7 За 91 E SC 60 жа 98 1. —3 8 мас 84 5 4-4 26 11981 B : 9 „„ м Te 10 1 |. 428 01 He прибра а ара er | xe due MEME 11 es 6 18. 5: 36:56 ча 1:56 11153 12 14: | ee 6 4 is bo ЛЕ ON 13 19 lket 3 12 Lage 5 45-4 14 NR (е EE Vac | e TH 15 40 26 мн 6 25 4 | — - 16 B» |144 dg = 4:| „ 38 (02 17 75 1 35 26 + 2 15 1 18 = Ó dad al clon be: ШШ 19 7 4 эв d 3 3 J. 4 20 в 5 * 09528 21 9 17 i 93 014 | 29 W 4 1 eq. 23 31 2 [p88 [191 a 15 24 L/ ru |a м 25 ЖИ. 1243 лел 30:81:79 d ; 26 sel iaa 13 „ 4 97 ца Яв? RB 4 заа + 23% 10 ; 28 1 1 153 PD AUG di 8 21 29 = liad Ia ht: 43 ИН ИШЕ 30 Š 2 51 20 1 a a 81 Эр 14 за ee -- VV Тотал, 455 | 305 291 304 172 3911 4801 22 | 171° DECEMBER 1888. REGENWAARNEMINGEN. ЗІ | & 35 Ea) b |БЕ| 2 ВЕ, | 3 ІЗ ges 1-2 55 яғ ss land в 15413 | 5 ee | =| = |а=|5=| 2 за 212134 5 2 а [919 Бе 3 || P wp cg ic x — мшш шар BES E 1 d meg аі S eu — лев за CPE weg айр. I 0 141-481 ашпа ират ас а ра | ер света 6. — еи е ee ee Е з ^1] T 12 9 47 |а аре рр Хр ООО еи 1119991795 er 5 qe] роса 5193 91574: а Б ез quo ай ш Ша зов 5 арка Wed И аре ii ео | 6 F 17 22 8 22 5 10 2037 | 109 за аа т | ба | "Фу | жа ет 7 1 2 30 - 2 66 32 95 — 17 47| 25| — | вв 1:15.18 . ар агт шагов ега” et = | у ери PR bg) | eT | - 18]. — 1-45 1515 20 9 18 — 5| 8481-41-19 | 27 3 -4| 16 % gfe шу WAE A 1555 65 | 20 6158| =| 8 mg 9 | ад 14] ?^8| № м 16 [1 42 43 8| 26 16| 6| —] 1| — 13 53 29 22 ml јр Ре = Nk, 51 4 12! 2 52 1 а sue peel WI ee "1 I ер мо м а 467 | 564 | 282 | 275 | 282 | 456 | 256 | 181 | 595 ne DECEMBER 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN TE TJIBOD 6" v/m 12° s'middags. = g РЗ aal E bagl ss] 5 | = SLEE Si £ Е 1295 El R | | ë га = f š 228% |358 | Е | s. => | = = = s= > Е в; 1 16.4 95 w 7 21.6 841 or 1053 2 || 1641 96 4| 19 22.2 84|- 1 8| — 3 15.7 92 70 4 22.8 76 20 6р e 4 гта 196 | ча 3 в | 23.3 ШЕР 5 = 5 16.6 94 | zw 5 22.4 86 Je NO йе 6 || 156] 911 7 ET Ak 7 18.2 92| 2 41... 12311 87 |: 20 6} MI 8 14.64 94| xw 4} — 198.8 "512 1 57 9 16.0 92 же 31 1983 141: N dui 10 16.0 91| e 4| — 122.0 84 |. то рр 11 16.74 95 2 6 21.8 824 2 Bu? 12 16.8 | 96 ху 4 3 | 20.9 89| * иг 13 11601 1981 в 41 198 1.91] y 81:11 14 15.9| 95| м 38 -11913 82 |. zo 8%:- 15 | 11.94. 96| 7 5 21490 88% > 018 16 17.2) 86! + 10 4 | 21.3 81 zw шт 17 14.2 89 zw d Пръв 141^ x 8 pi 18 113.94. 98 m ЛМЕГ iio 500) 13108 19 13.6 91! z 3) . Џокв ју 15420 RE? 20 14.5] 94 2 4 20.8 89 20 ° нб 21 1621 | zw | 10811090193 22 |1551. 95 Sd o 1908 пе 821. * da: 23 1621 95 7 5 — || 24.2 90 7 10 | 24 16.8 96| zw 5 |208 |: 86 | zo ШШШ 25 17.0 95 2 6 1202 89 Fe s q 0194 26 41178: 94 a 6 20.2 92 zw 4 3012 AT 193) іш! ая а | s. 1191 |- 81 hawi МШШ 28 1.1721 1% y 6 | 19.8 | 91 [= о К 29 .| 1763 96 zo 6| 19.8 91 1 | 30 1164| 94 м 4 | 20.2 91 0 б 31 ol 16.2) 961 x 5 | — 1407 886 20 - Gum; | 16.00 |. 93.7 | 46 | 36 | 21,30 83.6 175“ IMBER 1888. METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN TE TJIBODAS. 6" nim. 6" vim. | 5 = FI ‚ tb — = Thermometer, | OPMERKINGEN. = d 2.5 5 2 Мах. Min. 4 | Ei 19.0 92 w | 10 10 219 | 16.6 2 19.2 90 zo | 8 9 | 219 | 16.5 ШЕ | 200; 96 | z | 10 | — | 228 158 | 4 200] а xw | 2 240 | 15.7 Kë 20.8 91 £o 10 1 24.2 162 3 6 20.6 100 та | AU — 23.0 | 15.2 7 18.4 | 90 w 6 19 | 9461 17.6 | 8 20.8 91 70 4 — 220 | 14.4 9 19.3 90 w 8 8 943 | 16.0 BO -| 190| 98 | ao id 1i DOMI] 15,8 11 19.0 93 NW 9 30 928 | 1611 Ша | 188 92 N 8 4 | 22.8 | 16.8 | 13 19.0 | 95 N 10 721.8 16. | 14 19.2 | 96 7 10 згр 210 | 74 | 15 18.8 | 98 2 10 19 245 | 17.4 | 16 18.2 | 81 | zw 5 — 1 946 | 118 12 18 0 88 2 5 det 95.1 | 17.1 . 18 19.3 | 89 7 6 95.8 | 16.6 > 19.6 90 20 6 — 25.8 | 16.9 EN | 103| 94 | zw | 10 1 | 946] 145 КИ | 188] 95 | zo 9 | 24 | moj 178 22 188 96 zw 10 13 23.0 155 23 18.8 | 94 | zw 10 33 22.5 | 16.2 19.0 96 2 10 | 18 24.0 170 10.7 84 | wo 10 | 14 | 220| 112] 16.4 91 | «x 9 | 15 | 21.81 1801 21 | 900] 89 x 8 | — | 215 | 120 | (28 | 188| 98 | ж 9 5 | 222 17.3 29 | 192 | 96 N 10 11 | 9201 174 me) 1811 92 | no 10 6 | 210 | 164 EL | 190| 90| x 10 4 | 219 | 162 Non. 19.19 | 92.5 87 | 949 |9310 | 16.37 . 4 / = d +. ULTKOMSTEN DER METEOROLOGISCHE WAARNEMINGEN. 176° WINDRICHTING. Noord — Zuid Component. 5 | = | | = | | i 81x19 1986. ECH ER ECH |5=|5|= | „| | ФЕ ег ЕЕ 233 ЕЕ т des morgens. ae | | | зе 3212 а 281 2 | ти © — S = | «abs m D = dí > = i 21512 | = | = Ёс 2 = | = 8 |> š 1—10 Januari. VVV PRI pr 28! — 1 ae 7 шур —| Ше 255200. E ce лаға usb ox E 2 46] —| 31 Jan—9 Febr. | 20! 9| —| —| — | 26) 62 50 11 42) | i 20) 2 — 19 18 13 100| 90 — | 45) 26| | 20 Febr.—1 Maart 17 7 — 23 6 т 100 11 29 28 —| | zii : 25 14 12 2 31 48 100| 54| 89| 23 12-21 : 44 + М 1] 17 49 100 30 64 6 — 2:31 : 27 12 9 13 3 э1100| 3) 56 —i3 1—10 April. 35 0 ФР 4 100| 42| 25| 21| 64| ! 11-99 . 25 24 — 6! — | 28 30| 46 1 20 83 I3 . 52| 13| — 6 —| 47 20 28 2 - 1-10 Mei. 32| 14 30 40 30 за 60| 87 10] 12] ( 11-20. 72} 39| 13| 15 27 1а| 100 79| М 4 — › 80) 6 30| 35 10 24| 100 — 4 31 Mei—9 Juni. o Miet 3! 8 | 73 44 -р 4 10—19 ; 20) 33 14 26| el 9| 10] 63 1 хэ. 20--29 қ 93 24 20 20 22 14 244 73) — Lo 30 Juni—9 Juli. 75| 59 24 —| 28| 31 63) 7 S e 10—19 , 47| 53 3 26 24 0 63| 70 4p p 20—29 , 23] 19 81 44 41 © 55| 70 54 M a 30 Juli—8 Aug. 1.9 35 4 10 63 76 488 —| 8 9-18 ; 18} 14 22] 42 4 | 56 75 32 — 2 19—28 , 3 1110) м и 7 631 ш 4 = 29 Me? Sept. | 49 56] 29 28] 47 28 63 72] 63) 74 — 8-1 , 44| 58| 13 28| | 10 701 631 56| 56 = 18-97 š 35| 35| 33| 42 20| 22 62| 741 48 70 m 28 Sg 7 Oct. 144 56| 55 21 7| 22 72| 62 44] 64 24 8—1 , 24| 25 3% 26 7 761 86] 43} 58 rf 18--27 , 31| 25 9 21) 3] 28 51| 40] 54 38 367 28 Oct—6 Nov. | 56| 45| 50| aa 32| | 59] 56] 38] б 7 4-16 . 41| 53| 17 14 e| 4 3| өя 17-26 -> 39| 30| 42 42| 42| 12 | 19| 70 8 2) 27 Nov.—6 Dec. 9 44 62| 25| 35| 35| 40| 41| 25 DI 5 7—16 > 21| 33| 51| 28| 22] 10| 24 56) 23| 19| 6% 17—26 , 35 25 14 11| 19 60 21 53 > 24 Dec.—5 Jan. 12 21| 34 14 10] 30 — | 94! 24| * 477 WINDRICHTING. Oost — West Component. | EN E? : | = ве т ЕЕ. 3 ЕЕ | | Pe | БРЕ | За 2834 E^ les E 21321д8 = | = ei c ж Lë 3 |= |S WS" ek || ав zal Је 1% 0| —| 50 «| + Wiel 4 В vA RS co s4 58 62 76) 82 -1 29 18 75 3 —[| 30 № 04 — а H 97 4) ә 0 --1 17 4 32 Е вв а 341. ЭЛ. 34.9 sr 531 1 12 9, 35 26 —| 35 6 27 13 24 Bi 23 M| 4 № — № --| 93 66 17 3 #2 9 Бе > $ 10 al —| 341 MD >d ЖА =) er 4 а? 71 —1. 6 10 53 76 9 6: s; 50 80 4 65 1: 94 35 84 70 57 19 100 44 82 14| —| 56 54 40 35 —| 30 26 49 73 16 —| 84 25 64 33 586 зә в1 72 —| #7 9 63 41 94 35 - 69 -| 65 14 —| 28 47 9 -198 1 № 14 64 1 56) :8 60 — За 36 SL 51 100 20) 49 21 — 5 13 20 9 > 83 —| 38; 4 1: 52 70 26 —| 35 32 30 24 23 97 55| 58 48 8 24 69 si — | 53 32 55 97 90 61 76 66 35 72 76 эз 70 91 24 Si 2 23 14 — 35 7 . 21 60 10 -- 10| 22) 22 54 21 44 ^r 2 2 26 28 7 3 24 57 5 29) 7 72 5 82 в 7 10] 43 72 au 82 26 11 68) 64 68 35 30 5 62| 84 75 88| 33 56 М 68) 35 65 6 94 20 2? š 89| 51 78 118 WINDRICHTING. Noord — Zuid Component 4 === „, г З tb : °p с. : 2 : des morgens. š |= 8 = Ра Lg = ° | = S B = те ES == ње Ба ee em 1--10 Januari. 22| —| — 5 63 6 - - e 4 8:--29- à E LI 0. 32 55| =| 4 жа 21—30 > бај ж Е 48 0 —| 58) Az 31 Jan.—9 Febr. 21 0 — 1 35 10 | —| 49 2 . 227 16) —| a 7| вв —| —| 50 18 20 Fehr.—1 Maart. | 42| 9 — о0о 201 = =) 9 » 2—11 > 21 sab += ue ма #2 Өт Чи 12—21 > 42 =| =) un) 9$ 4 ==) $29 3 22-31. 4 —| — 7 47 46 “=| _| 38) 2 1—10 April. zel 4 —| 55 0 3 - в а 5 11—20 > M| 22 © моб eu —| м 44 № "nx * 3 4| —| 8 67 33 e ~ = 40 — ei nj --| 48 61 59 : 11—20 > за 2р ӨБ d 41 00 2 Зи 2 21-30 >- Bm о ZP 708 тм El 28 31 Mei—9 Juni. өс әң -Е др — ы мы 3 XM - 10—19 ў sk = йг: ap uw а NM s 20-29 . 3 40 — 0 4| 74 18] 58:20 30 Juni—9 Juli. Л ао Рве 43 49 44 - | 4 22 54 - 10—19 > a 21. -17170) ei 6) 9) 4 3 9 29 15 — — 64| 55 80 40 22 — 30 Juli—8 Aug 45 же! zt: 105 73| 48] 80 2: 3| 0 18 ei 27 | se| 720] ei 73.9 2 28 13] —| 45 8 54 100 10 36 та 29 er Ni Sept 32| % 70 76 36 10 46 14 8—1 55 16| 8 —| 70 23 100 20 2 28 18-27: ©: 77 9) 6 73] 3) 00 24 3| Za 28 Sept.—7 Oct. 5 0| 83 28 73 79 - en H 8—1 2 29 60 en 56 м —| 56 1 ali 18—27 3 ЗН o —| в 4) —| #0 #3 2 28 Oct—6 Nov &| 23 9 35 33 50 - 50 29 2 a |. Ht 4 г v Le 5 | w ; оны бәл 897 oo “=| в 36 27 Nov.—6 Dec 2 5 11 з 2 -| - 61 49 46 -. 23 se бр 2 fre m 17—26 > 29 23. 14 42 18 — $1 38 27 Dec.—5 Januari. | 25 26 170 | 70 — -| 95 | 179° Ес. WINDRICHTING. Oost — West Component. | = | Е 1886. Е E: = 5 = | : З = : ERR 108 E! ER ЕГЕТ д Ети ра | а ка Ея D Januari. 71 - — 2 00:63 - — 8| 60 — 20. Bi: | еф 38-33 -| 38 — | : рер суру 9 83 35 за 0 TL E Febr. 8 90 -—| 94 851 49 | зэ | sf — . 52 «94 --| 91 97 66 | 25 @ — n —1 Maart. 58| -98| —— SRL 50 -| тај 21 > a > 3 | 288 S iS: и 714 28 0 ; . DOL l. ал. 595512 7%. 1 за. 4-- E. 19] =| | 92 20 '36|. — ‚| 9| 1-2 April. за 97 -| 65 31 91| —| SS 5) 44 E: 4 97 2125 „ Bh 42| 3 ы 71 091-8 28 50 so 2 10 ei 26 16 | 73 69 16 82 24 91 , 40 62 18 11 921 18| 92 22 2 ы p 47 5 WW 20 23 -| 94| 44 22 — 9 Juni. 26 32 _| 54! -| 54 20 89 66 60 ` Sul Bel 40 { 901 20 55 69 60 ~ 21 909 100 66 34 эз 22 18 — Juli. 10 — 3 5| 10 69 —| 99 63 983 35 , 22 285 32 26) 18 97 #6 22 49 : 62 р ды 3 80 20 20 28 91 Aug 2 21 —| 23 6) s3 20 61 52 53 16 > 1| 88 — 70 25 3 96 90 66| — : 9 84 — 35 29 0 ss 51 232 — Sept. 19 26 40 10 56 56) 0 au 22 29 | . 13 45 35 70) за: 0 54 62 16 — E 4 27| 40 26) 63 8 0] 59 14 82 - i Oct. 12 90 38 38 20 —| 41 26 — > n| 87 45) 7 36 P: 14) 3⁄4 бы” 11| 7 20) =) 63 42 — 65 38 - —6 Nov. 46 93 40 35 32) 30 24 42 58 — коо 72 40 в 4; A 5 та Es 4| 95 32 — | ла à Dec. 55| 94 20 27 28 n 26 63 13 — Eo «a 7| 28 =| 75 зг | 3 ES pd т м Жо 03 -Pegi ы NW. O— Januari. | 43 76 56|] 97 ” ЕГЧ ТЭЭГ RECH 180° WINDRICHTING. ma Noord — Zuid Component. — — ——— ; 2 ©, | g 214 e "m | = : | 1886. „ . ++ 5 ЕС? & 2 sl З| зе 2 за 81 Š 2133 2 des avonds. x = 3 3 328 + T = ÉS| а 4! S| S| S| ZES a] ПЕГЕН 1—10 Januari | 2 — vm anuari. — ed 1087 Leg 23 H за 253 42 е» ЖЕ . Іі; ҰЙ mes] 3-1 31 Jan.—9 Febr. 10 за. -| 20 — HW -1 10—19 , 9 56 49| 60 53| — 20 Febr.—1 Maart. | ЗӨ 49 —| 47 47 21 — 9--11 : 14 27 34| 51 6 26 -| 12—21 ` 49 49 п 37 17 ща 22-31 : 38 41 20 40 44 H 7 1—10 April. X Melle = ` EN lien | ли ine 7 81 > w Me | 2471 ee = 1—10 Mei. 34 77 17 а?) 48 E = - · 18) 57% 3 10) 50 ES - 62| 39 47 51 40 т 31 Mei—9 Juni. 14 44 20| 14 88 * ОС » AU 67| 9| 14 30 nb ; 43 79) әз 17] 7 Ва. 30 Juni—9 Juli. 53! 60] 56 1| 7 ae 10—19 ; 10) 81| 22 35| 42 ei | 20—29 ; 2 56| 21| 54 2.2 30 Juli— 8 Aug. % 51.3 0 28 Шарх, 9 16 . 60] 45 0 10| 48 | 19—28 à 71. 50.-3|-9| 21 zl 29 x. Ad Sept. % 73| 41 27 ЗӨ 30 — 2-1 ь 28 78 24 21 3! = қ 21 56 53 3 16 32 m5 28 Sept. 7 Oct 30 72 34 4 24 78 % 8-1 ` 28| 65 ЭЭ 30 4 18—27 85| 45 22 38| 10 í 28 Oct-—6 Nov 63 71 57 14 21 ( 7 > 31 10, 10 41 | 70 — . 45| 23 19 21| 28 o 27 Nov.—6 Dec. 1 17 26 30 31 | 35 16 > 16 21 47 14 20 95 7—26 > 56| 42 4 0 51 16 27 Dec.—5 Januari. | 23! 59 44 0 A2 181 WINDRICHTING. Ë i L Noord Pandan. Poeloe Bras. | Poeloe Bodjo Padang. Benkoelen Bengkalis. Muntok Tandjong | Eil. wachter. Oleh-leh. а | Set кч вы ва = S = | “ Ф т ow — - = „ER тт СЕЕГЛНЛЛЧЧ таш ш@ кыши ш wey | STIRNER | 182° TING Noord — Zuid Component. | | = | | = 1896. „| 5 ее las Ра | в И за || oe ee Е des avonds. за ав 5) = R d Fra Bie al 2218 | š |= а јаја | 1--10 Januari. 53 183 13 | -1 58 PM = . 91 = 0 on ~ 4 A — 2-30-: 73 — ж. 72 | 1 4 — 31 Јап—9 Febr. | 69 49 31 6 | 21 11 P 0— ` 92 48| — 0 22 зэ | 22| ай — 20 Febr.—1 Maart. | 85| 29 —| 40 21 ен 50) —| — 3-41 ки 9$ |: | сву]. 44 "32 ei 13| —| — 190—9) Eu. ва 22 48 4 29-48 29 » Үр —p' | «и 148415 3 | 4) “ 1% 1—10 April. 61 51 _ | 28) 39 21 18 24 — в. 11 49 — | —| 50 25 3 62 2 | = 1-439. 35| 40 | [34 зо. 10| 33, m —| — 1—10 Mei. З4| 32 | 0 52 46 50 42 12 28 19 11-20 . 30 51 — 0 31 18 134 40 в 20 = 45-30 -. 82 55 25 21 39 19 2 31 Mei- 9 Jun. | 35 4 0 —| 19 ol 5 5 21 100-949 è 401: 55 | Sep) о: | 757 60 55 26 )—29 2 2818 52 | Хеј š 1 71) 69 0149 30 Juni—9 Jul. || 486): —} 90 з2 28 61 45) 56 10-19 1 Ut PE. 0 20 41 5! 59 62 29 60 | —| 0 85 18 42 83 16 ? 30 Juli—8 Aug 64 3| —| 0 56 66 36) 51 4% 9--18 Sei 49 ` 0 53 51 1001 53 63 Ж 19--28 . 69| 46] — 0 31 100 331 67 29 Aug. 7 Sept 25 70 94 0 70 26 100 ве) 6 8-1 » 21| 84 24 0 20 49 100 69 58 18—27 23 61| 94 0 29 39 100 97 57 28 Sept.—7 Oct 20! 60 65 0 7 72) f 51 — 2 o a 50| 11 0 вез ᷣ 24 8 27 » 20 49 ҮЭ - 39 ж. Sé 0 98 0с1.--6 Nov 99| 45 22 0 39| 414 —| 13 16 20| 25 19 2 Ti 67 55 S 05 991 14 ve Si 66 10 — 28 27 Моу-6 Dec. | 19| 20 52 049 -| —| 38 SL Em, : 8 23 40 33 7| - + 20 j 17—26 » 39| $ ae яз 20 — = расу ) 27 Dec —5 Januari. | 53 50 20 35 28 heid 3 185° WINDRICHTING. Oost — West Component. Е ТФІШЕТІСГЕРГ: ee 81113131:::1111111114 = Е аа {114 = я |2 22 242 з 3 | i | Ч әй жыт үй m ne T | аф sol 6 e 67) —| — ој. 4 CA #8 | 2| 6 —| — ы. | 13) 28 | 10 0 —| — ei — 64] 72 62 БЕКЕТ 83 94 80 87 - og ei --1-2 90 - | ЭЙ п | 5 -= к. 2 29 87 | 35 8 — — 4 34 | 2| 24 10 — CT ав 33 Gi 26 | | SS 9 19| 1 509 —| —| — . 83 11| 27 52| — - 90 — 23| 24 20) 6 2 - | 10 — 92 - | 100 4: 26 9 89 48 78| — 21 — | 100 55 63 66 51 53 14 — 25| -| 33 55 91 та 21 55 —| — 79| —| 100 - | Фа зи VO 33 ба 53 — то) —| 100 - | өз? 75| з 81 3 — e| | ез =| se; а 60 з1 15 5 = —| __| 100 83 88 51 80 56 56 5 — —| —| 100] 46 91 44 13 26) 6: 21| — = ERT р 3 a 0 43 28 74] — 22 | 100 76| 81 14 12 5 39 22 — sa| - 100 272] 91 053 в 64 10 — 81) —| 100 63 24 0 16 53 64 — | — 50 4 100 10 91 045 36 55 16 — 29 26 rej ве) 0 39 55 18 2) — ат 0 sa 9 35979 — P 6325 2001 49| 81 —| 48-12 |-1- 63| 25 59 e| S| 99 98 — > 77 453 —| 63 16 Ss Ba Ze 80. 543100 35| Eu —| 29 3: 28 — — 92 75 ва 12 47389 Әг $i::g enm 9 — з#-| г % ei 90 45 = —| 8% —| —| — 80 39. 94 —| «3 4:8 8 E 90 gi n | =) S 9 № —| — 64 VVV 184° WINDRICHTING. Noord — Zuid Component. š | = Ae 3 3 1887. a ша! 21138 Sb | | ааа | 214% 2 | > 2 23 8! 8 SIZES |.35 ud des morgens. 515151 5 234 9 5 S 2 | 5 aF E ЖЕЛЕККЕ | —10 Januari. 12 10 12] 21 325 — 28 20 12 0 28 11:38. 18 1 28 135 83 61 #5 84 34 46 ЯГ ; 14 1 41 28 58 11100 25 57 З 27| 35 — 31 Jan.—9 Febr. | 10 43 2 28 #7 —| 94 22 44 30 10— › 45| 21 32 32 7 31 as 50 3 43 | 20 Febr,—1 Maart 41| 51 80 28 69 2 40 52 — 10 28| — 1 3 3 23 54 28 63 21 —| 10 26 31 48 170 12--91 ' 21| 58 14 4 27 12] — | 28 22 20 за @ 29—31 0 48 за 0 за в - 5? 14 21 2 —10 April 8 62 28| 20 56) 2 | —| 37 18| 1 DS 6 30 9 55 | — | —| 20 52| 10| 4 2] 47 70 25 2 55 10 720 51 —10 Mei 621-69 21 8 24 117 — 47 62 0| = 26| 76 29 10 ae 1 - | 55 2930! — —30 > 24 75 40 ӨГ а shu — Бој ~ за — 31 Mei—9 Juni. | 64 78 xa! 2 18 270 38| 32 12] 70 Ко: 12161342 4 2 3 72 20 89 84 20—29 : 31 35|69| 2 58 o — 70 20| 42 22) 64 30 Juni—9 Juli. 65 42 30 20 34 42 79 29| 59 80 77 10—19 > 10 58 8| 38 18b: — | 73 28 -49 21008 20-29. 24| 14 19 069 3 — 6 45 63 4 3 30 Juli—8 Aug. | 43 17 55 36 1 8 438 — A 33 — 18 45 4622 7 a 31 — в 16 И 19— 42 паз яа 17 21 —| 72 9 3 eter ed Sept. | 67 16) 22 0 24 7 62 31 56 14 > М 6590 10 28 3| 31 68 43 40 24 5 18- '. |156] 2826 052 0 51 78 38 в 2 967 Oct. | 66] 4 35 0 16 —| 86, 36) 93| 70 5 = ч 34 за 7 7 14 38 74 46 80 48 Ч 18—2 „ | 12049 030 2) 53 65 33 73 &/| 3 4 28 0ct.—6 Nov. | 18| 17 40 10 31 15 22 % 55 77 20 5 —1 55 35 26 10 41 22 42 m 5 17—26 , 1 33 20 19 12 714 57 за 0 sl 27 Noy.—6 Dec. | 32 42 0 10 414 27 41 72 30 35 12 E —16 ; 7 24 33 0 23 10 19 ІІ 74 68| 14 2 E 17—26 , 35 72 69 0 31 2550 31 53 21 al — 27 Dec.—5 Jan. 31| 76| 39 0 56 6 23 32 24 39 1 | | 185° WINDRICHTING. = ; Oost — West Component. — са S | S | * E | аве: |l. |Z s% ау leer |. | = 22 2 ЕЕЕ ЫЕ ЧЕ des morgens. Е Е 3 | 5 SE Е Е Е SS = Ps 313 — — — | -- — = | | ^ | ni 4 | 2172 24 i br * 97 84 30 91 в: 88 +| 38 79 27 20| 70 : -10 00 28 1 88 21 55 7 40 124 6 52 26 и 4 62 22) 88 38 55 0 38 57 47 д 79| —| 39 И jn 3 Febr.) 90 68 25 88 54 40 14 70 79) 97 90 95 10—19 69 91 22 85 50 Ф| —| 55, 68, 65) 96) 88 В Fehr — Naar 51 4: 35 SS 7 —| 9 1|-1 84 80 ч 2—11 25 53 29 88 43 21 3 13| 68 5 11 38 2-21 A3 60| 25 84 45 62 —| 72 19) % „ 282 2—81 ‚| 80| 416 60 56] 23] —, 41) 41 88) 71) 5 5 1—10 April. 14 14 за 10 28 92) —| — 51 61 78 5 62) 92 120 , 43 33 12 34 51 63 —| —| 9 72 64 т 1—30 . 34 42 22 au 31 39 — —| 3 4 = 1-10 Mei. 34 44 35 31 7Ө 16 —| — 43 28 A = lie ae 1-20 , 42 61 эт 90, 22 89 — — 2289 10, — | — з 781: 60 12 46| 61| 95 — 11| 38| 33 w мери | Mei_9 Juni. | 44 44 14 49 56| 97, — 251 2 аз! 4-19 > 52 24 37 63| 2: 96 45 2 "etus ante 2 : 81| 85| 45 27 52 100% — 20 63 m beers я ЩО juni 9 пи. 55 82 зө 80 24 92 49 г: HEA ЭЕ) 223 > 83 өз 88 23 38 75 21 14 ЭЕ , 84 82| 3 | | . И Juli8 aug.“ 68| 69 21 54 63 98 — 45 za zu H 2 4 ES > | 75529 2: 39 2 зеле — 73| 64| — | 13 . 82| 75| 30 — | 2 в 8e Sept| 37 7 5 183 4s z 2 — 53 зе 23 СИ ! 94 17 : 2 a 76 24| 17 100 5% 50 21 12 53 psi ә > | IG 7 Oct. 24 78 3100) 21 95 — 2 89 16 23 дө то 41 * 54 47 эт 9 85 94 24 13 se, vo 65| за 8-4 31 84 20 100 50 э: 55 15 60 34 OF) 1 10 3 Њу Now. 24! 87 11 90 53| 39 69 33 12 19| 64 ат 65 85 56 90 21 90) 82 45) 5 + 75) 49 S E 62 24 5 80| зе 4| 8 42) 35) 0 35 77 31 Ke Dec. 59 62 33 90 18 94| 21 59 42 30 42 47 6 16 29 44 19 100 16 90 5 4 115% 51 65 3 i 29 38 2100 17| 47 A 4 53| 4 36) 88 5 4 Nes Jan 75 14 43 100 33 20 186° WINDRICHTING, Noord — Zuid Component. : 5 4! 11m = | 1887. ))); | Ele 50 = | S S 515 5 = 5 = = 3 de morgens. | = | 3. & в 5 4 5 Е | Е = 3 | e rna ЗЕТА 2 |.) 2.18 = |% | 1—10 Januari. oo. 70. — 7 70 - 53 Al 21 28 108005 : 25 70 1 ЖЕЛЕ ТЕТІ e - 21-30 - > 43| 70 4l AE ас! ча 5 42 CB 31 Jan.—9 Febr. пе -4 га L2] cx] ШҰ 55 22 10—19 1 лог 3 — 0 40 12 —| 58 10 44 20 Febr.— 1 Maart 11 70 — 0 59 2 61 ЗЭ 21 100 16 “ъп > Sic 3M С 0 64 28 32 — 0 19—21 4 18 56 —| — 70 49 67 ав 27 100 62 24 56 - | —| 39 28 55 22 49 10 1 1—10 April . 7| и 2 20 31 152305. . —n 348 36: - 0| ав ш БЭ 3 19 4 21-30). > . 2 17 25 14 70| 63 1-10 Mei 218591 9 —] 31] Жет 0 а? 1 е щ 20 3H 70 — 42 21 46) 54 6 56 46 30 » ESTE AK 56 46 [он 24) юж 0 0 31 Mei—9 Juni. | — 0- 7183 2 y —| яв 20 -р 3 19 — > 29:7 ШЕ — S| гі pakir — L8 29 —1.4435 08- 49 38:38 | 26 дө — | = 30 Juni—9 Juli = 72 70 31 63 42 56 — 10 Ө — 19 нота 483 — 14 60 35 21 20 — 29 70 2 8 за: zij 21 1922 30 Juli—8 Aug. 81 31 41 79 42) — 95| 49 -| + 18 —| 82 28] 52| 88 1 — 46 42) — | = 28 ei А О а — 19! 2 Zin 29 ара Sept.. 8 28 49 42 66 14 — 12 2 10 — 1 a МЕСІЛ DRS 2! 76 Ш == 4! 15 i = 18—27 1 44 35| 40 70 78 0 2) 39 42 — 28 е7 Oct| 11 24 50 70 87 0 30 10 ге — 8—17 ‚ | 24 45 70 70 73 0 28 25 15 па 18—27 5 1 85 70 70 87 0 т 46 0 46 — 28 Oct.—6 Nov. || 22) 79 73 85 0 29 23) 10 —| ~ 7—16 > 19 63| 70 8 21 8 25 27 —| | 17—26 » 29 63 40 70 69 38 16 32 18 —| — 27 Nov.—6 Dec. 27; 21 67| 70 56 в ос > 2 —| — 7—16 > 9 11 47 70 70 3% —| 69 3) —| | 172296 5 16| 30 35 70 20 24 - вө —| — 27 Dec.— 5 Jan. | а) 4 Of 35 18 26) — 9 4 187 W TING Oost — West Component. | Ж 2 MM. | = tb = 3 Е : des morgens. | = | 5 = | Е = 5 PIT Я | 2:18 | z е | | а а а |3127 я | | 10 Januari. el % 100 70 2 41% 7| 88 51 E . 23| 20 — [60 25) 14 76, а 21 , 40 20 — 12542) 26 —| 21 47 Jan. 9 Febr] 8 20) — 2698 27 41| М 63 19 . 69| 2344). — 100 857: 39 — 16 50] 64 48 20 Ређе —1 Maart | 58 20 70 58 яз аз із 3 0 2? 2-11 н 68| 7 605: 74 23| 31| a2; —| 0 26 35 12-21 29 20 — 42 79) 48 41 0 22 31 31 2 36 2 49 88 65 9 3 0 а 20 1—10 April — ЗӨ 1 70 63 44 12 32 20 41 2 — 14 57 85 29 722 за 20 61 „ 4250-5210 аврг69 sl 4 гө 23) j| 22|-54|. — т 23 36 28 —| 16 10 20 - 10 70 6 91 86 54 10 76 17 — 2-30 . 8 10 20 291 79 — 31 (0 40 5 3l Mei--9 Juni. 56 13 12 21 8 36 9 60) —| 33 19 . — 0| -39| ©: — |25 0j: Së 25 100 за | 68| 39 35 46 46| — | 59 79200 | 57 Juni-9 i| - ө: 28) 21 31 2 28 — за 13 | 74 | деј 44 — 3 32|. 15 45 85 70 37 | 28 35 20 35 32 в? 56 55 70 | 60 Ші-8 Aug.“ 1: 55 66 71: 4 66) 8| —| — | #0 18 · | _| 28. 49 % 5 66 51 s2 — 60 · 28 — 1162; 79 0| 36 13 28 зе - - ве i ep. 84| 56 99 22 21 666 — 28) S5 20) — | ве L | аз 49 69, 49 21 100% — 69 85) 79 - | 20 19—27 45 3: 20 20 19 100 14 99 7 | $9 . I. 7 Oct| 65 56 16 20 10 100 59 64 60 70 - 30 Fa 3 49 70 20 35 100 8 69 95 7 20 че зә 3 20 20) 2| 100| 22 62200 28 — | 27 Oct—6 Хо) (( 7, 2 42 21 100 59 61 30 —| 9 | 69 2 25 20 46 53 э8 48 18 — 10 26 63 20 64 64 96 22 ss 24:20 Nov.—6 ес) 90 59 ЗЕ 26 36 24 — | 25 45) — 10 > 39 96 2 42 70 2 " 16 — 10 . 10 51 56, У һе. 5 Jän || 56 66 за ab 93 70 16 79) —| —| m 188° TING Noord — Zuid Component. dei We гете т ТИТИ | = = < kc = 1 ee. |Е „ Bl |] D £ | wë 2 - | х | 2 5 (228 à g des avonds. = | = | = 8 |< A š | E E E 2 ~ |. 218 |S) ЕЕ раа ë |= Е | SIB || 1—10 Januari. 12 20 6 0 s 19 SS 96 46 13 1 оу . 0| 42 32 1| 2 9| 20 84 зз 63 ВИ 15-30 . 14 19 2 14 за 24 29 94 43 20| 16 31 Jan.-9 Febr|| 4 6 22 45 44 16 — 94 36 32 10—1 : l aa 3 us| 12 63| — 74 33, 32 9|! 20Febr.—1Maarti| 26 14 36 10] 22 2 -—|o$3| 84 —| Ж 25-11 ; 44 за 7 3| 17 8 | 81 3: 49 12-21 , 30 20 3 1 6 45 - 62 40, 34 5 29—31 , sie 7 33-23 as 3 — 94 20 24 36: 1—10 April. 14 26 0 9 13 14 — — 38 7:88 11-20: . 32 52 23 9 24 15 - - 32 289 a 21 42 62 9“: 22] 355 ͤ——— 46 21 1-10 Mei 3457324: 48 306, -2+- 8 4 1120 30 74 8) 1 21 13|7—|0—| 6) 1 21--30::. 23 70 аш 2 21 15 —| 91 5. 31 Mei—9 Juni. 0 58 30 0 32 23 -| A8 2 10—19 Р 360155429]. Söt- 15: ва. 13ͤ — 1 61 71 1 L: 13 0 — | #9390 "32 30 Juni—9 Juli. 51|. 53 13 20 Зи res. 63 31 6 10-19 + 61| 28- 54 3 60 25 56] 30 20: : 15 1 30 28 10 43 5 ae 28: 18. 1702 Я стае. 27 И 9 18 я ТАША. 14515| 4% 17] а: | 2724! 46 — | 19 28 , 14 34 20| з 2 39| — 10| 24 SE 29 Aug. 7 Sept.“ 44 29 38 50 2| 24 вв 13 35 95 4 8—17 : 25 58 84 43 25 73 а 56 60 18--27 > 9| М 12] 30 42 24 б 23| 354 9 | 28 Sépt.—7 Oct. 7| 12 Ab RAO: 10105 36] — 38: 49 ; 7 42 33 3| 80 29 311 вв 32 : 18--27 , 0 39 22 60 28 45 51 63 12 2 28 Oct.—6 Nov. 21 34 48 3 289 24 64 29 57 9) „% 9--16 ; 51 4 20 50 48 21 62 31 61 79 1! 17--26 А 13 51 41 23 64 66 84 ss 56 24 | 27 Nov.—6 Dec 48 36 1 20 5 25 61 94 65 40 7-16 з 4 227 30 24 8 ње 21 32 58 17—-26 А 45 68 44 30 0 зв в 20 35 43 27 Dec.—5 Jan. 14) = 36 40 11 47 88 29 аз 23 189° WINDRICHTING. Oost — West Component. 3 Р Ге | Е | | ШЕ 1887. 5 "ETE "м б О Ж wal š Bl Sg % |-= Ре Bel gee Een des avonds, 3 = | š | = i5 32 Ф | Е FEHR | = 18 = е Белі ата а = | > а" | | | | else жш ЭЭ T 130 ; 160 32 5 55 56 15 7 14 66 ga с са um š сє оша ЕЕ К-И o at Š ; 10 7) 7 42 ва —| 0 2 7 в 27 38 35 14 69 1—10 April. в 3 & 9 дн E д Е 1 2 | С м 5 м 4% Siet: he 74 63 60 3 =] — |} — 64 ai m 52 „ Xx . 8! 70 9 27 60 45 — 16 E: ER "Ld Ж Жш «dise per 21 | 61 79: 59| 17 53] в —} 46 га Juni- 9 Juli 61 73 17 48 Ч — 23 + — 38 22 64 | $70 40 —| 46 55 —8 Au 55 46 38 30 13 70 22 52 9 63 25 ae el 28 в: 49 % o & ва 74 ав - | 69 во ы aes 9 “сайн 8 53 29. 13 50 3 15 52 25 57 58 24) 30 50 аз 62 а 3 | ve 91| — | ter 3 Zi Bol 42 | ss ва 4s 60 . з 42 20 as 42 s Bu Ehe e 04 ; Vi ee 1 5| 33 4 24 28 4 Nov.—6 Вес 56 65, вө 24 22 31 0 е E 7 78 51 ЗӨ 27 8s п 21 à 41 29 64 20 76 Їес-5 Ја 40 9 60 36 24| 28 el 190° WINDRICHTING. Noord — Zuid Component. 2 | : ER | | ча 1887 „„ BEL d] E des avonds 5 5|5 ВСЕ Е 3/41 э | = 1—10 Januari. — 48 65 20 — | ©з 56 4 | 21 Tob -> 28 3356 —| 65 99 38 3 wmn ; 22 49 a2) [ вв — es 31 Jan.--9 Febr. — 31 41 56 —! 6% 39 — — 2 1 ^ 55 30 39 - | 26 43 8» — 20 Febr. I Maart | — 34 70 20 | 94 63 14 11 2.1 ) 62 46 42 20 _ | 20! 59 10 53! 36 12—91 ss 3 36.42 —| — 6?) 58 5614 992. 31 : ЕЗ! 15 31| >! 5 cl 36! 75 st í 1—10 April 23 23 1728 £0| < 42) 31 -| 21 11-20. 221 21 3 39 0 432 —! 21 21-30 22 ва | 94 3 0 62 21 — 12 1—10 Mei GC 0 so 42 60 3 74 51 11-20 21-28 se 36 - 32 14 78} — в. > 91| 0] 29, за 34 941 — 2 Me 9 Juni. о: |: 26] — 6 092) L1 аш! : д 34 10-19 j 32 28 —|-42| 10 22, в — 12 20—29 60 33 1| 53 14 21 5 30 Juni 9 Juli. | 32 42 өз 42 —| 24 021 М 28 19 9? 643 45 95 =| 42 0 37 59 20-29 ; | те 34| — 3 85 + зе 0! 93 30° Juli-8 aug... 52 1 31 'ој 52 3 —| 28 9--9 : b 3424 — | #58 59) ed 82 0 66 19-298 s — |ефа! — 10 56 26) vm 14: 20 29 Aug.—7 Sept. 22 51) 30 0] 43 0—1 47 8--17 » [2-1 аљ 01 14 56 те 96-10 27 = 8061 67 38 Фо 0 82 0|--| 51 28 s Oct. | --| 62 22 66 24 0 ?9| 0 29| 95 8—1 24 38 1: 8 49 056 0 27| 7 18—27 91 9 1658 0 0 25 14! 2) 67 28 Oct. 6 Nov. 32| 23 35 въ 95 — 0 27 64 33 1—16 4% | 52 59 63 0| 92 55 2| 42 17—96 155 6 52 вв 7 0 40 2 38 27 Nov.—6 Dec.. 1,281 557| мо 00} эш 02-Р 16 7—16 é —| 14 23 #6 55 0 39 38: ⁴f— 17956 : = 1 36 82 21 0 вв 77 — | 10 Dec. 5 Jan 26 11 ” 2 a2) 92 28 — | 36 | | | 191° W TING Oost — West Component. | 1513 ЕН À S 83 5 | GT I :1з|5/3(33 3 |8 21814) des avonds. 8 = S 2/55] š | 3 5 = = | А БЕЗ ЕЕ |2 215218 | | 1-10 Januari. | — 22 30 70 me 35! 70 72 1—20 >- — | 2 2 70 а 4 11 — 22 36 56 7 14 53 — ва 70 — 38] 84 2 — 58 59 63 56 83 23 c | 32 | (и 3218701: — | 73 54 17| 26 26 70, —| 0 er 53 қ 181 1216 106i: 3701|: —| € 18 : 5| 581 Capila oca e 86 | 67| 70) — 56 40 — 45 24 | 51 66| — 38 71 90 78 m 37 18 --| 14 72 60 29 i | -1:5 1-1 Ө ns 29 cp ба Fee duse peu 43 8 ре 62 ба 9 КЕ goe 17:08 10-21 M іш 27 | 11 —| 48) 5 27 — 56| — 31 24 — 24 — 33 17 39 20 62 z 2| 39 69 36 — 26 22| — | & 11 —| 26) 35 28 32 58) в. | —| 34 32 47 во 72 had | — 32 10 55 100 42 = ТУТ — 22 sel За 55 100 35 =) 29 Aug.—7 5ер,| — | 22 32 2 1 : —| (3-17 | - 41 66 за 20/100 zo = ЕР 18-41 ‚| — 16 62 18 59100 42 =| É — 6 69 52 78 100 59 41 9 33 0 29 100 4% 2 _ s» | 21 19 46 8 45 100 51 Nov gl, ahs ae IJE 33 А 34 47 27 59 2 7 > > 39 29 54 56 100 53 |: 77 423006 13 70 15 75 Ы!) 51 100 49 67 i 42 7149 70 — | 69 92 76) 97 12 86 192° WINDRICHTING. - № Noord — Zuid Component. _ _ 4 | | wi | ЕГІ | ` г © | : т | = у 1555. да S Sels ша ЕЕ — P е 124 | ар я (28 - 3155 = 5 Е И les morgens. | = | 2 | S S | 2 | 2 SP Е 1152-2277 | š Š SES 156 (Se | => о, = = ° ~ | = | = ее А | | | 1 “1—10 Januari. | 18 45 24 0 25 0 23 80 62 s3 66 28 36 Gem 75 18) 7 11 0 11 12 96 28 31 42 - 31 21—30 `. 28 52| 22 7 25 0 6159 23 38| 31 44 3 31 Jan—9 Febr] 6 21 18 0 10 14 41 24 76 43 20 70/181 A 21-31 ы 0. 16. 7048 55 за 28 36 UM 20 Febr.—1 Маа | 35 21 16 10 #7 4 29 5 25 17 Ш 2—11 ‚| 35 0 7:0 z| зі 648 29 2065 17 33 TET 10 20 11 7 4 24 21 4: 1014 44! 2-31 М| 0 3 3| 12 25 64 13 за уз 41 199 1-10 April. 142 8 10 34 * 78 52 а? 42 51 Kë —20 59 14 24 6 14 2 40 8| 53 12 17) 119 21 — 30 8 18.3 з 41 28 30 52 5 31 ав 298 1-10 Ма.. | 52 31 20 3 5 7 24 75, 2 7 6) 99 41:90 | | 26 042 23 э? 23 64 13 34| 38 46 933 21-40 > | | 6140|» 7| за 2 63 70 32 6 52 31 90 Juni. | 7 62 39 z| 222 70, 16 4 4 23) 8 10-19 | 44 430 10 25 4 8770. 6 3 az) ag 29 4j 30 19 32 65 ae % 70 24 32| 2 403 30 Juni—9 ші. 88| 41 27| 7 4715 9 70 23 76, — | 14] OF 10—19 79. 72 а? 10| GO a 58 73 21 63| — 121) 29 | 53|.22 20 „ 75 70| 57| 94 — 58 30 Juli— 9 Aug. 49 28-38 17 54 1 90 70 20 84| 2 cl 73 56 10 20 6 79, 76 15 63, 16] 1 mi 19-2 | 4115 35 230 21 15 50 72 34| 95) 23 a 29 Aug.—7 Sept] 27 33 3% 49 2: 76, 16 дена PT 55 19 43 27 44 ва 52 78] 53 кома 1 24 18 14 37 21 82 44 75, 14 Hi 28 Sept. 7 04) 59] 2-60) 10 25 8 27) 80 37 61) 70) 269 69} 21 19; 3 54 68 8 73, 49 96 18—27 15 8.0 53 4 63 69 35 5963 9, 28 Oct.—6 Nov. 0 35 14 41 6 65 50 42 6. — 78 75 31 20 81 19 38 63 27 90) 39 5! BR os 35 50 7 23 1 61| 51 7 13) 3 27 Nov.—6 Dec. | 45 21 34 30 21 13 73 24 1542 117 1-1 > 57 9 0| 29| 6 56 12 19 8 39 32|- 17—26 12 62 26 0 26 32 12 18 24 28 39 27 Dec.— 5 Jan. 54 60 ка 0 42 59 30 au 14| 32| 72 5 —— за а : E: Juni. | 40 34 44 195 WINDRICHTING. SEE @ost — West Component. | © | ЕС” | ep | EFL S TE p | 8 Есе Lad ЭЭ БӘТ к "we. ізі 131 ile 950211 Е 02 132 Л 48 Е Б ЕБЕ ЗЕ нр | 3 7 ҰЛ 3189 А | Веј беј m eld а же“! 5516. а а | | | | | | | | | | ве | | | | | Ama | өз аг 40100 7 20 3 50 72| 28| 38 82 70 71 -0 , 82 97| 1100 12 8712 53 67 72) — | 69 э. 55 22 38 921 45 100 3 68 63 48 81 78 74) 68 hn-9Febr| 83 21 5100 24 11 59 61 10 60 65 75 37 в. | 65 61 610049 97 47 5 зла 78 50 36) 32 ман) 65| 85 15 90 2: 99 20 0 19 5» з 84| 43! 61 121 | 6: 94 19100 si 81 22 51 4 20 10 36 26 22 Ва . | 52| 80 35 9751 94 4 3 2 30 за 328 0 | 7 | 55 26 1 8723 9 20 26 13 13| 31| 40 49) 8 KH April. 23| 26 36 90 30 9:2 22 16 23 68 z 5: 66 ще: 49 88 17 за 82 48 13 54 55 30 16 25 .3 78| 30 9231 64 53 16 13/49 41 66 10 Mei. 30 61 19 88 1 72 24 40 23 35 53 30 29 D 0 88| за 67 35 В 30 59 9/33 25 16 27 21/56 60 6: 51 54 16 4% 53 44 so -29 > | Е Juli.) 14 57| 13 97 34 9 > Sch > 2 9 Mig Ang | 67 82 2 аз 0 86 10 70 18 : 2 61 EJ | 28 441.0 ва 13 91 54 25 E Oct. 9| sı 11 20 31 98 57 8 ss 93 91 zz s9 % 73 „| эл 5 50 59 82 | | Энэ : 2 96 56 21 94 61 44 A Sen, 83| 78 88 4 5 83 2156 +4 LEE: ' ` 63 57 bx. š 6 1 15 Lag Nov. ай 23 35 ве 1 92 U 59 — 55 34 > „ E ^| 28 3 92 28 sı 36 35 Nb be, 28 91| 6 100 21 59| 18 25 29 3 = 13 40 22 8 0 92 10 65 W ч 133 36 €9| 3 18| 12 r^ 3 EN nl Ч зе! se zeelt 60 43| ы 20] © 66 | = TT ~ 7 маа, S mm т ee Ө ===> == Ө — RR ME а 194° WINDRICHTING. Noord — Zuil Component. : пика 27 E ШЕВ 1555. те ера нес 22 „ š | 49 des morgens. = =ë 8 = | ІЗ 5 Ж Е | = 2 е| 22 17 | 2 # а ех аа | | | ( | | | | 1—10 Januari. | — 2128 % 000 07 0 16 11 Ha > 32 21 7.0 16:42 20 0 28 21 23 21-30 > — 63 36 7 0 52 14 20 -0 34 4 31 Jan.—9 Fehr) — — 7 14 0 30 26 73 0 14 64 14 10— > |} —| 242 21 64 7 56 048 37 14. 20 Febr.—1 Maart = — ef 14 63 «671 7 2 0 30 32 7: ANS] . 3 52 7 56 44 53 ᷣ 3 0 06898 0 12--21 . $ 22 7 23 — 52 0 0 7 36 62 21 522-81 : 12 62 0 58 — 70-14 0 2149 0 = April. 46 023 31 3| 28 21 о 03038 35 11— . 38 69 17 72 — 5 21 0 03528 21 21-40 -. 50 35 з 64 49 40 21) 0 0 06435 1—10 Mei. 1,60) -3 70.70 32 4 0 0 21 66 14 1—20 -> 2 61 61 45 70 15 + 0 0 1436 20 21—30 . 4$ зэ 67 0.70.6042, % 0 :03420 31 Mei—9 Juni. 17 31 69 43 70 7 0:0 0 9 10-19 : 9-2 70 14 —| 96|. 7| 0 0 0 1890 20—29 , 3 41| 69 81 — 56 0 - 0 01820 30 Juni—9.Jui. | 27 1 50 39) —| 83] 56) — 10 1 1423 —19 > 17, 42 42 59 —| 90 56 -+| 50 14 54,20 20—29 , @ 54 37 44 — | 9 14 —| 10 28 5063 30 Juli—8 Aug. 13 3 38 88, — 81|.35| —| 0 2 7170 BRB z. T - 2) 36! 66|.—| 76 28! — 0 25 2956 19-28 um aal 2| | 87) 56 10 25 210 H: 29 Aug.—7 Sept.“ 3 21 39 43 14 6) 3 44 018 2567 414 » 4 4 12 80 49 6 28 85 0 38 50 63 — 18-21 -. 9 0 0 76 7 87 30 100 032 4756 77 28 бері.-7 Oct| 21 64 67 57) 70 45 384 ӨӨ 0 7 21 27) 47 ы 211 369 70 82 28 өв 20 3 32497) 18-2 ‚| -20 4 и 7670 61 38 96 30) 0 2,567) 28 Oct—6 Nov. | 31 30 12 1 70 81 72 100 20) 4 14 5% sx, ! 0 39 ө 11) 14 77 141100 80 >: 49 447 CR 27.13 9 27 0 69 35 0 14 26 21 27 Nov.—6 Dee. 20 47 42 14 0 87 | --16 , 23 86 11 20 70 88 26 . | за 0» M| 68 70 52 27 Dec.—5 Jan в 8 635 63 | | | | ] 195° WINDRICHTING. Ed Oost — West Component. Ч zi 1 > ї | = j | | Е П | $38 ЕЕ ⁵ 51 = |. 3121231321 Е NE morgens. | s 72 š | 5 Е Е 5 5254 иг CD 5 5 A EIS. E а | 5 x. иа 54 e ` = | 3 4 5 we c | | ый ( " 96 20 0 № (1—10 Januari.| — 77 92 94 100) 100 100, 70 7 9 22 97) 100) % 90) 70200 32 31 62 4) 0 ii 20 97) 100] 82 88| 701100 55 49 и 0 h 9410) 90 вю 1,10) % 0 ЕР · |—|.—| 32 49] 69 м 22 40 35 272 Ce Ретін —| —| 14 70 53 72 77| 83 100 75 14) 57 90 44 40 2-1 »-1-85 6 85 14 40 38 22 пее as? Ss] e 20 10 4 621 » 93| 15 59 21 — | 16 | 22 € 29, 4 is (0 30 3 | 9 12| 56 42 —| 70) Ө 10 зр тв 148) 00) 38 a лаў 1: 39 100 100 55 31 z3 3 90 27| 29 49 32 — | | 8-4 | 23-00 . 48 10 e 38 49 55 65 100 100 100 54 18 -2- 78 AR м. | 32 за 61 20 20 47 65 100 100 63 ІЗ 20 10 so $20 > 25) за вэ 35 70 10 79 100 100 94 : |.99 ООЖРЧ 5 | 23 88 10/100) ied 11 7090 30 "M Mei—9 Juni. 21 15 54 62 72665 101 189) 1: 20 80 50 BEES 7 St 557051 —|41 - 100100 81 28088 70 Ён 21.4 91 69 24) —| se os — 100160 28 өвөө! 60 lut Jun. 85| 88 гө 49 — 6 18 94| 78 70 90! 40 2, ог геле) —| 12:6) - 50 38 22 22 2% Еш. 21 19 52 52 — ва 188 вэ 27| 70 se хөө 001-8 ие | 52 вв 28| 35| 29 23) — 166 ss 52 7060 20 { Ч |^ | 94 97 24 66 — 9 82 — 0 35 56 70 59 40 —28 86 97 23 32 10 48 28 34 70 —| 30 ер 9| 91| 2 23 24 40 79 se De ve 20 99 3 55 19 44 82 21 1 58! 31 26 20 22 100 20 61 83 15 28 weed sr zal sel - | sü го) 58 17| 77 20| 52 26 0100 32 22 29 ^| ве 0 86| 27 69 20 11 58 $| Cen 201 50 99 26 56 703978 3 0.02.20 91 ва 10 65 гө 3239 0.56 244 | 20 92} #0 24 22 66 1424 зөө 10 46 го 12 89 8031101 289 4180 164120 —| 20 13 44 өз 4210 2 31 4100 13:10 —| 20 4 72 82 43 20| 27 e 0100 26 p n 34 72 SE 50 21 1 — 70 78, 40 73) 15 15, 28 0100 50 | bi 22 196° WINDRICHTING. 4 22222 Noord — Zuid Component. = 271 © - жжҰ 7 са = 18 аа ара 1555. Big AB “АРА ISS E и gis |е у 236 Е 1 ЭК | des middags. = = | 328 4 Pl = | 55ге | а | ge c = о es e ES S 2 | 2 — e | | m = © e А ex = = в || IP | | * 21-10 Januari. A e 6 о 7 19 6: ӨЗ 66 47 16 16 53 1 hx. 19 28 18 27 5 03679 23 439 5| — 35 0; 8 52 9 0 27 18 39 85 21 58 17 67 42% 31 Jan—9 Febr.) 1 4 8 30 14 4 66 73 69 56 80 71 6 Š: 1 » | 44 62 5 10 67 30 24 84 58 49 57 74 65 9 20 Febr.—1 Маз | 21 2 5 30 44 3730 82 8 17 38 424 2-1] : | 26) 2 15 30 1 6 63 96 19 10 2 43 É 21 17 38 34 17 57 40 30 23 А? 10 28 34 4 17 а 50 9 34442 © Z ? 1-10 April 29 41 39 37 23 21 17 7 Dan: > 27| 28 21 34 28 17 2 45 2 21—30 51] 21 39 54 45 7 за 59 1—10 Mei 20 53 H 10 410 5 E ~20 18) 0 өм 47 33 9| 54 БХ Zw. 40) 33 37 3 11 4 54 70 31 24 31 Mei—9 Juni] 43. 38 48 11 16 56 45 70 8| € 10—19 ; 1| 35 45 20| 10, 42 34 63 з 3 20—29 · || 25 30 18 40) 41 41 53 (2-7 30 Juni—9 Jul. 61) 55 3 47 16 13 46 70 59) = 10-19 + || 6) 67 28 20 21 19| 70 76| — 20—29 > 321 47 3 „ 15) 35) 37 70 84) — 30 Juli--8 Aug 42 25 43 24 51! 66 70 (53 9—28 » | 53| 42 77| 72 46 49 70 50| 2 19—28 ‚ | 23 аз 44 53 10, 35 53 72 80| € EM — Sept.] М) 37 22 23 а 3| 20 73 : 8-1 s | 25 20 ЗӨ 24 и 28 66 70 : 18—27 ‚| 47] 13 % 23 в 4 17 75 ( 28 Sept —7 бо!) 6) 18 4) 70 58| 36 75 [ —1 , 28 56 44 80 57| 40 78 58 ( : 18 15 69 55 76 46 61 Oet.— 6 Nov.] 12 72 32 67 44 67 44 41 28 {- 13] 67: 161 23 0 47 20 13 52 ‚т 11 18) 3] 68 64 46 40 37 78 28 27 Nov—6 Мс) 18 18 48 59 12 26) 30 44 74 0 49 40 #8 15 11| II 47 23 78 44 17—96 . 75 49 52 23 22 24 42 56 31 27 Dec.—5 Jan! 5 48 18 97 5 20 2 49 14 197” WIN MATING Oost — West Component. FTC E „ š Flat Ва 8 325-1355 |5 “ay E el = | ё = о ” ~ | = — | š StELE ра [5175 [Р sia 4 E | | | | | Ee 12: N 1-10 Januari. 77 4 за в 71) 52| 76, 85) 22 23 вех. 9 59} 49 58 35 88 — 42 5 [EX то 5 78| 35| 35 66 46 61 72 38 9 | Jan рег 90 62 18) 63 68 18 0 20 Es 627 37 64 39 39 53 1 12 64 55 4 Febr—1 Мааг 65 в 41 19 42) вю 28 76 30 ne раз 37. 62 48 20 29 50 32 31 4 пие: БЕРЕ a ЭЙ 8001 21 1 55 AL З 44 а 55 88 18) X 2| 60 62 0) 2% 4835 66 14 62 30 20 23 5 72 58 46 68 46) 34 52 52 20 2 ЗГ 8 26 2 18 29 1064 = % id 5 28 20 sei хен 61 52 s3 [119—9 Juni. | 66 51 12 20 26 30 16 66 56 4 3 7 93 66 34 53 94 7% 96 82 ЭЗ 79 d 34 0 68 17/63 91 63 97 :6 59 5 = uni— 1 Ee 5 21170 63 — B ^ 52 36 52 31170) 82 56 — 85 9г 30 E . 75 44 31 13120) 84 3 (28) 12 45 Juli—8 Auc rf 6 38 20 28 5 61 55 53 ; р 35 6:20 50 65 50 6: 55 41 Ee > 57 75 25 4 29 22 55 24 50 (ONES 6| 32 2063 23 56 56 94 22 72 м 1 19 20 6: 47 76 54 із 3 H 6 2 32 19 66 гө 45100 50 Се 4 7| 33 45 24 эз 69 16 62 #2 50 pup 4 2 4i 020 48 44 44 75 68 28 Осмо, 17 29 33 339 її за SS 55 91 35 о. E | 34 1 1829 3: 52 52 50 — xn A 19 эз 18 30 35 — З 4 mau я 59 24 32) 49 40 | s uu e ~ | 22 па 4 s» 5 e n m вр == B en | 24 e 72 9 52 - ” 48 1 | i 4 198° 2 WINDRICHTING. + Noord — Zuid Component. Be SS 8 FN E 111: Ee ETC PSOE hn Bi. ше | > Ld 1555. 5 S S gi ПЕНЕВ SISSI ВЪЗ = 8/3 „als 2 ` des middags = „ 812 Бакал 6515 zd На с) 2,2112 212 | š |ë š 2 | sha т F Wës | | š 1—10 Januari. | — 10 35 14 2 4 0 0 9 7 23 30 601 11—0 > 59 0 14 20 34 21 10 0 7 37 28 50 BD а -| ei зө 35 20 22 42 10 736 032 31 Jan.—9 Febr.) —| — 30 58 20 28 23 2121 15 28 541 dE а 28 65 49 42 35 49 35 эл 42 56 221085 20 Еерг--1Маан| — — 28 12 0 73| 31 14 714% 0 52 SE : 6 4 6261 20 28 24 021 $ 39 35 2 12-21 ‚| а 42 20 3/100 38 з 025 20 40 35 AE 22—31 60 21 69 21 өл 13 14 049 41 16 02. 1—10 April 42. 55 3556 33 28 0 019 8 29) 5040 11—20 , 49 4 40 22100 32 + 08856 6 35 = 25-30: > 43 35 45 42100 235 029 21 9 02 1-10 Mei. 4 0 4220 100 22 12 0 20 ав та 14 7 1520, 44 4 36! 12 100 15 за 0 5614146 # 7 21-10 . 4| 0| 33 56 100 13 49 039 14 H * | 31 Mei—9 Juni. | 40 0 20 6| 10/63 14 — 39 792% 4 19 , 4| 34| 46 и 0 15| 421 —| 3 7| 53) 0 | » | 40 0) 30) 55) 0) 12/42 4 14 19 44 у 30 Juni—9 Juli. | 40 14 12 35, 029) 0 — 0 ДЮ 0 10—19: г, 43) 7 28 5 0 8 21 100 248 о м. 4| 4 5839 0214 0| — 2 42/176 2 Q 30 Juli—8 aug. 4% 4| 74 48 012) Ei — 1 50 74 7| o фу 9—18 > 6 0 6 11 052 2) -136 63, 9| ор 28 40). 0108 048 2 —| 56 5514) 0 T We 29 Aug.—7 Sept.] 40 29 Өр T 0 35 21 10 36 10 4! ge ` 17 40} 58 11) 54 04449 1: 1955 8 0 | де 27 dë 23| 23) 14 083 35 в7 20 зэр 59 - | 28 SepL—7 Ос 43 66 23 4 056 2 90| 1% 21 % % 58—17 52 25 36 14 099 35 9436 9 8 | W 18—27 49. 18 67 44 08: 21 95120) 28) % „| | W- 28 Oct—6 Nov. | 61 su 1 095 5 96 20217222 — №: 7-16 64 19 3) 059) 20 96 49 7| 92 63 | 17—26 4 769 4 ово 0100 гө 42) 57 70 | Ж 27 Nov.—6 Dec. | 57 57 2; 099 24 9249 17) % 4 2361 7—16 68| 76| 46 15 20 8: а 98156 7 3 24 x 17-26 o> 64| 56 66 27 20 69 34 эз 2 10 A % Dee—5 Jan. | 82 38 38 14 85 81 19 9542 0 75 | 199° WINDRICHTING. Oost — West Component. 1 SER 5 Eee | 2 о RE | РЕВ 2|B š 8 8 š | des Middags. = Мал! 818 = 85 jag BEA dk | 5 4 2 ~ | МВ Е 2 [4 lx а ш дуа ху м 8, Я E | | | | 2 | 211-10 Заваан. | — | 90. 85) 04 97, 99 100] 70 70 97 м 65) 20 0 i39 ` |—| 49 100 мо 70) 89) au: 70 100) 7 43 в 4) 0 73 85 85, 270 80 83| 170] 97) 85| 66) 74 57 3 1 Jan.—9 Febr.| — | — | 85 58) 7 88 28 62 91 71.69) 62 34) 0 ES + |--|-— 4 7 57) 51| 19 85 76:43 14| 57 0 OFebr—1 Mu | — | 76) 81 100 63 55| 66 97 88 2 94 3710 СИ > | 2 782023 30 14 4100 91 56 64 17) 7750 21 . аз 028404: 0 32 21100 7 55 63 15 67/60 ав. 2 2 39| 31 ла 63 42 100 37 46 15 45 54 40 1-10 April. (23 65 95) 6 57 42 56 100 49 22 м 35 60 60 ти 25 3605 0 18 25 100 28 31 19 за 1080 30 SS 23 69 62 0 79 59 100 59 63 14| та 44/20 1.10 М. 31 34 20 60 0 41 45 100 20 40 28 54 13 60 в. 22 зө 27 79| 0 38 62 100 2110 4 51 50 60 3). 28 66 63 26 0 гї г3 100 69 46 0 9: 90 60 | 189 Juni.) 22 40 54 54 ӨӨ 25 16 — 31 49 H 9: 90 зо о зэ 79 42/100) 74| 16 — 52 83 23 9: 90) 10 (LC 22 |90100 55 20 100 67 26) — 2180 16 551 m | по 944.90 94 то м5 100 59 % — 0/9: 20 өз 90/40 19 „ | ss 22 55 55 100| 23 73| — 0 5: 20 100 90 40 ES - o 93 73 79 100 25 76| - 42| 12| 32 100 50 30 п Juli—8 Aug 90 99 64 ч 100 36 73| 19 56 2 97 E E Lo 1100 63 94 100 27 39| — 56 22 21 94 100 50 Жы 90100 72 95 100 24 29] 24 25 15 100 50 VE Тр 90 89 54 SI 100 46 85 2556 2 5100 — 22 ES 90 65 41 гэ 100 33 2% 5749 5 7100 — 60 ы 56 ӨЗ 68 90 100 223 2920 37 Che —| 5$ E Sept.— 7 Oct. | ss 56 6 85 100 23 73 30 49 51 „ г: — 30 за 65, 85 зэ 94 100 4/79 1656 5 24 94 — 30 2 56 өз 45 19 100 12| 79| 1510 68 27 55 — 30 441228 2 so, 63| 55| 100 | 15,79 О 21 51 5) 85 — 40 га 55 өл 7) 1100 10 62 11| 11| % 0 20 — 10 ~ 26 47 79 9 34| 100 36 вв 056 62 2 33 Nov—6Dec| 22 30 24 32 10% 438 4) 65] 61 6 9 ^ 16 285 x2 38 57| zo| ie 1: | 76) 97 46 м — 20 6 Em 16 181 св) пер М): 4:70) 90 39| 4) 0 —5 Jan.] 28| 81 44 57| 35| З 30 15 70 ш 32 | | 200° WINDRICHTING. Noord — Zuid Component. йл! |= ЕЗ 1888. |a | (21512 с ЕЕ” M i E Ae des avonds. 8 8 8 Е те ee Š | 3 Вара 3 s asa | 1 98 1.10 Januari. 7 45 22 40 140 91 88 60 42 28 63 56 21-20. 0) 35 өш 56 88 26 57 28 4 21-3 > | 29 41 эз 13 30 23 ӨЗ 75 085 584 31 Jan.—9 Febr.) 3 7 24 23 14 42 94 Sı 21 59 20 81 168 10— 44 5 21 7 57 12 90 23 ЗӨ 28 66 72 248 20 Febr.— 1 Maart) 45 12 5 @ 40 45 52 55 23 30 14 391 11 · | 53 11 27 20 as 10 7 1 22 53: 19:21 > | 28 14 56 2 40 10 44 22 35 30 582 22 —31 ‚ | 24 7) 42 30 5530 34 ва 33 3 721 589 1—10 April. | 26 42 0 50 6 1824 24 22 48 021 2989 11-20 . 27 28 45 6: 25 19 54 15 8Я 7 23 3 66 21—30 > 0 10 24 18 о 68 14 4154) 21:28 1—10 № | 15 48 61 ЗЭ за 34 27 65 23 14 3 0 99 290. 24 24 6 #2 4024 32 30 4 24 26) 13 38 21 30 | 30| 40 1 10 10 622 70% 12 3 39 n :2 | 31 Mei—9 Juni. 28 58 50 26 14 10 31 25 10 XX 2 mo 10—19 · | 22) 44 38 24 35 44 11 50 10| 63 3 Ú 395 20—29 & | 9370356 11 24 25 40 70 4 7 1 338 30 Juni—9 1. 58 48 4 4 4 53 30 59 19 > =| 4 556 10-19 · | 35 73) за а 14 200 -31 78 22 38 ЭБ 20—29 „ 17 49 ка 30 % 8193] по 40, 85 =) 2) 266 30 18 Aug. 24 19 18 24 23 7 34 67| 47 8 @ 37 VM 9-18 > 44 3126 50 35 21| 25 49 98 2 00 66 1928 . 21 12 57 33 5030 38 26 36 87 56 $ La t 29 Aug.—7 Sept. 10 58 56 10 та 41 АЗ 67 40 79 25 40 р 17 "| 3 26 16 27 30 из ат "63 58 76 90 4 18-97 | | 81 322% 3| 3 3) 4130 19 71 88 41 1 28 Sept—7Oct.| 32 211 33 10 23 47 15 14 70 97 4 KA ` | 13 44 26 60 57 16 65 зв 40 84 85 9 18 5 63 24 445 10| 29 83 70 35 В 016 № Ө 5 11 60 32 за 26 8 9 49 26 i 16 28| 62 463 359 26 98 90 7 Da 32 383852: 6 60| 2 13 82 52 28 | Nov—6 Dec] 30 21 9| 20 6 32 34 76, 32 76 5410 | 40 3338 б 5 25 79, 48) 12 6 · | 43 66 35 20 15| 31 эг 85 | 42 37| 19 Dec.—5 Jan, 3| ы 12 2 22 30 90 62 2 " 18 | | ы зу 201° WINDRICHTING. 1888. des avonds. | Poeloe Bras. Oleh-leh. Poeloe Pas Oost — West Component. 777 ũ Aa а TE OESS — | 11- 10—19 8 18-97 32:10 "ru 20 31 Zeg 59 Febr. 20 Fehr Maart 2-11 19—28 29 EON Sept 28 Зем. 70 сі. Í iur с | eb Í | Peer, enc = o | = | БЕГ дра вө 35 79 7 о 35 10 27 24 46 18 2 14 5 14 өті 27 al 31 10 1 31 38 30 39 38 4 3 41:31 49) 65 27 48 14 52 44 10 ЗЕ 4 40 12 29 31 18 54 23 50 41 12 о 6) за 14 28 80 6 26 89 45 22 90 52 19 Vlakkehoek. g Pandan, | Noordwachter. Muntok. | Tandjon | Batavia. 1212 8 e БСК 27 WINDRICHTING. Noord — Zuid срать Së Өс ANE ^ | = | s не | € С | 3-1 1888. = 258 2 = 8 ao) | 5 W 3 аа ZIE 3 ZIE El 3.15: (3 3 des avonds. = 85 8 вр Suë: 83 3 а 593102 = е 22.5|122l2)8 55|2|32 4108 ‚1—10 "en — т 18 14 70 5 0 0 70 0 40 32 70 1 11-90 — 69 28 14 20 19 21 20 7 2110 3301 21—30 — 63 8 36 100 63 31 20 4 28 62 21 221 31 Jan.—9 Febr. — — 26 66 100 53 20 23 49 9 2 35611 — — 49 56 100 26 21 10 40 22 10 35 45 1 20 Febr.—1 Maart — — 0 11 100 38 35 21 90 45 42 28 64 3-11 58 78 28 0 80 349 0 6 5 38 41 14 — à o 62 35 3 60 14 42 018 S 68 1130 2 31 61 44 14 за 9: 35 14 0 14 23 1 31 27 1-0 April. 52 45 42 7 35 4 42 0 15 13 25 42 20 11—20 58 46 3165 20 31 28 0 SS 49 256 2: 21—30 49 12 14 14 21 42 0 14 28 38 20 0 1—10 ма. 53 7 3235 02942 0 21 11 3970) ' BA: 20 55 47 55 22 0 26 36 0 42 14 22 20 — 30 51 64 4 73 0 51 63 0 42 14 43 70 i Mei— 9 Juni. 43; 73| 42 66 0 23| 63| — 63 7 7920] ( 0—19 40 48 99 67 0 22 вв 26 76163 | 20 29 49] 47 62| 49 0 530 26 21 4438 | 30 Juni—9 ші, 40] 29 за 79 0 22 20 — | 83, 7 68 42 10—19 3 45 5и 67 04% 2 —| 83! 37 78 28 29 40 47 4 - 2720 -| 2 45 85298 30 Juli—8 Pr 40 35 5 1 - 60 20 —| 2 49, 7142 | за, 40 43 62 46 — 59 20 - 36 45 321 í 19—28 , 40 39 61 33 0 S2 20 __|19 37 6235 | 29 и Бер 43 49 63 37 049 20 26 53 23 54 14 81 , 40] 76 63! 18 055 70 22 20 64 73 0 — 18—27 43| 92 65 25 0 26 20 «8:0 19 77 *| — 28 — ба) 55 60 8 14 0 54 70 99 49 31 5 0| — "8 1 55 51 66 26 0 51 20 99 2 8 64 0 — 18—27 58| 90 58 11 0 50 70 96 20 12 70 0 — 28 Oet.— 6 Nov.] 82| 72 22 1 0 26 70 100 29 29 45 7 — —16 70 89 41 26 0 22 20 35 25 82 28 — 17--26 > 5) 60 24 2 0 23 56 100 20 25 32 14 27 Nov.—6 Ме) 59 84 22 8 0 26 23 90 21 74 69 21) — 7—16 » 62| 75 25 15 49 4 49 42 1 42 42| —| 17 26 , 34 41 36 19 0 12 28 9956 15 9 28 — Dee.—5 Jan.] 56 38 3 32 35 50 21 100 28 16 55 35) —| 205 WINDRICHTING. ost — West Component. -— * d SE: n = Ер p e с e ë ІТ ВЕНЕ Рта Ре | Е des avonds. | = ЕЕ š => S © = © S | Š 5 Spel я Е а el МО ш Я m | S в чак sla) < (0 11-10 Januarij| — | 97 70) 94 70 90 100) 70 70) 100 65 8 0 по . || 59 76) 94 70 38 91| 70 57 78 40 0 73 72 766 . 0| 73 70 36|] 82 18 51 0 31 Jan.—9Febr.|| — | — | 88| 66) 0 78 58 6355 9 0 H0—19 - . | — | 2) 760 0 56 57] 70 60) 70, 18 4 0 20Febr—1Mrt| — | — | 76 49 0 66 73 49 10 75 42 10 2-1 19 25| 88 20 0 3 100 74 45 28 90 221 25 30 31 21 0 48 56 100 24 14 5 2 2110 April. 22 26 13 38 50 то 100 тв. $9 1 4 100 —10 April 9 26 23 6 | à Sal 0 2 5 0100 25 31 3| 0 во 56 23 94 73 20 100 94 74 56 90 38 45 30 5: 100 27 28 100 91 115 14 40 0 18 35 62 100 69 62 100 82 40 25 20 6 55 52 63 100 21 23 100 82 46 10 70 50 Mei—9 Juni. 20 21 28 52 100 88 23 27 49 49 = Б 0 өз за 6: 100 75 73| - 545341 2 4 82 II 24 100 91/70) — 5449 34 85 60 e вз 0 saato „ ЕЕ 38 38 ss | E | о өз 13 6 — 20 — a2 зз 2 ss 20 САНЧ es| ve 2 ёл co — 36 15 18| 21 30 о ss 7 ёл. k | 0 89 21 51 10 3270 — 49 33 32 85 50 Sept. SS 84 45 22 100 6: 10 34 63 15 29 100 59 90 56 31 93 100 65 70 62 7 з 100 зө . | 55 32 11 90 100 61 70 28 20 з 16) 9: 29 28 5р. 700.) 20 55 21 82 100 62 70 4 22 21 106 о 66 66 22 91 100 51 70 аз 21 14100 Gë 34 35 35 90 100 25 70 11 70 19) 11100 зе 08:-6 Nor. 28 62 52 21 100 33 70 so ша 28 == 1 > 5| за 81 0100 856 % 57 = se 2% 5359 70 64 33 100 53 AER 50 4 Nov.—6 Dec. 44 44 9 100 26 49 2 4 1 56 6 28| 10 76 52 79 10 12 42 16 s» 65 0 100 82 76 48 3 10 Dec.—5 Jan 70 81 55 77 65 55| 75| 0 48 | 204° REGENVAL IN ELKE MAAND VAN HET JAAR 1888. NAMEN = | a ы £ | = || PLAATSEN |EIS | = Е | 5 | 5 | = | 2 БЕБЕ 31558 < | # | 55 | =) в | АТА Tjiogreg 594| 450| 633| 422| 229| 143 39) 447 199| 306| 302| 447 jiloear 366| 324| 781| 444| 344| 139| 15| 232| 184 207 248 23213: G. Golis 422| 661| 591| 507| 356| 87 17 508) 239 282| 414 605 Tjirangsad 354| 424 631| 592) 640) 198| 108) 245 313| 111) 447 405 Tjipatat 58| 574| 47 392 43 147 278| 179) 309 37 Tjigoedeg 363| 514 495| 422| 390) 132 7 238| 311| 142 262 32 | 244 522 368| 205 23| 378 159) 110 394 440 Pa ХӨГ 404| 310 349| 372| 287 215 5 313| 145| 260| 332 481 Perbawati. . . 341| 357 69 434| 244 3 148) 165 134 367 7 Noord Tjempaka. N. . N. . N. . N. . 370} 169 5 286) 184 118 1 Soekaboemi . 388! 277 596| 424| 389| 110] 0 266 Up 85 280) 398 231| 273| 359 368| 311 0| 173| 114| 42 172 wo. Sindangsari ; 224 265| 345 346| 294| 121| 5| 129| 145 68 184 25912 | 589! 327 375 326| 252 д n. w. 139 94| 276) 40 Tykadjang. 474! 287 388| 343) 127 24| 0) 26 44 252 mre Mi 08 593| 639| 286 147| 5 109 135 50 255 53 5 194 278| 466 412 245 20 0| 54 68 55 161| 395 | = 41| 208) 375 364 280) 26] 0 99) 100) 59 104, 35412 jen 424 193 436 о ol 2, 3| 0.93 2531 349] 278 429| 348 116] 44 0 10 34) 42 247 3402 en 289| 953| 236|.297| 175 0| 0 5 0 0 20 3251 amanoekan . . 389 504 64 21 5 1| 6 18! 70 46 19011 Dasir Boengoer . 312| 308| 284| 336 SU 0 17 3 32 4291 Pasngoen-Redjo . 249 341| 315 1 0 0| Onm.|nm.| 183] 265 “Wager. Agoeng 363 552 532| 437 293 204] 0 15 65| 236 _ Равагоерав 466| 477 653 241| 165 5] 20| 13 14 246 "Tjiater . 376| 721| 980| 873| w.. 245 69 47| 362 53 304 11 Sariredjo . 680 522 296) 444 132, 0| 4 204 18 372 _ Kasso 385| 329| 449 276, 35 0 13 168| 77 228 83 Boeka Negara 236] 391| 754 759| 558 225 0 6 161 160 343| 486 205° REGENVAL IN ELKE MAAND VAN HET njoe. J| 67| 47| 214| 158 92| 134 Blinjoe Si "рое N. W. N. W. nw. ne 299| 83| 52| 113| 263 В 1888 x ! NAMEN e Ke xii 5 E Ka = 2 Ж; % 5 a DER = = š =, = с |в PLAATSEN = ЕЕ Д 5 ° 5 5 5 : JJV). ји DE ЭЛ Үл | __Boedi-Radja REX era 135) 125| 294| 115} 55 0 21:41 0 А 430 208 124 98| 94] 43 0 24 28 15 ‚|| 635 316 295| 401| 187| 103 0: 26 ло. nw. | 250) 921 243| 269 182 0 2 6 13 0 n. W. пат. | т.т. п.т. 9| 861 3 24 93| 43 n. w.] пл). | N. W. N. w.] 263) 47 0) 17) 121! 62 435 310| 642! 366) 435| 18| 15 42 35 14 Bantaran 45 54! 4960 385| 38 4 1 60 30 158 Nga 478 231| 153| 177 108} 1| 0| 0 0 Ang 9991 355| 383| 398] 80] 33| 0 8 0 de 4 95| 257| 391| 411| 90 0 0 0 0 ee „Oost. -Java".| 370| 386 гч) 34111011 0.000 de . 2. M 3000-3 116| 200| 221| 128 348| 294| 146 + mek Sepadang ` . .| 9541 238 204 216 217 64| 135 44| 2131 75 [фо Meng 8 154 154 37} 11 2 51 0 S . . | ла па N. .] 91 130] 174) 91) 172 235} 220 . | 85 23| 163 207] 282 13) 319] 130] 2221 257 | Хеьоев Min №, 3 1 74 21 189 401 289) 160) 34 100) 166) 70 386 73 166 | 15 Z|Blinioe Mijn №. 3. 76|] 61 218| 400, 539| 73, 109) 62) 61 109 сећа. . . n. W. nw. N. . 144 48| 18! 95| 150 Bewer. 2222. n. W. N. W. N. Ww. 162 € ща = л 76 angkal P. Mijn N°. 8 | п... N. 1. пт, N. w. 216 nw. 4 S Soengeislan ч u. tw. nw.) nw. «jn 171| 296) 86) 73| 149] 235 ГЕ ngeislan Mijn №. 7.) n w. | nw. | u, w.] пар. n.w.| NW.) NW. N.W, 235 = „ пар n.w.| N. Ww. nw. N. W. N. . ы 7 128 | Toboali. n. w. . Ww. пи | u. w. 175 191 1 252; 90 20 a g | | | | 206“ AANTAL REGENDAGEN IN ELKE MAAND VAN HET JAAR 1888. NAMEN e 5 | 8 Ë 8 4 а Вољен n 2 2 DER EIS | |- = ЕЕ ЕЕ 9 515 313 141324 Ио | ВЕ. ТЕ |- - = а ва 314131313(3(131848 Tjiogreg . 28| 23| 24 23| 24| 10] 3| 17 19 14 Tjiloear . 20 20 21 21 20| 9| 2| 10 13 7 G. бой . V Tjirangsad. 26) 293), 28) 20 2 12 ;5| 13) 14 8 Tjipatat 25 26 25 23 22 16 4 10 12| 13 Tjigoedeg . 24 2124 20" 23 18 383 12 14 8 ramaga . . 16 22 21: 261: 19| 0.5 121 15 H Parakansalak . 28 21] 22 20 23 13 3 16 и 16 erbawati. 28) 23| 25 24 27 15 2| 12| 14 11 Noord Tjempaka. n. w. nw.) N. w. пл). 21 6| 5 7 10 10 Soekaboemi 221 16| 221 15 19 9| 0 10 10 8 Bar 15) 17| 22 16 14 007 6 7 Sindangsari; ў 23 20; 24| 22 18 121 1| 9 6 12 Tjibodas 30} 23| 22| 21| 19. 8 201 12| 8 Tjikadjang. „% TL 2.0 з 0 6 Tia mpakka Warna 26 1201 2 21! 20 8 .1| ei 9| 4 Zoe (Магарац) 18| -49)::21| 271 e e 4 4 rang. 15 19| 26 27 22 6| 0 4 9| 6 ik i: 1012301 61. b OA 2 6 дом 4 290"wn 3 o 3. та Kamaroeng 21 1201 49 38 281 ..01..0]. 3| 0 0 Pamanoekan . . eel eee A) OL "ge M у Be Passir Poengoer . 22 Di 20 ва 4 Q 2 во 1 Wangoen ко, 19 26 23 19 10 0| 0| Olnw.Inm. Tenger-Agoen 27| 27 29 8 18 9| 0 4| 8 6 Panaroeban . 225 271128 927 из ei 7 "iater >: 25 26 29) 27 шо. m 3 0 л a - 20 27-28 29! 4 SQ ^0 в 3 | ang. W“ Boeka Negara. 21| 22| 29 5 3 9. 0 5 5 6 207° AANTAL REGENDAGEN IN ELKE MAAND VAN HET JAAR 1888. NAMEN Gu ils — "E = a ` sue 3 3 у 218/315 = 51242 Tg 5 8 4 е Це ји 8 5 nw. 9 91 6 Ч 0 1 2 24: 147 10 n 7 5 3 2 ot Waloh 24| 15 291] 16 5 D 5Sinw. 21 10 7 20 15 0 1 2 4 n. W. N. W. nw.) nw.) 11 5 1 4 4 n. w. N. w. n. w. пл) 5 0 4 9 27 15| 26 20 21 5 3 " 4 9249 HI MI 291 23 1 1 4 4 94} вавеъ 11 1 0 0 0 2H 18 201221 10 2 0 1 0 VV 5 0 0 0 0 tation »Oost-Java”. 16 19 в юп а M. D 0 AOL 10 5 9 16 18| 17 7| 19 17 с Sepadang. 18 14| 19| 16 15 4| 7| 4 12 ea. . 19:14 19] 15 15 2 2.6 ebing Тірі. аның ан ало 14 18! 11] 24 20 loe E i| 13! 1 7| 10) 9 18 Hon Mijn N.3 || 9| 3| n| 16 21 9| 4 1 12 8| 4 12| 1624 8 8 9 10 Li Boeboes. Поло. п.ш. u. . u. w.“ 17 4) 2| 5| 12 linjoe Mijn N°. 8. 111 6) 16 20 | 9 9 ^ ND т. N.. пи. 19| 23| 10 0 5 6 чен : пи. пи. 16] 20 11 2 + : 1 Р. mijn N°. 8. N. W. N. . nw- nw. nw. ха : N. tw. N. w. n. W.] 18 16 6 8 15 cam Mijn №. 7. u. m. n.w.| n. . v. w. n.w.| nw.) 1:10. nan, 10 hen n.w.| N. Ww. тлу. | n. w.| n.w.| N. to 2| 10 ширэн nw. N. w. n. w, nw.) 17 . T Lengte = 107° — 6' 0. van Greenwich. Breedte = 6° —44' 7. Tjibo iss =. Januari. | Februari. Maart. April. Mei. 6° dml 15.74 15.720 14718 14.93 14.67 Temperatuur........ г 19.72 20.266 21.°68 21.°76 21.741 6° nm.“ 17.10 17217 17.272 18.°05 18.21 GEMIDDELD. (ër /m.“ 942 949 949 940 939 ee Pe 898 870 841 863 870 co 6" n/m. 948 951 946 961 959 GEMIDDELD. u y У Se 11.68 Spanning van den vu vim: id ра 15 ne 16.89 Мор... <<... i5; ad i ! ; 7 14.92 6° n/m 13.76 13.87 14.28 14.81 GEMIDDELD. ан 6° v/m 7.8 6.1 3.7 4.6 8 “Bewolking... g. hz. 94 9.3 78 8.5 4% 6° n/m 94 9.4 95 93 9. GEMIDDELD. аена 6° уш.| 199 пут. 61 m/m. | 130 m/m. | 148 шш — eae у... (12. ! 115 77 5 ; (ші aust ( 6" um. 250 194 238 166 — — 6° v/m. 17 5 12 10 19 Aantal regendagen... .(12". 29 | 10 2 оз 6" n/m. 22 e 17 —— — 6° уш) WNW 070 0 0 2 Wiudrichting........ = уу ONO 0 0 6° nim. w N 0 GEMIDDELD. das. Hoogte boven zee = 1425 Meter. Juni. Juli. Augustus. | September. | October. | November. December.| Jaar. 13.°47 11.°86 12.°87 13.71 4548 | 15515 | 16:00 | 14:36 x 21.41 22.745" 21.66 23228 | 22°84 | 21:30 | 21271 575 16.°54 18.°37* 18.216 19°45 | 19.246 | 19.19 | 18210 € 940 899: 971 943 919 937 939 E 763 662* 754 651 671 836 791 2 944 896* 915 861 874 925 928 ЗҮС 9.74 9.86" 11.35 11.06 12. 12.68 11.44 : 2 14 48 13.39: 14.52 13.83 13.88 15.76 15.28 39 13.24 14.09" 14.19 14.49 14.71 15.31 14.33 м 2.3 3.0° 41 3.7 3.6 46 44 0 6.5 43° 6.3 5.7 6.2 79 73 27 71 7.8 84 7.6 73 87 8.5 Б m/m. 9 m/m. w.o. 58 m/m. | 47 m/m. | 129 mim 36 mm 727 59 0 Wo. 4 0 34 81 w.o. 0 0.0. 79 47 157 249 w.o в. 3 2 w.o 3 4 6 7 w.o 0 0 1.0 1 0 4 8 w.o 4 0 w.o 8 5 10 22 w.o 0 0 770 710 7 ZLW ZZW 070 0 0 070 70 770 770 770 070 070 07 770: 0 770 7 ZZW 10 KORT OVERZICHT VAN DE LIGGING DER IN 1888 BIJGEKOMEN REGENSTATIONS. Tjigoedeg. Afdeeling Buitenzorg, Residentie Batavia, thee- plantage op het land Bolang, 23 paal ten westen van de hoofd- plaats Buitenzorg, aan den grooten weg van Buitenzorg naar Bantam, 390 meter boven de zee, en 60 kilometer van de Noordkust. Regenmeter model К. N. У. Djati-Kalangan en Medini. Koffieondernemingen ор + 7 paal afstands van elkander gelegen, ter hoogte van 500 á 1000 meter. М. Tjampakka, afd. Soekaboemi, Preanger-Regentschappen hoogte + 1060 meter. Regenmeter model К. N. У. Tebing-Tinggi,. tabaksonderneming in Siak, gelegen aan den linkeroever van de rivier Tapong Kanan. Het gedeelte opengekapt voor de tabakscultuur van dit jaar is groot 60 bunder en geheel omringd door zwaar bosch. Proef-station Oost-Java, te Pasoeroean. Poeloe-Radja, gelegen in het zuidelijk gedeelte van Assahan, dicht bij de Batak-bergen. Waarnemingsplaatsen op het eiland Banka. №, 1. Waarnemingsplaats bij mijn 5 Djeboes, is gelegen op ongeveer 20 M. boven de zee in het centrum van het district en van de mijnstreek, aan den weg, loopende van kampong Poepoet Bawah naar Poepoet Atas, aan den rechter oever der vallei Tangok op ongeveer 11 K. M. van de Noord-Westkust. №. 2. Waarnemingsplaats te Blinjoe, gelegen op Ca. 8 М. boven de zee en op 11/, К. M. van de Klabatbaai. 211° №. 5. Waarnemingsplaats bij mijn 5 Blinjoe, gelegen op on- geveer 5 M. boven de zee, aan den rechteroever der vallei Boeboes ор С". 5 К. M. van de Noordkust. №. 4. Waarnemingplaats bij mijn 8 Blinjoe gelegen aan den rechteroever der vallei Loemoet op ongeveer 5. M. boven de zee en ор (ғ. 5 К. M. der rivier Lajang, welke zich in de Klabatbaai stort op een afstand van C*. 8 К. М. Ten zuiden van de waarnemingsplaats ligt de 841 M. hooge berg Maras, №. 5. Waarnemingsplaats te Soengei-Liat gelegen ор + 12 М. boven de zee en daarvan 1800 М. verwijderd, op den linker hoogen kant der Soengei-Liat rivier. Bevindt zich vrij wel in vlak terrein op een afstand van + 5500 M. van de naast- bijzijnde hoogere heuvels. №. 6. Waarnemingsplaats te Merawang gelegen op + M. boven en 4600 M. ver van zee op den linkeroever 2 Batoeroessa rivier. Bevindt zich vrij wel in vlak terrein op een afstand van 4000 M. van de naastbijzijnde hoogere heuvels. №. 7. Waarnemingsplaats bij mijn 8 Pangkal-pinang, voor de woning van den Mijnopziener E. ВивсневлЕР aan den linkeroever der vallei Messoe 5 à 4 M. boven den bodem dezer vallei. Het geheele terrein is open en arm aan geboomte, behoudens de vruchtboomen der nabij gelegen mijnkampong. Stroom- opwaarts ligt op = 560 М. afstand de groote stuw der mijn №. 8, zijnde dit het meest nabij gelegen water-reservoir. Afstand tot de zee (in Oostelijke richting naar de Chineesche zee) ruim 2000 M. Het tusschenliggende terrein is de benedenloop der Messoe met hare vlakke en weinig begroeide omgeving. Hoogte boven de zee (laagwaterpeil) vermoedelijk 12. M. 212° №. 8. Waarnemingsplaats op het erf van den Ingenieur M. КоркввЕвс te Soengeislan, gelegen op den vlak hellenden rechter-valleirand der Soengeislan + 5 M. boven laagwaterstand, vermoedelijk + 41], М. boven de zee (laagwaterstand). Afstand tot de zee (straat Banka) + 7 paal; de rivier heeft vooral links moerassige oevers, totale breedte van het rivierallu- -vium Æ 1800 M. Open terrein tot aan de rivier, zoowel als landwaarts naar het Noorden. ; Aan de overzijde der rivier begint onmiddelijk zwaar bosch. Klimaat vochtig, ook in den droogen tijd heerscht bijna iederen nacht zware nevel, terwijl de nachten steeds kil zijn. №. 9. Waarnemingsplaats bij mijn №. 7 Soengeislan op het erf van den mijnopziener J. Косн aan den rechter oever der vallei Poepoet en vermoedelijk 6 M. boven den valleibodem. De vallei, hier ongeveer 250 M. breed, is geheel open. Oever- waarts begint onmiddelijk achter het erf van den opziener laag bosch. Aan de overzijde eveneens laag bosch, waarin beginnend aan het snijpunt van den grooten weg met den linker valleirand, de kampong Poepoet is gelegen met veel hoog geboomte. Hoogte boven de zee vermoedelijk 20 M., de afstand tot de oostwaarts gelegen Chineesche Zee bedraagt ruim 10 paal. Het tusschen gelegen weinig golvende terrein is tamelijk open door ladangbouw en bevat slechts enkele onbeteekende heuvels. Afstand tot het naaste groote waterreservoir van de mon- ding der Ajer Tampog, + 2500 M. №. 10. Waarnemingsplaats te Toboali op het erf en voor het bureau van het Mijnwezen, tegenover het Gouvernements | pakhuis; 186 М. van af de Noordelijke kust (binnenhaven) | en + 4.5 M. boven laag-waterstand der zee. Grond zeer zandig en zonder schaduw. Van af het pakhuis tot aan zee is het terrein met klapperboomen begroeid. x Het naaste waterreservoir voor де tinontginning is + 17) paal verwijderd. 215" N°. 11. Waarnemingsplaats te Koba op het erf van de woning van den Administrateur + 245 M. van de rivier Koba, 587 М. van af Ajer Rawat, achter de Chineesche wijk en 1557 М. van zee verwijderd, in N. 0. richting. Het terrein ligt + 5 M. boven laagwaterstand der zee. Op 25 tot 50 M. afstand is het O. en W. begrensd door hooge boomen. Tot aan zee veel bosch. Het naaste waterreservoir is 51/5 paal verwijderd.